Kamer debatteerde over
regeringsverklaring
Eensgezindheid
in de S.E.R.
Zware storm geselde
Denemarken
Onthullingen over (niet)
optreden mr. Yan Hall
Prof..). Waterink
overleden
Uitgeverij vreest bij
Teixeira-débacle
te worden betrokken
Ontslag Van der Molen voor ambtenarengerecht
GEKORTWIEKT
LOONVLOER
internationale allure...
PRISMA
HORLOGES
BOVEN VERWACHTING
TOETSING
BANDRECORDERS
VEILIGHEIDSKLEP
Brug
Ludwigshafen
ingestort
in
Stap nader tot een
Europese munt
internationale allure...
Wie doet wat?
DONDERDAG I DECEMBER 1966
(Vervolg van pagina 1)
Dra. Nederhorst verzette zich, zoals w(j gisteren in een groot deel van onze oplage
reeds meldden, tegen uitstel van de verlaging van de loon- en inkomstenbelasting
tot 1 juli 1967, alsmede tegen een verhoging van de omzetbelasting op die datum,
twee wezenlyke punten van het program van het kabinet-Zyistra. De V.V.D.-
fraetie aeht, zo verklaarde prof. Witteveen, uitstel van de belastingverlaging
overbodig, omdat de regering wel driehonderd miljoen gulden op de rijksuitgaven
voor 196 7kan bezuinigen. Mr. Beernink zei, dat alleen in uiterste noodzaak
zwaardere lasten op de bevolking mogen worden gelegd. Als die noodzaak er is,
zal de c.h.-fractie in 's lands belang zich positief en constructief opstellen. De
K.\.P.- en A.R.P.-fraeties, waarop het kabinet-Zyistra steunt, gingen, gelet
de veranderde economische situatie, akkoord met de belastingvoorstellen.
op
Opmerkelyk was. dat de KVP-fractie
by monde van de heer Schmelzer, ver
klaarde dat zij de indiening van een
wetsontwerp op de speculatiewinst zou
toejuichen. Een duideiyke uitspraak
over de verhoging van de omzetbelas
ting per 1 juli 1967 werd door de CHU-
en VVD-fracties niet gedaan.
De regeringsverklaring had de PvdA-
fractie ernstig teleurgesteld, zo ver
klaarde drs. Nederhorst. Dit kabinet
overschrijdt verre het karakter van een
overgangskabinet, vond hij, welke ver
klaring werd gevolgd door een waar
schuwing, dat voorzover het kabinet het
karakter van overbruggingskabinet te
buiten gaat, het op scherp verzet van de
P.v.d.A.-fractie zal stuiten.
Geheel in tegenstelling met drs. Ne
derhorst, verklaarde drs. Schmelzer, de
voorzitter van de KVP-fractie, dat de
regeringsverklaring een geest ademt van
„zakelijkheid, evenwichtigheid en ver
draagzaamheid". Op grond van de ar
gumenten van de minister-president kon
drs. Schmelzer zich verenigen met het
nemen van een spoedige beslissing ten
aanzien van het continentale plat.
Drs. Nederhorst had in zijn betoog ver
klaard, dat naar zijn mening een goe
de regering alleen kan worden ge
vormd als KVP en P.v.d.A. daarin sa
menwerken. Drs. Schmelzer kon zich
op zijn beurt niet goed voorstellen dat
de heer Nederhorst wil samenwerken
met 'n fractie, die hij niet vertrouwt.
Mr. Beernink was verheugd dat prof.
Zijlstra een kabinet had kunnen forme
ren en hij zegde het de loyale steun van
zijn fractie toe. Aan twee voorwaarden,
die de christelijk-hist. fractie heeft
gesteld, is voldaan, zei hij. In de rege
ringsverklaring is toegezegd het uitga-
venpeil van de begroting kritisch te be
kijken .evenals de mate waarin de be
groting voor 1968 zal worden verzwaard
door die van 1967.
De communist Bakker meende dat het
kabinet-Zijlstra zich vierkant tegen de
belangen van het Nederlandse volk
keert door een scherpe poging te doen
tot bestedingsbeperking en door een
aanval op lonen en prijzen.
De heer H. J. Lankhorst (PSP) vond,
dat de Omroepwet een „lachertje" ge
noemd wordt. De memorie van ant
woord moest volgens hem voorlopig
maar uitblijven. Wat hierover in de re
geringsverklaring was gezegd noemde
hij een zoethoudertje voor de anti-revo
lutionairen. De mededeling dat de be
groting misschien zal worden „uitge
kamd", was naar de mening van de
heer Lankhorst een zoethoudertje ge
weest voor de CHU.
De liberale fractieleider, mr. E. H.
Toxopeus, constateerde, dat zijn veront
rusting over het evenwichtsherstel in de
economie door de regeringsverklaring
van minister-president Zijlstra „de
vlag van het nieuwe kabinet" sterk
was verminderd en zijn motie, die hij
hierover in „de nacht van Schmelzer"
had ingediend, trok hij daarom in.
De gang van zaken met de Omroep
wet toont 't duidelijkst het failliet van
het vorige kabinet, meende mr. Toxo
peus. „Ik zie er niet veel van komen.
We zullen er het beste maar van ho
pen." De speculatiewinstbelasting vond
hij geen zaak voor het overgangskabi
net. De maatregelen voor opsporing en
winning van gas en olie op het conti
nentale plat van de Noordzee wilde hij
daarentegen snel zien verschijnen.
De A.R.-fractlevoorzitter de heer
Ronlvink achtte de maatregelen van
't kabinet-Zyistra het juiste weerwoord
op de economische vraagstukken waar
van hij het teruglopen van de export
door de sterke kostenstijging het meest
verontrust vond. De loonontwikkeling
moet drastisch in de hand worden ge
houden, zodat de loonkosten minder snel
zullen stijgen dan in 't buitenland, zei hy
Uitdrukkelijk verlangt de A.R.-fractie
dat, als het kabinet met een algemene
loonmaatregel zou komen, daarin een
„vloer" ten gunste van de laagstbetaal
den wordt gelegd. Zijn onafgedane mo
tie over een strikt loonbeleid trok hij in
omdat die zijns inziens nu overbodig is.
De heer Koekoek (Boerenpartij) acht
te de belastingvoorstellen onnodig, als
de regering maar zou bezuinigen. „Als
het kabinet op een begroting van 20
ADVERTENTIF
(Vervolg van pagina 1)
Na afloop van de besloten S.E.R.-vergadering, die eerst tegen half acht woens
dagavond was afgelopen, deelde mr. Van Boven namens de werkgevers mee, dat
alle drie groepen in de S.E.R. werkgevers, werknemers en kroonleden elkaar
hebben gevonden in een goede analyse van de economische situatie en dat zy
daaruit de conclusie hebben getrokken, dat gezamenlyk gezorgd moet worden
voor de werkgelegenheid en dat de werkloosheid, die hier en daar optreedt, wordt
teruggedrongen.
Mr. Van Boven meende, dat als bij
de besprekingen in de Stichting van de
Arbeid dit uitgangspunt eveneens zal
gelden, een gunstig resultaat mogelijk
is. Het spaarloon is op het ogenblik
niet meer als een wezenlijk centraal
punt gesteld.
Ten aanzien van het prijsbeleid, ver
klaarde mr. Van Boven, dat de werkge
vers positief staan tegenover het ver
zoek van de regering om over dit punt
te praten. Hij geloofde, dat de moei
lijkheden op de afzetmarkten in het
buitenland al een prijsverlagende in
vloed in Nederland zullen uitoefenen.
Over de meerjarige c.a.o.'s, die voor
1967 een hogere loonstijging inhou
den dan thans eigenlijk mogelijk is,
verklaarde mr. Van Boven, dat de
werkgevers het standpunt innemen,
dat hieraan niet getornd moet wor
den.
Ook de heer A. H. Kloos, de voorzit
ter van het N.V.V., sprekende namens
de vakcentrales, betoogde, dat op be
langrijke punten van een grotere eens
gezindheid tussen werkgevers en werk
nemers sprake is dan men had kunnen
hopen. In dit verband wees de heer
Kloos op het werk van de S.E.R.-voor-
zitter, drs. De Pous, die een compro
misvoorstel had Ingediend.
De heer Kloos zei verder, dat de
raad zich unaniem heeft uitgesproken
voor een uitstel van de tweede tran
che van de belastingverlaging, omdat
men het hierdoor verkregen geld wil
gebruiken voor een gericht werkgele
genheidsbeleid, onder meer door het
verlenen van extra-bouwvolume en voor
de werkgelegenheid in bepaalde delen
van het land. Zoals bekend, wil de re
gering-Zijlstra dit geld ten goede laten
komen aan de gemeenten.
Wat het „eigen risico" betreft, wees
de heer Kloos erop, dat de S.E.R. na
drukkelijk heeft uitgesproken, dat het
„eigen risico" van tien gulden per ver-
pleegdag in een ziekenhuis, leidt tot een
stijging van de kosten van levensonder
houd. De S.E.R. is niet gelukkig met.
de wijze, waarop minister Veldkamp de
ziektekosten wil drukken. Daarom heeft
de raad voorgesteld, dat de kosten van
de bejaardenziektekostenverzekering,
waarmee een bedrag van 94 miljoen
gulden is gemoeid, dat ten laste komt
van de ziekenfondsen, met als gevolg,
dat daardoor de ziekenfondspremie om
hoog wordt gestuwd, uit de algemene
middelen worden betaald.
De werknemers hebben met nadruk
verklaard, aldus de heer Kloos, dat er
in 1967 enige reële verbetering van het
looninkomen moet worden bereikt. Om
dit te bereiken, is in het economisch
rapport een „zekerheidsclausule" inge
bouwd. Deze clausule komt er op neer,
dat als de kosten van levensonderhoud
meer stijgen dan werd voorzien, onder
meer uit hoofde van een verdere stij
ging van de sociale verzekeringslasten,
waardoor een aantasting van het reële
levenspeil van de werknemers plaats
heeft, er de bereidheid dient te be
staan om een bijzondere uitkering aan
de onder een c.a.o. vallende werkne
mers te doen.
Verder wees de heer Kloos op de al
gemene toetsingsnorm, waarvan in het
economische rapport sprake is. Eensge
zind is de S.E.R. van oordeel, dat voor
de in 1967 af te sluiten c.a.o.'s een al
gemene toetsingsnorm moet worden ge
hanteerd. Deze norm dient, volgens de
S.E.R., betrekking te hebben op de to
tale loonkostenstijging.
De verdeling hiervan in een bepaalde
c.a.o. dient aan het overleg binnen de
betrokken bedrijfstak te worden over
gelaten. Als in een gegeven situatie een
loon wordt overeengekomen, dat hoger
ligt dan de norm, dan kan de toetsen
de instantie niet meer bevelen dat het
loon wordt verlaagd tot het peil van de
norm. Maar het deel van het loon, dat
daarboven uitgaat, wordt in de vorm
van een „niet-consumabel" deel aan de
werknemers ter beschikking gesteld.
De S.E.R. heeft een aantal punten
aangegeven, waarmee de Kamer zeker
rekening zal gaan houden als zij moet
beslissen. „Als we iets in de regerings
verklaring hebben gemist, dan is het
wel, dat er geen extra-geld is uitgetrok
ken voor de werkgelegenheid".
„De kwestie van de werktijdverkor
ting hebben we niet op tafel gelegd",
zei de heer Kloos. Het voorstel van de
S.E.R.-voorziter, drs. De Pous, hield
in: uitstel belastingverlaging; geen
verhoging van de omzetbelasting in
1967; beperking van de stijging der so
ciale premielast tot dat percentage als
in de macro-economische verkenningen
van september is opgenomen; en me
dewerking van de werkgevers aan het
prijsbeleid, teneinde de prijzen minder
te doen stijgen dan in de verkenningen
van het planbureau was voorzien.
De heer Van Eibergen, de voorzitter
van het C.N..V, wees erop, dat het te
kort in de bejaardenverzekering drukt
op de premie van de verplichte zieken
fondsverzekering, die de werknemers
moeten betalen. De financiering van
dit tekort uit de algemene middelen zou
de premie met 0,4 of 0,5 pet. verminde
ren.
miljard gulden niet 1 miljard kan bezui
nigen, is het geen knip voor de neus
waard", vond hij.
Ir. Van Dis (S.G.P.) noemde de be
lastingvoorstellen alleen aanvaardbaar
als er „catastrofale gevolgen voor
de hele bevolking" zouden ontstaan. Dat
zag hij niet gebeuren. De voorstellen
zouden gemakkelijker aanvaardbaar zijn
als de overheid de uitgaven sterk zou
verlagen, hetgeen hem echter onwaar
schijnlijk leek.
De heer Jongeling (GVP), conclu
deerde: „Laat dit kabinet maar zitten
en laten wij het naar vermogen steu
nen. Het vorige kabinet zou vermoede
lijk met soortgelijke maatregelen zijn
gekomen als het kabinet-Zijlstra. Hy
vroeg, evenals mr. Toxopeus eerder had
gedaan, bijzondere aandacht voor de
werkgelegenheid in het noorden des
lands, waar het werkloosheidspercentage
bedenkeiyk wordt.
De recente uitspraak van de nieuwe
min. van justitie mr. Struycken, over
gratieverlening aan de drie oorlogsmis
dadigers in Breda, lokte nogal re
acties uit. De heren Beernink (CHU) en
Lankhorst (PSP) vonden het geen taak
voor het overgangskabinet over gratie
verlening te beslissen. De communist
Bakker wilde weten wat het kabinet in
dit opzicht van plan is.
UTRECHT Onder het 115 mannen
en vrouwen tellende personeel van de
Utrechtse tydschriftenuitgeverij Eska
N.V. is grote onrust ontstaan over het
gerucht, dat het bedrijf zal worden ver
kocht. Het is privé-bezit van drs. J.
F., beherend vennoot van het ter ziele
gegane Amsterdamse bankiershuis Tei-
xeira de Mattos en het dreigt nu in de
„miljoenendans" te worden meegesleept
Eska is uitgeefster van het knippatro-
nenblad „Marion" (oplage 350.000 ex
emplaren), het handwerkblad Ariadne"
(oplage ruim 100.000 ex.) en het hobby
blad „Na Vijven" (oplage 75.000).
Het personeel, dat slecht is georgani
seerd, heeft zich geschaard achter een
personeelscomité, dat de behartiging
van zijn belangen heeft toevertrouwd
aan de Eindhovense advocaat, tevens
lid van de Eerste Kamer, mr. G. J. P
Cammelbeeck. Beslissingen over de ver
koop zouden nog niet zijn genomen.
Men hoopt een uitgeverscombinatie be
reid te vinden de zaak over te nemen
en op de oude voet voort te zetten.
De N.V. Eska is een van de 70 N.V.'s,
die na het deficit van Teixeira de Mat
tos en zijn beherend vennoot in het dé-
bacle zijn meegesleurd. De Utrechtse
uitgeverij staat zeer goed bekend en
werkt volgens ingewijden, op een gezon
de basis. Er zou, volgens taxaties, een
jaarlijkse netto-winst zijn van twee ton.
KOPENHAGEN. Denemarken en
Noord-Duitsland zijn getroffen door
zware najaarsstormen, die schade heb
ben toegebracht aan elektriciteitsleidin
gen en andere objecten, en grote sto
ringen in de Deense binnenlandse ver
bindingen en die met het buitenland
hebben veroorzaakt.
Nabij Hannover werd een Zweedse
piloot ernstig gewond, toen zijn vlieg
tuigje bij de landing door een rukwind
werd gegrepen.
In de haven van Esjbjerg werd het
Finse vrachtschip Finalpino van zijn
ligplaats tegen de haven geslingerd en
liep lichte schade op.
Nabij Fehmarn in het westelijk deel
van de Oostzee liep de Liberiaan Me-
di aan de grond.
Een helikopter en een vrachtvlieg
tuig zoeken naar een vermiste Deense
kustvaarder met drie opvarenden.
In heel Denemarken werden de veer
pont- en vliegdiensten gestaakt. Het
treinveer Nyborg over de Grote
Belt liep schade aan het achterschip
op.
Door de storm werd de Noorse pre
mier Per Borten gedwongen de reis
naar Kopenhagen ter bijwoning van de
Noordse premiersconferentie via Ham
burg te maken.
In Skagen is vermoedelijk een visser
verdronken nadat de rukwinden zijn
kleine kotter hebben doen kapseizen.
Het verkeer in Jutland is gewaar
schuwd voor gevaar tussen Esbjerg en
(Van onze Amsterdamse redacteur)
AMSTERDAM Eindelijk heeft de ontslagen hoofdcommissaris van politie te
Amsterdam, de heer H. J. van der Molen, gesproken zelf en via zyn raadsman
gistermiddag tydens de behandeling* door het ambtenarengerecht van zijn zaak
contra „H.M. de Koningin, vertegenwoordigd door de ministers van Binnenlandse
Zaken en van Justitie".
In de grote zaal van het Amsterdamse gerechtshof propvol, ook op de publieke
tribune zyn nogal wat onthullingen gedaan over het gedrag van burgemeester
Van Hall. Mr. W. H. Vermeer bracht, namens de tegen alle verwachting in wel
verschenen politie-officier, onder meer verslag uit van wat zich 14 juni binnens
kamers heeft afgespeeld aan de top van het beleid. Burgemeester Van Hall con
fereerde toen met hoofdcommissaris Van der Molen In zijn ambtswoning aan de
Herengracht; niet over de situatie vaji dat moment. Er kwamen voortdurend
telefoontjes binnen. De burgemeester nam die zwijgend aan; zonder commentaar
en zonder maatregelen te nemen. I>ater pas vernam de hoofdcommissaris, dat
z(jn naaste medewerkers alarmerende berichten hadden doorgegeven over het
oprukken van de menigte naar het gebouw van De Telegraaf.
Comm. Molenkamp maakte op een ge
geven moment gebruik van de directe ïyn
die overigens al jaren bestaat tus
sen het hoofdbureau en de werkkamers
van de burgemeester, om te vragen of
hij de mobiele eenheid mocht laten uit
rukken, of er traangas mocht worden
gebruikt en, of er zo nodig mocht wor
den geschoten. Pas toen zei burgemees
ter Van Hall: „Ogenblik, de hoofdcom
missaris is hier", en overhandigde zon
der meer de hoorn aan de heer Van
der Molen. Die moest het hele verhaal
toen opnieuw aanhoren en begreep dat
van hem een beslissing werd verwacht
en zei „luid en duidelijk" dat de mo
biele eenheid inderdaad moest uitruk
ken, met traangas en dat er van de
vuurwapens gebruik kon worden ge
maakt.
Later zei de oud-hoofdcommissaris
zelf nog, dat hij „duizenden keren" had
geprobeerd bij de burgemeester wat in
teresse te kweken voor de politie-aan-
gelegenheden van de hoofdstad - „Ik
heb hem dringend gevraagd eens een
stafbespreking by te wonen op 't hoofd
bureau; hij is nooit verschenen. Het
leek wel of de burgemeester bang was;
ik heb deze houding altijd betreurd, het
was mij echter niet mogelijk er veran
dering in te brengen".
De zitting was begonnen met het
pleidooi van mr. Vermeer. Het ambte
narengerecht dat werd voorgezeten
door mr. C. J. C. M. Schneider en verder
bestond uit de rector magnificus van
de A'damse Universiteit, prof. mr. J.
van der Hoeven, de raadsheer van het
gerechtshof mr. W. L. Schenk en mej.
mr. Irene Vorrink als griffier liet al
het gesprokene met bandrecorders
vastleggen.
Mr. Vermeer stelde voorop, dat er
opmerkelijk weinig stukken in het toch
al „aan feiten zo magere dossier" zit
ten. Hij had er niet in aangetroffen
een advies van de burgemeester inzake
het ontslagbesluit, noch verslagen van
de besprekingen, die zijn cliënt heeft
gevoerd op het departement en In
laatste instantie ook met de minister.
De raadsman signaleerde, dat noch het
ontslagbesluit noch de contramemorie
iets concreets vermeldden over „ande
re gronden", die tot het ontslag heb
ben geleid op basis van artikel 122 in
het Ambtenarenreglement Gemeente
politie, waarna mr. Vermeer verklaar
de, dat het ontslag in strijd is met de
eisen van behoorlijk bestuur en daar
om ook nietig dient te worden ver
klaard.
In het besluit ontbreken, zoals wel
nadrukkelijk was beloofd, namelijk ook
de redenen voor dat ontslag. De be
trokkene kent die nog steeds niet en
bovendien heeft men verzuimd hem te
informeren omtrent de mogelijkheid
een commissie van wijze mannen te
laten installeren. Er is wel gezegd, dat
de heer Van der Molen heeft ingestemd
met zijn ontslag, omdat hiermee het
algemeen belang was gediend. Maar
dan wordt daar nooit bij verteld, dat
de minister hem in een dwangpositie
had geplaatst door tijdens het befaam
de onderhoud (genotuleerd op een siga-
rendoosje) ook nog mee te delen: Be
roep is niet mogelijk.
Letterlijk heeft de heer Van der
Aiolen tegen minister Smallenbroek
gezegd: „Ik moet mij er wel bij
neerleggen. Ik heb er vrede mee,
als het algemeen belang dit eist
maar ik blijf dit een smerige zaak
vinden".
Mr. Vermeer ontkende, dat er spra
ke is geweest van spanningen tussen
de burgemeester en de vroegere hoofd
commissaris. De heer Van der Molen
zelf verklaarde in antwoord op een
vraag van de voorzitter dat hij wel
iswaar liever een andere verhouding
had gezien, betere communicatie ook,
Het ambtenarengerecht te Amsterdam
heeft woensdag het beroep van de
ontslagen hoofdcommissaris van poli
tie in Amsterdam, de heer H. J. van
der Molen behandeld. Op de foto
de heer Van der Molen bij zijn aan
komst bij het paleis van Justitie aan
de Prinsengracht.
maar dat er inderdaad geen sprake
was van spanningen.
Hierna kreeg mr. E. Droogleever
Fortuyn, namens de Kroon het woord.
Hij noemde artikel 122 een veiligheids
klep tegen de bescherming, die elke
ambtenaar geniet. Er hoeft geen lijst
van feiten bij, wanneer vaststaat, dat
er geen goede verstandhouding is op
kritieke momenten. Deze situatie op
zichzelf geeft voldoende reden tot ont
slag. Het gaat er niet om wie er wel
fouten heeft gemaakt, maar het tra
gische is dat in zo'n geval de onderge
schikte moet worden heengezonden....
Over dit soort beleidsbeslissingen kan
men niet discussiëren, aldus mr. Droog
leever Fortuyn. Zij zijn overgelaten
aan de verantwoordelijkheid van de
minister. Diens beleid is later aan
vaard door de Tweede Kamer. Stel,
dat het ontslag nietig wordt verklaard,
dan komt er een onhoudbare situatie:
twee hoofdcommissarissen in de hoofd
stad, die minister zou dan moeten aftre
den en burgemeester misschien ook wel.
Dit betoog werd in tweede instantie
scherp aangevallen door mr. Vermeer.
„Men mag een ondergeschikte niet of
feren alleen maar omdat hij onderge
schikt is. Een dergelijk beleid kan de
toets der kritiek in een rechtsstaat niet
doorstaan. Inderdaad, de positie van
de heer Van der Molen als hoofdcom
missaris van Amsterdam is onmogelijk
geworden. Dat hoeft de huidige minis
ter zijn stoel niet te kosten, want die
heeft men met zoveel moeite bezet ge
kregen. Maar dat alles belet het amb
tenarengerecht niet om dat ontslag
toch nietig te verklaren.
Het gaat niet aan hier verwijten te
richten aan het adres van mijn cliënt.
Burgemeester Van Hall had die tele
foon eerder moeten overgeven afin zijn
toenmalige hoofdcommissaris. Dan zou
de politie wellicht eerder de straat op
zijn gestuurd. Het is duidelijk, dat hij
geen begrip had voor de situatie en die
evenmin beheerste.
Burgemeester Van Hall heeft zelf
toegegeven voor de televisie, dat hij
weinig verstand heeft van politiezaken,
waarom liet hij belangrijke beslissin
gen dan niet over aan de vakman
Maar afgezien van dit alles en terug
komend op het ontslag: het gaat er
niet om wie de fouten maakte, maar
wel staat de vraag centraal of door
het wegsturen van de hoofdcommissaris
de communicatie was hersteld. De
minister had zich behoren af te vragen
waarom de samenwerking niet deugde
en of er iets aan te doen was. Zonder
meer wegsturen, dat is geen beleid, al
dus mr. Vermeer.
Over drie weken zal het anbtenaren-
gerecht uitspraak doen.
LUDWIGSHAFEN. Een in aanbouw
zijnde brug over het centraal station
van Ludwigshafen is ingestort.
Hierbij kwam een arbeider om ter
wijl 8 anderen gewond raakten, waar
van een ernstig. Gevreesd wordt dat
drie arbeiders onder het puin liggen.
De werklieden moesten met behulp
van lasbranders worden bevrijd.
De oorzaak van het ongeluk is voor
lopig nog niet vastgesteld. De brug zou
een wegverbinding vormen over het
nieuwe spoorwegstation van Ludwigs
hafen.
Fredericia waar de stormwind hoog
spanningskabels heeft losgerukt die nu
op de weg liggen.
De binnenlandse vluchten naar en
van het vliegveld in Kopenhagen moes
ten worden afgelast. De internationale
vluchten konden echter met enige ver
traging doorgang vinden.
DEN HAAG In de ouderdom van
76 jaar is dinsdagavond onverwachts
in zijn woning te Amstelveen overleden
prof. dr. J. Waterink, rustend hoogle
raar van de Vrije Universiteit en een
vooraanstaand figuur op het gebied van
het onderwijs.
In 1926 werd hij aan de V.U. benoemd
tot buitengewoon hoogleraar in de fa
culteit der letteren en wijsbegeerte, om
onderwijs te geven in de pedagogiek.
Prof. Waterink werd ook benoemd tot
buitengewoon hoogleraar in de theolo
gie en in 1929 volgde zijn benoeming
tot gewoon leraar in de faculteit der
letteren.
Hij heeft in tal van onderwijsorgani
saties een vooraanstaande plaats inge
nomen. Zo was hij tal van jaren peda
gogisch adviseur van het gereformeerd
schoolverband. Ook was hij voorzitter
van de commissie voor onderwijsver
nieuwing.
Prof. Waterink is echter het meest
bekend geworden als directeur van het
Pedologisch Instituut, dat hij in Am
sterdam in het leven heeft geroepen
voor het neurotische en onevenwichtige
kind. Hij heeft het instituut zelf opge
bouwd tot een zeer omvangrijk geheel.
Prof. Waterink heeft verder tal van
boeken geschreven op het gebied van
de pedagogiek.
Prof. Waterink was ook pedagogisch
adviseur van H. M. de Koningin. De uni
versiteiten van Potchefstroom in Zuid-
Afrika en Gent in België onderschei
den hem met ere-doctoraten. Prof Wa
terink was commandeur in de huisorde
van Oranje-Nassau, ridder in de orde
van de Nederlandse Leeuw en officier
in de Kroonorde van België.
STRAATSBURG Het Europese par
lement heeft in Straatsburg een eerste
stap gezet op de weg naar invoering
van een Europese munt in de landen
van de gemeenschap. Het heeft name
lijk een resolutie aangenomen, waarin
er op wordt aangedrongen zulke mun
ten te slaan. De munten zouden geldig
moeten zijn in alle lidstaten en ook in
die lidstaten geslagen moeten worden.
Het parlement heeft voorts van zijn
overtuiging blijk gegeven, dat een te
sterke vraag naar kapitaal van over-
heidszijde en bepaalde rentesubsidies
van staatswege de kapitaalmarkt zo
zwaar kunnen belasten, dat hierdoor
inflatoire impulsen kunnen ontstaan.
Het heeft in zijn resolutie de EEG-
commissie gevraagd voorstellen uit te
werken om deze storende factoren weg
te werken.
De resolutie dringt verder aan op li
beralisering van de kapitaalmarkt van
de gemeenschap. Met name acht men
die liberalisatie nodig voor de kapitaal
bewegingen op korte termijn en voor de
emissies van ondernemingen in de ge
meenschap.
De kapitaalinvoer uit derde landen
met name in de vorm van rechtstreekse
investeringen, zo zegt de resolutie ver
der, kan bevorderlijk zijn voor de eco
nomie van de gemeenschap. Maar er
is dan wel op dit punt een gecoördi
neerd beleid van de deelnemende sta
ten noodzakeiyk. Het parlement heeft
zich tenslotte uitgesproken voor de ex
port van meer kapitaal, maar het wil
dan wel dat de EEG-commissie nagaat
in hoeverre eenheid kan worden ge
bracht in de verzekering tegen risico's
van deze exporten.
ADVERTENTIE
PRISMAV^to#u^yt^HORLOGES
0 Het bestuur van de Nederlandse
Bond voor AutorijschoolhouderB
heeft, in een telegram aan de minis
ter-president, met klem geprotesteerd
tegen de voorgenomen extra belasting
druk, die een ernstige bedreiging
vormt voor het bestaan van de bonafi
de rijscholen. Economisch en sociaal
zouden deze ondernemingen op de
grens ven een minimum-bestaan leven.
De Federatie van Werknemers Or
ganisaties, waarbij ruim vijftien
categorale vakverenigingen zijn aan
gesloten, heeft in en telegram aan de
minister van Sociale Zaken en Volks
gezondheid met klem geprotesteerd te
gen het voornemen van de regering
om met ingang van 1967 ziekenfonds
verzekerden bij opneming in een zie
kenhuis gedurende dertig dagen tien
gulden per dag te laten bijbetalen.
0 Ook het partijbestuur van de P.S.P.
heeft in een telegram aan minister
Veldkamp geprotesteerd „tegen de
reeds maandenlang voorbereide en nu
in uitvoering komende plannen om in
de ziekenhuisverpleging van fondsver
zekerden een gedeelte voor eigen risi
co te laten komen".
O De kraamverpleging zal niet onder
het eigen risico vallen. Verplicht
verzekerde moeders zullen dus bij op
neming in een kraamkliniek van de
ziekenfondsen f 27,- per dag terug ont
vangen.
Geschiedt opneming in het zieken
huis op medische indicatie, dan krij
gen zij het volledige verpleegbedrag
terug.
Het hoofdbestuur van de Republi
keinse Partij heeft de minister van
Justitie telegrafisch gevraagd geen
maatregelen te nemen om de uitvoe
ring van het vonnis tegen Fischer, Aus
der Ftinten en Kotëlla op welke wijze
ook te veranderen of te verzachten.
0 De regering heeft besloten de 4 de
cember 1965 ingestelde centrale fi
nanciering voor de publiekrechtelijke
lichamen voor de duur van een jaar
te verlengen. Zij is daartoe overge
gaan, omdat in de toestand van over
spanning op de kapitaalmarkt, die tot
het nemen van die maatregel heeft ge
leid, geen wijziging is gekomen.
De N.V. Rotterdamsch Nieuwsblad
gaat met ingang van 5 december
het uitgeven van de Bredasche Cou
rant staken. De Bredasche Courant zal
worden overgenomen door het dagblad
„De Stem".
De Tweede-Kamerleden Mellema en
Kikkert, beiden C.H.U., hebben
minister Veldkamp schriftelijk ver
zocht om meer aanvullende werkgele-
genheidsobjecten en tevens om een
verlenging met zes maanden van de
uitkeringen krachtens de Werkloos
heidswet, voor werknemers van 45
jaar en ouder.
0 Aan het einde van deze week of
uiterlijk begin volgende week zul
len tachtig tot negentig voormalige
Vascoarbeiders weer aan het werk
kunnen. De beheerstichting van de
Vasco-Mij heeft namelijk rijksgoedkeu
ring ontvangen om de werkzaamheden
aan de bouw van driehonderd wonin
gen te Heerlerheide te hervatten.
0 De ontslagen beambten van de Vas-
Co-My zullen alsnog uitkeringen
krijgen ter compensatie van de door
deze maatschappij niet betaalde sala
rissen. De uitkeringen zullen worden
verstrekt door het Sociaal Fonds Bouw
nijverheid.
0 De Nijmeegse universiteit heeft
woensdag de zesduizendste student
verwelkomd, die voor dit studiejaar
heeft ingeschreven. Het was mejuf
frouw P. Steenbergen uit Breda, aan
wie door de rector magnificus, prof.
dr. A. van Vendrik, een herinnerings
boek werd aangeboden.
9 Mede in verband met de wijzigin
gen van de leerlingenschalen, is
het percentage schoolklassen met veer
tig of meer leerlingen bij het gewoon
lager onderwijs (G.L.O.) van 24 in 1961
teruggelopen tot 13 in 1965. Bij de scho
len voor voortgezet lager onderwijs
(V.G.LO.) verminderde het percentage
klassen met dertig of meer leerlingen
in dezelfde periode van 26 tot 14.
9 De directeur-generaal voor het On
derwijs heeft de Vereniging Be
scherming Voetgangers meegedeeld,
dat hij de inspecties en de directeuren
van de rijksscholen voor voortgezet
onderwijs zal verzoeken in het leerpro
gramma aandacht te besteden aan de
gevaren, verbonden aan het gebruik
van alcohol en andere verdovende mid
delen.
0000000000000000000000*0000000000000*
in Duitsland bedreigd
met uitroeiing
(Van een correspondent).
BONN Terwijl de reisbureaus
belangstellenden opwekken deel te
nemen aan een foto-safari in Afri
ka, terwijl internationale instellin
gen voor dierenbescherming steeds
ïeer n. reservaten voor de on
dergang behoeden, moeten de Duit
se zoölogen telkens een „in memo-
riam" schrijven bij het verdwijnen
van een diersoort in eigen land. Nu
weer zijn zij gealarmeerd door het
nieuws, dat niet alleen de ooie
vaar, doch ook de reiger in Duits
land ten dode lijkt te zijn opge
schreven.
Het gaat hierbij om de vogel, die
in Duitsland tegenwoordig als de
„grijze reiger" bekend staat, doch
vroeger algemeen „visreiger" werd
genoemd.
In de afgelopen jaren is hun aan
tal opvallend teruggelopen. Wie
tien jaar geleden een kijkje heeft
genomen bij de beroemde reiger
kolonie on het eiland Kühlkopf in
de Rijn en vandaag die plek op
nieuw bezoekt, zou zijn ogen niet
geloven. In 1950 nestelden er nog
meer dan honderd paren. Reeds in
1960 was dit aantal tot amper
twintig verminderd.
En hoe staat het met een van de
alleroudste Duitse reigerkolonies,
die van Morstein aan de Jagst, die
al ln 1586 werd beschreven als
„honderden jaren oud"? In 1961
werden daar nog veertig bewoonde
nesten geteld. Dit jaar waren het
er nog maar veertien!
Andere reigerkolonies in Baden-
Württemberg nemen eveneens in
land in tien jaar tijds met meer
dan de helft is verminderd. Over
enkele jaren zullen er in plaats van
enige duizenden nesten nog slechts
een paar honderd zijn, tenzij met
spoed wordt ingegrepen. Anders
loopt het met de „grijze reiger" in
Duitsland onherroepelijk ten einde,
evenzeer als dit reeds het geval is
met de oehoe en de trekvalk.
verontrustend tempo in omvang m,
bijvoorbeeld de kolonie Zwingen-
berg aan de Neckar, in 1957 nog
met 35 a 40 nesten, nu nog slechts
met achttien, of de kolonie Ross-
wang-Enz, ln 1961 met tien nesten,
in 1966 met vijf en de befaamde
kolonie Hessingheim am Altneckar,
in 1961 vijftien nesten, momenteel
drie of vier.
Uit alle waarnemingen kan
slechts worden geconcludeerd, dat
het aantal reigers in West-Duits-
Natuurvriend Wolfgang Bechtle
heeft in het jongste nummer van
het maandblad „Kosmos" de vraag
gesteld, wie zich in Duitsland
eigenlijk iets aantrekt van het alar
merende uitsterven van waardevol
le dieren.
„Wie verschaft ons de middelen,
die nodig zijn om de verarming van
de Duitse fauna zo lang mogelijk
tegen te houden bij de steeds ster
ker wordende greep van de tech
nische ontwikkeling? Wie acht zich
bevoegd, wie kan met geld bijsprin
gen voor het behoud van de laat
ste schuilhoeken van het dier in
ons land?"
„Wij hebben er al eens de aan
dacht op gevestigd, welke gevaren
de oehoe en de trekvalken bedrei
gen en wat moet worden gedaan
om de achterhoede van deze trotse
vogels te behouden.
Vandaag moeten wji een plei
dooi houden voor een andere gro
te vogel, die in aantal enorm is
teruggelopen en die bovendien nog
altijd niet beschermd is tegen de
geweren van amateur-jagers: de
grijze reiger".
W00000000000000000000000000000000000000*