ab oall^C
üognrdB
mmm
vrijdag 26 november 1965
Nieuwsblad „DE VALLEI"
14
Verhaal
voor
de
Kleuters
Voor St. Nicolaas steeds het nieuwste
Geef
eens een
aquarium
of een
vogelkooi
ARAM
Verschijnt als bijlage van bet
streekblad JDE VALLET
onder redactie van Tante Jos
ONZE JARIGEN
27 november Betty Klumpenaar. Elst (U),
Kees van Baaren.
23 november: Joke de Kleuver, Ria v. Leeu
wen, Ineke Smit, Janny van Amerongen, Jan
van Dijk.
29 november: Ronald van Leeuwen, Eist
(U.).
30 november Harry Kusters, Alie v. Dam.
Eist (II.), Joke van de Wetering, Rijk Slok.
Jan Vendelo.
1 december Lientje Boon, Siem Katz, Wil
ly Bosboom, Aleida Buslink, Geurt Wagens-
veld.
2 december Sijtje van Leeuwen. Eric
Schrijver, Nico Bosman. Jan van Donkelaar.
Ederveen.
3 december Hansje van Rijswijk. Gert van
de Broek, Renswoude, Wim van Nieuwarae-
rongen.
Hartelijk gefeliciteerd allemaal en een heel
prettige verjaardag.
ZILVERPAPIER EN CAPSULES
Beste jongens en meisjes,
Weten jullie nog dat ik vorige week
geschreven heb dat ik zo graag eens
een keer heel veel zilverpapier en
capsules zou willen ontvangen? Nu,
daar is heel weinig van terecht ge
komen hoor! De kinderen die gespaard
hadden waren Ineke van de Craats en
Wimmie en Jannie Doornebal. Jullie
heel hartelijk bedankt.
Eigenlijk had ik wel kunnen verwach
ten dat er niet zoveel kinderen zouden
komen door het slechte weer. Ik vond
het eigenlijk maar een veilig idee dat
Sint Nicolaas al in Nederland aange
komen was, stel je voor dat hij nog
op zee was met die storm. En nu maar
hopen dat we allemaal wat in onze
schoen krijgen!
Jongens en meisjes, tot de volgende
week, groetjes van
Tante Jos.
Figuur a
EEN KLEIN LEEUWENMASCOTJE
Dit leuke diertje maak je van vilt,
dat je opvult met watten. De manen
en de kwast aan de staart zijn van
wollen draadjes en de snorharen zijn
van een draadje linnen.
Je begint met het natekenen van het
voorbeeld, waarbij de zijden van de
ruitjes moeten worden vergroot tot 2%
cm. De buitenkanten van de grote
rechthoek komen dan op 25 x 20 cm.
Teken dan figuur 1 en knip die uit. En
dan knip je door twee lagen vilt heen
het papieren voorbeeldje na. Daarna
leg je de lagen vilt op elkaar en ga je,
te beginnen bij een van de „polsen"
met kleine rijgsteekjes naar boven
langs de arm naaien, helemaal rond
het hoofd, langs de andere arm naar
beneden tot je komt bij de andere
„pols". Nu vul je eerst de kop van de
leeuw met watten en dan ga je verder
met naaien, te beginnen aan de bin
nenkant van een van de „polsen" naar
Correspondentie te richten aan
Tante Jos per adres:
Parallelweg 10 - Veenendaa)
beneden, tot dat je aan de „voet" komt
en datzelfde doe je aan de andere kant
van de leeuw. Daarna vul je de armen
de hals en het lichaam van de leeuw
met watten en naai je verder langs de
binnenkanten van de pootjes tot je
weer aan de „voeten" komt. Daarna
kun je ook de poten met watten vul
len.
De „polsen" en de „voeten" sluit je
af met de vier ovale stukjes vilt, die
je geknipt hebt volgens figuur 2. Het
hartvormige stukje vilt in figuur 3
moet van dezelfde kleur zijn als het
gezicht van de leeuw en wordt daar op
geplakt bij wijze van mond. De ogen
en de neus zijn kleine rondjes van
zwart vilt, die je op de kop lijmt. Een
klein driehoekje, midden op de mond
geplakt, maakt deze mond nog echter.
De snorharen zet je vast met een
draadje. Van wollen lussen maak je de
manen en daarbij moet je ook nog
denken aan een klein krulletje op het
voorhoofd. Als je denkt, dat het op
naaien van de manen teveel tijd kost,
kun je'ook een strookje in de lengte
dubbelvouwen en inknippen, zoals je
ziet in figuur 5. Dan kun je die strook
vilt om de kop heen vastnaaien. Nu
moet je nog de oren uitknippen vol
gens figuur 4 en die voor de manen
op de kop vastnaaien.
De broek van de leeuw knip je vol
gens het grote patroon, waarbij de bo
venkant gelijk moet liggen met de
stippellijn. Om de zoom te kunnen ma
ken en opdat het broekje zal passen,
moet je langs de buitenkanten bijvoor
beeld 1 cm meer uitknippen. Als de
leeuw het broekje aan heeft, vouw je
de pijpen om en om het geheel nog
mooier te maken kun je een smal
strookje vilt bij wijze van riem om het
middel leggen.
Tenslotte knip je een strook vilt uit
voor de staart, maak je het kwastje
van wol aan het ene eind vast en naai
je het andere eind vast tegen de ach
terkant van de broek. En nu kun je
deze mascotte gebruiken, daar, waar
je er het meeste plezier van hebt.
Figuur b
TOMMY KIJKT NAAR
REGENWORMEN
Op een morgen ontdekte Tommy
een aantal kleine gaatjes op het tuin
pad en bij ieder gaatje lag een klein
hoopje aarde. Later, nadat het hard
geregend had, warén er op het tuin
pad een hele massa wormen. Zijn va
der vertelde aan Tom, dat de kleine
gaatjes op het pad de ingangen vorm
den naar de ondergrondse tunnels
waarin de wormen wonen en dat de
hoopjes aarde daar door de wormen
waren neergelegd; dat was de aarde,
die zij eerst hadden moeten opeten om
de tunnels te maken. Als de wormen
gedurende regenachtig weer naar bui
ten komen, doen zij dat omdat het
water de lucht heeft weggedrukt van
tussen de aardkluitjes, zodat de wor
men, zoals je dat noemt, moeten komen
„luchthappen".
Wormen zijn buitengewoon nuttig
voor de luchtcirculatie in de aarde,
want zij eten de aarde op en maken
er daarna humus van. In de herfst kun
je zien hoe er stukjes van bladeren uit
de holletjes steken. De wormen trek
ken die blaadjes naar beneden, eten
die blaadjes op en maken ook daar
van humus.
van de jongens, dus Peter en zijn vijf
vriendjes, evenveel aardbeien krijgt en
de vriendjes ieder één kaars en Peter
Figuur e
DE VERJAARDAGSTAART
Peter is zeven jaar oud en nu komen
er vyf van zijn vriendjes op het ver
jaarsfeest. Peters moeder heeft een
prachtige taart gebakken met glazuur
erop en aardbeien en, natuurlijk, ze
ven kaarsjes. En Peters moeder is zo
knap, dat zij in drie keer snijden de
taart kan verdelen in zes gelijke por
ties, zonder dat zij een van de aard
beien doorsnijdt en ook zo, dat ieder
twee. Bovendien worden de aardbeien
en de kaarsjes niet verplaatst. Hoe doet
zij dat?
Figuur d
De oplossing van het taartenprobleem.
Figuur e
„Om je slap te lachen zeg! Ik heb
mijn transistorradio in die grote schelp
gestopt, nadat ik haar had afgestemd
op de „Rolling Stones"!"
DE ZONDAGSE MIJTER VAN-
SINT NICOLAAS
Sint Nicolaas liep te ijsberen door
zijn paleis in Spanje.
Het was een paar dagen voor het
vertrek van de stoomboot en iedereen
was al weken druk in de weer om alle
cadeautjes in te pakken en de goede
namen erop te zetten.
Het leek ieder jaar weer of ze nooit
door die stapels verlanglijsten en ca
deaus heen zouden komen, maar de
zwarte knechten van de Sint wisten
van aanpakken. Trouwens, ze waren
ieder jaar nog op tijd klaargekomen en
dat zou nu ook wel weer lukken.
Maar waarom Sinterklaas nu zo on
gerust was? Ja, dat was niet zo mooi.
Hy was zijn mijter kwijt, zijn rode
mijter met het gouden kruis. Het was
zijn zondagse mijter en die had hij nu
juist altijd op als hij naar Nederland
vertrok. Sint Nicolaas kon nu natuur
lijk wel zijn door-de-weekse opzetten,
maar die begon al een beetje te ver
kleuren en bovendien, de kinderen
waren al zo gewend aan de mooie mij
ter met de gouden versiering.
Hij zocht en zocht in alle kasten, kis
ten, hoeken en gaten, maar nergens
was zijn hoofddeksel te vinden. De
zwarte Pieten waren ook zo druk dat
Sint Nicolaas hen eigenlijk niet wilde
vragen mee te zoeken, en daarom tob
de hij maar zo'n beetje voort.
„Jonge, jonge," dacht de Sint bij zich
zelf, „een Sinterklaas zonder mijter,
dat is nog nooit vertoond. Dat is ge
woon hetzelfde als een ei zonder zout
of een speculaaspop zonder amandel
noten. En bovendien, als ik zonder hoed
op de boot naar Holland ga, loop ik
flink de kans een kou op te lopen als
het in de Golf van Biscaje weer zo te
keer gaat als vorig jaar."
Maar hoe hij ook zocht, Sint Nico
laas vond de mijter niet.
De dag voor het vertrek van de boot
had hij hem nog niet gevonden en toen
de Pieten die avond in de grote zaal
van het paleis bij elkaar kwamen om
nog een gezellige avond samen te heb
ben en alle pakjes kant en klaar wa
ren, zei de Sint tegen z'n knechten:
„Luisteren jullie eens goed, allemaal.
Al een paar dagen ben ik mijn mijter
kwijt. Overal heb ik gezocht, maar hij
is en blijft onvindbaar. Heeft een van
jullie hem misschien ergens gezien?"
De Pieten keken elkaar eens aan.
Nee, ze wisten van niets, de mijter van
Sint Nicolaas hoorde toch altijd bij
zijn zondagse tabbaard in de kast te
hangen, ze zouden echt niet weten
waar hij anders kon zijn.
Een paar deugnieten zaten in een
hoekje met elkaar te giechelen. Stel je
voor dat de mijter niet gevonden werd,
ze zagen Sint Nicolaas al met een
zwarte-Pietenpet met een veer erop in
Amsterdam van de boot stappen. De
burgemeester zou niet weten waar hy
kijken moest en je moest toch wel ern
stig blijven bij zo'n hoogbejaarde eer
biedwaardige man.
Maar ergens in de zaal zat een Piet
heel diep na te denken. Hij wist wel
wat van de mijter. Toen hij bezig was
de pakjes voor de kinderen klaar te
maken, had hij ergens op een verlang
lijstje zien staan: „Gertje van Hagen
wil graag een mijter." Nou, en omdat
Pieten bijna nooit iemand teleurstel
len en de naam van Gertje van Hagen
ook niet in het grote boek van de stou
te kinderen voorkwam, had de Piet
maar besloten om de mijter van de
Sint in te pakken en die te geven. Hij
had bij zichzelf gedacht: „Sint Nico
laas heeft er toch nog een en anders
kan de hoedenmaker aan het hof wel
een nieuwe mijter maken." Maar nu
had hij er toch wel een beetje spijt
van en hij had het beter eerst kunnen
vragen.
Met een bedremmeld gezicht stak hjj
z'n vinger op en vertelde het verhaal
aan de Sint. Die moest er eigenlijk
wel een beetje om lachen, die Pieten
konden er wat van maken.
„Vooruit," zei hij daarom tegen de
knecht „ik ben er niet boos om, maar
dan nu dadelijk aan de slag om het
pakje met de mijter terug te vinden.
Dat hoefde hij geen twee keer te zeg
gen en toen de andere Pieten ook een
handje meehielpen was de mijter al
gauw gevonden. Wat was iedereen op
gelucht!
Voor Gertje van Hagen werd nog
gauw een ander pakje gemaakt, met
een boot erin die je écht besturen kon
en Sint Nicolaas schreef er zelf een
brief bij waarin stond dat hy zijn mij
ter echt niet kon missen.
En zo komt het, dat Sint Nicolaas bij
zijn bezoek aan Nederland nog steeds
dezelfde mooie rode mijter draagt,
waarop hij eigenlijk zelf een beetje
trots is.
G. V.
JAPANSE PRINS MET ZIJN VRIENDJES
IN DE DIERENTUIN - TOKIO: De Ja
panse prins Hiro (links) en zijn vriendjes
vermaken zich opperbest met een 4-jarige
orang-oetan op een driewieler tijdens een
bezoek aan de kinderdierentuin.
BOER VAN NU VOEDT 23; IN 1900
VIER STEDELINGEN
De landman staat niet in het zoek
licht van de publieke belangstelling
in de grote steden. De stedeling heeft
meestal geen flauw benul van hetgeen
zich afspeelt in wat men plechtig de
„agrarische sector" noemt. Ook daar
verricht op het ogenblik de moderne
techniek wonderen. De Nederlandse
boer was in 1900 in staat, met zijn pro-
dukten vier stedelingen te voeden;
thans houdt hij er 23 op de been! Over
al in de Westerse wereld is een sterke
stijging merkbaar van de produktie
van voedingsmiddelen per hoofd van
de agrarische bevolking, maar wij
staan, met de Noord-Amerikanen, aan
de spits. In West-Duitsland voedt iede
re op het land werkzame arbeidskracht
twintig stedelingen, in België zestien,
in Frankrijk tien, in Italië zeven en in
de Sowjet-Unie vijf personen. Overal
in de hoog-ontwikkelde landen daalt
het aantal zielen in de landbouw, maar
die daling wordt ruimschoots vergoed
door de verbeterde produktiemiddelen
en methoden in ruim een halve eeuw.
Heel anders is het helaas (nog) in de
ontwikkelingslanden. De Food and
Agriculture Organisation van de Ver
enigde Naties schat, dat de levensmid-
delenproduktie in de ontwikkelings
landen waaronder dus ook veeteelt
en visvangst zou moeten worden
verviervoudigd om een behoorlijke
voeding van de zich snel uitbreidende
bevolking te verzekeren. Dat is geen
eenvoudige zaak, want de produktie
per hoofd neemt maar weinig toe.
Soms helemaal niet.
Buiten de Westerse wereld is Japan
het enige land, dat door een gezonde
familieplanning enerzijds en uitbrei
ding van de voedselproduktie ander
zijds erin is geslaagd een zeker even
wicht te brengen in de toename van
het aantal Japanners en de voedsel
voorziening.
KEUZE UIT
VEEL
MODELLEN
'N.IEVENPE
IAAT QMS V DAARBy HUPiN
BEATRIX5TR.76
TEL:2965 -
SH0WR0OH 80
VEENENDRAL
51-24 Terwijl Priamus zich haastig een toga laat om
werpen, verklaart Ambre de reden van haar komst.
Zij vertelt, dat ze in de stad gehoord heeft, dat Aram
door het gerechtshof tot de galeien veroordeeld is.
„Deze man is een goede vriend van mij", zegt ze met
klem. „ik weet zeker, dat hij onschuldig is aan enig
misdrijf"
„Je beschuldigt mij er dus van een oneerlijk rechter
te zijn", zegt de senator met een vermoeid lachje.
„Wel, om mij te rechtvaardigen, zal ik je een beken
tenis moeten doen.... Dit eiland wordt in werkelijk
heid geregeerd door een reus van een athleet, een
zekere Ares Deze man is door zijn overwinningen in
het stadion zowel geweldig populair als schatrijk ge
worden. Zijn macht is nu zo groot, dat hij iedere bur
ger in de stad, ook ons, senatoren, kan ruineren. Hij
is het, die mij dwingt, voor elke overtreding hoge
geldboetes te eisen, die dan grotendeels in zijn zakken
verdwijnen. En terwijl ik door het volk steeds meer
gehaat wordt, blijft hij de populaire sportheld
Misschien begrijp je nu, dat ik niets voor je vriend
Aram kan doen".
(Wordt vervolgd).
Vorige week vermeldden wij bij de nieuwe puz
zel-opgave dat het beslist niet eenvoudig zou
zijn. Wie zou nu uit de veelheid van fabrieks
terreinen, die Veenendaal heeft, de juiste kun
nen kiezen. Maar dit was een goede misreke
ning. Wij kregen in de afgelopen week juist een
rekord aantal inzendingen binnen. We hebben
zo'n vermoeden, dat veel van de inzendingen
afkomstig zijn van mensen die zo nu en dan
eens een bezoek brengen aan het nieuwe bejaar
dencentrum „De Engelenburgh", want van
daaruit werd onze foto genomen.
Op de foto zag U namelijk de Ritmeester Siga
renfabriek, vanuit een raam van „De Engelen
burgh".
De winnaar van deze week is: Mej. H. Turke
steen, Dahliastraat 5, Veenendaal. Van harte
gefeliciteerd!
De nieuwe opgave Is echt Iets voor de natuur-liefhebbers en wie is dat nu eigenlijk niet.
We vertellen er verder niets bij, als U wel eens tochten door de omgeving maakt, komt
U er heus wel achter. Ende beloning is weer een boekenbon van f 10,_.
Uw briefkaart met de oplossing zien w(j graag uiterlijk woensdag tegemoet.
Redaktie „DE VALLEI". PARALLELWEG 10, VEENENDAAL.