'Agressieve
verkoopmethode
moet verdwijnen
Maak van
uw hoofd
eens een
treurwilg
Wereld verbruik in 1964: meer dan
een miljoen stel oogwimpers
E.E.G.
Om kort
te gaan
en
huisvrouw
De valse'oogopslag
Bij Filippo
Met vlechten
Veel meer keus en
en nieuwe artikelen
Bij de kapper komen we natuurlijk allemaal wel eens. Bij
een schoonheidsspecialiste... nee, zelden of nooit. En dan
zeker niet om onze ogen te laten beplakken met valse wim
pers of iets dergelijks. Dat is meer iets voor dat kleine
mondaine kringetje van vrouwen die je wel eens op de
film ziet of in tijdschriften ziet afgebeeld. Voor wie Parijs
de hoofdstad van de wereld is en de warme stranden van
de Middellandse Zee het winterverblijf. Vraag: is dat
kringetje zo klein? Tot die vraag komt men namelijk als
men de cijfers leest die in de verhalen hieronder worden
gegeven. Op de haar eigen spottende wijze voert onze
11
Romeinse correspondente u binnen in de dure kapsalons
van Europa, maar de cijfers die ze daarbij verstrekt geven
te denken. En al niet anders is het als men de afzetcijfers
ziet van een Britse „oogwimper-fabriek". Het zijn allemaal
miljoenen- en zelfs miljardengetallen. De conclusie kan
geen andere zijn dan dat dat wereldje echt niet zo heel
klein is.
Dat we allemaal van tijd tot tijd ons offer brengen
aan de „schoonheid". Waarbij een verstandige vrouw
wel de grens zal weten te vinden tussen goed-verzorgd-
zijn en overdreven-doen.
H'
Goed en vlug
Poolsterren
Geen vlees
Ontvlambaar
Er is de laatste tyd veel over geschreven en er is zelfs in ons parle-
ment over gesproken: over de „agressieve en misleidende verkoop
praktijken". waarmee sommige firma's de Nederlandse consument
trachten te benaderen. Waarby dan huis-aan-huis-colportage, voor-
lichtingsbjjeenkomsten, filmvoorstellingen, demonstraties en cursus
sen als hulp- en lokmiddelen fungeren om de klant artikelen te ver
kopen die hy/zy misschien wel graag wil hebben maar in vele ge
vallen eigenlek niet kan betalen.
Die discussie Is op gang gebracht door het Consumenten Contact Or
gaan, een zo langzamerhand wel overal bekende organisatie die de
belangen van de consument zo veel als mogelyk is beschermt, vooral
door prijs- en kwaliteitsvergelykende onderzoeken. Het CCO heeft
getracht een overzicht samen te stellen van aard en omvang van
deze „agressieve en misleidende verkooppraktijken" en daarbij zjjn
toch wel ontstellende feiten aan het licht gekomen.
Voordat we er hier iets dieper op ingaan moeten echter twee zaken
duidelijk gesteld worden: enerzijds dat een dergelijk rapport de nei
ging oproept te gaan generaliseren, zodat het lijkt alsof élle huls-
aan-huis-verkoop, alle voorlichtingsbijeenkomsten uit den boze zou
den zyn en dat is dwaasheid terwijl anderzijds waarschijnlijk
lang niet alle kwalyke praktijken in dit overzicht zyn opgenomen:
weinig mensen hangen aan de grote klok, dat zy er in zyn gelopen
en niemand geeft graag toe dat hy/zy zich heeft laten bepraten. Of
beetnemen. Of zo maar „dom" is geweest! Trek daarom uit dit rap
port niet te haastig conclusies. Als een gasbedrijf of een elektrici-
teitsmaatschappy voorüchtingsbyeenkomsten houdt, behoeft u geen
enkele vrees te koesteren voor „kwalyke praktyken". De huis-aan-
huis-colporteur is in de meeste gevallen géén „agressor" heus,
de Nederlandse zakenlieden zyn niet minder fatsoenlyke mensen dan
de Nederlandse consumenten en zullen vrijwel altyd bereid zyn u
degelyke voorlichting te geven; ze zyn er niet op uit u in moeilyk-
jlMhP te brengen.
En nu dan het door het CCO opgestelde overzicht dat toch wel duide
lijk maakt dat er in Nederland het een en ander ontbreekt aan wet
telijke bescherming van de consument. Aan de hand van bijna acht
tienhonderd bonafide meldingen die by het CCO zyn binnengeko
men, is vastgesteld dat de huis-aan-huis-colportage de meeste slacht
offers maakt, gevolgd door de verkoop via „voorlichtingsbyeenkom-
sten" en filmvoorstellingen. Daarna komen de praktijken van bepaal
de postorderbedrijven en onderwysinstituten, de huisdemonstraties
en de demonstraties op beurzen, tentoonstellingen en in warenhui
zen. Een waar arsenaal van de meest uiteenlopende artikelen is by
de transacties betrokken: hogedruk- en stapelpannen, stofzuigers,
textielpakketten, elektrische dekens, keukenmachines, wasmachines
en wascombinaties, schriftelyke cursussen, brei- en naaimachines,
boeken, grammofoonplaten, straalkachels, hoogtezonnen, koelkasten,
plastic artikelen.
Bij de huis-aan-huis-colportage is het pleit voor de colporteur vaak al
half gewonnen wanneer hy de drempel eenmaal over is. Veel gebruikt
verhaal is dan ook de mededeling, dat de colporteur namens een ge-
meentelijk of overheidsinstantie voor een opinieonderzoek of con
trole komt. Ook het verhaal dat de colporteur voor een groot bedryf
een marktonderzoek instelt naar de verkoopmogelykheden van nieu
we produkten is een met verve gehanteerd argument, waarby dan
vaak nadrukkeiyk wordt vermeld dat de nieuwe produkten in het
buitenland al met succes worden verkocht. Een bitter smaakje zit
aan de meldingen van gevallen waarin aan gehandicapten werd ge
suggereerd dat bepaalde apparaten speciaal voor hen zouden zyn
ontworpen.
By demonstraties (die door de slachtoffers zelden worden geweigerd!)
wordt uiteraard sterk overdreven, veel gepraat en niet zelden een
koopcontract getoond dat aan de hand van het voorafgaande „opi
nieonderzoek" alvast is ingevuld. Alleen de handtekening van het
slachtoffer ontbreekt nog. Maar die komt er tenslotte meestal wel,
al moet de colporteur er urenlang (soms tot na middernacht) voor
demonstreren en praten.
Bij de agressieve verkoopmethoden zit het venyn meestal in de staart,
in casu in de achterzyde van de contracten. Daarop staan, in het
gunstigste geval, in onopvallende lichtgryze lettertjes de verkoop
voorwaarden van de onderneming afgedrukt. De colporteur rept er
niet over en de consument ziet het meestal pas wanneer het reeds
getekende contract uit het orderboek wordt gescheurd. Bedenktyd
is er niet by. De beslissing moet direct worden genomen omdat de
„fantastische aanbieding" slechts één dag geldt. Zo kan het gebeu
ren dat wascombinaties van byna vyftienhonderd gulden „op folder"
worden 'verkocht, zonder dat de kopers het apparaat hebben gezien.
Motieven van consumenten die zich in dergelijke transacties lieten
meeslepen: men realiseerde zich op dat moment de financiële con
sequenties niet, men had medelyden met de colporteur, men tekende
uit angst voor agressief optreden. Gezinshoofden tekenden een koop
contract onder de morele druk van de vraag of zy „zo'n geringe uit
gave" per week of per maand niet over hadden voor hun vrouwen
die toch al zo'n zware huishoudeiyke taak hebben.
Ook het „verantwoordeiykheldsgevoel" van de huisvrouw voor wel en
wee van haar gezinsleden is een dankbaar klankbord voor de verko
per. Tydens filmvoorstellingen en voorüchtingsbyeenkomsten wor
den dingen aangeprezen die ziekten als reumatiek, ischias en bron
chitis buiten de deur zouden houden of genezen (elektrische dekens)
en wordt op vaak verbazend ondeskundige wyze „voedingsvooriich-
ting" gegeven wanneer het om de verkoop van stapel- of hogedruk
pannen gaat. De dekens worden soms verkocht door „een gediplo
meerd verpleegster in uniform", om aan een en ander een serieus
tintje te geven.
Kog een paar voorbeelden uit het tien bladzyden tellende rapport van
het Consumenten Contact Orgaan: klachten over Unnenuitzetten in
twaalf afleveringen waarby alleen het eerste pakket van goede kwa
liteit is. Het annuleren van verdere leveringen wordt door het be
drijf niet geaccepteerd. Klachten over onderwysinstituten die een
schriftelyke „cursus charme en schoonheid" lanceren, die evenmin
kan worden opgezegd wanneer de cursus niet aan de verwachtingen
voldoet of wanneer de bykomende kosten te hoog büjken te zyn.
Soortgelyke klachten heeft het CCO ontvangen over een opleiding
voor de bediening van computers waarmee een bedrag van duizend
gulden was gemoeid en over een cursus machineschryven.
B*j alle agressieve en unfaire verkoopmethoden büjkt steeds opnieuw
dat de meeste kopers zich de financiële gevolgen van een bepaalde
transactie pas realiseren wanneer de psychologische druk van de
toegepaste verkoopmethoden is weggevallen. Naar de mening van
het Consumenten Contact Orgaan ligt de oplossing van het probleem
dus voor de hand: in alle gevallen waarby sprake is van verkoop aan
particuüeren van goederen met een verkoopwaarde van meer dan
vyftig gulden buiten de normale detailhandel om, zou een „afkoe
lingsperiode" van vier dagen moeten gelden. De koper moet een
transactie binnen vier dagen per aangetekend schryven kunnen op-
zeggen, zonder dat daaraan voor hem kosten zijn verbonden. Zo'n
„afkoelingsperiode" moet zowel op contante koopovereenkomsten
als op huurkoop- of afbetalingstransacties van toepassing zyn.
Misschien zou het Consumenten Contact Orgaan zelf ook eens een
„agressieve methode" kunnen toepassen door, ongevraagd en huls-
aan-huis, dit rapport over in Nederland toegepaste onaanvaardbare
verkoopmethoden te verspreiden. Tot lering van de tientallen huls
vrouwen wier gezond verstand en onderscheidingsvermogen op slag
verstek laten gaan zodra ergens weer het klatergoud van zo'n „by-
■Aadaret, éénmalige en fantastische aanbieding" blinkt.
(Van een medewerkster)
„pigaro qua, figaro Ik, figaro su,
figaro giu" heet het in Rossi
ni's opera. Een toepasselijk refrein
voor het komend wi^erseizoen,
waarin de kapper zijn Randen vol
zal hebben aan onze weelderige
warhoofden. Want weelderig zijn
ze, die hoofden met hun lange lok
kenpracht.
Fabrikanten van haargroeimiddelen
gaan een gouden tijd tegemoet. Hoe
korter de rok, hoe langer de haarmo
de schijnt te worden.
Mocht het resultaat van al dit drif
tig streven ontoereikend zijn, dan
kunnen wij altijd nog onze toevlucht
nemen tot pruik of toupet. Een of an
der haarstukje zal er toch aan te pas
moeten komen, indien wij bij de tijd
willen zijn, want bij wie groeit nu in
één nacht zo'n 80 centimeter haar
aan, of een haardos in drie kjeuren?
Wij zijn tenslotte geen lapjeskat.
De meest voor de hand liggende
manier om de door de mode voorge
schreven lange blessen te temmen, is
ze tot een paardestaart te binden. En
paardestaarten zien wij van de win
ter dan ook te kust en te keur: lange
en korte, dunne en dikke. Het aantal
variaties schijnt eindeloos. Laten wij
de Italiaanse en Franse kappers maar
eens op de korrel nemen.
Naar Filippo gaat men niet alleen
voqr een haar- en schoonheidsbehan
deling, maar tevens om de laatste
schandaaltjes te horen.
Zijn exclusieve empire-salons aan
de Via Condotti zijn het chique
rendez-vous van mondain Rome.
Filippo's jonge vrouw, een beeldige
blondine met de haren van een kerst
engel, is, behalve zijn inspiratiebron
en fotomodel, een tuchtige Duitse, die
met straffe hand de scepter zwaait
over Filippo's boutique van peper
dure niemendalletjes. Filippo tooide
haar ditmaal met.een aan Velasquez'
portretten van de kleine Maria Tere
sa herinnerend Infante-kapsel: het
gezicht aan weerszijden verbreed
door een panier.
Bij Alfio en Teresa in de Via Frat-
tina is de sfeer minder Babylonisch
en mondain. Weshalve zijn clientèle
grotendeels uit dames van het Corps
Diplomatique bestaat en dat deel van
de Romeinse adel, waarvoor „dolce
vita" een zelfs nooit gehoorde uit
drukking is, laat staan een bekend
begrip.
Niettemin weet Alfio met zijn bon-
hommie (die wel tot vertrouwen,
doch nimmer-o-nimmer tot vertrou
welijkheid leidt) de vormelijkheid
van deze steile kaste wel te doorbre
ken. 's Zomers volgt hij barones X en
donna Y naar badplaats van standing
Riccione, opdat zij ook daar door een
ringetje te halen zullen zijn: een brok
welgeconserveerde, gekapte en gekle
de distinctie. Vakantie voor Alfio zelf
schiet er doorgaans dan ook niet op
over. ,,Maar," zegt Alfio, „ik ontspan
me met het bedenken van nieuwe
kapsels." Hopelijk denkt zijn Teresa
er ook zo over. Resultaat van dit
relaxen is een kapsel als een olym
pisch ringsteekspel, met strak naar
achteren getrokken haren, die geflix-
eerd worden in ringen. Al niet min
der bewerkelijk van constructie is
een kapsel met slinger van aaneen
geregen, haarovertrokken chignons,
onderbroken door insnoeringen van
pareltjes.
De knappe, jonge Claudio werd
modenieuws door zyn tromftocht
door Rusland, waar hij het beleg
van honderden op „coiffe-Claudio"
beluste vrouwen nauwelijks door
stond. Claudio heeft thans de zorg
voor het hoofd van prinses Ira
„Treurwilg", coiffure van Alba en
Francesca, uitmuntend in het betere
vatenkwastenwerk. (EIM, Turijn)
O
Fuerstenberg nadat zijn Franse col
lega Alexandre het verbruid had.
Claudio's recentste creatie voor de
turbulente prinses is een vlammend
rosse pruik van eigenzinnig losse lok
ken, waarmee ze haar debuut als
mannequin bij Forquet maakte.
Alba en Francesca munten uit in
het betere vatenkwastenwerk, waar
mee ze de hele haute international,
de meisjes Ford en de Kennedy-clan
voorop bevoorraden.
Prinses Luciana Pignatelli, een be
kende Italiaanse schoonheid, boven
dien tot de tien elegantste vrouwen
ter wereld behorend, is een trquw uit
draagster van hun stijl.
De winterse variatie op het kwas
tenthema is, dat Alba en Francesca
ze thans niet meer aan de achterkant,
maar aan weerszijden van het hoofd
bevestigen. De draagster krijgt wat
van een wandelende treurwilg weg
met deze parure. Waarschijnlijk
wordt dit Férauds dernier cri het vol
gend voorjaar.
In het Franse kamp wordt, naast
het vele staartenwerk, de chignon
niet veronachtzaamd. Integendeel, bij
Maurice Franck neemt hij de mon
sterachtige afmetingen van een bijen
korf aan. Bij jonge-garde-kapper
Claude Maxim bungelt een vlecht uit
de chignon. De Dali onder de figa
ro's: Alexandre, verwerkt haar bij de
meter voor zijn tot het stuitbeen rei
kende staarten, die, breedgolvend,
soms in een goudnet gevangen, dan
weer halverwege door een satijnlint
saamgebonden worden. Of hij zet im
posante Bruenhildevlechten, versierd
met gulden fonkelarijtjes, als een
kroon op het hoofd.
In haar pastelkleurige carrouselsa
lon bij de Champs Elysées creëert
Thérèse Chardin charmante over
gangskapsels. De, evenals haar
naamgenoot Pierre (Piero) Cardin,
uit Venetië afkomstige Teresa heeft
geen balen vals haar nodig om een
,,up to date look" te scheppen.Toch
geven haar kapsels een indruk van
volume. Dit effect wordt echter niet
verkregen door tegenkammen of toe
voeging van postiches, maar door het
haar schuin te knippen en het, na het
watergolven, op te bollen met de
handfönn.
By „Joli Vent" worden de haren
naar achteren en de punten om
hoog geborsteld. „Hiermee," zegt
Teresa, „suggereer ik een easy-
and-free haren-in-de-wind flair."
Dit easy-and-free vereist echter een
flinke dosis lak om de haren conti
nu in wuifpositie te houden.
Bij „Charmeuse" buigen ze in een
dramatische golf voorbij een oor. De
rappe vingers van Thérèse Chardin
en haar geminirokte assistenten brei
en darteldunne poppenvlechtjes tus
sen het haar en deze speelse fantasie-
en flatteren zowel de jonge als de wat
rijpere vrouw. Langs een wrong in de
nek gelegd, ontnemen ze daar het
frik-idee aan. Wat over een oor bun
gelende gevlochten lussen geven een
anders alledaags kapsel pit.
Pittig zijn ook de cijfers, versterkt
door het CANAI (Comitato Artistico
Nazionale Acconciatori Italiani). De
heren van dit comité dat zich be
zighoudt met de propaganda van de
Italiaanse kapkunst in het algemeen
en die der Italiaanse kappers in het
bijzonder hebben uitgerekend, dat
in de laatste vijf jaar in Europa het
aantal spoel- en verfbehandelingen is
gestegen van 150 tot 220 miljoen per
jaar. Dat het gebruik van fixeermid
delen en haarverstevigers is toegeno
men van 600 miljoen tot een miljard.
Dat vijf jaar geleden anderhalf mil
jard hoofden werden gewatergolfd,
tegen thans meer dan twee miljard,
waar 140 miljoen kilo shampoo over is
uitgestort. Dat een en ander de in
komsten van de Europese dameskappers
heeft verdubbeld, van ongeveer 4 mil
jard tot ruim 7,5 miljard gulden.
et gezegde dat schoonheid ook „uit een doosje"
kan konien, is altijd maar betrekkeiyk geweest.
Een blosje en een paar rode Uppen kon men inder
daad uit een doosje te voorschyn toveren, doch een
paar mooie en fraaigevormde ogen moest men van
nature hebben. Wie ze niet had ging door het leven
zonder die verleideüjke en mysterieuze oogopslag
waarmee een wouw, zonder een woord te zeggen,
toch véél kan zeggen.
Maar ook die tekortkoming is tegenwoordig niet
meer onoverkomeiyk. De vrouwen en mannen van
de kosmetische wetenschap hebben de mascara, de
oogschaduw en de eyeliner voor ons uitgevonden.
Geraffineerde hulpmiddeltjes waarmee men het
oog kan omlijnen, groter doen schijnen, meer expres
sie geven, schijnbaar van vorm veranderen. En hoe
wel men met een goede mascara een paar lelijke,
korte of kleurloze wimpers al heel aardig kan mas
keren, wilde men nog een stapje verder; de valse
wimper werd uitgevonden.
Filmsterren hadden al veel eerder zulk fraaie lan
ge krullende oogwimpers. Laat u echter niets wijs
maken: ook die lange oogharen van het witte doek
waren vals! De diva's moesten echter wel iets over
hebben voor zo'n languissante oogopslag. De make-
up-specialisten van de filmindustrie plakten de wim
perharen één voor één op de oogleden van de be
roemde cinemasterren. Dat moet een tobberig en
tijdrovend gedoe zijn geweest waarbij de humeuren
van beide partijen wel eens in de knel zullen zijn
gekomen.
Het waren dan ook twee make-up-specialisten
van de Engelse filmindustrie die kort na de tweede
f wereldoorlog tot de ontdekking kwamen dat de val
se oogharen ook aan een draadje konden worden
vastgehecht waardoor kant-en-klaar wimpers ont
stonden. Een ontdekking die resulteerde in de op
richting van een „onderneming voor de vervaardi
ging en verkoop van kunst-oogwimpers", een be
dryf dat op het ogenblik per week meer dan vijfhon
derd kilo oogwimpers en kunstnagels (want ook die
worden gemaakt) naar alle delen van de wereld ver
stuurt.
De clientèle van het bedryf is over een kleine
veertig landen verspreid. Amerika is de grootste af
nemer, ook al doordat de filmindustrie dergelijke
kunstmiddeltjes niet kan missen. Frangaises, Duitse
en Japanse vrouwen, Arabische en Mexicaanse scho
nen lopen met opgeplakte wimpertjes. Meer dan een
miljoen stel oogwimpers ging in het jaar 1964 naar
alle delen van de wereld. Tweehonderdduizend sets
kunstnagels, gemaakt uit plastic en nylon, gingen
dezelfde weg. Blijkbaar zyn veel vrouwen begerig
naar een „valse" oogopslag: volgens de fabrikanten
is de produktie van namaakwimpers inmiddels ver
dubbeld en stijgt de vraag nog steeds.
Het goede oude Engeland is zglf een belangryke
afnemer van deze (en andere) produkten voor de
make-up van de ogen. In 1964 werd in dit land meer
dan vijf miljoen pond sterling aan verfraaiïngs-
produkten voor de ogen besteed.
Dergelijke cyfers zeggen wel iets over de „cultus"
van het oog in de huidige make-up gewoonten. Voor
de avond is zo'n stel namaakwimpers altyd een aar
dig hulpmiddel by het ophalen van het gezicht.
Wie bescheiden wil beginnen, kan het eens pro
beren met de zogenaamde „demi lashes", wimper
tjes op halve breedte die de suggestie geven dat de
natuurlyke oogharen aan de buitenste hoeken van
de ogen lang en dik zyn. Er zyn wimpers die aan de
buitenhoeken breder uitlopen, en dichtgeplante
exemplaren die als een soort franje over de ogen
kunnen vallen. Men kan zelfs een hele „wimper
garderobe" opbouwen: zware voorgevormde wim
pers in normale en extra lange uitvoering, lange
dichte wimpers die men zelf in model moet knippen,
wimpers met „drievoudige dichtheid", wimpers van
sabelhaar en van echt bont.
Meestal zijn de wimpers zelfklevend, maar er wor
den wel tubetjes kleefstof bygeleverd. Wimpers die
intensief worden gebruikt kunnen van tyd tot tyd
worden schoongemaakt en gekruld met behulp van
een speciaal schoonmaaksetje. Voor degenen die niet
zo handig zijn dat ze met een enkele nonchalante
handgreep de wimper op het ooglid plakken, is er
zelfs een speciale „wimperbevestiger".
(Van onze medewerkster).
De Nederlandse huisvrouw is onge
merkt „Europese hulsvrouw" gewor
den. Zonder het zich te realiseren is zij
consumente in een marktgebied met on
telbare aantallen andere hulsvrouwen,
niet alleen uit Nederland maar oor uit
andere Europese landen die onder de
EEG-vlag varen. Op die markt winkelt
zij te zamen met miljoenen andere ver-
bruiksters uit de zes EEG-landen.
Staat de Nederlandse huisvrouw wel
eens stil bij de invloed die de Europese
Economische Gemeenschap op de Ne
derlandse gezinshuishouding heeft? De
Nederlandse Huishoudraad merkt in
zijn blad Maandelijkse Mededelingen
op, dat voor de consument de begrip
pen EEG en prijsstijging vaak zo goed
als synoniem zijn. De voortdurende
stijging van lonen en prijzen spreekt in
de eerste plaats de huisvrouw aan.
Daarnaast heeft de EEG ons ook
een enorme uitbreiding van assorti
menten en van het gebruik van nieuwe
materialen gebracht.
Ongeveer alle industriële produkten
van de zes EEG-landen komen op onze
verbruikersmarkten terecht.
Hoe groot die stroom is blijkt wel uit
wat de NHR hierover vertelt: op het
ogenblik kan een Nederlands gezin bij
de aankoop van een wasmachine uit
meer dan honderdentien handelsmer
ken een keuze doen! Dat zelfde geldt,
ongeveer, voor industriële produkten
als koelkasten, elektrische huishoudap-
paraten, elektrische lampen en meube
len.
Een aanbod dus dat men gerust
„overvloedig" kan noemen, dat het kie
zen moeilijk maakt en bovendien vaak
tot impulsieve aankopen verleidt. Geen
wonder dat de consumentenorganisaties
handenvol werk hebben, niet in de
laatste plaats aan allerlei agressieve
verkoopmethoden waarmee men de be
langstelling van de consument naar be
paalde zaken wil trekken en tevens de
aandacht van andere artikelen tracht
af te leiden.
„Marktoverzicht.
De Nederlandse Huishoudraad, die
zich onder meer inspant voor informa
tieve etikettering van produkten, vindt
dat daarnaast eigenlijk nog een „markt
overzicht" nodig is waardoor de consu
ment zich dagelijks zou kunnen oriën
teren, en zou kunnen vaststellen welk
artikel voor de eigen situatie het ge
schiktst is.
Het grote aantal handelsmerken en
typen en het steeds wisselen der mo
dellen maken het opstellen van zo'n
marktoverzicht echter verre van een
voudig. Naar de mening van de NHR
zouden de binnen de EEG samenwer
kende consumentenorganisaties hun
werk nog meer kunnen coördineren
door uitwisseling van ervaringen en on
derzoekresultaten. Ook bij de voor
lichtingsactiviteiten zou men elkaar
kunnen helpen, daar het ln de zes Eu
ropese landen immers vaak om dezelf
de huishoudelijke artikelen en levens
middelen gaat.
Hoezeer de begrippen EEG en prijs
stijging worden vereenzelvigd, blijkt uit
de resultaten van een kleine enquête
die een medewerkster van de NHR on
der een groep tieners van zeventien en
achttien jaar heeft gehouden. Tweeën
vijftig procent zei, gevraagd naar de
betekenis van de EEG, dat hierdoor
meer Europese contacten zijn ontstaan.
Vijfenvijftig procent merkte op dat
dank zij de EEG meer Europese pro
dukten in de winkels te koop zijn, en
vijfenzeventig procent antwoordde dat
de EEG prijsvei-hogingen tot het Euro
pese niveau heeft veroorzaakt.
EIEREN, kaas en rijst voor een
weekend8choteT: Breek de eieren een
voor een en laat ze pocheren in zacht
jes kokend water met azijn. Wanneer
de eiwitten gestold zijn, worden de eie
ren met een schuimspaan voorzichtig
uit het water gehaald en op sneetjes
geroosterd brood geplaatst. Giet over
de eieren een dikke saus, gemaakt uit
een geklopt ei, geraspte kaas, wat melk
en wat zout, en zet de schotel even in
een hete oven. Om van de eierschotel
een volledige maaltijd te maken kan er
een mengsel van drooggekookte rijst,
fijne doperwtjes en peterselie bij wor
den gegeven.
Sommige koelkasten zijn tegen
woordig met een of meer sterren ge
merkt. Dit is de betekenis van zo'n
embleem: één ster betekent, dat de
koeling in het vriesvak minstens zes
graden Celsius onder nul bedraagt,
twee sterren betekenen een koeling in
het vriesvak van minstens twaalf
graden onder nul, bij drie sterren
wordt in het vriesvak een koeling
van minstens achttien graden onder
nul bereikt.
Champignons kunnen wel als hoofd
gerecht worden gegeten, maar niet als
volledige vleesvervanging fungeren,
weet het voorlichtingsbureau voor de
voeding te vertellen. Ze zijn wel verge
lijkbaar met groente van een laag vi
tamine-C gehalte, bevatten bovendien
wat kalk, yzer en B-vitaminen, doch
slechts weinig eiwitten. Het eiwitgehal
te is slechts vier procent en dus niet
gelijkwaardig aan dat van vlees.
De Nederlandse Huishoudraad
waarschuwt in zijn Maandelijkse Me
dedelingen tegen een soort kunst
bont dat uit België in verscheidene
Europese landen wordt ingevoerd en
verkocht onder de naam „Fun
Furs". Het bestaat uit twee lagen
acryl, gecombineerd met een rug
van katoen. Omdat de stof bij con
tact met vuur in enkele seconden in
vlammen zou opgaan mag men dit
kunstbont gerust met de nodige reser
ve bekyken; het is niet alleen onecht,
maar ook ootvlambaa*.