Schepping en herschepping MULDER Geheim van de Kluizenaar Renswoude Predikbeurten Achtergrond en perspectief der historie Ederveen Overberg Veenendaal ASSURANTIEKANTOOR ALLE VERZEKERINGEN EN H/POTHEKEN Co v. Varkv. Opijnen Burgerlijke Stand FEUILLETON 11I11IÉ ■111 Is een Erdal LAMPEGIETERS A VOND LUISTER RIJK GEVIERD. Het anders zo rustige aanzien van het dorp Renswoude bood Maandag avond wel een geheel ander beeld. Het was „Lampegietersavond" het feest van licht en jolijt. Grote scharen van kinderen verlichtten met hun fak kels en lampions de Dorpsstraat. Ieder jaar blijkt er grote belangstelling te bestaan voor deze folklore. Wij meen den zelfs dat dit jaar de belangstelling groter was dan andere jaren. Onge twijfeld was dit in belangrijke mate te danken aan de medewerking van de muziekvereniging „Ons Genoegen De stoet trok nu meer geconcentreerd door het dorp, ondanks het feit dat een muziekvereniging nu eenmaal geen wandelpas kan lopen, waardoor het tempo voor vele kinderen wel te snel geweest zal zijn. Dit neemt niet weg, de jeugd kon zich botvieren in het kabaaischoppen, enz. Een stukje ver leden werd weer tot het heden terug geroepen en dan kunnen wij ons thans nauwelijks meer voorstellen, dat vroe ger omstreeks de tijd van schemer donker nog een belangrijke taak wachtte. WEGEN WORDEN VERBETERD. De verbreding van de Kerkstraat nadert thans haar voltooiing. In ieder geval zijn de werkzaamheden thans zover gevorderd, dat wij ons een juist beeld van de nieuwe situatie kunnen scheppen. Ongetwijfeld is hier door de gemeente een belangrijk werk gedaan ter verbetering van het dorpsaanzien. Maar niet alleen de Kerkstraat werd verbeterd, ook de Molenstraat, voor zover in onderhoud bij de gemeente heeft een geheel nieuw aanzien ge kregen door de nieuwe bestrating. Wij betreuren het, dat deze straat niet in haar geheel werd verbeterd. Mogelijk kan het particulier initiatief hier nog iets goeds tot stand brengen. Bij deze opsomming van verbeterde wegen mogen wij ook niet de Veen weg ver zuimen te noemen. Deze weg, die des tijds werd verhard door middel van een puinverharding, wordt thans door de gemeente afgewerkt door het aan brengen van een teer-slijtlaag, waar door de bruikbaarheid in hoge mate wordt bevorderd. Tenslotte vernamen wij, dat het ge meentebestuur, de verharding van de Holleweg heeft gegund aan de laagste inschrijver, de fa. H. Emelaar Zoon te Zeist. Uit een en ander moge blijken, dat het gemeentebestuur een open oog heeft voor het wegenprobleem in de gemeente Renswoude. VEENENDAAL. Ned. Herv. Kerk Markt 9.30 uur Ds v. Wijngaarden, uur Ds Bakker; Julianakerk 9.30 uur Ds Bakker, 5 uur Ds Vroegindewey; Vredeskerk 9, 10.30 uur Ds Vroegin dewey, 5 uur Ds v. Wijngaarden; Veen- eind 3 uur Ds Vroegindewey. Woens dag 1 October 7.30 uur dhr. Vroegin dewey van Middelharnis; Dijkstraat 2.45 uur Ds v. d. Linden van Rhenen; Sola Fide 10 uur Ds A. T. W. de Kluis van Rotterdam, Bed. H.A. en n.m. 5.30 uur Ds F. Offeringa van Wageningen, Bed. H.A. en Dankz. Ger. Kerk 9, 10.30 en 5 uur Ds Enk. Ger. Klerk (on-| derh. art. 31 K.O.) kleine zaal gebouw Eikenlaan 8.15 en 3 uur dienst; Chr. Ger. Kerk 9.30 en 5 uur Ds Slofstra; Ger. Gem. 9.30 en 5 uur Ds Kok; Ger. Gem. Fluiterstraat 9.30 en 5 uur lees- dienst. Dinsdag 30 September 7.30 uur Ds van Gilst van Elspeet; Ned. Prot. Bond 10.30 uur Ds Richards van Bus- sum; Geb. Eltheto (kleine zaal) Vrij dag 3 October 7.30 uur Ds Salomons; Leger des Heils Zaterdagavond 7.30 uur straatzang, Zondag v.m. 10 uur Heiligingsdienst, 7 uur n.m. Openl.sa- menkomst, 8 uur Verl.samenkomst; R.K. Kerkdiensten (Nieuweweg D 18) 's Zondagsmorgens 7.30 en 10.30 uur, 's avonds 7 uur, Zaterdagsavonds 7.30 uur. In de week 's morgens 6.30 en 8 uur. RHENEN. Ned. Herv. (Ger.) Evan gelisatie 10 en 5 uur dhr. Zwijnenburg van Utrecht. ELST. Ned. Herv. Kerk 10 en 6 uur Ds v. d. Peut; Ger. Gem. 9.30 en 6 uur leesdienst. Woensdag 1 October 7 uur Ds v. d. Woestjjne van Barneveld. OVERBERG. Ned. Herv. Kerk 10 en 6.30 uur dhr. v. Noort; Oud Ger. Gem. 10 en 6.30 uur leesdienst. EDERVEEN. Ned. Herv. Kerk 10 en uur Ds Treure; Ger. Gem. 9.30 en 2.30 uur leesdienst. Donderdag 2 Oc tober 7.15 uur Ds Heerschap van Wa geningen; Oud Ger. Gem. 9.30 en 2.30 uur leesdienst. RENSWOUDE. Ned. Herv. Kerk 9.30 uur Ds W. Hop, 6.30 uur de heer Schu ring van Nijkerk. Geref. Kerk 10 en 6.30 uur Ds D. G. Molenaar. ACHTERBERG. Ned. Herv. Kerk 10 en 6 uur de heer C. v. Viegen. KERKEWIJK 167 TEI.66O VEENENDAAL EDERVEEN VOORUIT. Tot heden houdt geen dokter in Ederveen spreekuur. Aan dit ongerief komt een einde, doordat Dr. W. M. van Ringelestijn zich m.i.v. 1 Oct. a.s. zelf standig in Ederveen vestigt. Voor tij den van het spreekuur en adres zie men de betreffende advertentie in ons blad van heden. LAMPEGIETERSAVOND. Een week na Veenendaal heeft ook do Ederveense jeugd zich op Maandag avond vermaakt. Hoewel er door niemand iets georga niseerd was, verscheen toch een aantal kinderen verkleed en met lampions op do Hoofdweg. Jammer, dat enkele grotere jongens maar nauwelijks de grens van het betamelijke kenden. schaafwonden, schrammen, ontvellingen VII OPZETTELIJKE SELECTIE De Bijbelse geschiedschrijving toont ons duidelijk een bewuste, zeer opzette lijke selectie, zowel van volken als van personen. Steeds wordt de geschiedenis dienstbaar gemaakt aan de heilsfunctie van de door God verkozen personen. Mozes was, zoals wij betoogden, geprae- disponeerd voor zijn taak als leider van Israël, doch er zijn talrijke voorbeelden, dat de Almachtige géén bijzondere eigenschappen als maatstaf voor zijn „keuze" nam. Integendeel, wanneer men de antecedenten van de personen uit de heilige linie nagaat, ziet men, dat God delijke selectie niet gebaseerd is op de goede karakters der individuen. Legt men de normen van goed en kwaad, deugdzaam en slecht, sympathiek en an tipathiek aan, dan valt het oordeel dik wijls niet ten gunste van de uitverkoren mensen uit. God werkt kennelijk vol gens een vast bestek. Het is in hoge ma te geruststellend en genezend voor de De doelstellingen van de vereniging in onzekerheid verkwijnende mens van zijn thans aangepast aan de nieuwe deze tijd, als hij ontdekt dat er in niets inzichten ter zake, waarbij het voor-'van het Goddelijk heilsproject voor on- komen van ziekte even belangrijk ze wereld afgeweken wordt, zelfs wan- wordt geacht als het genezen ervan. |neer al onze menselijke nonnen, de ze- De Vereniging is verlengd voor 29 delijke inbegrepen en onze berekeningen HET GROENE KRUIS. In de buitengewone algemene leden vergadering van Het Groene Kruis op 16 September j.l., werden de nieuwe statuten en huishoudelijk reglement na uitvoerige bespreking met algemene stemmen vastgesteld, nadat verschil lende wijzigingen in het concept wa ren aangebracht. Het verenigingsjaar zal in het ver volg lopen van 1 Januari tot en met 31 December, hetgeen administratieve vereenvoudiging met zich medebrengt. In verband hiermede zal de contri butie der leden voor de termijn van 1 September tot en met 31 December thans afzonderlijk worden geïnd, ter wijl eerst daarna de nieuwe contribu tie over 1953 betaalbaar zal worden. GEVONDEN EN VERLOREN VOORWERPEN. Gevonden: twee ons gewicht; bruin lederen kinder schoentje; portemon- naie; hondenkarwats; bijtring en rammelaar; kopsleutel; bruine re genjas; trechter; kinderrijwiel; vul potlood; een doos met witte gym schoenen; penetui met inhoud; blauwe autoped; een Engels leer boekje; gebreid kindervestje; aan gelopen een zwarte bouvier. Gevonden: schakelarmband, autoped, portemonnaie inhoud rozenkrans, aan steker, oude damesrijwiel, een medail le, een broche, duimstok, muntbiljet, een shawl, een reflector met glas en lamp, aangelopen een hond. Verloren: jongensregenjas; bruin herenschoen; jongensvest; gebloem de grijze japon in een theemuts; portefeuille met inhoud; sleutel met plaatje no. 95; portemonnaie met inhoud; wit linnen kinderschoentje; actetas met inhoud; rode damespor- temonnaie; blauwe autoped; heren- bril; zes witte schorten en een hand doek; damesschoudertas met in houd; bruin kinderschoentje; een Verloren: blauwe kan, huissleutel, rode autoped, rood parelarmbandje, groen kindertasje, grijze autodeken, blauwe autoped, gouden gladde ring, een witte kinderschoen, anderhalf paar bruine kinderschoentjes, glacé herenhandschoen, donkerrode vulpen met bolpoint, capuchon, een abonne ment van de NBM, een muntbiljet, een geblokte shawl. jaar en 6 maanden en wij twijfelen er niet aan of in dit nieuwe tijdvak zal zij wellicht nog meer dan tot nu toe, werkzaam zijn tot heil van heel onze bevolking. Moge een spoedige totstandkoming van het Groene Kruis Wijkgebouw hiervan het zichtbare te ken zijn. KEURING HUISSLACHTINGEN. De Burgemeester der gemeente Ame- rongen brengt ter kennis van belang hebbenden, dat de keuring van huis slachtingen m.i.v. 1 October a.s. in deze gemeente als volgt is geregeld: AMERONGEN, (Eist en Lekdijk) op Maandag en Dinsdag. OVERBERG, gemeente Amerongen op Dinsdag en Woensdag. Belanghebbenden worden er op gewe zen, dat van het voornemen tot het slachten tenminste 6 (zes) dagen tevoren, aangifte dient te worden gedaan ten gemeentehuize tussen 8.30 en 12.30 uur v.m. anders zouden doen veronderstellen. Het is aangrijpend en tevens interes sant na te gaan, hoezeer de heilsfunctie van de natie Israël en hoe de heilsfunc tie van bepaalde persoonlijkheden uit dit volk, door God gewild en gereali seerd is. Het heil dat in Christus op aarde gekomen is, werd nauwkeurig ook in geneologisch en psychologisch op zicht, voorbereid. Steeds volgt de lijn van Christus' voorgeslacht het door de Geest ontworpen plan, uitgedrukt in verschillende profetieën en beloften. Het vóór-Noachitisch tijdperk in dit verband buiten beschouwing latend, be ginnen wij ons onderzoek bij Abraham Wanneer Abraham door zijn slavin Ha- gar een zoon, Ismaël, geschonken is vraagt hij God: Och, mocht Ismaël voor Uw aangezicht leven. God antwoord hem echter, dat Hij Ismaël wel zal ze genen en uit hem een groot volk zal verwekken, maar „mijn verbond zal Ik oprichten met Isaak ,dien Sara u baren zal" (Gen. 17 1821). En hoezeer Abra ham Ismaël ook beminde op bevel van Isaak's geboorte weg, „want door Isaak God stuurt hij Hagar en Ismaël na zal men van Uw nageslacht spreken DE HEILIGE LINIE Isaac krijgt twee zonen, Ezau en Ja cob. Hoewel Ezau het eerst-geboorte- recht heeft en de zegen moet verkrijgen. Ontvangt Jacob deze door een list. Ja cob of Israël verwekt twaalf zonen, de stamvaders van de latere twaalf stam men Israëls. Uit deze twaalf zonen wordt niet de edele en latere onderkoning van Egypte, Jozef, tot de stamvader van het Ko ningsgeslacht van Israël gekozen, doch Juda, die met zijn broeders Jozef aan slavenhandelaren verkocht. Wanneer Jacob gaat sterven en hij naar de gewoonte zijn kinderen zegent een zegening met het karakter van profetie zegt hij, dat de scepter van Juda niet zal wijken, totdat Silo komt en hem zullen de volken gehoorzaam zijn. Uit Juda zal de Christus voortko men. (Gen. 49 9 en 10). De lijn die naar Christus leidt, dreigt met het koningschap van Saul, de eer ste vorst over Israël, af te buigen. Saul was immers een man uit de stam Ben jamin. Maar de geschiedenis leert, hoe Saul ondergaat in daemonie en de profeet Samuel opdracht krijgt de een voudige herdersknaap David uit de stam van Juda, tot koning over Israël uit te roepen. Wie het eerste hoofdstuk van Mat- theus en Lucas 3 2328 opslaat treft daar de geslachtsregisters van Jezus Christus aan. De profeten hadden reeds eeuwen te voren gezegd, dat de Messias in Bethle hem uit het geslacht van de Israëlitische koning David van de stam Juda geboren zou worden (Micha 5 1). Zowel van vaders als moeders zijde stamt Jezus uit het Joodse koningshuis. Tekenend hier bij is, dat het geslachts register volgens Lucas verder terug gaat dan tot David. Via de aartsvader der Semieten. Sem, de oudste zoon van Noach, wordt de lijn door getrokken tot Adam, bij wiens naam uitdrukkelijk staat aangegeven „de zoon van God' Dit geschiedde op de uitdrukkelijke wens van de vertegenwoordiger van het Romeinse wereldrijk! Christus had geen zoon. Hij is nog de Koning der Joden. Met de dood van Christus lijkt ook voor de christen heid het koningsgeslacht van David uitgestorven. Wel had Jezus broeders en van hun nakomelingsschap weten wij niets, doch zij waren geen kroonpreten denten. H. V. (Wordt vervolgd) SCHOONHEIDSSPECIALISTE Oude Arnhemseweg 17, EDE, Tel. 9654 Huize „Dennenhof" Adviezen kosteloos VEENENDAAL. Ondertrouwd: Willem van Hensber- gen 19 j, en H. Inkenhaag 19 j; Mar- tinus de Bruin 21 j en Rika Vonk 20 j; Hendrik van den Bruinhorst 26 j en Aaltje Diepeveen 25 j; Jan van den Bovenkamp 24 j en Alida G. van de Scheur 24 j. Gehuwd: Maarten de Waal 23 j en Geurtje van Barneveld 21 j; Evert van Manen 25 j en Francina van de Pol 27 j. Geboren: Jacoba, d v D. J. van Ma nen en G. H. Bos; Dirk, z v G. Ariesen en L. van de Haar; Car la M. d v KL Kleijer en J. van den Brandhof; Jan- nigje M. d v C. Slotboom en E. Schuurman; Jacobje d v J. v. Capelle en W. van de Voort; Anthonia, d v Dirk Diepeveen en R. van Spanje; Hendrik, z v H. van Schoonhoven en S. Liscaljet; Rob, z v C. Middelhoven en H. L. Kind. AM€RyooRT ZEIST SLOTLAAN RHENEN. Geboren: Mathilde, d v K. W. Schielein en J. A. van Veenendaal, Grebbeweg 105; Jelis, z v J. van Ma nen en W. J. van Laar, Lindenlaan 10; Hendrik H., z v H. Hendrikse en J. C. van Grootheest, De Dijk 11; Reindert A., z v G. Evers en J. S. Bleijenberg, Eikentlaan 351; Janna L., d v W. Meijer en J. Spies, He renstraat 761. Ondertrouwd: Matthijs Diepe veen, Ede en Cornelia van Laar, Rhenen; Gerardus J. Boos, Groote broek en Elisabeth A. M. Wolff, Rhenen. Gehuwd: Deborus Duis en Jan- tiena Alida Agter. Overleden: Alida Baars, 66 j., ge huwd met I. Overweel, Bruine Ing- seweg 41. AMERONGEN. Geboren: Christina Anna Maria, d. v. M. J. G. Visser en M. J. Meiners. Overleden: Geen. Ondertx-ouwdBertus Jacobus Wigge- mansen, 25 jaar en Gerritje van der Lem, 20 jaar. Getrouwd: Geen. Loop der bevolking. Vertrokken: Johan Zwaan van Ach terweg B 115 naar Amsterdam. RENSWOUDE. Ondertrouwd: Melchior Lief tink, 32 j, lasser en Johanna van Veldhoven, 23 j. Getrouwd: Gerrit Vermeulen, 43 j. en Jannetje van den Berg, 30 j. Overleden: Hendrik N. Valkenburg, CHRISTUS, KONING DER JODEN Jozef was een nazaat van David's zoon en troonopvolger Salomo en Ma ria kwamen voort uit het geslacht van Nathan, een andere zoon van David. Wij merkten reeds op, dat de meeste figuren uit de heilige linie geen bijzon dere verdiensten hadden. Ezau was een ruwe, onverschillige jager, maar Jacob een bedrieger. Van Juda weten wij dat hij even schuldig was aan het verkopen van zijn bi'oeder Jozef, als zijn andere broeders. David verwekte Salomo in overspel met Bathseba, de vrouw van zijn trouwe krijgsoverste Uria, welke laatste door David uit de weg geruimd werd om aan zijn begeerte te kunnen voldoen. De koninklijke nazaten van Salomo waren voor het merendeel afvallige vorsten en als de lijn eindelijk uitkomt bij Jozef, de eenvoudige timmerman, is er van de glorie van het Davidische koningshuis niets meer over. De Babylonische bal lingschap en de Romeinse bezetting van Israël hebben de laatste sporen van Da vid's huis weggewist en het land wordt geregeerd door de heidense Herodesstm. De Almachtige echter heeft de ko ninklijke linie door de ondergang van Israël heen bewaard. Na eeuwen verge telheid wordt de kroonpretendent gebo ren en dat zijn aanspraken serieus ge nomen worden, hoewel niet erkend, be wijst de kindermoord te Bethlehem. Wij moeten ook acht slaan op het feit dat Jezus Christus gekruist is onder de ti—'51 j; Jacoba van Bennekom, wed. van tel „Koning der Joden". Willem van Ginkel, 84 j. (door Herman van Hattnm) Als door de zeis geveld, zonk zij heel langzaam, met lijkbleek gelaat, de ogen gesloten en het hoofd diep op de borst gevallen, opzij. En wanneer de predi kant niet met een sprong naast haar was komen staan om haar in zijn ar men op te vangen zou zij gevallen zijn. Het gerucht, dat de vrouw van de jonge dominee niet goed was ging als een lopend vuurtje door het dorp. Al de volgende dag wist practisch de hele gemeente, dat de dominese overspan nen was en voor herstel enkele weken bij haar moeder zou logeren. Ds. Rijpstra beende met lange pas sen door de vreemd-stille kamers. De piano had hij afgesloten en de sleutel ergens neergelegd. Waar, dat wist hij niet meer. Eigenlijk was hij zelf ook overspannen. Er was moeheid in zijn ogen, in zijn gelaatstrekken en flauw tekenden dc lijnen om de mondhoeken zijn verdriet. Hij piekerde en mijmer de, lag vaak halve nachten wakker om dat de slaap niet wilde komen. Uren lang wentelden de wielen van zijn her sens, zonder dat hij ze tot stilstand kon brengen. Steeds doemde het gelaat van zijn vrouw voor hem op, zoals ze daar achter de piano had gezeten. En als eindelijk de slaap zich over hem ont fermde, werd hij gekweld door angst aanjagende dromen en benauwende vi sioenen. Soms zag hij een hele grote piano, die veranderde in een monster, dat hem aangrijnsde; dan weer waren Japik en vrouw Geurts elk op een pia no aan 't spelen, die ze boven op Hetty hadden gezet en kwam het dienstmeisje met een natte dweil aandragen om die op de piano te leggen De dominee zag er slecht uit, vonden do ouderlingen. Zijn collega was vol medeleven, wilde hem werk uit handen nomen. Rijpstra had geweigerd. Vrien delijk maar beslist. Hoe minder hij werkte, hoe meer tijd hij over hield om te prakkizeren. Afleiding moest hij hebben; méér werk in plaats van min der. Met hardstocht wierp hij zich op de studie van zware theologische wer ken, zichzelf met een ijzeren wilskracht dwingend tot opmerkzaamheid. En zoetjesaan vond hij zijn oude veer kracht terug. Hetty was altijd al overgevoelig ge weest. Als kind een zeer moeilijk we zentje dat als een schuw musje in el kaar kromp, wanneer men haar een hard woord toevoegde, maar als een bloem openbloeide, zodra iemand iets hartelijks tegen haar zei. Nimmer kon ze zijn als de andere meisjes; aan de ruwe spelletjes van buurtgenootjes deed ze nooit mee; zij was altijd de zwijgende toeschouwster, die van op een afstand het gejoel gade sloeg. Ja, Hetty had het niet gemakkelijk gehad in haar jeugd. Materiëel had het haar aan niets ontbroken. Maar gees telijk kon zij moeilijk haar weg vin den. De wereld en het leven vielen haar tegen. Het leven was een gruwelijke teleurstelling. Zij had gemeend in haar naïeviteit, dat de maatschappij er op was ingericht om iedereen gelukkig te maken; ze meende aanvankelijk, dat alles terwille van haar bestond en kwam tot de ontdekking, dat de we reld dom en hard was, de mensen ge voelloos en huichelachtig. Niemand was „echt". Men deed maar wat en praatte maar wat, maar wat men eigenlijk wilde doen en eigenlijk wilde zeggen, daarmee kwam men niet naar voren. Kinderen nam men niet au se- rieux; die streek men langs de kin, vroeg „een handje", zei een aardig heidje en begon dan weer over de grotemensen-dingen te kwezelen. Bah mispunten waren het allemaal. En toen ze van meisje tot vrouw rijpte, toen haar gang en gebaren sier lijker, haar pas veerkrachtiger en de uitdrukking in haar ogen zelfbewuster werd, toen waren de moeilijkheden eerst recht gekomen. Uitgaan deed ze niet. Sport was te ruw, uitgezonderd tennissen, wat ze dan ook veel deed. Slechts af en toe ging ze naar de con certzaal, waar ze, naast haar moeder of een vriendin stil in een hoekje weg gekropen, zat te luisteren, de handen in de schoot gevouwen, geheel opgenomen in de wcndere wereld, die de klanken voor haar opriepen. Maar als dan na afloop, buiten, de regen in haar gezicht striemde en haar begeleidster de mooie droomkastelen, waarin zij zich waande, verstoorde door allerlei lichtvaardig gesnap over onbenulligheden, was het schone weer voorbij, stuk, aan flarden. Met Dolf had ze eigenlijk min of meer door een toeval contact gekre gen. Ze waren alle twee op een partijtje gevraagd en Dolf's fijne inituïtie had hem doen weten, dat zij zich in deze sfeer niet erg thuis gevoelde en dat het haar moeilijk viel met de anderen mee opgeschroefd vrolijk te doen. In een nis van het kleine zaaltje had hij de hele avond met haar gesproken, terwijl om hen heen de stemmen roezemoesden, de glazen klonken en de kurken knalden. Hij zou die avond niet licht vergeten. Zij hadden elkaar toen geestelijk ge vonden. Niet dat er geen strubbelingen waren geweest die eerste maanden na hun verloving. Hetty had buien van onver nietigbare melancholie en apathie, waarin ze onhandelbaar en onredelijk was, ongenaakbaar voor iedereen. En ze was onbegrensd eerzuchtig bij zie kelijk af. Aanmerkingen duldde ze niet; ze kromp eronder ineen alsof men haar had geslagen. Musiceren deed ze alleen als ze er zin in had. Op verzoek kwam ze niet achter de piano. Ze kon niet „op bevel" spelen, zei ze altijd. En dat gaf wel eens onenigheid, omdat men haar niet be greep. Dolf moest zich dan altijd erg inhouden en haar partij kiezen om haar daarna, met veel tact en liefde, over haar obstinate buien heen te helpen. Hij was de enige, van wie ze tenminste nog iets kon vredragen, omdat hij haar het beste begreep, het verst in haar straatje kon komen, met haar ogen de dingen zien en haar reacties meegevoe len. Anderen vonden haar alleen maar vreemd, hysterisch, gewild-interessant en aanstellerig. „Wat dat toch voor kind ishad haar moeder vaak gezegd. „Het is net of de hele wereld aan haar voorbij gaat. Ze staat maar aan de kant te dromen met een paar grote, afwezige ogen. Ze drentelt op en neer als ze zich moei verstoppen voor de anderen. Zit ze thuis op haar stoeltje, dan kan ik haar nog het beste met een haak- of breiwerkje laten prutsen. En hoe vaak is zo ook dan niet in zulke diepe ge peinzen verzonken, dat haar handen stil staan en geen enkele vraag tot haar doordringt." Do weken van eenzaamheid en studie werden voor Rijpstra een bron van steeds nieuwe ontdekkingen. Nu hij zijn vrouw niet om zich heen had en Liane, haar jongere zuster, die tijdelijk het huishouden waarnam, óf aan het werk, óf het dorp in was dan wel in een luie stoel bij de radio zat, ging hij het dienstmeisje ook meer waarderen. Het was een eenvoudig kind, dochter van een boer even buiten het dorp. Hij kwam dichter bij haar staan en de ont dekking, dat hij haar verlegenheid en bedeesdheid niet aan slaafse onder danigheid of gemakzuchtige volgzaam heid moest toeschrijven, maar dat zo haar natuur was, betekende voor de predikant heel veel. Nimmer drong ze zich op de voorgrond. Dienen en nog eens dienen was haar enig verlangen. Daarin ging ze op. Andere behoeften had ze niet. En voor hem, de verstan delijke man, die uit hoofde van zijn be roep alles behoorde te weten en in alles strakke lijnen behoorde te trek ken, was het een verademing af en toe jde wonderlijke zwenkingen en wisse lingen in haar gemoedsleven te obser veren en er zich helemaal in te verdie pen. Het deed hem goed te merken, dat de ziekte van zijn vrouw ook haar diep had aangegrepen. Ze babbelde veel meer, nu ze met hem alleen was, dan toen Hetty nog de Ischepter zwaaide. Op een morgen, aan het ontbijt, kwam het gesprek op het weer. Het was een heerlijke Meidag. De zon was juichend aan de hemel ver schenen en Rijpstra had al vroeg de tuindeuren wagenwijd opengezet. „Als het zulk weer blijft zal Japik wel gauw gaan zingen," zei Rika. „Wat zeg je?" mompelde de predi kant, tussen twee happen brood in en zijn kopje aan Liane reikend voor wat thee, „Japik zingen?" „Ja, Japik is zo'n beetje het weerbe richt. Als hij 's avonds met zijn gitaar tegen de heuvel gaat zitten spelen en zingen, zeggen de mensen, dat het een hele poos mooi weer blijft." „Dus hij is ook muzikaal?" kwam de predikant, wat meer geinteresseerd. „Dat weet ik niet. Ik heb er geen ver stand van. Hij speelt erg raar, nooit psalmen of gezangen. Altijd van die rare liedjes. Ik denk dat het Engels of Duits is, want je kunt er haast nooit iets van verstaan. Kinderen zitten vaak aan zijn voeten te luisteren. Lang blijven ze meestal niet. Want Japik zegt haast nooit iets tegen hen en dan gaan ze maar gauw weer weg. Kleine kinderen zijn bang voor de hond, die altijd naast hem in de hei ligt. Die blij ven helemaal onder aan de heuvel." Rijpstra schoof zijn bord achteruit en staarde zwijgend voor zich. Weer doemde het beeld van Hetty voor hem op, zoals zij die avond als een krank zinnige had gespeeld. Was het mogelijk, dat enkel het beeld van die man haar zo overstuur had gemaakt? Zou er dan toch zoiets als een „astraal lichaam" kunnen zijn, waardoor de ene mens de andere kon beïnvloeden? Hetty had wel gezegd, toen, nadat de inderhaast telefonisch ontboden dorpsdokter weer was weggegaan, dat ze telkens het beeld van Japik voor ogen had gehad, toen ze speelde. Wat er echter de laat ste minuten met haar was gebeurd wist ze niet meer. Het was geweest als stond er een onzichtbare macht boven en cahter haar, die haar dwong tot spelen. Een razernij had zich van haar meester gemaakt, zodat ze de macht over haar eigen gedrag kwijt raakte en niet meer wist wat ze deed. Van haar val, op het laatst, kon zij zich niets meer herinne ren. „Wat doet die man eigenlijk de hele dag?" vroeg Rijpstra langs zijn neus weg. „Ik geloof, dat hij boeken schrijft en zo. Tenminste, dat zegt vi-ouw Geurts, die altijd zijn huis schoon maakt. Ze mag nooit aan de tafel komen en alles ligt altijd vol papieren. Hij kan ook de toekomst voorspellen en allerlei andere duivelskunsten" gichelde het meisje zenuwachtig en dronk slobberend haar thee. (Wordt vervolgd)

Digitale periodieken - Gemeentearchief Veenendaal

De Vallei | 1952 | | pagina 6