Schepping en herschepping
MULDER
Geheim van
de
Kluizenaar
Renswoude
Predikbeurten
Achtergrond en perspectief
der historie
Ederveen
Overberg
Veenendaal
ASSURANTIEKANTOOR
ALLE VERZEKERINGEN
EN H/POTHEKEN
Co v. Varkv. Opijnen
Burgerlijke Stand
FEUILLETON
11I11IÉ
■111
Is een Erdal
LAMPEGIETERS A VOND LUISTER
RIJK GEVIERD.
Het anders zo rustige aanzien van
het dorp Renswoude bood Maandag
avond wel een geheel ander beeld. Het
was „Lampegietersavond" het feest
van licht en jolijt. Grote scharen
van kinderen verlichtten met hun fak
kels en lampions de Dorpsstraat. Ieder
jaar blijkt er grote belangstelling te
bestaan voor deze folklore. Wij meen
den zelfs dat dit jaar de belangstelling
groter was dan andere jaren. Onge
twijfeld was dit in belangrijke mate
te danken aan de medewerking van
de muziekvereniging „Ons Genoegen
De stoet trok nu meer geconcentreerd
door het dorp, ondanks het feit dat een
muziekvereniging nu eenmaal geen
wandelpas kan lopen, waardoor het
tempo voor vele kinderen wel te snel
geweest zal zijn. Dit neemt niet weg,
de jeugd kon zich botvieren in het
kabaaischoppen, enz. Een stukje ver
leden werd weer tot het heden terug
geroepen en dan kunnen wij ons thans
nauwelijks meer voorstellen, dat vroe
ger omstreeks de tijd van schemer
donker nog een belangrijke taak
wachtte.
WEGEN WORDEN VERBETERD.
De verbreding van de Kerkstraat
nadert thans haar voltooiing. In ieder
geval zijn de werkzaamheden thans
zover gevorderd, dat wij ons een juist
beeld van de nieuwe situatie kunnen
scheppen. Ongetwijfeld is hier door de
gemeente een belangrijk werk gedaan
ter verbetering van het dorpsaanzien.
Maar niet alleen de Kerkstraat werd
verbeterd, ook de Molenstraat, voor
zover in onderhoud bij de gemeente
heeft een geheel nieuw aanzien ge
kregen door de nieuwe bestrating. Wij
betreuren het, dat deze straat niet in
haar geheel werd verbeterd. Mogelijk
kan het particulier initiatief hier nog
iets goeds tot stand brengen. Bij deze
opsomming van verbeterde wegen
mogen wij ook niet de Veen weg ver
zuimen te noemen. Deze weg, die des
tijds werd verhard door middel van
een puinverharding, wordt thans door
de gemeente afgewerkt door het aan
brengen van een teer-slijtlaag, waar
door de bruikbaarheid in hoge mate
wordt bevorderd.
Tenslotte vernamen wij, dat het ge
meentebestuur, de verharding van de
Holleweg heeft gegund aan de laagste
inschrijver, de fa. H. Emelaar Zoon
te Zeist.
Uit een en ander moge blijken, dat
het gemeentebestuur een open oog
heeft voor het wegenprobleem in de
gemeente Renswoude.
VEENENDAAL. Ned. Herv. Kerk
Markt 9.30 uur Ds v. Wijngaarden,
uur Ds Bakker; Julianakerk 9.30 uur
Ds Bakker, 5 uur Ds Vroegindewey;
Vredeskerk 9, 10.30 uur Ds Vroegin
dewey, 5 uur Ds v. Wijngaarden; Veen-
eind 3 uur Ds Vroegindewey. Woens
dag 1 October 7.30 uur dhr. Vroegin
dewey van Middelharnis; Dijkstraat
2.45 uur Ds v. d. Linden van Rhenen;
Sola Fide 10 uur Ds A. T. W. de Kluis
van Rotterdam, Bed. H.A. en n.m. 5.30
uur Ds F. Offeringa van Wageningen,
Bed. H.A. en Dankz. Ger. Kerk 9, 10.30
en 5 uur Ds Enk. Ger. Klerk (on-|
derh. art. 31 K.O.) kleine zaal gebouw
Eikenlaan 8.15 en 3 uur dienst; Chr.
Ger. Kerk 9.30 en 5 uur Ds Slofstra;
Ger. Gem. 9.30 en 5 uur Ds Kok; Ger.
Gem. Fluiterstraat 9.30 en 5 uur lees-
dienst. Dinsdag 30 September 7.30 uur
Ds van Gilst van Elspeet; Ned. Prot.
Bond 10.30 uur Ds Richards van Bus-
sum; Geb. Eltheto (kleine zaal) Vrij
dag 3 October 7.30 uur Ds Salomons;
Leger des Heils Zaterdagavond 7.30
uur straatzang, Zondag v.m. 10 uur
Heiligingsdienst, 7 uur n.m. Openl.sa-
menkomst, 8 uur Verl.samenkomst;
R.K. Kerkdiensten (Nieuweweg D 18)
's Zondagsmorgens 7.30 en 10.30 uur,
's avonds 7 uur, Zaterdagsavonds 7.30
uur. In de week 's morgens 6.30 en 8
uur.
RHENEN. Ned. Herv. (Ger.) Evan
gelisatie 10 en 5 uur dhr. Zwijnenburg
van Utrecht.
ELST. Ned. Herv. Kerk 10 en 6 uur
Ds v. d. Peut; Ger. Gem. 9.30 en 6 uur
leesdienst. Woensdag 1 October 7 uur
Ds v. d. Woestjjne van Barneveld.
OVERBERG. Ned. Herv. Kerk 10
en 6.30 uur dhr. v. Noort; Oud Ger.
Gem. 10 en 6.30 uur leesdienst.
EDERVEEN. Ned. Herv. Kerk 10 en
uur Ds Treure; Ger. Gem. 9.30 en
2.30 uur leesdienst. Donderdag 2 Oc
tober 7.15 uur Ds Heerschap van Wa
geningen; Oud Ger. Gem. 9.30 en 2.30
uur leesdienst.
RENSWOUDE. Ned. Herv. Kerk 9.30
uur Ds W. Hop, 6.30 uur de heer Schu
ring van Nijkerk. Geref. Kerk 10 en
6.30 uur Ds D. G. Molenaar.
ACHTERBERG. Ned. Herv. Kerk 10
en 6 uur de heer C. v. Viegen.
KERKEWIJK 167 TEI.66O VEENENDAAL
EDERVEEN VOORUIT.
Tot heden houdt geen dokter in
Ederveen spreekuur. Aan dit ongerief
komt een einde, doordat Dr. W. M. van
Ringelestijn zich m.i.v. 1 Oct. a.s. zelf
standig in Ederveen vestigt. Voor tij
den van het spreekuur en adres zie
men de betreffende advertentie in ons
blad van heden.
LAMPEGIETERSAVOND.
Een week na Veenendaal heeft ook
do Ederveense jeugd zich op Maandag
avond vermaakt.
Hoewel er door niemand iets georga
niseerd was, verscheen toch een aantal
kinderen verkleed en met lampions op
do Hoofdweg. Jammer, dat enkele
grotere jongens maar nauwelijks de
grens van het betamelijke kenden.
schaafwonden, schrammen, ontvellingen
VII
OPZETTELIJKE SELECTIE
De Bijbelse geschiedschrijving toont
ons duidelijk een bewuste, zeer opzette
lijke selectie, zowel van volken als van
personen. Steeds wordt de geschiedenis
dienstbaar gemaakt aan de heilsfunctie
van de door God verkozen personen.
Mozes was, zoals wij betoogden, geprae-
disponeerd voor zijn taak als leider van
Israël, doch er zijn talrijke voorbeelden,
dat de Almachtige géén bijzondere
eigenschappen als maatstaf voor zijn
„keuze" nam. Integendeel, wanneer men
de antecedenten van de personen uit de
heilige linie nagaat, ziet men, dat God
delijke selectie niet gebaseerd is op de
goede karakters der individuen. Legt
men de normen van goed en kwaad,
deugdzaam en slecht, sympathiek en an
tipathiek aan, dan valt het oordeel dik
wijls niet ten gunste van de uitverkoren
mensen uit. God werkt kennelijk vol
gens een vast bestek. Het is in hoge ma
te geruststellend en genezend voor de
De doelstellingen van de vereniging in onzekerheid verkwijnende mens van
zijn thans aangepast aan de nieuwe deze tijd, als hij ontdekt dat er in niets
inzichten ter zake, waarbij het voor-'van het Goddelijk heilsproject voor on-
komen van ziekte even belangrijk ze wereld afgeweken wordt, zelfs wan-
wordt geacht als het genezen ervan. |neer al onze menselijke nonnen, de ze-
De Vereniging is verlengd voor 29 delijke inbegrepen en onze berekeningen
HET GROENE KRUIS.
In de buitengewone algemene leden
vergadering van Het Groene Kruis op
16 September j.l., werden de nieuwe
statuten en huishoudelijk reglement na
uitvoerige bespreking met algemene
stemmen vastgesteld, nadat verschil
lende wijzigingen in het concept wa
ren aangebracht.
Het verenigingsjaar zal in het ver
volg lopen van 1 Januari tot en met
31 December, hetgeen administratieve
vereenvoudiging met zich medebrengt.
In verband hiermede zal de contri
butie der leden voor de termijn van
1 September tot en met 31 December
thans afzonderlijk worden geïnd, ter
wijl eerst daarna de nieuwe contribu
tie over 1953 betaalbaar zal worden.
GEVONDEN EN VERLOREN
VOORWERPEN.
Gevonden: twee ons gewicht; bruin
lederen kinder schoentje; portemon-
naie; hondenkarwats; bijtring en
rammelaar; kopsleutel; bruine re
genjas; trechter; kinderrijwiel; vul
potlood; een doos met witte gym
schoenen; penetui met inhoud;
blauwe autoped; een Engels leer
boekje; gebreid kindervestje; aan
gelopen een zwarte bouvier.
Gevonden: schakelarmband, autoped,
portemonnaie inhoud rozenkrans, aan
steker, oude damesrijwiel, een medail
le, een broche, duimstok, muntbiljet,
een shawl, een reflector met glas en
lamp, aangelopen een hond.
Verloren: jongensregenjas; bruin
herenschoen; jongensvest; gebloem
de grijze japon in een theemuts;
portefeuille met inhoud; sleutel met
plaatje no. 95; portemonnaie met
inhoud; wit linnen kinderschoentje;
actetas met inhoud; rode damespor-
temonnaie; blauwe autoped; heren-
bril; zes witte schorten en een hand
doek; damesschoudertas met in
houd; bruin kinderschoentje; een
Verloren: blauwe kan, huissleutel,
rode autoped, rood parelarmbandje,
groen kindertasje, grijze autodeken,
blauwe autoped, gouden gladde ring,
een witte kinderschoen, anderhalf
paar bruine kinderschoentjes, glacé
herenhandschoen, donkerrode vulpen
met bolpoint, capuchon, een abonne
ment van de NBM, een muntbiljet, een
geblokte shawl.
jaar en 6 maanden en wij twijfelen
er niet aan of in dit nieuwe tijdvak
zal zij wellicht nog meer dan tot nu
toe, werkzaam zijn tot heil van heel
onze bevolking. Moge een spoedige
totstandkoming van het Groene Kruis
Wijkgebouw hiervan het zichtbare te
ken zijn.
KEURING HUISSLACHTINGEN.
De Burgemeester der gemeente Ame-
rongen brengt ter kennis van belang
hebbenden, dat de keuring van huis
slachtingen m.i.v. 1 October a.s. in deze
gemeente als volgt is geregeld:
AMERONGEN, (Eist en Lekdijk) op
Maandag en Dinsdag.
OVERBERG, gemeente Amerongen op
Dinsdag en Woensdag.
Belanghebbenden worden er op gewe
zen, dat van het voornemen tot het
slachten tenminste 6 (zes) dagen tevoren,
aangifte dient te worden gedaan ten
gemeentehuize tussen 8.30 en 12.30 uur
v.m.
anders zouden doen veronderstellen.
Het is aangrijpend en tevens interes
sant na te gaan, hoezeer de heilsfunctie
van de natie Israël en hoe de heilsfunc
tie van bepaalde persoonlijkheden uit
dit volk, door God gewild en gereali
seerd is. Het heil dat in Christus op
aarde gekomen is, werd nauwkeurig
ook in geneologisch en psychologisch op
zicht, voorbereid. Steeds volgt de lijn
van Christus' voorgeslacht het door de
Geest ontworpen plan, uitgedrukt in
verschillende profetieën en beloften.
Het vóór-Noachitisch tijdperk in dit
verband buiten beschouwing latend, be
ginnen wij ons onderzoek bij Abraham
Wanneer Abraham door zijn slavin Ha-
gar een zoon, Ismaël, geschonken is
vraagt hij God: Och, mocht Ismaël voor
Uw aangezicht leven. God antwoord
hem echter, dat Hij Ismaël wel zal ze
genen en uit hem een groot volk zal
verwekken, maar „mijn verbond zal Ik
oprichten met Isaak ,dien Sara u baren
zal" (Gen. 17 1821). En hoezeer Abra
ham Ismaël ook beminde op bevel van
Isaak's geboorte weg, „want door Isaak
God stuurt hij Hagar en Ismaël na
zal men van Uw nageslacht spreken
DE HEILIGE LINIE
Isaac krijgt twee zonen, Ezau en Ja
cob. Hoewel Ezau het eerst-geboorte-
recht heeft en de zegen moet verkrijgen.
Ontvangt Jacob deze door een list. Ja
cob of Israël verwekt twaalf zonen, de
stamvaders van de latere twaalf stam
men Israëls.
Uit deze twaalf zonen wordt niet de
edele en latere onderkoning van Egypte,
Jozef, tot de stamvader van het Ko
ningsgeslacht van Israël gekozen, doch
Juda, die met zijn broeders Jozef aan
slavenhandelaren verkocht.
Wanneer Jacob gaat sterven en hij
naar de gewoonte zijn kinderen zegent
een zegening met het karakter van
profetie zegt hij, dat de scepter van
Juda niet zal wijken, totdat Silo komt
en hem zullen de volken gehoorzaam
zijn. Uit Juda zal de Christus voortko
men. (Gen. 49 9 en 10).
De lijn die naar Christus leidt, dreigt
met het koningschap van Saul, de eer
ste vorst over Israël, af te buigen. Saul
was immers een man uit de stam Ben
jamin. Maar de geschiedenis leert, hoe
Saul ondergaat in daemonie en de
profeet Samuel opdracht krijgt de een
voudige herdersknaap David uit de
stam van Juda, tot koning over Israël
uit te roepen.
Wie het eerste hoofdstuk van Mat-
theus en Lucas 3 2328 opslaat treft
daar de geslachtsregisters van Jezus
Christus aan.
De profeten hadden reeds eeuwen te
voren gezegd, dat de Messias in Bethle
hem uit het geslacht van de Israëlitische
koning David van de stam Juda geboren
zou worden (Micha 5 1).
Zowel van vaders als moeders zijde
stamt Jezus uit het Joodse koningshuis.
Tekenend hier bij is, dat het geslachts
register volgens Lucas verder terug
gaat dan tot David. Via de aartsvader
der Semieten. Sem, de oudste zoon van
Noach, wordt de lijn door getrokken tot
Adam, bij wiens naam uitdrukkelijk
staat aangegeven „de zoon van God'
Dit geschiedde op de uitdrukkelijke
wens van de vertegenwoordiger van het
Romeinse wereldrijk!
Christus had geen zoon. Hij is nog de
Koning der Joden. Met de dood van
Christus lijkt ook voor de christen
heid het koningsgeslacht van David
uitgestorven. Wel had Jezus broeders en
van hun nakomelingsschap weten wij
niets, doch zij waren geen kroonpreten
denten. H. V.
(Wordt vervolgd)
SCHOONHEIDSSPECIALISTE
Oude Arnhemseweg 17, EDE,
Tel. 9654 Huize „Dennenhof"
Adviezen kosteloos
VEENENDAAL.
Ondertrouwd: Willem van Hensber-
gen 19 j, en H. Inkenhaag 19 j; Mar-
tinus de Bruin 21 j en Rika Vonk 20 j;
Hendrik van den Bruinhorst 26 j en
Aaltje Diepeveen 25 j; Jan van den
Bovenkamp 24 j en Alida G. van de
Scheur 24 j.
Gehuwd: Maarten de Waal 23 j en
Geurtje van Barneveld 21 j; Evert van
Manen 25 j en Francina van de Pol
27 j.
Geboren: Jacoba, d v D. J. van Ma
nen en G. H. Bos; Dirk, z v G. Ariesen
en L. van de Haar; Car la M. d v KL
Kleijer en J. van den Brandhof; Jan-
nigje M. d v C. Slotboom en E.
Schuurman; Jacobje d v J. v. Capelle
en W. van de Voort; Anthonia, d v
Dirk Diepeveen en R. van Spanje;
Hendrik, z v H. van Schoonhoven en
S. Liscaljet; Rob, z v C. Middelhoven
en H. L. Kind.
AM€RyooRT ZEIST SLOTLAAN
RHENEN.
Geboren: Mathilde, d v K. W.
Schielein en J. A. van Veenendaal,
Grebbeweg 105; Jelis, z v J. van Ma
nen en W. J. van Laar, Lindenlaan
10; Hendrik H., z v H. Hendrikse en
J. C. van Grootheest, De Dijk 11;
Reindert A., z v G. Evers en J. S.
Bleijenberg, Eikentlaan 351; Janna
L., d v W. Meijer en J. Spies, He
renstraat 761.
Ondertrouwd: Matthijs Diepe
veen, Ede en Cornelia van Laar,
Rhenen; Gerardus J. Boos, Groote
broek en Elisabeth A. M. Wolff,
Rhenen.
Gehuwd: Deborus Duis en Jan-
tiena Alida Agter.
Overleden: Alida Baars, 66 j., ge
huwd met I. Overweel, Bruine Ing-
seweg 41.
AMERONGEN.
Geboren: Christina Anna Maria, d.
v. M. J. G. Visser en M. J. Meiners.
Overleden: Geen.
Ondertx-ouwdBertus Jacobus Wigge-
mansen, 25 jaar en Gerritje van der
Lem, 20 jaar.
Getrouwd: Geen.
Loop der bevolking.
Vertrokken: Johan Zwaan van Ach
terweg B 115 naar Amsterdam.
RENSWOUDE.
Ondertrouwd: Melchior Lief tink, 32
j, lasser en Johanna van Veldhoven,
23 j.
Getrouwd: Gerrit Vermeulen, 43
j. en Jannetje van den Berg, 30 j.
Overleden: Hendrik N. Valkenburg,
CHRISTUS, KONING DER JODEN
Jozef was een nazaat van David's
zoon en troonopvolger Salomo en Ma
ria kwamen voort uit het geslacht van
Nathan, een andere zoon van David.
Wij merkten reeds op, dat de meeste
figuren uit de heilige linie geen bijzon
dere verdiensten hadden. Ezau was een
ruwe, onverschillige jager, maar Jacob
een bedrieger.
Van Juda weten wij dat hij even
schuldig was aan het verkopen van zijn
bi'oeder Jozef, als zijn andere broeders.
David verwekte Salomo in overspel met
Bathseba, de vrouw van zijn trouwe
krijgsoverste Uria, welke laatste door
David uit de weg geruimd werd om aan
zijn begeerte te kunnen voldoen. De
koninklijke nazaten van Salomo waren
voor het merendeel afvallige vorsten en
als de lijn eindelijk uitkomt bij Jozef,
de eenvoudige timmerman, is er van de
glorie van het Davidische koningshuis
niets meer over. De Babylonische bal
lingschap en de Romeinse bezetting van
Israël hebben de laatste sporen van Da
vid's huis weggewist en het land wordt
geregeerd door de heidense Herodesstm.
De Almachtige echter heeft de ko
ninklijke linie door de ondergang van
Israël heen bewaard. Na eeuwen verge
telheid wordt de kroonpretendent gebo
ren en dat zijn aanspraken serieus ge
nomen worden, hoewel niet erkend, be
wijst de kindermoord te Bethlehem. Wij
moeten ook acht slaan op het feit dat
Jezus Christus gekruist is onder de ti—'51 j; Jacoba van Bennekom, wed. van
tel „Koning der Joden". Willem van Ginkel, 84 j.
(door Herman van Hattnm)
Als door de zeis geveld, zonk zij heel
langzaam, met lijkbleek gelaat, de ogen
gesloten en het hoofd diep op de borst
gevallen, opzij. En wanneer de predi
kant niet met een sprong naast haar
was komen staan om haar in zijn ar
men op te vangen zou zij gevallen zijn.
Het gerucht, dat de vrouw van de
jonge dominee niet goed was ging als
een lopend vuurtje door het dorp. Al
de volgende dag wist practisch de hele
gemeente, dat de dominese overspan
nen was en voor herstel enkele weken
bij haar moeder zou logeren.
Ds. Rijpstra beende met lange pas
sen door de vreemd-stille kamers. De
piano had hij afgesloten en de sleutel
ergens neergelegd. Waar, dat wist hij
niet meer. Eigenlijk was hij zelf ook
overspannen. Er was moeheid in zijn
ogen, in zijn gelaatstrekken en flauw
tekenden dc lijnen om de mondhoeken
zijn verdriet. Hij piekerde en mijmer
de, lag vaak halve nachten wakker om
dat de slaap niet wilde komen. Uren
lang wentelden de wielen van zijn her
sens, zonder dat hij ze tot stilstand kon
brengen. Steeds doemde het gelaat van
zijn vrouw voor hem op, zoals ze daar
achter de piano had gezeten. En als
eindelijk de slaap zich over hem ont
fermde, werd hij gekweld door angst
aanjagende dromen en benauwende vi
sioenen. Soms zag hij een hele grote
piano, die veranderde in een monster,
dat hem aangrijnsde; dan weer waren
Japik en vrouw Geurts elk op een pia
no aan 't spelen, die ze boven op Hetty
hadden gezet en kwam het dienstmeisje
met een natte dweil aandragen om die
op de piano te leggen
De dominee zag er slecht uit, vonden
do ouderlingen. Zijn collega was vol
medeleven, wilde hem werk uit handen
nomen. Rijpstra had geweigerd. Vrien
delijk maar beslist. Hoe minder hij
werkte, hoe meer tijd hij over hield om
te prakkizeren. Afleiding moest hij
hebben; méér werk in plaats van min
der. Met hardstocht wierp hij zich op
de studie van zware theologische wer
ken, zichzelf met een ijzeren wilskracht
dwingend tot opmerkzaamheid. En
zoetjesaan vond hij zijn oude veer
kracht terug.
Hetty was altijd al overgevoelig ge
weest. Als kind een zeer moeilijk we
zentje dat als een schuw musje in el
kaar kromp, wanneer men haar een
hard woord toevoegde, maar als een
bloem openbloeide, zodra iemand iets
hartelijks tegen haar zei. Nimmer kon
ze zijn als de andere meisjes; aan de
ruwe spelletjes van buurtgenootjes
deed ze nooit mee; zij was altijd de
zwijgende toeschouwster, die van op
een afstand het gejoel gade sloeg.
Ja, Hetty had het niet gemakkelijk
gehad in haar jeugd. Materiëel had het
haar aan niets ontbroken. Maar gees
telijk kon zij moeilijk haar weg vin
den. De wereld en het leven vielen haar
tegen. Het leven was een gruwelijke
teleurstelling. Zij had gemeend in haar
naïeviteit, dat de maatschappij er op
was ingericht om iedereen gelukkig te
maken; ze meende aanvankelijk, dat
alles terwille van haar bestond en
kwam tot de ontdekking, dat de we
reld dom en hard was, de mensen ge
voelloos en huichelachtig. Niemand
was „echt". Men deed maar wat en
praatte maar wat, maar wat men
eigenlijk wilde doen en eigenlijk wilde
zeggen, daarmee kwam men niet naar
voren. Kinderen nam men niet au se-
rieux; die streek men langs de kin,
vroeg „een handje", zei een aardig
heidje en begon dan weer over de
grotemensen-dingen te kwezelen.
Bah mispunten waren het allemaal.
En toen ze van meisje tot vrouw
rijpte, toen haar gang en gebaren sier
lijker, haar pas veerkrachtiger en de
uitdrukking in haar ogen zelfbewuster
werd, toen waren de moeilijkheden
eerst recht gekomen. Uitgaan deed ze
niet. Sport was te ruw, uitgezonderd
tennissen, wat ze dan ook veel deed.
Slechts af en toe ging ze naar de con
certzaal, waar ze, naast haar moeder
of een vriendin stil in een hoekje weg
gekropen, zat te luisteren, de handen in
de schoot gevouwen, geheel opgenomen
in de wcndere wereld, die de klanken
voor haar opriepen. Maar als dan na
afloop, buiten, de regen in haar gezicht
striemde en haar begeleidster de mooie
droomkastelen, waarin zij zich waande,
verstoorde door allerlei lichtvaardig
gesnap over onbenulligheden, was het
schone weer voorbij, stuk, aan flarden.
Met Dolf had ze eigenlijk min of
meer door een toeval contact gekre
gen. Ze waren alle twee op een partijtje
gevraagd en Dolf's fijne inituïtie had
hem doen weten, dat zij zich in deze
sfeer niet erg thuis gevoelde en dat het
haar moeilijk viel met de anderen mee
opgeschroefd vrolijk te doen. In een nis
van het kleine zaaltje had hij de hele
avond met haar gesproken, terwijl om
hen heen de stemmen roezemoesden, de
glazen klonken en de kurken knalden.
Hij zou die avond niet licht vergeten.
Zij hadden elkaar toen geestelijk ge
vonden.
Niet dat er geen strubbelingen waren
geweest die eerste maanden na hun
verloving. Hetty had buien van onver
nietigbare melancholie en apathie,
waarin ze onhandelbaar en onredelijk
was, ongenaakbaar voor iedereen. En
ze was onbegrensd eerzuchtig bij zie
kelijk af. Aanmerkingen duldde ze
niet; ze kromp eronder ineen alsof men
haar had geslagen.
Musiceren deed ze alleen als ze er
zin in had. Op verzoek kwam ze niet
achter de piano. Ze kon niet „op bevel"
spelen, zei ze altijd. En dat gaf wel eens
onenigheid, omdat men haar niet be
greep. Dolf moest zich dan altijd erg
inhouden en haar partij kiezen om haar
daarna, met veel tact en liefde, over
haar obstinate buien heen te helpen.
Hij was de enige, van wie ze tenminste
nog iets kon vredragen, omdat hij haar
het beste begreep, het verst in haar
straatje kon komen, met haar ogen de
dingen zien en haar reacties meegevoe
len. Anderen vonden haar alleen maar
vreemd, hysterisch, gewild-interessant
en aanstellerig.
„Wat dat toch voor kind ishad
haar moeder vaak gezegd. „Het is net
of de hele wereld aan haar voorbij
gaat. Ze staat maar aan de kant te
dromen met een paar grote, afwezige
ogen. Ze drentelt op en neer als ze zich
moei verstoppen voor de anderen. Zit
ze thuis op haar stoeltje, dan kan ik
haar nog het beste met een haak- of
breiwerkje laten prutsen. En hoe vaak
is zo ook dan niet in zulke diepe ge
peinzen verzonken, dat haar handen
stil staan en geen enkele vraag tot haar
doordringt."
Do weken van eenzaamheid en studie
werden voor Rijpstra een bron van
steeds nieuwe ontdekkingen. Nu hij zijn
vrouw niet om zich heen had en Liane,
haar jongere zuster, die tijdelijk het
huishouden waarnam, óf aan het werk,
óf het dorp in was dan wel in een luie
stoel bij de radio zat, ging hij het
dienstmeisje ook meer waarderen. Het
was een eenvoudig kind, dochter van
een boer even buiten het dorp. Hij
kwam dichter bij haar staan en de ont
dekking, dat hij haar verlegenheid en
bedeesdheid niet aan slaafse onder
danigheid of gemakzuchtige volgzaam
heid moest toeschrijven, maar dat zo
haar natuur was, betekende voor de
predikant heel veel. Nimmer drong ze
zich op de voorgrond. Dienen en nog
eens dienen was haar enig verlangen.
Daarin ging ze op. Andere behoeften
had ze niet. En voor hem, de verstan
delijke man, die uit hoofde van zijn be
roep alles behoorde te weten en in
alles strakke lijnen behoorde te trek
ken, was het een verademing af en toe
jde wonderlijke zwenkingen en wisse
lingen in haar gemoedsleven te obser
veren en er zich helemaal in te verdie
pen. Het deed hem goed te merken, dat
de ziekte van zijn vrouw ook haar diep
had aangegrepen.
Ze babbelde veel meer, nu ze met
hem alleen was, dan toen Hetty nog de
Ischepter zwaaide. Op een morgen, aan
het ontbijt, kwam het gesprek op het
weer. Het was een heerlijke Meidag.
De zon was juichend aan de hemel ver
schenen en Rijpstra had al vroeg de
tuindeuren wagenwijd opengezet.
„Als het zulk weer blijft zal Japik
wel gauw gaan zingen," zei Rika.
„Wat zeg je?" mompelde de predi
kant, tussen twee happen brood in en
zijn kopje aan Liane reikend voor wat
thee, „Japik zingen?"
„Ja, Japik is zo'n beetje het weerbe
richt. Als hij 's avonds met zijn gitaar
tegen de heuvel gaat zitten spelen en
zingen, zeggen de mensen, dat het een
hele poos mooi weer blijft."
„Dus hij is ook muzikaal?" kwam de
predikant, wat meer geinteresseerd.
„Dat weet ik niet. Ik heb er geen ver
stand van. Hij speelt erg raar, nooit
psalmen of gezangen. Altijd van die
rare liedjes. Ik denk dat het Engels of
Duits is, want je kunt er haast nooit
iets van verstaan. Kinderen zitten
vaak aan zijn voeten te luisteren. Lang
blijven ze meestal niet. Want Japik
zegt haast nooit iets tegen hen en dan
gaan ze maar gauw weer weg. Kleine
kinderen zijn bang voor de hond, die
altijd naast hem in de hei ligt. Die blij
ven helemaal onder aan de heuvel."
Rijpstra schoof zijn bord achteruit en
staarde zwijgend voor zich. Weer
doemde het beeld van Hetty voor hem
op, zoals zij die avond als een krank
zinnige had gespeeld. Was het mogelijk,
dat enkel het beeld van die man haar
zo overstuur had gemaakt? Zou er dan
toch zoiets als een „astraal lichaam"
kunnen zijn, waardoor de ene mens de
andere kon beïnvloeden? Hetty had
wel gezegd, toen, nadat de inderhaast
telefonisch ontboden dorpsdokter weer
was weggegaan, dat ze telkens het
beeld van Japik voor ogen had gehad,
toen ze speelde. Wat er echter de laat
ste minuten met haar was gebeurd wist
ze niet meer. Het was geweest als stond
er een onzichtbare macht boven en
cahter haar, die haar dwong tot spelen.
Een razernij had zich van haar meester
gemaakt, zodat ze de macht over haar
eigen gedrag kwijt raakte en niet meer
wist wat ze deed. Van haar val, op het
laatst, kon zij zich niets meer herinne
ren.
„Wat doet die man eigenlijk de hele
dag?" vroeg Rijpstra langs zijn neus
weg.
„Ik geloof, dat hij boeken schrijft en
zo. Tenminste, dat zegt vi-ouw Geurts,
die altijd zijn huis schoon maakt. Ze
mag nooit aan de tafel komen en alles
ligt altijd vol papieren. Hij kan ook de
toekomst voorspellen en allerlei andere
duivelskunsten" gichelde het meisje
zenuwachtig en dronk slobberend haar
thee.
(Wordt vervolgd)