Ex-wethouder Van Gesink beheert 80 ha recreatiebos Kantongerecht Wageningen Veenendaler is half jaar zijn rijbewijs kwijt Zware straffen voor verkeersovertreders 60 JAAR BIJ DE MUZIEK „Laarsenberg" is bepaald een wildernis, maar de toeristen zijn daar juist gek op Auto schoof onder truck Dame keek en greep Bekendmaking „Ik mis een tand, dat is lastig met 't blazen'* PIET REBERGENZO LANG IK KAN, BLIJF IK LID TOERISTEN MAKEN GEEN ROMMEL, MAAR WEL DE OMWONENDEN Exp. VAN ECK - E.V.E. S.G.P.-ers bespreken de landbouw Bemaling zette Kerkewijk blank Ds. Ytsma spreekt in „Rehoboth" De gaande en komende man BURGERLIJKE STAND Amerongen Geen voorrang Niet ernstig Groen Iets Rijbewijs kwijt Gladde band Boos In debat Erelid Hart en nieren ft VERZEKERINGEN ft HYPOTHEKEN ft FINANCIERINGEN Reisverhaal over Kameroen voor C.P.B. Veenendaal ZATERDAG 12 NOVEMBER 1966 RHENEN Oud-wethouder G. van Gesink, momenteel nog lid van de ge meenteraad voor de Partij van de Ar beid, gaat het wat kalmer aan doen. Hij heeft zijn boerderij overgedaan aan zijn zoon en voor de belangrijkste functies in de agrarische sector wil hij gaan bedanken. „Wanneer je geen boer meer bent, moet je je terugtrek ken uit de besturen van je organisa ties", is zijn mening. Zijn vrije tijd kan hij evenwel nog zeer nuttig beste den. De heer Van Gesink heeft name lijk opdracht van de Stichting „Het Utrechts Landschap" dagelijks zijn oog te laten gaan over het 80 ha grote recreatiebos ten noorden van de rijksstraatweg Utrecht-Arnhem, gele gen op de noordelijke helling van de Grebbeberg, genaamd „Laarsenberg". Hieraan grenst ook nog een grote op pervlakte bouwland, dat de naam draagt „De Geïbert", waarover de heer Van Geesink eveneens het toezicht zal uitoefenen. Onder een lekker bakkie „leut", bij een knappend haardvuur in zijn gezel lige woning Molenweg 10, vroegen wij de heer Van Gesink op welke wijze hij in contact was gekomen met het Utrechts Landschap. „Mijn vader heeft vroeger altijd voor de familie Pijnappel in dit gebied de belangen behartigd. Hij deed dat ook voor de familie Van Iterson. Beide families hadden rond de Greb beberg uitgestrekte bossen en lande rijen in eigendom. Het Utrechts Land schap had voor deze streek bijzonder veel belangstelling uit een oogpunt van behoud van natuurschoon. Het gehele complex werd dan ook in de loop der jaren aan deze stichting verkocht. Het is nu behouden voor de toekomst. Het blijft onveranderd gehandhaafd als re creatiegebied. Via mijn vader is de stichting bij mij gekomen en ik heb toen gezegd dat ik er wel aardigheid in had om dit be schermde gebied „onder mijn vleugels" te nemen. Wat is de taak van de heer Van Gesink? „Ik moet er allereerst op letten, dat er niet te veel rommel wordt gemaakt. Het klinkt misschien gek, maar wat dit betreft hebben we van de toeristen praktisch geen last. Méér nog he laas van de mensen die in het rand gebied wonen. Een paar dagen geleden nog vond ik een afgedankte automo tor. Die had men zo maar in het bos gekiept. Ook allerlei afvallen en huis vuil kom ik regelmatig tegen. Kijk, dat is beslist erg jammer". Regelmatig wordt het bos gedund. De heer Van Gesink regelt in de winter ook de houtverkopingen. Verder ziet hij toe op de verpachte landerijen die zijn gelegen tussen de bosrand en de Cuneraweg. Deze dragen de naam „de Gelbert", volgens de heer Van Gesink een echte oud-Achterbergse naam, waarvoor hij geen nadere verklaring kan geven. „De Gelbert" is ongeveer 80 ha groot. De rest, zijnde ongeveer 50 ha, bestaat uit bossen, die voorheen eigendom waren van de families Pijn appel, Van Iterson, Schimmelpenninck en Leccius de Ridder. Of de heer Van Gesink er wel eens stropers aantreft? „Daar hoef ik nooit naar te kijken", zegt hij. „Ik heb geen aanstelling als onbezoldigd veldwach ter. De jachthouders moeten daarop letten en ook de politie. Maar daarvoor voel ik ook niet zoveel". Uit het gesprek blijkt verder dat het hout van de „Laarsenberg" niet bij zonder geschikt is voor zaaghout. „Het zit vol scherven uit de tweede wereld oorlog, toen hier een felle strijd is ge leverd tegen de bezetters". Wildernis. De heer Van Gesink beaamt, dat de „Laarsenberg" bepaald een wildernis is. Er is geen geld om de bossen op te knappen. Het eikehakhout bijvoor beeld, dat voorheen periodiek werd af gehakt en verkocht,, staat niet meer in de belangstelling. Vroeger stookten de bakkers er hun oven mee. De boeren hadden er ook wel oren naar. Het werd ook graag gekocht voor brandhout. Maar dat is allemaal voorbij. Zelfs de tabaksboeren willen het niet meer hebben, om de eenvoudige reden, dat er praktisch geen tabaksverbou wers meer zijn. Toen dat wel het ge val was gebruikten zij het eikehak hout als bescherming van de jonge planten tegen de kou. Zelfs brandhout is uit de mode. „Vorig jaar verkocht ik nog aan iemand een portie voor zes tig gulden. De man heeft het betaald, maar nooit opgehaald". De toerist verblijft graag in de wil dernis op de „Laarsenberg". Iedereen kan er vrij inlopen. Er staat geen af rastering omheen en een wandelkaart is niet nodig. Eigenlijk moet men op de paden blijven, maar er wordt niets van gezegd wanneer men zich daarbuiten begeeft om eens heerlijk onder de bo men en tussen de beplantingen te pick nicken. De heer Van Gesink wijst er wel op, dat men niets mag vernielen. Dan moet hij wél ingrijpen. Zijn persoonlijke mening over deze bossen? „Het is inderdaad een beetje een wildernis, maar eerlijk gezegd vind ik ze mooier dan zogenaamde „aange legde" bossen." Trouwens wanneer je boseigenaar bent en je zou de zaak moe- behartigen zoals het behoort, dan kost het tonnen gelds. Daar is niet meer aan te beginnen. De bossen op de „Laarsenberg" zijn erg in trek. Op de noordelijke rand heeft men een prachtig vergezicht op Ede, Veenendaal en Wageningen. Het is dan ook niet te verwonderen, dat het in deze omgeving altijd erg druk is. Nu da heer Van Gesink over wat meer tijd de beschikking krijgt, gaat hij dagelijks het bos op, om er wat te gaan doen aan de paden en het hout. Hij mag er graag zijn. Het is gezond in de boslucht en het breekt de dag. Geen functies meer Het ligt in zijn voornemen voor tal rijke functies te bedanken. Uiteraard niet voor het lidmaatschap van de ge meenteraad, maar wel voor de bestuurs posten in het „Varkensstamboek", de Utrechtse K.I.-Vereniging, de „Varkens houderij Zuid-Oost Utrecht" en nog en kele andere belangrijke bezigheden. „Ik ben van mening, dat wanneer je geen boer meer bent, je niet meer in genoemde functies mag blijven zitten. De boeren zijn al gauw geneigd te zeg gen: daar zit die „koekebakker" ook weer! En dat wil ik voorkomen. Ook op de boerderij gaat alles zo snel, dat je het niet meer bij kunt benen wanneer je eruit bent." Oud-wethouder Van Gesink steekt een verse sigaar op. Dat kan hij in zijn huiskamer rustig doen. Niet, wanneer hij straks bij droog en zonnig weer in „zijn" domein op de „Laarsenberg" rondstapt. ADVERTENTIE De juiste weg voor al uw vervoer naar: AMSTERDAM - UTRECHT - ARNHEM AMERSFOORT - HILVERSUM - 't GOOI Nijverheidslaan 1 3 Tel 4067 Veenendaal VEENENDAAL. Bij de SKF stond donderdagavond een truck met opleg ger geparkeerd, met de voorkant in de richting van de Industrielaan. Komen de uit de richting Parallelweg nader de een personenauto, bestuurd door de heer H. uit Veenendaal. Hoewel de oplegger verlicht was,, heeft de heer H. deze niet of te iaat opgemerkt, want hij reed met volle vaart tegen de achterzijde van de op legger, waarbij zijn auto er gedeelte lijk onderschoot. De auto van de heer H. werd vrij wel vernield. H. zelf moest vrij ernstig gewond per ambulance naar het Juliana- ziekenhuis worden overgebracht. VEENENDAAL In een supermarkt aan de Hoofdstraat werd mevrouw W. aangehouden, verdacht van winkeldief stal. Zij bekende voor een bedrag van „ruim" f 4,na het kijken gegrepen te hebben. Na verhoor en proces-ver baal is zij door de politie naar huis gestuurd. VEENENDAAL. De plaatselijke studievereniging van de Staatkundig Gereformeerde Partij, Petrus Datheen, komt woensdag 16 november bijeen in de consistorie van het kerkgebouw van de Gereformeerde Gemeente in de Fluiterstraat. Op deze vergadering zal de heer W. van Deelen een inleiding houden over het onderwerp „De landbouw". O VEENENDAAL. De Kerkewijk heeft vrijdagmiddag ter hoogte van de Petrakerk geruime tijd blank gestaan doordat de riolering het water van de bemaling in het plan Salamander niet kon verwerken. Pas toen twee van de drie pompen tijdelijk buiten werking werden gesteld kwam er een eind aan deze ongewone inundatie. RENSWOUDE Maandagavond 14 november hoopt ds. J. Ytsma, gerefor meerd predikant te Veenendaal, in ge bouw „Rehoboth" een bespreking te houden over het onderwerp: „De moei lijkheid van het geloven". Ieder die belangstelling voor dit on derwerp heeft is van harte welkom. Er zal gelegenheid zijn om vragen te stellen. Aanvang 20.00 uur. AMERONGEN. Ingekomen: A. v.d. Graaff uit Venezuela, R. Schalen uit Avereest, A. Korten uit Fijnaart, E. M. A. van Gamereen-Steeghs uit Doorn, H. van Batenburg uit Rhenen, W. H. B. van Scharroo en M. C. J. van Scharroo uit Den Haag. Vertrokken: S. Bosma naar Ruiner- wold, J. Poulain naar Doorn. AMERONGEN. Geboren: Jacob, z.v. J. v.d. Zandschulp en G. Groos; Cornelis J., z.v. W. J. Gregoor en H. M. W. Visee. Ondertrouwd: A. Klop en H. P. van Wamel. Overleden: G. J. van Vendeloo, 49 jaar. VEENENDAAL Burgemeester en wethouders van Veenendaal maken be kend: I. dat zij in het belang van de vrij heid van het verkeer en de veiligheid op de weg bij hun besluit van 7 novem ber 1966, nr. 33.816, de Rondweg-west, voorzover gelegen tussen de Bergweg en de Munnikenweg, hebben aangewe zen als voorrangsweg; II.dat zij hebben bepaald, dat deze maatregel onmiddellijk in werking zal treden; III.dat zij van hun onder I. genoem de besluit afschrift hebben gezonden aan: 1. de Hoofdingenieur-directeur van de Rijkswaterstaat te Utrecht; 2. gede puteerde staten der provincie Utrecht; 3. de Koninklijke Nederlandse Toeris tenbond A.N.W.B., Wassenaar se weg 220 te 's-Gravenhage; 4. de Konink lijke Nederlandse Automobiel Club, So- phialaan 4 te 's-Gravenhage; 5. de Ko ninklijke Nederlandse Motorrijders Ver eniging, Bezuidenhout 179 te 's-Gra venhage; 6. de Rijksverkeersinspectie, Maliebaan 55 te Utrecht; 7. de Eigen vervoerders Organisatie, Stadhouders- laan 162 te 's-Gravenhage. Veenendaal, 7 november 1966. B. en W. voornoemd: de burgemeester, J. Hazenberg, de secretaris, Van Manen. WAGENINGEN M. L. uit Veenendaal stond vrijdag morgen voor de Wageningse kantonrechter omdat hij op de Nieuweweg in zijn woonplaats de maximum-snelheid had overtreden. Het was niet de eerste maal dat hij daar voor een bekeuring kreeg. Hij had bij herhaling zelfs een veroordeling gekregen en de laatste maal was hem tevens een voorwaardelijke ontzegging uit de rijbevoegdheid op gelegd. L. had nu in plaats van de voorgeschreven 50 ki lometer, 69 kilometer gereden. „U lapt de wet maar aan uw laars en u denkt laat ze maar kletsen. Zelfs de voor waardelijke veroordeling doet u niets, ondanks het feit dat u de auto voor uw beroep nodig heeft". Aldus kan tonrechter mr. A. C. v. d. Brand. „Ik was op weg naar een kapotte lesauto", zo verweerde verdachte zich, „en ik had echt niet de bedoeling om te hard te rijden". De officier van Justitie, mr. Leusink, vond de rijwijze van de verdachte, zoals hij het noemde, een ernstige vorm van gevaarzetting. Als we op deze manier doorgaan, zo hield hij de Veenendaler voor, dan wordt het jaarlijkse aantal slachtoffers nog hoger dan 2500. We moeten dat toch op de een of andere manier tegengaan, aldus mr. Leusink. Ditmaal wilde hij nog geen onvoorwaardelijke straf opleggen, maar hij verzekerde verdachte, dat hij er de volgende keer minder goed af zou komen. Zijn eis Juidde f 100.- boete en vier maanden voorwaardelijke ont zegging uit de rijbevoegdheid met een proeftijd van twee jaar. De kantonrechter was minder mild en vonniste met een boete van f 250.- en een onvoorwaardelijke ontzeg ging van een half jaar. „Dan ga ik in hoger beroep", al dus het commentaar van L. De fabrieksarbeider H. G. van S. uit Rhenen had op de hoek Eikenlaan - Prunuslaan in zijn woonplaats geen voorrang verleend waardoor hij in bot sing met een auto was gekomen. De Rhenenaar vertelde aan de kantonrech ter dat zijn uitzicht op dat punt was be lemmerd door een grote graafmachine. „Dan had u uw snelheid maar moeten aanpassen aan de omstandigheden en niet zo hard moeten rijden", aldus de kantonrechter. De bromfiets bleek bo vendien te zijn opgevoerd en dat werd Van S. zo mogelijk nog kwalijker geno men dan het verzuim om voorrang te verlenen. Voor deze laatste overtreding eiste de officier van justitie een geldboete van f 75,- of 10 dagen en voor het rijden met een opgevoerde bromfiets f 150,- boete en onttrekking aan het verkeer van het voertuig. De kantonrechter von niste conform de eis. Een grote vrachtwagen van D. S. uit Amsterdam was op de Kerkewijk te Veenendaal aan een keuring onderwor pen waarbij bleek dat de reminstallatie niet aan de eisen voldeed. S. hield een uitgebreid technisch betoog dat de wa gen niet kon rijden als het defect wer kelijk zo ernstig was als in het proces verbaal was vermeld. De verbalisant was als getuige omge roepen en ook uit zijn verklaring bleek dat het defect niet zo ernstig was. Voor de kantonrechter was dit aanleiding de Amsterdammer te beboeten met f 25,- of twee dagen. J. V. uit Nunspeet was op de Kerke wijk te Veenendaal rechtsaf de Rem- brandtlaan opgereden en zou daarbij de bromfietser A. van M. zodanig ge hinderd hebben dat deze tegen de zij kant van de auto was gereden. De Nun- speter hield stijf en strak vol dat de pijl aan het verkeerslicht op groen gestaan had toen hij de stopstreep passeerde. Zijn verklaring stond lijnrecht tegenover die van de Veenendaalse bromfietser, die verklaarde dat de autobestuurder af geslagen was toen het licht achter de groene pijl reeds gedoofd was. Ook de 20-jarige S. uit Veenendaal verklaarde dat. Met het oog op de tegenstrijdige ver klaringen van verdachte en getuigen achtte men het wenselijk over veertien dagen deze zaak nog eens te behandelen in het bijzijn van de verbalisant. V. zegde toe dan ook een getuige te zullen meebrengen. H. B. uit Ede had op de Kerkewijk te Veenendaal als bestuurder van een bromfiets een bejaarde wielrijder omver gereden. Het slachtoffer moest geruime tijd in een ziekenhuis verblijf houden. Hem werd ten laste gelegd dat hij on voldoende naar links was uitgeweken. Bovendien zou B. vlak voordat hij zijn inhaalmanoeuvre had ingezet, achterom hebben gekeken, waardoor hij het ver keer onnodig in gevaar had gebracht. „Ik heb de wielrijder maar iets ge raakt", vertelde de verdachte, „en het slachtoffer heeft zelf toegegeven dat ik er niets aan kon doen." De officier was een andere mening toegedaan. „U moet er altijd van uitgaan dat een wielrijder om zijn evenwicht te bewaren nooit he lemaal rechtuit rijdt", zo merkte hij op. Hij vorderde een boete van f 75,- of 7 dagen hechtenis. Het vonnis luidde over eenkomstig de eis. De chauffeur K. uit Doesburg werd veroordeeld tot een boete van f 100,- en een onvoorwaardelijke ontzegging van de rijbevoegdheid voor de duur van een half jaar omdat hij op de Cuneraweg te Rhenen met zijn vrachtwagen een truck met oplegger was gaan inhalen in een onoverzichtelijke bocht. Verdachte beweerde dat de door hem ingehaalde chauffeur de snelheid van zijn wagen had verhoogd, waardoor hij genoodzaakt was langer dan normaal op de linker weghelft te blijven rijden. „Als er van de andere kant een auto met een snelheid van honderd kilome ter was genaderd dan hadden er weer vijf mensen op het kerkhof gelegen bij de 2500 die er nu al jaarlijks ten slachtoffer vallen aan het wegverkeer", zo wees de kantonrechter de verdachte terecht, nadat de officier f 120,- boete en drie maanden ontzegging had geëist. De magazijnbediende J. C. van S. uit Veenendaal had gereden met een auto waarvan de linkerachterband enkele zeer gladde plekken vertoonde. Verdach te wees er wel op dat niet al het profiel was weggesleten maar dat veranderde niets aan de strafmaat die de kanton rechter toepaste: f 50,- boete. De offi cier van justitie had f 60,- boete geëist. De band werd bovendien in beslag ge nomen. De automobilist R. uit Tiel, was he lemaal niet te spreken over de wijze, waarop een tweetal Wageningse politie mensen hem op de bon hadden gezet. „Toen ze me 's avonds aanhielden, ver weten ze me dat ik hen met de koplam pen van de auto had verblind", aldus de Tielenaar, die vervolgens uitvoerig vertelde, dat de agenten hem meegeno men hadden naar het politiebureau om de wagen aan een verder onderzoek te onderwerpen. Het licht bleek goed te zijn maar de politie trof om een van de achterwielen wel een goeddeels gladde band aan. Verdachte wist zich nog goed te her inneren dat er maar terloops over de ze gladde band gesproken was en hij was dan ook zeer verbaasd toen hij en kele weken later daarvoor een schik kingsvoorstel door de brievenbus vond. Ter rechtszitting werd nog getracht een van de betreffende agenten te be reiken op het Wageningse politiebureau, maar die lagen na de nachtdienst op bed. Zowel de officier van justitie als de kantonrechter achtte het wettig en overtuigend bewijs van het strafbare uit het ambtsedig proces-verbaal geleverd. De Tielenaar kreeg een boete van f 50,-. Het werd de postbode R. uit Ede bij zonder kwalijk genomen dat hij on langs op de kruising Berkenlaan - Sta tionsweg in zijn woonplaats met een po litieman in debat was gegaan over de redelijkheid van diens bonnetjes-schrij verij. De man was als getuige versche nen in de zaak tegen H. B. C. G. uit Arnhem die een proces-verbaal had ge kregen omdat hij onvoldoende voorrang had verleend op genoemd kruispunt. „Ik vond het niet juist dat de auto mobilist een proces-verbaal kreeg", zo zei de postbode. „U gaat niet met de politie discussiëren, de politie bemoeit zich toch ook niet met uw P.T.T.-za- ken", aldus wees de kantonrechter de postbode terecht. Nadat uitvoerig besproken was hoe ver de Arnhemse automobilist letterlijk over de streep was gegaan, eiste de of ficier van justitie een boete van f 30,-. Het vonnis luidde conform. Pieter Rebergen is in zijn leven al vele honderden keren het hekje voor zijn woning aan de Kerslaan uitge gaan om, keurig in zijn uniform ge stoken, met „Ons Genoegen" op pad te gaan. AMERONGEN Pieter Re- bergen, 70 jaar oud, goedlachs en gastvrij, vraagt 'n tikkeltje nieuws gierig: „Moet ik op de foto? Tja, dan zal ik toch eerst even m'n uni form aan moeten trekken. We heb ben vorig jaar pas een nieuwe ge had, dus ik kan er best mee voor de dag komen, niet waar, vrouw?" Mevrouw Rebergen knikt en zegt vanaf haar „makkelijke" stoel: „Zo is het nu altijd al ge weest. De muziek betekent alles voor mijn man. Toen we verkering hadden zei hij me al van tijd tot tijd: „lk kom vanavond niet, want ik moet naar de repetitie". Er is wel degelijk een reden om de bekende Ameronger, Rebergen, te fotograferen. Op 14 november herdenkt hij de dag, dat hij zestig jaar lid is van het fanfarekorps „Ons Genoegen". Zestig jaar; meer dan een halve eeuw. „Inderdaad een hele tijd", zegt hij zelf, „maar zo lang ik het kan blijf ik lid. Mijn gezondheid is nog best, maar toch voel je dat je minder wordt. Je adem, hè De heer Rebergen stamt uit een muzikale familie. Behalve een broer, die vele jaren een trouw lid van het korps is geweest, zijn ook zijn zoon Wim (40) en zijn dochter Pietje (28 en nu mevrouw Stam) al vele tien tallen jaren trouwe versterkingen van de populaire Amerongse fanfare. „En ook nog twee neven", zegt Re bergen nog gauw, om de muzikale familie te completeren. „Ons Genoegen" is voortgekomen uit de vroegere harmonie „Semper Crescendo", die tijdens de eerste we reldoorlog uit elkaar viel. „Het korps lag stil, want de leden moesten in dienst. Ik werd bij de genie inge deeld. Daar kwam ik ook bij de mu ziek terecht en tjonge, wat heb ik daar veel geleerd. Je moest wel. Ik bespeelde eerst een althoorn, maar in dienst ben ik overgestapt op de wald hoorn". Aan die althoorn is een hele ge schiedenis verbonden. „Mijn broer", zo gaat hij verder, „was al voor de oorlog van 1914'18 bij de oude har monie. Als ik uit school kwam, be gon ik op zijn trombone te tuteren. Mijn moeder zei op een goede dag tegen m'n broer: je moet voor Piet ook eens zo'n tuter meebrengen. Dat was die althoorn en het werd tegelij kertijd het begin van die zestig jaar, die ik nu achter de rug heb In 1919 werd het muziekkorps weer opgericht en kreeg de naam „Ons Genoegen". Rebergen herinnert zich nog als de dag van gisteren hoe dat toen in zijn werk is gegaan. „Na de mobilisatie kregen we raadsver kiezingen. Toen werden er drie ouwe Amerongers gekozen. Wij, dat waren een stelletje muzikanten, wilden hun graag een serenade brengen. Met een hittekar, volgeladen met instrumen ten, gingen we op weg. Het ging al lemaal prima en nog dezelfde avond besloten we weer een korps op te richten. Dat gebeurde op 21 mei 1919". Nu heeft „Ons Genoegen" 28 leden en volgens Pieter Rebergen, die nu een bugel bespeelt, is dat aantal niet ongunstig. „We kunnen wel nieuwe leden gebruiken, maar noodzakelijk is het niet". En mevrouw Rebergen: „Het is trouwens wel moeilijk om jonge men sen nog warm voor de muziek te krij gen. Vroeger was dat anders. Mijn man heeft wel honderd leerjongens gehad. Elke avond zaten er een stel letje in huis In 1956 vierde de 70-jarige muzi kant ook al een jubileum. Hij werd toen ter gelegenheid van zijn vijftig jarig lidmaatschap benoemd tot erelid. „Ons Genoegen" is in Amerongen en ver daarbuiten een gezien korps. Men kan er steeds een beroep op doen, zonder het risico te lopen te leurgesteld te worden. „Het kan zo gek niet zijn of we gaan de weg op, je bent tenslotte een korps of je bent het niet......". Zoals gezegd, vorig jaar kreeg de vereniging nieuwe uniformen (zwart met gouden bies). De instrumenten dateren van een wat oudere datum, maar zijn nog niet direct aan ver vanging toe. „Het valt bovendien niet mee om nieuwe te krijgen. Instru menten van dezelfde stemming als de onze zijn namelijk niet meer te krijgen Het staat als een paal boven wa ter, dat „Ons Genoegen" en iedere Ynieronger, wie het korps dierbaar is, de „ouwe" Rebergen de veertiende november, de dag van het jubileum, niet voorbjj zal lopen. Rebergen en „de muziek" zijn een eenheid geworden. De een is ondenk baar zonder de ander. En wat de ju bilaris betreft, hij hoopt dat het nog vele jaren zo zal blijven. Want hij is een muzikant in hart en nieren, de volgende woorden bewijzen dat nog eens overduidelijk: „Pas geleden heb ik een tand verloren, da's bijzonder jammer. Niet zozeer van die tand, maar het hindert me by het blazen, dat is het ergste ADVERTENTIE ASSURANTIEKANTOOR MULDER sinds nov. 1922 Eigenaar: R. R. Mulder Makelaar in Assurantiën Kerkewijk 167 Veenendaal Telefoon 083853000 Vertegenwoordiger: H. Logtenberg, Larikslaan 4, Veenendaal. VEENENDAAL. Woensdagavond 16 november komt de Christelijke Platte landsvrouwenbond, afdeling Veenen daal, bijeen in hotel „De Korenbeurs". Op deze avond zal mevr. De Ruiter- Knijf uit Rhenen een lezing houden over haar reis naar Kameroen (West- Afrika). Het gesprokene zal worden toegelicht met dia's.

Digitale periodieken - Gemeentearchief Veenendaal

De Vallei | 1966 | | pagina 3