DAM PO GENEEST DE VALLEI Sport-rubrieh Houd eens rekening met naaister de »Wat Lezers Schrijven« ZORGEN MAKEN ZIEK! KOLOM VOOR DE VROUW Voor de Jeugd verkoudheden Een recht, een averecht Vuurwerk op Lampegietersavond De derde wethouder Belangrijke Amerikaanse onderzoekingen Fluwelen Frederik Nogmaals Lampegietersavond VEENENDAAL „Veenendaal" liet zich door DWSV gelijk spel afdwingen Zaterdagmiddagvoetbal RHENEN Rhenus kreeg Scherpenzeel op de knieën Ontelbaar velen zullen tydens de uit verkoop een aardig lapje op de kop hebben getikt, dat binnen de kortst mo gelijke tyd tot een leuke blouse, een ge zellige jurk of een practisehe rok moet worden omgetoverd. De naaisters krygen dus weer handen vol werk! Het is een merkwaardig verschijnsel, dat je zelden een naaister hoort klagen over haar klanten, maar dat bijna iedere vrouw, die te maken heeft met een naai ster, een waslijst van grieven tegen deze vrouw heeft. Vandaag willen we niet onderzoeken, of deze aantijgingen te recht of ten onrechte worden geuit, maar we gaan de zaak eens bekijken uit het oogpunt van de naaister zelf. Van de tien naaisters, met wie we spraken, begonnen er zeven ons te ver tellen, dat haar eerste en ergste klacht was, dat de dames, die komen passen, zich vaak niet goed wassen en dat haar ondergoed niet behoorlijk schoon is. Eerlijk gezegd, zijn we ons onmiddellijk gaan generen voor onze sexe-genoten, want dit is toch werkelijk al te erg. Een naaister voegde er aan toe, dat ze de zelfde onzindelijkheid ook ervoer, als ze kleren kreeg, die veranderd moesten worden. Volgens dit meisje was het soms zo bar, dat ze de jurken moest wassen, alvorens ze aan het werk kon gaan- Veel last blijken ook de dames te be zorgen, die in een luxe modeblad een of ander prachtig model uitzoeken, dat daar is vereeuwigd in een zwierige te kening of op een mooie foto. De stof, die de dames dan kopen, kan gewoonlijk niet in de schaduw staan van het ma teriaal, dat is gebruikt voor het model op de afbeeldidng en uiteraard valt het toilet, als het klaar is, dan minder soe pel, de tinten komen niet ten volle tot haar recht en de japon wordt een te leurstelling. De schuldige? De naaister natuurlijk! Bepaald onaangenaam zijn de vrou wen, die voor e4ke jurk een te klein lapje stof kopen, om het zo voordelig mogelijk te houden. Ze begrijpen maar niet, waarom de naaister het er niet uit kan krijgen, want haar vriendin, die zo handig is, neeft van dezelfde hoeveel heid stof een royale japon gefabriceerd en niet zelden komen dan de insinuaties, dat de naaister wel een stukje voor zich zelf zal hebben afgeknipt. Eigenlijk moet je de meisjes bewonderen, die dan niet zeggen: „Ga maar naar die handige vriendin en vraag of die het doet Een naaister heeft haar tijd nodig, wil ze aan een behoorlijk weekgeld komen en daarom slaat de schrik haar om het hart, als ze een van de dames-met-veel- tijd ziet aankomen. Meestal is die in ge zelschap van een of meer vriendinnen- met-veel-tijd. Ze strijken neer in de ka mer en gaan de stapel modeplaten, welke daar ligt van onder tot boven doorkij ken. Natuurlijk verwachten ze een kopje thee, nietwaar, het is juist zo gezellig en tegen een uur of vijf vinden ze, dat de middag omgevlogen is! Maar het naaistertje mag die uren s avonds en soms zelfs, bij spoedopdrachten 's nachts inhalen. Ja, die spoedopdrachten zijn ook een teer punt in het naaistersbestaan. Voor onverwachte gebeurtenissen, zoals een sterfgeval, een plotselinge uitnodiging, een onvermoede reis, blijkt men alle be grip te hebben, maar men ergert zich dood, als de opdrachtgeefster op het laatste ogenblik met haar werk komt aanzetten, terwijl ze al lang van tevoren wist, dat de kleding op een bepaald ogenblik nodig was. Vrouwen, die geen snars verstand hebben van naaien, vinden de prijzen van deze nijvere werksters gewoonlijk veel te hoog en kibbelen daarover bij elk werkstuk, dat wordt afgeleverd en vrouwen, die over meer dan voldoende contanten beschikken, wachten vaak genoeglijk enige maanden met betalen. bij Vader, Moeder en Kind En dat zijn onplezierige zaken voor deze meisjes, die toch al de zekerheid van een vast inkomen moeten missen. Het populairste handwerk, dat er be staat, het breien, ontvangt ook in de haute couture een warm onthaal. Insteken, draadje omslaan, overhalen en af laten gaan. Tot vervelens toe moesten we het vroeger herhalen op school, als we buitenmodel kousen breiden van don kerbruine katoen met oranje-gele-ran- den. Er was geen sterveling, die deze kousen zou hebben kunnen of willen dragen en er was niemand in de klas, die het idee had, dat je met breien ook nog wel eens mooie dingen kon maken. De Franse breikoningin der haute couture, Anny Blatt, heeft misschien haar kennis van het één-recht-één- averecht op even moeizame wijze ver kregen, maar het is haar collectie niet aan te zien. Het heeft zo op het oog zelfs niets meer te maken met insteken, draadje omslaan: het is zó modieus, zó elegant, dat de gedachte van twee kromme naalden en een kluwen, die al maar wegspringt, eenvoudig absurd lijkt. En toch is dat niet zo. Vrijwel alle stukken van haar modeshow zijn met de hand gebreid, hoewel er voor de af werking vaak ander materiaal aan te pas komt. Om eens iets te noemen: bij zonder mooie in kantpatroon gebreide rokken en japonnen worden gedragen op onderjurken van tafzijde, waaraan zeer veel zorg is besteed. En onkreuk bare popeline laat zich heel gemakke lijk verwerken met gebreide randen. Vooral de tailleurs waren de moeite waard om te zien door hun strenge een voud en perfecte coupe. Deze costuums zijn uitstekend wasbaar, waarbij men nauwelijks de kans loopt, dat er iets krimpt of rekt, want Anny Blatt kiest de garens heel voorzichtig en de tech nieken, dat zij toepast, bieden elke ga rantie bij een normale behandeling van het goed. Een andere Franse vrouw blijkt brei werk ook een warm hart toe te dragen. Het is mevrouw Renee Collard, die het echter niet bij het aloude handwerk houdt, maar de machines voor haar laat werken. Zij heeft zich gespecialiseerd in machinaal gebreide sportieve kleding, die een heel aparte stijl heeft. Evenals Anny Blatt laat zij diverse draden door elkaar draaien, zoals ka toen met wol, acetaatzijde met linnen en nylon met natuurzijde. Tot zelfs windjacks, die bijzonder doelmatig zijn, komen in dez briecollectie voor. MARIANNE VAN LOON DE BOUW VAN EEN GETIJDEN-ENERGIE-CENTRALE Dezer dagen gaat de „Electricité de France" (Electriciteitsbedrijf) de werk zaamheden beginnen voor het bouwen van een getijden-energie-centrale in het dal van de Rance. In de maand Decem ber zullen de eerste resultaten bekend zijn van de inschrijving voor de archi tecten en de definitieve plannen vastge legd voor de stuwdam en voor de cen trale. Volgend voorjaar wordt het grote werk op stapel gezet en men denkt over vijf jaar de eerste kilowatturen langs de lijnen te kunnen zenden. De waterbouwkundige ingenieur, de heer Voycr, die door Electricité de France belast werd met deze werken aan de Rance, heeft enkele nadere ge gevens verstrekt: De zee zal in het gesloten ontvang- bassin binnenstromen door de stuwdam zodra zij het niveau van half-tij zal hebben bereikt. Aan beide zijden van de stuwdam zal het niveau dan stijgen tot aan de volle zee. In deze fase van vullen, function- neren de turbines niet. Na een verloop van drie uur wanneer het tij dus weer aan het dalen is zal het water van het ontvang-bassin even hoog zijn als de niveaux van het zee-bassin dat merkbaar op het peil van het half-tij plaats heeft. De aangenomen werk-cy- clus is de zgn. „a simple effet au vidage" (berekend op het eenvoudige effect van leeglopen). Met de huidige techniek zou het niet mogelijk zijn een goed rende ment van de turbines met dubbel effect te verkrijgen. De sterkte van de bij de Rance ge bouwde centrale zal een 208.000 kilo watts bedragen en de jaarlijkse produc tie: 550 millioen KWU. De uitrusting omvat zes en twintig groepen samenge vat op een turbine van 14.000 P.K., die verbonden is aan een draaistroomdyna mo van 8.500 KWU. ATOOMGRANATEN IN NATO-OEFENING Militaire waarnemers en toeschouwers die het afvuren van twee atoomgranaten in de Navo-oefening Battle Royal heb ben bijgewoond, hebben verklaard dat zij van mening zijn dat de uitwerking van echte atoom-granaatexplosies ten zeerste zou zijn verminderd indien de strijdkrachten waren verspreid over een licht golvend heuvelachtig terrein. Tegenstrijdige rapporten deden spoe dig de ronde nadat de eerste granaat tegen Britse gepantserde en infanterie- eènheden was afgevuurd. Officieren van het leger van de Verenigde Staten zei den dat de eerste atoomgranaat het hoofdkwartier van de Zevende Gepant serde Brigade van het aardvlak had weggevaagd en de brigadier had ge dood. Het hoofdkwartier van een veld artillerie was „min of meer wegge vaagd". Maar er werd opgemerkt dat deze brigade zich tegen middernacht op nieuw had gegroepeerd en men nam daarom aan dat zij er niet in was ge slaagd om de bevelvoering afdoende te ontwrichten. Deze Navo-oefening werd bijgewoond door de Britse Minister van Verdediging Lord Alexander en tien Britse Parlementsleden alsmede door vele andere Europese deskundigen. uw Mijnheer de redacteur, Met belangstelling las ik weer populair blad van 25 September. Het spijt mij dat daarin een paar din gen ontbraken welke naar ik meen wel gezegd moesten worden. Ten eerste betreffende onze mooie be kende Lampegietersavond. Is het niet meer dan treurig dat er geen mogelijkheid schijnt te bestaan om aan het roekeloze spel met handvuur werk een einde te kunnen maken. Stel eens voor dat zo iets terecht komt op een kinderhoofdje of kleding. Kan hiervoor nu geen verkoopverbod uitgevaardigd worden met strafbaar stelling van het in voorraad hebben, ook op de openbare weg? Zeker, de politie was actief om een en ander tegen te gaan maar niettegen staande dat, zag men toch deze dingen overal neerkomen. Ten tweede onze wethoudersverkie zing. Hoe klein, om niet vooruit te wil len zien. Stel, over 3 maanden gaat de annexatie door, dan wordt van hoger hand misschien deze derde plaats op gelegd doordat dan onze gemeente de 20.000 zielen overschrijdt. Gistermiddag vond op het Leidse stadhuisplein een sobere plechtigheid plaats. II.K.H. Prinses Wilhelmina onthulde er het standbeeld dat door Koningin Juliana aan Leiden werd geschonken en dat vervaardigd is door de Amsterdamse beeldhouwer Starreveld. Midden: de Burgemees ter van Leiden, jhr mr F. H. van Kinschot. Verschijnt als bijlage van het streekblad DE VALLEI Onder redactie van TANTE JOS Correspondentie te richten aan Tante Jos, p/a Parallel weg 10, Veenendaal. CORRESPONDENTIE: Repelsteeltje, Veenendaal. Wat leuk van jou weer eens een brief te ontvan gen. Dat was al weer even geleden. Ja, lieve nicht, die schuilnamen die je voorstelde waren alle drie reeds bezet. We hebben al een Vergeetmijniet, een Roodkapje en een Kabouter. Daarom heb ik je nu maar Repelsteeltje ge noemd omdat je blijkbaar liever niet meer bij je eigen naam genoemd wil worden. Is het geen leuke naam? Als je meent dat het anders moet wezen schrijf je het nog wel even, niet? Wat is er veel veranderd bij jullie zeg. Heer- (Van onze correspondent) Kortgeleden had mevrouw A. een onaangename gedachtenwisseling met haar man. De een noch de ander wist van toegeven. De twist liep derhalve nogal hoog op en deed mevrouw A., die meende volledig in haar recht te staan, opmerkelijk veel pyn. Een paar uur later voelde ze het begin van een opkomende verkoudheid en de volgende morgen was ze inderdaad snipverkouden. Ze had verhoging en de arts adviseerde haar te bed te blyven. Toeval? de telefonisten uiteenvallen in twee groepen: de groep der vaak zieken en die der zelden zieken. De eerste groep bleek 38% sterk te zijn. Zeventig per cent van het totale verzuim was ge pleegd door deze groep van goed 500 da mes. De resterende 62 bleek slechts heel zelden en dan nog heel kort ziek te zijn. Vast stond, dat alle telefonisten bij hun indiensttreding volkomen gezond waren. Het bleek, dat de groep van 38 bestond uit vrouwen, die onder psycho logische moeilijkheden werkte. De be lasting lag in hun werk, omdat hun be roepsbezigheden niet met aard en aan leg strookten, maar nog vaker in huis houdelijke en private moeilijkheden. De categorie weduwen en gescheiden vrou wen met kinderen leverde de talrijkste verzuimen op. De dubbele plichten (werk en gezin) bleken voor deze vrou wen zonder man te zwaar te zijn. Daar entegen bleken kinderloze weduwen en gescheiden vrouwen, alsmede „oude jongedames" in het algemeen tot de ge zonde categorie te behoren. Het betreffende bedrijf accepteerde de conclusie van de commissie en be sloot een ernstige poging te doen om de zorgen van de zieken-categorie te ver lichten. De dames kregen soms lichtere arbeid, of werden in andere lokaliteiten geplaatst, tussen andere collega's, het geen opmerkelijk gunstige resultaten had. In vele andere gevallen besloot de directie om de kinderen van de werken de vrouwen onder te brengen in speciale kindertuinen en tenslotte werden de betreffende patiënten behandeld tegen de nerveuze storingen, neurose etc. Twaalf maanden later was het verzuim van de „categorie zieken" met meer dan zestig percent verminderd. Temeer, omdat de gezonde, werkende gemeenschap uiteindelijk het verzuim en de verzorging der zieken te betalen heeft, stellen deze conclusies tot ern stige overweging. In geen geval. Sedert betrekkelijk korte tijd weten de artsen, dat zorgen en onaangenaamheden de mensen inder daad ziek kunnen maken. Ergernis kan een kwaadaardige verkoudheid ten ge volge hebben en vooral in onze, zo zwaar met zorgen belastte tijd zijn tal van ziekten, zoals hartkwalen en maag klachten vaak terug te voeren op zorgen, onaangenaamheden, twisten of ergernissen Vrouwen (en kinderen) zijn in het al gemeen gevoeliger voor deze ziekte oorzaken dan mannen. Duizenden klachten over maagnarigheden, hart kloppingen, flauwtes en gevoel van uit putting zijn terug te voeren op gezins moeilijkheden van welke aard dan ook. EXPERIMENT MET TELEFONISTEN Er zijn interessante onderzoekingen verricht door de wereldberoemde Cor- nell-kliniek te New-York, die boven staande conclusie nog hebben onder streept en duidelijk aantonen, dat de werkgevers en chefs in het belang van het bedrijf genoodzaakt zijn zich te in teresseren in de persoonlijke en huis houdelijke omstandigheden van het personeel. Het onderzoek in kwestie be trof 1500 vrouwelijke telefonisten, die in New-York onder gelijke omstandig heden werken, die lichamelijk allen te voren waren onderzocht en gezond be vonden. Een speciale commissie van artsen en psychologen van het Cornell- instituut bleef de groep nagenoeg per manent gedurende meerdere jaren con troleren. Nauwkeurig werd nagegaan hoe vaak en hoe lang de telefonisten in het verleden afwezig waren geweest wegens ziekte. Ook het verzuim in de onderzoekperiode werd hierbij in aan merking genomen. Via persoonlijke ge sprekken poogde de commissie tevens een juist inzicht te krijgen in het niet- ambtelijke leven van deze groep vrou wen. Het eindrapport nu wijst aan, dat lijk in Scheveningen hè? Gaat het goed op de ULO? Hartelijk dank voor je raadsels. Dag nicht van mij, tot de vol gende brief maar weer. Niet zo lang wachten hoor? Daaaaaag, je T. J. ONZE ZILVERPAPIER-ACTIE Deze keer ontvingen wij weer zilver papier van: Diny en Hennie Berends, Veenendaal. Hennie van de Weerd, Veenendaal. Willie, Dikkie en Gert-Jan Vermeulen, Veenendaal. Teuntje Heereikhuizen, Veenendaal. Wim van Engelenhoven, O ver berg. E. W. de Waal, Veenendaal. ONZE JARIGEN 2 Oct. Jannie v. Manen, Veenendaal. 4 Annie Kleijer, Veenendaal. 5 Bob Schoeman, Veenendaal. 5 Dinie de Man, Veenendaal. 7 Cor Overeem, Veenendaal. 7 Joop Bos, Veenendaal. 7 Evert Bos, Veenendaal. 8 Coosje van Ruiswijk, V'daal. 10 Tante Jo?. Frederik de huismus voelde zich ver drietig, heel verdrietig. Weggescholen onder een dakpan staarde hij voor zich uit. Hij was bang om de straat op te vliegen, want dan zouden de andere mussen hem plagen en uitschelden en hem geen enkele stukje brood gunnen. Fluwelen Frederik noemde ze hem. Of Frederik dan zulke zachte veertjes had? Helemaal niet, want hij had precies het zelfde pakje als alle mussen. Een hele boel grijs en een beetje bruin. Daarom waren ze dan ook niet boos op Frederik. Nee, er was een heel andere oorzaak. Frederik was namelijk een hele brave huismus. Hij zorgde er voor dat kleinere en andere vogeltjes als hij ook van het brood mee konden eten. Zijn vriendjes waren koolmeesjes en Rosie, het roodborstje was zijn vrien dinnetje. Elke dag vertelde hij hen waar graankorreltjes en broodkruimpjes la gen. De andere mussen letten daar in het begin niet op. Doch toen het winter werd en het eten schaars, zagen zij Ro sie en de koolmeesjes als indringers. En zij joegen ze weg als ze kwamen om te eten. Maar Frederik liet zich daardoor niet afschrikken. Steeds weer vloog hij naar zijn vriendinnetje en zijn vriendjes. Toen begonnen de mussen Frederik te plagen. Dat werd zo erg, dat ze hem Dikten als hij tussen de anderen zat te eten. Frederik vond dat allemaal niet zo erg. Ook niet als ze zeiden: „Daar heb je Frederik Fluweel, de klikspaan weer". Het ergste was wel, dat Rosie en de koolmeesjes ook geplaagd en gepikt werden. Nu durfden ze niet meer te ko men, en ze hadden zo'n honger. Frederik was zo verdrietig dat hij bijna begon te huilen. Maar opeens dacht hij: „Het kan me ook niets sche len, ik ga toch eten zoeken en breng het naar Rosie". Hij vloog weg en zocht de andere mussen op, die kwetterend rond een boerenwagen met graanzakken vlogen. Frederik kwam steeds dichterbij. De mussen zagen hem eerst niet. Doch toen zag Kwaaie Hein hem en die begon te roepen „Jongens, pas op, daar is Frederik Fluweel weer. Hij pikt alle graantjes weg,,. De mussen kwamen naar hem toe en plotseling kreeg Frederik een klap tegen zijn kopje. Hij werd duizelig en viel met een plof op de grond. Hij werd duizelig en viel met een plof op de grond. Een wagenwiel ging vlak langs hem heen. Hij merkte het niet maar na een poosje voelde hij zich weer wat beter. Frederik probeerde te vliegen maar tot zijn grote schrik bemerkte hij dat het niet ging. Zijn rechtervleugel wilde niet op en neer en deed veel pijn. Angstig keek hij hij om zich heen. Als een kat hem zou zien dan was hij verloren. Hij durfde er niet aan te denken en deed zijn oogjes dicht. Toen zei iemand tot hem „Je hoeft niet bang te zijn Frederik". Hij keek op en zag een heel klein mannetje met een lange baard. „Wie ben jij?" vroeg Frederik. „Ik ben Klaas de Kabouter." zei het kleine mannetje. „En ik vind jou een brave huismus en nu mag je een wens doen". Frederik keek ineens blij. „Mijnheer Klaas," zei hij, „ik wil zo graag rode veertjes hebben precies als Rosie". „Dat komt in orde Frederik," zei Klaas, en hij rende hard weg. Even later kwam hij terug met een potje rode verf. Toen begon hij te schilderen. Veertje voor veertje. En toen het werk gedaan was herkende niemand Frede rik meer. Hij voelde zich blij en geluk kig en van geluk was zijn vleugeltje ook weer genezen. Nu vliegt Frederik samen met Rosie en de koolmeesjes. De huismussen ken nen hem niet meer, maar daar is Fre derik juist heel blij om. Is het niet veel belangrijker de sa menwerking zoals die de laatste jaren in de raad was, te handhaven dan om nu zo kleinzielig te dwarsbomen. Een goede raad: kom op uw besluit terug en stel de PvdA alsnog in de ge legenheid de derde zetel te bezetten (deze fractie telt ook 5 raadsleden). Ge zien de taakverdeling geldt het hier ze ker een gemeentebelang. Mijnheer de redacteur, ik ben geen PvdA-man, dus ik praat niet voor mijn standje, maar meen dat deze zaak on juist is behandeld. Dan nog dit: was er nu niet één lid van de raad die wist te waarderen dat wethouder De Ruiter de laatste maan den voor 90 de vuile was alleen moest opknappen? Mijnheer de redacteur, ik hoop dat bovenstaande mede zal leiden tot een rustiger Lampegietersavond en tot her stel van het onrecht in de raad. Met dank voor de plaatsing Naar aanleiding van op- en aanmer kingen, getuigend van verkeerd begrij pen van mijn stukje, moge ik de inhoud daarvan nogeens kort samenvatten. Ik heb mijn twijfel uitgesproken en gevraagd: 1. Is er te Veenendaal al niet iets te bespeuren van een publieke vertoning? 2. Maskeert ons organiseren wel licht het kwijnende leven van het feest? Bij de beantwoording van de eerste vraag heb ik opgemerkt, dat een volks feest geen voorwerp van sensatie en nieuwsgierigheid mag worden, maar eerbied vergt. Want het is een uiting van gemeenschapszin en geen kijkspel. De nieuwsgierigheid nu wordt sterk ge prikkeld door te voren over een feest te schrijven. Men kan dit ongestraft alleen doen en dan nog met de nodige om zichtigheid voor de dorpsgemeen schap zélf, niet voor buitenstaanders. Tegen het schrijven er over nó het feest bestaan veel minder bezwaren. Nog méér wordt de nieuwsgierigheid geprik keld door de radio. Pers en radio be werken ongewild en geheel te goeder trouw iets in de dorpsgemeenschap, nl. dat deze het oude gebruik merkwaardig gaat vinden, een curiositeit, iets bij zonders, terwijl het een even gewone levensfunctie is als eten en drinken. De natuurlijke ongedwongenheid en onge kunsteldheid gaan verloren om plaats te maken voor een zekere hyperbewust heid. Allerwegen valt dat helaas te be merken. Toen ik deze zomer een zwerf tocht door de Achterhoek maakte, viel mij b.v. op, dat de oude volksdansen steeds meer hun karakter van vreugde uiting van een gesloten gemeenschap verliezen en ontaarden in een „uitvoe ring" voor nieuwsgierige vreemdelin gen. En dacht u, dat het zevenjaarlijkse arakenfeest te Beesel (L.) nog evenveel charme bezit-als toen het nog niet „ont dekt" was? Met opzet heb ik vorige week prof. Schrijnen geciteerd, omdat hij het eerst opwekte tot eerbiediging van de volks gebruiken. Ik had evengoed dr P. J. Meertens kunnen aanhalen, die eens schreef: „Er is ten aanzien van volks gebruiken tweeërlei opvatting mogelijk: men kan ze beschouwen als een nor maal bestanddeel van het lokale volks leven, of wel als een curiositeit, even lachwaardig als het spel van clowns in een circus. De eerste opvatting is de juiste, de tweede is fout en getuigt van onverstand en oneerbiedigheid." (Eigen Volk, Juli '31.) De tweede vraag heb ik ontkennend beantwoord met er op te wijzen, dat er m.i. in de Veenendaalse bevolking een natuurdrang leeft tot het ontsteken en dragen van lichten. Aan malle beweringen als zou ik b.v. de mensen op Lampegietersavond in huis willen opsluiten ga ik voorbij. Ik moge eindigen met de raad: Spaar de volksgebruiken! D. PHILIPS. Veenendaal, dat lange tijd een 10 voorsprong heeft gehad in de wedstrijd tegen DWSV heeft een kostbaar puntje mee naar Utrecht moeten geven. Het betekende voor het Utrechtse DWSV het eerste succes in deze competitie. Dat succes hebben zij in hoofdzaak te danken omdat zij elf Veenendalers tegen had, die deze middag niet tot grote da den kwamen. Het zware veld en de gladde bal kon de geelblauwen niet tot hun gewone spel brengen. Het was alles te traag. De gasten bewogen zich wat gemakkelijker over het natte veld, ter wijl zij voor een uitstekende dekking zorgden. In de eerste helft gebeurde er niet veel. Alleen het doelpunt van Veenen daal in de twintigste minuut gescoord bracht even een verandering in het troosteloze spel. Een corner, voorgezet door rechtsbuiten Rebergen en keurig door midvoor Heikamp omgehaald, stuitte via het lichaam van linksbuiten Muller langs de verblufte doelman van de Meulen. Het bleef tot de rust 10. Na de rust liet linksbuiten Muller een ferm schot noteren, dat evenwel door de Utrechtse doelman keurig tot corner werd verwerkt. Terwijl de Veenendaalse Terwijl de Veenendaalse voorhoede maar niet door de DWSV-verdediging heenkwam, bleek linksback Van Soest het grote struikelblok voor de DWSV- aanvallen te zijn. Indien Veenendaal ge dacht heeft aan deze 10 voorsprong voldoende te hebben, kwam zij bedro gen uit. Want tien minuten voor het einde, toen linkshalf Reimers een vrije trap op het Veenendaal-doel afschoot, betekende dit tegelijk de gelijkmaker. Doelman Van de Pol, die zich deze mid dag weer een goede doelverdediger toon de kon deze hoge voorzet niet voldoen de bekijken door de wirwar van spelers die voor hem stonden. Het antwoord van Veenendaal was kort maar feL DWSV werd geheel in de verdediging gedron gen, maar het was nu te laat De Utrechtse verdediging hiel stand en met enkele scherpe uitvallen slaagde men er in het spel te verplaatsen. Meer dan een gelijk spel kwam Veenendaal zeker niet toe. Daarvoor had men te weinig strijdlust getoond. DOVO—DVS '33 2—4 DOVO stelde haar aanhang opnieuw teleur door op eigen terrein met 42 van het zwakke DVS '33 te verliezen. De Rood-Witten brengen de laatste wedstrijden slecht voetbal. Er is weinig verband in de ploeg te ontdekken. Het hangt zo'n beetje als los zand aan elkaar. En aangezien DVS '33 er ook niet zo veel van terecht bracht, was het vertoonde spel nauwelijks het aankij ken waard. Na 20 minuten spelen liet doelman Sas een schot op doel van de Ermelose linksbuiten zo maar gaan. Jean Kroesbergen liet even later zien, dat hij individueel goed werk kan ver richten. Uit een wirwar van DVS-ver- dedigers haalde hij de bal, waarna hij ook de Ermelose doelman uit positie speelde en de gelijkmaker liet noteren. DOVO nam zelfs de leiding toen Kroes- bergen een vrije trap op het DVS-doel afvuurde. De bal kwam terug bij rechts binnen Van Zetten, die kalm inkopte. Een mistrap van de overigens goed spelende linksback Klumpenaar bete kende de gelijkmaker. Het werd voor de rust nog 23 voor de gasten uit een scherpe voorzet van links, terwijl de rechtsbinnen de bal heel rustig in het DOVC-doel deponeerde. In de tweede helft zag DVS nog kans deze voorsprong tot 42 te vergroten. AZSVVRC 3—2 Opnieuw heeft de VRC-voorhoede verzuimd de karisen te benutten en het overwicht in doelpunten uit te drukken. Aalten nam in deze wedstrijd al spoe dig door middel van haar rechtsbuiten de leiding door een onhoudbaar doel punt. VRC nam daarna het spel geheel in handen en W. van de Haar kon al spoedig de gelijkmaker scoren. Midvoor Van Enk zorgde voor een 21 voor sprong. Telkenmale verscheen de VRC- voorhoede voor het doel der thuisclub, Na de rust kwam de thuisclub fel op- maar het juiste schot ontbrak. H. de Koning liet een niet te missen kans glippen, terwijl linksbuiten Jansen kans zag nog langs het lege doel te schieten, zetten. Een houdbaar schot van de Aal- tense linksbinnen verdween in het Vee nendaalse doel en na een half uur werd het door dezelfde speler uit een corner 32 voor de thuisclub. VRC kon in de resterende tijd geen verandering meer in de stand brengen. Het bleef bij een 32 stand. Het fluitje van de scheidsrechter voor de aftrap in de wedstrijd Rhenus Scherpenzeel was nog maar amper uit de bossen rondom Candia teruggekaatst, of Rhenus leidde al met 10. Een fout in de Scherpenzeelse achterhoede was de oorzaak, dat een teruggespeelde bal in het doel belandde. In deze stand veranderde voorlopig niets. Het zou tot een minuut voor de rust duren, voordat Scherpenzeel de ge lijkmaker kon scoren: 11. Het veld was er door de aanhoudende regen niet beter op geworden en ook de bal was zo glad als spek geworden. Dit verhinderde midvoor Van der Horst van Rhenus niet reeds twee minuten na rust de stand op 21 te brengen, ook al weer door te profiteren van een mis verstand in de achterhoede van de gas ten. Na dertien minuten was linksbuiten Spies alleen doorgebroken. Hij schoot tegen de paal, waarna de bal het veld instuitte. Dit was voor midvoor v. d. Horst voldoende voor de derde maal te scoren: 31. Scherpenzeel kwam nu hevig opzetten en de druk op het Rhenus-doel werd zeer groot. Eenmaal zelfs juichten de Scherpenzelers al voor een vermeend doelpunt, doch keeper Jansen hield de bal er schitterend uit, waarvoor hij een welverdiend applaus kreeg. Na een half uur moest linksback we gens een knie-blessure worden vervan gen. Invaller J. Keijman ging de spil- plaats bezetten en spil Tollenaar ver huisde naar de linker backplaats. Scherpenzeel zakte nu wat af en mid voor v. d. Horst bracht enkele fraaie kansen om zeep. De gasten zagen vlak voor het einde nog kans de achterstand tot 32 te verkleinen, uit een bal die al out was geweest, doch verder konden de blauwwitten het niet brengen. Het werd een verdiende overwinning voor de Rhenenaren.

Digitale periodieken - Gemeentearchief Veenendaal

De Vallei | 1954 | | pagina 4