HET PARADIJS MET DE VREEMDE NAAM Een zomer ochtend in de Hel Ons voorgeslacht gaf aan de plassen en moerassen in de zuidelijke Gelderse Vallei de naam „de Hel" EERSTE NEDERLANDSE KRUISER MET RAKETTEN De nationaliteit van de vrouw in verband met haar huwelijk BANK ARAM ARAM TWEEDE BLAD „DE VALLEI" VRIJDAG 20 MAART 1964 Nr. 23 door ADRIAAN P. DE KLEUVER Met tekeningen van de schrijver Scherpenzeel-Maluka muda 2-2 In augustus in de (proef-vaart DE GROTE OPSTAND Vroeg stappen wij uit de veren en over tuigen er ons van dat het uitstekend weer is om er opuit te trekken. Niet dat wij bang zijn voor een buitje regen of voor kou, maar als het zo uitkomt, dan is een beetje medewerking van de weer goden tóch wel prettig, 't Is een fijne morgen, vol beloften. Het dorp lijkt wel uitgestorven als wij de fiets van stal halen. Een vroege bromfietser is al op weg naar zijn werk wanneer wij wel gemoed en verwachtingsvol de kortste weg nemen naar de groene velden van de vallei. Er hangt een dunne nevel. De zon, die zich juist over de oosterkim heenwerkt, tracht er doorheen te drin gen. Nog is de einder koel en heiig, maar straks zal de zon de zilverige sluiers van het veld wegtrekken en langs de heuvel rug het dampgordijn openschuiven. De dag belooft veel goeds te brengen. In dolle tuimelvlucht scheren boven de weilanden de kievitten voorbij en hoog hartig stappen de grutto's door het lange gras. Op een paaltje staat een tureluur driftig door de knieën te knikken en hoog in de nog gelige lucht tjakkert een wa tersnip al mekkerend in glijvlucht om laag. Burgemeester scholekster draait op een droog plekje van de Blauwe Hel vleiend om zijn bonte Pietje heen. Wij allen zijn wel bekend met het bestaan van het natuurreservaat ,De Hel'. Zonder er eigenlijk ooit bij te hebben stilgestaan zouden wij met dit natuurgebied zeer verheugd moeten zijn. Ongetwijfeld kwamen we daar vele malen langs en vroe gen ons af: Wat zou daar nu leven en hoe is er de plantengroei e.d.? Dit heeft u wellicht nieuwsgierig gemaakt en daarom hebben wy de heer A. P. de Kleuver, bekend veld- bioloog en opzichter van het reser vaat bereid gevonden exclusief voor ons blad een drietal artikelen te schrijven over al wat daar groeit en bloeit en leeft. Wij vestigen er de nadruk op dat het natuurreservaat eigendom is van bet ministerie van O. K. en W. Het eerste artikel van de heer de heer de Kleuver, getiteld „Een zomerochtend in de Hel", treft u op deze pagina aan. En dan zijn wij de poort van de Hel genaderd. Neen, schrik maar niet. „Onze" Hel is geen plaats des ver- derfs. Het is veeleer een paradijs. Een paradijs van vogels en bloemen. Door een weiland komen wij in het elzen broek en bereiken vervolgens het wijde rietland, waar bitterzoet met trossen violetlila bloemen haar lianen slingert en de zeldzame moeraslathyrus met bleek- purperen bloemtrossen omhoog rankt. Zachtgele poederdonsjes van poelkruit geuren er zoet en de pluimen van de moerasspirea geven opdringerig hun aroma af. Dan opent zich de rietkraag en kijken wij over de plas, waar tussen gro te, ovale donkergroene bladeren de puur witte, wijd opengevouwen waterlelie bloemen zich verdringen. Zó veel zijn er. Een reiger gaat op de wieken, de hals gekromd, als had ze zojuist een paling ingeslikt. Zo volgen een tiental familie leden, die allemaal stokstijf op het ach terste ingevaren stuk de wacht hielden. Op wat? Dat komen wij niet te weten. Ze hebben er alleen de hele nacht ge slapen en nemen nu bij het minst of ge ringste geluid de lange benen. Al meer dan een minuut snort in het riet land naast ons een naaimachientje. Is dat een sprinkhaanrietzanger of een snor? Wij besluiten op de eerste, want de snor heeft niet zoveel adem om dat „swrr zo lang vol te houden. Beide vogels zou den anders, zo denk ik, een goed figuur slaan als rateltje in de (ten onrechte aan Haydn toegeschreven) „Kindersympho- nie" van vader Leopold Mozart. Een grote karekiet kraakt zeer nadruk kelijk zijn zangnoten stuk. Zijn kleinere broertje doet dat vrij wat bedeesder. Te gen de achtergrond van dit snorrende en krakende kwartet laat uit een wilgen struik een bosrietzanger zijn parelende strofen horen. Ons neem je niet, jjj klei ne bedrieger, al doe je soms net of je een andere vogel bent, jij spotvogel van het rietland. Broer rietzanger is wat dat be treft vrij wat eerlijker. Die laat er geen twijfel over bestaan dat ze in de „paren- tatie" valt van de karekieten. In de elzen achter ons begint een tjiftjaf zijn intervallen op te zeggen en een fitis probeert wijs te houden, wat mooi lukt, omdat stééds weer het met zoveel elan ZWANEN BOVEN DE HEL. Het kan u gebeuren dat u één dezer dagen een vlucht wilde zwanen over de vallei ziet gaan in noordelijke richting. Dan kunt u er op rekenen dat de lente in aantocht is. En over het natuurleven in en om ons onvolprezen mooie natuurreservaat de Hel zal in een drietal artikelen onze me dewerker veldbioloog Adriaan P. de Kleuver U meer vertellen. ingezette wijsje al lispelend wegebt. Een zanglijster overstemt met het gemak van een coloratuurzangeres heel dit vogelor kest en een merel geeft er zijn militante fanfares bij ten beste. Ze hebben geen conservatorium-diplo ma, deze zangers van de Hel, en toch gaat het nooit fout. Het is als met de veldbloemen. Duizenden kleurnuances zie je en toch vloekt het één nooit met het ander. Alles is puur harmo nie. Ook in de vogelwereld. Van het stamelend voorgedragen wijsje van de zwartgekopte rietgors daar, tot het tweetonig gezaag van onze geelgors toe, alles stemt volkomen samen in dit als door een onzichtbare meesterhand geleide natuurorkest. hoen. Ze is niet erg schuw, maar door haar verborgen leven zie je toch dit aar dige ding zo zelden. Nog verder gaan wij. Nu op ongebaande wegen. In het riet staan statige grote boterbloemen te glanzen en de bijna manshoge melkeppe is aan bloeien toe. Fluweelrode wateraardbei, boerenkool- gekroesd kartelblad, wolfspoot, zeegroe ne muur en moerasbastaardwederik schijnen zich te verdringen om hun plaatsje in de zon. En wanneer de wind het riet doet golven, dan voeren de gele lissen hun zwaarddans uit. Dan staan wij temidden van vervaarlijk deinende drijftillen op een steviger stuk je „land". Drom nu niet te dicht op el kaar, want dan zak je toch nog tot de knieën weg. De pittige geur van kalmoes omwolkt ons. Midden in de dichte velden buigzame mattebies staan wij en een mi niatuur carboonwond van moeraspaarde- staart waarschuwt ons dat je daar beter De zeldzaamste zomergast van de Hel is wel de Wielewaal. Hoe jammer dat wU u de vogel niet in kleur kunnen laten zien. Helder geel en glanzend zwart is het verenkleed van deze Iys- terachtige vogel. Het nest zit er gens in de vork van een tak gevlochten. Een mooi en veilig plekje, waar geen kat, marter of zo bjj kan komen. Genoeglijk knorren in het rietland de waterratten. Gekke dingen zijn dat toch. Soms gilt er een als een biggetje dat aan zijn staartje getrokken wordt. Langzaam roeien de meerkoeten weg uit het midden van de plas en ook neefje waterhoen gaat snel de overzijde inspecteren. Wat een rusteloze dingen zijn dat toch! Met snelle wiekslag cirkelt een paartje zomertalin- gen rond en gaat tegen de wind in te water. Geen vogel trekt er zich iets van aan. Ze zijn onder elkaar. 't Ia eigenlijk maar een rare vogel, zo'n koekoeksjong. Vetgemest en volgepropt met harige rupsen barst het hongerige geval al gauw uit het nestje en dan volgen de pleegouders als slaven. In een zeer matige wedstrijd waarin bel de ploegen hebben voorgestaan hebben zij uiteindelijk de punten broederlijk gedeeld. Met de twee-twee eindstand kregen zo wel de thuisclub als hun bezoekers meer dan hun toekwam want het futloze par tijtje dat beide ploegen op de Wittcnberg- se grasmat legden had eigenlijk niet met doelpunten gehonoreerd moeten worden. Dat dit toch gebeurde was te wijten aan een viertal blunders welke door de keepers van beide ploegen werden ge maakt en aangezien beide keepers even veel blunders maakten en hieruit voor beide ploegen twee treffers ontstonden, is de 2-2 eindscore verklaard. Voor de rust speelden de gasten met de sterke wind in de rug en in deze periode waren zij wat meer in de aan val dan de thuisclub, na de rust had deze het windvoordeel maar dit bleek hun niet tot grote daden te inspireren, zodat er voor de weinige bezoekers niet veel viel te genieten. In het eerste kwartier van de wed strijd waren de gasten het meest in de aanval zonder echter tot gevaarlijke acties te komen. Toch wisten zij in deze periode de leiding te nemen toen bij een vrije schop op het Scherpenzeel-doel de bal voor de voeten van Tuhusula stuitte en deze een tam rollertje losliet dat tot ieders verbazing langs de niet reageren de keeper Vlastuin in het doel rolde. weg kunt blijven. Tussen een warreling van waterdrieblad en wateraardbei ste ken de albasten bloemschermpjes van het pijptorkruid omhoog. Het gevaarlijkste deel van de Hel heeft de Schepper ge tooid met het helle ultramarijn van de blauwe Godsgenade en de hemelsblauwe oogjes met gouden pupillen van de moe- rasvergeetmijnietjes kijken ons guitig aan. Hoe verrukkelijk mengt zich dit warmgeel van de mimosaachtige bolle tjes in de bladoksels van de moeraswede rik. Aan de rand van het kleine plasje brengt een verlaat bloeiende dotter bloem ons een laatste lentegroet. Daar ook steken de varkenssnuitjes van de geel-gehalskraagde plompe- bloemen tussen een overvloed van drijvende bladeren omhoog. Voorzichtig trek ik zo'n bloem los van de met het bodemveen vergroeide wortel stok en laat de bloem rondgaan om van de vreemd aromatische geur te genieten. Iemand trok een vies gezicht. Maar dat kwam door het schijfje kalmoeswortel dat hij in zijn mond genomen had Laag en geheimzinnig komt juffrouw koekoek overvliegen. Die zit wel met haar ei verlegen. Ik zou zo zeggen dat er nestkeuze genoeg is: karekieten, rietzan gers; m'n hartje, wat wil je nog meer als pleegouders voor je kind. 't Is me zo'n ontaarde dame van lichte zeden! Juf frouw koekoek woont niet voor niets in de wallen rond de Hel De zon is al hoger geklommen, wanneer wij huistoe gaan. Op de terugweg denk ik aan Beethoven, die in zijn „Pastorale" een verrukkelijke natuurimpressie heeft weergegeven. En tóch is daar in dat gees tige vogelgeluidengrapje van de geniale meester slechts imitatie. Niets haalt bij het lied van de Schep ping. Zoals dat op een zomerochtend in de Hel weerklinkt. Dieper dringen \vQ in de Hel door en volgen een wel wat gevaarlyk privé paadje van myzelf. Haastig rent een donkere, witgestippelde vogel weg, wanneer wij het einde van dat paadje bereikt hebben. Ja, u zag het goed. 't Was een porcelein- Eén en al oor is Beet hoven op deze geesti ge tekening van onze medewerker. Zo moet men ook één en al oor worden wanneer men in Gods vrye natuur Zyn wonderen gaat beluisteren en zien. De Nederlandse Koninkiyke Marine krijgt in augustus een oud bezit in een nieu we jas terug. Het is de kruiser „De Zeven Provinciën", de eerste Nederlandse oorlogsbodem, die met raketten wordt uitgerust. Het trotse schip heeft nu bijna twee jaren op de werf gelegen. Nijvere handen hebben met behulp van snijbran ders en stevige kranen het schip een geduchte verandering doen ondergaan. Ei genlijk is het helemaal verkeerd om te zeggen, dat de kruiser een nieuwe jas heeft gekregen. In feite is de huid van het schip het enige dat bewaard is geble ven. De inhoud is geheel veranderd. Het bovendek van de Zeven Provinciën vertoont nog maar weinig gelijkenis met wat men van een oorlogsschip zou ver wachten. De Nederlandse kruiser is een typisch mengprodukt van een tijd, waar in nieuwigheidjes al verouderd zijn vóór zij in de praktijk kunnen worden toege past. Op het voordek wyzen nog de trotse lopen van de geschutstorens vooruit, klaar om ieder moment de granaten hui lend weg te slingeren. Met de snelle vier- loopsmitrailleurs vormen zij de conven tionele bewapening. Het achterdek ziet er heel anders uit. Hier staan enorme radar ogen, die kilometers ver het luchtruim kunnen aftasten. Hier staat ook de vreemdsoortige toren, vanwaar twee Terrier-raketten tegelijk kunnen worden afgevuurd. Terrier betekent eigenlijk jager of sol daat. De raketten, welke nu aan boord van de Zeven Provinciën worden aange bracht, moeten ook jagen, nl. op vlieg tuigen, die een convooi bedreigen. Zij wor den geleid door radar en kunnen hun doel haast niet missen. Zij kunnen ook atoom ladingen meevoeren om grote formaties vliegtuigen in één klap uit de lucht te halen. Die atoomladingen zijn echter niet in Nederland. Zij zullen pas aan boord van het schip worden gebracht als Ame rika hiervoor toestemming heeft gege ven. De verbouwing van de Zeven Provin ciën kost ruim vijftig miljoen gulden. Daarbij komt nog een Amerikaanse schenking van ongeveer zestig mil joen gulden aan apparatuur. De krui ser wordt een kostbaar schip. In vele opzichten. Niet onfortuinlijk kwam de thuisclub in de 25e minuut gelijk, een voorzet van middenvoor Renes werd een ge makkelijke prooi van keeper Tamarin- da, deze liet de bal echter weer vallen en toen had Rebergen j»een enkele moeite om de partijen weer op gelijke voet te brengen. Na de rust was de wedstrijd nauwe lijks het aankijken waard en het zag er naar uit dat het 1-1 zou blijven. Vrij onverwachts vielen er echter nog twee treffers, eerst in de 30e minuut toen een tam schot van Rebergen via de handen van keeper Tamarinda tergend langzaam in het doel rolde (2-1) en vijf minuten voor het einde, toen onoordeel kundig uitlopen van keeper Vlastuin door Tuhusula met een bekeken boog- bal werd afgestraft (2-2). Rest ons te vermelden dat de beste man van het veld scheidsrechter Win kelaar uit Utrecht was. Met de nieuwe bewapening vormt zij een geduchte tegenstander. Raketten zijn on misbaar in de moderne zee-oorlog. Een vliegtuig, dat het schip met een snelheid groter dan die van het geluid nadert om het aan te vallen is met conventionele mitrailleurs en kanonnen niet meer uit de lucht te halen. De Terriers echter kun nen het met een snelheid van zo'n 2500 kilometer per uur tegemoet schieten. Voor het vliegtuig is er dan geen ont komen meer aan. Tijdens zo'n gevecht zal er op het achter dek van de kruiser geen man te zien zijn. Het zenuwcentrum is te vinden onder het nieuwe achterdek van de Zeven Provin ciën. Een handvol marinemannen bekijkt daar de radarschermen en de electro- nische breinen, die in fracties van secon den met behulp van de radar de baan van het aanvallend vliegtuig berekenen en vertellen in welke richting de Terrier moet worden afgevuurd. De kruiser heeft één groot radaroog voor de algemene verkenning. Voor de Terrierinrichting zijn twee aparte installaties aangebracht. Elke raket, die wordt afgeschoten het kunnen er twee tegelijk zyn wordt ge leid door een eigen radarstraal. De man, die de trekker overhaalt, heet officieel „wapen-directie-officier". Hij staat benedendeks voor een scherm, waarop zyn doel zich vertoont. In zijn hand heeft hij een handvat met een trek ker. Hij behoeft de knop slechts in te drukken en de Terrier schiet uit de toren omhoog, een lange streep bruine rook achter zich latend. De toren wordt auto matisch weer geladen. De Nederlandse kruiser kan iedere halve minuut twee Terriers afvuren. Het werk bij de Rotterdamse Droogdok- maatschappij is nog niet helemaal klaar. In augustus van dit jaar zal de kruiser op proefvaart gaan. Volgend voorjaar zal met de raketten worden proefgeschoten voor de kust van Amerika. Dan pas zal de Zeven Provinciën weer klaar zijn voor inschakeling by de Nederlandse Marine en die van de N.A.T.O. Het schip zal met de nieuwe bewapening tot rond 1977 dienst kunnen doen, zo zeggen de mari nedeskundigen. Als de bewapening niet was veranderd zou de kruiser al tegen het eind van de jaren zestig volkomen zyn verouderd. Nadruk verboden. Op 1 maart 1964 is de Rykswet van 14 november 1963 tot wijziging van de Wet op het Nederlanderschap en het ingezetenschap in werking getreden. Deze wijzi gingswet heeft een nieuwe regeling gegeven van de nationaliteit van de vrouw ln verband met haar huwelijk. De oude regeling stoelde op het beginsel van een eenheid van nationaliteit ln het gezin. De nationaliteit van de vrouw richtte zich naar de nationaliteit van haar man. Indien een Nederlander met een buitenlandse vrouw trouwde, werd deze van rechtswege Nederlandse. En de Nederlandse vrouw, die een vreemdeling huwde, verloor automatisch het Nederlanderschap, wanneer zy by het aangaan van haar huwelijk de nationaliteit van haar man verkreeg of door het afleggen van een eenvoudige verklaring kon verkrygen. Ten aanzien van de nationaliteit volgde de vrouw dus de staat van haar man. Dit systeem is in de huidige maatschappe lijke verhoudingen uit de tijd. De gehuw de vrouw is tegenwoordig handelingsbe- kwaam en heeft haar eigen rechten. Zij behoort nu ook zelf over haar nationali teit te kunnen beslissen. Hoe dit beginsel in de nieuwe wet is uitgewerkt, zullen wij thans in grote lijnen trachten weer te ge ven. De nieuwe regeling De nieuwe wet legt de huwende of ge huwde vrouw geen nationaliteit op bui ten haar verklaarde wil en laat haar in beginsel zelf beslissen over verkrijging, behoud of verlies van nationaliteit. De gehuwde vrouw wordt dus gevrijwaard tegen verrassingen, welke uit automa tische verkrijging van een vreemde na tionaliteit zonder haar wil kunnen voort spruiten. In het nieuwe systeem verkrygt of verliest de gehuwde vrouw het Neder landerschap niet, zolang zy generlei verklaring aflegt jegens de Neder landse staat of een vreemde mogend heid. Jegens de Nederlandse staat wordt een verklaring, als hier bedoeld, afgelegd voor de burgemeester of in het buiten land voor de Nederlandse diplomatieke vertegenwoordigers of consulaire ambte naren. Gemakshalve zullen wij deze func tionarissen verder aanduiden als „de autoriteit". De niet-Nederlandse vrouw, die met een Nederlander trouwt, kan de Nederlandse nationaliteit verwerven door haar wil daartoe te kennen te geven aan de auto riteit. Deze verklaring behoeft vanzelf sprekend niet te worden afgelegd door de vrouw, die het Nederlanderschap reeds vóór 1 maart 1964 van rechtswege had verkregen door haar huwelijk met een Nederlander. Trouwen met vreemdeling De Nederlandse vrouw, die met een vreemdeling trouwt verkrijgt ingevol ge de wetgeving van vele landen van rechtswege als het ware automatisch de nationaliteit van haar man. Zij behoudt echter volgens de nieuwe regeling het Nederlanderschap. Als gevolg van haar huwelijk bezit zij dan een dubbele nationaliteit. Zij kan nu afstand doen van het Nederlanderschap door haar wil daartoe te kennen te geven aan de auto riteit. Volgens de wetgeving van andere landen verkrijgt de Nederlandse vrouw, die met een onderdaan uit een van die landen trouwt, niet van rechtswege de nationa liteit van haar man. Wil zij de nationali teit van haar man verkrijgen, dan zal zy de door het betreffende land voorgeschre ven stappen moeten doen. Verkrijgt zij langs deze weg de nationaliteit van haar man, dan verliest zij het Nederlander schap. De gehuwde vrouw wordt hier op één lijn gesteldmet een man of een onge huwde vrouw. Indien deze door zijn of haar wil een andere nationaliteit ver krijgt, verliest hij of zij het Neder landerschap. Naturalisatie De naturalisatie tot Nederlander van een gehuwd man heeft niet tot rechtsgevolg, dat zijn vrouw ook genaturaliseerd wordt. De gehuwde vrouw zal zelf om naturalisatie moeten verzoeken en wordt zelfstandig genaturaliseerd. HERKRIJGING VAN NEDERLANDERSCHAP Tijdens huweiyk De vrouw, die op 1 maart 1964 reeds ge huwd was met een niet-Nederlander en door of tengevolge van het huwelijk het Nederlanderschap had verloren, kan ty- dens haar huwelijk de Nederlandse natio naliteit herkrijgen. Daartoe moet zij vóór 1 maart 1965 haar wil te kennen geven aan de autoriteit. De vrouw kan deze kennisgeving ook op een later tijd stip doen, mits zij op dat tijdstip ten minste een jaar woonplaats heeft in het Koninkrijk. Deze overgangsbepaling geldt niet voor de vrouw, die staande het huweiyk de Nederlandse nationaliteit door haar wil had verloren. Zij kan dus het Nederlan derschap niet op bovenstaande wijze ty- dens haar huwelijk herkrijgen. Na ontbinding van het huweiyk De vrouw, die bij of tijdens haar huweiyk met een niet-Nederlander overeen komstig de nieuwe regeling afstand heeft gedaan van het Nederlanderschap, kan na ontbinding van haar huwelijk de Nederlandse nationaliteit terugkrygen. Eenzelfde recht heeft de vrouw, die door haar wil de nationaliteit van haar man heeft gekregen en daardoor het Neder landerschap heeft verloren. Voor de herkrijging van de Nederlandse nationaliteit moet de vrouw haar wil daartoe binnen één jaar na de ontbinding van haar huwelijk te kennen geven aan de autoriteit. De kennisgeving kan ook later worden gedaan, maar dan moet de vrouw ten minste één jaar woonplaats hebben ge had in het Koninkrijk, niet hertrouwd zijn en na de ontbinding van het huwelijk geen andere nationaliteit door haar wil hebben verkregen. Hetzelfde geldt voor de vrouw, die ip 1 maart 1964 reeds gehuwd was met een niet-Nederlander of door of ten gevolge van dit huwelijk het Nederlanderschap had verloren. Ook zij zal dus na ontbin ding van het huweiyk het Nederlander schap op bovenstaande wijze kunnen te rugkrijgen. Deze regeling is tenslotte van over eenkomstige toepassing op de vrouw, wier huweiyk met een niet-Nederlan der vóór 1 maart 1964 was ontbonden en die door of tengevolge van dit huwelijk het Nederlanderschap had verloren. Mr. C. A. Baron Bentinck deNHM biedt méér aan spaaiders Sparen op een spaarrekening 3i/2% of spaardeposito 4% bij de N.H.M. betekent ook: veilig en vertrouwd sparen gemakkelijk sparen (geen geloop met boekjes) volledige bankservice geen kosten Bel de N.H.M. eens om inlichtingen. NEDERLANDSCHE HANDELSMAATSCHAPPIJ AGENTSCHAP VEENENDAAL KERKEWIJK 61 45 De man, die op Arams kloppen de deur opent, ziet er haveloos en vermagerd uit. „Wat zoeken jullie hier?" vraagt hij op bitse toon. „Spijs of drank heb ben we niet, daarvoor moet je bij de rijke kooplieden aankloppen,Wij komen geen brood halen, vriend," glimlacht Aram, „maar brengen!" „Meent ge dat, broe der?" stamelt de man verrast, „Hebtge daar wer kelijk een mand vol eetwaar? Wel, dan had u geen dag later moeten komenkom verder en overtuig U Viola schrikt, als ze de armoedige binnenkamer be treden. Op een leger van stro ligt een magere ver zwakte vrouw en een al even magere jongens staart de bezoekers vragend aan. Aram haalt haastig enige vers gebakken broden uit de mand en deelt die uit. „God zegene U," stamelt de vrouw, het brood in haar benige hand klemmend, ,het w are te wensen, dat niet die hardvochtige Gravin, maar dit meisje deze landstreek bestuurde(Wordt vervolgd)

Digitale periodieken - Gemeentearchief Veenendaal

De Vallei | 1964 | | pagina 3