Nederlandse steden in
Parijs' museum
Gr ebbe-A thle tick wed strijden
-de CANADESE ERFENIS-
Maquetten van Maastricht
en Bergen op Zoom
SPIONNAGE IN HET BEGIN DER 18de EEUW
Athletiek
De vacantietrip van
Bert en Bram
Nieuw record Kogelstoten van Fanny
Blankers kon niet erkend worden
FEUILLETON
(Van onze Parijse correspondent.)
Tienduizenden Nederlanders bezoe
ken Parijs. Duizenden brengen een be
zoek aan het Hotel des Invalides en de
graftombe van Napoleon. Ze bezichti
gen ook nog de Eglise Sint Louis, waar
in de lijkkoets staat, waarmee het stof
felijk overschot van de kleine keizer
op Sint Helena werd vervoerd, doch
vrijwel niemand weet, dat hier vlakbij,
in het eveneens in het Hotel des Inva
lides ondergebrachte museum een ver
zameling miniaturen staat van oude
vestingsteden, die voor de Nederlanders
in het algemeen en voor de vrienden
van Maastricht en Bergen op Zoom van
bijzonder belang is, omdat daarbij on
der andere beide steden vertegenwoor
digd zijn. Dit feit is vrijwel niet be
kend. Zelfs historici uit beide steden
zijn er niet van op de hoogte, dat ze
hier uiterst waardevol en betrouwbaar
studiemateriaal vinden.
BERGEN OP ZOOM
70 VIERKANTE METER
De 150 maquettes liggen thans te kijk
op twee zolders van het Hotel des Inva
lides. Er zijn er bij, die 200 vierkante
meter beslaan; andere meten slechts 6
vierkante meter, maar één zaak hebben
ze gemeen: ze tonen allemaal precies
hoe de betreffende stad oorspronkelijk
was. Met een nauwkeurigheid, welke de
Fransen uit de 20e eeuw niet meer kun
nen opbrengen, hebben de genie-offi
cieren en de speciale ambachtslieden uit
vervlogen eeuwen deze steden in „re-
lief" gebracht. De oudste maquette da
teert uit 1670 en de jongste uit 1880.
Hieruit blijkt, dat deze omvangrijke
spionnagewerkzaamheden reeds zijn
begonnen tijdens de Zonnekoning. De
Fransen wilden toen Europa beheersen,
hetgeen veldtochten enbelegerin
gen noodzakelijk maakte. Maar voor de
belegeraars is het van groot belang de
te belegeren stad nauwkeurig te ken
nen. Vandaar, dat de Franse spionnen
naar de Europese vestingen werden ge
zonden. Ze hadden jaren nodig om
iedere straat, ieder huis, ieder geveltje
en iedere poort nauwkeurig na te te
kenen. Daarna gingen ze met hun waar
devolle inlichtingen beladen terug naar
Frankrijk, waar in speciale werkplaat
sen, welke onder andere waren geves
tigd in het Louvre, Saint-Germain, Bé-
thune en Lille de maquettes werden
vervaardigd. Andere steden, zoals Ber
gen op Zoom en Maastricht werden
in maquette gebracht tijdens een Fran
se bezetting (1747 en 1748).
Tijdens de Zonnekoning werden 60
steden met zeldzame nauwkeurigheid
gecopieerd en opgeborgen in het Lou
vre. De collectie werd streng bewaakt
en mocht slechts bezocht worden na
persoonlijke goedkeuring van de koning.
Toen Darcon in 1793 bevel kreeg op te
trekken en Maastricht te veroveren,
EEN ONBEKENDE UITVINDER
De Portugezen komen met de bewe
ring dat een landgenoot de uitvinder is
geweest van de automobiel. De Engelse
auteur J. Smeatin publiceerde te Lon
den in 1752 een verslag, waaruit bleek
dat Bento de Moura in Portugal een
stoommachine had uitgevonden, die
zichzelf kon voortbewegen en die door
een Britse mecanicien werd geconstru
eerd.
Met deze „auto" werd te Londen in
aanwezigheid van leden van het Ko
ninklijk Genootschap gedemonstreerd.
Daarna volgden te Lissabon demon
straties in aanwezigheid van, de Portu
gese koning en zijn gezin.
Volgens Engelse auteurs was De
Moura met Denis Papin en James Watt
een dergenen die het meest hebben bij
gedragen tot de ontwikkeling van de
stoommachine.
Bento de Moura was ook de con
structeur van een rijtuig dat door de
kracht van de wind werd aangedreven.
In zijn vaderland verwierf hij hoge
eerbewijzen, zoals dr. honoris causa
van de Universiteit Coimbra, Ridder
van de Orde van Christus, enz. In 1760
kwam hij echter op bevel van de dic
tator Graaf de Pombal in de cel van de
vestinggevangenis van Junqueira, waar
hij gedurende 16 jaar bleef opgesloten
en in aanwezigheid van de pater der
Jezuïeten Joao de Matos stierf. Tal van
andere uitvindingen staan op zijn naam.
Engelse en Duitse auteurs stelden
hem gelijk met Roger Bacon, Leonardo
da Vinei, Papin, Eatt, e.a., wat de origi
naliteit van zijn uitvindingen betreft.
Er wordt beweerd dat zich in Engel
se archieven nog tal van documenten
omtrent de prestaties van genoemde
Portugees bevinden.
ging hij eerst de maquette van de stad
bestuderen en hetzelfde deed een jaar
later generaal Marescot.
ZELFS BLADEREN
DE BOMEN!
AAN
De maquette van Maastricht is vrij
klein en meet slechts 6.80 meter bij 5.80
meter. Ze draagt het jaartal 1752. Ber
gen op Zoom meet 10.20 bij 6.65 m. en
werd in 1950 opgemeten door de offi
cier Nézot. De maquettes werden ver
vaardigd op een schaal van 1 op 600.
Het meest opmerkelijke is evenwel de
nauwkeurigheid, waarmee de steden in
beeld werden gebracht en de precisie,
waarmee werd gecopieerd. Ieder huisje
heeft een plaats gekregen, iedere straat,
iedere poort, iedere wal, iedere' water
loop en zelfs oneffenheden in de we
gen werden in de reliefs overgenomen.
De gevelversiering werd getrouw na
gebootst en niet alleen de bomen wer
den opgenomen in het plan, doch te
vens hun soort valt te onderscheiden,
omdat men de bladeren aanbracht van
uitgeplozen zijde. Ook nu nog is dui- j
delijk te onderscheiden waar in Bergen
op Zoom en Maastricht in het midden
der 18e eeuw knotwilgen stonden, waar
peppels, waar dennen enz.
Op de maquette Bergen op Zoom
ziet men ook de vijf stadspoorten, het
stadhuis, het markiezenhof, het rave
lijn op de Zoom en de oude forten-
linie MoermentPinsen-Rover.
De vervaardiger van de Maastrichtse
maquette is Larcher-Daboncourts. Deze
maquette, hoewel kleiner dan die van
Bergen op Zoom, is even nauwkeurig.
Men ziet de in 1867 afgebroken stads
poorten en de juiste loop van de thans
nog maar gedeeltelijk aanwezige wallen
met bastions enz. tot in de kleinste bij
zonderheden afgebeeld.
Beide maquettes zijn voor de lief
hebbers van de historie van de twee
steden van buitengewone betekenis en
het ware te hopen, dat de gemeente
besturen Parijs zouden kunnen bewe
gen de maquette af te staan. Dank zij
de moderne techniek is het eveneens
mogelijk getrouwe copieën er van te
maken en we hopen, dat die t.z.t. een
ereplaats zullen krijgen in Bergen op
Zoom en Maastricht.
DUITSE BELANGSTELLING
De Zonnekoning was zo ingenomen
met zijn stedenverzameling, dat hij
voornemens was een speciaal paleis
voor de maquettes te laten bouwen,
maar zijn hofhouding had te veel geld
nodig. Vandaar, dat de reliefs- aanvan
kelijk opgesteld in het Louvre, in 1777
werden overgebracht naar het Hotel des
Invalides. De elfhonderd vrachten wer
den bewaakt door de Zwitserse garde
en niemand mocht in de buurt komen.
Zelfs de arbeiders werden gecontro
leerd. Tijdens de moeilijke verhuizing,
waarbij zelfs een deel van het dak
moest worden verwijderd, werden de
reliefs dermate beschadigd, dat een
hele staf vaklieden en kunstenaars zes
tien jaren nodig had om de boel te re
pareren. De Duitsers, die het in 1815 te
Parijs voor het zeggen hadden lieten 19
maquettes overbrengen naar Berlijn.
Alleen Lille keerde later weer terug. In
1870 waren de Fransen bevreesd, dat
de Duitsers nu ook de rest zouden mee
nemen en derhalve lieten ze de kostbare
collectie inmetselen. Pas in 1919 kwa
men de maquettes weer te voorschijn.
De oorlogvoering was inmiddels der
mate gewijzigd, dat de reliefs geen mi
litaire waarde meer hadden en er gin
gen dan ook stemmen op om er kachel
hout van te maken. Gelukkig is dit niet
geschied en werden ze in 1936 op de
monumentenlijst geplaatst. Thans is
Parijs weer zo trots op de verzameling,
dat het er ernstig aan denkt om er een
speciaal museum voor te laten bouwen,
want inderdaad komen ze op de zolders
van het Hotel des Invalides maar ten
dele tot hun recht.
VOCHTIGHEIDSMETER VOOR
GRAAN
Een Britse firma heeft een vochtig
heidsmeter voor graan ontworpen,
voornamelijk voor de boeren en inko
pers in Oost-Afrika. Deze meter, waar
mee de vochtigheidsgraad van het graan
kan worden gemeten, zal echter spoe
dig door iedereen kunnen worden ge
kocht. Deze graanvochtigheidsmeter
maakt het mogelijk om onmiddellijk de
vochtigheid te meten. Een sonde, be
staande uit verscheidene dunne elec-
troden wordt in een zak graan gestoken
en een draai aan een handle wekt de
nodige activerende stroom op, waarna
een meter de graad van vochtigheid
aanwijst.
Correspondentie te richten
aan tante Jos, per adres
Parallelweg 10, Veenendaal
WIE ZIJN ER JARIG?
1 Sept. Hendrik v. Slooten.
1
1
4
5
7
7
7
7
7
7
Clara Breeschoten.
Jopie Hutink.
Bertus v. Capelle.
Martien v. Dam.
Gerrie Diepeveen.
Truus v. d. Kraats.
Emiel v. Leeuwen.
Rozemarijntje.
Ali v. Essen.
Anneke v. Essen.
Allemaal gefeliciteerd!
CORRESPONDENTIE
Beste Repelsteeltje,
Bedankt voor je brief en je verhaal
tje. Je hebt dus ook wel genoten van
de vacantie. Ja, ik ook hoor. Nu maar
weer, geladen met nieuwe energie, aan
het werk! Je verhaaltje plaats ik wel
binnenkort. Probeer je krachten ook
eens op een versje, of heb je geen
poëtische gaven? Daag.
Hartelijke groeten van tante Jos.
Oplossing kruiswoordpuzzle
Horizontaal: 1. Voetballen. 9.
Los. 10. El. 11. Adé. 12. Eg. 13. Lest. 15.
Es. 16. Kar. 17. Rij. 19. Eer. 20. Hela. 22.
Reis. 23. Den. 25. Re. 26. Pen. 28. E.v.
31. Ma. 32. El. 33. Solo. 35. Ia. 36. Do
minospel.
Verticaal: 1. Vlek. 2. Oog. 3. Es.
4. Beer. 5. Als. 6. La. 7. Ede. 8. Nest.
13. Larie. 14. Trede. 16. Keer. 18. IJlen.
19. Er. 21. An. 24. Leed. 26. Polo. 27.
Paal. 29. Vlo. 30. Ton. 31. Mie. 33. Si.
34. Os.
NIEUWE RAADSELS
1. Hoe noemt men Zwitserland ook
wel?
2. Door wie is in 1567 de Raad van
Beroerten ingesteld?
3. Wat is een Jan van Gent?
4. Hoe noemt men een afgesloten Jo
denwijk?
5. Hoe noemde men vroeger de straf,
waarbij een gestrafte onder de kiel
van een schip werd doorgetrokken?
6. Hoe heet in Nederland de Marine
Vrouwenafdeling?
II. In de visitekaartjes van de vol
gende personen is hun beroep verbor
gen. Zoeken jullie ze even op?
A. M. LEERTAS
V. SERIS
N. A. MINUT
W. S. DE RAT
C. U. TER RADE
Wie kan driemaal, vlug achter elkaar
en zonder fouten, zeggen: Klaar om pek
te plakken?
Vrolijk puffend stoomt een motor
boot langs het groene oeverriet, waar
uit de watervogels, die al een slaap
plaats voor de nacht gezocht hebben,
verschrikt opvliegen. De zon staat laag
aan de hemel en tovert een rosse gloed
op het rimpelloze water. Een reiger
stijgt geruisloos op uit het drassige
land, waarover doorzichtige nevel
sluiers hangen, waarboven je hier en
daar vreemd een koeienlichaam ziet
uitsteken. Plotseling zwijgt de motor,
Onder zeer gunstige weersomstan
digheden werden Zaterdagmiddag op
Candia in Rhenen Grebbe-athletiek-
wedstrijden gehouden, georganiseerd
door de Rhenense Athletiek Vereniging
„RAV". Een kleine vijftig verenigingen,
uit alle hoeken van Nederland, namen
aan deze wedstrijden deel. Onder de
vele athleten bevonden zich verschil
lende prominenten, zoals Fanny Blan-
kers-Koen, Cor Lamoree, Hofmeester,
D. van Dijk e.a. Puck van Duyne-Brou-
wer, die ook had ingeschreven, moest
helaas door ziekte verstek laten gaan.
Fanny Blankers kwam uit op het
nummer kogelstoten. Zij deed daarbij
tevens een poging om het record te ver
beteren. Dit gelukte haar met de fan
tastische stoot van 12.52 m (record 12.37
m), doch door een organisatiefout
maakte zij gebruik van de niet officiële
ring, terwijl de officiële aanwezig was!
Het resultaat was, dat haar nieuwe
record niet erkend kon worden. Hoewel
zij daarna nog een poging deed, geluk
te het haar niet meer boven het oude
record uitl te komen.
De Olympische Estafette werd ge
wonnen door Hellas, Utrecht, met een
tijd van 3.45.6, met op de tweede plaats
Hermes, Utrecht, 3.46.2, en als derda
RAV, Rhenen, met 3.46.3.
De koppelrace over 3000 m. werd een
overwinning voor Suomi, Velzen, met
een tijd van 7.47.3. Tweede werd hier
Celebes uit Den Haag met 8.03.7 en
derde Fit uit Zeist met 8.11.2.
De 5000 m. heren A werd een prach
tige overwinning „voor de RA V-er H.
Verkerk met een tijd van 17.03.2. R.
Muurlink van AAC werd tweede met
17.17.8 en Soesbergen van Hellas num
mer drie in 17.30.3.
Bij het polsstokhoogspringen behaal
den K. Hofmeester van Pro Patria en
Cor Lamoree beiden 3.60 m., hetgeen
fraaie prestaties kunnen worden ge
noemd.
De overige uitslagen in de A-klassen
waren als volgt:
100 m. dames: 1. H. Bloemhof, Kome
ten, Arnhem, 12 sec.; 2. A. Verbeek,
Parthenon, Dordrecht, 12.1; 3. D. van
Dijk, Saghitta, Amsterdam, 12.2.
1500 m. heren: 1. H. van Hof ten, RAV,
Rhenen, 4.07.4; 2. K. Koudijs, V. en L.,
Den Haag, dezelfde tijd; 3. Kerkhoven,
Hellas, Utrecht, 4.15.4.
Verspringen dames: Lindeman, U.S.,
5.24 m.; 2. Hurst van Estafette 4.57 m.
de boot houdt sterk naar rechts aan en
glijdt netjes met de kop langs de wal
kant, waar de riethalmen ruisend uit-
eenbuigen.
„Hier zullen we maar overnachten,
jongens," klinkt een opgewekte man
nenstem, ,,'t is hier een prachtig plekje
en we hebben deze dag al een behoor
lijk eind gepuft."
„Ja, mijnheer, zullen wij 'm vast
leggen?" Een sprong en twee lenige
jongens staan al op het weiland om het
touw op te vangen, dat hun wordt toe
geworpen. Ze snoeren het zot stevig om
de stam van een knotwilg of ze bang
zijn dat „de Meerkoet", dat is de naam
van het jacht, anders op drift zal ra
ken. Mijnheer Corthoeff, de eigenaar
van de boot, wrijft zich lachend in de
handen. Hij heeft plezier in de beide
knapen, waarmee hij die morgen de
boottocht is begonnen. Hun opgetogen
uitroepen en dartele levenslust, vrolij
ken de ietwat in zichzelf gekeerde man
helemaal op. Fluitend loopt hij het
kleine trapje af om in de miniatuur
keuken voor de avondboterham te gaan
zorgen, terwijl Bert en Bram de omtrek
eens gaan verkennen. Ze ontdekken al
gauw een flinke hoeveelheid braam
struiken tussen het riet, waar je de
rijpe vruchten met handenvol van kunt
plukken. Bert gaat gauw een schaal van
boord halen en in een ommezien is die
geheel gevuld.
„Wij zorgen voor het dessert," zegt
Bram deftig, ,,'k heb al weer reuze trek
joh." Ja, aan eetlust heeft het hun die
dag niet ontbroken. Toen ze die mid
dag met z'n drieën aan de smalle hou
ten tafel zaten, met de opklapbare bla
den, hadden ze allebei een geweldige
honger gehad, maar heel bescheiden
bedankten ze voor de tweede portie
toen hun bord leeg was.
„Wat is dat nu," had mijnheer Cort
hoeff verwonderd geroepen, „heb ik
niet lekker genoeg gekookt, of zijn
jullie soms zeeziek?"
„Nee, mijnheer," had Bram verlegen
geantwoord, „maar we mogen bij een
ander niet zoveel eten, dat is onbe
leefd."
„Ha, ha," lachte hun gastheer, „nou,
maar op het water zetten we dat soort
beleefdheid maar overboord. Kom hier
met je bord, dan zal ik jullie nog eens
bedienen, mijn gasten moeten niet van
de graad vallen, hoor!" En glunderend
had hij hun borden nog eens gevuld.
Toen voelden de jongens zich pas hele
maal op hun gemak met die aardige
Kogelstoten dames: 1. F. Blankers-
Koen, Saghitta, Amsterdam, 12.52 m.;
2. N. Plessius, Saghitta, Amsterdam,
10.83 m.
80 m. meisjes: 1. L. de Jong, Saghitta,
Amsterdam, 10.4; 2. D. Kleine, Athleta,
Utrecht, 10.5; 3. M. Thomee, Celebes,
Den Haag, 10.6.
3000 m. jongens: 1. H. Laudhuis, Thor,
Kampen, 14.2; 2. A. Wagenvoort, Fit,
Zeist, 9.40.4; 3. Heertveld, VEAC, Ede,
10.06.3.
Kogelstoten meisjes: 1. Bakker, Ce
lebes, Den Haag, 12.12 m.; 2. T. Kas,
Olympia, Ochten, 10.85 m.; 3. M. To-
mee, Celebes, Den, Haag, 10.61 m.
Discuswerpen meisjes: 1. C. Aafjes,
Lycurgus, Krommenie, 39.82 m.; 2. E.
Schagen, GAC, Hilversum, 37.33 m.; 3.
S. Heijstek, Holland, Leiden 34.28 m.
LANDELIJK HOLLAND IN LONDEN
De particuliere verzameling van Hol
landse costuums, welke het eigendom
is van Prinses Wilhelmina, zal deel uit
maken van de tentoonstelling „Lande
lijk Holland", die van 2 tot 23 Septem
ber in het Tea Centre, Lower Regent
Street, Londen wordt gehouden. Er
zullen ook inzendingen zijn van het
Openluchtmuseum in Arnhem. De ten
toonstelling wordt gehouden onder
auspiciën van het Nederlands Zuivel-
bureau, en zal meer dan 40 hedendaag
se en historische klederdrachten be
vatten, waarvan men de meeste nog in
de landelijke districten van Nederland
kan zien, zoals die van de Alkmaarse
kaasdragers, de klederdrachten van
Marken en Volendam, maar ook de rij
kelijk met kant en goud versierde cos
tuums van de Zeeuwse boeren en boe
rinnen.
VOOR KENNERS VAN
VOGELSTEMMEN
Een radio-station in Duitsland, de
Nordwestdeutsche Rundfunk, zette voor
liefdadige doeleinden een loterij op
touw, waarbij de deelnemers de vogel
stemmen zeer goed moesten kennen.
Men hoorde in de radio na elkaar de
stemmen van zes verschillende vogels.
Daarna werd gevraagd, of de stem van
een bepaalde vogel daarbij was. Het
moeilijke van het geval was, dat de ge
vraagde stem soms helemaal niet voor
kwam.
mijnheer Corthoeff. De princesseboon-
tjes waren heerlijk en zo'n mals bief
stukje kregen ze niet elke dag.
Voorzichtig draagt Bert de schaal met
bramen de loopplank over. „Ga ze maar
wassen onder de kraan, Bert," zegt
mijnheer, ,,'k heb in jaren geen bramen
geproefd, daar heb ik nu echt trek in."
Even later zitten ze in de kleine ka
juit te eten. Het brood, de spiegel
eieren en de warme melk smaken de
jongens uitstekend.
„En nu naar kooi," gebiedt mijnheer
Corthoeff na de maaltijd, „we ver
trekken morgenvroeg weer bijtijds van
hier en dan moeten jullie weer fris
zijn."
Bram kan de slaap nog niet dadelijk
vatten als hij op z'n rustbank ligt. Het
is allemaal zo nieuw en vreemd. Op het
bed, aan de andere kant van het mid
denpad, ligt Bert al te maffen, je hoort
het aan zijn ademhaling. Mijnheer
Corthoeff heeft zijn slaapplaats in het
voorste deel van de boot. Als Bram
rechtop gaat zitten, kan hij door de
kleine, ronde patrijspoort over het wa
ter kijken. De maan trekt een brede
streep licht op het nauwelijks rimpe
lend meer. Van dichtbij, boven het
riet, klinkt de roep van een nachtvo
gel. Prachtig is het hier toch, denkt
Bram. De gebeurtenissen van die dag
gaan nog eens door zijn hoofd. Geen
ogenblik hebben ze zich verveeld. Na
het vertrek uit hun dorp die ochtend,
zijn gewonde been was gelukkig bijna
genezen, hebben ze om beurten „de
Meerkoet" mogen besturen. Alleen als
er op een ogenblik veel schepen op de
rivier waren, had mijnheer Corthoeff
het stuur overgenomen. Ze hebben een
parlevinker ontmoet, waarvan mijnheer
pruimen en tomaten kocht. Ze voeren
langs aardige dorpjes, verscholen tus
sen groen geboomte. Ze hebben in de
kajuit, met de grappige ronde raamp
jes, gesnuffeld; het kleine keukentje
bezichtigd dat van alle gemakken
voorzien was, piepers geschild, gezwom
men en gevist. De vissen wilden echter
niet happen. Mijnheer Corthoeff, die
veel van vogels afwist, had hun allerlei
wetenswaardigheden verteld. Wie zou
gedacht hebben, dat die teruggetrokken
man uit de witte villa zo'n gezellig
prater bleek te zijn? Langzaamaan ver
vaagden de gedachten in Brams hoofd
en een kwartier later vertelde zijn rus
tige ademhaling dat ook hij in dromen
land, was aangekomen.
(Wordt vervolgd.)
(49)
Hij kent iedere kneep van het werk
enhij is de baas. Vader is 't, die
zegt, wat er gebeuren moet en de jon
gens gehoorzamen zonder tegenspreken.
Nu stapt Edmond uit het gezin en dat
kost geld. Alleen als hij de plaats van
de oude kreeg, zouden ze het zonder bij
zondere uitgaven kunnen redden. Maar
vader blijft zelf ploegen en er moet geld
komen voor een nieuw stuk grond.
En dan komt Roger midden in het
gesprek met een verhaal over een za
gerij, die hij met Jack Vandermare wil
opzetten. Vader Beautier wimpelt het
plan zonder overweging af.
„Eén tegelijk is genoeg. En heb jij
geld om zo iets te beginnen? We hebben
't vandaag over Edmond en Kate. Jouw
beurt komt later wel." Maar Beautier
laat toch de gedachte rustig in zich be
zinken. Het is geen verkeerd plan van
die Roger. Dan is er later geen strijd te
verwachten over de boerderij. Edmond
gaat er nu uit en als Roger dan ook een
ander bestaan zoekt, is dit erf voor
Gaston. Voor de jongste dat zou va
der wei lijken; hij had altijd een zwak
voor het nakomertje gehad, het na
komertje, dat nu ook al weer zes voet
lang is.
Roger spreekt niet verder over zijn
zagerij en het gesprek valt terug op
Edmond.
Beautier kan zijn zoon niet veel con
tanten geven maar wel wat vee. Ka
tes vader is chauffeur bij een zuivel
fabriek; hij heeft zelf moeite om de af
betalingswissels voor de meubeltjes van
Mrs. O'Gael te betalen. Maar Kate
werkt in een winkel in Beaver Creek en
heeft een beetje spaargeld. Als ze botje
bij botje leggen, kunnen ze toch een
paar honderd dollar vrijmaken, genoeg
om op crediet een boerderij te kopen.
„Wat we er aan te kort komen, ver
dienen we wel in, hè Kate?"
Liefkozend slaat Edmond zijn arm om
zijn meisje heen en Kate kijkt vol ver
trouwen naar hem op. In enkele weken
heeft ze geleerd op Edmond te bouwen.
Hij is zo sterk en hij weet 't zo goed.
Zonder denken en zonder aarzelen zegt
ze: „Natuurlijk, dat kunnen we wel."
„Zouden jullie de boerderij van de
Vandermares niet kunnen krijgen?"
oppert Roger, die nu zijn zagerij van de
andere kant wil proberen te naderen.
„Daar heb ikzelf ook al aan gedacht,
maar zou je denken, dat Evelyn wil ver
kopen?"
„Van Evelyn weet ik 't niet, maar
Jack wil in ieder geval wel. Die wil er
liever vandaag af dan morgen."
„Dat zou wel mooi zijn. Jouw boer
derij vlak tegen onze plaats aan." Va
der Beautier geniet al bij het vooruit
zicht van een familiebezit, dat één ge
heel vormt. „En gemakkelijk bij het
werk. We zouden elkaar heel wat kun
nen helpen."
„Dan zou je ook niet zo ver weg zijn,
Edmond." Moeder zoekt in al deze druk
ke zakenbesprekingen naar een mo
mentje aandacht voor haarzelf en haar
huiselijke belangstelling, maar haar op
merking schijnt weg te vallen in de al
gemene, gespannen behandeling van
een probleem, waarbij volgens vader en
kinderen Beautier de huiselijkheid op
de tweede of derde plaats komt. Het
gaat over land, over bezit wat tellen
daarbij moederlijke verlangens? Nie
mand geeft haar antwoord, hoewel ze
toch allen graag goed en zorgzaam zijn
voor moeder. Zuchtend valt de oude
vrouw maar weer in haar leunstoel te
rug en gaat verder met haar breiwerk.
Ze kan haar man en de kinderen sinds
lang niet meer bijhouden. Ze zijn haar
in ieder opzicht boven het hoofd ge
groeid.
Jack huivert als hij de paarden uit
spant. Het is nog maar begin October,
maar het vriest 's nachts al stevig. De
groene mais, die ze voor veevoer had
den gezaaid, is al lang doodgevroren.
Dat gewas verdraagt niet de minste
vorst. In één nacht is het blad van
groen wit geworden en al is 't dan nog
zulk lekker weer overdag, het groeit
niet meer.
De zon is nog krachtig en na een paar
uur is de vorst dan ook uit de grond.
Toch beperkt dat al weer de tijd, die
beschikbaar is om te ploegen en Jack
ziet aankomen, dat lang niet alle stop
pelvelden vóór de winter geploegd zul
len zijn. En dat is toch zo nodig om de
insectenplagen te bestrijden. De vorst
moet diep door de kluiten kunnen gaan.
Bovendien, als de akkers er keurig ge
ploegd bij liggen, zal de boerderij ge
makkelijker en voor een hogere prijs
verkocht kunnen worden. Die verkoop
speelt Jack voortdurend door de ge
dachten. Binnenkort zal hij vrij zijn,
dan zal hij eindelijk zijn krachten kun
nen beproeven op het werk, dat hem
aanstaat. Hij heeft met Roger gesproken
over een zagerij. Dat zou een mooi be
gin kunnen zijn. Ze zijn op het plan ge
komen, toen ze in de zomer nog eens
naar de voorraden hout gingen kijken,
die ze in het voorjaar bij de overstro
ming op de kant getrokken hadden. Die
bomen waren rustig in het lange gras
van de oevers van de beek blijven lig
gen, maar in de komende wintermaan
den zouden de jongens tijd genoeg heb
ben om het hout verder te bergen.
„Er is heel wat timmerhout bij, Jack,"
had Roger gezegd. „Het zou zonde zijn
om dat aan brandhout te hakken."
„Dan laten we het zagen. Planken ko
men ook te pas. Of we kunnen het ver
kopen. Dan hebben we meteen weer wat
geld!"
„Jammer, dat er hier geen zagerij in
de buurt is."
„Ja," had Jack nadenkend geant
woord, „ja, dat is jammer" en tegelijk
was een gedachte in hem opgekomen.
Zouden ze niet zelf een zagerij kunnen
bouwen? „Er staat hier nog hout ge
noeg in de buurt en als de nederzetters
meer deze kant uitkomen en dat
doen ze krijgen we hier jaren vast
werk."
Rogers ogen glinsterden. „Zouden we
dat kunnen betalen?"
„Betalen? Ik krijg ten eerste geld, als
onze boerderij verkocht wordt en bo
vendien zal er vast wel crediet voor een
zagerij te krijgen zijn." Het gevolg van
het gesprek was, dat de jongens in hun
onrijp enthousiasme zonder ervaring
alle catalogi verzamelden, waarin
iets stond over machines voor zagerijen.
Nauwkeurig hielden ze zichzelf op de
hoogte van tweedehands tractors en
motoren, want drijfkracht moesten ze
toch ook hebben. Ze leefden al in de
droom van de grote dingen, die ze zou
den gaan verwezenlijken.
Toen was bij Jack het plan opgeko
men om er tegelijk een maalderij aan
te verbinden. Dan konden ze voor de
boeren het graan malen, dat dezen voor
hun koeien en varkens nodig hadden.
Hun plan werd al groter en mooier.
Maar Evelyn had hij er nog niets van
verteld. Wel had ze hem beloofd hun
boerderij te zullen liquideren, maar
Jack had zelf wel gevoeld, wat dat voor
zijn zuster betekende en hij was er niet
meer op teruggekomen. Ze hadden hun
magere oogst gemaaid en gedorst en
een beetje graan verkocht. Ze hadden
een paar schapen en twee jonge ossen
van de hand gedaan en dat was net ge
noeg geweest om de dagelijkse uitga
ven te bestrijden. Geld overgehouden
hadden ze niet. Zonder verkoop van het
bedrijf zou hij niets kunnen krijgen.
Intussen voerde Evelyn het bedrijf
verder alsof er geen sprake was van een
verkoop of beëindiging van het bedrijf.
Toen na de oogst wat regen gevallen
was, werd er weer geploegd en als Jack
een enkele maal liet doorschemeren,
dat zij er het volgende jaar toch niet
meer zouden zitten, zei ze niet anders,
dan dat het er niet toe deed, wie er het
volgende jaar boer was in Mac Intosh
Valley; het werk moest daarom niet
minder goed gebeuren. Niet zij, maar
de boerderij had eisen te stellen en
daaraan moest worden voldaan, door
wie dan ook.
Jack had er zich bij neergelegd, Eve
lyn had gelijk; alles moest in de punt
jes in orde zijn, maar hij verwonderde
zich over de geslotenheid van zijn zus
ter en misschi ennog meer over haar
ongewone rust.
(Wordt vervolgd.)