Toer eens mee in de winter Donner geslagen Oploswedstrijd 1 i R Wl9, Ga op een mooie winterdag eens naar het oude stadje Buren in ons mooie Betuwse land m h ff? Ém GROTE PUZZEL Jan trouwt een bosprinses (IJ 11 JU lü 7 p- 9 m mÉ- m Jm m pp MÉ Mil 11 wk. m M m m m s iÜ Hf w Érn, MM Hl ffH if Hf if IH m 11 m Hf Hf n§ door Adriaan P. de Kleuver hi is een heel fijn stadje, dat juist in de winter zo bekoor lijk is. Dan zijn de bomen op de omwalling kaal en als u dan eens in de buurt van die slanke Wil lem van Oranje-molen bent en door het takkengewriemel gluurt, jonge, wat een mooi plaatje zie je dan. Hoe pittoresk lijken dan de fijne contouren van het prinsesselijke weeshuis. De lieve vrouwe die gedacht heeft aan de verweesden wendde haar rijkdommen aan om tot een ze gen voor de misdeelden te zijn. Dat prachtige weeshuis met de ongemeen sierlijke dakruiten, de gebeeldhouwde zandstenen sier- delen aan de fraaie renaissance- gevel en de deftige poort met haar zeldzaam mooie beelden groep en het Nassauwapen is 365 dagen van het jaar mooi. Dat laatste vindt U terug in de Her vormde kerk waar precies onder het orgel de ingang is van de grafkelder waar deze prinses van Oranje bijgezet werd. En zo zijn wij dan, ongemerkt zelfs, aange komen in het hoofdgebouw van het stadje Buren. Een grote kerk, maar oh, wat is er in het ver leden aan geknoeid. Ontstellend. Dat deden de z.g. reformatori sche vaderen. Die maakten van sfeervolle kerken plompe preek- holen en één van de meest af schuwelijke voorbeelden van zo'n wanstaltig ingerichte kerk is dan helaas die van het koninklijke Buren. Als U op het intieme marktpleintje staat met vóór U de oude waag en de „levenbren gende" pomp, de goed onderhou den westgevel van de kerk en de wel wat al te steenrood opgeverf de bovenste torengeleding, dan zeg je dat het een nette boel is. Maar dit is hoofdzakelijk het werk van het gemeentebestuur dat ook het met een sierlijke dak ruiter bekroonde stadhuisje in 'n zo voortreffelijke staat houdt. U moet de zijstraatjes in om de verwaarlozing van het kerkge bouw te overzien. Dit zal U schok ken. - <E> «EHDaHQt <B> <E1Q umw damnatia» <nats aaiuiaa» «arja» «aaman H> <QQiaa> 4jgoQH^ <0 SCHAAKRUBRIEK H. BOUWMEESTER 4 DAMRUBRIEK P. BERGSMA yyij leerden op school, dat onze koningin in het buitenland zich eenvoudig gravin van Buren laat noemen. Dat gaf aan ons Betuwse stadje iets heel voor naams. Er zijn menseh die hun leven lang al gezegd hebben: „Ik moet toch eens naar Buren". Maar de busverbindingen zijn wat omslachtig in de Betuwe. En dan moet je het per fiets doen. Of met de auto. Nou, en voor de laatstgenoemde categorie is het dan maar een peuleschilletje. 't Is zo'n lief stadje en de men sen zijn er zo vriendelijk. Oh, ze weten wel, dat ze in onze eerste Oranjestad wonen, maar denk nu niet dat ze daar dik over doen. Ze zQn er niet eens trots op, die ge moedelijke Burenaren, die zo ge makkelijk tot een praatje te ver leiden zijn. Neen van die vroege re deftigheid is weinig meer over. Het machtige, buiten de stads wal gelegen hebbende stamslot van Anna van Buren, de eerste echtgenote van prins Willem van Oranje, dat geweldige kasteel be staat niet meer. Van wat brok stukken hebben ze in het kasteel park een soort monumentje ge maakt. Het gaat ons trouwens niet eens om het illustere verleden van dit Oranjestadje, 't Is dood- simpel de bedoeling iets over 't Buren van nu te vertellen. Voals in veel gevallen hebben die van Buren de kerkmuren ook al aan de buitenzijde gepleisterd. Allemaal werk van onze grootou ders uit de vorige eeuw. Dat moet toch een armoedige tijd ge weest zijn. Geld om te restaure ren had men niet. Om de kerken enigszins toonbaar te maken be smeerde men ze meestal van buiten met een grauwe ce- mentlaag. Wat 't oog niet ziet 't hart niet deert, dat was zo'n beetje de gevestigde mening ge worden. Wat wil men van een tijd waarin „deftige" behuizin gen verschenen met een fagade van gietijzeren kolommen in plaats van met de hand gebeeld houwde zandstenen pilaren. Och, een zandkleurig verfje erover en de schijn redde de armoede, 't Was als in de dagen van koning Rehabeam die de geroofde gou den schilden uit het paleis van zijn grote vader Salomo door ko peren liet vervangen. Als je die maar fiks oppoetste glommen ze ook mooi. En dan nu weer over dat verrotte gepleister van de oude kerkmuren. Van ouds al had men de binnenzijden van 'n kalkpleisterlaag voorzien. Daarop buR£f/ j P. CC KLEUVEJ^Sj^ leefden zich in de middeleeuwen de mozaïekschilders uit. Wat nog te redden zou zijn geweest, door de reformatorische kalklagen er voorzichtig af te halen, ver ging door naar binnen uitzweten de salpeterafzettingen. Dat is dan de erfenis van een al te gemak zuchtig voorgeslacht. Tevens is dat de oorzaak van het optreden van de gevreesde muurkanker. Wat daar tussen twee pleister lagen verborgen gehouden wordt, verrot tot steen, dat je in je hand verkruimelen kunt. Ze waren in de Betuwe overal compleet gek geworden; de erfenis is nergens beter te zien dan bij de kerk van het dorpje Ommeren. A Is u toch binnenkort 'n winter- bezoekje aan Buren gaat bren gen neem dan eens de eerste af rit rechts na het passeren van de Rijnbrug. Ga dan die onvol prezen Marschpolder eens door waar de kleikluiten liggen te glimmen op de geploegde akkers, waar in de boomgaarden de bo men met kronen als reuzenspin nen uit een tot werkelijkheid ge worden sprookje langs de weg staan, waar de machtige toren kolos van de Hervormde kerk van Lienden aan het reusachtige zadeldak van de kerk vastge plakt schijnt te zitten, waar een juweel van een korenmolen uit de zeventiende eeuw met zijn wiekenkwartet de tijd staat stuk te malen en dan neemt u die fij ne binnenweg naar Ommeren. Nou, en dan loopt u maar eens naar dat kerkje. Ontstellend ge woon. En monumentenzorg za nikt en zeurt maar over geldte kort. De defensiewolf vreet mee aan die verbrokkelende muren, want daar kijkt men niet op een miljardje als het om legeruitbrei- ding gaat. En in Buren en nog op veel meer plaatsen staat een in wezen mooi, middeleeuws kerkgebouw te verrotten. Ach, de kerkvoogdijen zouden wel wil len restaureren, maar de schat kisten van deze kerken klinken hol en er ligt geen duit meer op de bodem. Ze moeten een deel van de restauratie bekostigen en nu doen ze niet allemaal als in Ingen waar zelfs de meest ver stokte buitenkerkelijken nog diep in de buidel getast hebben toen het om de restauratie van „hun" prachtige kerk ging. Voorlopig heeft het gemeentebestuur ook nog een duit in het zakje te doen. Hoe zullen al die kerken nog verder in de puree geraken nu ze Buren als zelfstandige gemeen te willen onttronen. Dan mogen de mensen van Buren niet eens meer over „hun stad" spreken. Dan zit ergens ver weg een bur gemeester die nooit zo voor „zijn" stadje op zal komen als de man die nu nog vader van zijn burgers heet te zijn. En als het dan eens toch zo ver zou moeten komen dan zou ik meteen maar beginnen met het restaure ren van het oude bedehuis. Als je dan toch niets meer te vertel len hebt, doe het dan nu nog voor één keer. Dit moest mij wel van het hart, want je zou toch niets liever zien dan dat onze eerste Oranjestad in den lande een waardiger bedehuis kreeg. Want helaas, ook in het koninklijke Bu ren komt de Heer van de Schep ping er maar bekaaid af. Bij de regering en bij de gelovigen wel te verstaan... Ik heb al heel wat keertjes op de oude stadsmuren gestaan. Als 't niet te gek koud is en de nachtvorsten niet te streng zijn kan 't nog gebeuren dat tussen de brede tufvoegen de fijne paars- bloemige muurleeuwebekjes op beschutte plekjes nog staan te bloeien. Een paar jaar geleden vond ik ze nog half december En je vindt er ook dat zeldzame glaskruid, dat ik ook vond in muurspleten van de kerk te Aspe- ren en dat in dikke toefen van de scheve toren van Aquoy naar be neden hangt. En altijd vind je de grappige muurvarentjes. Daar stroomt ook het smalle riviertje De Korne, waarover nu aan de Tielse kant een nieuwe brug ge legd wordt. Je moet daar zijn als het lage winterzonnetje de rode daken van de zich in de smalle straatjes aaneenrijende huisjes met een gouden gloed over straalt. Tjonge, wat is dón het stadje mooi, onbevangen en vriendelijk. Geen keiharde juffies achter enorme etalageruiten uit gestald om er zó rauw in te bij ten zult u zien, maar wel een rus tig moedertje, dat met de brei naalden een warme trui voor haar belhamel aan het maken is. Ergens op de stadswal loopt een jong stel, zoals dat alleen maar bestaan kan in een stadje als dit. Je zou moeten gaan zien hoe een moeder haar kroost een dikke das om de hals knoopt als ze naar school moeten en dan de vertrou welijke vermaning moeten horen toch vooral voorzichtig met auto's en zo te zijn. Of er tiendui zend auto's per dag doorrazen! Maar zo zijn alle moeders over de hele wereld toch in de eerste plaats moeder Ie komt uit de richting van Zoelen en Kerk-Avezaath. Doe dat als 't mogelijk is eens op de fiets. Dan zie je het stad je met een krans van fragiel kantwerk omzoomd. Eén enorme etsplaat tegen de ijle blauwe winterlucht en het takjesgewrie- mel is als krassen van de gra veerstift daarop. En alweer is het de machtige, hoge en wat naar buiten hellende stadsmuur die je het meest opvalt. Buren moet een sterke vesting geweest zijn. De muren zijn nog wat ho ger geweest en waren bepaald van kantelen voorzien. Ze maken nu een wat hulpeloze indruk. Een fikse bulldozer zou ze best kunnen indrukken. Vroeger, ja, toen konden ze maar opkomen. Ha, zo zeiden die van Buren, wij lusten je rauw! En de vrouwen stookten de vuren en kookten olie gloeiend heet. En dan... kloek - kloek - kloek - goten ze dat hete spul over iemands kop, die dan daar beneden stond te gillen van de pijn. Dan dropen ze wel af. En ja, schieten deden ze ook. Met musketten en zo. En de vijand voerde van die aardige speelgoedkanonnetjes mee, waar uit stenen en ijzeren bollen weg geschoten werden. Ze hebben ze hier en daar in de stadsmuur in gemetseld zitten. I-Iet oude stadje aan de Korne kinkt dat nu niet nét echt, zoiets als Wenen aan de Donau dat lieflijke peulebroekje van een stadje, dat piepje van een stadje, dat is zo rein en maagde lijk als een poppetje in een doos je. Het is nog niet bedorven door opdringerige flatbouw. Het bleef in zichzelf gekeerd als in de tijd dat er deftige heren in die reus achtige, statige huizen woonden. Een paar ervan worden nu gerestaureerd. Die gaan de roem van de Gouden Eeuw hoog houden. Straks trilt achter de vensters met kleine ruitjes ach ter geblauwd glas het grote leven dat ze tot hier binnenhalen. Op straat zie je zelfs een paar kna pen met haar tot op de schouders. Het zijn de moderne pages van het stadje Buren en hun ros is een witgeschilderde fiets. Ja, en zelfs dit eigentijdse verschijnsel krijgt in Buren iets anders dan elders. De pastorale sfeer van dit landjuweel laat zelfs de tamme nozems van Buren gewoon een figuur slaan waar ze zelf geen raad mee weten. Surrogaat pro vo's wonen er, die de verveling wat op willen vrolijken, 't Is ge woon komisch zo iets in een plat telandsstadje tegen te komen, 't Betuwse volk heeft onbetwist 'n groot gevoel voor humor. Daar aan zal 't dan liggen dat zelfs Buren deelt in het streven van de jeugd zich te laten gelden, al is het dan maar met lang haar, stinkbommetjes en witte fietsen, 't Is allemaal zo erg niet. Als ze dertig zijn komen ze allemaal weer op het vertrouwde nest te rug, dan worden het goede en de gelijke huisvaders en krijgen ze de neiging ouderling bij 't een of an dere kaórkie te worden. En dat is dan alles Duren heeft een voortreffelijk gerestaureerde stadspoort en omdat die aan de Culemborgse kant ligt, heet ze de Culemborg- sepoort. Pal er naast ligt het voor enige jaren ingerichte boerenwa genmuseum. Maar wat de man nen van de t.v. bezielde om uit gerekend op het einde van okto ber er een uitzending aan te wij den, snap ik niet. Heel duidelijk liet het bordje naast de ingang ons zien dat het na 1 oktober ge sloten is. Moeten ze volgend jaar- vóór het weer opengaat of in het vakantiehoogseizoen, nog maar eens overdoen. Want óók ik hoop, dat u mijn opwekking om vooral nu het gaat winteren dat lieve stadje met een bezoekje te ver eren, later zult herhalen. Denk 't u eens in als het hele stadje be dolven ligt onder een papierblank sneeuwveld. Dat is iets zó fijns, zó lieflijks, als was het zó van een mooie kerstkaart gehaald, dat het niet te evenaren is. yyat is mooi Dit Wat men zelf mooi vindt en dèt wat men in gedachten al mooi vindt. Er is nog romantiek in onze ja- gerige dagen. En dat kan zo'n oud en toch ook weer jong van hart zijnd stadje Buren ons schenken. Gelukkig de mens die houdt van het bereikbare. Buren heb je iedere dag bij de hand. Je zou er iedere dag even heen kunnen gaan als u dat wilde. Zó dichtbij ligt het. Haast onder de rook van Veenendaal. En bedenk dan dat het in ieder jaargetijde even bekoorlijk is. Of nu de len tefee het stadje in witte bruids tooi zet, of de zomer het vol en uitbundig maakt, of de herfst er haar sfeer van vergankelijkheid aan verleent of als nu, als de bo men rond de wallen kaal zijn en de stilte valt over één van onze Oranjesteden. Moge het geen stil te voor altijd zijn. Moge Buren Buren blijven. Na nog een kwartiertje reden ze onder de poort van de stad door. De poortwachter stond stram in de houding. Jan ver beeldde zich, dat het wel voor hem zou zijn. Per slot van reke ning was hij de toekomstige prins! Forminus groette de mili tair, maar voordat de poortwach ter het had kunnen zien, waren ze reeds een heel eind in de stad. De torens van het kasteel waren nu vlakbij, zo dichtbij dat Jan ze nu en dan niet eens meer kon zien door de huizen, die er voor stonden. Toen echter kwamen ze op een groot plein en aan het eind van het plein stond het kasteel. Wat was het groot. Honderden ramen zaten erin. De torens waren nog hoger dan die van de kerk bij hun op 't dorp, dacht Jan. Mis schien wel zo hoog als de Dom in Utrecht, maar die had hij nog nooit gezien, dus dat wist hij niet zo precies. De meester had ech ter verteld dat het de hoogste to ren in Nederland was. Na een grote boog over het plein stopte de koets voor de in gang van het kasteel. Forminus kwam van het achterbankje af en hield het portier voor Jan open. Hij boog, toen Jan uitstap te. De deur ging open en daar stond een lakei in een prachtig rood livrei. Deze boog bijna met zijn neus op de grond toen Jan en Forminus naar binnen gingen. Door een serie lang~ gangen kwamen ze in een grote zaal, waar achterin een hoge troon stond. Langs de kanten stonden allemaal mensen, die er zo def tig uitzagen, dat Jan dacht dat het wel grootwaardigheidsbekle ders moesten zijn al wist hij eigenlijk niet precies wat dat wa ren, maar het moest wel iets hoogs en deftigs zijn. l^orminus nam Jan mee naar -*■ een vierkant van prachtig marmer, midden in de zaal. Hier bleven ze staan. Plotseling gin gen twee brede deuren open en een heraut begon op een trompet te blazen. Iedereen boog, Formi nus zei dat Jan dat ook moest doen. De koning kwam binnen. Toen hij op zijn troon zat blies de heraut weer op zijn trompet en allen gingen weer staan. De koning keek vriendelijk naar Jan en zei: „Forminus, breng de heer Jan naar boven." Naast Forminus liep Jan de trappen op naar de troon. Naast de gouden stoel van de koning stond een kleinere, die met prachtig flu weel bekleed was. De koning be duidde met een handgebaar dat Jan moest gaan zitten. Alle men sen verlieten de zaal en de koning begon met Jan te praten. „Jongeman, mijn dochter My- ra wil trouwen. In mijn eigen land kan ik geen geschikte kandi daat vinden en daarom heb ik door mijn twee vertrouwdste ge neraals inlichtingen laten inwin nen in de buurlanden. Hun nasporingen gaven als re sultaat dat jij uitgekozen bent. Indien je wilt, kun je met Myra trouwen. Denk er maar eens rus tig over na, over een uur hoef ik pas je antwoord te hebben." Hallo, jongens en meisjes, Deze week zijn er weer heel wat jarigen. Hieronder volgen ze: 5 november Corrie de Man en Marijke v. d. Steeg. 6 november Arja Wentzel. 8 november Henkie Sterken- burg, Ria Bos en Jackie de Gooy- er. 9 november Ineke Tanis en Fieneke de Kruijf. 10 november Ina Hofland, Ronnie van Stokkum, Arthur Geerlofs, Gijpie van Holland en Ria van Engelenburg. 11 november Liebeth van Hees en Danny Bosboom. Alle jarigen wil ik weer heel hartelijk feliciteren met deze dag. Laten we hopen, dat het mooi weer is. Op het moment, dat ik dit schrijf, is het mooi weer. Het weer lijkt echter een beetje vriezend. Misschien kunnen jullie gauw schaatsen; ik zou zeggen: Haal ze maar van zolder. Maar ook al wordt het winter, de capsules-actie moet doorgaan. Deze week kreeg ik een zak vol van Jacob van Holland en een van Bertus van Holland. Namens de blinden hartelijk dank jongens Jacob van Holland is 24 oktober jarig geweest. Hoewel wat laat, toch nog hartelijk gefeliciteerd. Volgende week verwacht ik weer een grote zending capsules aan het adres: Prins Bernhardlaan 28. Allemaal de hartelijke groeten en tot de volgende week, TANTE JOS J^ogmaals Donner in actie tegen een wereld kampioenskandidaat. Onderstaande partij werd in de laatste ronde van het Piatygorsky- toernooi gespeeld. Voor Spasski hing van dit duel bijzonder veel af. Hij stond in punten ge lijk met Fischer, maar... de Amerikaan moest met zwart tegen wereldkampioen Petrosjan aantreden. Het was aannemelijk dat Fischer niet meer dan een half punt zou maken. Winst tegen Donner betekende voor Spasski dus te vens een eerste plaats en een prijs van f 12.000. Stellig een reden tot inspanning. Spasski won de partij tegen de gedesillusio neerde Nederlander overigens vrij gemakke lijk, zoals hieronder blijkt. Wit: Spasski. Zwart: Donner. Piatygorsky-toernooi 1966. Spaanse partij. 1. e2e4, e7e5 2. Pgl—f3, Pb8—c6 3. Lfl— b5, a7—a6 4. Lb5—a4, Pg8— f6 5. Ddl—e2 (Deze zet zal voor Donner wel een verrassing geweest zijn. Spasski vermijdt door deze vrij ongebruikelijke zet de open Spaanse verdedi ging, die ontstaat na 5. 00, Pe4:) 5. b7 b5 6. La4b3, Lf8—e7 7. 0—0, 0—0 8. c2—c3, d7d5 (Een scherpe voortzetting. Bij aanne ming geldt het Marshallgambiet als sterker dan in de gewone varianten, omdat de dame op e2 ongunstiger staat). 9. d2—d3 (Spasski weigert het zwarte pionoffer) 9. d5d4 10. Tfl—dl, Lc8e6 11. Pbl—d2, Tf8—e8 12. Lb3xe6 (Nu de zwarte toren de f-lijn verlaten heeft gaat wit over tot loperruil. Tevens wordt de zwarte pionnenstelling enigszins verzwakt en komt het veld b3 vrij voor het witte paard) 12. f7xe6 13. Pd2b3, d4xc3 (Zwart is wel gedwongen zijn centrum op te geven) 14. b2x c3, Le7d6 (Zwart staat al niet best meer) 15. d3d4, Pf6d7 16. Lel—g5, Dd8—c8 17. c3c4 (Wit heeft reeds een stevig initiatief ontwikkeld) 17. Pc6xd4. A lvorens tot de tweede serie problemei over te gaan, zullen we eerst iets zeggen om trent de prijzen. Voor deze eerste oploswed strijd stellen we 30 prijsjes beschikbaar! U hebt, wanneer u in de prijzen valt, voor deze eerste oploswedstrijd keus uit: 1. een jaargang van „Het Damspel" 1962 of 1963 of 1964 of 1965 plus diagramboekje of Kanarieboekje of notitieboekje; 2. partijenboekje Brinta-toernooi 1963 of 1965 plus diagramboekje of Kanarieboekje; 3. partijenboekje Lucas Bols-toernooi 1961 pluse diagramboekje of Kanarieboekje; 4. het Prisma-damboek van R. C. Keiler; 5. „Schijven Spreken" van D. de Ruiter; 6. „200 praktische kombinaties" van H. de Jongh. Zoals we vorige week reeds meedeelden, ge ven we dit seizoen drie of vier oploswedstrij den. Wie over al deze wedstrijden de grootste prestatie levert, wordt oplosserskampioen en ontvangt een kampioensbeker. Hiervoor stellen we ook nog een tweede en derde prijs beschik baar. Dus: het is de moeite waard om uw krach ten eens te beproeven! En nu dan de tweede serie problemen: 1 o c a I q h O 0 O 0 n 47 48 49 50 6. zw.: 8 11, 14, 21, 25. 32, 33, 37; w.: 23, 24, 34, 41, 43', 44, 48, 50. 7. zw.: 1, 6, 8, 12, 13, 19. 23, 25, 33, 36; w 17, 21, 22, 32, 34, 35, 41, 43, 44, 48. Dit probleem eindigt in hetzelfde motief als nummer 3; U behoeft het niet uit te werken. 8. zw.: 2, 7, 10, 19-21, 26, 30, 40; w.: 28, 29, 31, 36, 37, 39, 41, 43, 50. Dit afspelletje noteert u wel even. 9. zw.: 2, 7, 14, 15, 17, 22, 28, 32, 35, 36; w.: 13, 24, 29, 34, 39, 41, 42, 44, 48, 50. 18. Pb3xd4, e5xd4 19. e4—e5, Ld6—f8 20. Tdlx d4, c7c6 21. Td4h4 (Nu moet zwart ter dege opletten dat hij op de koningsvleugel niet onder de voet gelopen wordt) 21. Lf8e7 22. Lg5xe7, Te8xe7 23. Pf3g5 (Het paard stapt de zwarte stelling binnen) 23. h7h6 24. Pg5—e4. Dc8—c7 25. Pe4—d6, Ta8—d8 (Dreigt 26. Pe5:) 26. Tal—dl, Dc7—b6 27. Th4—d4 (Consolidatie van het positionele overwicht) 27. Td8—f8 28. Kgl—hl, Db6— c5 (Zwart is gedwongen om af te wachten) 29. f2f4, Pd7b6 30. Pd6e4 (Opent de d-lijn en leidt de beslissende aanval in) 30. Dc5a3 31. De2g4, b5xc4 32. Pe4—f6-f, Kg8—h8 33. Td4d8, Te7c7 34. Dg4—g6, g7xf6 35. Dg6x f6 (Het is gebeurd) Zwart geeft het op. QBHGSGlEQlIBHBial ■eauiaaHMiaaaaaHl <b> <aaaa> <b fcJBBGaS» <G3GE1> «QEIIlQEi HBO» <OEIGlHHHa> 4B3Q \m> <H> <aiaaaa> <aa <H0H0> 4ia □►<CaUQ0MBMr;jQHBM[a 46 47 48 49 50 10. zw.: 10, 11, 18, 20. 27, 34; w.: 29, 37, 38, 40, 41, 44. Dit vijftal, waarvoor weer geldt: wit speelt en wint werd gecomponeerd door H. J. v. d Holst, Öierenriem 79, Amsterdam (N.). Ooit deze serie is qua problematiek van zeer goede kwaliteit. Het oplossen ervan zal u dan ook veel genoegen kunnen verschaffen. Het wil ons voorkomen, dat probleem 7 het lastigst is om op te lossen, maar dat zal wel weer niet voor iedere oplosser gelden. Correspondentie betreffende deze rubriek aan P. Bergsma, Haedstrjitte 60, Roordahui- zum. Tel. 0 5660-463. Horizontaal: 1. impe- rato. afk.; 4. vlakte maat; 6. verf: 9. kwant; 12. voetstuk voor opt. instr.: 16. af zender. afk.; 17. actiniu. elem. afk.; 18. Ooster lengte. afk.; 19. wisse ling v. veren; 20 heden; 21. serviesgoed; 23. zachte, slappe: 25. ge- loofsovert.. afk.; 26. in -toekomstig: 27. ooievaar; 29. gesteen te; 30. lidwoord: 32. zie 4; 33. zie 25; 34. spitse vogelbek; 36. groente; 38. muz. noot; 39. het ..ik"; 41. zonder levens lust; 42. ongebonden: 44. daar; 45. de lezer heil. Lat. afk.; 46. ge zet; 48. laatstleden, afk.: 49. vliesje; 51. -bui lamp: 53. alras: 54. puntig uitsteeksel: 57. deel v. h. hoofd; 58. muz. noot; 60. plant soen: 62. heilige; 64. loco-president, afk.: 66. streling; 67. riviertje in Drente; 68. riviertje in Friesland; 69. knaag dier; 72. dichterbij; 75. honderdste deel; 76. plomp: badpl. in Bel gië; H.L. Verticaal: 1. -diertjes: afgietseldiertjes; 2. Mij. t. uitv. v. Zuiderzee werken, afk.; 3. on meetbaar getal; 4. sle de; 5. boom; 6. luite nant, afk.: 7. houding; 8. gaat a. d. milit. dienst vooraf9. -Marco: kerk in Venetië; 10. -isme: leer v. Laotse; 11lichtbeige; 13. lastig werk. beurt; 14. zee vogel; 15. brand(je) (volkst.); 21. ligplaats; 22. fotoplaatje; 23. pijn; 24. ieder; 28. sinter klaaspop; 31. kwaad, slecht; 33. aanslag op bep. metaal; 34. Ned. verb. v. vakver., afk.; 35. vrolijk; 37. Euro peaan; 38. roei pin; 39. gelofte; 40. eveneens; 43. straalgewijs; 47. land in Europa; 48. Europeaan; 49. blaas- vormig zweertje; 50. onderricht; 52. bestem ming; 54. bezinksel; 55. inw. orgaan; 57. mens; 59. bloei wijze; 61. nieuw-: voorvoegsel; 63. tante Pos. afk.; 65. wereldtaal; 68. manne lijk dier; 70. landb.- werktuig; 71. lekkernij; 72. bloedverwant; 73. lengtemaat, afk. .ONDER REDACTIE VAN ONDERREDACTIE VAN

Digitale periodieken - Gemeentearchief Veenendaal

De Vallei | 1966 | | pagina 14