I „DE LELIE" I
hóóg modieus
wilt zijn,
draagt u
FIL-a-FIL
of GLENCHECKS
A
Ook deze barre winter
goede gulle warmte
Schoonhoven's
Oliehandel en BP
PHILIPS
HET VERLATEN
publiek verkopen:
transporten
en verhuizingen
„DE VALLEI" UW BLAD
L. HEIJ
A. W. de H a a s
D. v. d. Meijd en
Trouwrijden
LEEWIS
Fa. G. J. HIENSCH
VOOR EEN GOEDE WASVERZORGING
A. v. d. LUSTGRAAF
KOOPT UW DRANKEN
Slijterij en Wijnhandel „DE ZWAAI"
(weer 'ns iets anders dan pepita of pied-de-poule
Fil-è-fil is de
modieuze opvolgster
van pepita in het
modebeeld, voorjaar
'63. Dit complet in
fil-è-fil is er in grijs
en beige. Japon en
mantel geheel
gevoerd. 98.75
De geklede
voorjaarsmantel in
mooie Glenchecks!
Grote knopen als
enig accent. Soepele
ruime snit met
modieuze split, (n
grijs, bruin en
greige. 110.-
Snoezig pakje in
fil-a-fil! Hier blijkt
weer, dat ware chic
dikwijls het best in
eenvoud wordt
gevonden. Geheel
gevoerd, jasje met
piqué-manchet. In
grijs, en beige.
69.75
Glenchecks maken
óók modenieuws dit
voorjaar! Deze
zachte ruiten lenen
zich bij uitstek voor
costuums - zoals
hier in modieuze
driekwart-lijn. In
grijs, bruin en
greige. 110.-
Glencheck-mantel
in sportieve,
jeugdige versie. Hier
het hooggesloten
model (favoriet bij
jonge vrouwen), lage
rugceintuur en split.
In grijs, bruin en
greige. 110.-
Natuurlijk ook de leukste
rokken in fil-a-fil en Glen -
checks! 19.75-29.75
AUTORIJLES
„HET CENTRUM"
M. VAN BEEK
Verlichting
Centrifuges
T. Hasselaar
VAN DELFT S
KINDERWAGENS
NAAR
trouwpartij
W. J. VELDHUIZEN
VOOR VERZEKERINGEN
OP ELK GEBIED
AKELAftRSKANTflQR
FRMF1II FN
GARAGE
dankzij
Schoonhoven's Oliehandel,
Cuneraweg 344,
Veenendaal,
Telefoon 08385-2669-3291.
een technisch meesterwerk in miniatuur
voor een prijs in miniatuur.
Philips portable radio is leverbaar in prijzen van f 59.- t 79.- 138.-
f 148.- f 168.- f 198.- f 228.- f 248.- f 258.- f 278.- f 318.-
Notaris S. J. Vleer te Rhenen, zal op donderdag 21
maart 1963 bij inzet en donderdag 28 maart 1963 bij
toeslag, telkens 's middags 12 uur, in het hotel „Het
Wapen van Hardenbroek" te Rhenen,
Perceel 1.: Het WOONHUIS met schuurtje en tuin te
Rhenen aan de Achterbergsestraatweg 149, kad. sectie
G no. 746. zuidelijk deel, groot plm. 5.45 are.
Perceel 2.: Het WOONHUIS met schuurtje en tuin te
Rhenen aan de Achterbergsestraatweg 151, kad. sectie
G no. 746, noordelijk deel, groot plm 5.45 are.
Bij de toeslag komen de percelen in combinatie. Ver
huurd: elk voor f 28,55 per maand. Eigenaarslasten elk
26,50 per jaar. Te zien dinsdags en donderdags van
2 tot 4 uur. Betaaldag 9 mei 1963.
B. Hoogstede
Veerweg 121 Wageningen
Tel. 08370-2665
Voor al uw
naar
Zandstraat 117 - Telefoon 2129 - Veenendaal
WAGENS VAN l*/s TOT 15 TON
bij de SPECIAALZAAK met de grootste sortering
Verlaat 2 Telefoon 3610 Veenendaal
AMSTERDAM - ROTTERDAM - EINDHOVEN-AMERSFOORT-HAARLEM-UTRECHT-NIJMEGEN-MAASTRICHT(WéEié>AMSTELVEEN
Een vertrouwd adres voor
VAMOR Instructeur
Jan Steenlaan 611
NIEUW telefoonnr. 3726
Kostverloren 8, Telef. 3968
w.o. kronen, tripiets,
wand- en plafond
verlichting. Ook
smeedijzer.
v.a. 88,50
Ventilator
kachels
Wasautomaten
Een Rondo v.a. 1295,-
Elektro- Technisch
Installatie en wikkel-
bedrijf
Sav. Lohmanstraat 48
Tel. 3216
Hoofdstraat 43-45
Veenendaal
Groots assortiment in
VOUWWAGENS
KINDERWAGENS
WANDELWAGENS
VOOR UW
met auto's zijn wij
SPECIAAL ingericht
4-8 pers. auto's disponibel.
Tevens inlichtingen ver
krijgbaar (ook 's avonds)
Dr. Colijnstraat 47 en
J. P. C. Leinweberstraat 79
N.V. v/h Fa. Wed.
Kerke wijk 91 - Telef. 2845
SINGER breimachines
SINGER koelkasten
SINGER naaimachines
Vraagt inlichtingen of
folders. Officieel Sin
ger vertegenwoordi
ger:
Wilhelminastraat 53
Veenendaal
Tel. 08385-3573
Hiervoor verhuren wij
DE NIEUWSTE
TROUWCOSTUUMS
MET ALLE
TOEBEHOREN
Hoofdstraat 46
SPECIAAL
in
BRILLEN
Hoofdstr. 51
Veenendaal
Kerkewijk 110 - Telefoon 0 8385-2252-
3900, Veenendaal.
Moderne Bruidsauto
6 en 8 persoons auto's
Nieuweweg 41
Veenendaal, Tel. 2535
Handig transistor-toestelletje,
slechts 14 cm breed. Uitstekende
ontvangst in middengolf. Kleuren
wit met rood, crème en zwart
Hetzelfde transistor-toestel
letje, maar dan
geschikt voor ontvangst
van lange- en middengolf.
V
79.-
Zandstraat 111 - VEENENDAAL - Markt 17
door P. DE VRIES EILAND
(24)
„Hebben we weer pech?" vroeg ze.
Hij schudde ontkennend het hoofd.
Gelijktijdig kwam Kees binnen en deze
keek de ingenieur slechts vragend aan.
Whiteheaven knikte, slechts, waarna
Kees weer wegliep, naar de brug.
Josien keek van de een naar de ander
en begreep er niets van. Whiteheaven
lachte en klopte haar gemoedelijk op de
schouder. „Jullie Hollanders zijn er im
mers voor bekend, dat jullie zoveel ge
duld hebben, nietwaar? Welnu, dan zeg
ik nu: geduld, meisje, vanavond of mor
gen zul je wel meer horen".
„Naderen we Saint George"? vroeg
ze.
„Naderen?" herhaalde de ingenieur
lachend, terwijl hij een sigaret aanstak,
we zijn er al vlakbij. Misschien gaan we
morgen wel aan land.
„Morgen? Waarom morgen pas?
Waarom vandaag niet?"
„Omdat er omstandigheden kunnen
zijn, waarvan kleine meisjes nog geen
verstand hebben, miss", zei hij, terwijl
hij aan de radioknop draaide, in de
hoop een stukje muziek te kunnen vin
den.
Josien keek hem verontwaardigd aan
en schudde met haar hoofd, alsof ze
wilde zeggen: Hoor hem eens! Maar
Whiteheaven zag het niet, want hij be
paalde al zijn aandacht bij het toestel.
Op de brug gaf de eerste stuurman
bereidwillig zijn kijker aan Kees en
deze zag op zijn beurt de smalle strook
land.
„Hoe ver zijn we er nog vandaan?"
vroeg hij.
De officier haalde zijn schouders op.
„Drie, vier uur varen op volle kracht",
antwoordde hij.
Kees gaf de kijker terug en leunde
gemakkelijk tegen het glas van de zij
wand. „Laten we eens een ogenblik
aannemen, dat er mensen zijn op dat
eiland. En dat ze eveneens in het bezit
zijn van een sterke kijker.
Kunnen ze ons dan zien?"
De stuurman lachte. „Natuurlijk",
antwoordde hij. „Dat wil zeggen: ons
natuurlijk niet. Wel het schip. Maar dat
betekent niets. Als er mensen zijn en ze
bezitten een kijker, zullen ze wel eens
meer schepen zien.
We bevinden ons hier in een route, die
nogal druk bevaren wordt. Er liggen
hier verscheidene eilanden-groepen, zo
als de Hebriden, Nieuw-Caledonië, de
Fidzji-eilanden en dan verder westelijk
de Bismarck-archipel. Er zijn enkele
scheepvaartlijnen, die eens in de week
of in de veertien dagen deze eilanden
aandoen en zoals gezegd, we bevinden
ons hier ongeveer in de vaarroute".
„Is dat voor vannacht niet gevaar
lijk?"
„Och, als we onze boordlichten müar
op hebben
„U bent toch wel op de hoogte met
ons plan om vannacht te landen?"
De officier knikte bevestigend. „Van
zelfsprekend. Maar ik denk niet, dat u
er veel mensen zult aantreffen. Saint
George is immers dat eiland, waar alle
inwoners enige maanden geleden plot
seling verdwenen zijn?"
„Juist, en daarom wil ik er eens een
onderzoek instellen, om te weten, wat
daarvan de oorzaak is". En Kees been
de weer de trap af naar de salon, waar
het eten inmiddels werd opgediend.
In de loop van de middag stonden
Whiteheaven en Kees elk met een hen
gel in de hand over de reling te kijken.
Ze wilden proberen een paar vissen te
vangen, want de kok had laten weten,
dat daar juist een mooie gelegenheid
voor was. Vissen waren van nature
nieuwsgierig en een stilliggend schip
werd al spoedig omzwermd door grote
en kleine vissen. Aldus de kok. Doch
men stond al een uur naar de dobbers
te kijken, zonder iets gevangen te heb
ben.
„Zeg, wat moeten we aanvangen met
miss Josien, als we eenmaal aan land
zijn?" vroeg de ingenieur op een ge
geven ogenblik aan Kees.
Kees keek hem verwonderd aan. „Met
Josien' Hoe bedoelt u?"
„Wel, vind je het niet veiliger, als ze
aan boord blijft gedurende de tijd, dat
wij aan het werk zijn op het eiland?
Althans, zo lang we nog niet weten, of
er al dan niet mensen zijn op Saint
George".
Kees haalde zijn schouders op. „Wat
denkt u? Zouden we in staat zijn om
haar aan boord te houden? Een meisje,
dat in haar eentje de tocht van Holland
naar Australië maakt en op haar eigen
houtje uitvindt, dat juist dit schip naar
Saint George gaat varen en zich dan als
verstekelinge aan boord begeeft, zal
moeilijk als een zoet, gehoorzaam kind
op het schip blijven, als we zeggen: je
moogt er niet af".
Whiteheaven zuchtte. „Ik wilde wel,
dat de baas maar opdracht gegeven had
om haar naar Townsville terug te bren
gen", zei hij. „Dat zou ons heel wat na
righeid besparen. Ik voorzie, dat we nog
meer moeilijkheden krijgen".
„Laat haar maar schuiven", ant
woordde Kees luchtig. „Ze loopt in geen
zeven sloten tegelijk".
„We zullen het hopen".
Tegen het vallen van de avond
stoomde de „Show-flake" op halve
kracht naar het eiland. De lichten aan
boord bleven uit en daarom stonden er
twee matrozen op de voorplecht te tu
ren naar eventueel aankomende sche
pen. Een derde man peilde regelmatig
de diepte van de bodem, want Bream,
die maar allesbehalve ingenomen was
met het feit, dat zonder licht moest
worden gevaren, wilde verder geen en
kel risico lopen en zeker niet stranden.
Tegen tien uur liet hij dan ook stoppen
en tegen Whiteheaven zei hij, dat er
gevaar voor vastlopen bestond, als men
verder ging. En de eerste stuurman was
van mening, dat men hoogstens een half
uur roeien van de kust was, waarop
Whiteheaven dan ook besloot om in één
der reddingsboten naar het eiland te
varen.
De grootste boot werd uitgezet en be
halve Whiteheaven en Kees stapten er
nog twee matrozen bij hem in, die zou
den roeien. De ingenieur had de matro
zen elk een revolver gegeven, waarmee
ze maar matig in hun schik waren. Voor
zichzelf en Kees was er een geweer met
enige munitie aan boord.
De matrozen, die aanvankelijk ge
weigerd hadden de revolvers aan te ne
men, stemden ten leste toe, toen White
heaven hen aan het verstand bracht,
dat er wel eens onraad op het eiland
kon zijn. „Jullie hebt toch ook gelezen
van het verdwijnen van die 5000 in
woners?" vroeg hij.
Ja. één van hen had het inderdaad
gelezen en daarom dan ook nam men de
wapens aan. „Ik heb het anders niet
erg op die schietdingetjes", mopperde
één van hen.
De lucht was enigszins bewolkt en
Kees keek met enige zorg naar de
„Snow flake", toen ze wegroeiden. Als
ze de schuit maar weer zouden kunnen
terugvinden.
De tocht naar het eiland duurde veel
langer dan een half uur en op een ge
geven ogenblik opperde Kees de ver
onderstelling, dat men uit de koers was
geraakt, doch Whiteheaven zat met een
kompas in de hand en antwoordde, dat
de boot regelrecht op het eiland aan
ging.
Na ruim een uur roeien schuurde de
boot eensklaps over het zand. Kees en
de ingenieur, die beiden hoge water
laarzen hadden aangetrokken, sprongen
meteen overboord en eerstgenoemde
vond het maar een rare gewaarwording
om na bijna een maand varen weer
eens vaste grond onder de voeten te
hebben. Whiteheaven besliste, dat één
der matrozen in de boot zou blijven.
„Kijk terdege uit je doppen", waar
schuwde hij, „want we weten niet, of
het eiland op het ogenblik nog onbe
woond is".
Af en toe kwam de maan door het
wolkendek heengluren en dit licht had
den de drie mannen wel nodig, want
het was aardedonker. Weliswaar bezat
men sterke zaklampen, maar White
heaven besliste, dat er voorlopig geen
licht gemaakt mocht worden.
En zo begon de tocht langs de kust
Gedurende een kwartiertje was de weg
vlak als het strand in Nederland. Maar
op een gegeven ogenblik hield 't strand
op en moest men een beboste heuvel
beklimmen. De lucht ruimde enigszins,
zodat men nagenoeg steeds maanlicht
had, hetgeen de oriëntatietocht bijzon
der vergemakkelijkte.
Na een vermoeiende tocht van onge
veer twee uren, ontdekte men eensklaps
een brede, natuurlijke inham. De man
nen liepen een eindje langs de oever
landwaarts, maar na een kilometer ver
klaarde Whiteheaven opgewekt, dat de
ze inham groot en breed genoeg was
om er in te varen.
„We gaan terug, mannen", zei hij. „In
ieder geval hebben we hier een behoor
lijke schuilplaats voor het jacht".
De matroos, die hen vergezeld had,
aarzelde nog. Hij vond. dat zulks in de
nacht niet zo gemakkelijk zou gaan.
„Als het nu nog dag was
(wordt vervolgd)