DE VALLEI
Dat doet ons niemand na!
VIVO
EXTRA REKLAME-AAN BIEDING EN
T. H. Dijkstra
I
KOOPJES TEVEEL OM OP TE NOEMEN
..deelt de lakens uit!
en altijd vele
VIVO-punten
GRATIS!
Voor de Jeugd f\
begrafenis
„DE VALLEI"
uw blad
VIV0-kruidenier T. H. DIJKSTRA
van 120 voor slechts 30 cent
De bloedgroepen bij paarden
MACHINES EN
MENSEN
Pinkstermaandag
op het meer
nette en actieve meisjes
RECTER'S Fabrieken N.V.
FLINKE
KANTOORBEDIENDE
N.V. HEKO SPANTEN,
DE FIETSTOCHT
Jan van Rhee's Slagerij
KRmwMsuW'Ta
„De Houtspecialist"
Fa. F. E. Vrugte
Voor een
A. W. de H a a s
U kunt het toch
niet
afschreeuwen
DE LAAGSTE PRIJS
DE BESTE KWALITEIT
Ter gelegenheid van de overname van het levens middelenbedrijf van de heer Van Leeuwen door de
de Savornin Lohmanstraat 24, Veenendaal - Telefoon 2816
op donderdag 9 juni a. s. om half negen voormiddags
UNOX VLEESWAREN IN MODERNE KOELVITRINE
Ter kennismaking EEN LUNCHSCHOTEL MET 200 GRAM F IJ NE VLEESWAREN
bij aankoop van 10,of meer aan boodschappen
Bij 1 pak koffie (1/4 kg) én 1 pak thee (100 gr.)
1 rol Victoria Marie biscuits
GRATIS
Bij aankoop van
1 fles wijn of advocaat van De Zwarte Kip
1 fles Orana limonade 0.6 ltr
van 1.52 voor 50 et en nog 50 pnt
EEN VERRASSING
VOOR DE KINDEREN
1 stuk LUX TOILETZEEP
GRATIS
KAASAANBIEDING:
100 gram
bonbons de Luxe
1 blikje hele schijven Hawaï
ananas (merk Mission) 75 ct
het 2e blikje
VOOR HALVE PRIJS
LOCARNO margarine
1 LOLLY GRATIS
PUDDING
1 flesje puddingsaus
voor 30 cent
LET VOORAL OP DE EXTRA VIV O - WAPENTJES
U wordt gaarne verwacht door:
DE SAVORNIN LOHMANSTRAAT 24 - VEENENDAAL
Telefoon 2816
VIVO
Olifant en bezoeker
hadden beiden
plezier
Zeeprik nog in prima conditie
FEUILLETON
Verschijnt als bijlage van
het streekblad „De Vallei"
onder redactie v. tante Jos
Correspondentie te richten
aan tante Jos, per adres:
Parallelweg 10 Veenendaal
WIE ZIJN ER JARIG?
10 juni Ina v. d. Klift, Scherpenzeel.
10 Jaap en Willie v. Engelenburg,
10 Henk en Han Wijnberger.
10 Wout van Wakeren.
11 Truus v. d. Meijden.
11 Henny van Beek.
11 Jack Kuster.
12 Aleida Budding.
12 Henny de Kruyff.
13 Janny van Schuppen.
13 Jannie van Hunen, Ederveen.
13 Jannie Heemsbergen, Rhenen.
14 Henk van Ravenswaay.
14 Elly van Ravenswaay.
14 Dikky van Wijk, Achterberg.
15 Corrie Bos.
15 Judith van Manen.
16 André de Koning.
16 Yvonne Hey kamp.
Alle twintig van harte gefeliciteerd!
ZILVERPAPIERAKTIE
Met veel dank zilverpapier ontvangen
van: Ria en Elly v. d. Horst, Wim v. d.
Berg, Zusje de Komper (wanneer ben
je jarig Zus?), Ineke Diepeveen, Truus-
je en Nettie van Braak.
Doet onze blinden een groot plezier,
Helpt sparen capsules en
zilverpapier!
Beste Anny v. d. Klift,
Hartelijk dank voor je gezellige brief.
Wat ben jij verwend op je verjaardag
zeg! Zo je ziet staat je zusje ook al in
de rij van jarigen. Dag Ina, hartelijk
welkom in onze kring! Jullie mogen de
verjaardag van je broertje ook best
opgeven, al is hij nog maar vijf jaar.
Jij wilt dus ook naar de huishoudschool
Anny, net als je zus Ali. Wat zul je
heerlijk leren koken. En lekkere koek
jes bakken! Schrijf je me over een
poosje nog eens weer? Dag hoor.
Vriendelijke groeten van tante Jos.
OPLOSSING RAADSELS
I. Haven, vlees, snert, donor, schol,
bruin, bries, wezel, breed, donor.
Veenhuizen.
II. Splinter, sprinten.
III. Een bloembed.
I. Rookwolken.
II. Piggelmee.
III. Kamer, hamer.
Wout en Bart waren vrienden. Ze woon
den in dezelfde straat van de grote, druk
ke stad. In die stad was veel te beleven,
maar toch hielden Wout en Bart allebei
veel van de mooie natuur en ze maakten
dan ook geregeld samen fietstochten. Op
Pinkstermaandag was het mooi weer en
de beide jongens besloten er maar eens
weer samen op uit te trekken.
Ze stopten hun zwembroeken, broodjes
en een fles limonade in de fietstassen en
zo peddelden ze naar Leenhoven een dorp
je dat een goede twintig kilometer rijden
van de stad lag.
Bij Leenhoven was een groot meer, waar
veel gedaan werd aan zeilen en roeien.
Op deze dag was het er erg druk. De
jongens probeerden een zeilboot te huren,
maar dat viel niet mee. Alle boten wa
ren in gebruik. Gelukkig keerden tegen
twee uur enkele mensen met een roeiboot
terug en toen konden Wout en Bart die
roeiboot krijgen. Ze hadden liever willen
zeilen maar roeien was toch ook wel leuk.
Ze voeren met hun groengeverfde bootje
het meer op. „Laten we maar naar de
overkant varen," zei Wout, „daar is het
niet zo druk als hier en dan kunnen we
op een aardig plekje onze boterhammen
opeten". Bart vond het best. Hij trok flink
aan de riemen, terwijl Wout het roer vast
hield. Aan de overkant van het meer werd
de boot aan een boompje vastgebonden.
Het was een fijn plekje, ze konden heer
lijk in de schaduw van de boom liggen.
„Poeh," zei Bart, „wat ben ik warm van
het roeien, 'k heb zin om het water in te
duiken." „Eerst eten", zei Wout, „ik ram
mel van de honger." De boterhammen gin
gen als koek naar binnen en de fles limo
nade was in 'n ogenblik leeg. Tot hun ver
rassing vonden ze in de fietstas van Bart
ook nog twee dikke sinaasappels en een
plak chocolade. Die had Barts moeder er
stilletjes ingestopt. Toen alles op was ble
ven ze nog een poosje liggen zonnen, want
Wout zei dat je niet onmiddellijk na het
eten mocht gaan zwemmen. Maar na een
half uurtje doken de jongens in het koele
nat en ze schoten weldra als bruinvissen
door het water.
NOODKRETEN
Toen de jongens genoeg hadden rondge-
ploeterd naar hun zin, klommen ze weer
in de boot, droogden zich af en gingen
lekker in de boot liggen luieren. De zon
was zo warm dat ze haast in slaap suk
kelden. Ineens ging Wout echter rechtop
zitten. „Moet je eens luisteren Bart, ik hoor
roepen". Bart kwam ook overeind en ze
keken over 't meer. Inderdaad, een heel
eind verder tegen een rietkraag lag ook
een roeiboot en in die boot zaten twee
mensen. Een meisje en een jongen. Ze
zwaaiden met de armen en de jongens
hoorden ze duidelijk roepen. „Daar moeten
we heen," zei Wout, „die mensen verke
ren vast in nood, ze kunnen wel aan de
grond zitten of de boot kan lek zijn, voor
uit Bart, we gaan die schipbreukelingen
even redden." In de zwembroek gingen de
jongens aan de riemen zitten en met for
se slagen roeiden ze in de richting van de
boot .Al gauw waren ze er en ze voeren
„langszij". „Wat is er aan de hand?" vroeg
Wout. „O," zei de jongen, „we zijn hier
samen naar toe geroeid en we wilden hier
even uitrusten. Ik ging overboord hangen
om te voelen of het water nog koud was
en toen is me zo maar de bril van de neus
gevallen. Die bril heb ik verleden week
pas nieuw gekregen en nu ligt het ding
op de bodem van het meer. We kunnen
niet zwemmen en het is hier te diep om
te staan. We zagen jullie zwemmen, zou
den jullie eens willen proberen de bril
NIEUWE RAADSELS
Voor ouderen.
I. 't Zijn appels om te eten,
Ze groeien niet aan bomen.
Wie zou er kunnen zeggen,
Vanwaar die appels komen?
II. Waar kan men om middernacht
twaalf uur onderwijzers zien?
III. Verborgen lekkernijen:
1. Geef me dat pakje hydrophilegaas
eens aan.
2. Heb je Meta Artis al laten zien?
3. Je kunt nogal goed opschieten met
Frits.
4. Bello af! Likken mag je niet.
5. De koe kwam langzaam naar me
toe.
Voor jongeren.
I. Wanneer kun je water in een zeef
dragen?
II. Ik weet hoe ik heet,
Maar meer weet ik niet;
Ik roep steeds mijn naam
En zing nooit een lied.
Toch hoort men dat graag,
Want vrolijk en blij,
Komt men in het bos
En luistert naar mij.
Hoe heet ik?
III. Van deze 12 lettergrepen kunnen
vier beroepen worden gemaakt. Pro
beer eens of jullie ze kunnen vinden.
Man, win, ter, on, ke, wij, dok, mer,
zer, tim, der, lier.
Voor het verpakken van geneesmiddelen kunnen
wij nog enkele
plaatsen.
Gunstige arbeidsvoorwaarden.
Prettige werkkring.
Aanmelden bij de portier van
Parallelweg 50 Veenendaal.
GEVRAAGD voor spoedige indiensttreding
LEEFTIJD 20-25 JAAR
Goed loon met mogelijkheden voor geheel zelfstan
dige positie.
Stationsweg 353, Scherpenzeel (Gld.)
Vijf lieve, kleine meisjes
Die trokken er op uit,
Ze fietsten naar de grote hei
Met brood en snoep en fruit.
Ze fietsten netjes twee aan twee,
Eén kwam er achteraan,
Die vond dat helemaal niet leuk
En z' is naar huis gegaan.
Vier lieve, kleine meisjes
Die fietsten samen voort,
Toen heeft een spijker op de weg
Zich in een band geboord.
Natuurlijk was de fietsband lek,
Sip bleef het meisje staan,
En met haar fietsje aan de hand,
Is ze naar huis gegaan.
Drie lieve, kleine meisjes
Die wisten niet de weg,
Twee wilden langs een korenveld,
Eén wilde langs een heg.
Zij is toen langs de heg gegaan
Maar ach, ze was abuis,
Want na een uurtje fietsen,
Kwam zij weer bij haar huis.
Twee lieve, kleine meisjes
Die fietsten langzaam door,
Eén wilde rusten aan de weg
Ze kregen ruzie hoor!
Toen zijn ze uit elkaar gegaan
En weg was hun plezier,
Het was zo ver nog naar de hei
Vast nog wel drie kwartier.
Toen zijn die beide meiskes
Ook maar naar huis gegaan,
Zo'n lange fietstocht maken
Dat was toch niets gedaan
Vijf lieve, kleine meisjes,
Ging het in huis vervelen.
Ze kwamen gauw weer bij elkaar
En gingen slagbal spelen.
boven water te halen?" „Nu", zei Wout,
„we willen ons best doen, maar het meer
is groot en de bril is maar klein en dan
die weke veenbodem, waar is het precies
gebeurd?" „Hier," zei het meisje, Jan keek
hier over boord en we zijn precies op de
zelfde plek blijven liggen, daarom durf
den we ook niet wegroeien en zijn we
maar gaan schreeuwen."
DUIKERS
„Daar gaan we dan", zeiden Wout en
Bart en voorzichtig lieten ze zich uit de
roeiboot zakken, om het water niet troe
bel te maken. De beide jongens doken
naar de bodem met open ogen, in de hoop
dat ze de bril zagen liggen, maar ze zagen
niets en daarom tastten ze de bodem af in
de hoop de bril te pakken te krijgen.
Hijgend kwamen ze boven, maar ze had
den geen bril. „Dat wordt niets Jan", zei
het meisje tegen haar metgezel, „die bril
kun je wel gedag zeggen, dat is een dure
Pinkstermaandag geworden." Jan zei niets
die tuurde maar in het troebel geworden
water. „Nog maar een keer", zei Bart. En
zo doken de jongens telkenls naar de bo
dem, maar als ze boven kwamen, hadden
ze wat blad van waterplanten in de vin
gers, maar geen bril. „Laten we maar op
houden," zei het meisje, „jullie hebben je
best gedaan, die bril is weg". Wout en
Bart hadden ook niet veel hoop meer de
bril te vinden. Toen zei Bart: ,v,ertel nu
nog eens waar u stond, toen de bril van
uw neus viel." „Nou," zei Jan, „ik stond
hier vlak bij dat zwaard dat aan de boot
hangt, want je kunt met deze boot ook
zeilen. Ik voelde met mijn hand in het
water en weg was mijn bril en toen zag ik
haast niets meer, want ik zie niks zonder
bril."
En toen begon Bart te lachen. „Kijk
eens," zei hij, „we hebben, ons druk ge
maakt voor niks, wat hangt daar aan het
touw van het zwaard?" Ja hoor, daar hing
de bril aan het touw en niemand had dat
gezien. Bart pakte de bril en Jan zette het
ding meteen op zijn neus. „Fijn," zei hij,
„ik zie alles weer en vanavond geen ge
mopper omdat ik die dure fok verspeeld
heb en we hebben het aan jullie te dan
ken, want als we weggeroeid waren, was
de bril van het touw gegleden!; jongens
hartelijk bedankt! We roeien naar Leen
hoven en ik tracteer." Dat was een mee
vallertje voor de jongens. Ze keerden naar
het dorp terug en in het grootste hotel
van Leenhoven tracteerde de gelukkige
eigenaar van de bril op een portie ijs met
slagroom, zoals ze nog nooit van hun le
ven gehad hadden. Toen namen ze harte
lijk afscheid, maar Wout zei nog: „Als er
weer eens wat te duiken valt, houden we
ons aanbevolen." „Maar niet naar mijn
bril", antwoordde Jan en hij voelde nog
gauw even of het ding nu stevig op zijn
neus stond.
Huismoeders zoekt nu Uw voordeel
MAGERE PAARDELAPPEN
1.55 per 500 gram
BIEFSTUK 2.50 per 500 gram
Elke dag PAARDE- EN SCHAPEVLEES
vanaf 1 .25 per 500 gram
DINSDAG GEHAKTDAG
per 500 gram 99 cent
Valleistr. 23 - Tel. 3373 - Veenendaal
Patrim.laan 55 - Tel. 3520
VEENENDAAL
met auto's zijn wij speciaal
ingericht
4-8 persoons auto's
disponibel
N.V. v/h Fa. Wed.
Kerke wijk 91, Telef. 2845
Wanneer u de goede hoe
danigheden van uw arti
kelen onder de aandacht
van het kopend publiek
wilt brengen.
Daarvoor staat ,De Vallei'
te uwer beschikking. Dit
nieuwsblad wordt, doordat
het plaatselijk en regionaal
nieuws brengt, niet ge
lezen, maar „gespeld"
van A tot Z. In die sfeer
genieten ook uw adver
tenties een bijzondere be
langstelling. De resultaten
bewijzen dat. Adverteert
dus in De Vallei. Het blad
met verreweg de grootste
oplaag voor de omgeving.
(bestaande uit: hamkaas, biefworst en boterhamworst)
(soort naar keuze)
Bij 1 rol Rang en 1 chocoladereep
SAMEN VOOR 39 CENT
Bij 1 drielingpak SUNIL
500 gr. jonge graskaas 109 cent
500 gr. pikante belegen v. v. 138 cent
Bij 100 gram chocolaatjes (de
Heer) 65 cent:
van 65 VOOR HALVE PRIJS
Bij 4 pakjes
behalve 20 VIVO wapentjes
nog
Bij 2 pakjes
(soort naar keuze)
BOVENSTAANDE AANBIEDINGEN ZIJN GELDIG TOT EN MET A.S. ZATERDAG
Nadat het bloedgroepenonderzoek bij de mens en bij verschillende diersoorten
meer algemene toepassing en ook belangstelling is gaan krijgen, zijn de organi
saties op het gebied van de paardenfokkerij en ook verschillende individuele
paardenfokkers zich gaan afvragen of deze bloedgroepen ook voor hen van be
tekenis kunnen zijn.
Om op deze vraag een bevredigend antwoord te kunnen geven dient eerst te
worden nagegaan waarvoor dit onderzoek bij de mens en verschillende dier
soorten wordt toegepast. We zien dan dat het bloedgroepenonderzoek bij de
mens in het beginstadium alleen werd toegepast als hulpmiddel om na te gaan
welk bloed wèl en welk niét kon worden gebruikt bij een bloedtransfusie bij
mensen, die een ernstig bloedverlies hadden geleden.
Doordat het bloedgroepenonderzoek, al
thans aanvankelijk, vrijwel alleen door ge
neeskundigen werd verricht is het zeer
begrijpelijk dat bij het nagaan van de oor
zaken van verschillende ziekten ook de
bloedgroepen in bepaalde gevallen als mo
gelijke veroorzakers in de beschouwingen
werden opgenomen. Omstreeks 1940 werd
daardoor ontdekt dat de oorzaak van een
ziekte bij pasgeboren babies, gepaard ging,
met verschijnselen van een te sterke
bloedafbraak en waarbij deze kinderen
binnen een paar dagen aan bloedarmoede
sterven, was terug te voeren tot het niet
bij elkaar passen van de bloedgroepen van
de ouders. Nadat de oorzaken en verschijn
selen, die tot dit zg. „Rhesus syndroom"
behoren voldoende waren onderzocht, is
het mogelijk geworden om door doeltref
fende behandeling van de moeder tijdens
de zwangerschap en desgewenst ook nog
van de baby na de geboorte dergelijke kin
deren in de meeste gevallen het leven te
redden.
Bij de verdere bestudering van de bloed
groepen is gebleken, dat het voorkomen
ervan erfelijk bepaald is en dat dus elke
bloedgroep, die bij een individu wordt
wezig moet zijn. Door deze eigenschap zijn
gevonden, ook bij één of beide ouders aan-
de bloedgroepen bij de mens en ook bij
verschillende diersoorten van onmisbare
betekenis geworden om de afstamming in
gevallen van twijfel te controleren.
Naast deze belangrijke gegevens voor de
praktische geneeskunde, de rechtspraak en
de controle van de afstamming kunnen de
bloedgroepen ook waardevolle bijdragen
leveren bij de verdieping van de inzichten
in de natuurwetenschappen. De structuur
en eigenschappen van de bloedgroepen, de
wijze waarop ze worden overgeërfd en de
overeenkomsten en verschillen van de
bloedgroepen bij verschillende diersoorten
en ook binnen de diersoorten hebben per
spectieven geopend op verscheidene ter
reinen van wetenschappelijk onderzoek,
waardoor het mogelijk is verder te komen
in de kennis van de rijkdom der natuur.
Als we ons op dit terrein beperken tot
de praktische fokkerij van landbouwhuis
dieren, dan zien we dat thans reeds bij
kippen en bij runderen onderzoekingen
worden gedaan met het doel na te gaan of
er een samenhang bestaat tussen het voor
komen van bepaalde bloedgroepen en fac
toren die voor de praktische fokkerij van
betekenis worden geacht.
PUNT VAN OVERWEGING
Wanneer we nagaan of de bloedgroepen
ook voor de paardefokkerij van betekenis
kunnen zijn, dan dienen we ons in de eer
ste plaats af te vragen of er problemen
zijn die althans de moeite van het bekijken
waard zijn. Zoals reeds gezegd, is in de
kringen van de paardenfokkerij de belang
stelling voor het bloedgroepenonderzoek
zeer zeker gewekt. De toepassing van dit
onderzoek bij de rundveefokkerij zal daar
aan stellig hebben meegewerkt. Vooral bij
de paardenstamboeken is de vraag naar
voor gekomen of het paarden niet mogelijk
is om een afstamming in geval van twijfel
met behulp van de bloedgroepen te con
troleren. Hoewel het zeer wel mogelijk is
hierover verder uit te weiden, moet in
deze gezondheidskalender volstaan worden
met de mededeling dat de mogelijkheden
op dit gebied nog steeds een punt van
overweging vormen.
Voor wat meer de gezondheid van de
paarden betreft, blijkt evenwel dat ook
bij de paarden de bloedgroepen een rol
kunnen spelen. Uit de literatuur is reeds
enige tientallen jaren bekend, dat ziekten,
die in hun verschijnselen overeenkomen
met die van het Rhesus syndroom bij de
mens, ook bij paarden en varkens zijn
vastgesteld. Bij nader onderzoek van de
veulens en hun ouders is gebleken, dat
ook hier sprake was van het niet bij elkaar
passen van de bloedgroepen van hengst en
merrie. In deze gevallen worden de veu
lens in de regel normaal en levenskrach
tig geboren. Ongeveer twaalf uur na de
geboorte worden de eerste ziekteverschijn
selen waargenomen, die bestaan uit: suf
heid, slapte onregelmatig en onvoldoende
drinken. Op de tweede en derde dag gaan
de slijmvliezen zich geel kleuren en krijgt
ook de urine een te donkere, op het laatst
zelfs geelbruine tint. Meestal sterven de
veulens binnen vier dagen. Onderzoekin
gen in Engelse en Amerikaanse laboratoria
hebben aangetoond dat in deze gevallen de
hengst een bloedgroep bezat, die bij de
merrie niet voorkwam en die de vrucht
wel van vader had meegekregen. De moe
der draagt daardoor een vrucht met een
bloedgroep die zijzelf niet bezit. Wanneer
er in een dergelijk geval een verwonding
in de vruchtvliezen ontstaat tijdens de
dracht, dan komt het bloed van de vrucht
en daarmee ook de voor haar vreemde
bloedgroep, in de vreemde bloedcirculatie
van de moeder.
Het lichaam van de moeder tracht zich
van deze substanties te ontdoen door anti
lichamen te vormen, die deze bloedgroep
kunnen binden, waardoor hij zonder het
lichaam verder te prikkelen verwijderd
kan worden. Deze anti-lichamen tasten
echter niet alleen de bloedgroep zelf maar
ook de rode bloedcellen waaraan de groe
pen gebonden zijn aan.
Wanneer deze anti-lichamen, die dus ge
richt zijn tegen de bloedgroep van het
veulen, het lichaam van dit veulen kun
nen binnendringen dan treedt er dus een
afbraak van bloed bij dit veulen op, die
een sufheid en lusteloosheid en op den
duur de door tot gevolg hebben.
Gelukkig zijn in dit opzicht de paar
den in zoverre bevoordeeld bij de mensen
dat de anti-lichamen bij paarden niet, al
thans voor zover bekend, door de vrucht
vliezen heen de vrucht kunnen bereiken.
De veulens worden daardoor wel nor
maal geboren. Wel worden die anti-licha
men echter in hoge concentratie door de
biest afgescheiden en daardoor kunnen ze
dan ook via het maag-darmstelsel van het
veulen het lichaam binnendringen om de
rode bloedcellen te gaan afbreken.
KANS OP REDDING
De ervaringen in het buitenland hebben
geleerd, dat het leven van dergelijke veu
lens in de regel kan worden gered als ze
maar zo gauw mogelijk nadat de eerste
verschijnselen zijn geconstateerd bij een
andere merrie, die nog biest in haar uier
heeft, worden gezoogd. Als de moeder ge
durende 24 tot 36 uur regelmatig met de
hand is leeg gemolken, dan is in die tijd
de concentratie van de anti-lichamen in de
biest wel zover gedaald, dat het veulen
verder zonder schadelijke gevolgen weer
bij haar eigen moeder kan drinken.
In enkele ernstige gevallen zijn ook bij
het paard reeds exsanguinaties toegepast,
die er op neerkomen, dat het bloed van de
vrucht, dat reeds voor een groot deel is
afgebroken en dat bovendien vol zit met
ongewenste anti-lichamen uit het lichaam
van het veulen wordt weggezogen, terwijl
gelijktijdig bloed van een gezond paard
(niet van de moeder!) wordt toegevoerd.
Uit de berichten, die vorige jaren reeds,
maar vooral ook dit laatste voorjaar bij
het laboratorium voor bloedgroepenonder
zoek zijn binnengekomen is wel gebleken
dat deze zg. incompatabiliteit van bloed
groepen bij paarden in Nederland stellig
ook een rol speelt. Hoe groot de omvang
van de nadelige gevolgen in ons land is
en of de oorzaken ook hier voor een ge
deelte kunnen worden toegeschreven aan
het niet bij elkaar passen van verwante
dieren kan uit deze incidentele berichtge
vingen niet worden afgeleid. Wellicht zou
een enquete op dit gebied een antwoord
kunnen geven op de vraag of het niet ge
wenst is dat in ons land aan deze zaak
meer aandacht wordt besteed.
Voorlopig staan ons hier helaas geen
verdere middelen ter beschikking om een
diagnose van deze ziekte met voldoende
betrouwbaarheid in een laboratoium te be
vestigen of om verdergaande adviezen te
verstrekken.
Ondanks uitgebreide veiligheids
maatregelen voor de steeds gro
ter wordende Jumbo's in Ouwe
hands Dierenpark en de aanwe
zigheid van grote waarschuwings
borden, halen de olifanten nog
steeds kwajongensstreken uit.
Zondagmiddag had een bezoeker
er geen erg in, dat zijn wandel
wagentje, dat overigens gelukkig
leeg was, plotseling aan de haal
ging in de richting van het oli-
fantenverblijf. Met één slurf-
greep was het karretje binnen
de ringmuur en onder het oog
van de eigenaar danste de dik
huid zolang op het vehikel, dat er
een wrak met als het ware vier
kante wielen was overgebleven.
De man verklaarde het een hele
belevenis te hebben gevonden en
hy had er inderdaad uitbundig
bij staan schateren. Uiteraard de
olifant ook, maar het had de be
zoeker geld gekost, hoewel hij
niets vergoed wilde hebben, om
dat het naar hij zei zijn eigen
schuld was. Toch zal de park
directie thans afdoende voorzie
ningen treffen om definitief her
haling te voorkomen.
De vorige week in Ouwehands Die
renpark ondergebrachte zeeprik, die
door een inwoner van Maurik in de
Rijn was gevangen, is nog altijd in pri
ma conditie. Het dier doet zich dage
lijks tegoed aan weiting, waaraan het
zich vakkundig vastzuigt. Hoewel zee-
prikken uiteraard in zout water leven,
brengt het in Ouwehands Dierenpark
ondergebrachte exemplaar de tijd nog
altijd door in zoet water. Het ligt ech
ter in de bedoeling om deze „prik" over
enkele dagen naar zeewater te laten
verhuizen. Tegen de verwachting in is
deze op een aal lijkende vis nog steeds
monter en springlevend. Al menig be
zoeker van het park is een kijkje ko
men nemen naar dit uitzonderlijke
exemplaar uit de wereld van de vissen.
KAASRECLAME-CAMPAGNE IN
GROOT BRITTANIE
De „English-Country Cheese Council"
zal een reclame-campagne voor Engelse
kaas lanceren die tot het eind van het na
jaar zal duren en waarmede een bedrag
van ongeveer 1.300.000 miljoen gemoeid zal
zijn.
Ruim de helft van het te besteden be
drag is bestemd voor televisie-reclame, ten
behoeve waarvan tien commercials (ieder
gewijd aan een verschillende soort kaas)
werden geproduceert. Alle t.v.-stations in
Engeland en Wales zullen worden inge
schakeld waarvoor reeds ruim 200 uitzen
dingen zijn geboekt.
Voorts denkt men in de plaatselijke dag
bladen advertenties te plaatsen (die soms
hele pagina's beslaan) en gebruik te maken
van postreclame, winkeldemonstraties en
aanplakbiljetten.
DOOR WESSEL SMITTER
34
Nog viel er één machinale bewerking
te doen - de gaten te boren. Misschien
zou Gus het wel doen - Jerry's enige
vriend. Dan zetten ze het op een wa
gentje en het ging de band af. De ge
zichten van de mannen waren bleek.
Er werd niet gesproken. De hele rij
aan de band boog zich voorover. Plot
seling klonk een gil. Eenmaal en toen
nog eens weer. Het klonk boven het
lawaai van de werkplaats uit, zoals van
een man, die pijn heeft, heel erg. Het
was Gus. Iedereen liet zijn werk in de
steek en rende naar voren. Ze sprongen
over gereedschappen en machines, om
pilaren en kisten heen. Het was een
wilde vlucht, een opstootje. En daar
stond Gus - we zagen hem. Met ver
wilderde ogen stond hij een eindje van
zijn machine af, wees op het onder
stuk.
„Daar ziet-ie in!" brulde hij. „Daar
zit-ie in, ik kon het niet helpen. Jerry
is er in, zeg ik je! Ik heb hem doodge
maakt!"
Een stuk of vier van ons hielden hem
vast, probeerden hem zijn mond te la
ten houden. De anderen pakten meta
len stangen, elektrische boren en ha
mers en vernielden de machine. In
minder dan geen tijd was het een
ruïne - overal lagen de stukken op de
grond.
De automatische machines stopten,
de montageband natuurlijk ook. Iemand
had alarm gemaakt en twee verplegers
in witte kleren kwamen vlug met een
brancard aanlopen. Er waren zes men
sen voor nodig om hem vast te binden
en toen ze hem vlug door de lange gang
wegreden, vocht hij tegen de riemen,
probeerde op te zitten en brulde: „Ik
kon er niets aan doen! Ik kon er niets
aan doen, ik heb hem doodgemaakt!"
De montage bleef die dag gesloten.
Wij gingen allemaal weg en slopen als
een troep geslagen honden naar huis.
HET CONFLICT IS ER
Die avond zaten we na het eten bij
elkaar. Buiten regende het en we had
den de kachel aan. Russ was diep ter
neergeslagen en stil en ik was Rita aan
het vertellen, hoe het die dag op de fa
briek geweest was - maakte er een
lang verhaal van, vertelde over Jerry,
die zelfmoord gepleegd had en hoe
Gus krankzinnig geworden was; over
het vernielen van de machine zweeg
ik maar, omdat ik dacht, dat het Russ
irriteren zou.
„Die twee kerels, daar heb je me
al eerder over verteld. Ze waren niet
goed snik. Ik begrijp niet, waarom me
neer Holt zulke mensen in de fabriek
laat werken."
„Daar worden ze juist gek van!"
schreeuwde Russ. „Ze zijn geen van al-
Jen goed wijs. Het zijn geen kerels
die aan de band werken, behalve de
neger - en alle blanke mannen aan
de automatische machines hebben ook
iets raars. Ga door", zei hij tegen me,
„ga door - vertel haar wat er vanmid
dag gebeurd is. Vertel haar hoe jij
hebt meegedaan met vernielen van de
machine."
„Jij deed ook mee."
„We deden allemaal mee," schreeuw
de hij, „allemaal, behalvê Jerry. Jerry
is de enige die zijn verstand gebruikte.
Hij maakte er een eind aan. Een beetje
hete lucht en voor hem was alles voor
bij. Hij heeft er niets meer mee te ma
ken. Jij en ik - we moeten morgen
weer terug."
„,Er zal niets anders opzitten?" zei
ze. „We blijven niet altijd kinderen.
Per slot kan je niet je hele leven spij
belen. Maar vertel me eens over het
vernielen van de machine."
„Vertel jij het haar maar," zei Russ.
„Ik doe mijn best het te vergeten."
Toen vertelde ik het haar en pro
beerde het zo aannemelijk mogelijk te
maken. Maar zonder haar te laten voe
len, hoe de opwinding de hele dag
door steeds groter geworden was, kun
je haar bijna niet aan het verstand
brengen, dat het werkelijk zo gegaan
was, zodat ik niet weet, of ze het ge
loofde of niet. Zoals ik het haar op
diste, klonk het idioot.
„Wat raar," zei ze toen ik klaar was.
„Waarom hebben ze geen licht geno
men en in de machine gekeken?"
„Het zou niet nodig geweest zijn",
zei ik, „als ze maar even nagedacht
hadden, hun verstand gebruikt had
den. Ten eerste kon er onmogelijk een
man in die machine en ten tweede, wie
zou het gewild hebben?" Waarom pro
beer je het haar niet uit te leggen", zei
Russ en deed nijdig. „Waarom doe je
ook nog alsof wij erbij dachten. We
wisten geen van allen wat we deden.
Een volgende keer hakken we mis
schien iemand in stukken. Ik kan er
wat van krijgen."
„Maar Rita wilde het niet ernstig
opnemen. Ze stond op, wandelde om
de kachel en ging op zijn schoot zitten.
„Arme, ouwe Russ", zei ze, „hij is
vanavond neerslachtig. Hij heeft de
bibberatie en hij is zo down
„Laat me met rust", zei hij, „sta op."
„Nee, dat wil ik niet", zei ze. „Ik
blijf op je schoot zitten. Daar heb ik
toch wel het recht toe, als ik er lust in
heb!"
Ze speelde met zijn boord, deed het
knoopje los en probeerde het weer dicht
te krijgen.
„Kern mee naar bed, Russ", zei ze.
„Vergeet de fabriek voor' vanavond."
„Hoe op", zei hij, „je knijpt me."
„Maar ik heb nu eenmaal zin om je
te wriemelen", zei ze.
Ik stond op. „Wel", zei ik, „ik moet
wat drinken en ga dan naar mijn ka
mer. Ik moet nog een brief schrijven."
Ik ging naar de gootsteen en liet het
water even lopen. Zij zei nog wat en hij
ook. Zijn woorden klonken scherp. Ze
antwoordde weer. Hij stond vlug op,
gaf haar een duw en ze rolde half en
viel half op de grond. Toen stond ze
weer op en gaf hem een gevoelige slag
op zijn wang, kwam weer op hem af,
maar hij pakte haar bij de pols en
duwde haar van zich af. Ze was door
het dolle heen. Ze nam de pook, zwaai
de hem door de lucht, miste, gooide
ermee en raakte hem in zijn gezicht.
Weer probeerde ze hem te pakken, maar
hij hield haar vast. Haar arm was als
in een schroef geklemd.
„Begrijp je het nou", zei hij, „ik wil
niet naar bed. Snap je 't?" Uit zijn lip
kwam een straaltje bloed.
„Je bent een vent van niks", schreeuw
de ze tegen hem, „je bent geen echte
man. Je bent impotent, impotent, im
potent! Begrijp je het? Dat betekent
dat je nergens voor deugt, Russ, ner
gens voor!"
Een paar tellen keken ze elkaar
recht aan, met witte gezichten. Haar
ogen schitterden. Toen duwde hij haar
de halve kamer door, nam zijn jas en
ging de deur uit. Ze plofte op een stoel
neer, liet haar hoofd op haar armen op
de tafel vallen; ze huilde.
Ik ging naar de tafel toe. Ze tilde
haar hoofd op en bette haar ogen met
haar schort.
(Wordt vervolgd)