Nederlandse steden in Parijs' museum Gr ebbe-A thle tick wed strijden -de CANADESE ERFENIS- Maquetten van Maastricht en Bergen op Zoom SPIONNAGE IN HET BEGIN DER 18de EEUW Athletiek De vacantietrip van Bert en Bram Nieuw record Kogelstoten van Fanny Blankers kon niet erkend worden FEUILLETON (Van onze Parijse correspondent.) Tienduizenden Nederlanders bezoe ken Parijs. Duizenden brengen een be zoek aan het Hotel des Invalides en de graftombe van Napoleon. Ze bezichti gen ook nog de Eglise Sint Louis, waar in de lijkkoets staat, waarmee het stof felijk overschot van de kleine keizer op Sint Helena werd vervoerd, doch vrijwel niemand weet, dat hier vlakbij, in het eveneens in het Hotel des Inva lides ondergebrachte museum een ver zameling miniaturen staat van oude vestingsteden, die voor de Nederlanders in het algemeen en voor de vrienden van Maastricht en Bergen op Zoom van bijzonder belang is, omdat daarbij on der andere beide steden vertegenwoor digd zijn. Dit feit is vrijwel niet be kend. Zelfs historici uit beide steden zijn er niet van op de hoogte, dat ze hier uiterst waardevol en betrouwbaar studiemateriaal vinden. BERGEN OP ZOOM 70 VIERKANTE METER De 150 maquettes liggen thans te kijk op twee zolders van het Hotel des Inva lides. Er zijn er bij, die 200 vierkante meter beslaan; andere meten slechts 6 vierkante meter, maar één zaak hebben ze gemeen: ze tonen allemaal precies hoe de betreffende stad oorspronkelijk was. Met een nauwkeurigheid, welke de Fransen uit de 20e eeuw niet meer kun nen opbrengen, hebben de genie-offi cieren en de speciale ambachtslieden uit vervlogen eeuwen deze steden in „re- lief" gebracht. De oudste maquette da teert uit 1670 en de jongste uit 1880. Hieruit blijkt, dat deze omvangrijke spionnagewerkzaamheden reeds zijn begonnen tijdens de Zonnekoning. De Fransen wilden toen Europa beheersen, hetgeen veldtochten enbelegerin gen noodzakelijk maakte. Maar voor de belegeraars is het van groot belang de te belegeren stad nauwkeurig te ken nen. Vandaar, dat de Franse spionnen naar de Europese vestingen werden ge zonden. Ze hadden jaren nodig om iedere straat, ieder huis, ieder geveltje en iedere poort nauwkeurig na te te kenen. Daarna gingen ze met hun waar devolle inlichtingen beladen terug naar Frankrijk, waar in speciale werkplaat sen, welke onder andere waren geves tigd in het Louvre, Saint-Germain, Bé- thune en Lille de maquettes werden vervaardigd. Andere steden, zoals Ber gen op Zoom en Maastricht werden in maquette gebracht tijdens een Fran se bezetting (1747 en 1748). Tijdens de Zonnekoning werden 60 steden met zeldzame nauwkeurigheid gecopieerd en opgeborgen in het Lou vre. De collectie werd streng bewaakt en mocht slechts bezocht worden na persoonlijke goedkeuring van de koning. Toen Darcon in 1793 bevel kreeg op te trekken en Maastricht te veroveren, EEN ONBEKENDE UITVINDER De Portugezen komen met de bewe ring dat een landgenoot de uitvinder is geweest van de automobiel. De Engelse auteur J. Smeatin publiceerde te Lon den in 1752 een verslag, waaruit bleek dat Bento de Moura in Portugal een stoommachine had uitgevonden, die zichzelf kon voortbewegen en die door een Britse mecanicien werd geconstru eerd. Met deze „auto" werd te Londen in aanwezigheid van leden van het Ko ninklijk Genootschap gedemonstreerd. Daarna volgden te Lissabon demon straties in aanwezigheid van, de Portu gese koning en zijn gezin. Volgens Engelse auteurs was De Moura met Denis Papin en James Watt een dergenen die het meest hebben bij gedragen tot de ontwikkeling van de stoommachine. Bento de Moura was ook de con structeur van een rijtuig dat door de kracht van de wind werd aangedreven. In zijn vaderland verwierf hij hoge eerbewijzen, zoals dr. honoris causa van de Universiteit Coimbra, Ridder van de Orde van Christus, enz. In 1760 kwam hij echter op bevel van de dic tator Graaf de Pombal in de cel van de vestinggevangenis van Junqueira, waar hij gedurende 16 jaar bleef opgesloten en in aanwezigheid van de pater der Jezuïeten Joao de Matos stierf. Tal van andere uitvindingen staan op zijn naam. Engelse en Duitse auteurs stelden hem gelijk met Roger Bacon, Leonardo da Vinei, Papin, Eatt, e.a., wat de origi naliteit van zijn uitvindingen betreft. Er wordt beweerd dat zich in Engel se archieven nog tal van documenten omtrent de prestaties van genoemde Portugees bevinden. ging hij eerst de maquette van de stad bestuderen en hetzelfde deed een jaar later generaal Marescot. ZELFS BLADEREN DE BOMEN! AAN De maquette van Maastricht is vrij klein en meet slechts 6.80 meter bij 5.80 meter. Ze draagt het jaartal 1752. Ber gen op Zoom meet 10.20 bij 6.65 m. en werd in 1950 opgemeten door de offi cier Nézot. De maquettes werden ver vaardigd op een schaal van 1 op 600. Het meest opmerkelijke is evenwel de nauwkeurigheid, waarmee de steden in beeld werden gebracht en de precisie, waarmee werd gecopieerd. Ieder huisje heeft een plaats gekregen, iedere straat, iedere poort, iedere wal, iedere' water loop en zelfs oneffenheden in de we gen werden in de reliefs overgenomen. De gevelversiering werd getrouw na gebootst en niet alleen de bomen wer den opgenomen in het plan, doch te vens hun soort valt te onderscheiden, omdat men de bladeren aanbracht van uitgeplozen zijde. Ook nu nog is dui- j delijk te onderscheiden waar in Bergen op Zoom en Maastricht in het midden der 18e eeuw knotwilgen stonden, waar peppels, waar dennen enz. Op de maquette Bergen op Zoom ziet men ook de vijf stadspoorten, het stadhuis, het markiezenhof, het rave lijn op de Zoom en de oude forten- linie MoermentPinsen-Rover. De vervaardiger van de Maastrichtse maquette is Larcher-Daboncourts. Deze maquette, hoewel kleiner dan die van Bergen op Zoom, is even nauwkeurig. Men ziet de in 1867 afgebroken stads poorten en de juiste loop van de thans nog maar gedeeltelijk aanwezige wallen met bastions enz. tot in de kleinste bij zonderheden afgebeeld. Beide maquettes zijn voor de lief hebbers van de historie van de twee steden van buitengewone betekenis en het ware te hopen, dat de gemeente besturen Parijs zouden kunnen bewe gen de maquette af te staan. Dank zij de moderne techniek is het eveneens mogelijk getrouwe copieën er van te maken en we hopen, dat die t.z.t. een ereplaats zullen krijgen in Bergen op Zoom en Maastricht. DUITSE BELANGSTELLING De Zonnekoning was zo ingenomen met zijn stedenverzameling, dat hij voornemens was een speciaal paleis voor de maquettes te laten bouwen, maar zijn hofhouding had te veel geld nodig. Vandaar, dat de reliefs- aanvan kelijk opgesteld in het Louvre, in 1777 werden overgebracht naar het Hotel des Invalides. De elfhonderd vrachten wer den bewaakt door de Zwitserse garde en niemand mocht in de buurt komen. Zelfs de arbeiders werden gecontro leerd. Tijdens de moeilijke verhuizing, waarbij zelfs een deel van het dak moest worden verwijderd, werden de reliefs dermate beschadigd, dat een hele staf vaklieden en kunstenaars zes tien jaren nodig had om de boel te re pareren. De Duitsers, die het in 1815 te Parijs voor het zeggen hadden lieten 19 maquettes overbrengen naar Berlijn. Alleen Lille keerde later weer terug. In 1870 waren de Fransen bevreesd, dat de Duitsers nu ook de rest zouden mee nemen en derhalve lieten ze de kostbare collectie inmetselen. Pas in 1919 kwa men de maquettes weer te voorschijn. De oorlogvoering was inmiddels der mate gewijzigd, dat de reliefs geen mi litaire waarde meer hadden en er gin gen dan ook stemmen op om er kachel hout van te maken. Gelukkig is dit niet geschied en werden ze in 1936 op de monumentenlijst geplaatst. Thans is Parijs weer zo trots op de verzameling, dat het er ernstig aan denkt om er een speciaal museum voor te laten bouwen, want inderdaad komen ze op de zolders van het Hotel des Invalides maar ten dele tot hun recht. VOCHTIGHEIDSMETER VOOR GRAAN Een Britse firma heeft een vochtig heidsmeter voor graan ontworpen, voornamelijk voor de boeren en inko pers in Oost-Afrika. Deze meter, waar mee de vochtigheidsgraad van het graan kan worden gemeten, zal echter spoe dig door iedereen kunnen worden ge kocht. Deze graanvochtigheidsmeter maakt het mogelijk om onmiddellijk de vochtigheid te meten. Een sonde, be staande uit verscheidene dunne elec- troden wordt in een zak graan gestoken en een draai aan een handle wekt de nodige activerende stroom op, waarna een meter de graad van vochtigheid aanwijst. Correspondentie te richten aan tante Jos, per adres Parallelweg 10, Veenendaal WIE ZIJN ER JARIG? 1 Sept. Hendrik v. Slooten. 1 1 4 5 7 7 7 7 7 7 Clara Breeschoten. Jopie Hutink. Bertus v. Capelle. Martien v. Dam. Gerrie Diepeveen. Truus v. d. Kraats. Emiel v. Leeuwen. Rozemarijntje. Ali v. Essen. Anneke v. Essen. Allemaal gefeliciteerd! CORRESPONDENTIE Beste Repelsteeltje, Bedankt voor je brief en je verhaal tje. Je hebt dus ook wel genoten van de vacantie. Ja, ik ook hoor. Nu maar weer, geladen met nieuwe energie, aan het werk! Je verhaaltje plaats ik wel binnenkort. Probeer je krachten ook eens op een versje, of heb je geen poëtische gaven? Daag. Hartelijke groeten van tante Jos. Oplossing kruiswoordpuzzle Horizontaal: 1. Voetballen. 9. Los. 10. El. 11. Adé. 12. Eg. 13. Lest. 15. Es. 16. Kar. 17. Rij. 19. Eer. 20. Hela. 22. Reis. 23. Den. 25. Re. 26. Pen. 28. E.v. 31. Ma. 32. El. 33. Solo. 35. Ia. 36. Do minospel. Verticaal: 1. Vlek. 2. Oog. 3. Es. 4. Beer. 5. Als. 6. La. 7. Ede. 8. Nest. 13. Larie. 14. Trede. 16. Keer. 18. IJlen. 19. Er. 21. An. 24. Leed. 26. Polo. 27. Paal. 29. Vlo. 30. Ton. 31. Mie. 33. Si. 34. Os. NIEUWE RAADSELS 1. Hoe noemt men Zwitserland ook wel? 2. Door wie is in 1567 de Raad van Beroerten ingesteld? 3. Wat is een Jan van Gent? 4. Hoe noemt men een afgesloten Jo denwijk? 5. Hoe noemde men vroeger de straf, waarbij een gestrafte onder de kiel van een schip werd doorgetrokken? 6. Hoe heet in Nederland de Marine Vrouwenafdeling? II. In de visitekaartjes van de vol gende personen is hun beroep verbor gen. Zoeken jullie ze even op? A. M. LEERTAS V. SERIS N. A. MINUT W. S. DE RAT C. U. TER RADE Wie kan driemaal, vlug achter elkaar en zonder fouten, zeggen: Klaar om pek te plakken? Vrolijk puffend stoomt een motor boot langs het groene oeverriet, waar uit de watervogels, die al een slaap plaats voor de nacht gezocht hebben, verschrikt opvliegen. De zon staat laag aan de hemel en tovert een rosse gloed op het rimpelloze water. Een reiger stijgt geruisloos op uit het drassige land, waarover doorzichtige nevel sluiers hangen, waarboven je hier en daar vreemd een koeienlichaam ziet uitsteken. Plotseling zwijgt de motor, Onder zeer gunstige weersomstan digheden werden Zaterdagmiddag op Candia in Rhenen Grebbe-athletiek- wedstrijden gehouden, georganiseerd door de Rhenense Athletiek Vereniging „RAV". Een kleine vijftig verenigingen, uit alle hoeken van Nederland, namen aan deze wedstrijden deel. Onder de vele athleten bevonden zich verschil lende prominenten, zoals Fanny Blan- kers-Koen, Cor Lamoree, Hofmeester, D. van Dijk e.a. Puck van Duyne-Brou- wer, die ook had ingeschreven, moest helaas door ziekte verstek laten gaan. Fanny Blankers kwam uit op het nummer kogelstoten. Zij deed daarbij tevens een poging om het record te ver beteren. Dit gelukte haar met de fan tastische stoot van 12.52 m (record 12.37 m), doch door een organisatiefout maakte zij gebruik van de niet officiële ring, terwijl de officiële aanwezig was! Het resultaat was, dat haar nieuwe record niet erkend kon worden. Hoewel zij daarna nog een poging deed, geluk te het haar niet meer boven het oude record uitl te komen. De Olympische Estafette werd ge wonnen door Hellas, Utrecht, met een tijd van 3.45.6, met op de tweede plaats Hermes, Utrecht, 3.46.2, en als derda RAV, Rhenen, met 3.46.3. De koppelrace over 3000 m. werd een overwinning voor Suomi, Velzen, met een tijd van 7.47.3. Tweede werd hier Celebes uit Den Haag met 8.03.7 en derde Fit uit Zeist met 8.11.2. De 5000 m. heren A werd een prach tige overwinning „voor de RA V-er H. Verkerk met een tijd van 17.03.2. R. Muurlink van AAC werd tweede met 17.17.8 en Soesbergen van Hellas num mer drie in 17.30.3. Bij het polsstokhoogspringen behaal den K. Hofmeester van Pro Patria en Cor Lamoree beiden 3.60 m., hetgeen fraaie prestaties kunnen worden ge noemd. De overige uitslagen in de A-klassen waren als volgt: 100 m. dames: 1. H. Bloemhof, Kome ten, Arnhem, 12 sec.; 2. A. Verbeek, Parthenon, Dordrecht, 12.1; 3. D. van Dijk, Saghitta, Amsterdam, 12.2. 1500 m. heren: 1. H. van Hof ten, RAV, Rhenen, 4.07.4; 2. K. Koudijs, V. en L., Den Haag, dezelfde tijd; 3. Kerkhoven, Hellas, Utrecht, 4.15.4. Verspringen dames: Lindeman, U.S., 5.24 m.; 2. Hurst van Estafette 4.57 m. de boot houdt sterk naar rechts aan en glijdt netjes met de kop langs de wal kant, waar de riethalmen ruisend uit- eenbuigen. „Hier zullen we maar overnachten, jongens," klinkt een opgewekte man nenstem, ,,'t is hier een prachtig plekje en we hebben deze dag al een behoor lijk eind gepuft." „Ja, mijnheer, zullen wij 'm vast leggen?" Een sprong en twee lenige jongens staan al op het weiland om het touw op te vangen, dat hun wordt toe geworpen. Ze snoeren het zot stevig om de stam van een knotwilg of ze bang zijn dat „de Meerkoet", dat is de naam van het jacht, anders op drift zal ra ken. Mijnheer Corthoeff, de eigenaar van de boot, wrijft zich lachend in de handen. Hij heeft plezier in de beide knapen, waarmee hij die morgen de boottocht is begonnen. Hun opgetogen uitroepen en dartele levenslust, vrolij ken de ietwat in zichzelf gekeerde man helemaal op. Fluitend loopt hij het kleine trapje af om in de miniatuur keuken voor de avondboterham te gaan zorgen, terwijl Bert en Bram de omtrek eens gaan verkennen. Ze ontdekken al gauw een flinke hoeveelheid braam struiken tussen het riet, waar je de rijpe vruchten met handenvol van kunt plukken. Bert gaat gauw een schaal van boord halen en in een ommezien is die geheel gevuld. „Wij zorgen voor het dessert," zegt Bram deftig, ,,'k heb al weer reuze trek joh." Ja, aan eetlust heeft het hun die dag niet ontbroken. Toen ze die mid dag met z'n drieën aan de smalle hou ten tafel zaten, met de opklapbare bla den, hadden ze allebei een geweldige honger gehad, maar heel bescheiden bedankten ze voor de tweede portie toen hun bord leeg was. „Wat is dat nu," had mijnheer Cort hoeff verwonderd geroepen, „heb ik niet lekker genoeg gekookt, of zijn jullie soms zeeziek?" „Nee, mijnheer," had Bram verlegen geantwoord, „maar we mogen bij een ander niet zoveel eten, dat is onbe leefd." „Ha, ha," lachte hun gastheer, „nou, maar op het water zetten we dat soort beleefdheid maar overboord. Kom hier met je bord, dan zal ik jullie nog eens bedienen, mijn gasten moeten niet van de graad vallen, hoor!" En glunderend had hij hun borden nog eens gevuld. Toen voelden de jongens zich pas hele maal op hun gemak met die aardige Kogelstoten dames: 1. F. Blankers- Koen, Saghitta, Amsterdam, 12.52 m.; 2. N. Plessius, Saghitta, Amsterdam, 10.83 m. 80 m. meisjes: 1. L. de Jong, Saghitta, Amsterdam, 10.4; 2. D. Kleine, Athleta, Utrecht, 10.5; 3. M. Thomee, Celebes, Den Haag, 10.6. 3000 m. jongens: 1. H. Laudhuis, Thor, Kampen, 14.2; 2. A. Wagenvoort, Fit, Zeist, 9.40.4; 3. Heertveld, VEAC, Ede, 10.06.3. Kogelstoten meisjes: 1. Bakker, Ce lebes, Den Haag, 12.12 m.; 2. T. Kas, Olympia, Ochten, 10.85 m.; 3. M. To- mee, Celebes, Den, Haag, 10.61 m. Discuswerpen meisjes: 1. C. Aafjes, Lycurgus, Krommenie, 39.82 m.; 2. E. Schagen, GAC, Hilversum, 37.33 m.; 3. S. Heijstek, Holland, Leiden 34.28 m. LANDELIJK HOLLAND IN LONDEN De particuliere verzameling van Hol landse costuums, welke het eigendom is van Prinses Wilhelmina, zal deel uit maken van de tentoonstelling „Lande lijk Holland", die van 2 tot 23 Septem ber in het Tea Centre, Lower Regent Street, Londen wordt gehouden. Er zullen ook inzendingen zijn van het Openluchtmuseum in Arnhem. De ten toonstelling wordt gehouden onder auspiciën van het Nederlands Zuivel- bureau, en zal meer dan 40 hedendaag se en historische klederdrachten be vatten, waarvan men de meeste nog in de landelijke districten van Nederland kan zien, zoals die van de Alkmaarse kaasdragers, de klederdrachten van Marken en Volendam, maar ook de rij kelijk met kant en goud versierde cos tuums van de Zeeuwse boeren en boe rinnen. VOOR KENNERS VAN VOGELSTEMMEN Een radio-station in Duitsland, de Nordwestdeutsche Rundfunk, zette voor liefdadige doeleinden een loterij op touw, waarbij de deelnemers de vogel stemmen zeer goed moesten kennen. Men hoorde in de radio na elkaar de stemmen van zes verschillende vogels. Daarna werd gevraagd, of de stem van een bepaalde vogel daarbij was. Het moeilijke van het geval was, dat de ge vraagde stem soms helemaal niet voor kwam. mijnheer Corthoeff. De princesseboon- tjes waren heerlijk en zo'n mals bief stukje kregen ze niet elke dag. Voorzichtig draagt Bert de schaal met bramen de loopplank over. „Ga ze maar wassen onder de kraan, Bert," zegt mijnheer, ,,'k heb in jaren geen bramen geproefd, daar heb ik nu echt trek in." Even later zitten ze in de kleine ka juit te eten. Het brood, de spiegel eieren en de warme melk smaken de jongens uitstekend. „En nu naar kooi," gebiedt mijnheer Corthoeff na de maaltijd, „we ver trekken morgenvroeg weer bijtijds van hier en dan moeten jullie weer fris zijn." Bram kan de slaap nog niet dadelijk vatten als hij op z'n rustbank ligt. Het is allemaal zo nieuw en vreemd. Op het bed, aan de andere kant van het mid denpad, ligt Bert al te maffen, je hoort het aan zijn ademhaling. Mijnheer Corthoeff heeft zijn slaapplaats in het voorste deel van de boot. Als Bram rechtop gaat zitten, kan hij door de kleine, ronde patrijspoort over het wa ter kijken. De maan trekt een brede streep licht op het nauwelijks rimpe lend meer. Van dichtbij, boven het riet, klinkt de roep van een nachtvo gel. Prachtig is het hier toch, denkt Bram. De gebeurtenissen van die dag gaan nog eens door zijn hoofd. Geen ogenblik hebben ze zich verveeld. Na het vertrek uit hun dorp die ochtend, zijn gewonde been was gelukkig bijna genezen, hebben ze om beurten „de Meerkoet" mogen besturen. Alleen als er op een ogenblik veel schepen op de rivier waren, had mijnheer Corthoeff het stuur overgenomen. Ze hebben een parlevinker ontmoet, waarvan mijnheer pruimen en tomaten kocht. Ze voeren langs aardige dorpjes, verscholen tus sen groen geboomte. Ze hebben in de kajuit, met de grappige ronde raamp jes, gesnuffeld; het kleine keukentje bezichtigd dat van alle gemakken voorzien was, piepers geschild, gezwom men en gevist. De vissen wilden echter niet happen. Mijnheer Corthoeff, die veel van vogels afwist, had hun allerlei wetenswaardigheden verteld. Wie zou gedacht hebben, dat die teruggetrokken man uit de witte villa zo'n gezellig prater bleek te zijn? Langzaamaan ver vaagden de gedachten in Brams hoofd en een kwartier later vertelde zijn rus tige ademhaling dat ook hij in dromen land, was aangekomen. (Wordt vervolgd.) (49) Hij kent iedere kneep van het werk enhij is de baas. Vader is 't, die zegt, wat er gebeuren moet en de jon gens gehoorzamen zonder tegenspreken. Nu stapt Edmond uit het gezin en dat kost geld. Alleen als hij de plaats van de oude kreeg, zouden ze het zonder bij zondere uitgaven kunnen redden. Maar vader blijft zelf ploegen en er moet geld komen voor een nieuw stuk grond. En dan komt Roger midden in het gesprek met een verhaal over een za gerij, die hij met Jack Vandermare wil opzetten. Vader Beautier wimpelt het plan zonder overweging af. „Eén tegelijk is genoeg. En heb jij geld om zo iets te beginnen? We hebben 't vandaag over Edmond en Kate. Jouw beurt komt later wel." Maar Beautier laat toch de gedachte rustig in zich be zinken. Het is geen verkeerd plan van die Roger. Dan is er later geen strijd te verwachten over de boerderij. Edmond gaat er nu uit en als Roger dan ook een ander bestaan zoekt, is dit erf voor Gaston. Voor de jongste dat zou va der wei lijken; hij had altijd een zwak voor het nakomertje gehad, het na komertje, dat nu ook al weer zes voet lang is. Roger spreekt niet verder over zijn zagerij en het gesprek valt terug op Edmond. Beautier kan zijn zoon niet veel con tanten geven maar wel wat vee. Ka tes vader is chauffeur bij een zuivel fabriek; hij heeft zelf moeite om de af betalingswissels voor de meubeltjes van Mrs. O'Gael te betalen. Maar Kate werkt in een winkel in Beaver Creek en heeft een beetje spaargeld. Als ze botje bij botje leggen, kunnen ze toch een paar honderd dollar vrijmaken, genoeg om op crediet een boerderij te kopen. „Wat we er aan te kort komen, ver dienen we wel in, hè Kate?" Liefkozend slaat Edmond zijn arm om zijn meisje heen en Kate kijkt vol ver trouwen naar hem op. In enkele weken heeft ze geleerd op Edmond te bouwen. Hij is zo sterk en hij weet 't zo goed. Zonder denken en zonder aarzelen zegt ze: „Natuurlijk, dat kunnen we wel." „Zouden jullie de boerderij van de Vandermares niet kunnen krijgen?" oppert Roger, die nu zijn zagerij van de andere kant wil proberen te naderen. „Daar heb ikzelf ook al aan gedacht, maar zou je denken, dat Evelyn wil ver kopen?" „Van Evelyn weet ik 't niet, maar Jack wil in ieder geval wel. Die wil er liever vandaag af dan morgen." „Dat zou wel mooi zijn. Jouw boer derij vlak tegen onze plaats aan." Va der Beautier geniet al bij het vooruit zicht van een familiebezit, dat één ge heel vormt. „En gemakkelijk bij het werk. We zouden elkaar heel wat kun nen helpen." „Dan zou je ook niet zo ver weg zijn, Edmond." Moeder zoekt in al deze druk ke zakenbesprekingen naar een mo mentje aandacht voor haarzelf en haar huiselijke belangstelling, maar haar op merking schijnt weg te vallen in de al gemene, gespannen behandeling van een probleem, waarbij volgens vader en kinderen Beautier de huiselijkheid op de tweede of derde plaats komt. Het gaat over land, over bezit wat tellen daarbij moederlijke verlangens? Nie mand geeft haar antwoord, hoewel ze toch allen graag goed en zorgzaam zijn voor moeder. Zuchtend valt de oude vrouw maar weer in haar leunstoel te rug en gaat verder met haar breiwerk. Ze kan haar man en de kinderen sinds lang niet meer bijhouden. Ze zijn haar in ieder opzicht boven het hoofd ge groeid. Jack huivert als hij de paarden uit spant. Het is nog maar begin October, maar het vriest 's nachts al stevig. De groene mais, die ze voor veevoer had den gezaaid, is al lang doodgevroren. Dat gewas verdraagt niet de minste vorst. In één nacht is het blad van groen wit geworden en al is 't dan nog zulk lekker weer overdag, het groeit niet meer. De zon is nog krachtig en na een paar uur is de vorst dan ook uit de grond. Toch beperkt dat al weer de tijd, die beschikbaar is om te ploegen en Jack ziet aankomen, dat lang niet alle stop pelvelden vóór de winter geploegd zul len zijn. En dat is toch zo nodig om de insectenplagen te bestrijden. De vorst moet diep door de kluiten kunnen gaan. Bovendien, als de akkers er keurig ge ploegd bij liggen, zal de boerderij ge makkelijker en voor een hogere prijs verkocht kunnen worden. Die verkoop speelt Jack voortdurend door de ge dachten. Binnenkort zal hij vrij zijn, dan zal hij eindelijk zijn krachten kun nen beproeven op het werk, dat hem aanstaat. Hij heeft met Roger gesproken over een zagerij. Dat zou een mooi be gin kunnen zijn. Ze zijn op het plan ge komen, toen ze in de zomer nog eens naar de voorraden hout gingen kijken, die ze in het voorjaar bij de overstro ming op de kant getrokken hadden. Die bomen waren rustig in het lange gras van de oevers van de beek blijven lig gen, maar in de komende wintermaan den zouden de jongens tijd genoeg heb ben om het hout verder te bergen. „Er is heel wat timmerhout bij, Jack," had Roger gezegd. „Het zou zonde zijn om dat aan brandhout te hakken." „Dan laten we het zagen. Planken ko men ook te pas. Of we kunnen het ver kopen. Dan hebben we meteen weer wat geld!" „Jammer, dat er hier geen zagerij in de buurt is." „Ja," had Jack nadenkend geant woord, „ja, dat is jammer" en tegelijk was een gedachte in hem opgekomen. Zouden ze niet zelf een zagerij kunnen bouwen? „Er staat hier nog hout ge noeg in de buurt en als de nederzetters meer deze kant uitkomen en dat doen ze krijgen we hier jaren vast werk." Rogers ogen glinsterden. „Zouden we dat kunnen betalen?" „Betalen? Ik krijg ten eerste geld, als onze boerderij verkocht wordt en bo vendien zal er vast wel crediet voor een zagerij te krijgen zijn." Het gevolg van het gesprek was, dat de jongens in hun onrijp enthousiasme zonder ervaring alle catalogi verzamelden, waarin iets stond over machines voor zagerijen. Nauwkeurig hielden ze zichzelf op de hoogte van tweedehands tractors en motoren, want drijfkracht moesten ze toch ook hebben. Ze leefden al in de droom van de grote dingen, die ze zou den gaan verwezenlijken. Toen was bij Jack het plan opgeko men om er tegelijk een maalderij aan te verbinden. Dan konden ze voor de boeren het graan malen, dat dezen voor hun koeien en varkens nodig hadden. Hun plan werd al groter en mooier. Maar Evelyn had hij er nog niets van verteld. Wel had ze hem beloofd hun boerderij te zullen liquideren, maar Jack had zelf wel gevoeld, wat dat voor zijn zuster betekende en hij was er niet meer op teruggekomen. Ze hadden hun magere oogst gemaaid en gedorst en een beetje graan verkocht. Ze hadden een paar schapen en twee jonge ossen van de hand gedaan en dat was net ge noeg geweest om de dagelijkse uitga ven te bestrijden. Geld overgehouden hadden ze niet. Zonder verkoop van het bedrijf zou hij niets kunnen krijgen. Intussen voerde Evelyn het bedrijf verder alsof er geen sprake was van een verkoop of beëindiging van het bedrijf. Toen na de oogst wat regen gevallen was, werd er weer geploegd en als Jack een enkele maal liet doorschemeren, dat zij er het volgende jaar toch niet meer zouden zitten, zei ze niet anders, dan dat het er niet toe deed, wie er het volgende jaar boer was in Mac Intosh Valley; het werk moest daarom niet minder goed gebeuren. Niet zij, maar de boerderij had eisen te stellen en daaraan moest worden voldaan, door wie dan ook. Jack had er zich bij neergelegd, Eve lyn had gelijk; alles moest in de punt jes in orde zijn, maar hij verwonderde zich over de geslotenheid van zijn zus ter en misschi ennog meer over haar ongewone rust. (Wordt vervolgd.)

Digitale periodieken - Gemeentearchief Veenendaal

De Vallei | 1955 | | pagina 4