Kamer debatteerde over regeringsverklaring Eensgezindheid in de S.E.R. Zware storm geselde Denemarken Onthullingen over (niet) optreden mr. Yan Hall Prof..). Waterink overleden Uitgeverij vreest bij Teixeira-débacle te worden betrokken Ontslag Van der Molen voor ambtenarengerecht GEKORTWIEKT LOONVLOER internationale allure... PRISMA HORLOGES BOVEN VERWACHTING TOETSING BANDRECORDERS VEILIGHEIDSKLEP Brug Ludwigshafen ingestort in Stap nader tot een Europese munt internationale allure... Wie doet wat? DONDERDAG I DECEMBER 1966 (Vervolg van pagina 1) Dra. Nederhorst verzette zich, zoals w(j gisteren in een groot deel van onze oplage reeds meldden, tegen uitstel van de verlaging van de loon- en inkomstenbelasting tot 1 juli 1967, alsmede tegen een verhoging van de omzetbelasting op die datum, twee wezenlyke punten van het program van het kabinet-Zyistra. De V.V.D.- fraetie aeht, zo verklaarde prof. Witteveen, uitstel van de belastingverlaging overbodig, omdat de regering wel driehonderd miljoen gulden op de rijksuitgaven voor 196 7kan bezuinigen. Mr. Beernink zei, dat alleen in uiterste noodzaak zwaardere lasten op de bevolking mogen worden gelegd. Als die noodzaak er is, zal de c.h.-fractie in 's lands belang zich positief en constructief opstellen. De K.\.P.- en A.R.P.-fraeties, waarop het kabinet-Zyistra steunt, gingen, gelet de veranderde economische situatie, akkoord met de belastingvoorstellen. op Opmerkelyk was. dat de KVP-fractie by monde van de heer Schmelzer, ver klaarde dat zij de indiening van een wetsontwerp op de speculatiewinst zou toejuichen. Een duideiyke uitspraak over de verhoging van de omzetbelas ting per 1 juli 1967 werd door de CHU- en VVD-fracties niet gedaan. De regeringsverklaring had de PvdA- fractie ernstig teleurgesteld, zo ver klaarde drs. Nederhorst. Dit kabinet overschrijdt verre het karakter van een overgangskabinet, vond hij, welke ver klaring werd gevolgd door een waar schuwing, dat voorzover het kabinet het karakter van overbruggingskabinet te buiten gaat, het op scherp verzet van de P.v.d.A.-fractie zal stuiten. Geheel in tegenstelling met drs. Ne derhorst, verklaarde drs. Schmelzer, de voorzitter van de KVP-fractie, dat de regeringsverklaring een geest ademt van „zakelijkheid, evenwichtigheid en ver draagzaamheid". Op grond van de ar gumenten van de minister-president kon drs. Schmelzer zich verenigen met het nemen van een spoedige beslissing ten aanzien van het continentale plat. Drs. Nederhorst had in zijn betoog ver klaard, dat naar zijn mening een goe de regering alleen kan worden ge vormd als KVP en P.v.d.A. daarin sa menwerken. Drs. Schmelzer kon zich op zijn beurt niet goed voorstellen dat de heer Nederhorst wil samenwerken met 'n fractie, die hij niet vertrouwt. Mr. Beernink was verheugd dat prof. Zijlstra een kabinet had kunnen forme ren en hij zegde het de loyale steun van zijn fractie toe. Aan twee voorwaarden, die de christelijk-hist. fractie heeft gesteld, is voldaan, zei hij. In de rege ringsverklaring is toegezegd het uitga- venpeil van de begroting kritisch te be kijken .evenals de mate waarin de be groting voor 1968 zal worden verzwaard door die van 1967. De communist Bakker meende dat het kabinet-Zijlstra zich vierkant tegen de belangen van het Nederlandse volk keert door een scherpe poging te doen tot bestedingsbeperking en door een aanval op lonen en prijzen. De heer H. J. Lankhorst (PSP) vond, dat de Omroepwet een „lachertje" ge noemd wordt. De memorie van ant woord moest volgens hem voorlopig maar uitblijven. Wat hierover in de re geringsverklaring was gezegd noemde hij een zoethoudertje voor de anti-revo lutionairen. De mededeling dat de be groting misschien zal worden „uitge kamd", was naar de mening van de heer Lankhorst een zoethoudertje ge weest voor de CHU. De liberale fractieleider, mr. E. H. Toxopeus, constateerde, dat zijn veront rusting over het evenwichtsherstel in de economie door de regeringsverklaring van minister-president Zijlstra „de vlag van het nieuwe kabinet" sterk was verminderd en zijn motie, die hij hierover in „de nacht van Schmelzer" had ingediend, trok hij daarom in. De gang van zaken met de Omroep wet toont 't duidelijkst het failliet van het vorige kabinet, meende mr. Toxo peus. „Ik zie er niet veel van komen. We zullen er het beste maar van ho pen." De speculatiewinstbelasting vond hij geen zaak voor het overgangskabi net. De maatregelen voor opsporing en winning van gas en olie op het conti nentale plat van de Noordzee wilde hij daarentegen snel zien verschijnen. De A.R.-fractlevoorzitter de heer Ronlvink achtte de maatregelen van 't kabinet-Zyistra het juiste weerwoord op de economische vraagstukken waar van hij het teruglopen van de export door de sterke kostenstijging het meest verontrust vond. De loonontwikkeling moet drastisch in de hand worden ge houden, zodat de loonkosten minder snel zullen stijgen dan in 't buitenland, zei hy Uitdrukkelijk verlangt de A.R.-fractie dat, als het kabinet met een algemene loonmaatregel zou komen, daarin een „vloer" ten gunste van de laagstbetaal den wordt gelegd. Zijn onafgedane mo tie over een strikt loonbeleid trok hij in omdat die zijns inziens nu overbodig is. De heer Koekoek (Boerenpartij) acht te de belastingvoorstellen onnodig, als de regering maar zou bezuinigen. „Als het kabinet op een begroting van 20 ADVERTENTIF (Vervolg van pagina 1) Na afloop van de besloten S.E.R.-vergadering, die eerst tegen half acht woens dagavond was afgelopen, deelde mr. Van Boven namens de werkgevers mee, dat alle drie groepen in de S.E.R. werkgevers, werknemers en kroonleden elkaar hebben gevonden in een goede analyse van de economische situatie en dat zy daaruit de conclusie hebben getrokken, dat gezamenlyk gezorgd moet worden voor de werkgelegenheid en dat de werkloosheid, die hier en daar optreedt, wordt teruggedrongen. Mr. Van Boven meende, dat als bij de besprekingen in de Stichting van de Arbeid dit uitgangspunt eveneens zal gelden, een gunstig resultaat mogelijk is. Het spaarloon is op het ogenblik niet meer als een wezenlijk centraal punt gesteld. Ten aanzien van het prijsbeleid, ver klaarde mr. Van Boven, dat de werkge vers positief staan tegenover het ver zoek van de regering om over dit punt te praten. Hij geloofde, dat de moei lijkheden op de afzetmarkten in het buitenland al een prijsverlagende in vloed in Nederland zullen uitoefenen. Over de meerjarige c.a.o.'s, die voor 1967 een hogere loonstijging inhou den dan thans eigenlijk mogelijk is, verklaarde mr. Van Boven, dat de werkgevers het standpunt innemen, dat hieraan niet getornd moet wor den. Ook de heer A. H. Kloos, de voorzit ter van het N.V.V., sprekende namens de vakcentrales, betoogde, dat op be langrijke punten van een grotere eens gezindheid tussen werkgevers en werk nemers sprake is dan men had kunnen hopen. In dit verband wees de heer Kloos op het werk van de S.E.R.-voor- zitter, drs. De Pous, die een compro misvoorstel had Ingediend. De heer Kloos zei verder, dat de raad zich unaniem heeft uitgesproken voor een uitstel van de tweede tran che van de belastingverlaging, omdat men het hierdoor verkregen geld wil gebruiken voor een gericht werkgele genheidsbeleid, onder meer door het verlenen van extra-bouwvolume en voor de werkgelegenheid in bepaalde delen van het land. Zoals bekend, wil de re gering-Zijlstra dit geld ten goede laten komen aan de gemeenten. Wat het „eigen risico" betreft, wees de heer Kloos erop, dat de S.E.R. na drukkelijk heeft uitgesproken, dat het „eigen risico" van tien gulden per ver- pleegdag in een ziekenhuis, leidt tot een stijging van de kosten van levensonder houd. De S.E.R. is niet gelukkig met. de wijze, waarop minister Veldkamp de ziektekosten wil drukken. Daarom heeft de raad voorgesteld, dat de kosten van de bejaardenziektekostenverzekering, waarmee een bedrag van 94 miljoen gulden is gemoeid, dat ten laste komt van de ziekenfondsen, met als gevolg, dat daardoor de ziekenfondspremie om hoog wordt gestuwd, uit de algemene middelen worden betaald. De werknemers hebben met nadruk verklaard, aldus de heer Kloos, dat er in 1967 enige reële verbetering van het looninkomen moet worden bereikt. Om dit te bereiken, is in het economisch rapport een „zekerheidsclausule" inge bouwd. Deze clausule komt er op neer, dat als de kosten van levensonderhoud meer stijgen dan werd voorzien, onder meer uit hoofde van een verdere stij ging van de sociale verzekeringslasten, waardoor een aantasting van het reële levenspeil van de werknemers plaats heeft, er de bereidheid dient te be staan om een bijzondere uitkering aan de onder een c.a.o. vallende werkne mers te doen. Verder wees de heer Kloos op de al gemene toetsingsnorm, waarvan in het economische rapport sprake is. Eensge zind is de S.E.R. van oordeel, dat voor de in 1967 af te sluiten c.a.o.'s een al gemene toetsingsnorm moet worden ge hanteerd. Deze norm dient, volgens de S.E.R., betrekking te hebben op de to tale loonkostenstijging. De verdeling hiervan in een bepaalde c.a.o. dient aan het overleg binnen de betrokken bedrijfstak te worden over gelaten. Als in een gegeven situatie een loon wordt overeengekomen, dat hoger ligt dan de norm, dan kan de toetsen de instantie niet meer bevelen dat het loon wordt verlaagd tot het peil van de norm. Maar het deel van het loon, dat daarboven uitgaat, wordt in de vorm van een „niet-consumabel" deel aan de werknemers ter beschikking gesteld. De S.E.R. heeft een aantal punten aangegeven, waarmee de Kamer zeker rekening zal gaan houden als zij moet beslissen. „Als we iets in de regerings verklaring hebben gemist, dan is het wel, dat er geen extra-geld is uitgetrok ken voor de werkgelegenheid". „De kwestie van de werktijdverkor ting hebben we niet op tafel gelegd", zei de heer Kloos. Het voorstel van de S.E.R.-voorziter, drs. De Pous, hield in: uitstel belastingverlaging; geen verhoging van de omzetbelasting in 1967; beperking van de stijging der so ciale premielast tot dat percentage als in de macro-economische verkenningen van september is opgenomen; en me dewerking van de werkgevers aan het prijsbeleid, teneinde de prijzen minder te doen stijgen dan in de verkenningen van het planbureau was voorzien. De heer Van Eibergen, de voorzitter van het C.N..V, wees erop, dat het te kort in de bejaardenverzekering drukt op de premie van de verplichte zieken fondsverzekering, die de werknemers moeten betalen. De financiering van dit tekort uit de algemene middelen zou de premie met 0,4 of 0,5 pet. verminde ren. miljard gulden niet 1 miljard kan bezui nigen, is het geen knip voor de neus waard", vond hij. Ir. Van Dis (S.G.P.) noemde de be lastingvoorstellen alleen aanvaardbaar als er „catastrofale gevolgen voor de hele bevolking" zouden ontstaan. Dat zag hij niet gebeuren. De voorstellen zouden gemakkelijker aanvaardbaar zijn als de overheid de uitgaven sterk zou verlagen, hetgeen hem echter onwaar schijnlijk leek. De heer Jongeling (GVP), conclu deerde: „Laat dit kabinet maar zitten en laten wij het naar vermogen steu nen. Het vorige kabinet zou vermoede lijk met soortgelijke maatregelen zijn gekomen als het kabinet-Zijlstra. Hy vroeg, evenals mr. Toxopeus eerder had gedaan, bijzondere aandacht voor de werkgelegenheid in het noorden des lands, waar het werkloosheidspercentage bedenkeiyk wordt. De recente uitspraak van de nieuwe min. van justitie mr. Struycken, over gratieverlening aan de drie oorlogsmis dadigers in Breda, lokte nogal re acties uit. De heren Beernink (CHU) en Lankhorst (PSP) vonden het geen taak voor het overgangskabinet over gratie verlening te beslissen. De communist Bakker wilde weten wat het kabinet in dit opzicht van plan is. UTRECHT Onder het 115 mannen en vrouwen tellende personeel van de Utrechtse tydschriftenuitgeverij Eska N.V. is grote onrust ontstaan over het gerucht, dat het bedrijf zal worden ver kocht. Het is privé-bezit van drs. J. F., beherend vennoot van het ter ziele gegane Amsterdamse bankiershuis Tei- xeira de Mattos en het dreigt nu in de „miljoenendans" te worden meegesleept Eska is uitgeefster van het knippatro- nenblad „Marion" (oplage 350.000 ex emplaren), het handwerkblad Ariadne" (oplage ruim 100.000 ex.) en het hobby blad „Na Vijven" (oplage 75.000). Het personeel, dat slecht is georgani seerd, heeft zich geschaard achter een personeelscomité, dat de behartiging van zijn belangen heeft toevertrouwd aan de Eindhovense advocaat, tevens lid van de Eerste Kamer, mr. G. J. P Cammelbeeck. Beslissingen over de ver koop zouden nog niet zijn genomen. Men hoopt een uitgeverscombinatie be reid te vinden de zaak over te nemen en op de oude voet voort te zetten. De N.V. Eska is een van de 70 N.V.'s, die na het deficit van Teixeira de Mat tos en zijn beherend vennoot in het dé- bacle zijn meegesleurd. De Utrechtse uitgeverij staat zeer goed bekend en werkt volgens ingewijden, op een gezon de basis. Er zou, volgens taxaties, een jaarlijkse netto-winst zijn van twee ton. KOPENHAGEN. Denemarken en Noord-Duitsland zijn getroffen door zware najaarsstormen, die schade heb ben toegebracht aan elektriciteitsleidin gen en andere objecten, en grote sto ringen in de Deense binnenlandse ver bindingen en die met het buitenland hebben veroorzaakt. Nabij Hannover werd een Zweedse piloot ernstig gewond, toen zijn vlieg tuigje bij de landing door een rukwind werd gegrepen. In de haven van Esjbjerg werd het Finse vrachtschip Finalpino van zijn ligplaats tegen de haven geslingerd en liep lichte schade op. Nabij Fehmarn in het westelijk deel van de Oostzee liep de Liberiaan Me- di aan de grond. Een helikopter en een vrachtvlieg tuig zoeken naar een vermiste Deense kustvaarder met drie opvarenden. In heel Denemarken werden de veer pont- en vliegdiensten gestaakt. Het treinveer Nyborg over de Grote Belt liep schade aan het achterschip op. Door de storm werd de Noorse pre mier Per Borten gedwongen de reis naar Kopenhagen ter bijwoning van de Noordse premiersconferentie via Ham burg te maken. In Skagen is vermoedelijk een visser verdronken nadat de rukwinden zijn kleine kotter hebben doen kapseizen. Het verkeer in Jutland is gewaar schuwd voor gevaar tussen Esbjerg en (Van onze Amsterdamse redacteur) AMSTERDAM Eindelijk heeft de ontslagen hoofdcommissaris van politie te Amsterdam, de heer H. J. van der Molen, gesproken zelf en via zyn raadsman gistermiddag tydens de behandeling* door het ambtenarengerecht van zijn zaak contra „H.M. de Koningin, vertegenwoordigd door de ministers van Binnenlandse Zaken en van Justitie". In de grote zaal van het Amsterdamse gerechtshof propvol, ook op de publieke tribune zyn nogal wat onthullingen gedaan over het gedrag van burgemeester Van Hall. Mr. W. H. Vermeer bracht, namens de tegen alle verwachting in wel verschenen politie-officier, onder meer verslag uit van wat zich 14 juni binnens kamers heeft afgespeeld aan de top van het beleid. Burgemeester Van Hall con fereerde toen met hoofdcommissaris Van der Molen In zijn ambtswoning aan de Herengracht; niet over de situatie vaji dat moment. Er kwamen voortdurend telefoontjes binnen. De burgemeester nam die zwijgend aan; zonder commentaar en zonder maatregelen te nemen. I>ater pas vernam de hoofdcommissaris, dat z(jn naaste medewerkers alarmerende berichten hadden doorgegeven over het oprukken van de menigte naar het gebouw van De Telegraaf. Comm. Molenkamp maakte op een ge geven moment gebruik van de directe ïyn die overigens al jaren bestaat tus sen het hoofdbureau en de werkkamers van de burgemeester, om te vragen of hij de mobiele eenheid mocht laten uit rukken, of er traangas mocht worden gebruikt en, of er zo nodig mocht wor den geschoten. Pas toen zei burgemees ter Van Hall: „Ogenblik, de hoofdcom missaris is hier", en overhandigde zon der meer de hoorn aan de heer Van der Molen. Die moest het hele verhaal toen opnieuw aanhoren en begreep dat van hem een beslissing werd verwacht en zei „luid en duidelijk" dat de mo biele eenheid inderdaad moest uitruk ken, met traangas en dat er van de vuurwapens gebruik kon worden ge maakt. Later zei de oud-hoofdcommissaris zelf nog, dat hij „duizenden keren" had geprobeerd bij de burgemeester wat in teresse te kweken voor de politie-aan- gelegenheden van de hoofdstad - „Ik heb hem dringend gevraagd eens een stafbespreking by te wonen op 't hoofd bureau; hij is nooit verschenen. Het leek wel of de burgemeester bang was; ik heb deze houding altijd betreurd, het was mij echter niet mogelijk er veran dering in te brengen". De zitting was begonnen met het pleidooi van mr. Vermeer. Het ambte narengerecht dat werd voorgezeten door mr. C. J. C. M. Schneider en verder bestond uit de rector magnificus van de A'damse Universiteit, prof. mr. J. van der Hoeven, de raadsheer van het gerechtshof mr. W. L. Schenk en mej. mr. Irene Vorrink als griffier liet al het gesprokene met bandrecorders vastleggen. Mr. Vermeer stelde voorop, dat er opmerkelijk weinig stukken in het toch al „aan feiten zo magere dossier" zit ten. Hij had er niet in aangetroffen een advies van de burgemeester inzake het ontslagbesluit, noch verslagen van de besprekingen, die zijn cliënt heeft gevoerd op het departement en In laatste instantie ook met de minister. De raadsman signaleerde, dat noch het ontslagbesluit noch de contramemorie iets concreets vermeldden over „ande re gronden", die tot het ontslag heb ben geleid op basis van artikel 122 in het Ambtenarenreglement Gemeente politie, waarna mr. Vermeer verklaar de, dat het ontslag in strijd is met de eisen van behoorlijk bestuur en daar om ook nietig dient te worden ver klaard. In het besluit ontbreken, zoals wel nadrukkelijk was beloofd, namelijk ook de redenen voor dat ontslag. De be trokkene kent die nog steeds niet en bovendien heeft men verzuimd hem te informeren omtrent de mogelijkheid een commissie van wijze mannen te laten installeren. Er is wel gezegd, dat de heer Van der Molen heeft ingestemd met zijn ontslag, omdat hiermee het algemeen belang was gediend. Maar dan wordt daar nooit bij verteld, dat de minister hem in een dwangpositie had geplaatst door tijdens het befaam de onderhoud (genotuleerd op een siga- rendoosje) ook nog mee te delen: Be roep is niet mogelijk. Letterlijk heeft de heer Van der Aiolen tegen minister Smallenbroek gezegd: „Ik moet mij er wel bij neerleggen. Ik heb er vrede mee, als het algemeen belang dit eist maar ik blijf dit een smerige zaak vinden". Mr. Vermeer ontkende, dat er spra ke is geweest van spanningen tussen de burgemeester en de vroegere hoofd commissaris. De heer Van der Molen zelf verklaarde in antwoord op een vraag van de voorzitter dat hij wel iswaar liever een andere verhouding had gezien, betere communicatie ook, Het ambtenarengerecht te Amsterdam heeft woensdag het beroep van de ontslagen hoofdcommissaris van poli tie in Amsterdam, de heer H. J. van der Molen behandeld. Op de foto de heer Van der Molen bij zijn aan komst bij het paleis van Justitie aan de Prinsengracht. maar dat er inderdaad geen sprake was van spanningen. Hierna kreeg mr. E. Droogleever Fortuyn, namens de Kroon het woord. Hij noemde artikel 122 een veiligheids klep tegen de bescherming, die elke ambtenaar geniet. Er hoeft geen lijst van feiten bij, wanneer vaststaat, dat er geen goede verstandhouding is op kritieke momenten. Deze situatie op zichzelf geeft voldoende reden tot ont slag. Het gaat er niet om wie er wel fouten heeft gemaakt, maar het tra gische is dat in zo'n geval de onderge schikte moet worden heengezonden.... Over dit soort beleidsbeslissingen kan men niet discussiëren, aldus mr. Droog leever Fortuyn. Zij zijn overgelaten aan de verantwoordelijkheid van de minister. Diens beleid is later aan vaard door de Tweede Kamer. Stel, dat het ontslag nietig wordt verklaard, dan komt er een onhoudbare situatie: twee hoofdcommissarissen in de hoofd stad, die minister zou dan moeten aftre den en burgemeester misschien ook wel. Dit betoog werd in tweede instantie scherp aangevallen door mr. Vermeer. „Men mag een ondergeschikte niet of feren alleen maar omdat hij onderge schikt is. Een dergelijk beleid kan de toets der kritiek in een rechtsstaat niet doorstaan. Inderdaad, de positie van de heer Van der Molen als hoofdcom missaris van Amsterdam is onmogelijk geworden. Dat hoeft de huidige minis ter zijn stoel niet te kosten, want die heeft men met zoveel moeite bezet ge kregen. Maar dat alles belet het amb tenarengerecht niet om dat ontslag toch nietig te verklaren. Het gaat niet aan hier verwijten te richten aan het adres van mijn cliënt. Burgemeester Van Hall had die tele foon eerder moeten overgeven afin zijn toenmalige hoofdcommissaris. Dan zou de politie wellicht eerder de straat op zijn gestuurd. Het is duidelijk, dat hij geen begrip had voor de situatie en die evenmin beheerste. Burgemeester Van Hall heeft zelf toegegeven voor de televisie, dat hij weinig verstand heeft van politiezaken, waarom liet hij belangrijke beslissin gen dan niet over aan de vakman Maar afgezien van dit alles en terug komend op het ontslag: het gaat er niet om wie de fouten maakte, maar wel staat de vraag centraal of door het wegsturen van de hoofdcommissaris de communicatie was hersteld. De minister had zich behoren af te vragen waarom de samenwerking niet deugde en of er iets aan te doen was. Zonder meer wegsturen, dat is geen beleid, al dus mr. Vermeer. Over drie weken zal het anbtenaren- gerecht uitspraak doen. LUDWIGSHAFEN. Een in aanbouw zijnde brug over het centraal station van Ludwigshafen is ingestort. Hierbij kwam een arbeider om ter wijl 8 anderen gewond raakten, waar van een ernstig. Gevreesd wordt dat drie arbeiders onder het puin liggen. De werklieden moesten met behulp van lasbranders worden bevrijd. De oorzaak van het ongeluk is voor lopig nog niet vastgesteld. De brug zou een wegverbinding vormen over het nieuwe spoorwegstation van Ludwigs hafen. Fredericia waar de stormwind hoog spanningskabels heeft losgerukt die nu op de weg liggen. De binnenlandse vluchten naar en van het vliegveld in Kopenhagen moes ten worden afgelast. De internationale vluchten konden echter met enige ver traging doorgang vinden. DEN HAAG In de ouderdom van 76 jaar is dinsdagavond onverwachts in zijn woning te Amstelveen overleden prof. dr. J. Waterink, rustend hoogle raar van de Vrije Universiteit en een vooraanstaand figuur op het gebied van het onderwijs. In 1926 werd hij aan de V.U. benoemd tot buitengewoon hoogleraar in de fa culteit der letteren en wijsbegeerte, om onderwijs te geven in de pedagogiek. Prof. Waterink werd ook benoemd tot buitengewoon hoogleraar in de theolo gie en in 1929 volgde zijn benoeming tot gewoon leraar in de faculteit der letteren. Hij heeft in tal van onderwijsorgani saties een vooraanstaande plaats inge nomen. Zo was hij tal van jaren peda gogisch adviseur van het gereformeerd schoolverband. Ook was hij voorzitter van de commissie voor onderwijsver nieuwing. Prof. Waterink is echter het meest bekend geworden als directeur van het Pedologisch Instituut, dat hij in Am sterdam in het leven heeft geroepen voor het neurotische en onevenwichtige kind. Hij heeft het instituut zelf opge bouwd tot een zeer omvangrijk geheel. Prof. Waterink heeft verder tal van boeken geschreven op het gebied van de pedagogiek. Prof. Waterink was ook pedagogisch adviseur van H. M. de Koningin. De uni versiteiten van Potchefstroom in Zuid- Afrika en Gent in België onderschei den hem met ere-doctoraten. Prof Wa terink was commandeur in de huisorde van Oranje-Nassau, ridder in de orde van de Nederlandse Leeuw en officier in de Kroonorde van België. STRAATSBURG Het Europese par lement heeft in Straatsburg een eerste stap gezet op de weg naar invoering van een Europese munt in de landen van de gemeenschap. Het heeft name lijk een resolutie aangenomen, waarin er op wordt aangedrongen zulke mun ten te slaan. De munten zouden geldig moeten zijn in alle lidstaten en ook in die lidstaten geslagen moeten worden. Het parlement heeft voorts van zijn overtuiging blijk gegeven, dat een te sterke vraag naar kapitaal van over- heidszijde en bepaalde rentesubsidies van staatswege de kapitaalmarkt zo zwaar kunnen belasten, dat hierdoor inflatoire impulsen kunnen ontstaan. Het heeft in zijn resolutie de EEG- commissie gevraagd voorstellen uit te werken om deze storende factoren weg te werken. De resolutie dringt verder aan op li beralisering van de kapitaalmarkt van de gemeenschap. Met name acht men die liberalisatie nodig voor de kapitaal bewegingen op korte termijn en voor de emissies van ondernemingen in de ge meenschap. De kapitaalinvoer uit derde landen met name in de vorm van rechtstreekse investeringen, zo zegt de resolutie ver der, kan bevorderlijk zijn voor de eco nomie van de gemeenschap. Maar er is dan wel op dit punt een gecoördi neerd beleid van de deelnemende sta ten noodzakeiyk. Het parlement heeft zich tenslotte uitgesproken voor de ex port van meer kapitaal, maar het wil dan wel dat de EEG-commissie nagaat in hoeverre eenheid kan worden ge bracht in de verzekering tegen risico's van deze exporten. ADVERTENTIE PRISMAV^to#u^yt^HORLOGES 0 Het bestuur van de Nederlandse Bond voor AutorijschoolhouderB heeft, in een telegram aan de minis ter-president, met klem geprotesteerd tegen de voorgenomen extra belasting druk, die een ernstige bedreiging vormt voor het bestaan van de bonafi de rijscholen. Economisch en sociaal zouden deze ondernemingen op de grens ven een minimum-bestaan leven. De Federatie van Werknemers Or ganisaties, waarbij ruim vijftien categorale vakverenigingen zijn aan gesloten, heeft in en telegram aan de minister van Sociale Zaken en Volks gezondheid met klem geprotesteerd te gen het voornemen van de regering om met ingang van 1967 ziekenfonds verzekerden bij opneming in een zie kenhuis gedurende dertig dagen tien gulden per dag te laten bijbetalen. 0 Ook het partijbestuur van de P.S.P. heeft in een telegram aan minister Veldkamp geprotesteerd „tegen de reeds maandenlang voorbereide en nu in uitvoering komende plannen om in de ziekenhuisverpleging van fondsver zekerden een gedeelte voor eigen risi co te laten komen". O De kraamverpleging zal niet onder het eigen risico vallen. Verplicht verzekerde moeders zullen dus bij op neming in een kraamkliniek van de ziekenfondsen f 27,- per dag terug ont vangen. Geschiedt opneming in het zieken huis op medische indicatie, dan krij gen zij het volledige verpleegbedrag terug. Het hoofdbestuur van de Republi keinse Partij heeft de minister van Justitie telegrafisch gevraagd geen maatregelen te nemen om de uitvoe ring van het vonnis tegen Fischer, Aus der Ftinten en Kotëlla op welke wijze ook te veranderen of te verzachten. 0 De regering heeft besloten de 4 de cember 1965 ingestelde centrale fi nanciering voor de publiekrechtelijke lichamen voor de duur van een jaar te verlengen. Zij is daartoe overge gaan, omdat in de toestand van over spanning op de kapitaalmarkt, die tot het nemen van die maatregel heeft ge leid, geen wijziging is gekomen. De N.V. Rotterdamsch Nieuwsblad gaat met ingang van 5 december het uitgeven van de Bredasche Cou rant staken. De Bredasche Courant zal worden overgenomen door het dagblad „De Stem". De Tweede-Kamerleden Mellema en Kikkert, beiden C.H.U., hebben minister Veldkamp schriftelijk ver zocht om meer aanvullende werkgele- genheidsobjecten en tevens om een verlenging met zes maanden van de uitkeringen krachtens de Werkloos heidswet, voor werknemers van 45 jaar en ouder. 0 Aan het einde van deze week of uiterlijk begin volgende week zul len tachtig tot negentig voormalige Vascoarbeiders weer aan het werk kunnen. De beheerstichting van de Vasco-Mij heeft namelijk rijksgoedkeu ring ontvangen om de werkzaamheden aan de bouw van driehonderd wonin gen te Heerlerheide te hervatten. 0 De ontslagen beambten van de Vas- Co-My zullen alsnog uitkeringen krijgen ter compensatie van de door deze maatschappij niet betaalde sala rissen. De uitkeringen zullen worden verstrekt door het Sociaal Fonds Bouw nijverheid. 0 De Nijmeegse universiteit heeft woensdag de zesduizendste student verwelkomd, die voor dit studiejaar heeft ingeschreven. Het was mejuf frouw P. Steenbergen uit Breda, aan wie door de rector magnificus, prof. dr. A. van Vendrik, een herinnerings boek werd aangeboden. 9 Mede in verband met de wijzigin gen van de leerlingenschalen, is het percentage schoolklassen met veer tig of meer leerlingen bij het gewoon lager onderwijs (G.L.O.) van 24 in 1961 teruggelopen tot 13 in 1965. Bij de scho len voor voortgezet lager onderwijs (V.G.LO.) verminderde het percentage klassen met dertig of meer leerlingen in dezelfde periode van 26 tot 14. 9 De directeur-generaal voor het On derwijs heeft de Vereniging Be scherming Voetgangers meegedeeld, dat hij de inspecties en de directeuren van de rijksscholen voor voortgezet onderwijs zal verzoeken in het leerpro gramma aandacht te besteden aan de gevaren, verbonden aan het gebruik van alcohol en andere verdovende mid delen. 0000000000000000000000*0000000000000* in Duitsland bedreigd met uitroeiing (Van een correspondent). BONN Terwijl de reisbureaus belangstellenden opwekken deel te nemen aan een foto-safari in Afri ka, terwijl internationale instellin gen voor dierenbescherming steeds ïeer n. reservaten voor de on dergang behoeden, moeten de Duit se zoölogen telkens een „in memo- riam" schrijven bij het verdwijnen van een diersoort in eigen land. Nu weer zijn zij gealarmeerd door het nieuws, dat niet alleen de ooie vaar, doch ook de reiger in Duits land ten dode lijkt te zijn opge schreven. Het gaat hierbij om de vogel, die in Duitsland tegenwoordig als de „grijze reiger" bekend staat, doch vroeger algemeen „visreiger" werd genoemd. In de afgelopen jaren is hun aan tal opvallend teruggelopen. Wie tien jaar geleden een kijkje heeft genomen bij de beroemde reiger kolonie on het eiland Kühlkopf in de Rijn en vandaag die plek op nieuw bezoekt, zou zijn ogen niet geloven. In 1950 nestelden er nog meer dan honderd paren. Reeds in 1960 was dit aantal tot amper twintig verminderd. En hoe staat het met een van de alleroudste Duitse reigerkolonies, die van Morstein aan de Jagst, die al ln 1586 werd beschreven als „honderden jaren oud"? In 1961 werden daar nog veertig bewoonde nesten geteld. Dit jaar waren het er nog maar veertien! Andere reigerkolonies in Baden- Württemberg nemen eveneens in land in tien jaar tijds met meer dan de helft is verminderd. Over enkele jaren zullen er in plaats van enige duizenden nesten nog slechts een paar honderd zijn, tenzij met spoed wordt ingegrepen. Anders loopt het met de „grijze reiger" in Duitsland onherroepelijk ten einde, evenzeer als dit reeds het geval is met de oehoe en de trekvalk. verontrustend tempo in omvang m, bijvoorbeeld de kolonie Zwingen- berg aan de Neckar, in 1957 nog met 35 a 40 nesten, nu nog slechts met achttien, of de kolonie Ross- wang-Enz, ln 1961 met tien nesten, in 1966 met vijf en de befaamde kolonie Hessingheim am Altneckar, in 1961 vijftien nesten, momenteel drie of vier. Uit alle waarnemingen kan slechts worden geconcludeerd, dat het aantal reigers in West-Duits- Natuurvriend Wolfgang Bechtle heeft in het jongste nummer van het maandblad „Kosmos" de vraag gesteld, wie zich in Duitsland eigenlijk iets aantrekt van het alar merende uitsterven van waardevol le dieren. „Wie verschaft ons de middelen, die nodig zijn om de verarming van de Duitse fauna zo lang mogelijk tegen te houden bij de steeds ster ker wordende greep van de tech nische ontwikkeling? Wie acht zich bevoegd, wie kan met geld bijsprin gen voor het behoud van de laat ste schuilhoeken van het dier in ons land?" „Wij hebben er al eens de aan dacht op gevestigd, welke gevaren de oehoe en de trekvalken bedrei gen en wat moet worden gedaan om de achterhoede van deze trotse vogels te behouden. Vandaag moeten wji een plei dooi houden voor een andere gro te vogel, die in aantal enorm is teruggelopen en die bovendien nog altijd niet beschermd is tegen de geweren van amateur-jagers: de grijze reiger". W00000000000000000000000000000000000000*

Digitale periodieken - Gemeentearchief Veenendaal

De Vallei | 1966 | | pagina 9