Een kwarteeuw better >>et P U ROL 1938 1963 Huidgenezing «c V. A. B. GENEVER MDZ De ananas - Hawaii's trots ARAM DE GEZONDHEID VAN UW ONDERNEMING I Kinderen volgen uw voorbeeld, ook bij het eten TWEEDE BLAD „DE VALLEI" VRIJDAG 15 MAART 1963 Nr. 22 "5^ Metamorfose van Veenendaal •fo Het kind - in - het - kind ontdekt Genoeg brood voor allen Aantal boeren loopt sterk terug HAZELINO CASTAGNA WALNOTTA Fa. L. HEY De vorst van Suprania KIRPESTEIN CITY-MOTORS-EDE VOOR DE VROUW: In de dertiger jaren van deze eeuw bood Veenendaal een geheel ander aanblik dan thans. De Nieuiveweg geleek nog veel op de oude Veltgens- of Velthuis- graaf, behoudens de graaf", de watering, die verdwenen was. Achter de „Hoge Bomen" liep een pad waarlangs schoolkinderen de gangenmars maakten. Op de hoek van de Holleweg liep een paard stampend zijn eentonige draf in de ros molen. Rijen loofbomen beschaduwden 's zomers de Hoofdstraat, waaronder het genoeglijk wandelen was als de zon lichtplekjes op het plaveisel toverde als glan zende gouden munten. Verkeer ontbrak zo goed als geheel en de bode- en gros sierskarren stonden vaak midden in de straat, waarop zich na een fikse regenbui grote plassen vertoonden. De schilderachtige Zwaai met de Zwaluwenstert was er nog en het niet minder pittoreske Boven- en Beneden eind met hun talloze brugjes, waarvan de „opritten" steil omhoog voerden, van dwarslatten voorzien als loopjes in een kippenren. Waar een sloot zijn water in de Grift voerde, zette zo'n brugje als een nijdige kat een hoge rug. Een tocht langs de Grift geleek op een wandeling langs de Amsterdamse Amstel, waarvan de kade ook een reeks van hooggewelf de .sluizen', zoals men daar zegt, vormt. De Markt bezat nog haar bekoorlijke intimiteit, een beslotenheid van grote stilte, tussen de gevels van de deftige herenhuizen en onder het lommer der bomen. METAMORFOSE Geleidelijk werden de oude gevels in de Hoofd- en Hoogstraat vervangen door moderne winkelpuien. In zuid ver rees een geheel nieuwe wijk met flats, kerken, scholen. De arbeidsintensieve industrieën zochten een plaats bij de Industrielaan, waar zij in tegenstelling tot de fabrieken in het oude Veenen daal een bekoorlijke indruk maken. De voorlopig laatste verandering van het dorpsbeeld is het markante gebouw van de Scheepjeswolfabriek met zijn strakke lijnen, grote vormen, gematigd functioneel van opvatting, zijn muren in warmkleurige baksteen boven de on derbouw met veel glas, een bastion van nijverheid. In de drukke winkelstraten zingt thans het verkeer zijn Broadway-melo dy, maar in het schijnsel van de kleur rijke lichtreclames en -etalages ont waakt in de schemering een ander Veenendaal dat iets feëerieks bezit .1 HET KIND ONTDEKT Zoals het beeld van Veenendaal zich in de verlopen kwarteeuw geheel wij zigde, evenzo is het onderwijs in het algemeen van geest, gedaante en be doelingen veranderd, beïnvloed vooral door de vondsten en uitkomsten van de kinderpsychologie, hetgeen niet wil zeggen dat velen in het verleden niet intuïtief de kinderziel aanvoelden. Hoewel reeds in het begin van deze eeuw boeken verschenen, waarin het kind met liefde en zorg was geobser veerd, duurde het toch tot in de der tiger jaren, aleer de nieuwe beschou wingswijze tot de school doordrong. Wij herinneren ons nog als de dag van gis teren dat Charlotte Bühler in 1933 haar kinderlijk denken in uiting en ontwik keling aan, in tegenstelling met vroeger toen men meende dat kinderen eerst gingen denken als ze de school verlie ten! Dat het onderwijs moet aansluiten bij het leven is door velen verkondigd. De nieuwe school wenst hiermee ernst te maken en werpt veel onnutte kennis overboord. Zo wordt in de eerste leer jaren het systematisch rekenen sterk besnoeid en vervangen door tellen, meten en wegen, rangschikking en ver gelijking van hoeveelheden en dit alles spelenderwijze. Grote aandacht wordt besteed aan de expressievakken: muziek, tekenen, handwerken, handenarbeid. De crea tieve vermogens van het kind komen zodoende aan hun trekken en worden ontwikkeld, vermogens die het kind veel meer en veel sterker bezit dan wij veronderstellen. Het aantal jaartallen wordt drastisch verminderd, evenals het aantal aard rijkskundige namen. Het gaat bij vak- ZO LEEFDEN WIJ Tydens de Wereldtentoonstelling 1964-65 te New York zal een loden capsule worden begraven met het doel hun, die 5.000 jaar na ons le ven, een inzicht in onze huidige samenleving te geven. Reeds in 1939 werd een dergelijke capsule aan de bodem toevertrouwd maar deze zegt niets over kernenergie, bemande ruimtevaart, moderne geneesmidde len, kunstmanen, televisie, de Ver enigde Naties, de mijl in vier mi nuten, de Tweede Wreldoorlog, de beklimming van de Mount Everest, de Dode Zee rollen en andere fei ten van de laatste 25 jaar. De capsule werd 156 meter onder een granieten monument in Flus hing Meadows Park, N.Y., begra ven. De capsule bevatte 35 dagelijkse gebruiksartikelen van een dames hoed tot een rekenliniaal. 75 mon sters van metalen, textiel en syn thetische stoffen en drie en een halve spoel microfilm, waarop onze kunsten, het vermaaksleven, gods diensten, onderwijs, wetenschappen, techniek en geneeskunde waren af gebeeld. Er waren, ook op micro film, boodschappen van Albert Ein stein, Robert Millikan en Thomas Mann aan de toekomstige genera ties. Een boek met betrekking tot deze verzameling werd met speciale inkt gedrukt op de eeuwen trot serend papier en aan dit boek werd een wijde verspreiding gegeven om te verzekeren dat de capsule later ook gevonden zal worden Het ligt n.l. in de bedoeling dat de capsule in 6939 wordt opgegraven. Op de tentoonstelling zal naast duplicaten van de inhoud ook te zien zijn wat men volgend jaar aan de nieuwe capsule zal toevertrou wen. Door een commissie van des kundigen op yelerlei gebied zal de inhoud van de nieuwe capsule wor den bepaald. Bij sluiting van de Wereldtentoonstelling zal de nieuwe capsule naast die van 1939 worden ingegraven. De Molenbrug verrassende boek Practische Kinder psychologie publiceerde, eerst vijf jaar later in het Nederlands vertaald. Het werk maakt furore en opende velen de ogen: hier was waarlijk het-kind-in-het kind ontdekt. De schrijfster zag het kind niet als een volwassene-in-minia- tuur, maar in zijn concrete situatie. Vooral het tweede deel over de school leeftijd, de eerste schooljaren, het 9e tot 13e levensjaar, de leeftijd van 14 tot 19 jaar en over aanleg, milieu en ka rakterontwikkeling, fascineerde vele onderwijzers. Door dit boek en andere werken over kinderpsychologie rijpte het inzicht hoe ontoereikend louter begripsmatige ken nis is. Men ging begrijpen dat het niet aanging het onderwijs te baseren op de logica der volwassenen - het kind ver keert namelijk in zijn vóórlogische pe riode - maar dat dit op de ontwikke ling van de kinderlijke psyche moest gefundeerd zijn. Dat men in het verleden het kind als een volwassene-in-den-dop logisch wil de léren denken, bleek bijvoorbeeld bij het rekenen. Eerst leerde men de na tuurlijke gehele getallen en hun bewer kingen optellen, aftrekken, vermenig vuldigen en delen. Daarna volgden de breuken. Thans beziet men die zaken veel meer vom Kinde aus en komt in de eerste klas al iets van de breuken aan de orde. Want gaat een kind van 6 a 7 jaar niet dagelijks om met halve en kwart appels en boterhammen, met vijfde of zesde delen van een reep chocolade Aftrekken ligt een kind van die leef tijd nader dan optellen, evenals het delen beter verstaat dan vermenigvul digen, zodat thans de volgorde van de hoofdbewerkingen veranderd wordt. Uit dit voorbeeld zal gebleken zijn, dat het nieuwe onderwijs vermijdt te gen de ontplooiing van de kinderlijke psyche in te gaan. Al baseert men zich nu niet meer op de logica der volwas senen, dat wil niet zeggen dat men in het kind denkcapaciteiten ontkent.. In tegendeel, het onderwijs sluit juist bij die capaciteiten aan. De school erkent de kinderlijke situatie en moedigt het ken als aardrijkskunde, geschiedenis, natuurkunde en biologie meer om de vormende waarde dan om het kennen van namen en het weten van „weetjes", jaartallen, personen en dingen. Veel be langrijker is het belangstelling te wek ken, de interesse wakker te maken, in zicht te geven in natuurlijke en feite- De „Oostenrijkse Bauernbiindlcr" stelt de vraag of er genoeg brood voor ons allen is op deze wereld, vooral met het oog op de snel toenemende wereldbevol king. Het blad komt dan tot de conclusie dat er nog grote ongebruikte mogelijkheden zijn. Voor ieder mens op deze wereld is l'/ï ha cultuurgrond beschikbaar waarvan slechts één derde wordt benut. Twee der de van de boeren in de wereld werkt nog met de primitieve houten harkploeg. De opbrengsten zullen in de toekomst niet alleen sterk stijgen door verbetering van de cultuurmaatregelen, maar vooral ook als de algehele koopkracht toeneemt. Het analfabetisme is momenteel nog de grootste rem op de verhoging van de opbrengsten in de minder ontwikkelde gebieden. De overdracht van de kennis, die in ruime mate aanwezig is, wordt daardoor zeer bemoeilijkt. Volgens drs. Rijnveld van het Land bouw Economisch Instituut ligt het stel lig in de verwachting dat het aantal boeren verder zal verminderen in de toekomst. Indien de teruggang in hetzelfde tem po zou verlopen als in de achterliggende jaren dan zal het aantal boeren dalen van 171.000 tot omstreeks 140.000 in 1970. Het is niet onmogelijk dat de vermin dering in sneller tempo zal verlopen vooral als de overgang naar andere be roepen van grotere betekenis wordt. Op heffing van landbouwbedrijven betekent dat de vrijkomende grond kan worden gebruikt voor vergroting van de andere bedrijven. SCHERPE UIEN Amerikaanse chemici zijn erin geslaagd een eenvoudige methode te ontwikkelen om de scherpheid van uien wat als een van de belangrijkste kwaliteitseisen geldt vast te stellen. Dit is vooral belangrijk voor degenen die zich met de veredeling bezig houden en natuurlijk ook voor te lers en handelaars. De vaststelling van de scherpheid vindt niet rechtsstreeks plaats, maar men bepaalt de hoeveelheid pyruvic-zuur. De vorming van dit zuur is een onderdeel van hetgeen door de plant, tegelijk met de reukgevende stof fen wordt gevormd, aldus „De Tuinderij". Het Benedeneind met de talloze bruggetjes nylons in de nieuwe notenkleuren: Hoofdstraat 45, Telefoon 2165 De Fransman eet 70 kg. per jaar Qoed cjevu£Ue vfeeApolte# Nederland blijft op het gebied van vlees verbruik achter bij vele Europese landen. Per hoofd van de bevolking bedroeg de vleesconsumptie in 1961 in ons land 44,1 kg. Meer dan de helft daarvan was var kensvlees (22,6 kg) gevolgd door rund en kalfsvlees (18,1 kg.). Paarden- en scha penvlees worden weinig gegeten. Met 70 kg. per jaar staan de Fransen, wat de vleesconsumptie betreft, in Euro pa bovenaan. Ook de Denen zijn ijverige vleeseters. Zij nuttigen per jaar 69,4 kg. per hoofd. Dat de behoefte aan vetten in noorde lijke landen groter is dan in het zonnige en warme Zuiden blijkt wel uit de ver schillen in verbruik van varkensvlees en rund- en kalfsvlees. In het Noorden staat varkensvlees het hoogst genoteerd, in het Zuiden, bijvoorbeeld in Italië, bedraagt het verbruik van rund- en kalfsvlees meer dan het tweevoudige van het ver bruik van varkensvlees. WEES GEWAARSCHUWD: KOUDE EN DROGE WINTERS OP KOMST In het Engelse tuinbouwblad „The Commercial Grower" waarschuwt David Bowen de tuinders om gedurende de ko mende tien jaren rekening te houden met een toenemend aantal koude en droge winters. De voorspelling is niet alleen gletschers zijn toen steeds dikker en tal afgelopen jaren, maar ook op de trend van de periode van december tot april. De laatste serie van algemeen koude ja ren zijn in de veertiger jaren geweest. De gletschers zijn toen steeds dikker en tal rijker geworden. Sindsdien hebben we veel mildere weersomstandigheden gehad met meer regenval dan normaal. Het laat zich aanzien dat deze periode nu teneinde is en rekening moet worden gehouden met koude drogere winters waarbij uiteraard de gletschers weer dik ker zullen worden. lijke samenhangen, het wekken van liefde tot de natuur en het eigen heem, in één woord het gaat om de waarden die het gemoed verrijken, de vermogens van de geest ontwikkelen en niet om louter begripsmatige kennis. Al deze zaken zijn eisen gesteld door de liefde tot het kind en door het ge zond verstand, gekruid met gevoel voor humor en veel geduld. 3 februari 1963 D. Philips. De kerk aan de Nieuweweg Columbus heeft niet alleen Amerika ontdekt, maar ook de ananas. Hij vond ze op het eiland Guadaloupe, voerde planten naar Spanje mee en bracht ze in broeikassen. De Spaanse grandes beleefden er een poosje plezier van. Toen werd de vrucht ver geten, zelfs 4 eeuwen lang. In 1892 herleefde de aandacht bij de Britse kapitein John Widwell, die naar Hawaii ging en er een aantal velden met ananasplanten bezette. Maar de kapitein bleek geen koopman; hij kon zijn ananas niet kwijt en ging te gronde. Zijn opvolger was de Amerikaan James D. Dole, die in 1901, 24 jaar oud en met 20.000 dollar bezit, op Hawaii arriveerde. Hij kocht 75.000 ananasplanten en slaagde. Hij vond ook de conservering uit. Momenteel behoort James Dole tot de rijkste mensen van 3e wereld. Zijn fa briek op Hawaii is zo groot als een pro vinciestad, telt 18.000 werkkrachten en maakt dagelijks 4,7 miljoen kilodozen ananasconserven klaar, de helft van de totale Hawaii-produktie, die over de he le wereld wordt verzonden en de trots van Hawaii is. De bloei van deze teelt en industrie dateert van na de tweede we reldoorlog en vooral sinds 1955 vloog het wereldgebruik omhoog. Er zijn thans drie ananasmiljonairs op Hawaii, n.l. Dole, de machtigste, Delmonte en Libby, die sa men de andere helft van de Hawaii-weel- de produceren. Voor liefhebbers van deze lekkernij kunnen we hier nog aan toe voegen, dat de Hawaii-vrucht in drie kwaliteiten op de markt komt, fancy, choise en standard; het verschil tussen deze drie ligt niet in de vrucht, doch in de conservering, die bij fancy met extra zware stroop gebeurt, bij choise met mid delzware en bij standard met lichte. We zeiden: ananasvrucht. Maar eigen lijk is de ananas geen vrucht. De ananas is een bundel van 120 tot 180 bloembladen, die een vaste, vlezige massa vormen. De eerste oogst wordt na 2 jaar met de hand van de planten geplukt. Maar dan ver der gaat alles machinaal. De modernste machines trachten de steeds stijgende vraag bij te houden. Het is in een mini mum van tijd een eerste klas export-ar- kel geworden. Natuurlijk kwamen er de laatste jaren ook concurrenten op de markt. Ongeveer even goede ananas als van Hawaii komt van de Philippijnen, waar men met man en macht zich thans op de teelt toelegt. Voorts exporteert Formosa veel ananas; maar deze wordt slechter verzorgd; de Chinezen leggen zich meer op massa dan op kwaliteit toe; bovendien is de ananas hier meer stro-achtig en harder. Ook Malakka en Zuid-Afrika doen mee, maar hebben kleinere en minder aromatische vruchten. Vaak wordt voor de goedko pere soorten propaganda gemaakt in de (36) De verzengende hitte van de trupenmiddag ligt zwaar over de rivier. Doodstil is de natuur, geen blad beweegt, geen vogel fluit, alle leven schijnt zich te verschuilen voor de onbarmhartig brandende zonnegloed. Dan klinkt ver over de stil le stroom het geplas van papegaaien in het water. Twee lange kano's glijden naderbij. En plotseling is de lucht vol vleugelgeruis als honderden opge schrikte watervogels luid krijsend opwieken uit de brede rietvelden langs de oever. Op de voorste kano wrijft Agua met een zenuwachtig gebaar langs zijn neus. „Bah", snuift hij misnoegd, „uren zitten we nu al in deze ellendige schuit. Als we niet gauw het gebied bereiken waar die geneeskrachtige bla deren te vinden zijn, is het te laat voor hem. En hij werpt een bezorgde blik op Aram, die met ge sloten ogen roerloos in de kussens ligt. „We zullen er spoedig zijn", stelt Niora hem gerust, „nog voor de zon daalt, zal Uw meester gered zijn, Agua." Maar haar kalmte zou snel verdwenen zijn als zij de zwarte krijgers gezien had, die vanaf de rotsige oevers de beide kano's spiedend opnemen! (wordt vervolgd) HuldxuiVerheid Huidgezondheid Puistjes verdrogen door Purol-poeder hoop, dat de lage prijs de voorkeur krijgt, maar de teelt lukt nu eenmaal niet overal op gelijke wijze. Wie goede ananas wil hebben, moet op de herkomst letten, Hawaii (Dole, Delmonte of Libby) en de Philippijnen. Hawaii produceert niette genstaande de steeds toenemende wereld- concurrentie nog altijd 65*/» van alle ana nas in de wereld. Ze is de grootste rijk dom van deze jongste Amerikaanse staat. De stroop, waarin de ananas wordt ge conserveerd, bestaat uit ananassap, aan gevuld met suiker. Voorheen liet men de sap als afval in de haven van Honolulu weglopen. Dole ontdekte tijdens de econo mische crisis van 1929, dat deze „afval" wonderen kon doen, zowel voor de ana nas als voor het zelf. Zijn ontdekking was goud waard en bracht dit ook op. In de kilodozen gaat één enkele bloem (vandaar ook dat kleinere bloemen, die de doos niet vullen, uitlokken tot bijvul ling met restanten); de rest van de in houd is de aldus bewerkte sap of stroop. De Amerikaans-Engelse naam van de vrucht is aardig, n.l. pineapple, pijnappel, een naam, aan de vorm van de bloem- bundel ontleend. Natuurlijk kan men de ananas niet al leen als toespijs, maar ook bij allerlei spijzen als gerecht gebruiken, zowel bij gebraden vlees als gevolgelte. „Vergelyken met anderen, kan veel in uw bedrijf - ten goede - veranderen". Dit is een „waarheid als een koe". Door vergelyking van uw bedryfscyfers en door uitwisseling van uw ervaringen met andere ondernemers, kunt u vast stellen, hoe het er met uw bedrijfsvoering bijstaat. En met hoe meer onderne mers dit gebeurt, des te meer kans bestaat er op resultaat. Gelukkig is bedryfs- vergelyking in ons land, vooral in het midden- en kleinbedrijf, geen onbekende bezigheid meer. In verschillende branches, o.a. kantoormachine- en kantoor boekhandel, woninginrichting, foto-detailhandel, huishoudelijke-artikelen, etc. etc. bestaan reeds een aantal clubs. Alleen de ryksmiddenstandsconsulenten lei den er al een vijftig-tal. Regelmatig komen de deelnemers aan deze clubs bij een om hun bedryfs-economische ervaringen en het daarop betrekking hebbend cyfer-materiaal uit te wisselen en te vergelijken. Daarnaast worden er ook nog clubs ge leid door organisatiefunctionarissen e.a. Op deze manier kunnen ondernemers zeer veel van elkaar leren. Bij bedrijfsvergelijking gaat men uit van het principe, „twee weten meer dan een". In een club zitten ongeveer 8 tot 1Z deel nemers, zodat hieraan ruimschoots wordt voldaan. Een duidelijk voorbeeld is het navol gende: „Twee ondernemers hebben ieder een gulden en wisselen die uit. Geen van beiden wordt er beter van. Doch als twee ondernemers ieder een idee hebben en dat uitwisselen, dan worden beiden er wél beter van. Ieder heeft er daarna twee". Wat is bedryfsvergelyklng en waarom wordt die toegepast? Bedrijfsvergelijking, of ervaringsuitwis seling, is het met branche-genoten uit wisselen van bedrijfseconomische ervarin gen en cijfers. Het doel is, het opsporen en zo mogelijk verhelpen van onvolko- mendheden in de eigen bedrijfsvoering, door toetsing van de eigen gegevens aan die van de andere deelnemers aan de club. Hoe gaat het er in de praktijk toe? Bedrijfsvergelijking kan zowel schrifte lijk als mondeling worden toegepast. De schriftelijke methode wordt voornamelijk door het Econominsch Instituut voor het Midden- en Kleinbedrijf in de praktijk gebracht. Het meestbekend zijn de om zet- en kostenstatistieken. die regelmatig worden gepubliceerd. Aan de hand daar van kunnen ondernemers nagaan als althans hun administratie dit mogelijk maakt hoe hun omzetten en kosten zich hebben ontwikkeld ten opzichte van de gepubliceerde gegevens Deze statistieken winnen uiteraard aan waarde, naarmate het aantal deelnemers daaraan toeneemt. Voorts bestaan in Nederland voor eni ge branchese Centrale Boekhoud-bureaus. De vergelijkende overzichten, die deze voor hun leden samenstellen, maken eveneens bedrijfsvergelijking mogelijk. Bij de mondelinge methode, moet de deelnemer ervan uitgaan, dat hij geen in dividualist meer is. Deze methode vraagt van hem een mentale instelling, die open staat voor samenwerking met anderen. Wil mondelinge bedrijfsvergelijking sla gen, dan zullen de deelnemers er niet voor terug moeten schrikken, uiteindelijk ook met hun bedrijfscijfers op tafel te komen en daarover met de anderen te praten. VEENENDAAL Dit gebeurt dan in clubs, waaraan on geveer 8 tot 12 ondernemers deelnemen. Daarbij moet natuurlijk aan enige voor waarden worden voldaan. Zij moeten uiteraard uit dezelfde branche komen. Bovendien mogen de bedrijfstypen en de bedrijfsomvang niet teveel van elkaar af wijken. De vestigingsplaats van de onder nemingen moet zodanig zijn, dat de ope ratie-gebieden niet worden overlapt. Concurrentie-vrees is dan ongegrond. Een openlijk en vertrouwelijk gesprek wordt mogelijk. De leider van de club, de discussie leider, moet een ervaren kracht zijn. Hij moet er o.m. voor zorgen, dat iedere deelnemer aan de gedachtenwisseling deelneemt en cijfers en ervaringen in brengt. De administraties van clubleden moe ten op bedrijfsvergelijking zijn afgestemd. Als dit niet zo is, wordt vergelijking van cijfers een moeilijke zaak. Overigens is het zó, dat serieuze deelnemers voldoende prikkel ondervinden, om hun administra ties aan te passen. Enige onderwerpen, die op zo'n club- eenkomst kunnen worden besproken zijn: inkoop, verkoop, reclame, assortiments samenstelling, voorraadvorming kosten, omzetten etc. eet. Er wordt ook aan bedrijfsbezoek gedaan. Sommige clubs hebben zelfs de gewoon te, hun bijeenkomsten om toerbeurt bij een van de deelnemers in het bedrijf te houden. Bij zo'n gelegenheid becritiseert men dan in opbouwende zin eikaars bedrijf, de étalages, de winkel-ruimte en de inrichting, de werkplaats, de ligging van het magazijn, de opslag van de voor raad enz. Iedereen er zijn vaak ook medewer kers van de ondernemer aanwezig komt met zijn eigen mening en arvaring voor den dag. Het is immers vaak zó, dat col lega's scherper de onvolkomenheden in het bedrijf zien, dan de ondernemer zelf, om dat zij voldoende afstand ervan kunnen nemen, om zich een objectief oordeel te kunnen vormen. In het gezamenlijk ge sprek wordt dan gezocht naar een doel treffende oplossing van de eventueel vastgestelde inefficiënte bedrijfstoestan- den. Bedrijfsvergelijking betekent derhalve: .„verrijking door vergelijking". Voor ondernemers, die over dit onder werp meer willen weten, bestaat er alle gelegenheid dit verlangen te verwezen lijken. Zij kunnen terecht bij hun vak organisatie, of bij een van de provinciale rijksmiddenstandsconsulenten. Deze heb ben een ruime praktijkervaring op dit ge bied. In Gelderland Drs. J. Jacobs, Velperweg 55, Arnhem. In Utrecht R. Pleysier, Maliebaan 94, Utrecht. SCHOENEN IN DERTIG MINUTEN Een van Europa's grootste schoenen fabrikanten, Clarks uit Engeland, heeft nieuwe machines geperfectioneerd, die de tijd vereist voor de vervaardiging van een paar schoenen terugbrengt van een week tot een half uur. De machine wordt door de zustermaatschappij van Clark's, C.I.C. Engineering Limited op de markt gebracht. Bij vorige methoden moest het bovenleer van de schoen vijf of zes dagen op leesten blijven om de vorm er in te krijgen. Met het nieuwe procédé duurt dit een half uur; door een speciale machine wordt vocht in het leer gepompt; het ingevochte leer wordt daarna over de leest gerekt al vorens door een andere machine vorm vast te worden gemaakt d.m.v. een drogings proces, waarbij tegelijkertijd de speciale kleefstoffen die worden ge bruikt om de zool aan het bovenleer te bevestigen, worden geactiveerd. CLANDESTIENE ZENDER HET ZWIJGEN OPGELEGD In samenwerking met de Rijkspolitie te Didam en de districtsrecherche te Doe- tinchem hebben opsporingsambtenaren van PTT zondag 3 maart j.l. de clan destiene zender „Rocking Billy" opge spoord en in beslag genomen. Proces-ver- baarl werd opgemaakt tegen de 23-jarige bakker M. J. J., de 21-jarige timmerman G. J. J. en de 18 jarige scholier J. H. K., allen te Giesbeek (gem. Angerlo). F LORYN Vindt u het ook zo grappig om te zien hoe kleine kinderen hun oudere broertjes en zusjes en hun ouders na bootsen? Hoe ze net als moeder af stoffen en strijken en net als vader hun kinderen toespreken? Misschien hebt u er dan wel eens verbaasd over gestaan wat ze allemaal opgenomen en onthouden hebben. Let u er bij voor beeld eens op hoe de kleintjes hun pop pen of beesten te eten geven of zelf la ten eten. Dat zal u een aardig beeld kunnen geven van de manier waarop uw kind zijn eigen maaltijden beleeft, of hij ze wel of niet prettig vindt. Misschien hoort u ook van welke ge rechten vader, moeder en de kinderen wel en niet houden. Dat hebben de kleintjes o zo gauw door, ook al meent u dat ze het niet merken. In hun ijver om hen na te bootsen willen de kinde ren dan óók niet eten wat de ouderen weigeren. Aan de andere kant eten zij graag wat zij de „grote mensen" met plezier zien eten. Het bewuste én on bewuste voorbeeld van die ouderen is dus wel zeer belangrijk. Leert u de kleintjes alles eten, dan geeft u hun iets goeds mee voor hun gehele ver dere leven. Maar de enige manier om hun dat te leren is dat u zelf en de an dere volwassenen óók alles eten én lek ker vinden. Zijn er enkele gerechten, waarvan uw gezin niet houdt, b.v. bie ten of postelein of karnemelksepap, dan behoeft u zich daar niet over op te win den. Probeer er echter wél iets aan te doen als u zich beperkt tot maar één of twee groentesoorten omdat u de andere niet kent of niet graag eet, of als u fruit alleen gestoofd eet en veel te weinig melk op tafel zet. Wisselt u dan eens kookervaring uit met uw familie leden, vriendinnen of kennissen, of pro beert u eens recepten uit krant of tijd schrift. Ongetwijfeld ziet u nieuwe mo gelijkheden en kunt u de voeding gevarieerde maken. Variatie is nodig om een goede voeding te waarborgen. XXX Wanneer u iets nieuws opdient met de woorden: „Als jullie het niet lekker vindt laat je het maar staan" is de kans groter dat men het inderdaad niet zal waarderen dan wanneer u zegt dat u op raad van uw zuster of naar een recept uit de krant iets gezelligs ge maakt hebt, zonder angst of het al of niet in de smaak zal vallen. Voor een klein kind met weinig eet- ervaring is ook het voedsel, dat u heel gewoon vindt, iets nieuws. Hoe het kind het accepteert hangt van uw voor beeld af. Geef het hem rustig en eet met smaak uw eigen portie op. U geeft hem er een veilig gevoel mee. XXX Het is ook belangrijk de kinderen vroeg regelmaat in de voeding te leren. Zorg, dat de maaltijden zoveel mogelijk op vaste tijdstippen opgediend worden. Houdt er de hand aan, dat de kinderen niet de hele dag en avond door in de koekjes- of broodtrommel kunnen graaien. Ons lichaam went aan regel maat, de maag ook. Houdt men zich niet aan vaste etens tijden, dan is de kans groot, dat er niet 3 of 4 goede maaltijden worden gegeten, maar zo maar te hooi en te gras een hapje. Meestal is dat dan een zet meel rijke hap zonder veel voedingswaarde, b.v. koeken of andere versnaperingen. Nog iets waar u niet te jong mee kunt beginnen: hygiëne. Leer de kinderen hun handen wassen vóór zij aan tafel gaan of vóór ze u gaan helpen met ko ken of tafel dekken.

Digitale periodieken - Gemeentearchief Veenendaal

De Vallei | 1963 | | pagina 3