Het is van katoen Verwoed jagert visser en al een halve eeuw bijenhouder „Bijen brengen buigende bomen" Cult. Nat. Hist. Ver. „Zuid Oost Utrecht" gaat op reis VIETNAM: EEN NIEUW SOORT OORLOG VIERDE BLAD „DE VALLEI" VRIJDAG 16 APRIL 1965 Nr. 30 Imkerij sterft uit tot schade van de fruitteelt maar van Oordt zegt: Amerikaans witboek onthult sluipwegen IMKERIJ Bejaard Naar Brabant Vissen Traditie getrouw gaan de leden van de Cultuur Natuur Historische Vereniging „Zuid-Oost Utrecht" eenmaal per jaar per touringcar op excursie. Zo werden in het verleden o.a. tochten gemaakt naar het Naardermeer, de Noord-Oost Pol der, Oudewater en Nijmegen. Dit jaar wordt op zaterdag 1 mei een bezoek gebracht aan Montfoort. Daar wordt ter gelegenheid van het 800- jarig bestaan van de stad een tentoon stelling gehouden waaraan een bezoek gebracht zal worden. Deze tentoon stelling geeft een beeld van heden, verleden en toekomst van Montfoort, aan de hand van oudheidkundige vond sten, oude gebruiksvoorwerpen, pren ten. hedendaagse situatie tekeningen en uitbreidingsplannen. Daarnaast zal de stadsarchivaris als gids optreden bij een rondgang door de stad waarbij o.a. een bezoek gebracht zal worden aan-Jiet gerestaureerde ge meentehuis en de Oude Kerk. Belang stellenden voor deze reis kunnen zich nog opgeven bij de heer D. Pezarro, Rijksstraatweg 70 te Eist. De kern van de Vietcong, de communistische rebellen in Zuid-Vietnam, die een steeds feller en heviger wordende oorlog voeren tegen de regeringstroepen en de Amerikaanse militaire eenheden die te hulp snelden, bestaat voor het allergrootste deel uit in het communistische Noord-Vietnam getrainde manschappen. Dit staat te lezen in een Amerikaanse witboek over de infiltraties van de communisten in het omstreden Zuid-Vietnam. Dit witboek, dat als titel meekreeg „Agressie uit het Noor den: Rapport over de Noordvietnamese campagne ter verovering van Zuid-Vietnam", wil er geen twyfel over laten bestaan: in Zuid-Vietnam wordt een verwoede oorlog uitgevochten. Het gaat, aldus het rapport, niet om een botsing tussen twee politieke groeperingen, die het in een bepaald land niet met elkaar eens kunnen worden, maar om een regelrechte aanval van het communistische Noorden op het Westers geöriën- teerde Zuiden. Noord-Vietnam is, aldus het witboek, niet minder vastbesloten het Zuiden te bezetten, dan destijds Noord-Korea. De Koreaanse oorlog heeft de leiders van Noord-Vietnam echter een les geleerd in een traditionele oorlog met een front lijn en geregelde troepen valt er tegen de militaire kracht van de Amerikanen wei nig eer te behalen. Neen, Hanoi wil een andere weg volgen, die van de gecamou fleerde agressie, van de infiltratie via donkere junglepaden en door gevaarlijke, niet te verdedigen moerassen. De laatste vijf jaren zijn vanuit Noord- Vietnam twintigduizend goed-getrainde officieren, technici en soldaten Zuid-Viet nam binnengedrongen om zich bij de Viet cong te voegen, zegt het witboek. Het rapport is gebaseerd op ondervragingen van krijgsgevangen gemaakte Vietcong- strijders, verkenningsvluchten en andere inlichtingenbronnen. De schokkende fei ten, welke naar voren zijn gekomen, doen de Amerikanen spreken over „een nieuw soort oorlog", een strijd zonder genade, welke wordt uitgevochten zonder regels. De Vietcongtroepen hebben een kern van goed uitgeruste en getrainde solda ten van ongeveer 35 duizend man. Daar naast zijn 60 tot 80 duizend rebellen ge organiseerd in plaatselijke eenheden. Overdag zijn het onschuldige boeren, die de rijstvelden bewerken, 's Nachts veranderen zij in guerilla's, bewapend met geweren, handgranaten en Chinese machinepistolen, zo vertelt het witboek, dat de Amerikaanse regering liet samen stellen. De Vietcong krygt regelmatig mo derne wapens uit China. Een speciale Noordvietnamese eenheid, de „Infil- tratiegrocp van de Marine" moet wa pens, voorraden en agenten over zee naar het Zuiden brengen. Amerikaan se helicopters, jachtvliegtuigen en een speciale brigade kleinere schepen heb ben dan ook hun verkenningen van de baaien langs de Vietnamese kust ver scherpt. Het witboek geeft een opsomming van een lange reeks van wapens, welke zijn buitgemaakt bij het onderscheppen van infiltratiepogingen over zee. Voor infil traties overland is een andere eenheid verantwoordelijk, de „zeventigste ver bindingstroepen". Dicht bij Hanoi, de Noordvietnamese hoofdstad, en op een flinke afstand van de demarcatielijn tussen Noord- en Zuid- Vietnam ligt Xuan Mai. Het door de Ame rikanen inmiddels gebombardeerde voor naamste trainingskamp voor infiltranten. De toekomstige infiltranten worden niet alleen getraind in het gebruik van wa pens, het leggen van hinderlagen en an dere guerillatactieken, maar ontvangen ook een politieke instructie. Hun reis naar Zuid-Vietnam en het over trekken van de grens kost vele dagen, zo bleek uit ondervragingen van krijgsgevangenen. In auto's worden zij vervoerd van het ba siskamp naar de grens met het ook al in verschillende partijen verdeelde en in het verleden ook door schoten opgeschrik te Laos. Na een rust van enkele dagen en een laatste instructie trekken zij door Laos naar het Zuiden. Vaak zijn zij hier bij gekleed in het uniform van de Lao- tiaanse „neutralisten". Via vaste banen dringen de communistische infiltranten dan Vietnam binnen. Begeleid door gidsen worden zij verder het land ingebracht. Vrijwel alles gaat te voet. De gidsen wis selen elkaar bij tussenstations af, zodat zij nooit op de hoogte zijn van de com plete sluiproute. Als zij ooit gevangen worden genomen kunnen zij nooit veel verraden. Zodra zij de grens van Noord- Vietnam overschrijden, moeten zij ook al hun persoonlijke bezittingen, die hun ware identiteit kunnen verraden, afge ven. Soms krijgen zij er valse papieren voor terug. Soms is het voorgekomen, dat de infil tranten in groepen van enkele honderden tegelijk Vietnam binnendrongen. Sinds de Amerikanen en de Zuidvietnamese lucht macht echter regelmatig de vaste paden bombarderen, opereren zij in kleinere groepjes. Het bestrijden van deze infiltraties is een zware opgave, zo maakt het Ameri kaanse witboek duidelijk. Het is vrijwel onmogelijk in de dichte oerwoudgebieden de grens hermetisch te sluiten. Bij de jongste berichten over het gebruik van niet-dodelijke gifgassen in de strijd in Vietnam, wordt ook gesproken van een bepaald gas, dat in staat is de bladeren van de bomen te vernietigen. Met deze methode, die veel doet denken aan de tactiek van de verschroeide aarde, zouden de Amerikanen kunnen proberen de in filtraties duidelijker zichtbaar te maken en daardoor beter te bestrijden. Het wit boek geeft daar echter geen uitsluitsel over. Maar het was in maart en dus mocht je niet schieten. Net toen ik de ge schoten zwaan wilde oppakken, waar schuwde een voorbyvarende schipper dat er onraad was. En jawel hoor, aan de andere kant van het veer stonden een paar politiemannen. Zij schreeuwden dat ik terug moest komen. Maar wat doe je als jonge kerel? De sokken erin, dwars door de uiterwaar den heen en naar huis. De politiemannen waren op de fiets en zetten de achter volging in. Maar ze moesten gelukkig voor mij over drie hekken klimmen, de fiets erover tillen en zo raakten ze achter op. Hijgend en dampend en met natte kleren stond ik bij ons in 't achterhuis. Ik de zolder op en met daar verstopt. Maar de politiemannen kwamen al gauw opdagen. Ze vonden mij niet en dropen weer af. Ik had daar best geluk. Zoiets kan ik nou best vertellen, want het is al 45 jaar geleden en zoetjes aan wel verjaard, dacht ik. Waar schiet u nou mee, met welk type geweer? We gebruiken altijd een ouder wets dubbelloops jachtgeweer, zegt Dirk van Oordt. En valt de buit doorgaans nogal mee? Nou, vorig jaar schoot ik vaker mis dan raak, maar ik mag niet mopperen. Alleen die verschrikkelijk dure pacht. Ze weten er bij de Domeinen wel raad mee, vol gens Dirk. In de winter ga ik ook wel eens op pad, zo in december, januari, maar dan leg je hoogstens een paar houtduiven neer. De tweede hobby van Dirk van Oordt is de bijenhouderij. Hij heeft veertig kor ven en kasten achter het huis. „Ik denk dat ik de grootste bijenboer van Eist ben. Vroeger waren er veel meer bijenhouders. We hadden een bijenvereniging met 37 leden, nou zijn er nog maar zes. En wat wordt er dan nog aan bijen gehouden. Sommigen hebben twee of drie korven. De hele imkerij loopt terugop", zegt Dirk. Vroeger waren er veel imkers, die 300 of 400 korven hadden. Laten het er nou in het hele land nog eens twee of drie zijn, dan is het bekeken. Och, de jongelui voelen er niks meer voor. Ze zeggen, je hebt een hoop trammelant en wat koop je d'r voor. Ja, voor de inkomsten hoef je het ook niet te doen, zegt Dirk, want dat is maar zuinigjes. De echte imker kijkt daar ook niet naar. Het zit je in het bloed en dat krijgen ze d'r niet uit. Weet je waar ik respect voor had? Voor een Brabants vrouwtje van 82 jaar, dat ik vorig jaar op de Veense bijenmarkt aantrof. Ze rookte haar pijp als een man en wist alles over de imkerij te vertellen. Dat ging er vroeger ook anders naar toe dan vandaag. Ik bezocht alle markten in de omgeving, die van Renkum, van 't Veen en van Kesteren. Bij van Kessel in 't Veen was het een gezellige boel. Al die imkers bij mekaar en de ouwe van Kessel maar koffie en cognacjes schenken. Weet warenhuis zetten (een zgn. kas voor bij enkorven, verduidelijkt van Oordt). Maar ik denk er niet an. Ik wil er zelf baas over blijven. Ook kan ik het niet goed keuren dat sommige bijenverenigingen een hoop tam-tam maken, muziek erbij en dan proberen om volk te krijgen. De echte liefhebber komt toch wel, fanfare of geen fanfare, vindt Dirk. Als op 1 augustus de jacht open gaat trekken de van Oordten naar de jacht gebieden in Brabant. Het beste jachtje tref je in de Biesbosch aan. Maar de in schrijfgelden zijn zo gepeperd dat er geen beginnen aan is, volgens Dirk van Oordt. In Deurne werd onlangs een stuk jacht gebied van 450 ha verpacht voor een som van f 7.600,Begin daar maar eens aan als kolenboer in ruste. Vorig jaar waren je wat ik altijd zeg?: De bijenmarkt is voor de imkers een praatmarkt. Hele nachten zaten we bij elkaar over de bijen te praten, zwaar rokend aan de pijp: En wat is ervan overgebleven? Alles mot maar gauw, gauw, 's middags zie je al bijna geen korf meer. De sfeer is er uit, vindt Dirk. En als het Landbouwschap „door trekt" om van de bijenhouders heffing te vragen wat in de bedoeling ligt, dan doen ook de ouwe imkers de byen van de hand. De müne zouden met twee dagen verdwenen zün, zegt Dirk. Dan kan het in een klap ge beurd zyn met de hele imkerü, gelooft hy. Of ik wel eens naar een bijenvergade ring ga? Wat zal 'k zeggen, 't Is allemaal theorie wat ze je daar vertellen. De praktijk is heel anders. Je mot de bijen volgen in d'r doen en laten. Dan weet je dat ze in het donker werken en hoe wou nou zo'n zogenaamde deskundige alles weten wat er in de bijenkorf in het don ker afspeelt? Nee, voor al die lezingen is Dirk niet te vinden. Ik ben er eentje van de ouwe stempel, zegt hij. Je kunt wel hele boeken volschrijven over de imkerij, maar daar mee heb je de fijne kneepjes nog niet verteld. Dat leer je pas als je meer dan 50 jaar bijen gehouwen hebt, zegt Dirk. 's Morgens voor dag en dauw staat Dirk al We hebben hier altyd een zoete inval gehad op de Opslag. Hele ritsen jon gens uit Eist kwamen hier kattekwaad bedryven. In onze kolenschuur hebben ze ook wel eens jongens met een roet- zak achterna gezeten en die werden zo zwart als een Moor. Maar het ging er toch niet zo akelig naar toe als nou in Utrecht gebeurd is, vertelt Dirk. Het Eist van vroeger en van tegen woordig dat is een hemelsbreed verschil. Van de jongelui ken ik de meeste niet meer. Maar ik blijf nog altijd zeggen: Als jezelf niet zorgt dat je je eigen ver maakt, een ander doet het niet. En Dirk van Oordt zal zich niet vervelen. Ook niet nu hij bijna de laatste kolenzakken uit de schuur schept. De kolenhandel is beëindigd, nou gaan we het er van nemen, zegt hij. Hij loopt weg uit de schuur, kijkt vanonder z'n pet peinzend over de Rijn, die op deze winderige aprildag vrij wild stroomt en ziet opeens een eenzame eend vanuit het riet opvliegen, 't Is nog geen 1 augustus dus laat het beest maar gaan. Maar in de ogen van Dirk van Oordt flikkert een vuur. Het echte jagersvuur nemen we aan Dirk van Oordt uit Eist weet veel te vertellen Wie zou in Eist en verre omgeving Dirk van Oordt niet kennen? Het zullen er maar weinigen zün. De thans rustende kolenhandelaar, die daar aan de boorden van de Ryn woont tezamen met zyn broer Hendrik kan iedere toehoorder beslist wel een avondje bezig houden. Is het niet over de jacht op wilde eenden, dan wel over de imkery. Aan onderwerpen geen gebrek. Dirk van Oordt heeft in zyn 66 levensjaren altyd dicht by de natuur geleefd. Als hy achter het grote huis aan de Opslag staat kykt hij turend over de Ryn en de uiterwaarden. D'r is tegenwoordig niks meer an zegt Van Oordt. De mensen komen haast de deur niet meer uit en ook vind ik dat je een hoop van je vryheid kwQt bent. Dit mag niet en dat mag niet. Vroeger kon je nog wel eens grasduinen en pionieren. Een lekker jachtgebiedje is er byna niet meer te krygen. Als je nou wilt gaan jagen mot je eerst duzenden guldens neertellen voor een acte en dat kunnen alleen de mensen met geld. De gebroeders Van Oordt turend naar wild. Broer Hendrik (links) heeft z'n d.ubbelloops al in de aanslag. Dirk van Óordt kijkt peinzend toe. voor de korf als ze moeten zwermen of naar de hei gebracht worden. Waar zou de bevruchting van de fruitbomen blij ven als er geen bijen meer zijn? vraagt Dirk zich af. Ze hebben mij altijd ge leerd: „Bijen brengen buigende bomen". En dan zeggen sommige wijsneuzen nog: waar zijn die bijen goed voor? De fruit teler weet het best, waar ze goed voor zijn. Maar wat heeft de imker daaraan. Ze wilden voor zes van mijn kasten al f 360,geven dan konden ze die in een we ook eens in Brabant en daar pacht me een heer een stuk jachtterrein voor drieduizend gulden. En as ik er vijf hazen afschiet, is het nog mooi, zei hij erbij. Och, het zijn voor 't merendeel fabrieks directeuren die nou nog kunnen jagen, echt jagen bedoel ik. Je kunt hier en daar wel eens wat proberen, maar 't is niet je ware. Vroeger ging dat beter. Broer Hendrik vertelt dat hij in 1920 eens ach ternagezeten werd toen hij een zwaan ge schoten had. Ik voer met m'n boot op de Rijn en zag aan de kant van de Betuwe een mooie zwaan. Wacht, jou zal ik heb ben, dacht van Oordt. Een schoten de zwaan stortte neer. Vroeger was het jagen langs de Rijn een genot. Je had je Rynpapieren en je mocht overal komen, maar dat is al een jaar of tien afgeschaft. Ze zijn niet meer te krygen, dus je kunt ok niet veel meer beginnen. Zodoende trekken we naar de jachtvelden overal waar maar jacht is, vertelt Dirk. Want zolang ik lopen kan zal ik mijn geweer hanteren. En hoe is het met de oefening, want je moet toch handvast blijven. Kijk es, voor het jachtseizoen oefen ik niet, vlak na de eerste augustus probeer ik het weer en dat gaat dan zo door tot we er echt op uit trekken. Zijn die eenden nou schuw is onze lekenvraag? Ja, zegt Dirk, ze zijn bijzonder schuw maar dat is ook de bedoeling. Je moet ze afschieten terwijl ze in de lucht hangen. Daarom jaag je zo'n koppel eerst op en dan probeer je ze onder schot te krijgen. En ik mag erbij zeggen: Laat ik ze niet onder schot krijgen, want dan is het in negen van de tien gevallen raak ook. Morgen (woensdag) ga ik naar de bijen markt in Kesteren. 't Is daar maar een klein gedoetje, maar wel intiem en echt, vindt Dirk. Om vier uur ben ik uit de veren en dan zo met de wagen naar de Dirk van Oordt in traditionele imkers tenue, compleet met bijenkap. Hij toont hier één van de 40 korven die hij bezit. Betuwe. Ik leef erin, mag ik wel zeggen. Al zie ik er niet veel toekomst meer inzitten. De derde hobby van Dirk van Oordt is de hengelsport. Hier valt niks meer te vangen. Als 't weer 1 juni is zie je ons naar Lelystad trekken. Dan heb je kans om voor je plezier te vissen. In de Rijn is het niks meer gedaan. Hoe kun je nou al die dingen bijhouden vragen we. Nou, we hebben de kolenzaak beëindigd, zegt Dirk plechtig en dus krijg ik tijd genoeg. Stilzitten is er toch niet bij, dan is een mens al half dood. Ze hoeven mij niet te vertellen hoe ik m'n vrije tijd mot doorbrengen, zegt Dirk wat pedant. Dat zoek ik zelf wel uit. Je kunt beter een dag volmaken dan leegmaken, vind ik. Vroeger had je wel meer schik in alle dingen, maar toch mot je zelf proberen er ook nou nog wat van te maken. Drie vaarklare modellen uit de Katoenshow 1965, afkomstig uit de ateliers van P. Jongmans. De pakjes zijn gemaakt uit kombinaties van katoenen stoffen die een linnenka rakter hebben en kreukherstellend of no-iron zyn. De „schipper" in het midden heeft een broek aan van jeans, een stevige katoenen stof die krimpvry is gemaakt. 4 Drie katoenen kostuums, die E. J. Beeuwkes speciaal heeft ontworpen voor de beoefening van de golfsport. Ze waren te zien in de katoenshow 1965. Links een zwa,re katoenen whipcord met kreukherstellende finish van Ter Kuile Cromhoff, midden een plet- en kreukher stellende, waterafstotende „gentleroy" van Schuttersveld en rechts een kreukherstel lende, lustre veredelde katoenen stof van Menko. (rechts). De vrye-tyd-kombinatie is gemaakt uit een katoe nen stretch (rekkatoen) van J. F. Scholten, die deze elasti sche stof bovendien voorzien heeft vfin een Bel-o-Fast fi nish. De jurk, met het sierlyke, loshangende achterpand, is een filmbedrukte katoen met linnenkarakter van Rigters- bleek. 4 De boezem vrye jurk is een kort leven beschoren geweest, maar toch hebben vele ontwerpers er in spiratie uit geput voor luchtige ont werpen. Zo ook deze zomerjurk van P. Jongmans uit een kreukher stellende filmbe drukte katoen-sa- tjjn van Ten Cate Mode. Men zou veronderstellen dat het een losse bolero is op een uit de taile lopen de rok. In werke lijkheid is het één geheel, waarbij het bovenstuk wat aan de vrijmoedi ge kant is. Van meet af aan hebben de ont werpers van speciaal voor de vrije tyd geschikte kleding hun heil ge zocht bij katoen. Het frisse, absor berende en gemakkelijke karakter van katoen, dat bovendien zo een voudig te wassen is en zeer goed kleur houdt, leent zich dan ook bijzonder voor kleding, waar in men zich vrij en beha- gelijk voelt. Vandaar dat aan enige van de aan de Katoenshow 1965 me dewerkende ontwerpers werd ver zocht zich voo.ral eens bezig te hou den met modellen, welke bruikbaar zyn voor sportieve genoegens. Nu meer en meer Nederlanders hun va kantie doorbrengen aan, maar voor al op het water, hebben de ontwer pe,rs A. Diepeveen en P. Jongmans eens hun creatieve gedachten laten gaan over de „burger-marine". Hier zün twee ontwerpen van A. Diepe veen, die hem en haar beiden voor zag van een (rood) gebreid katoe nen nethemd, zy heeft er een biy- vend elastisch katoenen kreukvrye, was- en kleurechte broek by aan, waarvan de stof afkomstig is van Van Heek en Co, terwijl haar hes, in de vorm van een omslagdoek, ge maakt is uit een katoenen stof met linnenkarakter van Schuutersveld. De broek en hes van zün zeilpak zün uit een kreukherstellende katoenen gabardine van Blydenstein-Willink. 4 Twee zomerse idylles van A. Diepeveen (links) en F. Offerman

Digitale periodieken - Gemeentearchief Veenendaal

De Vallei | 1965 | | pagina 7