Zoekers naar het zwarte goud EEN MINNELIST IN HEEMSTEDE H. J. Harting - Bank LUXORTHEATER White Christmas M(artin) en L(ewis) door dik en dun Wrijf Kou en Pijn PTT telegrambesteller Fa. C. Diepeveen TWEEDE BLAD „DE VALLEI" VRIJDAG 13 APRIL 1956 No. 30 ONZE HELPERS IN DE KOUDE AN GS GURE WANDEN tuimelt met een snelheid van 10 meter per sekonde de liftkooi omlaag. Vreem de druk op de oren voelt uw verslaggever, die het kolen- front tegemoet valt. „Slik ken" zegt de mijningenieur. Men slikt, de druk is voor bij. Tien, twintig, dertig, acht en dertig sekonden. De kooi houdt stil. Men is op 380 meter diepte aangeko men, en dat is de diepte waarop in deze mijn, de Domini ale mijn te Kerk- rade, de oudste kolenmijn ter wereld, de bovenste ko- lenlagen liggen. De oudste mijn ter wereld. Want reeds in 1113 begonnen mijnwer kers, onder leiding van de abten der oude kloosters van Rolduc, hier kolen te delven. Omstreeks de Franse tijd waren deze mijnwerkers, met zeer primitieve hulpmiddelen (bijv. pompen, dooi* paarden in beweging gebracht) reeds tot op 200 meter diepte doorgedrongen. weg met DAM PO Voor vlijtige handen li -tandpasta Btt voor parelwitte tanden en een frisse adem! Slechthorenden HOORAPPARAAT? Voor VERVEN en STOMEN naar HARDEVELD komen DE N.Y. NEDERLANDSCHE SPOORWEGEN STATIONSASSISTENTEH en WEGWERKERS POST- EN TELEGRAAFKANTOOR VEENENDAAL VEENENDAAL Bing Crosby - Danny Kaye - Rosemary Clooney en Vera Ellen in: Een film om eens „lekker uit te lachen" kassière Machinepoetser/-smeerder flinke jongeman KUNSTGEBITTEN AUTORIJLES Bakkenes Kantoor Rhenen der Nutsspaarbank WAGEN IN GEN N.V. NEDERLANDSE BUURTVERVOER MIJ ZEIST CONDUCTEURS CONDUCTRICES Bij de liftkooi, op 380 meter diepte, ligt het Centraal Station. Hoge gewelf de gangen, elektrisch licht, een verla ten perron en veel smalsporen met ko- lentreintjes. Er staat ook een personen trein, de wagens zijn sinaasappelenkis- ten op wielen maar de lokomotief trekt goed. Twee en een halve kilometer glijdt de trein door bochtige gangen. Nog zijn wij zuinig op onze handen, het is trouwens te donker om te konstate ren, dat wij toch al zwart zien, maar naarmate een dikkere laag kolenstof alles om ons heen zwart maakt, worden wij roekelozer met betrekking tot ons, in geleende mijnwerkerskledij toch al weinig flatteuze uiterlijk. LUGUBER AVONTUUR De zoveelste smalle gang„Dit is het front", zegt de ingenieur. „Tussen twee lagen leisteen ligt hier een kolen- laag van 80 cm dikte, onder een hoek van dertig graden met het aardopper vlak. Op 380 meter, dus waar wij nu zijn, begint de laag, op 500 meter ein digt zij. Door deze laag wroeten onze mensen zich heen." En hij verdwijnt in de donkere, hellende gang. Wij kruipen achter hem aan, op handen en voeten. Inferno! Lawaai van elektrisch ge dreven afbouwhamers, verre kreten van mijnwerkers, die vele meters die per zitten, geratel van de stuwgoot die de kolen naar het diepste punt van het front transporteert Een vreemd, een bijna luguber avon tuur is voor de leek deze tocht. Soms kruipt men op de buik enige tientallen meters, dan weer laat men zich mee voeren op de ketting van de stuwgoot Om de zeven meter passeert men een houwer. Witte tanden grijnzen in een zwart gelaat, felle ogen blikkeren. In onverstaanbaar dialekt wordt ons wat toegeschreeuwd, boven het lawaai uit De tong is een stoffige lap leer in de mond. Men slikt moeilijk, men brult naar een mijnwerker: „Waarom heb ben jullie hier beneden geen cafeetje? Een glas bier zou me smaken!" „VLUG PASSEREN" We, zitten onder Duitsland. Het ge bied van de Dominiale mijn te Kerk- rade ligt voor meer dan een derde on der Duitse bodem. „We kruipen nu in de richting Hannover", zegt de inge nieur. „Maar zo ver is het niet!" Een heel nauw stuk. Een dikke kol- lega is bang, dat hij klem zal komen te zitten. Maar neen, er is nog juist plaats voor zijn embonpoint. „Denk erom", schreeuwt de ingenieur. „Hier vlug passeren, dit stuk dak is niet te ver trouwen." Vlug, ja, maar een mens gaat niet vlug, kikkerend over de ko len. Tachtig centimeter hoogte is wei nig voor een volwassen mens. Gehurkt zitten de houwers in hun kolen ter zijde van de stuwgoot. De afbouwha mers vreten in de kolenlaag. Tonnen en tonnen kolen daveren langs de stuw goot omlaag, naar de 500-meterlaag, waar de kolentreinen worden geladen. Eindelijk, na een tocht van uren, is dat punt bereikt. Een lege kolentrein staat' gereed om ons door een wirwar van gangen terug te brengen naar de kooi. Weer de druk op de oren, weer dat suizelende geluid, tien, dertig, vijf tig sekondenhet daglicht keert te rug. Nooit was het licht zo helder, zo vriendelijk als op deze trieste dag. ONBILLIJKE JALOEZIE „Glück auf!" roepen de houwers, die tegelijk met ons naar boven zijn ge komen, elkander toe. De mijnwerkers- groet, de heilwens, die zij nooit zullen verzuimen als zij een kollege tegen- Gehurkt, geknield of liggend brengen onze mijnwerkers iedere dag veertig miljoen kilo steen kool aan het daglicht. Trams en treinen rijden, industrieën draaien, kachels branden dank zjj hun bovenmenselijke inspanning. komen. Want nergens onder, arbeiders hebben wij ooit een grotere mate soli dariteit meegemaakt dan hier. Geen wonder. Dit is niet alleen een zwaar, onmenselijk zwaar beroep, het is ook een arbeid waarbij een man in meer dan in welk vak ook, is aangewezen op de steun en hulp van zijn kollega's. Men is buiten de mijnstreek weieens afgunstig geweest op de werkers van Zuid-Limburg. Maar vergeet niet: de mijnwerker verslijt, kruipend op buik of knieën door de nauwe gangen, ont zaglijk veel kleding. Als hij uit de schacht komt, moet hij zich van top tot teen zeer intensief wassen (men houdt geen stukje eigen kleding aan als men de mijnen in gaat), de temperatuur waaronder wordt gewerkt is ondanks de zeer behoorlijke luchtverversing, buitengewoon hoog en neemt elke 33 meter diepte een graad Celsius toe. De houding waarin wordt gewerkt, is beestachtig vermoeiend: in acht uur arbeid kan de houwer geen sekonde rechtop staan, hij hurkt en knielt en ligt De dagen zijn lang, want men werkt acht uur en daarbij komt dan nog een kwartier voor verkleden voor af, een uur voor wassen en kleden na de dienst en een gewoonlijk lange tocht naar de doorgaans vrij ver van de wooncentra gelegen mijnen. NIET ZONDER KOLEN Zulke mensen misgunt men een hoog loon niet. En bovendien: er zijn over de ekstra voorzieningen aan mijnwer kers veel verhalen verteld, die beslist onjuist zijn. Merkwaardig is ,dat de mijnwerkers in deze tijd hun arbeid zo sterk als een gevecht opvatten. Zij strijden aan het kolenfront om een zware slag te win nen, de slag om Nederlands welvaart. Dagelijks wordt op iedere mijn de pro- duktie van de vorige dag bekend ge maakt, in de schaft- en kleedlokalen hangen tabellen, die het verloop van de produktie aangeven .en na iedere dienst (er wordt in drie ploegen van acht uur per etmaal gewerkt) ver dringen de koempels zich voor de gra fische voorstellingen om- de behaalde overwinningen te zien. Dank zij een voortreffelijke bedrijfsvoorlichting zijn de mijnwerkers er volkomen van door drongen, dat zonder hun voortdurende en toegewijde arbeid onze industrieën niet kunnen draaien, onze gas- en elektriciteitsfabrieken niet werken, onze Nederlandse gezinnen in de kou zouden zitten. Zonder kolen geen teks- tiel, geen fietsbanden, geen roomboter, geen treinen geen trams. De kolenpro- duktie is de hartader van ons ekono- misch bestel. Daarom is die belangstelling bij de mijnwerkers verheugend. En daarom is het dubbel verheugend, dat het met de produktie ook inderdaad goed gaat. Momenteel is de situatie ongeveer als volgt. Ongeveer 12 miljoen ton brand stoffen wordt door de mijnwerkers naar boven gebracht; hiervan produ ceert de Dominiale mijn alleen, al meer dan 80%. Hoe hard of wij vooruit gegaan zijn, bewijzen de cijfers (over 1944): toen was het maar een paar miljoen ton, in 1947 cirka 7 miljoen en in 1954 bereik ten wij zelfs een produktie van 12,1 miljoen ton kolen. De kolenvoorziening van de Neder landse industrie is geen probleem. Ook het energieprobleem is opgelost, van fundamenteel belang voor Nederlands welvaart. En de mijnwerkers, onze helpers in de koude, de zo vaak ver guisde mijnwerkers van het zuiden, hebben hiervoor gezorgd. In een on menselijk zware strijd aan het kolen- front, honderden meters onder de grond, vechten zij voor onze welvaart. Hun arbeid is moeilijk, sommige mensen zeggen: „het is beulswerk", maar zij houden dapper vol. Onze hulde en onze dank! j^aar is in een tijd, die lang voorbij is, heel wat gebeurd in de omstreken van Heemstede. Men zou dat niet zeggen, tot dat men hoort, hoe in de buurt van Heemstede de reus Lem moet zijn gebo ren, die later zijn burcht op een plek iets noordelijker dan zijn geboorteplaats bouwde. Dat werd de burcht van heer Lem, het tegenwoordige Haarlem. Maar over reuzen willen wij u dit keer niet vertellen. Zo lang is 't niet geleden, dat Jonker Jan van Heemstede de lief tallige Anne van Alckemade minde. Neen, dat gebeurde in het jaar 1300. EEN VERIJDELDE SCHAKING jjeer Floris van Alckemade was met zijn dochter Anne op bezoek bij Jonker Jan en vele gasten waren met hen. Het was op die dag, dat Jonker Jan had besloten Anne te schaken. Die maatregel, die zij geen van beiden eigenlijk wensten, was noodzakelijk, want Heer Floris had an dere plannen met zijn dochter. Jonker Jan wenste hij niet als bruidegom. Een groot feest werd gegeven, waarbij de roemers wijn lustig rondgingen en van die uit bundige en feestelijke stemming wilden de geliefden gebruik maken om te vluch ten. Zij hadden afgesproken, dat Anne bij het oude poortje aan de oude slot gracht zou wachten, daar aan 't eind van de vervallen brug, die niet meer in ge bruik was en waar zij dus niet bevreesd behoefden te zijn, dat iemand hen zou opmerken. Helaas, heer Floris had de steelse blik ken, die zijn dochter met Jonker Jan had gewisseld, opgemerkt en ervoor gezorgd dat eniee van ziin mannen haar overal Bij deze oude brug over de slotgracht van de „ruïne" van Heemstede speelden zich de romantische avonturen van Jonkvrouwe Anne Alckemade en Jonker Jan van Heemstede af. De oude slotbrug kan men nog in Heemstede bewonderen. nagingen. Eer Jonker Jan haar dan ook voor zich op het paard had kunnen ne men, was heer Floris gewaarschuwd en deze had zijn dochter toornig mee terug gevoerd naar zijn burcht. Nooit zou zij Jonker Jan meer zien! Zo vergingen de dagen en de maanden. Anne van Alckemade kwijnde, in haar eigen huis gevangen, weg van verdriet en verlangen naar Jonker Jan. Deze op zijn beurt trachtte op allerlei manieren met haar in verbinding te komen, maar tevergeefs. Al beschikte zij over vele middelen, toch bleek ook deze liefde, al was zij nog zo sterk, niet de zware muren van een burcht te kunnen breken. Ook Jonker Jan werd bleek en mager, want welke ziekte is ernstiger dan de liefde? Zij zagen of hoorden niets meer van elkaar en de een wist niet van de ander, of deze misschien al niet dood zou zijn. HET LAATSTE AFSCHEID "potdat op een morgen de zekerheid kwam. Daar kondigde men heer Floris het bezoek aan van Jonkvrouwe Maria van Heemstede, Jans zuster. In zware rouw verscheen zij voor Heer Floris en deelde hem de droeve tijding mede van Jonker Jan's dood. Zij verzocht heer Flo ris aan zijn dochter toe te willen staan, haar geliefde nog eenmaal te mogen zien. Heer Floris kon niet anders doen dan toe stemmen en zo vertrok Anne van Alcke made onder sterk geleide van een aantal van Floris' meest vertrouwde dienaren naar de burcht te Heemstede. Daar aangekomen bleven de dienaren voor de deur van de kamer wachten, waar Anne voor het laatst afscheid zou nemen van haar geliefde jonker. Doch het duurde een uur en twee uur en de mannen werden ongeduldig. Zij braken de deur open en vonden de kamer leeg. Door een geheime deur had Jonker Jan, die nog nooit zo springlevend was ge weest als op dat ogenblik, met zijn jonk vrouwe de kamer verlaten en zo wisten zij te ontkomen door de onderaards® gang van de burcht. Misschien wel dezelfde onderaardse gang, die nu nog te zien is bij de scha mele overblijfselen van de ruïne van Heemstede. Jonker Jan was een braaf en edel man. Hij verborg Jonkvrouwe Anne bij vrien den en begaf zich daarop naar Heer Flo ris. Wat kon deze anders doen dan toe geven en zijn zegen uitspreken? Tegen liefde is niet te strijden en zeker niet, wanneer liefde list te hulp roept! in schoonmaakgetij: Hamea-Gelel Wist U dat de meeste gevallen van slechthorend heid zijn te verhelpen met een elektrisch Demonstratie geheel vrijblijvend en zonder kos ten bij U aan huis, ook 's avonds. Pausdam 1-2 Utrecht Telefoon 26241 Beatrixstraat 87 Telefoon 2415 ENIGST BEDRIJF TER PLAATSE vraagt Geboden worden t levempositie goed loon bijslag voor nacht- en zondagsdienst speciale sociale voorzieningen voordehge reismogelijkheden kosthuisvergoeding. Leeftijd In het algemeen 20 tot 31 jaar. Sollicitaties en Inlichtingen b(j de stationschefs of bij de N.V. Nederlandsche Spoorwegen, Dienst van Exploitatie, 2e Afd., Utrecht. vraagt een Leeftijd 15 tot 17 Jaar. Aanmelden mondeling bij de directeur van het Post- en Telegraafkantoor Veenendaal. Van vrijdag 13 april te.m. maandag 16 april Elke avond 7.30 uur LET OP! Zaterdag 6.45 en 9 uur. Zondag 3 en 7.30 uur Een wervelwind van songs, dans en feeërieke luister in de grootste showfilm ooit vervaardigd! IN TECHNICOLOR TOEGANG ALLE LEEFTIJDEN Van dinsdag 17 april te.m. donderdag 19 april Elke avond 7.30 uur Een rekord van grappen aan de lopende band! TOEGANG ALLE LEEFTIJDEN Plaatsbespreken dagelijks van 12 u. aan de kassa, 10 ct, ook tel. 2376 Rijwielstalling naast het theater. VENDELSEWEG - VEENENDAAL - TEL. 2376 STICHTING NATUURBAD BERGBAD vraagt voor indiensttreding per 5 mei een Aanmelden maandag 16 april van 8 tot 9 uur Markt 20 Veenendaal. FA. L. VAN WIJNGAARDEN EN ZONEN Tapijten- en mattenfabriek te Rhenen Af vraagt voor direkte indiensttreding voor het schoonhouden van machines, gebouwen en terreinen. Voor een ijverig en akkuraat persoon een goed betaalde betrekking. Enige ervaring op dit ge bied strekt tot aanbeveling. Aanmelden kantoor Vogelenzangweg 35 tot 17.30 uur. GEVRAAGD EEN niet beneden 18 jaar. Liefst in bezit van rijbewijs. Voor verzorging van magazijnen en bezorging van goederen voor onze woninginrichting. HOOFDSTRAAT 23 VEENENDAAL REPARATIES Sneller, beter en goedkoper! ACHTERBERG, Pr. Bernh.laan 317, V'daal VOOR I 6.- per uur NAAR Erkend en gedipl. instructeur. Rijksweg 47 EDE De leerlingen worden gratis thuis afgehaald. Acacialaan 2 - Rhenen Telef. 424 - Giro 649543 Geopend van 912 uur en van 23 uur. Zater dags van 911 uur. Vrij dagsavonds van 78 uur -li- Rentevergoeding: tot 10.000,— 2«/4% daarboven 1 Voor spoedige indiensttreding kunnen geplaatst worden: voor standplaats RHENEN Vereisten: voldoende medische keuring. Normaal gezichtsver mogen, niet brildragend. Leeftijd 18 tot 30 jaar. Bij gebleken ge schiktheid bestaat kans dat betrokkene later als chauffeur wordt opgeleid. In bepaalde gevallen wordt aan gehuwden een kostgeldvergoeding van maximaal 20,per week uitbetaald. Leeftijd 1845 jaar. Loon 30,74 tot 40,28 per week. Onregelmatigheidstoeslag 4, per week. Verbeterde arbeidsvoorwaarden; vrije uniformkleding; vrij ver voer over de lijnen der Maatschappij; 1 x per 14 dagen vergoeding van reiskosten van satndplaats naar woonplaats Ingelegd worden speciale ophaal- en wegbrengdiensten naar/van Wageningen, Renkum, Heelsum, Oosterbeek en Arnhem. Persoonlijke aanmelding: op maandag 16 april 1956 van 19.00 tot 21.00 uur in hotel „Het Nieuwe Plein" te Arnhem, Nieuwe Plein 17. Persoonlijke aanmelding kan ook geschieden bij het plaatselijk Arbeidsbureau op de kantooruren. Eventuele schriftelijke sollicitaties te zenden de Algemene Dienst der N.B.M. Utrechtseweg 88 te Zeist.

Digitale periodieken - Gemeentearchief Veenendaal

De Vallei | 1956 | | pagina 4