DE VALLEI
ZAKGELD en SNOEPEN
de ^^Biciuwe iSiuier0
Voor de Jeugd fs
TAFELTENNIS
IJsclub „Rhenen" had succes
met gecostumeerd feest
Officiële Bekendmaking
Rede van het Rhenens
raadslid
VAN DIJK
De olijven van Ali Codja
FEUILLETON
do or FRANCOIS CAMPAUX
Swift 1 zorgde deze week voor een
verrassing door PMS 2 met 64 te klop
pen. Arnhem 1 en Treffers 2 speelden
gelijk (5—5). Tios 1 klopte Arnhem 1
met 7—3. Climax 1 versloeg Treffers 2
in eigen huis met 2—8 terwijl Treffers 3
met 64 van Climax 2 won, dat hier
door weer op de laatste plaats kwam.
De kampioen van de le klasse B is
thans ook bekend. Het is Well Shot 2
uit Nijmegen, zodat Climax I binnen
kort tegen dit team zal uitkomen om
het kampioenschap van de afdeling Gel
derland. In de 2e klasse C versloeg Hol-
landia 1 met 6—4 Ritac 2, terwijl Kracht
en Vriendschap eveneens van Ritac 2
won met 73.
Tempo 1 moest in RTTV zijn meerdere
erkennen met 2—8 terwijl Climax 2
kansloos met 10—0 tegen Ritac 1 ten
onder ging. Ritac 1 heeft voorlopig de
leiding genomen door concurrent Kr. en
Vr. 2 met 64 te verslaan. Bovendien
hielp Kr. en Vr. 2 nog een handje door
een punt aan RTTV 2 af te staan.
Sorry 1 en Climax 4 blijven goed vol
gen. Sorry won in Wageningen met 37
van Swift 3 en Climax 4 bleef baas in
eigen huis tegen Ritac 4 (82). Sorry 2
verloor van RTTV met 46.
In de vierde klasse waren de uit
slagen: RTTV 3 SKF 2 10—0; Hol-
landia 2 Fortissimo 2 64; VSW 2
Hollandia 2 8—2; SKF 2 Ritac 5 2—3;
VSW 3 Ritac 6.
Bij de dames behaalde Ritac een re
glementaire 10—0 overwinning door niet
opkomen van SKF.
Het programma voor deze week:
Woensdag: 2e kl. C. Ritac 1 Tempo
1; Ritac 2 VSW 1; Swift 2 RTC 1.
3e kl. G. Ritac 4 Sorry 2. 4e kl. H.
Ritac 5 Climax 5. Dames: Ritac
Panter.
Donderdag: 2e kl. C. RTTV 1 Kr.
en Vr. 1; Hollandia 1 Swift 2. 3e kl.
G. RTTV 2 Climax 4. 4e kl. H. Pan
ter 1 VSW 2.
Vrijdag: le kl. A. PMS 2 Treffers 3.
Rhenen
Het gecostumeerde en gemaskerde ijs-
feest, door de Rhenense IJsclub Zater
dagavond op de banen van „Palmers-
waard" georganiseerd, is in dubbele be
tekenis een succes geworden. Niet alleen
dat er zeer veel deelname viel te con
stateren, ook de belangstelling die er
voor bestond was zeer groot. Vooral dit
laatste heeft de organisatoren hoofd
brekens gekost, omdat men op vele
plaatsen te dicht bijeen stond, waardoor
het gevaar van ongelukken niet denk
beeldig was. Jammer dat het publiek in
het geheel geen acht sloeg op de meer
dere malen per microfoon omgeroepen
verzoeken om zoveel mogelijk uit elkaar
te gaan. De baan werd er niet beter
door. Gelukkig dat het in de nacht van
Zaterdag op Zondag weer flink heeft
gevroren, zodat de volgende ochtend
het water weer van het ijs was ver
dwenen.
Een kleine dertig deelnemers hadden
zich voor het ijsfeest laten inschrijven.
De meest uiteenlopende creaties bevon
den zich op de baan. De jury, bestaande
uit de dames C. V. Nedorost-Waller, J.
A. J. Udo-van Drunick en J. de Jong
de Jong, ,stond voor een niet gemakke
lijke taak. Uiteindelijk kwam de uit
slag als volgt te voorschijn:
Individueel: 1. Heks op de bezem, Ne-
dorost, Rhenen; la. Bakker, v. d. Dik-
kenberg, Rhenen; 2. Slaapmuts, A. J.
Livingston. Rhenen: 2a. Kerstman, I.
Hissink. Rhenen; 3. Mexicaan, W. Snij
ders, Rhenen: 3a. Pierot, Van Ingen.
Rhenen; 4. Clown, C. Favejee, Rhenen;
4a. Boerin, Remmerde, Kesteren.
Paren: 1. Tiroler meisjes. Mol en De
Rhoter. Rhenen: 2. Circus Renz. Meisjes
Nienhuis, Rhenen; 3. Twee boerinnen,
De Zwarte Kallen. Rhenen; 4. Dienst
meisje en huisknecht, Onink-v. d. Berg.
Groepen: 1. Twee Chinese Paren,
Baardman-van Laar, Rhenen.
De voorzitter van de ijsclub, de heer
D. W. de Jong. reikte met voor een
ieder een toepasselijk woord de prijzen
uit.
GEMEENTE RHENEN
De burgemeester van Rhenen brengt
onder de aandacht van belanghebben
den, dat iedere houder van een stier van
acht maanden of ouder verplicht is bin
nen een maand, nadat de stier acht
maanden oud was, toen hij in zijn bezit
kwam, binnen een maand na dit laatste
tijdstip aangifte te doen ter secretarie.
Voorts is het aan de stierhouder en
aan de houder van een vrouwelijk rund
verboden andere dan goedgekeurde stie
ren tot dekking te bezigen.
Dit verbod geldt niet indien:
a. de stier en het vrouwelijke rund aan
dezelfde eigenaar toebehoren
b de stier definitief is ingeschreven in
een door de commissie ter bevordering
van de rundveefokkerij in de provincie
Utrecht erkend rundveestamboek of wel
een onderhoudsbijdrage of een getuig
schrift als bedoeld in artikel 12, onder
2 of 3, van het regelement aangaande
de ondersteuning van rijkswege van de
rund veefokkerij heeft verworven.
Rhenen, 26 Februari 1955
De burgemeester voornoemd.
L. Bosch v. Rosenthal.
(Vervolg van pag. 1.)
was gesteld door de CH-wethouder, dat
hij er tegen was.
Wat het saneringsplan betreft voor
het dorp Eist, betwijfelde spr. of er wel
voortgang mee wordt gemaakt Ver
schillende grondeigenaren, die afstand
van hun percelen hebben gedaan, gaan
rustig door met het bebouwen. Ik zal
het betreuren, wanneer B. en W. straks
zullen zeggen, wanneer de vruchten aan
het rijpen zijn: nu moet je er afblijven.
LANDBOUW HUISHOUD-
ONDERWIJS
Wederom teruggrijpende op de laatste
raadsvergadering, haalde spr. nogmaals
aan het verslag van het hoofd der vglo-
school. Ik heb dit betiteld als een ver
slag van een „stervende", aldus Van
Dijk. Ik kan het me begrijpen, nadat
het betrokken schoolhoofd zo is behan
deld vorig jaar. Het hoofd meende, dat
een niet-officieel persoon de school „ka
pot" maakte, ten voordele van de land-
bouwhuishoudschool. Op mijn vraag aan
de voorzitter of dat waar was, kreeg ik
ten antwoord: neen. Ik had toen niet
het recht om te zeggen: u spreekt on
waarheid. Ik kan nu echter zeggen: u
deed dat wel.
Er worden kinderen naar de land-
bouwhuishoudschool gehaald, die er
naar mijn mening volgens de wettelijke
omschrijving niet thuis horen. De huis
houdschool is gesticht voor de boeren-
en landbouwende bevolking. De kinde
ren, die bestemd zijn voor de fabrieken
of een dienstbetrekking, hebben meer
aan het vglo. De niet-officieel persoon,
die de propaganda maakt, aldus de heer
Van Dijk, is de echtgenote van de bur
gemeester zelf. Het is haar goed recht
om die propaganda te maken, doch het
is voor mij altijd nog zo, dat wanneer de
echtgenote van de burgemeester in een
arbeidersgezin komt, bij voorbaat al
wordt toegestaan, waarom wordt ge
vraagd. Dit gebeurt onder auspiciën van
de burgemeester, zo ging Van Dijk ver
der. Het zou democratisch zijn hieronder
direct een streep te zetten. Het is on
democratisch van een burgemeester, zo
zei hij, hieraan mede te werken. Een
burgemeester staat voor het belang van
de hele gemeente.
KERMISDEBATTEN
Wat de kermisvermakelijkheden be
treft, heb ik voorgesteld deze in de bin
nenstad te houden en omdat ik niet wil.
dat men z^u zeggen: E. P. wil zich er
aan onttrekken, heb ik voorgesteld deze
ook op de markt te plaatsen. Bij deze
voorstallen, aldus E. P., kwam wel heel
sterk naar voren de gemaakte afspraak:
geen samenwerking met E. P. van Dijk.
De vertegenwoordiger van Gemeente
belang, de heer G. v. d. Steeg, was een
sterke voorstander van kermis in de
binnenstad. De voorzitter moest hem
echter tot driemaal toe de vraag stellen
of hij het voorstel van mij ondersteunde.
Het voorstel werd verworpen met 13
tegen 2 stemmen, de ene vertegenwoor
diger van Gemeentebelang stemde vóór
de binnenstad, de ander tegen. Toen
daarna het voorstel van B. en W. aan
de orde kwam, om de kermis toe te
staan op de gemeenteweide, stemde de
zelfde heer v. d. Steeg voor en werd het
met 8 tegen 7 aangenomen. Hieraan
werd bovendien door het college de op
merking verbonden, dat wanneer men
thans weigert, een nader standpunt over
verhoging van gemeentelijke subsidie
zal worden voorbehouden. Vroeger zei
men altijd: geen kermis, hogere subsi
die. Thans weer dit voorbehoud. Kan
men op een dergelijk college nog peil
trekken? zo vroeg spreker. Wanneer de
situatie van de staking van stemmen
over dit punt in een vorige vergadering
zich niet had voorgedaan, dan zou de
PvdA wèl voor de binnenstad zijn ge
weest. Hier moest een compromis wor
den gevonden tegenover de rechtse par
tijen. Wethouder Klaassen was tegen de
kermis, nu stemde hij er voor. Het hele
voorstel van het college was niets an
ders dan om breuk te voorkomen.
Ik vraag me verder af, zijn de be
langen van de middenstand wel gediend
met dit besluit. En waar blijven de
agrariërs, die nu minstens zes weken
dit weiland moeten missen. Toen ik
vroeger, toen ik nog wethouder was, in
Mei hooigras ging verkopen in plaats
van een maand later, kwam er een hele
deputatie op het stadhuis. Nu hoort men
van die zijde niets. Omdat wethouder
Klaassen in het geding is? vroeg de
heer Van Dijk. Wat de middenstanders
betreft, weet ik zeker, dat 10 tegen 1
zullen zeggen: we hebben er voordeel
van wanneer re vermakelijkheden in de
binnenstad worden geplaatst.
NIEUW GEMEENTEHUIS
In de begroting was destijds een post
opgenomen van f 1000,voor vernieu
wing van de burgemeesterskamer, al
dus ging de heer Van Dijk voort. Ik heb
toen daarop aanmerkingen gemaakt. Er
is niet één afdeling meer in het hele
stadhuis, waar men werken kan zoals
het behoort. Toen ik de raadsstukken in
ging zien de laatste keer, waaide ik bij
na van de kamer af door de vreselijke
tocht Zo schijnt het op alle afdelingen
te zijn, aldus spr., want overal zaten die
ochtend de luiken dicht. Nu heeft men
die post van f 1000,teruggenomen en
er maar f 5500,van gemaakt. Ik ben
er van overtuigd, dat onze vorige com
missaris van de Koningin gezegd zou
hebben jullie zijn gek.
De heer Van Dijk betreurde het, dat
met het centrumplan in Eist zoveel on
genoegen was veroorzaakt bij de be
volking. Men gaat met een plan naar
een Elsterse lokaliteit, aldus spr., nodigt
de mensen uit daar te komen, legt het
plan voor en vraagt de mensen zegt uw
mening. Die mening komt niet, omdat
men zo hals over kop die mening niet
kan zeggen. Laat men de zaken toch be
hoorlijke tijd ter inzage leggen. Waarom
wordt er zo lang gewacht met de ver
breding van de Achterbergsestraatweg?
Omdat de eigenaar ongenaakbaar was
en men mijn hulp inriep om te bemid
delen. Eerst verknoeid, aldus Van Dijk,
later aan mij opgedragen. Toen ik met
betrokkene sprak, bleek me, dat er met
de burgemeester niet te praten viel. Als
je begint te praten over de zaak, aldus
spr., wordt je uitgebulderd. De burge
meester heeft aan populariteit verloren,
vanwege de manier, waarop hij de za
ken aanpakt, aldus Van Dijk. Ik doe
een beroep op hem, de dingen op demo
cratische wijze op te lossen.
Onlangs, zo wees Van Dijk er nog op,
is er met aannemers gemarchandeerd
over de woningbouw. Waarom gaat men
niet naar Den Haag om er daar op te
wijzen dat de m3-prijs te laag is?
In Eist zal een buurtschapshuis ko
men. Eerst wanneer dat klaar is, zal er
pas tijd komen om de school te repare
ren. Er zijn daar 300 leerlingen op
school, die met één fonteintje genoegen
moeten nemen, onderwijzers inbegrepen.
Over de toestand van de w.c.'s zal ik
nog maar niet eens spreken.
Wat komt er overigens voor nieuws
uit de bus op cultureel, sociaal of sport
gebied, aldus vroeg spreker. Het sport
veld kost f 7000,per jaar. De vereni
gingen kun je dit niet laten betalen,
maar toen er een aanvraag kwam voor
een beroepsvoetbalwedstrijd, waaraan
minstens f 3000,vastzat voor de ge
meente, werd afwijzend beschikt, omdat
de sport werd benadeeld. De sport zou
er echter mee gebaat zijn, want men
had een derde aan de beide plaatselijke
verenigingen kunnen afstaan. Gaat er
dan niets meer door het brein van B. en
W., aldus Van Dijk.
Wanneer het zo doorgaat in Rhenen,
dan stel ik vast: men ziet wel de belan
gen van zichzelf, men tracht die van
anderen zoveel mogelijk te beknotten.
Verschijnt als bijlage van het
streekblad DE VALLEI
Onder redactie van TANTE JOS
Correspondentie te richten
aan Tante Jos. p/a Parallel
weg 10. Veenendaal.
WIE ZIJN ER JARIG?
3 Maart Hilco van Meerten.
5 Maike Drost (Eist).
6 Boekenvriend (Rhenen).
6 Tonny Kieviet.
7 Arend Jan v. d. Berg.
8 Grietje van Donkelaar.
8 Teuntje Kleyer.
Oplossing raadsels
I. Beerta, Makkum, Borger, Kuinre,
Dieren, Loenen, Velsen, Katwijk, Tho-
len, Geleen.
II. Lelie, stokroos, viooltje, begonia,
aster, muurbloem.
III. De letter a.
NIEUWE RAADSELS
I. a. Hoe heet de voorpunt van een
schip?
b. Hoe noemt men vogels die het
hele jaar hier blijven?
c. Hoe noemt m^n een wedren op
korte afstand?
d. Hoe heet een grote, ouderwetse
schoorsteen voor een open vuur?
e. Hoe heten lange, smalle houten
sneeuwschaatsen?
II. x
X
X
X
le rij een zoetwatervis; 2e rij iets wat
erg gezond is; 3e rij werpstrik waarmee
cowboy paarden vangt; 4e rij huishou
delijk artikel; 5e rij plaats in Gronin
gen; 6e rij iets wat je dagelijks eet; 7e
rij niet groot; 8e rij soort buffel; 9e rij
inhoudsmaat. Op de kruisjeslijn komt
een spreekwoord.
III. Wat weegt zwaarder, een pond
veren of een pond ijzer?
ONZE ZILVERPAPIERACTIE
Deze keer ontvingen wij weer ver
schillende zendingen zilverpapier, thee-
lood en andere materialen van waarde.
Hier volgt dan weer de verantwoording.
Henk Brussaard.
Herman Ariessen.
Laurens Rok.
Japie en Mattie Budding.
Anneke van Es.
Gerda en Lettie Bas.
Johanna en Gerrit van de Bijl.
Wim en Ike ter Hoeven.
Al deze spaarders weer onze harte
lijke dank.
(Een sprookje uit 1001 nacht.)
Tijdens de regering van de kalif Ha
roen Annaschid leefde er in Bagdad een
koopman die Ali Codja heette. Op ze
kere dag ondernam hij een bedevaart
naar Mekka. Hij verkocht zijn winkel
en koopwaren, behalve die welke hij
meende in Mekka voordeliger van de
hand te kunnen doen. Nu had hij dui
zend goudstukken die hem op reis niets
dan zorg zouden veroorzaken. Daarom
kocht hij een pot, deed daarin het geld
en vulde hem verder geheel met olijven.
Hij sloot de pot met een deksel en be
streek dit met klei om de lucht buiten
te sluiten. Daarna gaf hij de pot in be
waring bij een vriend. Deze gaf hem de
sleutel van zijn kelder en zei: „Zet de
pot maar in een hoek dan kun je hem
er na je thuiskomst ook zelf weer uit
halen."
Ali deed dit, nam afscheid van zijn
vriend en sloot zich aan bij een kara
vaan die naar Mekka op reis ging. Hier
aangekomen voldeed hij aan zijn ver
plichtingen als pelgrim en verkocht
daarna de meegebrachte goederen. Hij
ontving een hoge prijs, kocht weer an
dere waren die hij in Damascus meende
te kunnen 'slijten. Hij bleef daar lang en
genoot van de heerlijke omstreken die
een buitengewoon grote bekoorlijkheid
hadden. Zijn volgende pleisterplaats was
Moszoel en de Perzische kooplieden,
waarmee hij de reis daarheen gedaan
had, haalden hem over met hem een
tocht naar Indië te doen. Na een aan
gename en leerzame reis, die bijna
zeven jaar geduurd had, bereikte hij
zijn oude woonplaats Bagdad weer.
Ali's vriend had helemaal niet meer
aan de pot met olijven gedacht, tot, on
geveer zeven jaar later, hij met zijn ge
zin aan het avondeten zat. Toen zei zijn
vrouw ineens: „Hè, daar krijg ik plotse
ling grote trek in olijven Wat is het
lang geleden dat we die geproefd heb
ben."
„Olijven?" zei haar man, „er staat nog
een hele pot vol in de kelder. Ali zette
hem daar in, maar de man zal al lang
dood zijn, anders had hij wel eens iets
van zich laten horen. Als ze nog langer
in die pot blijven, zullen ze zeker be
derven. Geef mij een schotel, dan zal ik
er wat gaan halen." De vrouw wilde
hier niet van weten maar haar man
daalde af in de kelder en opende de pot.
De bovenste vruchten waren geheel be
dorven. „Misschien zijn de onderste be
ter," zei hij in zichzelf en keerde de pot
boven de schotel om. De olijven waren
echter alle bedorven. Maar hoe verwon
derd was hij toen het ineens goudstuk
ken begon te regenem „Aha," riep hij,
„heeft Ali zulke olijven. Nu, die komen
nog beter te pas dan de gewone."
Hij verborg het geld en ging terug
naar de kamer. „De olijven zijn totaal
bedorven," sprak hij, ,,'k heb de pot
maar weer op de gewone manier dicht
gemaakt, zodat Ali, indien hij nog terug
komt, onmogelijk kan zien dat ik hem
geopend heb."
„Ik hoop het voor je," antwoordde zijn
vrouw, „je hebt het vertrouwen van je
vriend misbruikt, 't Zou me niet ver
wonderen als je hierdoor nog eens in
moeilijkheden komt." De man hield zich
of hij geen kwaad vreesde, maar hij was
toch wel bang. De volgende morgen
kocht hij verse olijven, vulde daarmee
de pot, die hij vervolgens sloot, met klei
bestreek en op de oude plaats zette.
Enige weken later kwam Ali van zijn
reis terug en hij vroeg zijn vriend naar
de pot met olijven. De koopman ver
bleekte toen hij Ali zo onverwachts voor
zich zag staan. Hij deed echter of hij erg
blij was en gaf hem de sleutel van de
kelder. „Haal zelf de pot maar, je weet
waar hij staat." Ali vond de pot, be
dankte zijn vriend voor het bewaren en
ging naar het hotel waar hij voorlopig
verbleef. Daar opende hij de pot en
schrok niet weinig toen hij ontdekte dat
de goudstukken verdwenen waren. Hij
snelde naar zijn vriend en verweet hem
dat hij het geld had gestolen. Deze hield
zich van de domme. „Je gaf me olijven
te bewaren, de pot heeft daar zeven jaar
op dezelfde plaats gestaan, je zult me
toch zeker niet van diefstal verdenken?"
Maar Ali klaagde zijn trouweloze
vriend aan bij de kadi of rechter. Deze
sprak de koopman echter vrij omdat er
geen getuigen waren die gezien hadden
dat Ali goudstukken In de pot had ge
daan. De dief was blij dat hij er zo goed
afkwam maar Ali stelde een verzoek
schrift op, waarin hij de kalif met het
geval bekend maakte. Weinige uren
daarna kwam een bediende van de vorst
hem berichten, dat hij de volgende mor
gen in het paleis verwacht werd.
(Wordt vervolgd.)
Het toekennen van zakgeld is in me
nig gezin een bron van voortdurende
moeilijkheden tussen ouders en kinde
ren en ook wel tussen ouders. Laten we
dat vraagstuk eens nader bezien. De
eerste vraag, die kan opkomen, is, wan
neer het moment is aangebroken om een
kind zakgeld te geven. De grens ligt o.i.
rond de tienjarige leeftijd. Een scherpe
grens is vanzelfsprekend niet te trek
ken. Het ene kind zal op veertienjarige
leeftijd nog nauwelijks zelfstandige uit
gaven kunnen doen, terwijl het andere
op zijn achtste jaar al begrip toont voor
de omgang met de dubbeltjes. De leef
tijd is daarom minder belangrijk dan
het financieel inzicht dat zich bij elk
kind in een sterk verschillend tempo
ontwikkelt.
Men kan zich als ouders op het stand
punt blijven stellen, dat de kinderen
zich goed rekenschap moeten geven,
hoeveel hun opleiding aan de ouders
wel kost, maar dit doel bereikt men niet
beter door het kind voor elke uitgave
een beroep op de beurs van vader of
moeder te laten doen. Bovendien vormt
dat zelfstandig opereren met eigen mid
delen een belangrijk deel van de op
voeding. Elk verstandig ouderpaar zal
zich zo onopgemerkt mogelijk op de
hoogte stellen van de wijze waarop het
kind zijn zakgeld besteedt. Hieruit blijkt
dat wij er voorstander van zijn om aan
het kind een zeker „inkomen" toe te
kennen, waarover het zelf zijn beslis
singen kan nemen.
HOEVEEL?
De hoogte van het zakgeld moet va
riëren met de leeftijd. Met het ouder
worden stijgt het. gevoel van eigenwaar
de en de verantwoordelijkheid. Over de
absolute hoogte van het bedrag kan
moeilijk worden gediscussieerd. Dit
hangt vanzelfsprekend af van het inko
men van de vader en later zal dit gaan
samenhangen met het inkomen dat de
jongen of het meisje zelf gaat verdienen.
Een belangrijke vraag is of nu dat
zelf beslissen over inkomen steeds zo
veel mogelijk beperkt moet blijven of
wellicht zoveel mogelijk moet worden
uitgebreid. Wil men het financieel in
zicht bij de kinderen zoveel mogelijk
versterken, dan zullen ze zich ook re
kenschap moeten kunnen geven van
prijzen en zo jong mogelijk vertrouwd
moeten raken met het bekende keuze
vraagstuk, waarbij men het ene kan ko
pen met het onvermijdelijke gevolg, dat
men zich het bezit van iets anders tot
nader order moet ontzeggen.
Heeft een kind reeds jong de beperkte
bevredigingsmogelijkheid voor ogen,
dan zal het, wanneer het veel wensen
heeft, er met energie voor werken het
punt te bereiken, waarop het zelf de
mogelijkheid tot het doen van uitgaven
kan uitbreiden. Hierbij zal men het
kind leiding moeten geven en op tact
volle wijze moeten voorhouden, wat
men zelf als de beste weg voor de jon
gen of het meisje ziet.
HET „SNOEPCENTJE"
Het vroeg toekennen van een zakgeld
aan jonge kinderen met de bedoeling
dat zij dit zullen versnoepen of alleen
aan genotmiddelen zullen besteden, is
niet geheel waardeloos, maar heeft een
veel minder grote betekenis als het doel
bewust opvoeden tot financiële verant
woordelijkheid. Want kent men alleen
een zakgeld toe met de wetenschap dat
dit alleen voor pleziertjes ten eigen bate
wordt aangewend, dan weten de ouders
en het kind voor hoeveel geld per week
wordt opgesnoept of voor ontspanning
wordt uitgegeven. Het kind wordt dan
beperkt in deze richting en de ouders
weten precies wat ze er aan besteden.
Ze vermijden een voortdurend gezeur of
dit of dat wel mag en kunnen het kind
dan naar z'n zakgeld verwijzen.
Vanzelfsprekend wordt met dit sy
steem bijna elke toekenning van zak
geld begonnen. Tonen de kinderen ver
antwoordelijkheidsgevoel, dan is het
aan te bevelen om het kind zelf voor
andere voorzieningen te laten zorgen.
Met behulp van een spaarbankboekje
kan men de kinderen later laten sparen
voor hun vacantiegeld of voor bepaalde
in uitzicht zijnde uitstapjes.
Grote waarde heeft ook dat zelf spa
ren voor cadeaux, die bij verjaardagen
of gedenkdagen worden overhandigd.
„Eenmaal heb ik haar nog gezien,"
vertelde Louise, na enige ogenblikken te
hebben gezwegen. „Het was in de win
kel van Fred, waar zij wat oorlogsspeel
goed wilde kopen. Dat was dus voor
jouw zoontje. Fred had altijd pertinent
geweigerd dat tuig te verkopen, en wil
de haar een lesje geven, waarop zij
woedend de winkel uitliep. En toch heb
ik nog medelijden met haar," voegde zij
er nadenkendN^pn toe. „Wat moet het
iets vreselijks zijn, zo gev^loos en zelf
zuchtig door het leven tSJzijn gegaan.
Wat moet zij een boel hebben gemist!
En wat moet zij zich altijd eenzaam
hebben gevoeld!"
Aan het diner heerste een vrolijke,
ongedwongen stemming. Louise nam de
ereplaats in. Toen de maaltijd in volle
gang was, stond Robbie op, een glas
champagne in de hand.
„Vrienden," zei hij, „wij zijn hier van
daag bijeen gekomen, om het weerzien
te vieren met ons aller Lou-Lou-Louise!
Drie van ons hebben aan haar de heer
lijkste herinneringen uit hun kinder
jaren te danken, en ik zeg zeker niets te
veel, wanneer ik beweer, dat de drie
anderen dat evenzeer kunnen waar
deren.
Lou-Lou heeft Steffie, Bill en mij
jarenlang bemoederd, heeft al wat zij
aan moederliefde in zich had en dat
was niet zo'n klein beetje aan ons ge
schonken en heeft haar gehele ik, haar
ganse wezen voor ons ingezet. Nooit
zullen wijt dat voldoende kunnen waar
deren en zeker zal geen van ons ooit iets
te veel zijn om die waardering te doeq
blijken. Het spijt mij alleen maar, dat
haar vierde „kind," Tony niet bij deze
feestelijke J aangelegenheid aanwezig
heeft kunimi zijn. Helaas door omstan
digheden Wuiten zijn wil, want hij is nog
te jong om zelf te mogen beslissen waar
heen hij gaan kan. Maar ik ben er vol
komen van overtuigd, dat hij over enige
jaren precies eender zal denken en han
delen als wij.
Louise, namens je „kinderen" en ln de
eerste plaats namens mijzelf, drink ik
hierbij op jouw gezondheid en jouw
zorgeloze toekomst. Ik ledig dit glas op
onze Lou-Lou, onze Louise, het liefste,
trouwste „moedertje" dat ooit kinderen
van anderen heeft grootgebracht! Lou-
Lou, ik drink op jou en op je blauwe
sluier!"
Louise was in het eerste ogenblik niet
in staat een woord uit te brengen. Tra
nen verblindden haar ogen, zodat zij een
ogenblik lang niets kon onderscheiden
en slechts flauw door de nevel van tra
nen heen de lichten kon zien. Maar zij
voelde opeens Robbie's armen om zich
heen, toen hij haar omhelsde, waarna
alle anderen zijn voorbeeld volgden.
Toen stond, tot aller verbazing en
vreugde, Louise zelf op, om het woord
te nemen.
„Kinderen," zei ze, en haar stem, die
aanvankelijk van aandoening beefde,
werd al vaster en vaster, „ik dank jullie
uit het diepst van mijn hart voor jullie
hartelijkheid en jullie liefde. Ik mag
dan iets voor jullie hebben gedaan en
voor jullie zijn geweest, waar ik dan
ook trots op ben, maar jullie zijn, stuk
voor stuk, ook alles voor mij geweest en
hebt heel veel voor mij gedaan. Zonder
jullie zou het leven voor mij geen zin
hebben gehad. Alleen door jullie heeft
het leven weer waarde voor mij gekre
gen. Veel, heel veel heb ik moeten ver
liezen, mijn John, Johnny, Tony en
Fred, maar als ik zo om mij heen zie,
heb ik nog zo veel mogen behouden.
Steffie, Billy en Robbie, ik wens op mijn
beurt alle geluk aan jullie en je gezin
nen. Dank je." Vlug ging zij weer zitten,
opeens door verlegenheid overmand.
Temidden van de juichkreten die op
stegen, ratelde opeens de telefoon. Rob
bie liep er heen en nam de hoorn op.
„Lou-Lou, telefoon voor jou!" zei hij.
„Van buiten de stad."
Verbaasd keek Louise op. Wie zou
haar kunnen opbellen? En wie kon we
ten, dat zij hier was, bij Robbie?
Zij nam de hoorn van Robbie over en
luisterde aandachtig. Zij hoorde een
stem, een stem, die haar deed beven en
haar knieën deed knikken. Het was de
stem van Tony!
„Moeder, bent u daar?" vroeg hij.
„Met Tony. Hoe maakt u het. Moeder?"
Zij kon geen woord uitbrengen. „Moe
der, u bent er toch wel?" hoorde zij hem
vragen.
Met moeite vond zij haar stem terug.
„Ja, ja, Tony, ik ben hier," riep zij, met
bevende stem. „M... maar, ik... ik kan
bijna niets zeggen!"
„O, Moeder, wat leuk uw stem te ho
ren," juichtte hij. „Hoe maakt u het?"
„Waar ben je jongen?" vroeg zij, zon
der antwoord op zijn vraag te geven.
„In Chicago, Moeder, bij een vriendje
van me. Dr. Palfrey heeft er voor ge
zorgd, dat ik met u kon spreken. Is alles
goed?"
„Ja, jongen. Met jou ook?" Haar stem
was niet meer dan een gefluister.
„Best, Moeder. Ik kom binnenkort
naar New York om u op te zoeken. Met
Pinksteren Nog drie weken! Dr. Pal
frey heeft dat ook al geregeld." De tele
foniste kwam zeggen, dat zij moesten
afbreken.
„Dag, moeder, dag. Tot over drie
weken," riep Tony.
„Dag Tony, dag schat," riep Louise
uit. „O, jongen, ik ben toch zo gelukkig.
Dag" De verbinding werd verbroken,
doch nog secondenlang zat Louise als in
trance naar de hoorn in haar hand te
staren. Nu was haar dag werkelijk vol
maakt!
Aan de tafel zaten de anderen in roer
loze stilte.
Het diner was voorbij. Zij waren allen
wat stiller geworden, doch de stemming
bleef.
Daar ging opeens de deur open en
twee kinderkopjes gluurden naar bin
nen. Een jongen van zes en een meisje
van drie kwamen op een wenk van
Robbie op hun tenen naar binnen lopen
en stevenden recht op Louise af, die hun
binnenkomst niet opmerkte, doch hen
pas ontdekte, toen zij vlak voor haar
bleven staan.
„Wie hebben wij daar?" vroeg zij ver
baasd.
„Onze kinderen, en voortaan ook de
jouwe, Lou-Lou," antwoordde Robbie
zachtjes. „We wilden je vragen voor de
ze twee te zorgen, zoals je eens voor ons
hebt gezorgd. Je zou er ons een groot
plezier mee doen. Ze hebben nooit een
Oma gekend en zouden er zo dolgraag
één willen hebben. Aangenomen, Lou-
Lou? Alleen zouden we je willen vra
gen, of je het erg zou vinden voortaan
weer je blauwe sluier te dragen. Die
staat je zo netjes en is voor ons het
symbool van onze kinderjaren. Kun je
daarmee accoord gaan, Lou-Lou?"
Zonder iets te zeggen trok Louise de
beide kleintjes bij zich op schoot.
EINDE