Fabrikantenvereniging stimuleerde
bouw sporthal
^uinbouw-
Uoekje
Mutaties in bestuur
De heer H. G. Hey ging heen,
L. M. Bonnike zet werk voort
Ontstaan en doel
Kennis van de Bijbel en belijdenis
noodzakelijk
E.H.B.O. afd. Veenendaal hield
jaarvergadering
Welzijn van Veenendaal
Levensloop
Loopbaan nieuwe voorzitter
De lente is in aantocht
De lente die gij wacht.
Friese vereniging afd.
Veenendaal kwam bijeen
Kosterschap geen
felbegeerde baan
Zcdingszustcr in
Achterberg
Hervormd-Gereformeerd
samengaan weer stapje
dichterbij
Bidstond
Nog eens: het
predikantentekort
„Viering"
predikantsjubileum
Jeugdweekend
DS. A. VROEGINDEWEY, NED. HERV. PREDIKANT
ANDERE VORM
Uitbreidingen
Verdeeldheid
Warme
wintersport
Zoals wij in ons blad van dinsdag j.l. reeds summier konden vermelden
zijn er in het bestuur van de Fabrikantenvereniging in Veenendaal enke
le wijzigingen gekomen. Voorzitter H. G. Hey, legde na acht jaren, deze
functie neer. Hij meende aan een jongere kracht de leiding te moeten
overgeven. Tijdens de vergadering van 17 februari werd de heer L. M.
Bonnike, directeur der Kon. V.S.W. als zodanig benoemd. De scheidende
voorzitter, de heer Hey, werd hartelijk toegesproken door zijn opvolger.
De heer Bonnike memoreerde het vele werk dat de heer Hey voor de
vereniging en in het belang van de gemeenschap had gedaan. Wij hopen
in dezelfde geest door te gaan en de weg die u voor ons uitstippelde te
blijven volgen.
De heer H. G. Hey
...perspectieven in woning
bouw hoopvol..."
De heer H. G. Hey (63), die behalve een
bekend industrieel ook een kundig orga
nisator was op velerlei gebied, stond ons
een onderhoud toe, waarin hij het ont
staan en de doelstellingen van de Fabri
kantenvereniging nader belichtte.
Na de bevrijding bestond er een grote
behoefte aan overleg en samenwerking.
Ieder is gebonden aan zijn vakgroep, ge
specialiseerd over de verschillende bran
ches. Er werden c.a.o.'s afgesloten, meest
voor elke vakgroep afzonderlijk. Deze
c.a.o.'s liggen evenwel op landelijk ni
veau. Teneinde ook plaatselijk een sa
menbundeling tussen de verschillende be
drijfstakken (sigaren, wol, katoen, metaal
en tricot) te bereiken werden plannen ge
opperd tot oprichting van de Fabrikanten
vereniging.
De vereniging ontwikkelde vele activi
teiten. Men begreep dat er een wissel
werking bestond tussen onderwijs en be
drijfsleven. Er was en is nog steeds een
grote behoefte aan geschoold technisch
personeel.
Reden waarom de Fabrikantenvereni
ging in samenwerking met vertegen
woordigers van de vakbonden de
stichting van de Chr. Lagere Tech
nische School overwoog.
Deze school werd in 1955 gesticht en in
dit jaar zal dat onderwijs pas uit de
kluiten komen als de prachtige, moderne
Talmaschool in oktober zal worden ge
opend. Vijfhonderd jonge knapen worden
bekwaam gemaakt voor de moderne in
dustrie en de woningbouw, welke be
drijfstakken dermate gemechaniseerd
werden dat een vakopleiding praktische
noodzaak werd.
Leden van de Fabrikantenvereniging
stelden zich beschikbaar voor speciale
doeleinden en ook namen fabrikanten
zitting in een bepaalde donateursgroep
om het werk van het bestuur prettiger te
maken. De heer Hey, die behalve voor
zitter was van de Fabrikantenvereniging
als van de schoolvereniging voor Chr.
Lager Technisch onderwijs bereikte door
deze cumulatie zowel voor de ene als
voor de andere vereniging zeer veel nut
tige zaken.
Ook op ideëel gebied zette de Fabrikan
tenvereniging zich in voor het welzijn
van Veenendaal. De stichting „Evangelie
en Industrie" kwam tot stand o.l.v. de
heer Bekker. De plaatselijke industrie
stelt de activiteiten van deze stichting op
hoge prijs en is verheugd dat voor dit
specifiek moeilijke werk ds. A. Terlouw
als industriepredikant kon worden aan
getrokken.
De woningbouw heeft de speciale aan
dacht van de Fabrikantenvereniging. Door
een permanent overleg en in samenwer
king met het gemeentebestuur kon de
vereniging de bouw van een aantal be
drijfswoningen bevorderen.
De stichting voor Bedrijfswoningbouw
werd opgericht, waarvan Drs. G. J.
Koomen voorzitter werd.
Hoewel het probleem nog nijpend
is, openen zich op korte termijn
perspectieven, die zeer hoopvol zijn.
De Fabrikantenvereniging voelde
ook het gebrek aan leefbaarheid
binnen de gemeente aan en ver
klaarde zich bereid mede te wer-
ken aan de totstandkoming van de
geplande sporthal, waaraan de ge
hele gemeenschap behoefte heeft.
Uit haar midden benoemde de ver
eniging twee adviseurs, t.w. de heren
H. Stoffels en H. van Schuppen Jr. Het
initiatief werd door de plaatselijke
overheid gesteund en binnen afzienbare
tijd zal de sporthal verrijzen.
Aan al deze activiteiten heeft de
scheidende voorzitter, de heer Hey, zijn
gehele persoonlijkheid en werkkracht
geschonken. Als geboren Veenendaler
en begiftigd met bijzondere kwaliteiten
zowel op commercieel als organisato
risch terrein, zette de heer Hey zich
steeds in voor de belangen van de ge
meenschap en de uitbouw van deze
plaats.
De heer Hey werd in 1901 te Veenen
daal geboren uit een oud geslacht van
wolkammers. Zijn voorouders oefenden
sinds 1804 de beroepen van wolkammer,
wolverver en wolhandelaar uit. In 1920
werd de heer Hey in Duitsland voor
het vak opgeleid en nam in datzelfde
jaar de leiding van de wolkammerij
over. De fabriek kreeg de naam Peha-
vee, naar de beginletters van de heer
Hey Sr. In sept. 1939 werd de heer Hey
benoemd als adviseur voor de textiel
door de toenmalige minister van Eco
nomische Zaken, Mr. M. J. P. Steen-
berghe. Uit deze functie vloeide voort
het directeurschap bij het Rijksbureau
voor textiel. Onder leiding van de secr.-
generaal van minster Steenberghe, was
de heer Hey belast met de textieldistri
butie. Na de bevrijding legde hij zijn
ambtelijke functie neer en nam zijn
plaats weer in als directeur van Peha-
vee. In april 1946 kwam Mr. Spencer
uit Nottingham, een groot Engels in
dustrieel op tricotgebied, naar Holland
en volgde een associatie met Pehavee,
resulterend in de oprichting van N.V.
Spencer Hey.
Vanwege een tekort aan personeel
te Veenendaal werd het nieuwe be
drijf te Culemborg gesticht. In aug.
1949 werd de nieuwe fabriek al
daar geopend. Inmiddels is de fa
briek reeds behoorlijk uitgebreid.
In juli 1961 werd het gehele bedrijf
in Veenendaal, de Pehavee, naar Cu
lemborg overgeplaatst. Na de bevrijding
bouwde de firma een exportafzet op
zelfs naar de Unie van Zuid-Afrika. In
1960 volgde de oprichting van Cpencer
Hey in Kaapstad.
De heer Hey maakt elk jaar een reis
naar Kaapstad teneinde het produktie-
programma te regelen. Ook maakt de
heer Hey jaarlijks een zakenreis naar
Canada, waar hij een bestuursfunctie
vervult in een textielbedrijf.
De heer Hey is voorts bestuurslid van
het Prot. Chr. Verbond van Werkgevers
in Den Haag en heeft zitting voor de
ver. van Tricot en Kousenfabrikanten.
De heer Hey, die vijf jaar in Culem
borg woonachtig was, keerde in dec.
1963 weer naar Veenendaal terug.
Hopelijk zal de Veenendaalsegemeen
schap nog lange jaren van de organisa
torische talenten van de heer Hey kun
nen profiteren. Zeer recentelijk werd
de heer Hey benoemd tot lid van de
commissie voor de Geref. Kerk ter
plaatse.
De heer L. M. Bonnike werd op 3 ok
tober 1920 te Hilversum geboren. Na vol
tooide opleiding, gedeeltelijk buitens
lands, in 1948 na terugkeer uit Indonesië
Het ligt in onze bedoeling van
t(jd tot t(jd een artikel te plaatsen
van de in onze streek welbekende
publicist op het gebied van de ver
zorging van planten en bloemen,
de heer E. J. Gr(jsen uit Rhenen.
De heer Grysen is door een jaren
lange theoretische en praktische
studie terzake bijzonder kundig. Hij
verwierf de volgende r\jkserkende
diploma's en getuigschriften: Twee-
en driejarig rjjkstuinbouwdiploma;
bloemschikken en binden; bos
bouw; aanleg en onderhoud tuinen
en parken; bemesting en grondbe
werking; snoei, groei en bloei; al
gemene tuinbouwkunde en tuin
architectuur.
Sneeuw, vorst, regen, slijk wisse
len zich af en wij mopperen over
de grillige onbestendigheden van
het weer. De Bilt vertelt: „depres
sie zus, depressie zó verwach
ting Wij luisteren en mees
muilen enige dagen vorst
op de schaats regen, weg ijs,
weg wintervermaak en terwijl ik
dit neerschrijf sneeuw. We zijn
thans met ons doen en denken uit
de wijde natuur tot binnen de mu
ren van ons huis teruggedrongen.
Dat alles is een reden om op deze
tijd van de natuur te vervreemden.
De trawanten van koning winter
kwamen met bulderend geweld,
doch wij hebben de zekerheid dat
zij op dezelfde wijze weer de af
tocht zullen blazen. Binnenkort zal
een maartstorm ons weer als mu
ziek in de oren klinken, want de
uitvaart van de winter wordt ons
dan verkondigd. De lente zal zich
spoedig uit de knellende banden
losrukken.
De natuur werkt rusteloos voort
en geen plaatsje blijft daarbij leeg,
want als het ene verdwijnt, staat
het andere weer gereed. Aan elke
verschijning knoopt zich weer een
volgende vast en dit eeuwigduren
de wisselen is het juist waarop het
leven berust. Leven is meer dan
wat wij in het spraakgebruik on
der dat woord verstaan, want niet
alleen de mens en het dier en de
planten leven, zelfs het gesteente
in de aarde is niet dood.
Het leven der aardoppervlakte,
dat zich naar de jaargetijden, lente,
zomer, herfst, winter, in eeuwig
durende wisseling beweegt, berust
niet alleen in die verschijnselen
welke zich bij de dieren en planten
openbaren, doch evengoed ook in
die van de lucht en de aarde. De
miljoenen regendroppels, die door
de koude verstijven, die sierlijke
vormen van sneeuwvlokken ver
kregen, wanneer de zwevende dam
pen in de hogere luchtlagen zich
tot water verdikken en dan als
sierlijke sneeuwkristallen neer-
dwarrelen, dan is dat eigenlijk het
zelfde als wanneer het vocht uit de
grond, dat door een plant, of boom
wordt opgenomen, in de vorm van
bladeren en bloemen overgaat.
Wanneer ijzer roest, doordat het
zich verbindt met de zuurstof uit
de lucht, dan is dat een verschijn
sel dat overeenkomt met de ver
binding van ons bloed met dezelf
de zuurstof uit de lucht, waardoor
het een meer rode kleur krijgt. U
zult begrijpen, beste lezers(essen),
dat het een en ander berust op de
beweging der stof, het verschil ligt
alleen in het verschil van de stof
fen en de daaraan eigen krachten.
Er is volop beweging en bewe
ging is leven. Daarom ook, kan ik
niet nalaten bij het schrijven van
mijn artikeltjes, die u in „De Val
lei" regelmatig zult aantreffen, af
en toe op datgene opmerkzaam te
maken, wat binnen die wijde kring
besloten ligt en dat een grote in
vloed uitoefent op hetgeen ons al
len bezig houdt.
Wanneer de sneeuwlaag is ver
dwenen, richt uw blikken dan naar
de tuinen. Ziet: de sneeuwklokjes,
zij hebben zich door de aarde ge
boord, evenzo de sneeuwroem en
zovele andere voorjaarsgewassen.
Is de winter dood? Neen, zelfs niet
schijndood!
Ontwaken (lente), krachtig leven
(zomer), insluimeren (herfst), dood
(winter), ziedaar de vier toestan
den die de karakters der jaarge
tijden uitdrukken, doch ze zijn niet
in gelijke mate en gelijktijdig in de
toestand der verschillende wezens
herkenbaar. Nauwelijks verdwijnt
de sneeuw of de Winter-Aconiet
(Eranthis hyemalis) vertoont haar
groene blaadjes. Het sneeuwklokje
(Galanthus nivalis) wordt uit zijn
winterslaap wakker gekust door de
zonnestralen, als deze nog niet
warm genoeg zijn om de sneeuw
te doen smelten. Reeds lang voor
dat de lente begint schudden de
slanke takjes van de Hazelaar haar
overvloed van geel stuifmeel uit.
De weilanden en velden zien er
nu nog als dood uit en met het ge
zicht dringt men nog ver door het
bladerloze loofbos, waar zowel in
het eerste als het laatste de eerste
boden der nieuwe lente zich reeds
klaar maken om het nieuwe leven
in te luiden. Overal om ons heen
zien wij de bloem- en bladknoppen,
die de hoop op een spoedig ontwa
ken der lente besloten houden. Een
hoop die nog nimmer gefaald heeft
en ons niet teleurstelde. Reeds zien
wij in onze verbeelding de grote,
met glimmende hars overtrokken
knoppen der Kastanjebomen zwel
len, de Esdoorn knoppen hun slan
ke schubben uitzetten, waartussen
de sierlijk toegespitste bladeren op
gevouwen liggen. Dan is wéér een
kringloop ten einde gekomen en
wij staan in het midden van die
cirkel, met een steeds helder wor
dend begrip van ons eigen bestaan.
Zien en waarnemen!
In de volgende „Tuinbouwhoek-
jes" zal ik de verzorging van ka
merplanten, het onderhoud der di
verse planten en struiken in tuinen
en tuintjes, het zaaien en opkwe
ken van zomerbloemplanten, snoei-
groei en bloei, enz enz. bespreken.
Mocht ik hiermede bereiken nóg
meer liefde voor de natuur, voor
bloemen en planten, en alles wat
hiermede in verband staat, aan te
kweken, 't zou voor mij een grote
voldoening zijn.
Mocht u vragen hebben voor het
kweken en verzorgen van kamer-
of tuinplanten, zaaien of stekken,
schrijf gerust. Gaarne sta ik u met
raad terzijde.
E. J. Grijsen, Rhenen
De .coming man' de heer L. M. Bonnike
Op deze weg voortgaan
- alwaar de Koninklijke Veenendaalse
Stoomspinnerij en Weverij N.V. de Di
rectie voerde over Spinnerij Djantra N.V.
te Semarang - volgde zijn benoeming tot
Adjunct-Directeur der Kon. V.S.W. N.V.
In 1955 volgde de heer L. M. Bonnike
z(jn vader, de heer J. M. J. Bonnike,
als directeur der N.V. op. De heer
Bonnike is voorts commissaris van
Inter-Union N.V. te Veenendaal, als
mede van Staflex-Nederland N.V. te
Veenendaal en gedelegeerd commis
saris van Hollantor N.V. eveneens te
Veenendaal.
De heer Bonnike vervult verder vele
functies in het zakenleven. Hij is momen
teel bestuurslid van de Vereniging Ka
toen-Rayon en Linnenindustrie te Arn
hem, bovendien bestuurslid van de stich
ting Personeelsbeleid, gevestigd te Henge
lo. Hij is lid van het Algemeen Bestuur
van het Verbond van Nederlandse Werk
gevers te 's-Gravenhage en secretaris van
de stichting Bedrijfsgeneeskundige Dienst
Veenendaal.
De uit Friesland afkomstige inwoners
van Veenendaal kwamen deze week bij
een teneinde de onderlinge banden weer
eens te versterken. Wij ontvingen het
volgende verslag, uiteraard in het Fries
gesteld
Tiisdy 25 febrewaris kamen de Fryzen
bij elkaor yn seal de Haas. De opkomst
hie better kint, dochs wiemen der in
pear nije gesichten, dy t'fensels tige
wolkom hjitten waerden.
Daeliks wiemen dizze mannen ek bi-
ret om hj arren skouders under it wurk
to setten, det forset wirde moat, scil us
Krite hwat bits jutte.
It bestjur scil Veenendaal no yn blok
ken fordiele, sa, det in pear leden ienris
yn it feamsjier der bij lans komt feaks
mei in bledsje mei nijs en wederwaer-
dichheden fen de omlizzende kriten en
it Heitelan. Mulk kinne wij den ek noch
meielkoarren nei Utert, wer t' Tetman
komt mei: „Een snufdoaske oant nijlon-
hoaske".
En to Tiel scil Rients Gratema komme
mei syn nijste programme. Dus wij bin-
ne dochs wer ut ein set en hoopje de
ban fen de fryzen to forstevichjen om
wer ris in noflikke fryske joun mei el-
koar hawwe scillen.
Ek is der noch praet oer in sjong joun
ienris yn e moanne bij ien fen de leden
oan hus. Fryzen, dy t sa no en den
dochs noch ris frysk praotte wolle,
kinne hjarren op jaen oer de tillefoan
3065 as op de Sav. Lohmanstrjitte 145
in Veenendaal.
Voor het ambt van koster-concierge
van de Cunerakerk en het gebouw
Irene te Rhenen is geen belangstel
ling.
De hervormde kerkvoogdij vraagt
zich af of het misschien zaak is om
de functie te splitsen, in die zin dat
het een betaalde vrije tijdsbesteding
wordt voor enkele personen.
Men is het er in ieder geval over
eens, dat men niet buiten een per
soon of enkele personen kan, die het
kosterswerk opknappen. Als enige
wat van het werk zou kunnen ver
vallen, noemt men het rondleiden
van zomerse bezoekers en toren-
beklimmers.
(Het zou toch ook wel jammer zijn
als een monumentaal gebouw als de
Cunerakerk niet meer onder leiding
te bewonderen zou zijn. Red.)
Mej. D. Stuurman, zendingszuster
in Kenya, waar zij door de (Herv.)
Geref. Zendingsbond tewerk is ge
steld, is op het ogenblik in Neder
land.
Op vrijdag 6 maart zal zij in het
Buurtschapshuis in Achterberg over
het zendingswerk in Afrika komen
vertellen. Zij zal haar verhaal illu
streren met dia's.
In Rhenen doet men, waar mogelijk,
aan oecumene. Dit blijkt ook weer
uit de besluiten die zijn genomen
tijdens een kerkeraadsvergadering
van hervormden en gereformeerden
tezamen.
Besloten werd om de bid- en dank
stond voor gewas en arbeid geza
menlijk te houden en twee gemeen
schappelijke jeugddiensten te beleg
gen, in april met een gereformeerde,
en in oktober met een hervormde
predikant. Daarbij komt ook nog de
traditionele Kerstnachtdienst van
beide kerken.
De gezamenlijke hervormd-geref.
bidstond voor gewas en arbeid in
Rhenen, waarover wij in deze ru
briek reeds spraken, is op woensdag
11 maart a.s. in de Cunerakerk.
De herv. ds. Westra verzorgt de li
turgie, ds. Volten (geref.) de predi
katie.
We noemden hier al eerder cijfers
over het predikantentekort in enkele
kerken. Bij de gereformeerde kerken
schijnt het al niet anders te zijn,
hoewel hier zeker niet kan worden
gesproken van een noodsituatie.
We lazen, dat er behoefte is aan
minstens 600 nieuwe predikanten in
twaalf jaar, oftewel 50 dominees per
jaar. Deze behoefte is gebaseerd op
verschillende verwachtingen. Eén
daarvan is het grote aantal predi
kanten dat in de komende twaalf
jaar met emeritaat zal gaan. Begin
1963 waren er 384 dominees ouder
dan 52 jaar; dezen gaan in de ko
mende twaalf jaar met emeritaat.
Toch staan de gereformeerde kerken
er ondanks alles niet slecht voor.
In de loop van de laatste zes jaar
werden 240 kandidaten in het ambt
bevestigd.
Als deze toeneming van predikanten
zich in de toekomst in dezelfde lijn
ontwikkelt, heeft men het overgrote
deel van de 50 emeriti per jaar reeds
opgevangen met jonge ambtsdragers.
Er waren begin 1964 nog 156 vaca
tures en begin 1963 148, een toename
dus van slechts 8.
Sedert begin 1961 is het aantal vaca
tures toegenomen met 44.
Wij hadden geschreven, dat de (ger.)
ds. D. van Enk op 1 april a.s. zijn
35-jarig ambtsjubileum hoopt te
„vieren". Ds. Van Enk tekent hierbij
aan, dat het geen viering in de ge
bruikelijke zin van het woord (fees
telijkheden e.d.) zal worden. Mogen
we het daarom veranderen in „her
denken"?
Overigens is ds. Van Enk volgend
jaar 30 jaar in Veenendaal, ook een
feit wat uitsluitend „herdacht" zal
worden.
De herv. jeugdraad organiseert op 7
en 8 maart a.s. een jeugdweekend.
Op het programma voor de zater
dagavond staan enkele briljante
kleurenfilms over de natuur van
Bert Haanstra en een film over het
vluchtelingenprobleem in China, ge
titeld „Hong-Kong".
's Zondags zal dr. C. Graafland in
zijn predikatie het jeugdweekend
betrekken, welke preek 's avonds
besproken wordt.
De jeugdraad is ook nog trachtende
het Utrechts mannenl^por „Aurora"
te contracteren voor een Paasbijeen-
komst en voor het Kerstfeest 1964 -
het is zaak dat men ver vooruit
kijkt - het Chr. Haags Knapenkoor.
Het laatste koor was in eerste in
stantie gevraagd voor de Paasbijeen-
komst, maar rond Pasen volledig
bezet.
Ds. A. Vroegindewey, al 17 jaar nederlands hervormd predikant in Veenen
daal formuleert in een openhartig gesprek zyn zinnen bedachtzaam. Ds.
Vroegindewey is een der hervormde predikanten, die binnen het raam van
het grote geheel het geluid iaat horen van de herv. geref. richting. De Ned.
Hervormde kerk, de Erve der Vaderen dient te staan op basis van Schrift en
Belijdenis aldus Ds. Vroegindewey. Ook in landelijk verband, als voorzitter
van de Mannenbond laat Ds. Vroegindewey menigmaal dit principiële stand
punt horen. Van z(jn hand verschijnen artikelen in het „Gereformeerd Week
blad", waarvan hij redakteur is.
Hoewel de tijden zijn veranderd en
zich overal andere vormen open
baren, mogen wij de belijdenis der
Waarheid nooit 1 blaten, zegt ds.
Vroegindewey. Vroeger drukte de
Gereformeerde belijdenis veel meer
haar stempel op ons volksleven. De
jeugd heeft beslist niet minder be
langstelling voor godsdienstige din
gen, maar het dringt niet meer tot
de diepte door. Voornamelijk het ge
brek aan kennis doet zich gelden.
De jeugd zou zich meer moeten ver
diepen in de kennis van de Bijbel en
de geloofsleer. De profeet Hosea
klaagde daarover reeds „Mijn volk
is verloren omdat het geen kennis
heeft."
Misschien zou er een iets andere
vorm aan catechisatie en jeugdwerk
gegeven moeten worden, maar ik
heb er groot bezwaar tegen als het
christelijk jeugdwerk degradeert tot
ontspa r r; ingsbij eenkomsten, zoals
herhaaldelijk gebeurt. Een inten
sieve Bijbelbespreking is absoluut
no dzakelijk, want het Woord van
God moet ons richtsnoer zijn vol
gens ds. Vroegindewey.
herstel van het gereformeerde ka
rakter naar Schrift en Belijdenis van
de kerk der Vaderen. Het ligt verder
in de bedoeling om alle kerkeraden
van Veenendaal tot een gesprek uit
te nodigen om met elkaar te spreken
over de vraag hoe wij als gerefor
meerde gezindte meer één zouden
kunnen zijn.
Met de groei van de plaats Veenen
daal zullen ook uitbreidingen op ker
kelijk gebied volgen. Wij hopen dat
de nieuwe Sionskerk nog dit jaar ge
reed komt. Nu er weer een nieuw
wooncomplex wordt ontsloten in de
Engelenburg hebben we reeds de
mogelijkheden van eventuele kerk
bouw in dat gebied besproken.
De verdeeldheid der kerk is een zon
dige verdeeldheid. We moeten in ons
streven naar de eenheid der Christe
nen echter duidelijk in het oog hou
den dat dit een „Eenheid in de
Waarheid" moet zijn. Dit heb ik ook
in landelijk verband al eens naar
voren gebracht.
Over de fundamenten des geloofs
moeten we het eens zijn. Dan mogen
er best nuanceverschillen zijn in bij
komstige zaken.
Als hervormd gereformeerden heb
ben we de eenheid gezocht te be
waren en daarom hebben wij de her
vormde kerk niet kunnen loslaten.
Toch voelen we ons nauw verwant
met de gereformeerde belijders in
andere kerken. Het is te betreuren
dat er zoveel verdeeldheid onder hen
is, vooral ook in deze gemeente. Aan
die verdeeldheid staan wij misschien
allen schuldig, elk op zijn eigen
plaats, maar daarom temeer moeten
we met elkaar de eenheid „in Enig
heid des waren geloofs" zoeken. In
onze eigen kerk strijden wij voor het
Ds. A. Vroegindewey
De kerk dient als wegwijzer naar
Boven een plaats te krijgen temid
den van de moderne flatgebouwen.
Een persoonlijke wens van mij is ook
een verpleeghuis te stichten voor
bejaarde patiënten. Het nieuwe
Rusthuis, met een ziekenafdeling van
15 patiënten, is daarop niet geheel
ingesteld en biedt feitelijk alleen
plaats voor bejaarden die zich nog
wat kunnen redden.
Er is nog veel te doen, maar per
soonlijk is het mij een grote vreugde
bezig te mogen zijn met de uitbrei
ding van Gods Koninkrijk, zo besluit
ds. Vroegindewey het gesprek.
Tijdens de dinsdagavond in de Ritmeester kantine gehouden jaarvergadering van de
afd. Veenendaal der Koninklijke Nederlandse Vereniging Eerste Hulp bij Ongelukken
waren 28 leden aanwezig. Uit het verslag van de secretaris bleek dat naast de ver
leende hulp bij wandeltochten, kinderzang, volkskerstzang, kinderspelen op Konin
ginnedag, voetbalwedstrijden enz. ook weer aan diverse wedstrijden werd deelgeno
men, waarbij de afdeling Veenendaal meermalen een goed resultaat wist te behalen.
Op de Vewibeto 5 was de afdeling eveneens present. In 1963 werden 12 nieuwe leden
ingeschreven, terwijl 14 leden moesten worden afgevoerd. Het totale aantal leden
bedroeg per 31 december j.l. 113. Een nieuwe cursus, welke door de B.G.D. wordt
verzorgd, omvat een 20 tal cursisten.
De penningmeesteresse moest medede
len dat over 1963 helaas geen sluitende
rekening kon worden verkregen. Het na
delig saldo bedroeg f 354,50. Dit tekort
werd ondanks de per 1 jan. j.l. ingevoer
de contributieverhoging, enerzijds ver
oorzaakt door de aanschaffing van een
oefenpop voor mond- op mondbeademing
en een schrijfmachine voor de secretaris,
terwijl anderzijds de opbrengst van de
donateursactie en de verkoop van ball
points wat tegenviel. Er werden 51 dona
teurs geboekt, hetgeen tesamen met de
verkoop van ballpoints een netto resul
taat opleverde van f 137,50.
Ook op de begroting voor 1964 wordt
rekening gehouden met een tekort van
f 165,—. De actie voor het winnen van
nieuwe donateurs dient dus te worden
voortgezet, terwijl voorts andere moge
lijkheden zullen worden gezocht om de
kaspositie te verbeteren.
Een aantal suggesties van de leden,
waaronder het verzoek om verhoging van
de gemeentesubsidie welke momenteel
f 100,per jaar bedraagt, werden door
het bestuur in overweging genomen en
zullen worden bekeken.
Indien enigszins mogelijk wil het be
stuur liever niet terugvallen op de voor-
hean regelmatig gehouden huis-aan-huis
collecte.
Op korte termijn zullen enkele bran
cards worden aangeschaft, terwijl ook het
verbandmateriaal dient aangevuld. De
verzorging van de oefenavonden door een
arts geeft momenteel wat moeilijkheden
door een onderbezetting bij de B.G.D. De
plaatselijke artsen zijn veelal te bezet
voor dit werk.
Bij de bestuursverkiezing werd de heer
Van Ham gekozen in de plaats van de
heer Aalderink. Aangezien voor de pe
riodiek aftredende penningmeesteresse
mej. v. d. Hoef geen tegenkandidaten wer
den ingediend, werd zij z.h.s. herkozen.
In de kascommissie werd i.p.v. de aftre
dende heer Van Ginkel benoemd de heer
J. Heikamp.
Door de leden werd tenslotte nog ver
zocht het verslag van de penningmees
teresse voortaan vooraf in het tweemaan
delijks orgaan van de vereniging te pu
bliceren.
RECTIFICATIE E.H.B.O.
De in ons blad van dinsdag genoemde
deelnemers aan de EHBO-wedstrijd in
de SKF-kantine op 17 maart a.s., zijn
geen personeelsleden van dit bedrijf,
maar leden van de plaatselijke afdeling
van de EHBO.
De naam directeur Jonkerbeker blijkt
achteraf niet juist te zijn, omdat de
gehele directie van SKF deze beker be
schikbaar stelde.
(De naam directeur Jonkerbeker ont
leenden wij aan het officiële orgaan van
de plaatselijke EHBO. Red.)
Wintersport een ma
gische klank voor ieder,
die modern wil zijn: op
labiele latten een gewel
dig sneeuwveld doorklie
ven, op een bergtop in de
zon zitten, zo maar wat
door de sneeuw wande
len, dót is wintersport.
Wintersport is nog méér.
Wintersport is warm ge
kleed zijn, warm, en voor
al modieus. Want zoals 's
zomers de boulevards van
Nice en St. Tropez een
gloeiend centrum vormen
voor het allernieuwste op
het gebied van zomerkle-
dnig, zo moet ook Koning
Winter gedurende zijn
ambtsperiode de regeer-
dersstad met Koning Mo
de delen.
De après-ski-mode is de
laatste jaren sterk naar
voren getreden. Exclusie
ve après-ski-jacks, -broe
ken en -laarsjes mogen
niet meer aan een ski- 11
garderobe ontbreken. Ook
de ski-pantalons van elas-
tisch materiaal komen in
grote letters op het mo
de-recept voor.
Het kledingstuk, dat ech-
ter als het belangrijkste
onderdeel van de winter-
garderobe beschouwd werd en wordt, is de onvervalste slobbertrui. Dik, kleurig,
warm, en vooral modieus. Want hoe grillig de mode ook is, truien zullen nooit
uit zijn repertoire geschrapt worden; zij zijn immers de garantie voor warmte, com
fort en charme! Ook in draion zijn nu hele „fijnerds" te krijgen. En ze zijn niet al
leen modern: ze zitten heerlijk warm, ze wegen bijna niets, ze zijn kleurecht, en bo
vendien is draion zeer gemakkelijk te wassen.
As we onze dralon-trui bij wijze van spreken 's avonds in de alpenhut (waar we
overnachten, als we een ski-tocht maken!) door een zacht sopje halen, hem in zui
ver sneeuwwater uitspoelen (stromend water bestaat natuurlijk niet, in die gebieden)
dan kunnen wij hem de volgende dag schoon en ongekrompen weer aan het door een
romantisch houtvuur verwarmde lijf trekken.