Jïatci
N.v. H0LLANDIA Wol- cn Kousenfabrieken
Enige Monteur-Bankwerkers
Boeiend Spreken
MEISJES
JONGENS
eüé&tfdct
Ook in het verkeer: wacht je beurt af
ZIEKENKOSTJES
MACHINES EN
MENSEN
C I T R O N
Garage R. VONK
Garage 'CORRECT'
abekwame
le monteur
b* leerling monteur
Nv. H0LLANDIA Wol- cn Kousenfabrieken
Elektrisch gaat het zo lekker!
..zulk heerlijk koken
Wie kinderen observeert bij hun spel staat dikwijls verbaasd van hun diepe besef
van wat eerlijk en oneerlijk is en verwondert zich over de onomwonden wijze waarop
zij dit elkaar aan het verstand brengen.
„Voor je beurt gaan" is in het samenspel van kinderen een grove oneerlijkheid. Wie
zich daaraan schuldig maakt houdt zich niet aan de spelregels, mag niet meer „mee
doen". Zo gaat het ook in de wereld van volwassenen. Op het sportveld, bij het werk,
in het gezin. Wie zich niet wil schikken naar de elementaire regels van het spel doet
niet meer mee.
Nu vindt niemand het prettig om een
„buitenbeentje" te zijn. Daarom doen wij
onze uiterste best om thuis, op school, in
fabriek of kantoor, bij sport en spel ons
zoveel mogelijk stipt aan de spelregels te
houden: eerlijk te zijn, beleefd te zijn,
onze plicht te kennen, op onze beurt te
wachten, enz.
En in het verkeer? Tonen wij dus óók
dat het ons ernst is met de elementaire
spelregels van wellevendheid en naasten
liefde? Gelukkig, het antwoord hierop
wordt al door veel weggebruikers ge-
DE REGELS VAN HET
SPEL
geven doordat zij blijk geven van een
positieve instelling jegens de medemens
op de weg. Veel weggebruikers, maar
nog lang niet alle! Nog voor tè velen is
de anonimiteit, waaronder aan het ver
keer wordt deelgenomen, een soort van
vrijpas voor een „wie-doet-mij-wat"-stijl.
En dan is er voor elementaire spelregels
plots geen plaats meer, óók niet voor „op
je beurt wachten".
Mensen die dit laatste niet in praktijk
kunnen (of willen) brengen zijn er nog
maar al te veel op de weg. Voetgangers,
die het rode licht negeren. Fietsers die
zich niet ordelijk en in volgorde van aan
komst opstellen. Automobilisten die al
tientallen meters voor het bord „einde
bebouwde kom" het gaspedaal weer in
trappen en je lekker nét voorzijnAch,
zo zouden wij kunnen doorgaan. Zonder
direct al deze mensen als kwaadwillenden
te betitelen, want wij blijven immers alle
maal mensen met onze fouten en onheb-
belijkheidjes.
Verkeersregels zijn net als spelregels
héél nuttig. Maar met alle fraaie voor-
rangsregels, voetgangers-oversteekplaat
sen, verkeersborden en wat-dies-meer-zij
zullen wij geen stap verder komen, indien
iedere weggebruiker niet van binnenuit
bereid is om de principiële rgels van het
samenspel - ook wanneer het gaat om
op je beurt te wachten of deze eens te
laten voorbijgaan - ook op de weg toe te
passen. Want ook hiér geldt de zegswijze:
verbeter de wereld, maar begin met je
zelf.
Publikatie van het
Verbond voor Veilig Verkeer.
Fietsen is voor de Nederlander byna een nationale sport. Precies
zoals de spelregels op het sportveld houvast geven aan de spelers
kunnen de fietsers zich „vasthouden" aan hun spelregels. Doe daarom
als het Veilig Verkeers mannetje Wouter Wegwijs en
Verbond voor Veilig Verkeer
Recepten voor 1 persoon
Bloemkoolsoep. Een stuk bloemkool,
1. water, '/s dl. (ruim 3 eetlepels) melk,
wat zout, 6 g. (ruim J/s eetlepel) bloem,
een klontje boter of margarine,. 1 eier
dooier.
Het water met het zout aan de kook
brengen. De gewassen, in kleine stukjes
verdeelde bloemkool toevoegen en gaar
laten worden in 15 a 20 minuten. De
bloem met de melk aanmengen tot een
glad papje, bij de bloemkool voegen en
5 minuten zachtjes laten door koken. De
eierdooier goed loskloppen; voorzichtig
steeds roerende, ongeveer de helft van de
soep toevoegen en daarna in de pan te
rugschenken. De soep al roerende nog
even verwarmen, zonder hem te laten
koken en de boter of de margarine toe
voegen. De soep dadelijk opdoen in een
kóp of diep bord.
Op dezelfde wijze kan soep maken van
bouillon (met alv vulsel balletjes gehakt),
van aspergewater met aspergepunten, van
tomatesap en van kooknat van doperwten
of spinazie.
Tomatensoep met rijst. 200 g. soeptoma
ten, 2 dl. water, eetlepel rijst, een takje
peterselie, (koffie)melk of boter of mar-
garien, zout, peper.
De tomaten wassen, in grote stukken
snijden en met het water met zout en de
steel van de peterselie aan de kook bren
gen. De tomaten in ongeveer 10 minuten
gaarkoken. De massa door een zeef wrij
ven en weer aan de kook brengen. De
rijst wassen, in de tomatenmassa strooien
en in ongeveer 20 minuten gaarkoken.
Een scheutje (koffie)melk of een klontje
boter of margarine door de soep roeren
en deze afmaken met zeer fijn gehakte
peterseliegroen en desgewenst een weinig
peper.
Desgewenst kan de soep gegarneerd
worden met toefje niet-gezoete geklopte
slagroom.
Kalfsvlees in een saus. 50 g. mals kalfs
vlees, 2 dl. (ruim een kopje) water, 25 g.
gehakt, 1 eetlepel ei of beschuit, 15 g.
(1 eetlepel) boter of margarine, 15 g. (I1/*
eetlepel) bloem, zout, desgewenst citroen
sap, peterselie of tomatenpuree.
Het water aan de kook brengen met
wat zout. Het vlees wassen, erin leggen
en in ongeveer 1 uur zachtjes gaarkoken.
Het gehakt aanmaken met ei of beschuit
en iets zout en er kleine balletjes van
draaien. Deze als het vlees gaar is een
paar minuten in de bouillon meekoken.
Het vlees uit de pan nemen en in blokjes
snijden. Zo nodig velletjes wegsnijden.
Voor de saus de boter of margarine smel
ten, de bloem ermee vermengen en bij
scheutjes tegelijk de bouillon er door roe
ren. Het vlees in de saus doen en deze
enkele minuten laten doorkoken. Desge
wenst een weinig citroensap, zeer fijn ge
sneden peterselie of tomatenpuree toe
voegen. Het gerecht geven bij aardappe
len, rijst, macaroni of spaghetti.
Lever koken of smoren. Lever, zout, bo
ter of margarine.
De lever (liefst kalfslever) in water la
ten liggen tot hij toebereid wordt. De
lever goed afspoelen om het bloed uit de
grote bloedvaten te verwijderen.
Koken. De lever opzetten met zoveel
kokend water met zout, dat hij ruim on
der staat. De warmte temperen en de
lever tegen de kook aanhouden tot hij
gaar is. Kooktijd 6 minuten per 100 gr.
Wanneer men erin prikt, moet het uit
lopende vocht grijs-rose zijn.
Smoren. Plakken lever in gesmolten
boter of magarine zachtjes gaarbakken
in een gesloten pan. De lever daarbij nu
en dan keren. Baktijd aan iedere kant 6
minuten. De jus afmaken met heet water.
De gekookte of gesmoorde lever in
dunne plakken snijden en bij het brood
of bij de warme maaltijd geven. Ook
kan men de lever in blokjes snijden en
er ragoüt van maken.
Een rest lever in het kooknat of in vers
zout water op een koele plaats bewaren,
's zomers niet langer dan 24 uur.
Leverragoüt. 75 gr gekookte of ge
smoorde (kalfs)lever, l1/» dl (1 kopje)
leverbouillon of verdunde jus, 10 gr (1
eetlepel) bloem, 10 gr O/2 eetlepel) boter
of margarine (citroensap, tomatenpuree
of gehakte peterselie).
De lever in kleine stukjes snijden. De
bloem aanmengen met een weinig koude
leverbouillon. De rest van de bouillon
DE £chte, PIJNSTILLER
Een maand gaat vlug! Stop
dat opzien naar nare dagen
met WITTE KRUIS.
Tabletten, poeders
of cachets!
aan de kook brengen en er onder roeren
het bloempapje in schenken. De lever
erdoor mengen en de ragoüt op smaak
afmaken met boter of margarine en des
gewenst citroensap, tomatenpuree of zeer
fijn gehakte peterselie.
Gestoofde vis. Ongeveer 150 gr. vis (wij
ting, schelvis, kabeljauw, tong, schol, bot)
of pl.m. 75 gr visfilets (van tong, schol,
wijting of schelvis), pl.m. 3 dl (bijna 2
kopjes) water, 2 theelepels zout, eet
lepel bloem, een klontje boter of marga
rine, peterselie, citroensap of azijn.
De vis schoonmaken en wassen. Het
wate rmet het zout aan de kook brengen
en de vis hierin gaar laten worden. De
vis zo nodig van de graat nemen en hier
bij de stukken niet te klein maken. 1
dl (bijna 1 kopje) viswater, aangevuld
met water en/of iets melk, aan de kook
brengen en met de aangemengde bloem
binden. De saus afmaken met de boter
of de margarine en fijngehakte peterselie,
citroensap of azijn. De vis nog pl.m. 5
minuten stoven in de saus.
(Wordt vervolgd)
Interessante uitvindingen op
a.s. voorjaarsbeurs
De collectieve inzending voor uitvin
dingen op de a.s. Voorjaarsbeurs voor
Gebruiksgoederen van 29 februari tot en
met 5 maart begint vorm te krijgen. Zoals
gebruikelijk op een dergelijke stand zal
in de eerste plaats de diversiteit van de
objecten opvallen, die variëren van een
brainmastcr tot de eieren van Columbus.
De brainmaster is een herscngymna-
stiek-automaat, ontworpen door een uit
vinder en constructeur, die daaraan zyn
vrije tijd op succesvolle wijze heeft be
steed.
Praktisch is een niveau-regelaar, waar
van de huisvrouw veel plezier kan heb
ben, maar die wellicht ook in de tech
nische sector nog ongekende toepassin
gen zal kunnen vinden. Tot deze groep
behoren ook enkele magnetische span
en klemapparaten.
Een nieuwe kunststoftoepassing wordt
getoond in de vorm van een plastic
kleerhangers; de vrijgezellenknoop in een
moderne en doelmatiger vorm wordt
eveneens gedemonstreerd. Een voorbeeld
van een pooltapijt, dat op zeer ingenieuze
wijze wordt gemaakt door lijming van de
pool en waarmede de lounge van de „Rot
terdam" geheel is belegd, zal ter beurze
op zijn kwaliteit getest kunnen worden.
Architecten en kleinbehuisden zullen ge
ïnteresseerd zijn in een geheel opvouw
bare douchecel, die in de collectiestand
van uitvindingen in de Julianahal wordt
geëxposeerd.
Een door een Nederlands bedrijf uit
gewerkte methode om het licht van neon-
buizen te verlevendigen, speciaal voor
waarschuwingsborden en reclamedoel
einden, zal voor vele vakmensen een gang
naar de stand waard zijn. Een soortge
lijke attractie biedt de om een verticale
as draaiende klok, die voor benzine
stations bestemd is.
Daarnaast zullen de volgende uitvin
dingen gedemonstreerd worden: een band
loze poedertransporteur, een gasinjecteur,
een automatische pipet, een bijzondere
tuinsproeier, een opvouwbare autobox en
een speciale methode voor het verbeteren
van steunzolen.
De slanke schoen
met onverbrekelijk
aangevulkaniseerde -
dus waterdichte! -
oersterke rubberzooi!
25 JAAR ERVARING stelt Bata
tot uw beschikking! Marco Polo...
de schoen met nieuwe leest:
slank en modieus van buiten,
ruim en comfortabel van binnen.
Bovenwerk van soepel Siliflex
water-afstotend leder. Met spe
ciale loopzooi die 5x sterker is
als lederen zool. Deze rubberzooi
van speciale samenstelling - maakt
geen strepen op de vloer! is
onverbrekelijk aangevulkanïseerd.
In diverse uitvoeringen. Zwart
of bruin. Voor de verrassend
lage prijs van f. 19.95
Jongensmaten v.a. f. 14-95
v.h. Gebr. van Leeuwen
Pr. Bernhardlaan 186
Veenendaal
Voor spoedige indiensttreding hebben wij
plaats voor
Kennis van spinnerij-machinerieën is gewenst
Sollicitaties te richten aan de afdeling
personeelszaken.
4185,—
PARALLELWEG 4 - TELEF 2545
AMERONGEN
vraagt
(binnen 13 weken!!)
Onze Contact-avond was een denderend
succes, zodat de nieuwe cursus GEVORMD
werd.
EERSTE OEFENAVOND DINSDAG
a.s., aanvang 7 uur», in Gebouw
,,'T TREFPUNT" TE VEENENDAAL
o.l.v. F. M. van Driel, Spraak-
Psycholoog.
Toegang VRIJ. Geen verplichting tot
deelname. Maar zorgt, dat U er BIJ
komt, want nog slechts enkele Da
mes en Heren, jong en oud, kunnen
deelnemen.
DIT IS DE LAATSTE KANS
IN DIT SEIZOEN!!
Schrijf bij verhindering om inlich
tingen aan:
INST. NED. SPREEK-CENTRUM, ZEIST
TELEF. 3883
g Het Instituut met de sprekende resultaten.
Let s.v.p. vooral op het juiste aanvangsuur.
v.h. Gebr. van Leeuwen
Pr. Bernhardlaan 186
Veenendaal
vraagt
voor Kousenatelier
en Inpakafdeling
voor de Spoelerij
voor vlotte werkers hoog loon
eventuele reiskosten worden vergoed
werkkleding wordt gratis verstrekt
Inlichtingen en aanmelden bij de afdeling personeelszaken.
Elektrisch koken, bakken en
braden't is een dagelijks
terugkerend feest in duizen
den gezinnen! Moeder is trots
op haar prachtig fornuis.
De gelijkmatige warmtever-
deling en de voortreffelijke
bakkwaliteiten van de oven
stellen haar nu in staat haar
baktalent te ontplooien.
Elektrisch koken is veilig, ge
makkelijk, zindelijk en snel.
Bovendien zéér voordelig
dank zij de huidige lage
stroomprijzen.
Vraagt inlichtingen aan uw
elektriciteitsbedrijf of uw in
stallateur en ook kookt
binnenkort elektrisch I
FEUILLETON
DOOR WESSEL SMITTER
We gingen naar voren en vulden onze
kaarten in. Toen gingen we weer zitten
en wachtten op een troepje, dat naar
het ziekenhuis van de fabriek ging om
te worden onderzocht.
„Wat scheelt je", zei Russ, „je kijkt
zo sip. Je vindt geloof ik, dat ik erin
getrapt ben."
„Niet getrapt, gezonken", zei ik. „Heb
je een flauw idee, wat voor werk je
voor ons aangenomen hebt?
„Nee, jij?"
„Nee, ik weet alleen, dat ik die ma
chine een paar maal gezien heb, toen
ik door de smederij liep. Ze gebruiken
dr' om grote blokken staal te bewerken.
Zij is zó gecompliceerd, dat ze d'r tel
kens iemand van de fabriek bij moe
ten halen, als er iets mee is."
„Prachtig!" zei hij. „Dat wordt lollig.
We gaan wat leren."
„Als we d'r niet uitgegooid worden."
„Het heeft ons niets gekost om dit
baantje te krijgen. Waarom niet iets
proberen, dat interessant is? Die werk
jes aan de band staan me niet zo aan,
naar wat ik er van hoor. Als ze ons
eruit gooien, zijn we alleen maar een
baantje kwijt, dat we voor niets ge
kregen hebben."
„Maar die machinerie is ingewikkeld",
zei ik. „Meer versnellingen en hefbo
men dan je ooit gezien hebt. Er is een
ijzeren klauw, die staven staal van tien
ton opneemt en ze in de ovens stopt.
Als ze heet worden, trekt hij ze d'r uit
en houdt ze onder de stoomhamers, die
zo hoog als een gebouw van twee ver
diepingen zijn. Ik zou er niet op dur
ven klimmen. Veronderstel, dat je de
macht erover verliest. Wat dan?"
„Ze geven je de kans om te leren,
niet? Ze verwachten toch niet, dat je
er de eerste dag de beste op klimt en
er mee werkt?"
„O, natuurlijk niet. Ook al kon je er
mee omgaan, zouden ze het je de eerste
dag niet laten doen. Ze hebben hun
eigen manier om de dingen aan te pak
ken."
„O.K.", zei hij. „De rest komt er niet
op aan. Ik weet nog niet, wat voor een
ding het is. Ik weet alleen maar, dat
als het de bedoeling is, dat d'r iemand
mee omgaat, wij dat doen. Voor ieder
karweitje heb je alleen maar hersens
nodig. De hersens hebben we. Als dat
niet zo was, zouden we nog op straat
staan."
„Of in de gevangenis zitten", zei ik.
Ik kon niet anders dan zijn moed be
wonderen. Hij had veel zelfvertrouwen,
meer dan de meesten, die ik kende en
die lang bij Holt hadden gewerkt.
Op weg om het baantje te leren.
De volgende ochtend was ik vroeg in
de smederij en wachtte bij de tijdklok
op Russ. De nachtploeg was nog aan
het werk en de machines voor de zware
produktie werkten op volle kracht.
Rijen ovens spoten vlammen en rook
uit hun deuren, hamers en persen beuk
ten op vaar-assen, stukken metaal
waaruit onderdelen voor de versnel
lingsbak moesten ontstaan en derge
lijke onderdelen. De vloer van het ge
bouw was een paar hektaren groot en
de grond dreunde en kraakte.
In een afgelegen hoek van het ge
bouw doemde het bovenste deel van de
manipulator uit de rook op, als de ge
schutstoren van een slagschip en de
grote boom of arm stak naar voren als
een scheepskanon. Daar was alles nog
donker en stil. Er werd niets vervaar
digd, men werkte niet aan auto-onder
delen, er was geen nachtploeg. Ons
werk zou bij daglicht zijn, met grote
machines, die persblokken maakten
voor bumpers en delen van de karos
serie, smeedwerk van stukken staal,
die te zwaar zijn om er met de hand
mee om te gaan. Zoveel wist ik er al'
van.
Russ kwam binnen en we gingen naar
de machine toe. Zij was zo groot als een
locomotief en hoger, op een wagen ge
monteerd, die op brede stalen rails liep,
die in de betonnen vloer waren gelegd.
Bovenop de wagen lagen weer rails, die
haaks op de onderste liepen en daarop
reed het bovenste gedeelte, zodat de
machine zich in vier richtingen kon be
wegen. Helemaal uit de hoogte stak eeD
grote arm of boom, die met het boven
ste deel meedraaide. De arm kon men
langer of korter, hoger of lager stellen
en hij kon in elke richting draaien. Aan
het uiteinde was een klauw met twee
gebogen ijzeren vingers, groot genoeg
om een pauk te omspannen. Met stalen
ladders kon men op zij van de machine
naar boven klimmen en vanwaar wij
stonden, konden wij het bovenste ge
deelte van twee rijen koperen hendels
zien.
„Dat is 'm", zei ik. „Wil je er nóg op
werken?"
„En of", zei hij. „Het is een schatje.
Ik geloof, dat we het samen fijn zullen
vinden. Er is ruimte hier, ruimte om te
werken."
Aan de ene kant van de vloer lagen
hopen koud staal van alle maten en
vormen op de grond. Langs de andere
kant stonden de ovens, sommige matig
verhit, grommend en snorrend. Aan de
overkant stonden de zware persen en
hamers, die tot in het rokerige boven
ste deel van het gebouw reikten. Boven
ons hoofd, ongeveer vijftien meter bo
ven de grond, dreunde een portaal
kraan heen en weer en bracht bundels
staal in kabellussen naar de fabrikage-
machines, die er onderdelen uit maak
ten. De machinist, het hoofd buiten de
stalen kooi, toen hij voorbijkwam, be
keek ons eens.
De dagopzichter heette Riley en we
gingen naar zijn bureau. Het wemelde
er van controleurs, opzichters en kan
toorbedienden en iedereen praatte hard
om zich boven het lawaai van de ma
chines verstaanbaar te maken. Er werd
met papieren gezwaaid, men raakte in
telefoondraden verward en het ging er
toe zoals altijd in de Holtfabrieken,
tussen twee ploegen. Een controleur
gaf ons de kaarten en insignes en zei,
waar we moesten laten controleren;
toen schreeuwde hij om Johnson, onze
voorman. Johnson kwam er aan; hij
was klein, met vel als leer op zijn ge
zicht. Hij had geen wenkbrauwen en
bekeek ons even met zijn ogen, die de
kleur van rook hadden.
„Hebben jullie je kaarten?"
„Ja."
„Hebben jullie je insignes?"
„Ja."
„Ga mee."
We gingen met z'n drieën naar de
plek, waar de machine stond en daar
had Johnson een bureautje op hoge
poten, maar zonder kruk. Een aantal
blauwdrukken stak in een muurkastje,
hij trok er een uit en begon er op te
kijken, terwijl het vel op zijn voor
hoofd rimpelde alsof het denken hem
pijn deed. Russ was naar de machine
gelopen, maar toen Johnson opkeek,
zei deze: „Hé, blijf hier alsjeblieft!"
Hij ging de blauwdrukken opnieuw
bestuderen en ik gaf Russ een teken
om kalm aan te doen en te wachten;
we bleven staan kijken naar de man
nen, die langzamerhand binnenkwa
men. En toen ging de bel en een paar
lui begonnen de machines te oliën; de
hamers werden onder stoom gezet en
de grote zuigers begonnen warm te
worden; ze gleden met lange kalme
slagen op en neer, net zonder de aam
beelden eronder aan te raken. Een paar
gekleurde lichtjes boven, de ovens wis
selden van groen naar oranje en toen
naar rood, de vlammen sloegen een
paar maal naar achteren uit en begon
nen toen gestadig te loeien.
Johnson hief zijn hoofd weer op.
„Ik weet niet, of ik het jullie al ge
zegd heb", zei hij, maar ik mot geen
gerook en geen gesta met handen in de
zakken. Het staat niet goed voor kerels,
die aan het werk zijn; het is tegen de
regels en bovendien, ik moet d'r niks
van hebben."
„Nou, je ziet", zei Russ, „dat we geen
sigaren en leunstoelen hebben mee
gebracht."
Johnson's ogen sprongen wijd open.
„En nog iets", zei hij, „ik mot geen
rondhangen. Als het staal opnieuw
moet worden heetgemaakt, verwacht
ik, dat jullie je machine schoon houdt."
Hij riep één van de mannen, die op
de machine werkten. Deze was niet als
een arbeider van Holt gekleed. Hij had
een goed pak aan met een overall en
droeg een tijdelijk insigne.
(Wordt vervolgd.)