DE VALLEI
UW SLEUTEL VOOR EEN VEILIGE TOEKOMST
Prettig werken, goed verdienen...
en extra uitkeringen...
Mannelijk personeel
Voor de Jeugd
Daarom voorkeur.1
Kom eens met ons praten! Wij geven U gaarne nadere inlichtingen. U kunt iedere werkdag van 9 tot 12 uur v.m. en
iedere dinsdagavond van half zeven tot half acht bij de personeelafdelingen van de fabrieken terecht t.w.
on]iicten om aria.
Het avontuur met de
olifant
FEUILLETON
Aan wie wordt de kans geboden?
in de leeftijd van 18-45 jaar.
Verschijnt als bijlage van
het streekblad „De Vallei"
onder redactie v. tante Jos
Correspondentie te richten
aan tante Jos, per adres:
Parallelweg 10 Veenendaal
ONZE JARIGE NEVEN EN NICHTEN
2 sept. Jan Budding
3 Jan van Ravenswaay
3 Rudi van Manen
4 Eef van Heemsbergen
4 Grada Kleijer
5 Klaas van de Heuvel
5 Gert Klumpenaar
6 Paul Ravenswaay
6 Rob Havinga
7 Nico Diepeveen
7 Leni van de Bos
7 Emiel van Leeuwen
Allemaal gefeliciteerd.
OPLOSSING RAADSELS
I. eergisteren, gisteren, heden, mor
gen, overmorgen.
II. Dedemsvaart - Harlingen - Val
kenburg - Spakenburg - Bloemen-
daal - Veenhuizen.
III. Veel varkens maken de spoeling
dun.
I. Anders zou het geen big meer zijn.
II. rijst - brood - vet - meel - melk -
kaas.
III. haas - haak - raak.
NIEUWE RAADSELS
Voor ouderen:
I. x - - -
x - - - - -
x - - - - -
X - - -
X - - -
X - - - -
x - - - -
le rij plaats aan de Middel. Zee
2e eiland bij de Noordpoolcirkel
3e plaats in Italië
4e rivier in Spanje
5e plaats in België
6e plaats in West-Duitsland
7e plaats in België
Op de kruisjeslijn komt de naam
van een plaats in Gelderland.
II. Weet je het, of weet je 't niet?
Wat voor oor brengt maar verdriet?
Wat voor oor doet niets dan zeuren?
Wat voor oor doet niets dan treuren?
Wat voor oor is niet een deel
Van een mens, maar mens geheel?
III. Ik ben een vis. Mijn derde letter
is een a. Zet daar nog een a achter
en ik ben een nuttig gebruiksvoor
werp.
Voor jongeren:
I. Wat kun jij, wat je vader niet kan?
II. x - -
X - - -
X - - -
X - - -
X - -
X - -
le rij staat in je rekenboek
2e 't 10de deel van 'n dubbeltje
3e heeft ijzeren tanden
4e dikke, gele vloeistof
5e tegenovergestelde van jong
6e woonde in Sodom
Op de kruisjeslijn komt de naam
van een gebouw waar jullie vast
allemaal weer naar toe gaan.
III. Met b ben ik niet goed gemutst;
met r ben ik een mooie bloem; met
v ben ik niet lekker; met d kun je
iets in me bergen en met t ben ik
een meisjesnaam.
Toen oom Gerard, die vele jaren in
Afrika had door gebracht, met verlof
in Nederland was, bracht hij ook een
bezoek aan de familie Overmars. Vader
Overmars was zijn broer en vader en
moeder, Bas, Flip en Conny, de drie
kinderen, vonden het prettig, na zoveel
jaren oom Gerard in goede gezondheid
terug te zien. 's Avonds zat men dan
ook gezellig bij elkaar en er werd heel
wat gepraat. Dat was natuurlijk wel
leuk, maar de jongens wilden zo graag
eens horen of oom Gerard in Afrika
ook wel eens avonturen beleefd had
met leeuwen en olifanten of andere
wilde dieren, die zoveel in Afrika voor
komen.
Tegen 10 uur had moeder al eens op
de klok gekeken, want het werd bed
tijd voor de jongens, Conny lag er al
een uur in. Maar de jongens hadden
nog helemaal niets gehoord over avon
turen van oom Gerard en Bas trok de
stoute schoenen aan. „Oom, we moeten
naar bed, maar u moet ons toch eens
vertellen of u wel eens een echte leeuw
of een olifant in de wildernis hebt ge
zien." Oom Gerard begon te lachen.
„Kijk eens Bas", zei hij, „ik heb altijd
in een grote stad in Afrika gewoond
en in de buurt van die stad waren hele
maal geen wilde dieren meer." „Hebt u
dan nooit wat beleefd", vroeg Flip. „Ja"
antwoordde oom, „ik heb één keer wat
beleefd en dat wil ik dan wel vertellen,
voor jullie naar bed gaan."
„Fijn oom", zeiden de jongens.
MET VAKANTIE
„Twee jaar geleden", zo begon oom,
„hebben je tante en ik eens drie weken
vakantie genomen en we besloten de
tent mee te nemen en eens een heel
eind de wildernis in te rijden. Er waren
verschillende vakantiekampen waar we
zonder gevaar konden kamperen. We
hebben toen een heel fijne vakantie ge
had en tijdens die vakantie hebben we
een avontuur beleefd met een olifant.
Op een prachtige dag besloten tante
Riet en ik eens een heel lange tocht te
maken. Het had de laatste dagen nogal
geregend, zodat we steeds in het kamp
moesten blijven, maar die dag straalde
de zon weer aan een wolkenloze hemel
en het zou wel warm worden.
's Morgens, toen het net licht was,
reden we met de auto het vakantie
kamp uit en na enige uren rijden had
den we de wildernis bereikt. We zagen
prachtige kudden herten en opeens sta
ken twee leeuwen, vlak voor onze auto
de weg over. Dat is helemaal niet ge
vaarlijk, als je maar in de auto blijft
zitten.
Het was allemaal wel goed gegaan,
als ik maar op de autoweg gebleven
was, maar we besloten een zijweg in te
slaan. Die weg was heel smal en hoe
verder we kwamen, hoe slechter die
weg werd. Het waren allemaal kuilen
en gaten, die vol water stonden en de
wielen van de auto zakten soms een
heel eind in de modder weg. De weg
was zo smal, dat ik niet kon draaien
en daarom moesten we doorrijden om
weer een autoweg te bereiken, die op
onze kaart was aangegeven.
DE AUTO STOPTE
We reden vele uren over de modder
weg en je tante en ik vonden het hele
maal niet leuk meer. De zon brandde
op onze auto en we waren nog een
verschrikkelijk eind van het vakantie
kamp af. We schoten ook niet op, want
telkens bleef onze auto in de modder
steken. Dan sloeg de motor af en tel
kens moest ik weer starten en na veel
moeite kwamen we dan weer vooruit.
Er was van alles te zien in die wilder
nis, maar ik moest al mijn aandacht bij
smalle weg af te raken, zodat ik niets
het sturen houden, om niet van de
van de mooie natuur zag. Het was al
laat in de middag toen we over een
stuk weg reden dat verschrikkelijk
slecht was. De wagen hobbelde door de
kuilen en gaten en ineens voelden we
een hevige schok. De beide achterwielen
van onze wagen waren in een diepe
kuil terecht gekomen. Ik probeerde er
uit te komen, maar het gaf allemaal
niets, de auto zat zo vast als een muur.
En daar stonden we toen, uren van het
kamp, in de eenzame wildernis en over
enkele uren zou de duisternis invallen
en dan zouden we het nog veel moei
lijker krijgen met die slechte weg.
Tante Riet was helemaal overstuur
IVOROL tandpasta geeft
behoud van een gaaf gebit
en ze vond dat we niet van de autoweg
af hadden moeten gaan. Daar had ze
ook gelijk in, het was dom geweest.
Je tante en ik gingen de auto uit en
we probeerden de wagen uit de kuilen
te duwen, maar daar waren we niet
sterk genoeg voor. Meteen vlogen we
weer in de auto, want uit het dichte
struikgewas klonk ineens het gebrul
van een leeuw. We keken elkaar eens
aan, want een leuk vakantie tochtje
was dit toch echt niet meer.
Als er niet toevallig een auto langs
kwam die ons kon helpen, zouden we
de hele nacht in de wagen moeten blij
ven zitten en in deze wildernis was
maar zelden een auto te ontdekken.
Gelukkig hadden we nog wat eten en
drinken bij ons. Wel een uur hebben
we zitten te beraadslagen wat we toch
moesten doen. Telkens probeerde ik de
auto uit de kuil te trekken, maar de
motor was er niet sterk genoeg voor en
de wielen draaiden maar steeds door
in de modder. We zouden beslist de
nacht in de auto moeten doorbrengen.
Als we die avond niet in het kamp te
rug kwamen zou men ons wel missen
en op zoek gaan, maar het zou niet
meevallen een auto in die uitgestrekte
wildernis te vinden.
Je tante is ook nog een beetje bang
in het donker en ze werd al bleek als
ze er aan dacht de hele nacht in de
auto te moeten zitten met al die wilde
dieren in de buurt. Ik zelf vond het
ook wel een beetje griezelig.
ONVERWACHTE HULP
En toen keek je tante ineens door
de achterruit en ze gaf een verschrik
kelijke gil. „O, kijk daar eens?" Ik
keek ook achterom en ik zag midden
op de smalle weg een grote olifant
staan. En die olifant keek lang niet
vriendelijk. Het beest kon niet verder,
doordat wij de hele weg versperden
met de auto. De olifant had wel door
het struikgewas kunnen gaan, maar
daar had de kolos blijkbaar geen zin
in. Heel langzaam kwam hij naar onze
auto toe.
Je tante deed de handen voor de ogen
van narigheid en ik voelde me ook niet
erg lekker. Wie weet wat zo'n beest
met de auto deed. Ineens voelden we
een schok. De olifant was met zijn kop
tegen de achterkant van de auto ge
komen. Tante Riet gilde, maar ik voelde
dat er beweging kwam in onze wagen.
Jumbo wilde ruim baan hebben en hij
begon met Zijn kop tegen te auto te
duwen.
En wat je tante en ik en de motor
niet konden bereiken, dat knapte de
dikhuid alleen op. Met een fikse duw
kwam de auto uit de kuilen. „We zijn
los", schreeuwde ik blij. Ik startte de
motor en daar schrok de olifant zo van,
dat hij verschrikt achteruit week. Maar
wij konden weer rijden. En daar gingen
we. Ik keek gauw nog even achterom
en ik zag de olifant met de slurf in de
lucht staan. Hij was woedend, maar hij
achtervolgde ons gelukkig niet. Wat
waren tante en ik blij, dat de olifant
ons geholpen had. De weg bleef wel
modderig, maar de kuilen werden min
der en net toen het vrij donker werd,
hadden we de autoweg weer bereikt
en toen ging het snel op het kamp aan.
Het was al heel laat toen we aan
kwamen en de mensen in het kamp
waren al een beetje ongerust. Ons
avontuur was echter goed afgelopen,
dank zij de hulp van die olifant. We
zijn later wel eens weer met vakantie
gegaan, maar je tante wilde nooit ver
de wildernis meer in, die had er schoon
genoeg van.
En jongens, dit is het enige avontuur
dat ik met de wilde beesten van Afrika
beleefd heb." Oom Gerard zweeg. De
jongens hadden het verhaal prachtig
gevonden, maar nu moesten ze naar
bed. „Droom maar gezellig van olifan
ten en leeuwen," zei oom Gerard la
chend. „Welterusten jongens!"
DEAKU
Een gemeenschap van mensen, die weten
dat zij door hun werk bij de AKU een goed
en veilig leven kunnen leiden.
De een spant zich in om promotie te maken
en de AKU geeft hem de kans. De ander wil
zich in de avonduren verder ontwikkelen
en de AKU helpt hem studeren.
Zo zijn er honderden voorbeelden te noemen
van mensen, die bij de AKU de kans
krijgen om in het leven vooruit te komen.
Want door te werken voor de AKU, werkt
de AKU óók voor hen!
Er is plaats voor U bij onze bedrijven
De AKU biedt U daartoe de kans. De sfeer in onze bedrijven is
prima. Goede onderlinge verhoudingen en een personeelsbeleid, dat
met de belangen van iedere werknemer zoveel mogelijk rekening
houdt, staan daar borg voor.
En of er goed verdiend wordt? Vraag dat maar eens aan een van de
duizenden werknemers die jarenlang in dienst van de AKU zijn!
Wat krijgt U voor werk?
Produktiearbeid in 3 of 4 ploegendienst.
Wat kunt U daarmee verdienen?
a. een basisuurloon naar functie en leeftijd
b. een premie naar prestatie
c. een toelage voor het werken in ploegendiensten variërend van
6V2 tot 14 uurlonen (basisloon 1- premie) gemiddeld per week.
Alle loonvoorwaarden volgens een eigen C.A.O., waarvan ieder een
exemplaar ontvangt.
Een ruime vakantietoeslag (100 uren loon). Een welkome Kerst
gratificatie (50 uren loon). Een jaarlijkse uitkering (dit jaar 2 weken
loon!) afhankelijk van de winst van de nederlandse bedrijven.
Daardoor is de AKU niet zo maar een bedrijf, maar in feite Uw bedrijf,
want U profiteert mee van de vooruitgang.
Een greep uit onze andere gunstige arbeidsvoorwaarden.
Ook voor U kunnen o.a. de volgende voorzieningen gelden
gratis eerste werkkleding (later tegen gereduceerde prijzen)
gratis vervoer over bepaalde afstanden met eigen bussen.
Aanvankelijk 15 dagen vakantie per jaar. Bij langer dienstverband méér.
Een jeugdspaarregeling (de AKU verhoogt de jaarlijkse spaargelden
met 50
Er zijn promotiekansen.
Voor het vervullen van hogere functies zoekt de AKU het eerst
onder eigen personeel, zodat U bij gebleken geschiktheid voor
promotie in aanmerking kunt komen.
Er wordt uitstekend gezorgd voor Uw oude dag.
Bij ons eigen pensioenfonds krijgt U tegen een lage premie
a. een belangrijke aanvulling op AOW
b. een uitstekende weduwe- en wezenvoorziening, niet gebonden
aan diensttijd.
fabriek Arnhem Tivolilaan fabriek Arnhem Kleefse Waard Westervoortsedijk fabriek Ede.
Schriftelijke sollicitaties kunnen worden gericht aan: ALGEMENE KUNSTZIJDE UNIE N.V. ARNHEM
19
„Nee, ik weet echt niet waar hij is",
vertelde mevrouw Siewerts. „U weet
misschien dat meneer iedere avond weg
gaat? Hij speelt dun ergens piano, ge
loof ik. Maar waar hij dat doet, weet ik
niet. Kan ik u misschien van dienst
zijn?"
Nee, dat kon niet!
Carla probeerde het hier en daar.
Pas op het vierde adres had zij geluk.
Hij zat, een beetje verscholen, achter de
vleugel te spelen. Hij lette niet op wat
er in de zaak gebeurde. Carla ging aan
een tafeltje in zijn buurt zitten maar
hij merkte het niet. Ze bestelde koffie
en vroeg de ober, de pianist te waar
schuwen dat er iemand voor hem was.
Pas toen zag Wim, dat Carla in de
zaak was. Hij wendde het hoofd ogen
blikkelijk, nadat hun blikken elkaar
hadden gekruist, af. Hij speelde door
om de melodie af te maken. En hij
dacht. „Wat zou ze van me moeten? Is
ze hier toevallig? Hoe weet ze dat ik
hier speel? Hij voelde het in zijn spe
lende vingers trillen. Maar toen hij be
dacht dat over een paar weken de boot
echt zou vertrekken, werd hij rustiger.
Alles was toch onherroepelijk. Hij had
zijn contract getekend en een weg te
rug was er niet. Nadat hij dat rustig
bijzichzelf had vastgesteld, hield hij
met spelen op om naar Carla te gaan.
„Hallo!"
Wim ging aan Carla's tafeltje zitten.
..Dag!"
Wim liet koffie komen en bood Carla
een sigaret aan. De lucifer trilde een
beetje toen hij vuur gaf. Carla zag het
en wonderlijk genoeg gaf het haar eni
ge voldoening. Het was zelfs of ze eruit
kon leren dat dit ogenblik ook Wim be
roerde en dat gaf haar hoop.
„Speel je hier al lang?"
„Nee, een paar weken nog maar."
„Heb je een contract voor een maand
of wat?"
„Zoiets ja!"
Wim hield zich nog erg op de vlakte.
Toen kwam de koffie. En Carla begon.
„We hebben elkaar in een hele poos
niet gezien."
„Nee, dat klopt."
„Ik had het zo druk met m'n studie".
„Dat heb ik begrepen."
„Heb jij elke avond hier piano ge
speeld?"
„Zo ongeveer wel, ja."
Ze begonnen het allebei irritant te
vinden, om zo met elkaar te moeten
praten. Carla ging ietwat zenuwachtig
verder.
„Hoe vindt je dat ik hier ben?"
„Wat bedoel je ermee? Ben je hier
toevallig?"
„Dat weet je wel. Ik ga nooit alleen
uit 's avonds en ik loop zeker niet zon
der een bedoeling een café als dit bin
nen."
„Je hebt me dus opgezocht? Ik hoop
dat dat leuk van je is. Dat er geen bij
zondere bedoeling
Carla liet hem niet uitspreken.
„Waarom doe je toch zo verschrikkelijk
gereserveerd? Je zit me als een vreem
de te behandelen. Je snapt toch wel dat
ik je niet voor niets heb opgezocht? Ik
moet je spreken. Nu, meteen. Kan dat?"
Wim schrok van haar opgewonden
toon.
„Ja dat kan. Wat kan ik voor je doen?
Neem me niet kwalijk ik ben mis
schien een beetje moe."
„Wim, ik heb gehoord.nee, ik be
doelHerman is geslaagd. Ze willen
dat ik me met hem ga verloven. Er is
vanavond bij hem thuis een klein feest
je."
„En moest jij daar dan niet heen?"
Wim vroeg het verwonderd. Hij snapte
het nog niet. Het leek wel of hij inner
lijk volledig afstand van haar had ge
daan.
„Je natuurlijk moest ik erheen. En
ik ga straks ook!"
Carla zei het bijna dreigend.
„Vindt je het prettig?"
Carla had moeite om zich te bedwin
gen.
„Wim, waarom denk je dat ik hier
ben? Waarom doe je zo? Waarom ga je
over een paar weken weg, voogoed? En
waarom heb je mij nooit iets verteld?
je wist toch
Nu huilde Carla. En plotseling be
greep Wim dat Carla alleen van hém
hield, dat ze helomaal niet met Harman
wilde verloven en dat ze bij hem was
gekomen om het dat te zeggen. En hij,
Wim, wou weg, naar Zuid-Afrika! En
daar was nog niet eens wat aan te doen.
In een oogwenk overzag hij hoe pijn
lijk zijn situatie was. En voelde hij hoe
veel hij van Carla hield. Hij had haar
zo wel in zijn armen willen nemen. De
omgeving hield hem ervan terug.
„Ikik.... ik wist het niet, dat het
bij jou toch niet alleen maar vriend
schap zonder meer was."
Meer wist Wim niet te zeggen en dat
stotterde hij nog. Hel bleef een poosje
stil. Ze dronken hun koffie.
„Wanneer ga je weg?"
„Volgende maand, de 25ste".
„Wat is het voor een baan?"
„Een heel goede voor mijn doen. Ik
wordt administrateur. Er staat een huis
voor me klaar, hebben ze me geschre
ven, maar wat moet ik met een heel
huis?"
„Ga je voor lang?"
„Dat is moeilijk te zeggen. Je emi
greert niet voor tijdelijk."
Weer begon Carla te huilen. Wim
praatte met de gerant en hielp Carla
toen in haar mantel. Ze gingen samen
naar buiten en Wim wilde wegwande
len.
„Nee, hierheen," zei Carla en ze nam
hem mee naar de auto. Ze reden een
eind. Tot buiten de stad. Toen stopte
Carla en Wim kon eindelijk zijn arm
om haar heenslaan.
„Wim, neem me mee!"
„Maar schat, je ouders! Die zullen
nooit toestemming geven! Wacht nou
eerst eens rustig af."
„Nooit zal ik met Herman trouwen,
hoor je? Nooit! Dat zal ik vanavond nog
aan pa en ma zeggen. En aan Herman
schrijven. Daarna zien we verder.
Goed?"
Ze kusten elkaar nog als verlegen
kinderen. Toen startte Carla de wagen,
om Wim naar het café te rijden en zelf
naar huis te gaan. De lichten waren op;
pa en ma waren dus thuis. Ze parkeerde
de wagen en belde. Nu zou dus de bom
barsten, bedacht ze. Maar ze vond het
niet erg.
Een betraande ma deed open. Ze
zweeg tot ze beiden in de kamer kwa
men. Toen begon het.
(Wordt vervolgd)