November tn de natuur Grote puzzel Smakelijk l i w Hond(s)estreek Ligger gelicht telefoon van koude-klachten Jan trouwt een hosprinses (III) Fabelachtige techniek 1 lil III i i i ÉS SU i IP m ÜP A. iê I ini 5 Om de Sovjet-titel m \M m pÉf ll! m JÉ m m m vy/Vv'/ 12 8 WW W. m Gedrongen Rap diertje SCHAAKRUBRIEK m ^8 8 M Ü3 Él Hl 81 'Hf ff ÉHS «I Jj ff s fg§ lil ff s SI 8 ff ff H ff ff 1# ff, ff ff ff Hf ff S §i ff ff ff ff ff ff ff ff ff ff ff AMERONGEN Elke dag gaat de 12-jarige Henk Willem- een trouw naar school. Dat lijkt op zichzelf niets bijzonders, maar wie hem ziet gaan, weet dat Henk altijd veel bekijks trekt. Oorzaak van deze belangstelling ls zijn trouwe metgezel, de tam me kraai Hans, die hem dage lijks op zijn weg naar school ver gezelt. Het slimme dier laat zich het liefst op een nogal .Oosters aandoende manier vervoeren; op het hoofd van zijn baas. Zo maakt hij een paar maal per dag de tocht van de Konin gin Julianastraat, waar Henk woont, naar de Gasthuisstraat waar de school staat. De jonge dierenvriend kan zijn gitzwarte gevederde kameraad uiteraard niet de klas mee in ne men. „Hij blijft in de boom op het schoolplein op me zitten wachten tot de de bel gaat", zegt Henk met de balancerende vogel op zijn hoofd. En hij voegt er een tikkeltje vermanend aan toe: „Raak hem niet aan, want dan heeft-ie nog wel eens de neiging om weg te vliegen..." Aan dat verzoek werkten we vanzelfsprekend mee, al leek de Een hond heeft onder de ko nijnen van de heer H. aan de Horsterweg te Ede een slachting aangericht door 21 van deze dieren dood te bijten. De heer H. hoorde 's avonds rumoer in de schuur waar de kippenhokken staan, maar toen h'j ging kijken was het al te laat, want her en der verspreid lagen de konijnen dood op de grond. De hond, die wegrende toen de heer H. uit zijn huis kwam, berokkende de konijnen- houder een schade van 350 gul den. kans dat Hans de blonde kuif van Henk zou verlaten ons niet erg groot. De kraai heeft daar, zo te zien, een uitstekend plaatsje op de kop getikt... k - m1 m Vierendertig snoeken had de 19- jarige Drikus Overeem van de Reymerweg in Renkum in dit sei zoen gevangen, toen hij zaterdag morgen opnieuw een kansje ging wagen in het visgat van Een dracht Maakt Macht bij de Klei- karnp. Een klein voorntje vormde de inleiding tot een vangst die al le vorige vangsten van Drikus verre overtrof. Een meter of vier uit de kant toonde de ondergaan de dobber dat er iets loos was. Voorlopig bleef de dobber weg, maar de snoek liet zich nog neit strikken. Een tweede poging, met hetzelfde aasvisje op dezelfde plaats leverde een beter resultaat op. Weer ging de dobber onder en na een minuut of drie, vier ging de snoek met het aas „lo pen". Een korte aanslag was vol doende om het bakbeest aan de lijn te leggen. Het 2^.00-nylon ver droeg uiteindelijk de 20 minuten lange doodstrijd van de snoek met zijn vanger die aan het lang ste eind trok. Overeems vriend, Henk van der Kamp, die zélf reeds eerder een flinke snoek had gevangen met assistentie van Drikus, schepte de vis en samen brachten zij het roofdier aan de kant. Het bleek een zogenaamde „ligger" te zijn, een snoek die nauwelijks zijn ligplaats verlaat bij het zoeken naar zijn prooi. Deze beesten worden over het al gemeen zwaarder dan de tweede soort snoeken, de zgn. „jagers". De reuze-snoek bleek precies 1 meter lang te zijn en woog 18 pond. Overeem is van plan om de kop van het dier met formaline te prepareren. De rest is inmid dels door vader Overeem gebak ken. Wintervlinders houden nu drukke huwelijksmarkt Tn de tweede helft van novem- ber zijn de dagen akelig kort en soms zo triest en som ber, dat de wandeling vaak wordt verschoven naar betere tijden. Toch is dat jammer, want zelfs nu is er heel wat te beleven in de natuur. Ervaar de melancholie, die bij dit jaarge tijde zo goed past! Ook dat heeft immers zijn bekoring. Vooral, indien men bedenkt, dat over een maand of twee, drie de lente het offensief be gint tegen kou en narigheid van het barre seizoen. Wandel eens langs het kanaal, waar de dodaarsjes, bruine fuut- achtigen, kleine duikertjes, hun bedrijvige visserspraktijk uitoe fenen. Bezoek de bosvijver, waar wintergasten als kleine talingen, forse tafeleenden en fluitende smienten zich bij de wilde-een- denbevolking hebben gevoegd. En dan is er de sombere sfeer van de late herfs*. Wel proberen de immmmmmmmmmommmmmmm kraaien nog wat vrolijkheid aan de kaal wordende novemberwe- reld mee te geven, doch dat gaat hun niet goed af. Zij zijn van huis uit immers geen pretmakers. Hun droefgeestige roep accen tueert juist de weemoed. Opeens is er ian een blauwe flits boven de beek. Net een stuk je zomerhemel, dat door de wol ken viel en nu laag boven het wa ter voortsuist. Met een helder „tie-tie" vertelt die blauwe vlek/ dat hij een vogel is. Een ijsvogel, die hier zijn winterkwartier heeft betrokken. En wat wij zagen als een blauwe flits, was de bovenzij de van deze behendige visser. Ie der jaar, als de dagen- korten, ko men deze vogels van wie-weet- waar naar de bewoonde wereld. Pas als de vorst invalt en een zilveren vloer op beken, kanalen en meren wordt gelegd, houdt de ijsvogel het in ons land niet lan ger uit. Is er nog voldoende trek- drang over, dan reist de kleurige visser zuidwaarts, waar nog wel open water is. Tijdens langdurige, strenge winters sterven ook vele ijsvogels van honger. Nu de derde winter in de Bos- poortflata te Ede met ijzige ze kerheid voor de deur staat, heeft de telefoon bij de Centrale wo ningstichting, de beheerster van dit complex, al roodgloeiend ge staan van de klachten over de kou. In de meest ongunstig gelegen flats op het noorden waren tetn- peraturen van 15 h 16 graden C. in de woonkamer barre wer kelijkheid en uiteraard was de stemming van vele bewoners ver onder het nulpunt. RHENEN De nieuwste lek kernij voor de aalscholvers in Ouwehands Dierenpark is vis uit de maag van de pelikaan. Het klinkt niet appetijtelijk, maar wij zijn dan ook geen aalscholvers. Deze vogels zijn zulke enorme vis- schrokkers, dat ze aan hun eigen portie niet voldoende menen te hebben. Ze wonen op de Grebbe- berg samen met onder andere de pelikanen. Wanneer die hun grote snavels open zetten om hun visjes te verschalken, klimmen de aal scholvers bliksemsnel op de rand, steken hun kop in de wijd geopen de pelikanesnavel en pikken zo de visjes in. Volgens één van de op passers zitten ze soms met hun snavel bij de pelikaan in de maag. Geef ons portie maar aan fikkie! Met mijn lichtsterke kijker heb ik de vogel gevolgd en zie, hoe hy op de metalen leuning van een bruggetje neerstrijkt. Nu zit hij daar en tuurt in het water. Een ietwat potsierlijke figuur. Een gedrongen gestalte, een op vallend lange en dikke snavel. Maar wat een fraaie kleuren heb ben zijn veren! De kijker onthult, dat zijn keel wit is. Borst en buik zijn warm roodbruin en enkele nuanceringen van blauw maken de bovenzijde tot een, al naar ge lang de lichtinval, kobaltblauw of groenblauw schild. Daar duikt hij met een plons in het water, komt spoedig weer bo ven en vliegt meteen door naar de volgende brug. Kennelijk heeft zijn duik in het water hem een visje opgeleverd, of een insekte- larve, die hij tijdens de vlucht in het wijde keelgat laat glijden. Met zijn tropische kleuren is deze visser een graag geziene winter- gast. Als broedvogel vind je hem in ons land niet zoveel meer. Nu bijna alle beken en rivier tjes zijn gekanaliseerd en van schuine, met zoden bedekte oevers zijn voorzien, vindt de ijs vogel nog maar moeilijk een ge schikte plek om zijn nestgang te graven. Wil deze vogel een be hoorlijk nest maken, dan is hij aangewezen op steile zandoevers. In het oosten van het land, langs de Achterhoekse bosbeekjes en in Twente, vooral in de buurt van de Dinkel, graven de ijsvo gels echter nog steeds hun broed- holen. In een steile wal maakt hij een horizontale gang van wel een meter lang. Aan het eind daarvan deponeert het vrouwtje zes witte eieren, zo in het zand. Wanneer de wezel de nestopening nu maar niet vindt en ook de ratten het legsel met rust laten, rollen de kleintjes na een broedtijd van twee weken uit de glimmende schalen. Bij het graven van de nestgang een heel karwei gebruikt de ijsvogel zowel zijn snavel en klauwen als zijn vleu gels. Op de terugweg gaat. de tocht door een eikenbos. De avond valt. Tussen de bomen twinkelen de verlichte stalruitjes van de boer derijen. Ik dwaal van het laantje af en loop even door het berm gras. Dan zie ik de vlinders Overal om mij heen klauteren zij langs grassprieten omhoog, overal bewegen kleine grijs-en- bruin bewerkte vleugeltjes. Tien tallen vlieger, voor mijn voeten op. Ik blijf staan en aandachtig om mij heen spiedend, probeer ik het duister te doorboren. Ik krijg hulp van de achter de bomen op komende volle maan en zie dan, hoe het tussen de eiken leeft van de vlinders. Het moeten er vele duizenden zijn. Zij klauteren langs het gras omhoog, wapperen nerveus met de wiekjes, vliegen her en der, doch de meeste verzamelen zich op de ruwe schors van de dikke eikestammen. Er is geen eike boom van de vele langs het laan tje, die niet krioelt van de vlin ders. Mijn zaklantaarn verraadt hun identiteit. Grauwe vleugels heb ben zij met grillige lichtbruine te kening: wintervlinders! Iedere eikestam gaf het beeld van een zeer drukke verkeersweg. Wat zoeken zij daar Het mannetje van deze soort heeft volwaardige vleugels. Het vrouwtje echter niet. Ze beschikt slechts over minuscule stompjes die geen enkel nut hebben. Een wintervlinderwijfje kan niet vlie gen maar met de spinachtige poot jes kan zij zich snel verplaatsen. Zodra 't wijfje de ondergrondse cocon - die daar al sinds het be gin van de zomer lag - heeft ver laten. rent zij langs een eike stam omhoog. Een rap diertje van nauwelijks een centimeter lang. Haar rug is lichtgroen, lijkt wel iets lichtge vend, kennelijk omdat de manne tjes hun aanstaande dan gemak kelijker kunnen vinden. Die druk ke bedoening op de eikestammen ls dus een soort huwelijksmarkt. Na de paring klauteren de vrouw tjes naar de kruinen en zetten daar hun eitjes af op de takken, dicht bij de bladknoppen. Terwijl in mei de eikebladeren uit de knoppen komen, verschij nen tegelijkertijd de groene rup sen van de wintervlinders en de monstreren 'n enorme vraatzucht. Vetgevreten kruipen die rupsen tenslotte, begin zomer, in de grond om zich te verpoppen. Op niet te koude novemberavonden verlaten de imago's, de volwas sen insekten, hun verblijf en ge ven zo de trieste herfst nog warmte mee met hun liefdesfeest. Tot in januari kunnen wij de wintervlindersfcin het nachtelyke bos aantreffen. Ook in de boom gaarden. Daar echter worden zij door de fruitkwekers doeltreffend van de voortplanting afgehouden. De kwekers bevestigen lijmban- den om de stammen en de vrouw tjes vinden daar hun einde als zij op weg zijn naar de kruinen. De koning luidde een zilveren bel en vlak bij de troon ging de deur open waardoor een lakei naar binnen kwam. De koning gebood hem: „Breng deze heer naar de blauwe slaapvertrekken. Daar zal hij logeren; zorg dat hem het aan niets ontbreekt." De lakei boog en gaf een teken aan Jan, dat hij he* ook moest doen. ToeD ging hij Jan voor, de troonzaal uit. Door weer eindeloos lijkende gangen kwamen ze in een mooie blauwe zitkamer. Daarnaast was een slaap- en een bad kamer. Dit waren de vertrekken, waar Jan zou logeren. Hij had 't best naar zijn zin. Thuis moest hij een klein slaapkamertje met zijn broer delen en wassen deden ze allemaal in dezelfde badkamer. De lakei wees hem een bel en vertel de, dat als hij iets nodig had, hij daar maar mee moest luiden! Er zou direct een bediende komen. Jan keek eerst eens rustig om zich heen. In een kastje zag hij een fles prikli- monade en een paar glazen staan. Hij vond, dat hij maar moest beginnen met zich een glas in te schenken, de lange rit had hem dorstig gemaakt. Met het glas in zijn hand ging hij in een van de makkelijke stoelen zitten. Nu eigenlijk begon hij zich weer te verwonderen over wat hem overkomen was. Nog maar enkele uren geleden zat hij thuis, achter het raam en nu was hij in een kasteel in een hem onbekend land en hij zou met een prinses trouwen, als hij wilde. Hij wist niet goed meer wat hij doen zou. Als hij niet met de prinses zou trou wen, dan was de koning misschien kwaad en hoe moest hij dan ooit weer in zijn land terug komen. Maar de prin ses, waarmee hij trouwen moest had hij nog nooit gezien. Je kunt toch niet met iemand trouwen, die je niet kent, dacht hij. Nu ja, hij moest maar zien wat er van kwam. Als de koning hem zou laten roepen, dan zou hij eerst vragen de prinses te mogen zien en als ze er lief uit zag zou hij het maar doen. Zo dacht Jan. Zijn limonade was op en hij schonk zich nog maar een glas in. Behaaglijk zakte hij onderuit in zijn stoel. Alles was tot nu toe goed gegaan en het zou dus nog wel meevallen. Na een uur kwam de lakei hem weer halen en deze bracht hem naar een veel kleiner vertrek, dan de troon zaal geweest was. Hier was alles van zilver en goud. Het waren de privé- vertrekken van de koning. Deze kwam door een andere deur binnen. „En Jan," zei hij op vriendelijke toon, „heb je over mijn voorstel nage dacht?" „Jawel, eh-koning," zei Jan, „maar ik zou wel graag eerst kermis maken met prinses Myra. Ik kan toch niet zeg gen of ik met iemand trouwen wil, die ik niet ken?" Even keek de koning kwaad, toen be gon hij te lachen. „Er steekt een koop man in jou," zei hij, „jij wilt eerst kij ken en dan kopen. Och je hebt gelijk." De koning luidde met een bel en toen de lakei verscheen beval hij hem prin ses Myra te vragen naar zijn kamer te komen. Even later kwam een heel lief en mooi meisje de kamer binnen. Ze had gouden krulletjes en mooie rode blosjes op de wangen. Jan vond ze di rect aardig. Hij zag, dat Myra hem ook aardig vond, maar ze waren allebei te verlegen om wat te zeggen. Hij had nooit veel met meisjes ge praat. Dat deed je als jongen niet; ze zouden je maar uitlachen. Myra had nooit jongens van haar leeftijd gezien. In het paleis waren alleen maar lakei en en zo en die waren allemaal veel mmmmm wmmm m /mmmmmmmmmmmmmmm WmtaiW*//fflX'töa}%88ii Hallo jongens en meisjes, Ook deze week hebben jullie de blinden niet vergeten. Van een drietal spaarders kreeg ik een zending cap sules, waarvoor hartelijk dank. De goede gevers waren: Riek Heikamp, die 7 november jarig was, waarmee alsnog hartelijk gefeliciteerd; Ria en Ineke Diepeveen en Sjaak v. d. Bo- venkamp. Sjaak is vandaag jarig en ook hem wil ik van harte feliciteren. We zijn wat de honden betreft op de goede weg. Binnenkort zal er vol doende bijeengebracht zijn om weer een hond te kunnen schenken. Ik hoop, dat we dit jaar nog zover ko men, maar dan zullen jullie toch alle maal hard mee moeten sparen. Den ken jullie er aan? Ik kan deze week weer heel wat jarigen feliciteren. Ik wens hun allen een gezellige dag toe en, natuurlijk, mooi weer. De jarigen zijn: Zondag 12 november: Rinie Viegen en Marianne van Eden. Maandag 13 november: Wim Scha kel. Dinsdag 14 november: Harman Tol lenaar uit Achterberg. Woensdag 15 november: Ria Oelde- rik. Zaterdag 18 november: Wim van den Bruinhorst. TANTE JOS Het plan „Salamander" in Veenendaal is voorbe stemd een voorname buurt te worden met misschien huis-aan-huis een grote garage voor 'n grote auto. Wel aan, dacht waarschijnlijk een grapjas, ook voorname auto's al of niet met voorname meneren en mevrouwen hebben zich aan de verkeersregels te houden en hij plantte vast een verkeersbord met de aanduiding „Voor rangskruising" in een berg zand. Vroeg genoeg in ieder geval. Of zou de bordenplanter een dierenliefhebber zijn die de rondcrossende vrachtautobestuurders wil at tenderen op het feit dat nog niet alle „Salamander-ko nijnen voor de bulldozer op de loop zijn gegaan W ONDER REDACTIE VAN BOUWMEESTER Cvetosar Gligoric, na de tweede wereldoorlog de meest succesvolle Joegoslavische schaakmeester en als zodanig een waardig op volger van befaamde coryfeeën als Vidmar en Kostitsch, heeft het zonetoernooi in Den Haag op overtuigende wijze gewonnen. Twee partijen won hij door zijn fabelachtige techniek in eindspelen met ongelijke lopers en zware stukken. De beste daarvan, het duel met de Hongaar Honfi, is hieronder nader toe gelicht. Wit: Gligoric. Zwart: Honfi. FIDE-zonetoernooi 1966, Den Haag. Grünfeld-Indisch. 1. d2d4, Pg8—f6. 2. c2—c4, g7—g6. 3. Pbl— c3, d7d5. 4. Pglf3 (Gligoric voelt weinig voor de complicaties na 4. cd5:, Pd5: 5. e4 enz.) 4. Lf8g7. 5. e2e3, 00. 6. c4xd5, Pf6xd5. 7. Lflc4, Pd5—b6. 8. Lc4—b3, Pb8 c6. 9. 0—0, a7a5. 10. Pc3—a4, Pb6xa4. 11. Lb3xa4, Lc8—d7. 12. Lel—d2, e7—e5. (Op 12. ...De8 zou wit met 13. Lc3 hebben voortgezet, daar dan op 13. Pd4: 14. Ld7:, Pf3: 15. gf3: zou volgen. De tekstzet geeft zwart een vrijer spel, ten koste van ruil van zijn zwarte loper). 13. La4xc6 (Doelloos is 13. d5 wegens 13. ...Pe7 gevolgd door ...c6) 13Ld7xc6 14. Pf3xe5, Lg7xe5 15. d4xe5, Dd8—d5 16. f2 —f3, Dd5xe5 17. Ddl—cl, Tf8—e8 (Actiever was 17. ...f5 met ongeveer gelijk spel) 18. e3 e4, f7—f5 19. e4xf5, De5xf5 20. Ld2—c3, Te8 e2. Diagram. 21. Delh6 (Er dreigde 21. d c o mm mm V m ////'S/ys 'WA wmyd wm VjrrrkVA ...Tg2:+. Nu zou dit falen op het eenvoudige 22. Khl) 21. Df5—f8 22. Dh6—h4, Df8— c5+ (Tegen 23. Dd4 gericht) 23. Kglhl, Ta8—f8 24. Tal—dl (Dreigt 25. Td8) 24 Lc6d5 25. Dh4h6, Tf8f7 26. Tfl—el, Te2xel+ 27. Tdlxel, Tf7e7 (Goed verde digd: zwart ontneemt wit de open lijn) 28. Tel—dl, c7c6 29. Dh6—f4, Te7—e6 30. h2— h3, Dc5f8 (Niet het besfe. Beter was 30. ...b5. Zwart verkeerde hier reeds in tydnood). 31. Df4d4, Df8h6 (Verdedigt alles). 32. a2a4 (Legt de a-pion vast). 32. g6g5 33. Lc3xa5, Dh6—g7 34. Dd4—f2, h7—h5 35. La5c3, Dg7—g6 36. Khl—gl, Dg6—f5 (Op 36. ...g4 volgt 37. fg4: en 38. Tfl) 37. Df2— d4, Df5g6 38. a4—a5. Te6—e8 39. b2—b4, Kg8h7 40. b4b5, Kh7—g8 (Tijdnood) 41. a5a6, b7xa6 42. b5xa6, g5g4 43. f3xg4, Te8e2 (Een laatste poging, maar het is reeds te laat) 44. Dd4—h8+, Kg8—f7 45. Tdl—- fl+, Kf7—e7 46. Lc3—f6 (en er volgt mat). Zwart geeft het op. Horizontaal: 1. foltertuig, katrol 6. Nieuw Guinea 11. Eng. aanspreek titel 12. mikpunten 14. op dit moment 15. verwonding 16. uit Ierland 17. voorzetsel 19. boom 21. vrouw van Adam (O. T.) 22. „dom" zoogdier 23. rijtuig 25. jeugdig onvol groeid 26. duinvallei 28. plakmiddel 30. ingewand van haring 31. materiaal bij enten gebruikt 33. wedergade (vr.) 34. kreet 35. plomp, traag 36. stroop 40. tonnenmaker 44. voor-: voorvoeg sel 45. jongensnaam 47. Raad v. Arbeid, afk. 48. gevolg van brand 49. onderkussen 50. vluchtheuvel (Fr.) 51. 100 gram 45. aanw. vnw. 55. elem. Titanium, afk. 56. bloedverwante 58. afk. v. Catharina 61. daar 62. ver-: vereffenen 64. geest, fijne geestigheid 66. vetter dan het andere 67. oude munt Vertikaal: 1. het onmeetb. getal 2. indien 3. aansteekkoord 4. eer 5. volmaakt 6. (het) taaleigen 7. roede 8. uit Ierland 9. zie 2 vert. 10. edelgas, afk. 11. knaagdieren 13. pas aangekomen student 14. gemeente in Gelderland 18. gekke, dwaze 20. (oude) bewoner van Ierland 21. dus 24. ritmisch vers 27. blaasinstrument 29. keizer v. Abessinië 32. beteuterd 33. waagstuk 36. kleine vis 37. bedekte spot 38. bloem 39. hakwerktuig 41. kanselredenaar (afk.) yyederom beschikken we over enkele gegevens over het kampioenschap van Rusland. Het aantal deelnemers bedraagt 22 en na 12 ronden had Andreiko met 20 punten de leiding, gevolgd door M. Galkin en B. Sjkitkin met 16 punten. Behalve deze gegevens zijn wij weer in staat U enkele fragmenten van formaat te tonen. Na de vijf geplaatste standen in de vorige rubrieken nummeren we nu verder met 6. 6. GALKIN 3 m m \m%, Am 46 *0 47 48 49 AGAFONOW Zw.: 2, 4, 6, 8, 10—12, 14, 18, 22, 27. Wit: 23, 29, 30, 33, 34, 37, 39, 40, 42, 43, 47 Wit speelde in deze stand 4338. In plaats van deze 4338 zet zou 3024 ogenschijnlijk in aanmerking komen. Maar waarom is deze zet toch niet speelbaar 7. Zw.: Davidow: 3, 7, 9, 12. 13, 16, 19, 20, 23, 26. w.: Slobodskoj: 22, 28, 30, 3236, 38, 42. Zwart speelde (16—21) en dat was voor de witspeler voldoende om zwart een vernietigen de damslag toe te brengen. 8. zw.: Andreiko: 3, 4, 9, 13, 14, 21, 27, 28. w.: Kowrizkin: 15, 20, 24, 25, 35, 42, 47, 48. Wit, terdege in het nauw, speelde 3429. zwart sloeg (14X23), waarop wit 20—14, 25X14 speelde. Kunt U ontdekken waarom zwart nu onherroepelijk gaat winnen Een ori ginele winst voor partijspel, maar voor de problematiek beslist niet. Zelfs de meest verstokte tegenstander van problematiek ziet problematiek en partijspel hier hand in hand gaan. Bij het slaan van (14X 23) heeft Andreiko het problematische slot natuurlijk gezien. 9. AGAFONOW I m? hp 4m 46 47 48 49 50 KATS Zw.: 4. 9, 12—14, 16, 17, 19. 24—26; w.: 23. 27, 28, 3640, 42, 44, 45. Zwart won hier op zeer verrassende wijze. 10. Partij: Stepanow (wit) Sjkitkin (zwart) 02 Tot besluit geven we U een zeer korte, maar tevens boeiende partij: 32—28 (18—23) 3Z—29 (23X32) 37X28 (20—25) 41—37 (12—18) 37—32 (17—21) 46—41 (7—12) 41—37 (21—26) 39—33 (11—17) 44—39 (6—11) 29—24 (19X30) 35X24 (1—6) 34—29 (17—21) 39—34 een "iet, die ons niet sterk lijkt (12—17) 43—39 (1420) 2823 de zet, die naar de onder gang leidt (1822) nu is 3127, 36X27 verhinderd wegens (2530) enz. 3228 gedw. (914) 4035 of? en nu is de stand: Zw.: 2—6, 8, 10, 11, 13—17, 20—22, 25, 26. W.: 23, 24. 28, 29, 31, 33—39, 42, 45, 47—50. Zwart maakt met een verpletterende combi natie een einde aan de partij. Correspondentie betreffende deze rubriek aan P. Bergsma, tel. 05660-463, Roordahuizum 309. 42. modern Hebreeuws 43. werkman, die de eerste ruwe laag specie aanbrengt 45. zaakleider in hotel 46. zoetmiddel 52. kunstig maaksel van garen 53. bloedverwant 56. met mfl, met U 57. sntywerktuig 59. god (Noorse mythol) 60. plaats v. balspel 63. heen en terug (afk.; Lat.) 65. elem. Illinium, (afk.) IBS 38 36 37 W W 5V 55"

Digitale periodieken - Gemeentearchief Veenendaal

De Vallei | 1966 | | pagina 12