e Blad DE VALLEI 8 April 1949 No. 14 De Gemeenteraad van Vesnendacl bijeen. Langdurige debatten over onderwijs. Het ging in het begin erg vlot in de Raadsvergadering van Woensdag avond j.l. Na de installatie van het nieuwe raadslid, de Heer C. J. Gaasbeek (Gem. Belang) gingen de eerste tien agendapunten binnen 5 minuten onder de hamer door, zon der dat er een woord gesproken werd, behalve het monotone stem geluid van de voorzitter, die de agendapunten aan de orde stelde. Eerst bij punt 12: de regeling van de jaarwedden van gemeente-secre tarissen en gemeenteontvangers werd het woord door enkele raads leden gevoerd, zonder dat het voor stel overigens een wijziging onder ging. De gemeente heeft de laatste ja ren zeer grote bedragen geinves- teerd in aanleg en verbetering van wegen, aankoop van bouwterreinen enz., waardoor de kapitaalsuitgaven niet meer in eigen beheer gedaan kunnen worden. De gemeente heeft op korte termijn 800.000.- nodig. Een lening blijkt hiervoor echter niet te vinden te zijn, waarom een voorstel aan de raad gedaan werd, om gedurende 1949 kasgeldleningen aan te gaan tot een bedrag van 600.000.-. De Heer de Gooyer is er nooit een voorstander van ge weest om aan B. en W. de bevoegd heid over te laten, maar kon zich er evenals de Heer Van Hardeveld er mee verenigen, indien de Finan ciële Commissie gehoord werd, het geen B. en W. toezegden. Bij het prae-advies, naar aanlei ding van een verzoek van de Ker- keraad der Ned. Herv. Gemeente om medewerking voor de stichting van een school voor gewoon lager onderwijs in de Zuidwijk bracht de tongen eerst recht los, en een uit voerige bespreking volgde over de al of niet noodzakelijkheid van deze school en over de al af niet nood zakelijkheid van een Kerkelijke school. Het merendeel der raads leden bleek voor een vrij Christelijk onderwijs te zijn en de Heer Van Hardeveld meende, dat het eind zoek was en dat er nog vele andere aanvragen zouden volgen. Boven dien bestreed de Heer Van Harde veld de juistheid van de 50 hand tekeningen (de zgn. Ouderverkla ring). Volgens hem kon redelijker wijze aangenomen worden dat in dien de school over enkele jaren zou worden gebouwd, de toegezegde kinderen niet op deze school zouden komen, omdat zij dan reeds op een andere school zouden zijn. Naar aanleiding van alle opmer kingen, op het voor of tegen een' kerkelijke school, antwoordde de wethouder van Onderwijs, de Heer A. Middelhoven zeer uitvoerig. Hij vermeed weliswaar het onderwerp vrije christelijke school of een be paalde kerkelijke school, maar meende, dat aan de door de Wet voorgeschreven verplichtingen was voldaan. Indien er 50 ouders zijn, die er behoefte aan hebben hun kin deren naar een bepaalde school te zenden, is de Raad niet bevoegd dit af te stemmen. De juistheid der handtekeningen trok Wethouder Middelhoven niet in twijfel. De Raad kon volgens spreker niet anders doen dan dit voorstel aan vaarden. Het voorstel werd tenslotte met 9 tegen 5 stemmen aanvaard. Het volgende agendapunt kwam er niet door. Dat was een verzoek van het bestuur der Ver. tot bevor dering van Chr. onderwijs om mede werking tot stichting van een zgn. „opleidingsschool". Het verzoekschriift werd als volgt toegelicht: De hier ter plaatse be staande scholen voor gewoon lager onderwijs geven uiteraard als regel eindonderwijs, daar de meeste harer leerlingen na het verlaten der school geen ander onderwijs genieten. Een vrij groot aantal kinderen volgt echter, na volbrachte leertijd aan een school voor gewoon lager onder wijs, de plaatselijke inrichtingen voor voortgezet onderwijs, welke laatste leerlingen andersoortig on derwijs behoeven dan de eerst genoemde. Weliswaar is door verschillende schoolbesturen getracht aan deze behoefte tegemoet te komen door de vorming van zgn. „opleidingsklas sen", doch hierdoor kan geenszins een aan de behoefte beantwoorden de, gelijk gerichte opleiding voor het voortgezet onderwijs tot stand wor den gebracht. Dientengevolge doet zich zeer sterk de behoefte gevoelen aan een centraal gelegen opleidings school, bestemd voor alle daarvoor in aanmerking komende kinderen. Het bestuur der school wil daar om een zodanige school als afdeling voor gewoon lager onderwijs aan de eveneens van dat bestuur uitgaande school voor uitgebreid lager onder wijs. De Heer Van Hardeveld vond deze voordracht nog erger dan de vorige. Men gaat een schifting ma ken, zodat arbeiderskinderen dit hogere schoolgeld niet kunnen be talen en waardoor wellicht andere scholen ontvolkt worden. Dit blijkt uit het feit dat er schoolhoofden zijn, die de ouders waarschuwen en dat de scholen toch reeds voor oplei dingsklassen zorgen. Hier zit een „drijven" in, hetgeen zeer gevaar lijk is. Het onderwijs wordt er door verpest en als men zo doorgaat, zitten we binnenkort met lege schoollokalen, aldus spreker. De Heer Slok vond deze school evenmin noodzakelijk en vond het een klap in het gezicht van de schoolhoofden der lagere scholen. De Heer Van Stempvoort kon zich niet verenigen met deze zienswijze en meent dat er geen klasse-ver schil gemaakt wordt. Ook de U.L.O.- school, waar het schoolgeld toch ook hoger is, wordt bezocht door minstens 50 arbeiderskinderen. De Wethouder meende, dat de be hoefte van deze school wel duide lijk bleek uit het enthousiasme, waarmede de ouders hun hand tekening hadden gezet. Aangezien aan alle eisen voldaan is, is de be handeling van deze kwestie eigen lijk buiten de Raad. De Raad dacht er schijnbaar anders over, want met 8 tegen 6 stemmen weigerde de Raad haar medewerking aan deze school te verlenen. Om de zoge naamde „Helling" nabij het Verlaat aan te kopen en te verbeteren had de Raad geen bezwaar tegen, maar zij maakte wel degelijk bezwaar tegen de 40.000.- extra kosten om de Spoorlaan uit te graven en als meerwerk te betalen voor de be strating en riolering van het Bos- laanplan. De Heer Plant kon zich hiermede allerminst verenigen en stelde voor dit voorstel terug te ne men tot een volgende zitting en de Raad eerst het bestek ter inzage te verstrekken, opdat dan nagegaan kon worden of het risico voor de aannemers is. De Heer Van lfl?fde- veld informeerde of het juist was, dat B. en W. opdracht gegeven had den en dat men met de uitvoering reeds bezig was, waarop hij een be vestigend antwoord kreeg. Deskun digen waren van oordeel, dat deze onvoorziene omstandigheid (meters dikke verflaag en bagger in de grond) niet voor rekening van de aannemers kon komen en dat bij arbitrage de Gemeente zeker in het ongelijk zou worden gesteld. De Heer Van Stempvoort vond het een gruwel, dat er reeds met het werk begonnen is, zonder dat de Raad gehoord werd. Bij een dergelijk be-' langrijk bedrag had de Raad toch zeker in een spoedeisende zitting bijeen moeten komen. Nu lag het feit er. Wethouder de Ruiter stemde toe, dat het beter geweest was, dat de Raad onmiddellijk bijeen ge roepen was, hetgeen in de toekomst bij soortgelijke gevallen zeker zou gebeuren. Nadat nog door enkele personen hierover het woord werd gevoerd, werd het voorstel van B. en W. met 8 tegen 5 stemmen aangenomen. Tegen stemde de fractie van de P. v. d. A. Het voorstel om de Middellaan tot de Kerkewijk door te trekken en de benodigde gronden aan te kopen, werd door B. en W. ingetrokken. Wellicht komt dit later nog aan de orde. De Raad voteerde vervolgens een bedrag van 120.000.- voor de ver beteringen aan Klein Schutje, onder toezegging, dat met de gunning van het werk gewacht zal worden, tot dat zekerheid verkregen is, dat de Gemeente Ede voor 50 in de kos ten bijdraagt en dat de Raad de mo- tieven zou vernemen, indien het werk niet aan de laagste inschrijver werd gegund. Vervolgens werd aan de orde ge steld de geruchtmakende zaak van arts Heckman te Jutphaas, waar over in een vorige vergadering reeds vragen gesteld waren door de Heer Van Hardeveld, n.l. of het juist was, dat B. en W. de vestiging van deze arts hadden tegengewerkt. De Voor zitter had reeds in de vorige ver gadering geantwoord, dat van tegen werking geen sprake was geweest, maar dat B. en W. niet zijn inge gaan op de snelheid, waarmede deze arts een woning ter beschikking wilde hebben. Deze arts had nu aan het raadslid Hardeveld een uitvoe rig schrijven gericht, waarbij hij omschreef, dat het Gemeentebestuur van Veenendaal zijn vestiging in derdaad had tegengewerkt. B. en W. hadden intussen aan de Raadsleden een uitvoerige uiteenzetting van deze zaak gegeven. Tijdens de in terpellatie van de Heer Van Harde veld in deze vergadering bleek dui delijk, dat hier van tegenwerking geen sprake was. De voorzitter merkte op, dat hij weinig waarde ring had voor de wijze waarop deze arts met het college van B. en W. omspringt, daar alle mogelijke mede werking werd verleend. Het College treft in dit opzicht geen enkele blaam en de voorzitter stelde er prijs op, deze zaak in het openbaar te behandelen. De Raad verenigde zich tenslotte met de verklaringen van Burgemees ter en Wethouders. Aan het einde der vergadering deelde de Wethouder yan Openbare Werken, de Heer De Ruiter nog mede, dat de plannen om 1 of 2 speeltuinen in deze gemeente te openen in een vergevorderd stadium verkeren. De Wethouder maakte bovendien de opmerking, dat hij het zeer prettig zou vinden, indien de Raadsleden eens een excursie maakte naar de talrijke werken die thans in de Gemeente uitgevoerd worden. Dit plan vond instemming bij de Raad, zodat op een nader te bepalen dag de raadsleden een rond gang door de gemeente zullen ma ken, om de vorderingen en de aard der werkzaamheden bij de aanleg van nieuwe wegen, nieuwe riolerin gen en woningbouw in ogenschouw te nemen. In verband met het vergevorderde uur bleek geen enkel raadslid er meer behoefte aan te hebben aan de rondvraag deel te nemen, waar na de raad in geheime zitting ging, ter behandeling van verschillende bezwaarschriften voor het school geld. Moeilijkheden bij de verbetering van de spoorlaan. Bij de uitvoering van riolerings werken en de aanleg en verbetering der wegen in en nabij de bouwwijk „uitbreidingsplan Zuid-Oost" (Bos- laan, Larikslaan, Middellaan, Groe- nelaan, Dennenlaan en Spoorlaan) doen zich vele moeilijkheden voor, o.m. doordat op sommige plaatsen nog vrij veel bagger wordt aange troffen, die geheel verwijderd moet worden om latere verzakkingen te voorkomen, hetgeen vooral voor asphaltwegen funest zou zijn. Be treft het een klinkerweg, dan kan men het gedeelte, dat verzakt is er uit halen, met zand aanvullen en opnieuw bestraten; met asphalt wegen is dit echter zeer bezwaarlijk. Vooral in de Boslaan moest veel grond worden uitgegraven en met zuiver zand worden aangevuld. De grootste moeilijkheden doen zich echter voor met de 'Spoorlaan. In deze weg blijkt een metersdikke laag verf- en andere afvalstoffen aanwezig te zijn, afkomstig van de vroegere textielfabriek van de firma Roessingh. De Spoorlaan maakte vroeger n.l. deel uit van de zgn. „Gezonken Hoek" en werd dit lage terrein met allerlei afvalstoffen op gehoogd.

Digitale periodieken - Gemeentearchief Veenendaal

De Vallei | 1949 | | pagina 6