DE VALLEI
VETERANENTOERNOOI
Voor de Jeugd
Veenendaal—VSW 2-1
GehaPanter 2-1
Dovo heeft kampioenskansen
weer in eigen hand
Waterpolo
Persoonlijk kampioenschap
schaken
Op de Veenendaalse kermis selfs door onfe kfr<*"verf,d/"
Veenendaal won in vriend
schappelijke wedstrijd met
liefst 6-1 van Heerde
„Forellen" „Vahalis" (Tiel)
Zwemfestijn
in natuurbad Ouwehand
ff
N
M//
Twee spoorzoekers
Voor de boer
Machinaal melken, een
samenspel
T. van Beek heropende
gemoderniseerde zaak
Officiële
bekendmaking
De verdwenen
bankdirekteur
door TOM LODEWIJKS
Bij een veteranencompetitie vallen er naast voetbal ook nog wel eens aardige din
gen te beleven. Dat is niet te verwonderen, vooral niet als men nagaat, dat er dan
meestal spelers in het veld komen, die heel weinig, of in sommige gevallen nog nooit
gevoetbald hebben. Zo ook vrijdagavond. Panter moest spelen tegen GcHa en daar
de meeste oudjes geen voetbalschoenen bezitten, worden deze by actieve voetballers
geleend. Eén der Panterspelers trachtte zich voor de wedstrijd in een paar geleende
schoenen te worstelen. Het lukte niettegenstaande grote inspanning echter niet. Er
werden een paar grotere schoenen (maat 44) georganiseerd, maar ook deze bleken
nog te klein te zijn, totdat een medespeler het slachtoffer adviseerde om de tong,
die zich nog steeds in de voetbalschoenen bevond, naar buiten te trekken. Het resul
taat was verrassend, want nu bleek maat 42 groot genoeg te zijn
Vrijdagavond werd gespeeld op het
Veenendaal-terrein, waar om zeven uur
Veenendaal de strijd aanbond tegen VSW
Eerst in de allerlaatste minuten kon Vee
nendaal de overwinning boeken door uit
een strafschop de stand op 2-1 te bren
gen. De tweede wedstrijd ging tussen
GeHa en Panter, welke eveneens met 2-1
door GeHa gewonnen werd.
Maandagavond bond eerst DS de strijd
aan met VRC en won met 3-1. Vervol
gens moest SKF in Neveda haar meerdere
erkennen met 3-2.
Veenendaal speelde de gehele wedstrijd
iets sterker door beter verzorgd voetbal.
Het samenspel werd echter te ver door
gedreven, zodat d e VSW-achterhoede
herhaaldelijk kon ingrijpen.
In de achttiende minuut werd een Vee-
nendaal-aanval eindelijk door Rebergen
afgesloten met een goed doelpunt (1-0).
Hoewel Veenendaal het daarna herhaal
delijk weer probeerde om de score te
verhogen, bleven dank zij het goede werk
van doelman Slotboom, verdere doelpun
ten uit.
Na de rust ging het iets beter met
VSW en kon Van Engelenburg in samen
werking met één zijner voorhoedespelers
de partijen weer op gelijke voet brengen
(1-1).
Wat Veenendaal daarna ook probeerde,
Slotboom liet zich niet passeren en wierp
zich steeds weer moedig voor de voeten
van zijn tegenstanders.
In de laatste minuten maakte een der
achterspelers van VSW hands, waarna
Rebergen uit de toegewezen strafschop
de overwinning voor Veenendaal veilig
stelde (2-1).
Zoals te verwachten was bleek in de
wedstrijd GeHa-Panter dat de metaal
arbeiders duidelijk de meerdere van de
sigarenmakers waren. Voor het doel was
echter de Panter-achterhoede met De
Kampert aan het hoofd, zeer moeilijk te
passeren. Toch was het GeHa dat in de
twintigste minuut bij een gewirwar van
spelers en in een grote stofwolk voor
het Panterdoel, het eerste doelpunt scoor
de (1-0). Met GeHa sterk in de aanval
kwam de rust.
Door de nederlaag van Sportclub Gene-
muiden tegen WHC heeft Dovo de kam
pioenskansen weer in eigen hand ge
kregen. De Veenendalers moeten nu nog
een wedstrijd spelen in Kampen tegen
Go-Ahead, die natuurlijk gewonnen moet
worden. Genemuiden heeft nog twee
wedstrijden voor de boeg. Winnen zij die,
dan zouden ze met een gelijk aantal pun
ten als Dovo eindigen, waardoor een be
slissingswedstrijd noodzakelijk wordt. Nu
de zaken zo staan, hebben de Veenen
dalers weer een behoorlijke kans hoewel
er natuurlijk hard voor gewerkt zal moe
ten worden.
Zaterdag heeft Dovo in Spakenburg een
bekerwedstrijd gespeeld, tegen de club
van diezelfde naam en met 4-2 verloren.
Met liefst vier invallers trokken de
Veenendalers naar Spakenburg, waar zij
het veel te kalm opnamen en bij de rust
door nonchalant spel al een 2-0 achter
stand opliepen.
Tien minuten in de tweede helft zag
Schoeman kans om met een goed doel
punt de achterstand tot 2-1 te verkleinen.
Dovo werd toen sterker maar het moest
toch nog tot 9 minuten voor tijd duren,
voor veteraan Van de Scheur de partijen
weer op gelijke voet gebracht had. Zo
bleef het echter niet want twee minuten
later hadden de Spakenburgers weer een
voorsprong (3-2).
Vijf minuten voor tijd ontstond er nog
een incident, waarbij een der gastheren
door de scheidsrechter naar de kleed
kamer verwezen werd. Ondanks de num-
merieke minderheid, zagen de Spaken
burgers juist voor tijd nog kans om de
eindstand op 4-2 te brengen.
Ook na de hervatting was GeHa over
wegend in de aanval, maar bij een Pan-
teruitval kreeg Sas door een foutje in de
GeHa-achterhoede de bal te pakken en
gaf op tijd door aan Zegers, die met een
hard schot, waar doelman Valkenburg
in het geheel niet op reageerde, gelijk
maakt. De pret duurde echter maar even,
want niet lang daarna kon GeHa met de
hulp van de Panter-doelman v. d. Loos-
drecht nogmaals de leiding nemen (2-1).
GROTE OVERWINNINGEN VAN
VZC-ZE VENTALLEN
De eerste week waterpolo heeft de
Veenendaalse Zwemclub enkele klin
kende overwinningen opgeleverd.
Naast de 6-1 zege van VZC 1 op Esca
1 sloegen de adspiranten Vahalis (Tiel)
met 8-0 en de jeugdploeg VZC 3 het
Doornse Woestduin 2 met 7-0.
TWEE RONDEN MET VERASSINGEN
Woensdagavond werd in gebouw 't Tref
punt aan de Kerkewijk de tweede ronde
om het persoonlijke kampioenschap scha
ken van Veenendaal gespeeld. In tegen
stelling tot de eerste ronde, waarin geen
bijzondere prestaties geleverd werden,
vielen er nu enkele verassende uitslagen
te noteren.
Voor de eerste verassing zorgde van
Dam, een speler van het derde tiental,
die kans zag tegen J. Konings een re
mise af te dwingen. De twee verassing
was de nederlaag van de eerste tiental
speler tegen van Dijk.
Laatstgenoemde is een zogenaamde
„thuisschaker" en geen lid van een of
andere club. De onbekende speler heeft
dus kans gezien een overwinning te boe
ken op een der beste spelers van de Vee
nendaalse Schaakclub.
De persoonlijke uitslagen van de 2e
ronde waren:
J. Alsema D. J. v. Manen 0—1
C. v. Dijk M. Vink 1—0
J. Konings W. C. H. v. DamV2-V2
W. M. v. d. Weel Chr. Baars afgebr.
J. B. Griffioen C. Beijer V2-V2
D. Willemsen L. Ebskamp uitgesteld
J. N. Elenbaas J. C. Griffioen jr. 10
H. G. Veldhuizen M. de Kleuver 10
J. Diepeveen J. H. Schell 01
J. W. Boelens H. Heikamp 10
R. Brouwer J. Schoeman 01
official
dtaltrt
Fa. J. v. d. HORST
Rhenen, Tel. K 8376-484
r nnge gepenetreert heeft. t»p srhiirie-
De derde klasser Heerde is toch niet zo
sterk gebleken dan wel verwacht werd.
Met liefst 6-1 moesten zij in Veenendaal
haar meerdere erkennen. De Veenenda
lers zijn in deze ontmoeting, die wel wat
met vakantievoetbal gemeen had, door
lopend sterker geweest. Gerritsen die op
de midvoorplaats behoorlijk op dreef was,
had verrassend veel steun van de aardig
combinerende linkervleugel Drost-Van
Bermel.
Na een afgekeurd doelpunt van Drost
kreeg Gerritsen in de achtste minuut de
bal te pakken en gaf goed door aan Drost
die onder de vallende doelman doorschoot
(1-0).
Vijf minuten later rondde Gerritsen een
keurige soloren af met een even keurig
doelpunt (2-0). Veenendaal bleef sterker,
wat in de achtendertigste minuut een
uitgesproken buitenspeldoelpunt van Ger
ritsen tot gevolg had (3-0).
Na de hervatting zetten de gasten even
goed door en wisten al spoedig door een
fout in de Veenendaalse achterhoede de
stand op 3-1 te brengen.
Verder dan dit ene doelpunt kwamen
zij echter niet, want in de twaalfde mi
nuut zag A. Muller kans om uit een doel-
worsteling de bal over de doellijn te wer
ken (4-1). Na nog een buitenspel-doelpunt
wat ook nu weer de scheidsrechter ont
ging, wist Gerritsen tien minuten voor
tijd de stand op 6-1 te brengen.
In het prachtige natuurbad op de
Grebbeberg waren Tielse zwemsters en
zwemmers zaterdagavond te gast by de
Rhenense zwem- en poloclub „De Forel
len". De Tielse club „Vahalis" werd met
een extra bus van E.T.A.O. gebracht voor
de vriendschappelijke ontmoeting wed-
strjjdzwemmen en polospelen.
Er heerst sedert vorig jaar een bui
ten gewoon vriendschappelijke sfeer
tussen beide vereinging, hetgeen ook nu
weer tot uiting kwam. „Vahalis", dat in
Tiel nog steeds niet over een zwembad
de beschikking heeft, was met graagte
naar Rhenen gekomen. Ook de return
ontmoeting, op 4 juli, zal op de Grebbe
berg worden gehouden.
Dank zij de geluidsinstallatie van de
bevriende Rhenense IJsclub, de vereni
ging, welke in combinatie met de Rhe
nense zwemclub en de gymnastiekver
eniging het maandelijkse sportblad uit
geeft, kon het wel zeer uitvoerige pro
gramma zeer snel worden afgewerkt.
Buiten het wedstrijdgedeelte om wa
ren verschillende nummers ingelast voor
de jongere Forellen, die deze avond dus
ook dubbel en dwars aan hun trekken
kwamen, terwijl bovendien officiële tij
den konden worden opgenomen.
„Vahalis" is sterk vooruit gegaan se
dert vorig seizoen. Dit kwam tot uiting
in de eind-uitslag, welke luidde 197120
punten, in het voordeel van „De Forel
len". Het puntenverschil was nog wel
groot, maar toch zat er niet meer zo'n
grote gaping in als vorig jaar.
De Forellen vestigden deze avond twee
nieuwe clubrekords. Jan de Jong verbe
terde het rekord op de 50 meter school
slag, dat op naam stond van Anton Bur-
lage met 44 sec. De Jong maakte een tijd
van 43.8 sec. Bert Koetsier verbeterde
het rekord op de 50 meter borstcrawl, dat
met 37.4 sec. op zijn eigen naam stond,
door er zaterdagavond 35.2 sec over te
doen.
Aan het slot vonden er drie polo-wed-
strijden plaats, die allen dóór „De Forel
len" werden gewonnen.
Wij vernemen nog, dat de nog jonge
Rhenense zwemclub afgelopen week de
170 leden is gepasseerd.
Het was een prachtige sportieve avond,
die werd begunstigd door heerlijk zomer
weer. Het aanwezige publiek volgde met
groot enthousiasme de prestaties van de
zwemsters en zwemmers.
(Vervolg van pagina 1)
HET BIER OOK TOEN BEST
Ook de kerkmeesters vierden ker
mis. Een enkel voorbeeld. In 1583-'84
luidt een uitgavepost: „Hebben oeck
die kerekmeysters van een half vat
biers desse biers op kermisdach nae
olde gewoonte inns gelach (herberg)
ende daervoer betaelt seven ende der-
tich stuyvers ende een halve." En in
1589-'90 staat genoteerd: „Opten ker-
missendach nae old gebruyek verteert
een half vat tot vijf ende dertich stuy
vers."
HANDEL EN VERMAAK
De jaarmarkt trok bezoekers uit an
dere plaatsen, welk „vreemdelingen
verkeer" markt en handel stimuleerde.
Zo trad langzamerhand het wereldlijk
element naast het kerkelijke om dit
laatste op den duur te overvleugelen.
Uiteraard verdween het kerkelijk
feest in geleidelijk geheel reformato
risch geworden plaatsen als Veenen
daal. Maar de kermis bleef! Behalve
kooplui verschenen allengs op de jaar
markt bedelaars, pelgrims en bovenal
potsenmakers, jongleurs, kwakzalvers
en dergelijke lieden: de vermakelijk
heden deden haar intrede op de „mes-
se", die langzamerhand ontaardde in
louter formaliteiten en losbandighe
den. Vandaar dat men ze op verschil
lende plaatsen wijselijk heeft afge
schaft, echter zonder er iets beters voor
in de plaats te stellen. Bovendien ont
nam het toenemend handelsverkeer
geleidelijk alle zin aan de jaarmarkten
en maakte deze overbodig. Vele oude
kermissen herinneren nog aan de dag
van de vestiging der gemeente als
kerspel en van de kerkwijding. Een
overblijfsel van deze opvatting is nog
te vinden in het gebruik van kleine
Brabantse dorpen de kermis te be
ginnen met een dienst in de kerk.
KLACHTEN
De reeds genoemde predikant Brinck-
huys klaagde op 11 mei 1658 namens
de kerkeraad te Veenendaal bij het
Rhenense stadsbestuur over de ker
mis. Op verschillende plaatsen in het
dorp werden bijkermissen gehouden:
aan de Molenbrug, op de molenerven,
aan de Dwarsweg, niet bij De Haspel,
maar aan de Nieuweweg of Veltgens-
graef. Niet alleen op 1 mei werden
deze gehouden, maar meerdere zonda
gen er na, wat leidde tot „grouwelijcke
profanatie derselver rustdaghen." De
kermisbezoekers hielden zich bezig
met dobbelen, ganstrekken, koekhak
ken met bijlen, brassen, drinken en
vaak eindigde dit alles in vechten en
smijten. Dominee Brinckhuys spreekt
van „vele exorbitante ende schricke-
lijcke sonden". Bij het ganstrekken
werd een vetgemeste gans tussen twee
palen of bomen aan een lijn opgehan
gen. met de kop naar beneden. In volle
draf reden de ruiters onder de gans
door, pogend het dier de kop af te
trekken.
HET ROSSE KERMISLEVEN
Het samenkomen van jongelui gaf
aanleiding tot ontucht, vervolgt de
predikant, tot gedwongen huwelijken
„sonder kennisse ende tot groter droef-
heijt ende hertseer der ouderen". De
schrijver ergerde zich ook aan de
schandelijke verkwisting van tijd en
van Gods goede gaven en vreesde, dat
alles zou leiden tot verachting van de
godsdienst en tot grote ongebonden
heid van jong en oud.
TAFEREEL
De kwakzalvers werden ieder jaar
brutaler en verloren alle respect voor
het heilige. Zij verhuisden van de Mo
lenerven naar de Markt, dicht bij de
kerk „agerende met luyder kelen, aen-
rechtende allerhande sotte kluchten
ende vremde grillen"
Eén van hen blijkt zo 'n goede stand
werker geweest te zijn, dat hij een
„grote confluentie (samenstroming) van
verscheydene hondert menschen tot
sigh heeft getrocken." Er heerste zulk
een lawaai om de kerk, dat het de
dienst stoorde: „maeckende tsamen
sulcken rumoer ende geschal, dat het
De schilde
ring, die ds Brinckhuys hier geeft,
doet denken aan werken van Pieter
Breughel en Adriaan van Ostade.
Een echo van ds Brinckhuys' klacht
is die van Jan Paulse (d.i. Pauluszoon)
Weppelman - de Weppelmans waren
'n invloedrijk, gegoede 17e eeuwse fa
milie, bezitters van landerijen aan de
Gelderse zijde, veenraden en kerke-
raadsleden. - Hij schreef aan de Rhe
nense Magistraat, dat de kerkeraad
lange jaren met grote droefheid het
grote misbruik had aangezien, dat op
de formele kermis of jaarmarkt, koek
op blokken met messen en andere in
strumenten gehouwen werd, waardoor
het gezegende brood ontheiligd en me
nigmaal met voeten getreden werd.
Ook hoorde hij kwalijk spreken, vloe
ken, krakelen, eindigend in vechtpar
tijen. Voorts merkt hij op, dat er op
bijzondere plaatsen in het dorp bij-ker
missen worden gehouden, waardoor de
jonge jeugd op grove wijze wordt ge
frustreerd - hij bedoelt: het goede in
haar wordt te niet gedaan - en tot
lichtzinnigheid wordt verleid.
De klachten hebben eindelijk geleid
tot het afschaffen van de meikermis,
zodat aan alle misbruiken en uitwas
sen een eind kwam.
D. PHILIPS.
Een charmant en luchtig zomerbloesje,
dat gemaakt is van een modern katoe
nen weefsel, uitgebracht onder de
naam „GINA" door de Nederlandse
confectie-industrie „Roma Fashions".
Foto: Dukkers
Verschijnt als bijlage van
het streekblad „De Vallei"
onder redactie v. tante Jos
Correspondentie te richten
aan tante Jos, per adres:
Parallelweg 10 Veenendaal
ONZE JARIGEN
11 juni Janny van Schaik
11
99
Henny van Beek
12
Jansje van Hunnik
12
Henny de Kruijff
13
99
Janny van Schuppen
14
99
Henk van Ravenswaay
14
99
Gerrit van Wijk
14
99
Elly van Ravenswaay
15
99
Corrie Bos
15
99
Judith van Manen
17
99
Wim van Dijk
Allen gefeliciteerd!
OPLOSSING RAADSELS
I. Hengelo, Groenlo, Zetten, Gaast,
IJlst, Goor.
II. Wielewaal, klapekster, kwikstaart,
Vlaamse gaai, notenkraker, kanarie,
merel.
III. Een bullebak.
I. Borstplaten.
II. Glas, Lent, Anna, stal.
III. Kaak, haak, kaas.
NIEUWE RAADSELS
Voor ouderen:
I. Mijn geheel bestaat uit 28 letters en is
een spreekwoord. Zet dus eerst de cijfers
1 tot en met 28 op een rij en vul hieron
der in:
23, 12, 19, 28, 5, een der jaargetijden.
7, 21, 12, 25, inwoner van Denemarken
4, 24, 6, 26, 18, 2, 16, 21 buideldier.
II, 8, 25, 22, plaats in België.
27, 17, 5, 1, komt van het varken.
15, 10, 3, 11, het tegenovergestelde v. laag.
20, 10, 13, 27, 9, 16, 2, 14, 22, belachelijk
persoon, potsenmaker.
II. Wat om er op te rijden
En iets op 't hoofd der boer,
Ligt, aan mekaar verbonden
Heel netjes op de vloer.
Wat is dat?
III. Welk antwoord is goed?
A. Een kamenier is: 1. een hagedisachtig
dier; 2. een grote ouderwetse kast; 3. een
vrouwlijke lijfbediende; 4. een soort ka
merscherm.
B. Een meteoor is: 1. een stuk van een
uiteengesprongen hemellichaam; 2. een
oprolbare centimeter; 3. een vlinderbloe
mige plant; 4. een ruimtevaartschip.
C. Notulen zijn: 1. verbonden noten in de
muziek; 2. kort verslag op papier; 3. b<?n-
bons met notenvulling; 4. notariële akten.
Voor jongeren:
I. Aan jullie wordt de vraag gedaan,
Welk haantje komt nooit achteraan?
II.
X - - - deel van je arm
X - kleine dreumes
X - - - veelgedronken drank
X - - kever, schildvleugelig insect
X - - meisjesnaam
X - - - kl. verblijf op binnenvaartuig
X - - - brandstof uit veen
X - - - deel van een eeuw
X - lengtemaat (niet m. in gebr.)
Op de kruisjeslijn komt de naam van
een aardig vogeltje.
III. Met G ben ik niet rauw; met H heb
je me allemaal; met P ben ik nooit alleen;
met K hoor ik in een boot en met J duur
ik 365 dagen.
Jan en Teun, twee flinke jongens, zijn
vorige zomer met hun ouders naar een
kampeercentrum geweest in de buurt van
Markelo. Dat ligt in Overijssel. Vader had
daar een heel leuk huisje gehuurd. De
omgeving was prachtig en de beide jon
gens hebben echt genoten van bos en hei.
Maar ze hebben ook nog een aardig avon
tuur beleefd.
Op een mooie middag gingen ze samen
fietsen. Heerlijk was het te rijden over
de smalle bospaadjes. Onderweg zagen
ze twee keer een wild konijn over het
paadje schieten.
Het was heel eenzaam in de bossen; er
was geen mens te zien. Ineens zei Jan:
„Stop eens even Teun, ik hoor iets". De
beide jongens stapten van hun fietsen en
luisterden. Inderdaad, uit het bos klonk
gehuil van een kind. „Wat zou dat zijn?"
zei Teun. „Och", zei Jan, „daar huilt een
kind, misschien is het wel gevallen over
een boomwortel." „Laten we toch maar
eens even gaan kijken", zei Teun, „het
kan ook wel een verdwaald kind zijn."
De jongens reden in de richting van het
geluid en toen zagen ze op het smalle
bospaadje een meisje van een jaar of
vier staan. Het kind huilde tranen met
tuiten. Het meisje stond daar helemaal
alleen in het grote bos, ouder of familie
leden waren er niet bij. „Meisje", zei
Teun vriendelijk, „wat moet je hier al
leen in het bos?" Het meisje hief een be
traand gezichtje op en zei: „Mamma toe"
„Dat kind is vast en zeker verdwaald",
meende Jan. Ze vroegen: „Hoe heet je?"
„Anita", zei het kind. „Waar zijn je vader
en moeder?" „Mamma weg, pappa weg",
zei ze.
De beide jongens vroegen nog veel
meer, maar de kleine Anita zei telkens
maar weer: „Mamma toe."
„Waar is je mamma?" vroeg Jan nog
eens. „Daar" zei Anita en ze wees met
de vinger over het bospaadje.
SPOORZOEKERS
„We zullen proberen haar vader en
moeder op te sporen Teun", zei Jan, „die
zullen vast verschrikkelijk ongerust zijn."
„Ze wijst die kant op", zei Teun, „laten
we die richting maar eens in gaan, mis
schien zien we wel sporen." Anita was
erg moe van het dwalen en Jan zette het
meisje op de bagagedrager. Toen zag hij
dat het kind maar één schoen aan had.
Langzaam liepen de jongens over het bos
pad. Speurend keken ze naar de grond
in de hoop dat ze iets zouden zien, dat in
de richting wees waaruit dit meisje ge
komen was. Ineens reip Teun: „Kijk eens
daar ligt een schoentje, ja hoor dat is het
schoentje van Anita, ze is hier langs ge
komen, we zijn op de goede weg." Een
heel eind verder vonden ze een bal en
Anita juchte: „Bal van mij." „Fijn", zei
Jan, „dat is alweer een teken dat we op
de goede weg zijn". Toen naderden ze
de bosrand en ineens kwam er een me
neer uit de struiken. „Pappa", riep Anita,
en de meneer zei blij: „Daar is Anita."
Toen kwam er ook een mevrouw bij
en dat was de moeder van Anita. „Wat
fijn dat ons dochtertje terug is, hebben
jullie haar gevonden jongens?" „Ja me
vrouw," zei Jan, „maar we vonden on
derweg een schoentje en een bal en zo
hebben we U gevonden." „Dat was kra
nig werk jongens," zei de meneer. „We
maakten een fietstochtje en toen zijn we
even gaan rusten aan de rand van het
bos. Anita speelde met de bal en toen
was ze ineens verdwenen. We schrokken
erg en hebben alles afgezocht. We
hebben steeds geroepen maar we hoor
den niets. Anita is achter de bal het bos
ingelopen en is steeds verder gaan dwa
len, we hebben wel een uur gezocht.
„Ik vind het fijn, dat jullie Anita hebt
gevonden", zei de moederwe waren
al van plan de politie te waarschuwen,
maar het is nu niet meer nodig, hartelijk
dank hoor."
DE BELONING
De meneer keek op zijn horloge. „Het
wordt tijd dat we naar huis gaan", zei
hij, we gaan naar de grote weg, rijden
jullie mee? Aan de weg staat een groot
restaurant en daar wil ik jullie tracte-
ren. „Och meneer", zei Jan, „dat hoeft
toch niet, we vinden het leuk, dat we uw
dochtertje weer bij U terug hebben kun
nen brengen." „Jongens," zei de meneer
„spartel nu niet tegen, ik tracteer." Nou,
de jongens vonden dat toch ook wel fijn,
want ze hadden een hele tocht gemaakt
en ze hadden dorst gekregen. Samen re
den ze naar de grote weg en daar ging
het hele gezelschap op het grote terras
van het restaurant zitten.
„Eerst een glas limonade," zei de me
neer. Ze dronken allemaal een groot glas
limonade en toen zei de vader van Anita:
„En waar hebben jullie nu nog zin
in?" „In een ijsje," zeiden de jongens.
„Kom, kom," zei de meneer, „een ijsje
kun je alle dag eten, mag het geen sor
bet zijn?"
De jongens glunderden. De meneer
drukte op een bel en even later werden
de sorbets gebracht. Ze smaakten heer
lijk. IJs, slagroom en vruchten, het kon
niet beter. De jongens genoten.
En toen namen ze afscheid, want de
jongens moesten weer naar huis. Ze kre
gen een hand van meneer en mevrouw
en van Anita een dikke zoen. Dat von
den de jongens wel wat gek, gelukkig
dat niemand het zag, maar het was ook
wel leuk, want Anita was een lief meisje.
„Dag Jan, dag Teun," zei Anita. De
meneer wilde het adres van de jongens
hebben Toen ze na een week weer thuis
waren bracht de post een pakje. ..Voor
de jongeheren Jan en Teun van Anita,"
stond er op een briefje. En in het pakje
zat voor elk van de jongens een prachtig
padvindersmes. En dat was nog eens een
verrassing.
In een kort aantal jaren is de melkma
chine op de veehouderijbedrijven een
normale verschijning geworden. Ruim
30.000 Nederlandse veehouders zijn van
het handmelken afgestapt en hebben een
melkmachine gekocht. Zeker zijn er on
der dit grote aantal veehouders enige,
die minder tevreden zijn over de bereikte
resultaten. Dit kan verschillende oorza
ken hebben. Men kan het machinaal mel
ken nl. zien als een samenspel tussen de
melker, de koe en de machine. Elk van
deze drie heeft bij het melken een eigen
taak en als er één tekort schiet, zal het
machinaar melken ongunstig verlopen of
zelfs mislukken.
De melker moet op de eerste plaats de
eigenschappen van elke koe kennen en
bij de behandeling ook rekening houden
met deze eigenschappen. Dit is de reden,
waarom goede handmelkers meestal ook
goede machinemelkers zijn. De melker
moet bovendien goed op de hoogte zijn
met het gebruik en het onderhoud van
de melkmachine. Dit is hem, toen hij
met machinaal melken begon, door een
instructeur geleerd. Het is belangrijk,
dat hij het geleerde ook dagelijks in
praktijk brengt.
Van de koe wordt verwacht, dat zij
haar medewerking verleent door haar
melk vlot af te geven, hetgeen echter
niet altijd gebeurt. Door bepaalde afwij
kingen in de bouw van de uier kan de
afgifte van de melk vertraagd worden.
Ook zijn er koeien, die zeer gevoelig
zijn voor de omgeving. Door rustig met
de dieren om te gaan en ze bijvoorbeeld
een intensieve voorbehandeling te geven,
is er wel eens wat te bereiken. Dikwijls
zijn de hierboven genoemde eigenschap
pen erfelijk. Het verdient over het alge
meen dan ook aanbeveling om dergelijke
koeien voor de fokkerij uit te schakelen
en op te ruimen.
De derde partner van het samenspel is
de melkmachine. Deze moet voldoen aan
bepaalde eisen betreffende materiaal,
constructie en afwerking. Voorts moet de
installatie degelijk en bedrijfszeker door
de handelaar aangelegd worden. De ser
vice, die door de handel gegeven wordt
is van zeer groot belang. Als om één of
andere reden de melkmachine zijn dien
sten gedeeltelijk of geheel weigert, moet
de leverancier in de kortst mogelijke tijd
de machine kunnen herstellen. De onder-
delenvoorziening mag eveneens niet ver
waarloosd worden. Ook de handel kan
dus een grote rol spelen bij het slagen of
mislukken van het machinaal melken.
Een veehouder, die machinaal wil gaan
melken, zal er in verband met het boven
staande verstandig aan doen om een
melkmachine te kopen, die door de Melk
machinecommissie van het Landbouw
schap is erkend. Op het ogenblik bevat
de lijst van erkende merken de volgende
namen (in alphabetische volgorde):
Alfa Laval, Atsa, Benco, Benzona, Ef-
fectiv, F.N., Gascoignes, Hektor, Manus,
Miele, Persoons, Senior, Simplex, Surge,
Westfalia.
Als men dan de instructies omtrent het
gebruik en het onderhoud van de melk
machine nauwkeurig opvolgt, zal het ma
chinaal melken, naast arbeidsbesparing,
ook voldoening geven.
De textielindustrie volgt de wensen
van de modekoningen zo goed als die
van de persoonlijke smaak van de da
mes in elk land afzonderlijk. Dat geldt
in West-Europa zeker niet in de laat
ste plaats de uitgesproken vrouwelijke
nachthemden en ochtendjaponnen voor
de zomermaanden, die tegelijkertijd
licht, sterk en gemakkelijk wasbaar
dienen te zijn. Zoals het hier afgebeel
de exemplaar van een „PerIon"-fabri-
kaat, met imitaties van kantwerk.
Ontwerp en foto „Industrienieuws".
VERTRAPTE HALMEN
't Is telkenjare 't zelfde lied
Als men de roggevelden ziet
Wanneer de korenbloemen bloeien
Gaat men soms in het koren stoeien?
Soms zou men het bijna gaan geloven
Met al die halmen ondersteboven
Of hele gangen door het graan
Wordt dat nu ondoordacht gedaan?
't Is vaak bedroevend om te zien
Erg vandalistisch bovendien
Men staat er schijnbaar nooit bij stil
Wat dat vertrappen zeggen wil
Pluk korenbloemen aan de kant
Doch vertrap geen rogge op het land
Bij 't zien van die geknakte aren
Denk 'k terug aan d'oorlogsjaren
Velen leefden op de rand van hongers
dood
Waren wat blij met een roggebrood
Zeer velen uit de grote stad
Gingen reeds 's morgens vroeg op pad
Om te vergaren wat er liggen bleef
Daar dacht is aan, toen ik dit schreef
Wie dat meemaakte, vertrapt geen graan
Denkt daar wellicht nog weer eens aan
Zucht dan, met een gevoel van spijt
('t Was wel een verschrikkelijke tijd)
Maar elk besefte de grote waarde
Van wat voortgebracht werd uit moeder
[aarde
J. M.
Na zes weken onderdak gevonden te
hebben in het pand van Mr. van Es aan
de Markt, heeft de firma T. van Beek j.l.
vrijdagmorgen de deur kunnen openen
van een volledig verbouwde en gemoder
niseerde winkel in huishoudelijke- en
hengelsportartikelen aan de Achterkerk
straat.
Zowel het interieur als het exterieur
van de voormalige winkel hebben een
grondige verandering. De deur die vroe
ger toegang gaf tot een kleine en donkere
ruimte is nu aan de kant van de Markt
aangebracht, waardoor het in- en uit
lopen veel gemakkelijker is geworden.
Het interieur maakt een enorm verschil
uit met dat van voorheen. De artikelen
zijn op praktische wijze langs de wanden
uitgestald, terwijl een prachtige toonbank
en een even mooie uitstalkast het geheel
completeren. Het resultaat van deze ver
bouwing is een ruime, lichte prima ver
zorgde winkel die in geen enkel opzicht
meer doet denken aan het oude, maar
toch ook weer vertrouwde winkeltje van
„vroeger".
Velen kwamen deze dag de firma Van
Beek óf persoonlijk of door middel van
bloemen gelukwensen met de aanwinst
van dit ook voor Veenendaal prachtige
winkelpand.
Gemeente Rhenen
HINDERWET
Burgemeester en wethouders van Rhenen
brengen ter openbare kennis, dat de N.V.
Chemische fabriek „Rhenus" te Rhenen
op 28 mei 1959 beroep heeft ingesteld bij
H. M. de Koningin tegen het besluit van
burgemeester en wethouders van 12 mei
1959, waarbij aan voornoemde vennoot
schap een voorwaardelijke vergunning
ingevolge de hinderwet tot wijziging en
uitbreiding dier inrichting werd verleend.
Rhenen. 5 juni 1959
Burgemeester en wethouders
van Rhenen,
L. BOSCH VAN ROSENTHAL
TH. v. d. WILLIK, secretaris.
Gemeente Rhenen
WET AUTOVERVOER PERSONEN
Burgemeester en wethouders der ge
meente Rhenen brengen ter openbare
kennis, dat zij bij hun besluit van 26 mei
1959 aan Hendrik Puijk, Utrechtsestraat
weg 58 te Rhenen - onder intrekking van
hun besluit van 13 januari 1959 - ver
gunning hebben verleend een huurauto-
bedrijf te exploiteren voor 2 auto's.
Ingevolge het bepaalde in artikel 55 der
wet Autovervoer Personen staat voor
iedere belanghebbende binnen dertig da
gen na openbaarmaking beroep open bij
gedeputeerde staten dezer provincie.
Rhenen, 1 juni 1959
FEUILLETON
21.
„Tenminste...." corrigeerde de in
specteur, „ik wil u dit wel verklappen,
meneer IJzerman, dat ik er mij nim
mer bij neergelegd heb, dat het geld
zo onverklaarbaar verdwenen was. Ik
zou altijd één oog open hebben gehou
den en het minste spoor als een bloed
hond hebben gevolgd. Misschien zou
de gerechtelijke molen, hoe langzaam
ze ook maalt, tenslotte ook deze zaak
fijn hebben gekregen."
,,'t Is mogelijk", zei IJzerman schou
derophalend.
Hans zag hem peinzend aan. Wat
bezielde deze man, die kort tevoren als
een zemelen pop tegenover hen had
gezeten, en die nu al zijn savoir vivre
scheen te herwinnen?
De trein was Sint Quentin nu ge
passeerd en raasde op topsnelheid door
de Franse landouwen. IJzerman stond
op, maakte een verontschuldigend ge
baar naar de inspecteur en wees op 't
bordje, dat aanduidde in welke rich
ting het toilet was te vinden. Hij glim
lachte: „U permitteert?"
„Natuurlijk", antwoordde Dankers en
bleef zitten om dan ineens als door
een wesp gestoken op te springen. De
houding had hem volkomen in slaap
gesust, diens gewilligheid en voorko
mendheid zijn waakzaamheid verrast.
Hij wrong zich door de coupé-deur en
sprong de gang in, maar werd door 'n
slingerende beweging van de trein te
gen de wand geworpen.
„Néériep hij angstig. Maar 't
was al gebeurd.
Hij zag hoe IJzerman, aan het eind
van de corridor, het portier opende.
Hij hief zijn hand - maakte een groe
tende beweging. Toen zag Dankers de
grijze jas nog even fladderen. Hij
sprong terug het compartiment in, en
trok aan de noodrem. Met oorverdo
vend gekrijs van remmen stopte de
trein enkele honderden meters verder,
een conducteur sprong haastig uit een
open portier, nieuwsgierige hoofden
verschenen overal voor de ramen.
Dankers en Hans sprongen naar be
neden op het grindbed, snelden langs
de trein. Dankers lichtte haastig de
conducteur in, die nu langs de trein om
een dokter riep. Een heer in zwarte
overjas met een koffertje in de hand
daalde voorzichtig de treden af, volg
de het drietal.
Langs de spoorbaan vonden ze toen
het lichaam van Bernard IJzerman,
grotesk verwrongen, de handen wijd
uitgestrekt, het gezicht deerlijk ge
schonden door de val op de ruwe bal
ken.
De dokter boog zich over het lichaam
en voelde de pols, tilde voorzichtig de
gesloten oogleden op. Toen haalde hij
met een welsprekend gebaar zijn
schouders op.
„Niets meer aan te doen?" vroeg de
inspecteur.
„Niets meer aan te doen", bevestigde
de arts.
„Ik begrijp er niets van", bracht de
conducteur in het midden, „als de man
er uit had willen springen had hij het
toch kunnen doen vlak nadat we Sint
Quentin verlietende trein was nu
op topsnelheid. Hij had geen schijn van
kans het er levend af te brengen".
„Dat was ook niet de bedoeling" zei
de inspecteur.
„U gelooft...."
„Jahij wist wat hij deed."
Hans Miedema staarde met 'n vreemd
gevoel in zijn keel op het lichaam dat
daar lag als een verfomfaaide hoop
oude kleren. Dit was eens de bankier
Bernard IJzerman geweest, de man die
nog geen vijf minuten geleden had
zitten praten. Nu begreep hij die
vreemde opgewektheid. IJzerman had
zijn besluit genomen. Hij, de man voor
wie heel Dalen beleefd en vol respect
de hoed had afgenomen, wilde niet als
een misdadiger terugkeren. Hij had
gefaald en aanvaardde de consequen
ties. Dat openhartige gesprek, die her
inneringen aan zijn jeugd.... dat was
zijn afscheidswoord, zijn testament ge
weest.
Hij zag hoe de conducteur schuw een
kruisteken maakte.
Op datzelfde ogenblik zag Jeanne
van Anckersteen met stralende ogen
naar het onvergelijkelijk panorama dat
de skyline van New York bood.
„Je lijkt zowel betoverd als betove
rend", klonk een stem naast haar. Ze
wendde het hoofd om en glimlachte
haar bestudeerde, trage, raadselachtige
glimlach naar Harry Bruce Slowell, die
haar deze gehele bootreis zoveel atten
ties had betoond.
Harry, zo bedacht ze tevreden, kon
nuttig zijn. Ze voelde niets voor deze
miljonairszoon, die trots zijn naam met
een 8 schreef als om ieder te laten we
ten dat hij met goud was beslagen. Hij
was een van die jongelui, met een
zilveren lepel in de mond geboren, die
alles al hadden gezien en meegemaakt,
constant op zoek naar andere verma
ken, avonturen en vooral prikkels.
Jeanne, hooghartig, voornaam en
gans niet, zoals zovele andere juffer
tjes aan boord, onder de indruk van
zijn miljoenen-afkomst, had hem ter
stond geïmponeerd. Jeanne bewaarde
handig de afstand speelde het spelletje
van aantrekken en afstoten met intens
genoegen en wist hem al spoedig haar
slaaf. Ze kon gemak van hem hebben,
hij kon haar introduceren in de we
reld waarin ze haar slag wilde slaan.
Misschien kon ze hem ook nog een
slordige duit ontwringen, wie weet?
Haar glimlach was er een van innige
tevredenheid en haar mondhoeken
trokken sarcastisch omlaag, wanneer
ze nu, aan het eind van de reis, een
ogenblik aan Bernard IJzerman dacht.
Hij was capabel, zeker, maar toch in
zijn hart nog teveel burgerman. Het
was haar honderd procent meegevallen,
dat hij het gewaagd had die oude boek
houder om zeep te helpen om daarmee
zijn eigen misdaad te bedekken. Ove
rigens begreep ze niet, hoe zo'n man
blindelings vertrouwen kon stellen in
een vrouw, waarvan hij wist, dat ze
nog veel meer hardgekookt was dan
hij.
Het was goed geweest, dat ze zich
van hem had losgemaakt, na hem van
z'n onrechtmatig verkregen vermogen
ontlast te hebben. Wat had ze hier, op
de boot, met hem moeten beginnen? Hij
zou zeker jaloers geworden zijn op
Harry, die inderdaad wel een beetje
opdringerig en ongemanierd was, maar
die ze best regeren kon. En straks, als
ze in de States was, zou Bernard IJzer
man haar niet méér zijn dan een blok
aan 't been. Ze was zelfs niet eens
nieuwsgierig, wat hij gedaan had, toen
hij ontdekte hoe ze hem te vlug was
afgeweest. Misschien zat hij nu weer
netjes geketend in z'n kantoor, in dat
gat Dalen, van dag tot dag in angst
voor ontdekking.... Het mooiste was,
dat hij geen aangifte kon doen. Het
geld stond immers op haar naam, en
hij zou wel de laatste zijn om te ont
hullen, hoe zij er aan gekomen was!
„Kijk'*, zei Harry naast haar „daar
heb je het comité van ontvangst, Joan.
Hij noemde haar Jeanne d'Arc, Joan
of Are, omdat ze, zei hij, even strijd
baar als vorstelijk was.
„Wat bedoel je?" vroeg Jeanne.
„Politie", legde Harry uit. „Er zit op
iedere boot altijd wel iemand die iets
op z'n lever heeft, en die halen ze er
dan af vóór hij de benen kan nemen."
Een ogenblik legde een koude hand
zich om Jeanne's hart, dan vond ze
haar glimlach terug. Voor haar kwa
men ze niet, dat stond vast. Wie kon
haar iets ten laste leggen?
Harry wees haar de karatketristieke
punten van Manhattan. Ze liet hem
begaan, al wist ze het zelf, ze was hier
niet voor 't eerst. Mannen schoolmees
terden altijd graag, temeer naarmate
ze minder in hun mars hadden, dacht
ze minachtend. Maar haar gezicht ver
ried alleen aandachtig-gespannen in
teresse.
(Wordt vervolgd)