'Agressieve verkoopmethode moet verdwijnen Maak van uw hoofd eens een treurwilg Wereld verbruik in 1964: meer dan een miljoen stel oogwimpers E.E.G. Om kort te gaan en huisvrouw De valse'oogopslag Bij Filippo Met vlechten Veel meer keus en en nieuwe artikelen Bij de kapper komen we natuurlijk allemaal wel eens. Bij een schoonheidsspecialiste... nee, zelden of nooit. En dan zeker niet om onze ogen te laten beplakken met valse wim pers of iets dergelijks. Dat is meer iets voor dat kleine mondaine kringetje van vrouwen die je wel eens op de film ziet of in tijdschriften ziet afgebeeld. Voor wie Parijs de hoofdstad van de wereld is en de warme stranden van de Middellandse Zee het winterverblijf. Vraag: is dat kringetje zo klein? Tot die vraag komt men namelijk als men de cijfers leest die in de verhalen hieronder worden gegeven. Op de haar eigen spottende wijze voert onze 11 Romeinse correspondente u binnen in de dure kapsalons van Europa, maar de cijfers die ze daarbij verstrekt geven te denken. En al niet anders is het als men de afzetcijfers ziet van een Britse „oogwimper-fabriek". Het zijn allemaal miljoenen- en zelfs miljardengetallen. De conclusie kan geen andere zijn dan dat dat wereldje echt niet zo heel klein is. Dat we allemaal van tijd tot tijd ons offer brengen aan de „schoonheid". Waarbij een verstandige vrouw wel de grens zal weten te vinden tussen goed-verzorgd- zijn en overdreven-doen. H' Goed en vlug Poolsterren Geen vlees Ontvlambaar Er is de laatste tyd veel over geschreven en er is zelfs in ons parle- ment over gesproken: over de „agressieve en misleidende verkoop praktijken". waarmee sommige firma's de Nederlandse consument trachten te benaderen. Waarby dan huis-aan-huis-colportage, voor- lichtingsbjjeenkomsten, filmvoorstellingen, demonstraties en cursus sen als hulp- en lokmiddelen fungeren om de klant artikelen te ver kopen die hy/zy misschien wel graag wil hebben maar in vele ge vallen eigenlek niet kan betalen. Die discussie Is op gang gebracht door het Consumenten Contact Or gaan, een zo langzamerhand wel overal bekende organisatie die de belangen van de consument zo veel als mogelyk is beschermt, vooral door prijs- en kwaliteitsvergelykende onderzoeken. Het CCO heeft getracht een overzicht samen te stellen van aard en omvang van deze „agressieve en misleidende verkooppraktijken" en daarbij zjjn toch wel ontstellende feiten aan het licht gekomen. Voordat we er hier iets dieper op ingaan moeten echter twee zaken duidelijk gesteld worden: enerzijds dat een dergelijk rapport de nei ging oproept te gaan generaliseren, zodat het lijkt alsof élle huls- aan-huis-verkoop, alle voorlichtingsbijeenkomsten uit den boze zou den zyn en dat is dwaasheid terwijl anderzijds waarschijnlijk lang niet alle kwalyke praktijken in dit overzicht zyn opgenomen: weinig mensen hangen aan de grote klok, dat zy er in zyn gelopen en niemand geeft graag toe dat hy/zy zich heeft laten bepraten. Of beetnemen. Of zo maar „dom" is geweest! Trek daarom uit dit rap port niet te haastig conclusies. Als een gasbedrijf of een elektrici- teitsmaatschappy voorüchtingsbyeenkomsten houdt, behoeft u geen enkele vrees te koesteren voor „kwalyke praktyken". De huis-aan- huis-colporteur is in de meeste gevallen géén „agressor" heus, de Nederlandse zakenlieden zyn niet minder fatsoenlyke mensen dan de Nederlandse consumenten en zullen vrijwel altyd bereid zyn u degelyke voorlichting te geven; ze zyn er niet op uit u in moeilyk- jlMhP te brengen. En nu dan het door het CCO opgestelde overzicht dat toch wel duide lijk maakt dat er in Nederland het een en ander ontbreekt aan wet telijke bescherming van de consument. Aan de hand van bijna acht tienhonderd bonafide meldingen die by het CCO zyn binnengeko men, is vastgesteld dat de huis-aan-huis-colportage de meeste slacht offers maakt, gevolgd door de verkoop via „voorlichtingsbyeenkom- sten" en filmvoorstellingen. Daarna komen de praktijken van bepaal de postorderbedrijven en onderwysinstituten, de huisdemonstraties en de demonstraties op beurzen, tentoonstellingen en in warenhui zen. Een waar arsenaal van de meest uiteenlopende artikelen is by de transacties betrokken: hogedruk- en stapelpannen, stofzuigers, textielpakketten, elektrische dekens, keukenmachines, wasmachines en wascombinaties, schriftelyke cursussen, brei- en naaimachines, boeken, grammofoonplaten, straalkachels, hoogtezonnen, koelkasten, plastic artikelen. Bij de huis-aan-huis-colportage is het pleit voor de colporteur vaak al half gewonnen wanneer hy de drempel eenmaal over is. Veel gebruikt verhaal is dan ook de mededeling, dat de colporteur namens een ge- meentelijk of overheidsinstantie voor een opinieonderzoek of con trole komt. Ook het verhaal dat de colporteur voor een groot bedryf een marktonderzoek instelt naar de verkoopmogelykheden van nieu we produkten is een met verve gehanteerd argument, waarby dan vaak nadrukkeiyk wordt vermeld dat de nieuwe produkten in het buitenland al met succes worden verkocht. Een bitter smaakje zit aan de meldingen van gevallen waarin aan gehandicapten werd ge suggereerd dat bepaalde apparaten speciaal voor hen zouden zyn ontworpen. By demonstraties (die door de slachtoffers zelden worden geweigerd!) wordt uiteraard sterk overdreven, veel gepraat en niet zelden een koopcontract getoond dat aan de hand van het voorafgaande „opi nieonderzoek" alvast is ingevuld. Alleen de handtekening van het slachtoffer ontbreekt nog. Maar die komt er tenslotte meestal wel, al moet de colporteur er urenlang (soms tot na middernacht) voor demonstreren en praten. Bij de agressieve verkoopmethoden zit het venyn meestal in de staart, in casu in de achterzyde van de contracten. Daarop staan, in het gunstigste geval, in onopvallende lichtgryze lettertjes de verkoop voorwaarden van de onderneming afgedrukt. De colporteur rept er niet over en de consument ziet het meestal pas wanneer het reeds getekende contract uit het orderboek wordt gescheurd. Bedenktyd is er niet by. De beslissing moet direct worden genomen omdat de „fantastische aanbieding" slechts één dag geldt. Zo kan het gebeu ren dat wascombinaties van byna vyftienhonderd gulden „op folder" worden 'verkocht, zonder dat de kopers het apparaat hebben gezien. Motieven van consumenten die zich in dergelijke transacties lieten meeslepen: men realiseerde zich op dat moment de financiële con sequenties niet, men had medelyden met de colporteur, men tekende uit angst voor agressief optreden. Gezinshoofden tekenden een koop contract onder de morele druk van de vraag of zy „zo'n geringe uit gave" per week of per maand niet over hadden voor hun vrouwen die toch al zo'n zware huishoudeiyke taak hebben. Ook het „verantwoordeiykheldsgevoel" van de huisvrouw voor wel en wee van haar gezinsleden is een dankbaar klankbord voor de verko per. Tydens filmvoorstellingen en voorüchtingsbyeenkomsten wor den dingen aangeprezen die ziekten als reumatiek, ischias en bron chitis buiten de deur zouden houden of genezen (elektrische dekens) en wordt op vaak verbazend ondeskundige wyze „voedingsvooriich- ting" gegeven wanneer het om de verkoop van stapel- of hogedruk pannen gaat. De dekens worden soms verkocht door „een gediplo meerd verpleegster in uniform", om aan een en ander een serieus tintje te geven. Kog een paar voorbeelden uit het tien bladzyden tellende rapport van het Consumenten Contact Orgaan: klachten over Unnenuitzetten in twaalf afleveringen waarby alleen het eerste pakket van goede kwa liteit is. Het annuleren van verdere leveringen wordt door het be drijf niet geaccepteerd. Klachten over onderwysinstituten die een schriftelyke „cursus charme en schoonheid" lanceren, die evenmin kan worden opgezegd wanneer de cursus niet aan de verwachtingen voldoet of wanneer de bykomende kosten te hoog büjken te zyn. Soortgelyke klachten heeft het CCO ontvangen over een opleiding voor de bediening van computers waarmee een bedrag van duizend gulden was gemoeid en over een cursus machineschryven. B*j alle agressieve en unfaire verkoopmethoden büjkt steeds opnieuw dat de meeste kopers zich de financiële gevolgen van een bepaalde transactie pas realiseren wanneer de psychologische druk van de toegepaste verkoopmethoden is weggevallen. Naar de mening van het Consumenten Contact Orgaan ligt de oplossing van het probleem dus voor de hand: in alle gevallen waarby sprake is van verkoop aan particuüeren van goederen met een verkoopwaarde van meer dan vyftig gulden buiten de normale detailhandel om, zou een „afkoe lingsperiode" van vier dagen moeten gelden. De koper moet een transactie binnen vier dagen per aangetekend schryven kunnen op- zeggen, zonder dat daaraan voor hem kosten zijn verbonden. Zo'n „afkoelingsperiode" moet zowel op contante koopovereenkomsten als op huurkoop- of afbetalingstransacties van toepassing zyn. Misschien zou het Consumenten Contact Orgaan zelf ook eens een „agressieve methode" kunnen toepassen door, ongevraagd en huls- aan-huis, dit rapport over in Nederland toegepaste onaanvaardbare verkoopmethoden te verspreiden. Tot lering van de tientallen huls vrouwen wier gezond verstand en onderscheidingsvermogen op slag verstek laten gaan zodra ergens weer het klatergoud van zo'n „by- ■Aadaret, éénmalige en fantastische aanbieding" blinkt. (Van een medewerkster) „pigaro qua, figaro Ik, figaro su, figaro giu" heet het in Rossi ni's opera. Een toepasselijk refrein voor het komend wi^erseizoen, waarin de kapper zijn Randen vol zal hebben aan onze weelderige warhoofden. Want weelderig zijn ze, die hoofden met hun lange lok kenpracht. Fabrikanten van haargroeimiddelen gaan een gouden tijd tegemoet. Hoe korter de rok, hoe langer de haarmo de schijnt te worden. Mocht het resultaat van al dit drif tig streven ontoereikend zijn, dan kunnen wij altijd nog onze toevlucht nemen tot pruik of toupet. Een of an der haarstukje zal er toch aan te pas moeten komen, indien wij bij de tijd willen zijn, want bij wie groeit nu in één nacht zo'n 80 centimeter haar aan, of een haardos in drie kjeuren? Wij zijn tenslotte geen lapjeskat. De meest voor de hand liggende manier om de door de mode voorge schreven lange blessen te temmen, is ze tot een paardestaart te binden. En paardestaarten zien wij van de win ter dan ook te kust en te keur: lange en korte, dunne en dikke. Het aantal variaties schijnt eindeloos. Laten wij de Italiaanse en Franse kappers maar eens op de korrel nemen. Naar Filippo gaat men niet alleen voqr een haar- en schoonheidsbehan deling, maar tevens om de laatste schandaaltjes te horen. Zijn exclusieve empire-salons aan de Via Condotti zijn het chique rendez-vous van mondain Rome. Filippo's jonge vrouw, een beeldige blondine met de haren van een kerst engel, is, behalve zijn inspiratiebron en fotomodel, een tuchtige Duitse, die met straffe hand de scepter zwaait over Filippo's boutique van peper dure niemendalletjes. Filippo tooide haar ditmaal met.een aan Velasquez' portretten van de kleine Maria Tere sa herinnerend Infante-kapsel: het gezicht aan weerszijden verbreed door een panier. Bij Alfio en Teresa in de Via Frat- tina is de sfeer minder Babylonisch en mondain. Weshalve zijn clientèle grotendeels uit dames van het Corps Diplomatique bestaat en dat deel van de Romeinse adel, waarvoor „dolce vita" een zelfs nooit gehoorde uit drukking is, laat staan een bekend begrip. Niettemin weet Alfio met zijn bon- hommie (die wel tot vertrouwen, doch nimmer-o-nimmer tot vertrou welijkheid leidt) de vormelijkheid van deze steile kaste wel te doorbre ken. 's Zomers volgt hij barones X en donna Y naar badplaats van standing Riccione, opdat zij ook daar door een ringetje te halen zullen zijn: een brok welgeconserveerde, gekapte en gekle de distinctie. Vakantie voor Alfio zelf schiet er doorgaans dan ook niet op over. ,,Maar," zegt Alfio, „ik ontspan me met het bedenken van nieuwe kapsels." Hopelijk denkt zijn Teresa er ook zo over. Resultaat van dit relaxen is een kapsel als een olym pisch ringsteekspel, met strak naar achteren getrokken haren, die geflix- eerd worden in ringen. Al niet min der bewerkelijk van constructie is een kapsel met slinger van aaneen geregen, haarovertrokken chignons, onderbroken door insnoeringen van pareltjes. De knappe, jonge Claudio werd modenieuws door zyn tromftocht door Rusland, waar hij het beleg van honderden op „coiffe-Claudio" beluste vrouwen nauwelijks door stond. Claudio heeft thans de zorg voor het hoofd van prinses Ira „Treurwilg", coiffure van Alba en Francesca, uitmuntend in het betere vatenkwastenwerk. (EIM, Turijn) O Fuerstenberg nadat zijn Franse col lega Alexandre het verbruid had. Claudio's recentste creatie voor de turbulente prinses is een vlammend rosse pruik van eigenzinnig losse lok ken, waarmee ze haar debuut als mannequin bij Forquet maakte. Alba en Francesca munten uit in het betere vatenkwastenwerk, waar mee ze de hele haute international, de meisjes Ford en de Kennedy-clan voorop bevoorraden. Prinses Luciana Pignatelli, een be kende Italiaanse schoonheid, boven dien tot de tien elegantste vrouwen ter wereld behorend, is een trquw uit draagster van hun stijl. De winterse variatie op het kwas tenthema is, dat Alba en Francesca ze thans niet meer aan de achterkant, maar aan weerszijden van het hoofd bevestigen. De draagster krijgt wat van een wandelende treurwilg weg met deze parure. Waarschijnlijk wordt dit Férauds dernier cri het vol gend voorjaar. In het Franse kamp wordt, naast het vele staartenwerk, de chignon niet veronachtzaamd. Integendeel, bij Maurice Franck neemt hij de mon sterachtige afmetingen van een bijen korf aan. Bij jonge-garde-kapper Claude Maxim bungelt een vlecht uit de chignon. De Dali onder de figa ro's: Alexandre, verwerkt haar bij de meter voor zijn tot het stuitbeen rei kende staarten, die, breedgolvend, soms in een goudnet gevangen, dan weer halverwege door een satijnlint saamgebonden worden. Of hij zet im posante Bruenhildevlechten, versierd met gulden fonkelarijtjes, als een kroon op het hoofd. In haar pastelkleurige carrouselsa lon bij de Champs Elysées creëert Thérèse Chardin charmante over gangskapsels. De, evenals haar naamgenoot Pierre (Piero) Cardin, uit Venetië afkomstige Teresa heeft geen balen vals haar nodig om een ,,up to date look" te scheppen.Toch geven haar kapsels een indruk van volume. Dit effect wordt echter niet verkregen door tegenkammen of toe voeging van postiches, maar door het haar schuin te knippen en het, na het watergolven, op te bollen met de handfönn. By „Joli Vent" worden de haren naar achteren en de punten om hoog geborsteld. „Hiermee," zegt Teresa, „suggereer ik een easy- and-free haren-in-de-wind flair." Dit easy-and-free vereist echter een flinke dosis lak om de haren conti nu in wuifpositie te houden. Bij „Charmeuse" buigen ze in een dramatische golf voorbij een oor. De rappe vingers van Thérèse Chardin en haar geminirokte assistenten brei en darteldunne poppenvlechtjes tus sen het haar en deze speelse fantasie- en flatteren zowel de jonge als de wat rijpere vrouw. Langs een wrong in de nek gelegd, ontnemen ze daar het frik-idee aan. Wat over een oor bun gelende gevlochten lussen geven een anders alledaags kapsel pit. Pittig zijn ook de cijfers, versterkt door het CANAI (Comitato Artistico Nazionale Acconciatori Italiani). De heren van dit comité dat zich be zighoudt met de propaganda van de Italiaanse kapkunst in het algemeen en die der Italiaanse kappers in het bijzonder hebben uitgerekend, dat in de laatste vijf jaar in Europa het aantal spoel- en verfbehandelingen is gestegen van 150 tot 220 miljoen per jaar. Dat het gebruik van fixeermid delen en haarverstevigers is toegeno men van 600 miljoen tot een miljard. Dat vijf jaar geleden anderhalf mil jard hoofden werden gewatergolfd, tegen thans meer dan twee miljard, waar 140 miljoen kilo shampoo over is uitgestort. Dat een en ander de in komsten van de Europese dameskappers heeft verdubbeld, van ongeveer 4 mil jard tot ruim 7,5 miljard gulden. et gezegde dat schoonheid ook „uit een doosje" kan konien, is altijd maar betrekkeiyk geweest. Een blosje en een paar rode Uppen kon men inder daad uit een doosje te voorschyn toveren, doch een paar mooie en fraaigevormde ogen moest men van nature hebben. Wie ze niet had ging door het leven zonder die verleideüjke en mysterieuze oogopslag waarmee een wouw, zonder een woord te zeggen, toch véél kan zeggen. Maar ook die tekortkoming is tegenwoordig niet meer onoverkomeiyk. De vrouwen en mannen van de kosmetische wetenschap hebben de mascara, de oogschaduw en de eyeliner voor ons uitgevonden. Geraffineerde hulpmiddeltjes waarmee men het oog kan omlijnen, groter doen schijnen, meer expres sie geven, schijnbaar van vorm veranderen. En hoe wel men met een goede mascara een paar lelijke, korte of kleurloze wimpers al heel aardig kan mas keren, wilde men nog een stapje verder; de valse wimper werd uitgevonden. Filmsterren hadden al veel eerder zulk fraaie lan ge krullende oogwimpers. Laat u echter niets wijs maken: ook die lange oogharen van het witte doek waren vals! De diva's moesten echter wel iets over hebben voor zo'n languissante oogopslag. De make- up-specialisten van de filmindustrie plakten de wim perharen één voor één op de oogleden van de be roemde cinemasterren. Dat moet een tobberig en tijdrovend gedoe zijn geweest waarbij de humeuren van beide partijen wel eens in de knel zullen zijn gekomen. Het waren dan ook twee make-up-specialisten van de Engelse filmindustrie die kort na de tweede f wereldoorlog tot de ontdekking kwamen dat de val se oogharen ook aan een draadje konden worden vastgehecht waardoor kant-en-klaar wimpers ont stonden. Een ontdekking die resulteerde in de op richting van een „onderneming voor de vervaardi ging en verkoop van kunst-oogwimpers", een be dryf dat op het ogenblik per week meer dan vijfhon derd kilo oogwimpers en kunstnagels (want ook die worden gemaakt) naar alle delen van de wereld ver stuurt. De clientèle van het bedryf is over een kleine veertig landen verspreid. Amerika is de grootste af nemer, ook al doordat de filmindustrie dergelijke kunstmiddeltjes niet kan missen. Frangaises, Duitse en Japanse vrouwen, Arabische en Mexicaanse scho nen lopen met opgeplakte wimpertjes. Meer dan een miljoen stel oogwimpers ging in het jaar 1964 naar alle delen van de wereld. Tweehonderdduizend sets kunstnagels, gemaakt uit plastic en nylon, gingen dezelfde weg. Blijkbaar zyn veel vrouwen begerig naar een „valse" oogopslag: volgens de fabrikanten is de produktie van namaakwimpers inmiddels ver dubbeld en stijgt de vraag nog steeds. Het goede oude Engeland is zglf een belangryke afnemer van deze (en andere) produkten voor de make-up van de ogen. In 1964 werd in dit land meer dan vijf miljoen pond sterling aan verfraaiïngs- produkten voor de ogen besteed. Dergelijke cyfers zeggen wel iets over de „cultus" van het oog in de huidige make-up gewoonten. Voor de avond is zo'n stel namaakwimpers altyd een aar dig hulpmiddel by het ophalen van het gezicht. Wie bescheiden wil beginnen, kan het eens pro beren met de zogenaamde „demi lashes", wimper tjes op halve breedte die de suggestie geven dat de natuurlyke oogharen aan de buitenste hoeken van de ogen lang en dik zyn. Er zyn wimpers die aan de buitenhoeken breder uitlopen, en dichtgeplante exemplaren die als een soort franje over de ogen kunnen vallen. Men kan zelfs een hele „wimper garderobe" opbouwen: zware voorgevormde wim pers in normale en extra lange uitvoering, lange dichte wimpers die men zelf in model moet knippen, wimpers met „drievoudige dichtheid", wimpers van sabelhaar en van echt bont. Meestal zijn de wimpers zelfklevend, maar er wor den wel tubetjes kleefstof bygeleverd. Wimpers die intensief worden gebruikt kunnen van tyd tot tyd worden schoongemaakt en gekruld met behulp van een speciaal schoonmaaksetje. Voor degenen die niet zo handig zijn dat ze met een enkele nonchalante handgreep de wimper op het ooglid plakken, is er zelfs een speciale „wimperbevestiger". (Van onze medewerkster). De Nederlandse huisvrouw is onge merkt „Europese hulsvrouw" gewor den. Zonder het zich te realiseren is zij consumente in een marktgebied met on telbare aantallen andere hulsvrouwen, niet alleen uit Nederland maar oor uit andere Europese landen die onder de EEG-vlag varen. Op die markt winkelt zij te zamen met miljoenen andere ver- bruiksters uit de zes EEG-landen. Staat de Nederlandse huisvrouw wel eens stil bij de invloed die de Europese Economische Gemeenschap op de Ne derlandse gezinshuishouding heeft? De Nederlandse Huishoudraad merkt in zijn blad Maandelijkse Mededelingen op, dat voor de consument de begrip pen EEG en prijsstijging vaak zo goed als synoniem zijn. De voortdurende stijging van lonen en prijzen spreekt in de eerste plaats de huisvrouw aan. Daarnaast heeft de EEG ons ook een enorme uitbreiding van assorti menten en van het gebruik van nieuwe materialen gebracht. Ongeveer alle industriële produkten van de zes EEG-landen komen op onze verbruikersmarkten terecht. Hoe groot die stroom is blijkt wel uit wat de NHR hierover vertelt: op het ogenblik kan een Nederlands gezin bij de aankoop van een wasmachine uit meer dan honderdentien handelsmer ken een keuze doen! Dat zelfde geldt, ongeveer, voor industriële produkten als koelkasten, elektrische huishoudap- paraten, elektrische lampen en meube len. Een aanbod dus dat men gerust „overvloedig" kan noemen, dat het kie zen moeilijk maakt en bovendien vaak tot impulsieve aankopen verleidt. Geen wonder dat de consumentenorganisaties handenvol werk hebben, niet in de laatste plaats aan allerlei agressieve verkoopmethoden waarmee men de be langstelling van de consument naar be paalde zaken wil trekken en tevens de aandacht van andere artikelen tracht af te leiden. „Marktoverzicht. De Nederlandse Huishoudraad, die zich onder meer inspant voor informa tieve etikettering van produkten, vindt dat daarnaast eigenlijk nog een „markt overzicht" nodig is waardoor de consu ment zich dagelijks zou kunnen oriën teren, en zou kunnen vaststellen welk artikel voor de eigen situatie het ge schiktst is. Het grote aantal handelsmerken en typen en het steeds wisselen der mo dellen maken het opstellen van zo'n marktoverzicht echter verre van een voudig. Naar de mening van de NHR zouden de binnen de EEG samenwer kende consumentenorganisaties hun werk nog meer kunnen coördineren door uitwisseling van ervaringen en on derzoekresultaten. Ook bij de voor lichtingsactiviteiten zou men elkaar kunnen helpen, daar het ln de zes Eu ropese landen immers vaak om dezelf de huishoudelijke artikelen en levens middelen gaat. Hoezeer de begrippen EEG en prijs stijging worden vereenzelvigd, blijkt uit de resultaten van een kleine enquête die een medewerkster van de NHR on der een groep tieners van zeventien en achttien jaar heeft gehouden. Tweeën vijftig procent zei, gevraagd naar de betekenis van de EEG, dat hierdoor meer Europese contacten zijn ontstaan. Vijfenvijftig procent merkte op dat dank zij de EEG meer Europese pro dukten in de winkels te koop zijn, en vijfenzeventig procent antwoordde dat de EEG prijsvei-hogingen tot het Euro pese niveau heeft veroorzaakt. EIEREN, kaas en rijst voor een weekend8choteT: Breek de eieren een voor een en laat ze pocheren in zacht jes kokend water met azijn. Wanneer de eiwitten gestold zijn, worden de eie ren met een schuimspaan voorzichtig uit het water gehaald en op sneetjes geroosterd brood geplaatst. Giet over de eieren een dikke saus, gemaakt uit een geklopt ei, geraspte kaas, wat melk en wat zout, en zet de schotel even in een hete oven. Om van de eierschotel een volledige maaltijd te maken kan er een mengsel van drooggekookte rijst, fijne doperwtjes en peterselie bij wor den gegeven. Sommige koelkasten zijn tegen woordig met een of meer sterren ge merkt. Dit is de betekenis van zo'n embleem: één ster betekent, dat de koeling in het vriesvak minstens zes graden Celsius onder nul bedraagt, twee sterren betekenen een koeling in het vriesvak van minstens twaalf graden onder nul, bij drie sterren wordt in het vriesvak een koeling van minstens achttien graden onder nul bereikt. Champignons kunnen wel als hoofd gerecht worden gegeten, maar niet als volledige vleesvervanging fungeren, weet het voorlichtingsbureau voor de voeding te vertellen. Ze zijn wel verge lijkbaar met groente van een laag vi tamine-C gehalte, bevatten bovendien wat kalk, yzer en B-vitaminen, doch slechts weinig eiwitten. Het eiwitgehal te is slechts vier procent en dus niet gelijkwaardig aan dat van vlees. De Nederlandse Huishoudraad waarschuwt in zijn Maandelijkse Me dedelingen tegen een soort kunst bont dat uit België in verscheidene Europese landen wordt ingevoerd en verkocht onder de naam „Fun Furs". Het bestaat uit twee lagen acryl, gecombineerd met een rug van katoen. Omdat de stof bij con tact met vuur in enkele seconden in vlammen zou opgaan mag men dit kunstbont gerust met de nodige reser ve bekyken; het is niet alleen onecht, maar ook ootvlambaa*.

Digitale periodieken - Gemeentearchief Veenendaal

De Vallei | 1966 | | pagina 9