DE RENSWOUDSE KORENMOLEN
Makelaardij Rijpstra
Voor al uw rijbewijzen
C. BOLDERMAN
FOTOGRAFIE CONTRA
CRIMINALITEIT
an0S
dnaqe
Ds. A. Ter louw volgde cursus voor
doctoraal
SMALLE
LUXAFLEX®
Nieuwsblad „DE VALLEI"
vrijdag 10 juni 1966
14
Twee royale midden-
standswoningen
naar F.N.O.P. en V.A.M.O.R.
auto- en scooter rijschool
FA. E. H. HOOTSEN
In de nabijheid van een kasteel, dat de ganse omgeving in eigendom heeft,
is een korenmolen niet weg te denken. Waar moet de heer van al deze aardse
bezittingen anders zijn koren laten malen f Zo'n molen was bovendien een bron
van inkomsten: alle boeren van de streek moesten hun koren immers laten
malen in de molen van hun heert Dat bracht geld in het laadje en gratis
koren in de schuur. Want veelal moest de elfde, nee, elke elfde schoof, aan
de Heer „betaald" worden. De molenaar zelf betaalde erfpacht, maalrecht, wind-
recht, enz. Desondanks zag een molenaar er toch nog wel brood in, zowel letter
lijk als figuurlijk, om een molen te huren of te kopen.
Standerd- of standaardmolen
Blijkens de oudste afbeeldingen (zie
afb. 1) was de Renswoudse korenmolen
een standerd- of standaardmolen. Dit
type mag wel het oudste Nederlandse
molentype genoemd worden, d.w.z. als
korenmolen.
Het bovenste gedeelte van deze molen,
het molenhuis, kon om een zware spil
draaien. Om zo weinig mogelijk wind te
vangen waren de voor- en achterzijde
smal. Binnen was dan nog voldoende
ruimte om de molenstenen, tandraderen,
assen, e.d. te bergen.
Het huis rustte op zware kruisbalken
de standaard die te Renswoude af
gedekt waren met planken. Een derge
lijke korenmolen noemt men dan een
gesloten standaardmolen. Aan de ach-
terzijde bevond zich een trap (zie afb. 2),
die toegang gaf tot de deur van het
molenhuis. Aan de voorzijde waren de
wieken bevestigd.
Eerste molenaar
De oudst bekende molenaar die we in
de archieven tegenkomen is Jan Everts
van Alpen. Hij stamde uit een koren
molenaarsgeslacht en familieleden maal
den op de Walderveense molen.
Toen Jan Everts in 1657 zijn le kind liet
dopen in de Herv. Kerk van Renswoude,
schreef de predikant er in het doopboek
bij, dat de vader molenaar was. Het is
niet uitgesloten, dat de vader van Jan
Everts, die Evert Jan van Alpen heette,
de eerste molenaar was. Hij was mole
naar, dat is bekend, en hij woonde in
Renswoude, want in 1664 maakte hij zijn
testament voor het gerecht van Rens
woude (R. A. Renswoude 1214*). In of
vóór 1677 stierf Jan Everts van Alpen:
zijn weduwe trouwde in dat jaar met
Hendrick Jansz. van Veenendaal. Vol
gens de lidmatenlijst van de Herv. Kerk
van Renswoude was Hendrickmo
lenaar. Waarschijnlijk bleef hij dit op de
Renswoudse korenmolen tot zijn dood
in 1707.
Een jaar daarna komt in het doop
boek ene Jan Hendricksz. voor, die mo
lenaar was. Hij liet in 1708 een dochter
dopen, die Weijntje werd genoemd. Het
is zeker niet denkbeeldig, dat Jan Hen
van Altena, die afkomstig was uit Soest,
te Renswoude met Jannetje Kooïj.
Van 1763 af, toen het eerste kind ge
boren werd, tot 1784, toen het negende
kind geboren werd, vermeldt het doop
boek der Herv. Kerk achter ieder kind
„op de meulen". Bovengenoemde negen
kinderen waren uit twee huwelijken;
Geurt huwde nl. na de dood van Jannetje
in 1779 met Evertje Jansz. Koudijs.
Blijkbaar leverde de molen voor een
dergelijk groot gezin niet voldoende op,
want volgens het uit 1795 daterende be-
■■MUÉIS^i IISij&BSraHMi
dricks nauw verwant was aan de hier
voor genoemde Hendrick Jansz.; deze
was namelijk gehuwd met Weijntje Hen-
dricx van Pothoven.
In deze tijd zag de Renswoudse koren
molen er dus uit, zoals de kaart van
Broeckhuysen uit 1701 ons toont (afb.
1).
Eigenaars onbekend
In de daar op volgende jaren tot 1762
zijn ons geen molenaars te Renswoude
bekend. Natuurlijk waren ze er wel, maar
vermeld worden ze helaas nergens. De
molen zelf wordt wel genoemd.
In het archief der Ned. Herv. Kerk
bevindt zich een belangrijk document.
Het betreft een schenkingsacte, waarin
wordt meegedeeld, dat Frederick Adri-
aan Baron van Reede op 28 juni 1736
aan de diakonie der Herv. gemeente te
Renswoude een stuk grond schenkt. Er
wordt in de acté gesproken van „zeker
Erfpacht en Erve, daar tegenwoordig
het Diakonie-Huis op staat, gelegen aan
de Scherpenzeelse en Barneveltse weg,
tegenover de Renswouse Koorn-molen."
Een interessant stuk; het brengt ons
echter niet dichter bij de naam van de
toenmalige molenaar.
Geslacht Van Altena
Gelukkig komen we in 1762 weer op
bekend terrein. In dat jaar huwde Geurt
volkingsregister het oudste van Rens
woude was Geurt toen tevens her
bergier. Of je nu koren maalt of gerste
nat brouwt, het is maar een stap van
het een naar het ander en koren blijft
de hoofdzaak. Volgens het erfpachtre-
gister van 1810 was de zoon van boven
genoemde Geurt van Altena, die ook
Geurt heette, toen molenaar. Het num
mer van de molen werd 34. De uit het
huwelijk van deze Geurt en diens vrouw
Willemijntje Bouwman geboren zoon Jan
Philip, was de volgende korenmolenaar
en dit was hij tot zeker 1878. Het num
mer van de molen werd inmiddels
(±1860) gewijzigd in 69.
De laatste molenaars
Het geslacht Van Altena is stellig
niet uitgestorven, doch het beroep van
korenmolenaar werd door een dochter
van Jan Philip van Altena in een andere
familie gebracht. Deze dochter, Geertje
geheten, huwde in 1878 met Cornelis
Mora uit Ede. Tot 1894 was Cornelis
molenaar alhier om in dat zelfde jaar
weer naar Ede te vertrekken.
Nog geen week na het vertrek van de
voorgaande werd de molen alweer be
trokken door een nieuwe eigenaar, üp
8 nov. 1894 kwam Gerard van Harten
uit Woudenberg als laatste van de rij
Renswoudse korenmolenaars op de mo
len. Tot 1930 werd de molen gebruikt.
De brand van 24 april maakte een eind
aan haar bestaan.
Overigens moet hierbij nog wel mee
gedeeld worden, dat deze laatste molen
niet de oorspronkelijke standaardmolen
was.
Op bijgaande affbeelding (afb. 2) uit
1903 ziet men, dat de standaardmolen,
die toen stellig reeds 200 jaar oud was,
werd afgebroken. Er naast verrees een
nieuwe molen, een z.g. bovenkruier. Het
kenmerk van een dergelijk type is, dat
alleen de kop draait.
Afbeelding 3, daterend kort voor de
brand, toont deze nieuwe korenmolen in
volle glorie.
Op 24 april 1930 geraakte de koren
molen in brand; gretig grepen de vlam
men in het hout- en rietwerk om zich
heen. De Renswoudse brandweer kwam
snel te hulp, maar kon helaas niet af
doende hulp bieden. De eigen antieke
brandspuit kon de brand niet bedwingen,
al werkten de waterdragers en water-
pompers zich in het zweet.
IJlings riep men de brandweer van
Barneveld te hulp, die gemotoriseerd
was. Onder leiding van de heer Schou-
TE KOOP TE RHENEN:
MET GARAGES EN EXTRA SCHUUR
Vraagprijzen resp. f 65.000,(incl. c.v.
olie) en f 5Q-000,k.k.
INLICHTINGEN:
RHENEN, Achterbergsestr.w. 4a, teL 08376-2196
Jan Steenlaan 65 Tel. 3705
Les in OPEL KADETT en OPEL REKORD
OPEL BLITZ VRACHTWAGEN EN HEINKEL
SCOOTER.
zet de zon spelenderwijs naar uw hand met
LUXAFLEX aluminium jaloezieën
UMMBMaMMWMM
MMMMMMMMMI
■RMHhihi
MMi
ER IS NU OOK
SILHOUETTE»
•N ZEER SIERLIJK SMAL TYPE JALOEZIE.
U bent welkom bij
Hoofdstraat 72, Veenendaal, tel. 08385-4247
Omdat het parkeren langs de Rijkswe
gen verboden is, heeft Rijkswaterstaat
besloten over te gaan tot het aanleggen
van pick-nickplaatsen langs deze we
gen. In de buurt van Emmikhuizen
wordt de eerste van deze plaatsen langs
Rijksweg 12 aangelegd, waarvan de fo
to een beeld geeft.
ten was men snel ter plaatse, doch het
baatte niet meer. De molen kon niet be
houden worden. Dit laatste belette B
W van Renswoude niet de Barneveldse
brandweer zijn grote dank voor de ge
boden hulp te brengen.
De Renswoudse korenmolen is nimmer
opgebouwd en toch staat hij er nog
De heer Van Harten bouwde op de plaats
van de molen een meelfabriek, bovenop
deze fabriek werd een windwijzer ge
plaatst in de vorm van de oude molen.
Deze sierlijke windwijzer zal echter
nooit in de plaats kunnen treden van het
prachtige monument, dat de Renswoud
se korenmolen eens gevormd heeft.
S. Laansma
EZELTJE STREK JE...
Niet alleen in Nederland tracht men het
sparen zoveel mogelijk te bevorderen. In
West-Duitsland heeft een spaarpropaganda-
stunt echter bijzonder onplezierige gevolgen
gehad. Op een landbouwtentoonstelling in
Frankfort hadden de Duitse spaarbanken een
gezamenlijke stand, waarin zich een houten
ezel bevond, die een „geluksmuntje" produ
ceerde, wanneer men aan de staart trok. U
weet wel: Ezeltje strek je Ofschoon deze
schijfjes metaal zich duidelijk onderscheidden
van echt geld hadden ze er één eigenschap
mee gemeen: ze hadden dezelfde grootte als
een klein Duits muntstuk.
Het resultaat was, dat een aantal slimme
bezoekers ze probeerden te gebruiken voor
de inworp in automaten en dat lukte voor
treffelijk. De Duitse spaarbanken kregen zo
veel protesten van winkeliers, dat zij hebben
moeten besluiten, bij haar in te leveren ge-
luksmuntjes in te wisselen tegen echte munt
stukjes. Voor de spaarbanken is het dus een
ongeluksmuntje geworden.
Onder auspiciën van de International
Police Association zal van 9 tot 13 okt.
1967 in het Amsterdamse R.A.I.-gebouw
een internationaal politiecongres gehou
den worden. De Nederlandse afdeling
van de I.P.A. zal dan afgevaardigden
van politiekorpsen uit de gehele wereld
ontvangen.
Tijdens dit congres zal er onder meer
een expositie worden gehouden van foto
grafische apparatuur welke door de
politie over de gehele wereld gebruikt
wordt.
Reeds lange tijd maakt de politie bij
haar taak, het bestrijden en voorkomen
van criminaliteit, gebruik van de foto
grafie. Hoe belangrijk de rol van de foto
grafie bij het bestrijden van de crimi
naliteit wel is, blijkt duidelijk uit het
volgende voorval.
Toen twee misdadigers volgens plan
een bank in Canada hadden beroofd,
scheen het alsof de perfecte misdaad dan
eindelijk gepleegd was. De enige sporen
op het terrein van de misdaad waren de
wielsporen van de auto waarmee de
beide mannen waren ontsnapt en een
afdruk van de achterzijde van de auto
in een berg sneeuw.
Natuurlijk werden deze sporen door de
politiefotograaf op de gevoelige plaat
vastgelegd.
Bij de bestudering van de foto's van
de sporen bleek echter dat zich in de
berg sneeuw een zeer belangrijke aan
wijzing bevond. Behalve de achterkant
van de automobiel was namelijk ook de
nummerplaat van de auto in de sneeuw
afgebeeld. De ontdekking hiervan leidde
er toe dat de beide misdadigers binnen
een uur na het misdrijf konden worden
aangehouden. Doordat de bewijsstukken
die normaal snel zouden verdwijnen, in
dit geval de sneeuwsporen, vastgelegd en
geregistereerd konden worden, was de
fotografie het medium dat tot arrestatie
en veroordeling van de misdadigers
leidde.
Het genoemde voorval is slechts een
enkel voorbeeld uit een reeks van dui
zenden gevallen waarbij de fotografie
leidde tot opsporing en veroordeling van
misdadigers.
Volgens mr. Harris B. Tuttle, een
expert van Eastman Kodak op het ge
bied van politiefotografie is de fotogra
fie het belangrijkste middel voor het
ontdekken, registreren en behouden van
bewijsmaterialen die voor rechtbanken
gebruikt kunnen worden.
Mr. Tuttle is van mening dat de foto
grafie niet alleen de mogelijkheid heeft
om misdaden te ontdekken, maar ook
kan bijdragen tot het voorkomen ervan.
REGISTRATIE.
Het gebruik van de fotografie bij het
registreren van misdadigers is verre van
nieuw want reeds in 1860 maakte de
politie een begin met het maken van
foto's welke bij het identificeren van
misdadigers goede diensten hebben be
wezen. Er wordt echter steeds naar
nieuwe wegen gezocht om de fotografie
nog intensiever bij de bestrijding van de
misdaad in te schakelen.
VERBORGEN CAMERA'S.
Bij de bestrijding van de misdaad
wordt veelal met succes gebruik ge
maakt van verborgen camera's waarmee
zogenoemde foto-valstrikken kunnen
worden opgebouwd.
Met camera's die met infra-roodfilms
zijn geladen kan in optisch volkomen
duister, met behulp van een onzichtbare
infra-rood lichtbron worden gefotogra
feerd, waardoor het mogelijk is bijvoor
beeld een inbreker tijdens zijn daad te
fotograferen, zonder dat hij zich hiervan
bewust is.
De „fotoval" kan zo worden opge
bouwd dat de inbreker zelf de camera's
in werking stelt door bijvoorbeeld een
deur te openen of door op een losse
plank in de vloer, waaronder een voet
schakelaar is aangebracht, te stappen.
OPSPORING.
Vooral in de laatste jaren is de foto
grafie een steeds belangrijker rol gaan
spelen b\j de opsporing van misdadigers.
Zo beroofden een man en een vrouw een
Amerikaanse bankinstelling van een be
drag van 7000 gulden niet wetend dat
hun activiteiten door verborgen camera's
geregistreerd werden.
De rechercheurs die de film enkele
uren na het misdrijf zagen, herkenden de
vrouw als een plaatselijke serveerster,
die snel kon worden aangehouden.
Haar partner, van wie zij niet eens de
naam kende was niet zo makkelijk te
vinden. Deze zag de film echter dezelfde
avond in een andere stad geprojecteerd
hetgeen hem deed besluiten naar de stad
waar de misdaad was gepleegd terug te
keren en zich bij de plaatselijke politie
aan te geven. Tot nu toe vrg onbekende
belichtingstechnieken en speciale films,
maken zelfs het onzichtbare zichtbaar.
Onlangs werd bijvoorbeeld een dief aan
gehouden nadat zijn nauwelijks zichtbare
vingerafdrukken in het stof op een reis
koffer waren ontdekt. Conventionele
middelen zouden dit bewijsstuk hebben
vernietigd, maar dank zij een speciale
belichtingstechniek en een zeer contrast
rijke film verkreeg men duidelijke foto's
van de vingerafdrukken.
DRAAGBARE RÖNTGEN
APPARATUUR.
In sommige landen heeft de politie
sinds kort de beschikking gekregen over
een Röntgen-apparatuur, die naar de
plaats van een misdrijf kan worden ge
bracht.
Deze draagbare apparatuur maakt het
onder meer mogelijk om bijvoorbeeld in
geval van een moord ter plaatse te be
palen waar een kogel zich in het lichaam
van een slachtoffer bevindt. Dit is van
OOK KLEURENFOTOGRAFIE.
Een nieuwe ontwikkeling in de politie
fotografie is het registeren van misdadi
gers op kleurenafdrukken. Vastgesteld
werd dat 100% van de slachtoffers die
de verdachte niet aan de hand van
zwart/wit foto's konden identificeren wel
in staat bleken te zijn dit te doen wan
neer zij kleurenfoto's kregen voorgelegd.
De kleur nam het element van de twijfel
geheel weg.
FOTOGRAFIE BELANGRIJKER
DAN WAPENEN.
Volgens mr. Harris B. Tuttle zijn dit
slechts enkele voorbeelden dit het belang
van de fotografie bij de bestrijding van
de misdaad illustreren. „De fotografie",
aldus mr. Tuttle, wordt dagelijks belang
rijker in de bestrijding van de misdaad.
Naar gelang de vindingrijkheid van de
misdadiger toeneemt, worden steeds
meer nieuwe en tot nu toe niet eerder
gebruikte fotografische technieken toe
gepast om de misdadiger na of in
sommige gevallen zelfs tjjdens zijn
misdrijf te arresteren. Een foto- of film
camera geladen met de juiste film zijn
inderdaad belangrijke wapenen in de
strijd tegen de misdaad dan revolvers of
politie-auto's.
groot belang voor het verdere onderzoek
aangezien men anders meestal op goed
geluk moet proberen de kogel uit het
lichaam te halen. Dit leidt in de meeste
gevallen tot beschadiging van de plaats
waar het projectiel het lichaam van het
slachtoffer is binnen gedrongen. Hier
door is vaak zeer moeilijk na te gaan
vanaf welke afstand op het slachtoffer
werd geschoten. In bepaalde gevallen
kan deze wetenschap zeer belangrijk
zijn. Daarbij komt nog dat „weke" Rönt
genstralen gebruikt kunnen worden voor
het identificeren van vingerafdrukken
die met de conventionele middelen niet
geïdentificeerd kunnen worden.
78-JARIGE MAN AANGEREDEN
De 78-jarige heer O. J. N. uit Vee
nendaal liep dinsdagaochtend over de
Zandstraat, in gezelschap van een vrij
wel evenoude vriend. Op zeker moment
wilden de beide oude heertjes de straat
oversteken. Toen zij op nog geen me
ter van de overzijde waren, naderde
een bromfiets, bestuurd door G. E. B.
uit Veenendaal, die de heer N. raakte.
De heer N. viel, maar werd niet dus
danig gewond, dat een medicus in hoef
de te grijpen. Tegen B. is proces-ver
baal opgemaakt.
INTREDE
Ds. P. M. Breugem zal a.s. zondag
zijn intrede doen bij de hervormde
gemeente te Barneveld, na bevesti
ging door ds. J. van Rootselaar al
daar. Ds. Breugem heeft j.l. zondag
afscheid genomen van de hervormde
gemeente te Achterberg.
INTREDE
Zondag 19 juni a.s. zal ds. H. Jon-
gerden te Schoonhoven in de Sions-
kerk zijn intrede doen als predikant
bij de hervormde wijkgemeente zuid
te Veenendaal. De bevestiging ge
schiedt door ds. Schuurman te
Schoonhoven.
ZIEKTE DS. P. DE JONG
De vroegere Veenendaalse predi
kant ds. P. de Jong, thans hervormd
predikant te Nijkerk, heeft ons er
opmerkzaam op gemaakt, dat wij
met de mededeling dat hij tijdelijk
wegens ziekte zijn ambt heeft neer
gelegd wat te ver zijn gegaan. Ds. de
Jong moet rust houden en heeft
daarom tijdelijk zijn werkzaamheden
neergelegd. Hij blijft uiteraard in
het ambt
PUZZELRIT
De hervoimde jeugdraad te Eder-
veen heeft op zaterdag 11 juni a.s.
een puzzelrit uitgeschreven. De rit,
die niet te lang is, wordt gereden in
de onmiddellijke omgeving van Eder-
veen. Er wordt om half drie gestart
bij het jeugdgebouw; inschrijven van
af een half uur daarvoor. Er zijn aan
trekkelijke prijzen, o.a. een wissel
beker.
NIEUWE GEGADIGDE VOOR
ZENDTIJD
let nieuwe omroepbestel in ons
land heeft een actiecomité voor een
zuiver evangelische omroep in bewe
ging gebracht.
De bedoeling van dit actie-comité
is n' de N.C.R.V. te beconcurreren.
Men wil zich uitsluitend concentre
ren op de prediking van het Evange
lie. De taak om algemene culturele
en ^ntspanningsprogramma's te bren
gen voor een brede kring van luiste
raars laat men graag aan de N.C.R.V.
over.
Zonder de arbeid van deze omroep
schade te berokkenen moet het vol
gens het actie-comité mogelijk zijn
om voor uitsluitend evangelie-uitzen
dingen zendtijd te verkrijgen. De vo
rige maand heeft men hierover ver
gaderd in Utrecht met vijftig perso
nen uit verschillende kerken en ge
loofsgemeenschappen.
Men denkt ook aan de verantwoor
delijkheid die men heeft voor de in
Nederland verblijvende buitenlandse
arbeiders. Dezen moeten in hun eigen
taal met het evangelie bereikt wor
den.
In het actie-comité hebben o.a. zit
ting genomen: ds. W. Glashouwer te
Driebergen en ds. H. J. Hegger te
Velp. Dit comité zal de stichting van
een Evangelische Omroep voorberei
den. Het contactadre' is: postbus
5186, Rotterdam.
DONATEURSACTIE VOOR
„DE INSTUIF"
De gereformeerde kerk te Veenen
daal gaat onder haar leden donateurs
werven voor het algemeen jeugdwerk
„De Instuif" te Veenendaal, waarin
de gereformeerde kerk sinds korte
tijd naast de hervormde gemeente
„Sola Fide" deelneemt.
De gereformeerde kerk moet jaar
lijks 47E gulden bijdragen, waarvan
3000 gulden via diaconie en collecte
is toegezegd. De resterende 1750 gul
den zal men trachten door donaties
binnen te krijgen.
BOND TEGEN HET VLOEKEN
De 49 jaar oud? „Bond tegen het
vloeken" wil zijn getuigende arbeid
een nieuwe aanpak geven. Tijdens de
jaarvergadering in Utrecht werd o.m.
gesproken over nieuwe teksten voor
publicaties, grotere sortering van het
materiaal voor jong en oud en een
opiniepeiling over het aanzien van de
bond en zjjn activiteiten.
I 1965 verscheen o.a. door toedoen
van de bond een zestalige affiche op
de stations van de Ned. Spoorwegen
Informaties hierover kwamen o.a. uit
Amerika en Engeland. In september
1967 bestaat de bond 50 jaar.
Als tweede van een groep van ongeveer vijftien predikanten als
eerste aan de Rijksuniversiteit in Utrecht heeft de Veenendaalse in
dustrie-predikant doctoraal examen gedaan in een nieuw onderdeel van
de theologie. De vakken voor dit examen waren studie van het Nieuwe
Testament, Sociale Ethiek en een vak, dat tot voor kort niet bij de
theologische studie hoorde Industriële Verhoudingen. Dit doctoraal is
eigenlijk een nieuwe studierichting in de theologische opleidingen, die
speciaal bedoeld is voor predikanten die in de industrie werkzaam zijn, of
staan in een industrieplaats.
„Het was ongeveer 5 6 jaar ge
leden, dat het Universitair Instituut
Vorming Bedrijfswerk (UIVB) start
te met een cursus voor predikanten,
die werkzaam waren in industrie, of
daar belangstelling voor hadden.
Men begon met een cursus die iede
re veertien dagen twee dagen duur
de. Na enige tijd heeft men dit sy
steem laten varen en kwam men tot
een officiële doctoraalsstudie, die
waarvoor men iedere paar maanden
een week bijeen kwam. Je zou kun
nen spreken van een begeleide doc
toraalsstudie: wij gingen niet naar
de universiteit, maar de professoren
kwamen naar ons. Ook werden er
colleges gegeven door top-functio-
narissen van het bedrijfsleven en de
vakbonden.
Op deze manier raakte do groep
goed in de speciale problemen van
de industrie thuis. Veel werd er ook
gedaan aan excursies en dergelijke
en zoals reeds eerder uitvoerig in
„De Vallei" is beschreven moes
ten we een maand gaan werken in
een bedrijf. Voor mij werd dat de
Hoogovens.
Aan de opleiding werd deelgeno
men door predikanten van verschil
lende kerken, als hervormden, ge
reformeerden, christelijk gerefor
meerden en doopsgezinden. Men kan
examen doen aan de Rijksuniversi
teit in Utrecht, de Vrije Universiteit
in Amsterdam en de Theologische
Hogeschool voor de gereformeerde
kerken in Kampen.
Het werk voor Evangelie en
Industrie is nog vrij jong in Ne
derland. Het bestaat niet veel
meer dan 12 jaar. In andere
Europese landen wordt er al veel
langer aan gedaan. In Engeland,
dat waarschijnlijk de primeur voor
dit werk heeft, is men er reeds in
de oorlog mee begonnen. Ook bijv.
in Duitsland en Oostenrijk kent
men dit werk. Tussen de verschil
lende landen bestaat een goede
samenwerking. Zo hebben ive jaar
lijks een conferentie met de
Duitsers en iedere twee jaar een
met de Engelsen.
Het is nog een beetje pionie.en
in dit werk. Er begint iets te
groeien, maar een duidelijk over
zicht van het bereikte kan ik nog
niet geven; daarvoor is de tijd nog
te kort. In de bedrijven doe ik aan
vormingswerk.
Een van de methodes daarvoor is
bijvoorbeeld een conferentie van per
soneelsleden uit alle lagen van het
bedrijf, zoals dezer dagen in de Blije
Werelt gehouden is met personeel
van de Scheepjeswol. Ook zijn er in
bedrijven zgn. Doorsneegroepen ge
vormd. In deze groepen zijn verte
genwoordigers samengebracht uit al
le lagen van de bedrijven, van hoog
tot laag. Enkele malen per jaar wor
den daarin diverse problemen, die
met de plaats van de christen ten
zichte van zijn maatschappelijke
positie verband houden, doorge
praat.
De belangstelling voor dit werk is
stijgende. Dat blijkt wel uit het feit,
dat er nu voor een nieuwe cursus zich
45 predikanten opgegeven hebben.
Het is niet te verwachten, dat zjj
allen bij een stichting Evangelie en
Industrie zullen gaan werken, maar
vooral ook voor de predikanten in de
grote steden en de industrieplaatsen
is het een belangrijke opleiding",
aldus ds. A. Terlouw, die een vraag
naar plannen om te promoveren
momenteel nog niet wil beantwoor
den, omdat hij daarover nog niets
beslist heeft.