Concertino
voor
fluitekruid
en
paarse violen
Hhèh^t -ti i
|T
CHEVROLET
ARAM
ARAM
Oranje-Wit bezorgde Rivierwijkers een
koude douche 5-2
ELST
RENSWOUDE
SCHERPENZEEL
EDE
TWEEDE BLAD „DE VALLEI"
VRIJDAG 11 SEPTEMBER 1964
Nr. 72
In de landouwen van
Renswoude bloeien de
bloemen uitbundig en
zingen de vogels dat
het een lieve lust is.
En het kasteelbos
is een oord van
pastorale rust
11111 jB|
lij mm
Het
spookslot
aan
de
Tiber
Clubkampioenschappen
Judokwai - Veenendaal
V. A. B.
KIRPESTEIN
CITY-MOTORS-EDE
Linksbinnen KL v. Burken uitblinker
Zeer geslaagde reünie van
oud-militairen
Renswoude wint eerste
competitiewedstrijd
jjp^rülotd'
5Dfcfe 9-tup
Afscheid, bevestiging en
intrede ds. K. Welbedacht
Vervallen en ontluisterd stond in Renswoude de oude ridderhofstad van het
dorp. Ze werd Borgwal genoemd. Van een oude prent maakte onze tekenaar
een kopie, die in bezit is van de familie Taets van Amerongen. Johan van
Reede, de toenmalige bewoner van de oude Borgwal liet de zaak slechten en
aan de overzijde van de weg de tegenwoordige deftige ridderhofstad bouwen.
Die op haar beurt in het jaar A.D. 1964 danig aan het vervallen is. Logisch! Wie
kan nu zo'n huis bewonen! 't Zou eigenlijk maar liever naar O. K. en W. moeten
en dan moest er maar een of ander instituut in gevestigd worden. Dan voer
het dorp Renswoude e,r ook nog wel bq.
guitige, lichtblauwe Rivinus viooltjes
onze aandacht vragen. Laten staan
hoor! Ze zijn vrij zeldzaam en gehecht
aan zulk oud bos. Bij u in de tuin gaan
ze onherroepelijk dood! Bloeiende le
lietjes van dalen zult u niet meer vin
den; alleen maar velden groen blad.
Op een paar plaatsen groeien wilde
aardbeitjes en langs de buitenste gracht
Een siddering voer door heel de na
tuur. En toen brak het sluimerende le
ven los. De knoppen van de bomen be
gonnen te zwellen en de grond lag be
zaaid met bruine afgeworpen schubben.
De weilanden begonnen te glanzen en
de madeliefjes speelden al kiekeboe in
het gras. Aan de slootkanten weer
spiegelden de gele dotters zich in het
water. En de groene kikkers waren
druk in de weer om in het door de zon
al wat verwarmde water, hun wolken
eieren tussen de waterplanten op te
hangen. Bij het driftige liefdespel van
de stekeltjes zagen wij de felgekleurde
zijden van de mannetjes opflikkeren.
In de moerassen stonden de blauwe en
paarse viooltjes te vedelen en het flui-
tekruid langs de wegbermen pijpte hel
der boven alles uit. Zo was de lente op
haar hoogtepunt gekomen. En wij be
sloten het hoogtij van het lentefeest
in de landouwen van ons pastorale
dorpje Renswoude te gaan beleven.
Nu wij toch op weg zijn naar Rens
woude, nu wil ik wat vertellen over
mijn vriendje Arie. Een leuk joch, die
Arie. Eens zei hij zo voor zijn neus
weg: „De Fluiter stond te luisteren
naar een fluiter die zat te fluiten in
het fluitekruid." Zonder opzet was Arie
aan het allitereren geslagen; een aar
dig woordenspel met onze taal. Onze
Arie draagt de politie geen kwaad hart
toe. Waarom zou hij ook? Arie luistert
naar de vogels en bewondert de bloe
men. Agent De Fluiter, eerst bij de
Rijkspolitie te Renswoude gedetacheerd,
thans te Rhenen, zal met Arie nooit
last krijgen. Zou het anders zijn dan
had onze jonge vriend de agent wel
bar en boos bij een stroper gezet in
deze geest: „De Fluiter stond zijn hond
te fluiten, die aan het zoeken was naar
de stroper die achter het fluitekruid
zat
Het is niet zonder bedoeling dat ik
dat écht ware verhaal over Arie doe.
Je treft ze ook zo anders aan.
Dat ondervond ik met Hemelvaarts
dag in het kasteelhos van Renswou
de. Daar waren wij met een excur
sie van de Koninklijke Nederland
se Natuurhistorische Vereniging, af
deling Apeldoorn: 50 deelnemers en
alles tot in de puntjes af. Waar wij
met onze mensen geweest waren,
daar bleef geen spoor van vernie
ling achter.
De bus stond bij de ingang van de
oprijlaan naar het kasteel geparkeerd,
toen ons hele gezelschap welgemoed
kwam aanwandelen. Maar oh wee! Wat
betrokken die vijftig gezichten, toen wij
langs een groepje lieden kwamen, die
daar prinsheerlijk in het gras zaten uit
te blazen. Oh, wat waren ze druk ge
weest. Het valt niet mee om dat hele
bos van Renswoude af te struinen en
met gekromde ruggen alle lelietjes van
dalen weg te plukken, 't Was nog wel
niet de tijd van bloeien - de knopjes
waren nog maar net aan het wit wor
den - maar wat wil men? Wacht je er
mede, dan kaapt een ander ze voor je
neus weg! Ze waren echt gekomen met
het doel: „wij gaan op hét bos van
Renswoude lelietjes plukken." Ze wa
ren stom verbaasd over al die boze ge
zichten. Wat hadden die er mede van
doen? 't Was toch zeker „hun" bos!
Oh zo!! Kijk, beste mensen, dat is het
toch niet. Dat bos mag u van de eige
naren vrij in. En het mag dan tot de
folklore van Hemelvaartsdag behoren
„lelietjes te gaan plukken", graag wil
ik u adviseren ze te laten staan. Er zijn
nog méér mensen, die na u komen,
die er van willen genieten.
Dat men U vry laat wandelen wil
nog niet zeggen dat men ook vrq in
doen en laten is. Als U eerst leert
wat „laten" wil zeggen, dan doet u
voorshands al mee aan daadwerke
lijke natuurbescherming.
En dan zullen de politie van Rens
woude en jachtopziener Van der Kaa
geen reden hebben zich ongerust te ma-
ken over de ontluistering van al dat
moois, dat aan hun goede zorgen is
toevertrouwd. En wij, goedwillende be
zoekers, behoeven u geen boze blikken
meer toe te werpen. Dan zijn wij alle
maal échte natuur-vrienden.
Vooruit met de geit, nu wij toch bij
het bos van ons mooie kasteel zijn, nu
bekijken wij dat eerst. Er zijn altijd
wel mensen met kinderen die in de
gracht en de vijver aan het eendjes
voeren zijn of op de loop zijn voor
de kwaaie vaderzwaan. Wij gaan even
wel over de buitenste paden, waar
langs de kanten tussen het gras de
staan op beschaduwde plekjes Roberts-
kruid, de prachtige wilde geranium
met rode bloemen, en adderwortel, met
die mooie rose staarten op héél hoge
stengels. Van de laatste vindt je, dicht
bij het prieel in het park bij het kas
teel, aan de gracht plekken van vele
vierkante meters en gek genoeg met
weinig bloemen.
Een groene specht golfde over de ga
zons van het park neer op de stam van
een zware beuk. Wat zal 't wezen?
Gaat ie daar zitten hameren? Of heeft
ie daar een nest? En jawel, toen wij
bij de boom kwamen hoorden wij diep
Ippë ,j
Niet ver van de Rijksweg Utrecht-Arnhem ligt een oase van rust. Men behoeft
slechts de oprijlaan naar het kasteel van Renswoude in te slaan, de auto of
fiets er te stallen en dan maar genieten. Na wat dwalen door het bos met zqn
machtige eiken en beuken komen wq bq de duiventoren. En dan hebt U het
gezicht op de achtergevel van het kasteel zoals dat op de foto te zien is. Mach
tig mooi is de weerspiegeling van die witte gevel in de vqver en omgrachting.
En gaat U óm de vqver heen naa,r links, dan staat daar een enorme eik. Een
beetje gehavend weliswaar, maar de stam is zo dik dat je er met een paar man
eerst met uitgestrekte armen omheen kunt krqpen. Hoe oud die wel is. Nou,
toch zéker vijfhonderd jaar! Misschien is dat wel de boom waaronder de schout
eertijds recht gesproken heeft.
uit haar binnenste een aanhoudend ge
piep komen en wij zeiden: „dat spul
staat op het uitvliegen". Dat is een
leuke gebeurtenis. Op de Engelaar nam
ik het eens waar. Een héél klein kopje
stak uit het ronde gat en floep
even later buitelde een fletsgekleurd
spechtje naar beneden. Maar als bij
intuïtie begon dat ding te fladderen en
ja, 't ging! Vliegen kon je het nu niet
direct noemen.
Maar het wonderlijkste was toch
dat dit nog onervaren jonge ding
al iets van de golvende vlucht van
de oude spechten liet zien.
In de buurt van de merkwaardige
duiventoren, die antecedenten oprpept
met een Arabisch huis, hebben wij ge
luisterd naar de nachtegaal en naar de
wielewaal. Dat was in de namiddag,
toen het al wat stiller begon te worden,
de mensen naar huis gingen en de ge
luiden van het bos meer begonnen
door te dringen. De morgens en de
avonden zijn altijd het intiemst.
Je moet de natuur niet in tussen drom
men mensen. Nu ik dit neerschrijf moet
ik toch de man een beetje gelijk geven,
die zoveel aanmerkingen maakte op die
herrie, daar op de weg door het Pratten-
burgse bos, veroorzaakt door honderden
meisjes en jongens uit Veenendaal. Maar
alweer moet ik zegen: „Weet U er wat
anders op?" Je kunt moeilijk bij iedere
boom een politieagent zetten! Daarom
ga ik toch maar liever naar het kasteel-
bos van Renswoude. Droom aan de oevers
van de Vijvers maar wat weg in de
weerspiegeling die de witte achtergevel
van het kasteel in het water van de
gracht tovert. Waan je maar in de oude
tijden, die dieper in de tijd vergleden zijn
als de weerspiegelingen in het water. Je
bent daar heel wat beter mee af dan
bij de transistors op Prattenburg.
Of zet je op het mos neer in de sche
merige bescherming van het bos. U kent
toch dat liedje nog wel: „Wie rusten wil
in 't groene bos..." 't Jonge wat een
tijd was dat, toen die dichter dat schreef.
En wat nu zo vreemd is? Zulke gedach
ten overvallen mij nu nooit als ik op
,.de berg" ben. Dat komt bepaald door
de beslotenheid van dit Renswoudense
bosjuweel. En door de innerlijke rust die
de mens steeds ontvangt als men zo rustig
aan de waterkant zit.
Zij moest wel ervaren dat het
spreekwoord „boompje groot -
plant(st)ertje dood", óók voor de
adel opging. Een feit is dat wij aan
de gril van een vrouw een schitte
rend stuk natuurschoon overgehou
den hebben. Dat manifesteert zich
het grootst nu het vol-zomer is!
Als een bonte lap vliegt over de gracht
een Vlaamse gaai. Wat een listige vogel
is dat! Het open veld mijdt hij om het ge
vaar. Hier, tussen de rijen beuken, durft
hij best. Wat een druk over en weer ge
vlieg is daar toch gaande? Je ziet hem
steeds naar een paar plekken vliegen.
Wij controleren er een van en vinden
tussen de wortelstomp van alles en nog
wat, van kersenpitten tot beukennootjes
toe. En wat verderop wel dertig eikels.
Die Vlaamse gaai was dus een winter-
voorraadje aan het aanleggen. Ach dan
tochde vogel heeft een slecht ge
heugen, vergeet de plekken, en zo komt
het dat we ergens langs die beuken
lanen een weelderige opslag van eikels,
beukennootjes en zelfs hazelaars vonden.
Wq hebben alweer een wonder be
leefd. Geen mirakel. Oh neen! Er ging
voor onze ogen geen water branden
en wq zagen zo maar geen nieuwe
plant ontstaan. Het was gewoon het
wonder van alle dag.
Of is de ontwikkeling van iedere nieuwe
dag dan geen wonder? Echt, er gebeuren
nog wonderen aan de lopende band. Uw
en mijn leven is zo'n wonder.
Stil luisteren en kijken om ons heen
openbaart miljarden wonderen. Dat houdt
nóóit op. Dat is het perpetuum mobilé, de
eeuwigdurende beweging van het schep
pingswonder, waaraan geen begin was en
waaraan geen einde zal komen. En dat ik
dan toch zo maar „gewoon" het wonder
van alle dag „durf schrijven?" Ja zeker!
Wat zou er voor de Schepper voor onge
woons aan zijn? En laten wij dan maar
weer diep ons hoofd buigen voor dit
mysterie. Iedere dag opnieuw.
Adriaan P. de Kleuver
Over mos gesprokenwaar zag U de
toefen kussenmos mooier als hier? En dan
is er nog haarmos op de open plekken
en wat al niet meer. Nu wij toch zitten,
nu valt je iets op. Eerst was dat droge,
zonnige pad alléén maar een beetje groen
en nu staat het vol rode en oranje „bloe
metjes" op heel dunne steeltjes. Sta je
weer op, dan zie alléén maar de donkere
kapsels.
Het zijn geen echte bloemen, wat daar
„bloeit". Het is eigenlijk net iets als bij
de paddestoelen. Op dat steeltje zit een
doosje bevestigd, dat gevuld is met „spo
ren". Ter bescherming van één en ander
zit er een vliezig huikje over getrokken,
dat afvalt als de sporen rijp zijn. Dan
komt bij droog weer de wind te hulp
en neemt het stoffijne spul met zich me
de. Wat er dan met dat „mos-zaad" (het is
geen echt zaad) gaat gebeuren is voor de
leek zo ingewikkeld, ja voor hen zó vol
komen onbegrijpelijk en zelfs voor onze
natuurliefhebbers eveneens moeilijk te be
grijpen dat het niet doenlijk is dit ele
mentair te behandelen. Laat ik volstaan
met U te vertellen dat uit die sporen
draden ontstaan waaraan knopjes komen,
waaruit weer nieuwe „mosplantjes" ont
staan.
Er staat op een paadje van het kasteel-
bos nog een zeer bijzonder plantje. Zullen
we U dat laten zien, dan gewed dat U zou
zeggen: „Dat is óók mos", 't Is ons kleinste
„echte" plantje en draagt ten onrechte de
naam mosbloempje. Het is ook zo zeld
zaam en wij houden ons hart vast als ze
die paden gaan schoffelen.
Gelukkig kan het plantje zich wonder-
goed redden. Het is verwant aan de
muurpeper in Uw rotstuintje en dat
draagt niet voor niets de volksnaam ,,'t
eeuwige leven". Het is onuitroeibaar als
het leven zelf.
Tot het bos van Renswoude rekenen wij
ook de prachtige waterpartij aan de over
kant van de straatweg met ter weers
zijde, die statige dubbele rij beuken. Fan
tastisch mooi is daar het gezicht op de
ridderhofstad, wanneer men op het be
tonnen bruggetje over de Flierterbeek
staat. De overlevering wil dat een vrouwe
van de ridderhofstad haar man wilde ver
rassen bij zijn thuiskomst na een lange
afwezigheid en deze waterpartij la Ver
sailles heeft laten graven.
Toegangsbrug tot het kasteel van Rens
woude met de rechtervleugel van de
bijgebouwen. De Van Reede's hebben
zich daar in Renswoude wel luisterrijk
gevestigd gehad! Zo'n gracht en brug
waren eigenlijk overbodig geworden.
Maar dat behoorde nu eenmaal bq een
kasteel. En in de zeventiende eeuw,
toen het huidige huis gebouwd werd,
hield men er nog van zijn status hoog
te houden. Nu gaan de mensen hoe
langer hoe kleiner behuisd wonen. Maar
je vraagt je toch af wat met al die
vrijgekomen tqd aangevangen moet
worden. Vroeger was ieder huis een
tehuis; nu schijnen de mensen hun wo
ning 't liefst te ontvluchten. Enfin, an-
de,re tijden andere zeden moeten
wq maar denken.
(9) De rentmeester kijkt met een starre blik vol
afgrijzen voor zich uit en als hij zijn verhaal ver
volgt, is zijn stem gedaald tot een hees gefluister.
Ik ik kon mijn ogen niet geloven, Messires,
verlamd van schrik staarde ik naar die afschuwe
lijke spookgestalte, die daar doodstil tussen de bo
men stond, omstraald door een onaards schijnsel
Toen hoorde ik mijn dienaren gillend weg
vluchten ik draaide mij om en snelde in paniek
het donkere woud in mijn voet bleef haken
aan een dunne draad, die plotseling over het bos
pad geworpen werd en terwijl ik languit voorover
viel op het mos, klonk overal rondom mij geritsel
in de struiken Tientallen kleine wezens, elfen
en feeën en kabouters kwamen op ragfijne vleugels
aanvliegen als een bijenzwerm streken ze op mij
neer en begonnen luid gillend aan mijn haren, mijn
neus en mijn oren te trekken toen, plotseling
trad uit het schemerig geboomte een fee naar voren,
een vrouw van bovenaardse schoonheid en
nauwelijkes hadden mijn kwelgeesten haar gezien
of zij lieten mij los en sloegen op de vlucht
(wordt vervolgd)
Op zaterdag j.l. zqn voor de eerste
maal de clubkampioenschappen van
Judokwai Veenendaal gehouden. De
avond werd geopend door de voorzit
ter de heer G. Kroesbergen, die allen
van harte welkom heette en de deel-
neme,rs veel succes toewenste.
De avond werd opgeluisterd met enige
demonstraties, o.a. de dames van de
veren, demonstreerden valbreken en
verschillende technieken; Jiu Jitsu de
monstratie van mej. Hulsink en de
heer A. v. d. Grift en Naga-No-Kata,
door de heren W. de Boer 2e dan en
G. Kosak le dan. Laatst genoemde
heeft als scheidsrechter bij de kam
pioenschappen gefungeerd.
De wedstrijden hadden een zeer span
nend verloop en als kampioen alle ca
tegorieën kwam uit de bus de heer A.
v. d. Grift, die tevens lichtgewicht
kampioen werd.
Voorts werden kampioen: Zwaarge
wicht: P. v. Ewijk; Middengewicht:
C. v. Doorn; Jeugd: 16-17 jaar H. v. d.
Grift, 12-15 jaar J. v. Stempvoort, 9-11
jaar A. v. Vliet, 6-9 jaar W. Veenen
daal.
Geslaagden: blauwe band: C. v.
Doorn; groene band: mevr. M. R. de
Boer, A. v. d. Grift; junioren: C. v.
Hasselaar, A. v. Vliet, H. v. Vliet;
oranje band: C. v. Ojik, J. v. Kooten.
Gele band: dames: J. Septer, A. v. d.
Grift; heren: R. v. Ewijk, H. v. d. Grift,
W. v. d. Waal, P. v. Viegen, A. Hensen;
junioren: H. v. Doorn, W. v. Veenen
daal, K. Stuivenberg, W. Veenendaal,
C. Rebel, W. Kroesbergen, N. Bouw
meester, J. v. Stempvoort; witte band:
E. v. d. Bovenkamp, P. de Quay, H.
Gossen, H. Heykamp.
Aan het einde van de avond ging de
voorzitter over tot de prijsuitreiking en
dankte de aanwezigen voor hun be
langstelling. Het technische gedeelte
van deze avond werd bekwaam geleid
door de heer W. de Boer 2e dan leraar
van de vereniging.
VEENENDAAL
Zondagmiddag ontmoette Oranje-Wit als eerste in deze competitie de Rivierwijkers
uit Utrecht op haar terrein achter de sparren. De Elstenaren troffen het echter niet,
want gedurende de gehele eerste helft speelden zq in een stromende regen, die na
35 minuten ontaardde in een waterval, zo hevig, dat de scheidsrechter de wedstrijd
10 minuten staakte. Niettegenstaande was het vertoonde spel het aanzien van de nog
talrqke bezoekers ten volle waard. De in oefenwedstrijden reeds getoonde eenheid
was er weer en deze instelling maakte van Oranje-Wit een „winning team".
Nadat middenvoor St. Veenendaal de bal
aan het rollen bracht ontstond er een
enerverende strijd, die soms een wat fel
karakter kreeg. Beide partijen gingen om
beurten in de aanval en daarbij kreeg
vooral de midvoor van Rivierwijkers een
pracht kans. Gelukkig faalde deze aan
valler omdat keeper Rotterdam door uit
lopen de situatie redde. Maar na acht mi
nuten konden de Elstenaren voor het eerst
juichen. Een aanval over links werd met
een goede voorzet besloten, rechtsbuiten
T. Drost nam in volle ren de bal op de
schoen, de bal leek voorlangs te gaan maar
aktieve St. Veenendaal tikte goed in, 1-0.
In de volgende periode deed Rivierwij
kers verwoede pogingen op het door de
neerstromende regen spiegelglad gewor
den veld, om de stand weer in evenwicht
te brengen en na 28 minuten slaagden zij
daarin, al was deze treffer een geschenkje
van linksachter Doornspeek die bij een
voorzet de bal niet onder controle kreeg
en in eigen doel speelde, 1-1. Even later
onderbrak de scheidsrechter het spel voor
ongeveer 10 minuten, omdat doorspelen bij
een wolkbreuk eenvoudig onmogelijk is.
Toen het spel eindelijk hervat werd bleek
deze gedwongen rust Oranje-Wit goed
gedaan te hebben, want zij gingen direct
in de aanval en met succes, want bij een
onoverzichtelijke situatie voor het Utrech-
ter-doel knalde R. Onink beheerst in de
uiterste hoek, 2-1.
Even later schoot deze speler van grote
afstand tegen de lat, waren toen de
Elster-voorwaartsen iets aktiever geweest
Ruim 20 ex-mobilisanten van het 10de
Regiment Infanterie waren zondag gezellig
bijeen tijdens een herdenkingsreünie in
hotel La Montagne.
Vanwege de neerplensende regen moes
ten de op het programma staande bezoe
ken aan de Grebbeberg en omstreken ver
vallen. Nadat men het diner had gebruikt
en twee minuten stilte had gehouden ter
nagedachtenis aan hen, die tijdens de
Tweede Wereldoorlog zijn gevallen wer
den een aantal films vertoond van vorige
reünies en van de onlangs gehouden
NAVO Taptoe te Arnhem. Ondanks het
minder gunstige weer was de stemming
opperbest en werden de oude herinnerin
gen weer eens opgehaald en de onderlin
ge band verstevigd.
P.V. DE INSTUIF ELST
Wedvlucht vanaf Vilvoorde op 6 sept.
1964. Snelheid eerste duif 977.8 mtr. per
min. Uitslag: M. Boelhouwer 1; A. J.
Bos 2, 24; J. v. Aalten 3, 8; Poel Viegen
4, 7, 18, 21, 22, 26, 28, 29, 31; C. v. d.
Berg 5, 10, 11, 13, 14, 19, 20; H. Doorn
speek 6, 23, 25; T. v. Mourik 9; C. A. v.
Doorn 12; J. Swetselaar 15, 16; T. v.
Laar 17, 27; W. E. v. Laar 30; Jac. v.
Kooten 32.
Onder de tonen van de muziek die 3
muziekkorpsen ten gehore brachten op
hun rondgang door het dorp, werd door
Renswoude de eerste competitiewedstrijd
gespeeld tegen Woudenberg, die verleden
jaar net de trein gemist had om naar de
2e klas te reizen. En zoals verwacht, werd
het een wedstrqd waarin beide ploegen
elkaar niet toegaven. Een wedstrqd waarin
Woudenberg en Renswoude uitblonken
door hard spel. Vooral Woudenberg speel
de hard en af en toe wat te fors, ge
tuige de blessures die 3 Renswoude-spelers
en de keeper opliepen.
De strijd begon voor Renswoude met
een schrik, doordat reeds in de tweede
minuut de midvoor van Woudenberg over
de uitstekend keepende van Ommeren
kopte, maar de bal belandde op de lat.
Zo kon het gebeuren dat de Renswoude
speler Gijsbertsen, doordat hij aange
vallen werd, viel en vergat de bal in het
open doel te deponeren. Zo ontging Rens
woude althans in de 7e minuut de voor
sprong. Op dat moment kwam Renswoude
opzetten met alle kracht die zij bezaten.
Het was linksbuiten Veldhuizen die een
schot loste op de keeper maar jammer
genoeg trapte hij enigszins in de grond.
Woudenberg kwam gevaarlijk voor doel,
maar de keeper voorkwam een zeker
schijnend doelpunt.
Weer miste Gijsbertsen, maar deze gaf
een goed schot, die door de keeper be
kwaam werd gestopt met een prachtige
redding van van Ommeren kwam de
rust.
Na de thee beheerste Renswoude de
wedstrijd geheel. Het was in de 7e mi
nuut toen de uitstekend spelende C. Vink
de bal op zijn schoen kreeg en met een
beheerst schot de stand op 1-0 bracht.
Kort hierop ontstond er een incident,
doordat de onfair spelende linksback van
Woudenberg natrapte en een speler van
Renswoude kon zich niet meer beheersen
en kwam dreigend op die speler af. De
matig leidende scheidsrechter stuurde de
Renswoude speler van het veld maar ver
gat de linksback van het veld te sturen.
Na dit incident speelde Renswoude met
tien man, wat hun overigens goed afging.
Weer was het de scheidsrechter die ver
gat in te grijpen, toen Woudenberg-spelers
de keeper aanvielen en zo de stand op
1-1 brachten. Na dit doelpunt werd Rens
woude met tien man spelend veel sterker.
Getuige de schoten die Pater en Vink op
doel losten. Woudenberg dacht al een
punt mee naar huis te nemen, maar een
wedstrijd is 90 minuten. Dit dacht ook
Vink die met een goed schot de stand
in de laatste seconde in het voordeel van
Renswoude besliste, 2-1. Met deze stand
kwam het einde van deze emotionele
wedstrijd, die verdiend door Renswoude
werd gewonnen.
dan was de stand met rust nog voordeli
ger geweest.
Na de thee was deze aanvalsdrift nog
niet geluwd en reeds 10 minuten had
KI. v. Burken geluk met een prachtig
afstandsschot, 3-1. Acht minuten later was
het wederom raak. Half Bos speelde in
eens door 't midden, midvoor St. Veenen
daal sprintte door en schoot tegen de
Utrechtse keeper de wegspringende bal
werd door T. Drost in een doelpunt om
gezet, 4-1. T. Drost blesseerde zich hier
bij en liet zich vervangen door R. Lodder.
Na dit doelpunt kwamen de Utrechters nog
in 't offensief en wisten de stand tot 4-2
terug te brengen.
Linksbuiten Slok brak echter 10 minu
ten voor het einde hun weerstand met een
goed doelpunt, waarmede ook hij, een
kroon op zijn goede spel zette, 5-2.
De eerste punten zijn verdiend in Eist
gebleven, maar er volgen nog vele wed
strijden, Oranje-Witters
LANDELIJKE BRANDWEER
WEDSTRIJDEN
Op een terrein bij de Willem III-kazerne
te Apeldoorn werd zaterdag door tien ge
meentelijke vrijwillige en acht bedrijfs
brandweerkorpsen deelgenomen aan een
landelijke wedstrijd. Hieraan werd ook
deelgenomen door de vrijwillige brand
weer van Scherpenzeel onder leiding van
brandmeester Westeneng. Na afloop wer
den zij door de jury geklasseerd onder nr.
3 met een gemiddelde van 8,36. In klasse
4 werden zij beoordeeld als „zeer goed".
Voor de commandant en zijn mannen een
resultaat om trots op te zijn. Scherpen
zeel moest als eerste starten en verder
werd met belangstelling gekeken naar de
opvolgers hoe die het er af brachten en
verder van eikaars ervaringen te pro
fiteren.
SLUITING GEMEENTERAD
Ter gelegenheid van de officiële sluiting
van het gemeentelijk zwembad aan de
Willaerlaan werden zaterdagmiddag di
verse spelletjes voor de jeugd georgani
seerd. Hiervoor was het bad feestelijk
versierd met vlaggetjes. Wegens de slechte
weersomstandigheden moesten de spelle
tjes na een uur worden afgebroken en
werd besloten om de prijzen maar te
verdelen. Door de damesploeg, die dit
seizoen hun zwemdiploma hadden behaald,
was in verband hiermede aan de bad
meester een gezellig avondje aangeboden.
HOOFDSTRAAT 84 VEENENDAAL
PASFOTO'S IN 10 SECONDEN KLAAR
Ds. K. Welbedacht heeft zondagavond
6 september l.l. in de Noorderkerk in
de Schuytstraat afscheid genomen van
de Gereformeerde Kerk van 's-Graven-
hage-Oost en zal donderdagavond 17
september a.s. om acht uur in de Im-
manuëlkerk in de Schoemakerstraat,
na vooraf in diezelfde dienst te zijn be
vestigd door d.s R. J. van der Veen,
studenten-predikant te Delft, intrede
doen als predikant van de Gerefor
meerde Kerk van Delft, waar hij be
roepen is in de vakature van een twee
de, nieuw gestichte predikantsplaats
voor de arbeid onder de studerenden.
Klaas Welbedacht werd op 19 janu
ari 1920 te Ede in Gelderland geboren.
Hij bezocht eerst de kweekschool „De
Klokkenberg" te Nijmegen en was
daarna vele jaren werkzaam eerst bij
het gewoon lager- en naderhand ook
nog bij het ULO-onderwijs, o.a. aan de
christelijke ULO-school te Veenendaal
(1942 tot 1946) en aan een ULO-school
te Amsterdam.
In 1947 deed de heer Welbedacht
staatsexamen gymnasium A. en stu
deerde vervolgens nog aan de Vrije
Universiteit te Amsterdam, waar hij in
het voorjaar van 1950 zijn kandidaats
examen theologie aflegde. Nadat de
heer Welbedacht in mei 1950 na prae-
paratoir examen door de classis Arn
hem was beroepbaar verklaard in de
Gereformeerde Kerken in Nederland,
werd hij op 24 september van datzelfde
jaar (1950) door ds. G. F. Haijer, toen
nog predikant te Leiden en sinds 1 sep
tember 1.1. predikant voor de geestelijke
verzorging van Zee-, Land- en Lucht
macht te Ede, bevestigd als predikant
van de Gereformeerde Kerk van Schar-
negoutum in de burgerlijke gemeente
Wijnbritseradeel in Friesland.
Op 2 augustus 1953 verwisselde ds.
Welbedacht deze kerk met die van
Oudewster en op 12 mei 1957 werd hij
door ds. F. E. Hoekstra uit 's-Graven-
hage-Oost bevestigd als predikant van
de Gereformeerde Kerk van 's-Graven-
hage-Oost. Ds. Welbedacht is te 's-
Gravenhage-Oost eerst enige jaren
werkzaam geweest in de Haagse bin
nenstad, waar door hem het jeugdzorg-
werk werd opgezet en daarna nog enige
tijd in wijkgemeente I, het Statenkwar
tier.
Tijdens zijn ambtsbediening als pre
dikant van de Gereformeerde Kerk van
Scharnegoutum werd ds. Welbedacht
door de classis Sneek afgevaardigd naar
de particuliere synode van Friesland -
zuidelijk gedeelte en thans is hij o.a.
sekretaris van het college van gecom
mitteerden voor het ziekenhuiswerk in
de classis 's-Gravenhage van de Gere
formeerde Kerken in Nederland en lid
van de commissie voor huwelijksvoor
lichting van de landelijke Gereformeer
de Stichting voor geestelijke volksge
zondheid.
Van zijn hand verschenen artikelen
en bijdragen in het orgaan van de Bond
van Gereformeerde Vrouwenverenigin
gen in Nederland. Eind april 1955 ging
ds. Welbedacht in militaire dienst en
is toen ruim een jaar in de legerplaats
Oirschot in Noord Brabant werkzaam
geweest als reserve-legerpredikant.