Wageningen, Rhenen en Eist
zijn dichter bij
gekomen
Cieluk
MEISJE
horpanta
de nieuwe extra soepele
SPIONNE plastic
Adverteren doet verkopen!
Bi
N.V. NEDERLANDSCHE MAATSCHAPPIJ VAN KOGELLAGERS
WAGENINGSELAAN 2 VEENENDAAL TELEFOON 08385-2151
149.
BIFOR
ROEP KAALHEID
EEN HALT TOE
N.V. BROVA
i ":^s
In september is SDStF met een eigen busdienst begonnen voor de ploegenwerkers
uit Wageningen, Rhenen en Eist. Daardoor is het werken bij fiSCSÊF voor de
inwoners uit deze plaatsen nog gemakkelijker geworden.
En ook het solliciteren wordt makkelijker.
Vertegenwoordigers van SiDSÊP houden zitting in Wageningen op dinsdag 27
oktober a.s. om 7 uur 's avonds in het gebouw ,,Ons Huis" om aan belangstel
lenden voorlichting te geven over het loon, het werk en de sociale voorzie
ningen bij SCSLP.
In Rhenen houdt SöCSJF op woensdag 28 oktober, 's avonds om 7 uur, zitting in
hotel ,,De Koning van Denemarken" om daar belangstellenden inlichtingen te
verstrekken.
Wij vragen mannen boven de 20 jaar voor de produktiemachines. De bediening is
niet moeilijk. Ook tijdens de inwerkperiode direkt behoorlijk loon.
Voor het te laat is!
Jac. van Schuppen
SPECIAALZAKEN
Heren- en
Jongenskleding
C. HENZEN EN ZOON
Voor de vervaardiging van
onze CHENILLE
BEDSPREIEN hebben wij
plaats voor een
AANMELDEN
Grutterstraat 15 Rhenen.
Eventueel 's avonds Anjerlaan 39, Rhenen.
ffc
Mmm
Ploegenwerkers uit Wageningen, Eist en Rhe
nen verlaten de bus voor de É5CS[F- fabriek.
Bij de eerste verschijnselen van
kaalheid (haaruitval, roos) is
de hoofdhuid nog aktief.
Doe dan als
dhr. Weustink, Ootmarsumsestr
270 te Oldenzaal
die een kuur met de weten
schappelijke haarvoedingspre-
paraten
volgde, met als prachtig succes:
weer een gezonde haardos.
Horpanta-preparaten (haar-
voedingsmiddelen, shampoo,
haarcrème, massage-olie en
edelbrillantine) verkrijgbaar in
In Veenendaal bij:
D.A. DROG. H. JANSEN
Zandstraat 7
In Rhenen bij:
DROG. SPRUIT,
Fred. v. d. Paltshof 44
WATERSCHAP
Wageningen en Ede
Vergadering van het ge
combineerd college op
woensdag 28 oktober 1964
v.m. 11 uur in hotel ,„Ne-
der-Veluwe" te Bennekom,
Agenda:
Notulen
Ingekomen stukken
Mededelingen
Vaststelling begroting
1965.
Rondvraag.
Wageningen, 20 oktober '64
De watergraaf,
J. J. Mijnssen
COSMEA
een opvallend leuke on
derjurk in de unieke Hol-
landia satijn-nylon. Kleu
ren wit, rose, saffier en
rood. Maten 38-48 7.10.
Gortstraat 39
Veenendaal. tel. 2321
De tweedlook van deze
jas benadrukt de sportieve
bedoeling: licht en luchtig
in het dragen, tóch vol
doende winterervaring.
Ideaal-jas voor koud en
onbestendig weer. U kunt
hem dragen in zwart, grijs
of whisky.
VEENENDAAL
RENKUM
WAGENINGEN
lid van de groep
ïubM
MARKT
TELEFOON 2272
Schoenhandel en reparatieinrichting
Talmastraat 3 - Veenendaal - tel. 3783
Louise antwoordde, dat ze van plan
was een rustig plekje op te zoeken en
niets anders wenste dan rust en stilte.
„Ah, c'est dommage, trés dommage.
Maar als u even wacht zal ik uw lunch
inpakken, dan kunt u ze meenemen.
Neemt u er ook een paar flessen cider bij
of limonade. In de zon krijgt u vast en
zeker dorst."
Louise knikte en de ander spoedde zich
weg. Nu ja, het was geen gek idee om iets
eetbaars mee te nemen. Toen ze even later
wegreed voelde ze zich heel voldaan. Het
zou wonderlijk moeten lopen, wilde ze nu
niet te weten komen wat André aan het
uitbroeden was.
Ze reed nu eerst de Grand Vignoble op,
een hoge heuvel met wat wijngaarden
langs de zuidelijke en westelijke helling,
maar met een vlakke, steenachtige top.
Dit had twee voordelen. In de eerste
plaats kon je de hele omgeving overzien
en in de twee plaats kon je er met een
auto op drie verschillende manier weer
af komen. Welke weg de anderen ook zou-
oorspronkeiyke roman
DOOR W. GELDOF
den kiezen, ze zou ze gemakkelijk kunnen
volgen.
Ze wachtte rustig af tot ze de oude,
gele auto waarin André en de Italiaan
waren gekomen, in de diepte beneden haar
zag. Toen wachtte ze nog even om te zien
welke weg die twee kozen. Toen ze dat
gezien had, begon ze de achtervolging.
Ook dat was heel gemakkelijk. Ze zat
spoedig op een recht stuk en kende de
weg op haar duimpje. Vijfhonderd meter
voor haar zag ze de gele wagen tegen de
heuvel waarover de weg liep. Als ze bo
ven op die heuvel bleef staan, kon ze pre
cies zien of haar berekening juist was en
of die twee linksaf zouden slaan naar het
hotelletje waar ze het smokkelnest ver
moedde.
Ze bedacht, dat die twee beter geen
argwaan konden krijgen en hield daarom
even stop voordat ze de top bereikte. Ze
zette de auto aan de kant van de weg
en liep vlug naar boven. Ze ging aan de
kant tussen wat struiken staan. Ziezo, de
anderen konden haar nu in geen geval
zien.
Deze voorzorgsmaatregel bleek niet
overbodig te zijn geweest. Voor de Ita
liaan linksaf sloeg, bleef hij wel een mi
nuut lang dwars op de weg staan. Toen
schoot hij v'ug het weggetje in, dat onder
zwaar geboomte naar het smokkelnest
voerde.
Louise dacht even na. Vijfhonderd meter
voorbij de bewuste zijweg was een grens-
café met parkeerruimte. Als ze de wagen
daar neerzette, kon ze op haar gemakje
terugwandelen en eens poolshoogte gaan
nemen rond het smokkelnest. Hoe meer ze
te weten kwam hoe beter. Ze wilde graag
zoveel mogelijk feiten verzamelen, om in
één klap André en als het moest ook Jean,
te overtroeven. Bovendien wilde ze de
mannen, die bezig waren André weer op
het verkeerde pad te brengen, op hun
nummer zetten.
Langzaam reed ze nu naar beneden. Ze
zag, dat het vroegere bord „Hotel Mignon"
vervangen was door een bord met de me
dedeling „Particulier terrein verboden
wandeling." Die mededeling scheen vrij
overbodig, want het hele terrein was af
gezet met harmonikagaas waarboven prik
keldraad. Alleen het hek stond open. Ze
vermoedde, dat dit laatste ook niet voort
durend het geval zou zijn en snel nam ze
een besluit.
Ze parkeerde haar wagen bij de grens
post, waar het zelfs nu, in het zomersei
zoen, doodstil was en bekeek haar kleren.
Ze had een stevige pantalon aan, goede
wandelschoenen en dikke, wollen sokken.
Daarmee zou ze zich wel een weg door de
wildernis kunnen banen als het moest. Ze
zou alleen moeten oppassen haar blote
armen niet te verwonden, maar dat risiko
nam ze.
Ze wandelde nu terug naar het hek en
sloeg het weggetje in. Ze had echter nau
welijks honderd meter gelopen of ze hoor
de in de verte een auto aankomen. Snel
verborg ze zich achter een paar struiken.
Gelukkig, het was niet de wagen waarin
André was gekomen. Spoedig wilde ze
nu haar tocht voortzetten, toen van de
andere zijde weer een auto kwam. Ze
begreep, dat ze op die manier steeds in
gevaar liep en spoedig ontdekt zou wor
den en begaf zich daarom het bos in. De
eerste twintig meter waren moeilijk, door
dat er veel bramen en kleine dorens
groeiden maar waar de bomen hoger wer
den verdween de lage begroeiing en
spoedig kon ze vrij gemakkelijk voort-
wandelen over het zachte mos.
Ze begreep echter, dat ze in haar witte
blouse nu ook van ver kon worden gezien
en daarom liep ze recht door naar een
gedeelte waar wat laag hakhout groeide
om daartussen haar tocht voort te zetten.
Na tien minuten werd haar moeite be
loond. Tussen de esdoorns van een heuvel
tje staande, keek ze neer op het kleine
hotelletje dat daar in de laagte voor haar
lag.
Ze herkende het van vroeger, toen er
nog een ruime speelplaats bij lag. Die
was nu opgeruimd; ook alle bomen en
struiken rond het huis waren verdwenen.
Daarvoor in de plaats had men overal
grasveldjes met bloemen en heel lage
heestertjes aangelegd. Ze begreep de be
doeling: niemand zou dit huis ongemerkt
kunnen naderen, zelfs al was hij over de
omheining geklauterd! Tenzij men na
tuurlijk trachtte het huis van de andere
zijde te benaderen. Dat was echter geen
kleinigheid. Geen vijf meter achter het
huis verhief zich, bijna loodrecht, een
brokkelige rotswand, waar zelfs geen vos
tegenop zou kunnen klimmen of lang kon
afdalen zonder zijn nek te breken want
hij was meer dan honderd meter hoog. Nu
begreep Louise echter ook onmiddellijk
waarom de bende juist dit hotel had ge
kocht of gehuurd. Achter die rotswand
lag Frankrijk, hij vormde de grens en
de wand was doorboord. Ze herinnerde
zich een middag met de oude heer Dubois
en zijn twee jongens. Het was een dag
in maart, veel zon, maar een schrale wind,
die wel van de Mont Blanc af scheen te'
komen. Toen waren ze hier heen gereden,
omdat je er heerlijk uit de wind zat en
er een aardige speeltuin was. Het was er
toen warm, maar niet druk. Zij was met
Jean het terrein gaan verkennen en achter
een groep wilde struiken hadden ze in de
rotswand een deur gevonden. Dat had
direct tot hun verbeelding gesproken en
ze hadden er zich heel wat van voorge
steld.
De deur was op slot geweest, maar het
hout was zo vergaan, dat Jean haar ge
makkelijk had kunnen intrappen. Toen
waren ze naar binnen gegaan. Het was
er ijskoud en donker en spoedig was Jean
teruggegaan om een zaklantaarn uit de
auto van zijn vader te halen. Toen hadden
ze wel verder gedurfd. Het was een heel
lange weg geweest met hier en daar een
kort zijgangetje, zodat verdwalen onmo
gelijk was. De gang liep langzaam om
hoog tot op een zeker punt. Daar was in
eens het einde. Omdat er niets te beleven
was waren ze gauw weer teruggegaan. La
ter hadden ze aan Dubois gevraagd, wat
dat voor een gang was. Hij had het hun
uitgelegd. In het gesteente kwamen vrij
veel fossielen voor, versteende resten van
oeroude dieren en toen men na het hakken
van de gang er voldoende had verzameld,
was de gang afgesloten. Dat was alles.
Later waren ze nog wel eens bij hotel
Mignon geweest, maar toen was de gang
afgesloten met een zware, ijzeren deur.
Het zou n.l. wel eens kunnen gebeuren,
dat je een stuk steen op je hoofd kreeg
als je er in liep, en vandaar die veilig
heidsmaatregel.
Het leed geen twijfel of de smokkelaars
hadden deze gang verlengd tot aan de
Franse zijde van de wand en op die wijze
een prachtige smokkelgang geschapen.
Louise was benieuwd wat er aan de
Franse kant voor huis zou staan. Dat
zou ze morgen wel eens nagaan. Ze be
keek de vele, geparkeerde auto's en be
sloot terug te gaan. Het was nu toch
onmogelijk iets meer te weten te komen.
Als ze op een afstand van dertig meter
evenwijdig met de weg bleef lopen zou ze
straks het hek gemakkelijk kunnen vin
den, meende ze. Maar toen ze tien minuten
lang een weg had gebaand door de strui
ken, hoorde ze twee honden blaffen. Ze
verstijfde van schrik. Er liepen dus hon
den binnen de omheining. Een bang voor
gevoel zei haar, dat dan het hek wel dicht
bij zou zijn. Ze bleef een poos doodstil
zitten tot ze niets meer hoorde en ging
toen verder.
Toen ze bij het hek kwam, bleek dit
inderdaad gesloten te zijn, zelfs met twee
vrij dikke kettingen en zware hangsloten
aan de binnenzijde. Ze zat dus als een
rat in de va'. Wachten tot er iemand aan
kwam zou argwaan wekken en dat wilde
ze voorkomen. Toen bedacht ze een uit
weg.
Ze liep door de struiken tot ze bij een
oude, knoestige eikeboom kwam. Hij
stond wel twee meter van de omheining,
maar als ze er in klom, kon ze zich vanaf
een uitstekende tak in de berm van de
weg laten vallen. Ze berekende de val
zeker drie meter. Maar het was te doen.
Vroeger had ze kunnen klimmen als een
eekhoorn; misschien was ze het nog niet
verleerd.
(wordt vervolgd)