Zo maak je 'n leuke surprise Dierentaal ontraadseld De 20 problemen Voor fijnproevers Grote puzze pp m hp KUNST IN TOEGEPASTE VORM Als 't maar leuk is 1500 aanvragen om een vijgeblaadje Sinterklaasfeest w 8 8 8 8 {ff 8 8 8 8 8 fH 8 8 8 8 8 H nn 8 Üf 8 8 8 8 8 J1 Oplossing puzzel vorige week H 11 ill 8 fffH Bi II 8 JU gg i i Pi m 'fi s P Boekomslagen m, -MZ Wk '/KV// Wh M, Wh wh m i. Klein Willink maakt grafische ontwerpen Een van de beroepen, waarin kunst niet alleen om de kunst zelf wordt beoefend, maar pri mair in toegepaste vorm, is dat van grafisch ontwerp(st)er. De meesten die dit werk doen, ze ker tachtig procent, vindt men in het westen, waar ook de meeste reclame- en publiciteits bureaus zijn gevestigd. Maar ook in Apeldoorn o.a. wonen er enkelen, zoals mej. Ank M. Klein Willink aan de Koningin nel aan. die een van de jongsten is. Mej. Klein Willink werd op Java geboren, in het vre dige plaatsje Pengalengan, waar haar vader planter was. Maar al na luttele maanden werd de vre de verstoord: de „Jappen" kwa men en zij interneerden het ge- sin. Pas vier jaar later werden haar moeder en zij vader was inmiddels overleden weer In vrijheid gesteld. Na een paar jaar in Nederland te hebben gewoond, reisden ze opnieuw naar Indone sië, maar reeds in 1950 leek het raadzaam naar Nederland terug te keren en nu definitief. „Na mijn middelbare opleiding bezocht ik de Academie voor beeldende kunsten in Breda," al dus mej. Klein Willink. „De op leiding voor grafisch ontwerpster die vier jaar duurde en nu tot vijf jaar is uitgebreid, omvat ver scheidene vakken als reclame- psychologie, kunstgeschiedenis, kennis van de typografie, fotogra fie, lay-out en calligrafie en is ge richt op de creativiteit ten be hoeve van het reclamevak. Om dat evenwel het accent op de toe gepaste kunst valt, is de bena ming grafisch ontwerpster beter dan reclameontwerpster". Ongeveer een jaar geleden is mej. Klein Willink met haar werk begonnen. Haar moeder, die Apel- doornse van origine is, besloot naar haar geboorteplaats terug te keren. De woning aan de Konin- ginnelaan bood ook voldoende ruimte voor het werk van mej. Klein Willink, die al met verschil lende personen en bedrijven in contact is gekomen. „Via de beroepengids kwam men naar mij toe',, vertelde ze. „Maar niet iedereen bleek pre cies te weten wat mijn werk om vat. Zo werd me al eens ge vraagd, of ik soms cliché's maak. Weer anderen denken dat het een woest geklodder met verf is." naam niet achter iets, waarmee ik het totaal oneens ben. Ik werk nu onder meer voor een papierfabriek, een drukkerij en een uitgeverij. Deze week moet ik nog een heel tijdschrift „in elkaar draaien". Het is een nog vrij nieuwe uitgeverij. Het prettige daarvan is, dat ik het ge voel heb te kunnen meehelpen om zo'n bedrijf een eigen gezicht te geven. Neen, het is niet altijd eenvou dig, aan datgene uitdrukking te geven wat de bedoeling is. Als er voldoende tijd is, laat ik een ont werp wel eens een paar weken liggen om het daarna kritischer te kunnen bekijken, maar die tijd is er vaak niet. Om bij te blijven, bezoek ik ge regeld tentoonstellingen en derge lijke. Ook ben ik destijds een poosje in Engeland geweest om indrukken op te doen. Eigenlijk zou ik eens een jaartje opnieuw naar het buitenland moeten en mogelijk gebeurt dat ook. Het is een veeleisend, maar ook een mooi beroep. Omdat het mooi werk is, melden zich vrij veel liefhebbers. Vandaar echter dat de selectie voor de opleiding vrij streng is. Ik ben met dit werk free-lance begonnen. Bij tariefon derhandelingen is dat wel eens moeilijk, want de opdrachtgevers willen een ontwerp vaak voor een koopje. Er is echter een beroeps vereniging, waarvan men de ta rieven kan hanteren. En dat is vaak wel nodig, want wanneer een ontwerp eenmaal klaar ligt, is het voor een opdrachtgever wel eens moeilijk zich voor te stellen, hoeveel denkwerk en schetsen eraan vooraf zijn ge gaan. Maar het is ook een be roep, waarin men zich heerlijk kan uitleven. Wat ze zoal doet? Handelsmer ken en boekomslagen ontwerpen, de lay-out van drukwerken ver zorgen, ook gelegenheidsdruk werk, calligrafie en dergelijke En van de al genoemde fotogra fie moet ze veel weten, omdat die ook in advertenties wordt toe gepast. „Ik heb ook wel eens, wat kleu ren en compositie betreft, aan standbouw en etalageverzorging gedaan, maar men moet zich toch wel gaan specialiseren. In standbouw zal ik dat niet doen, want dan moet men echt wel met een architect gaan samen werken en zich meer kennis van houtsoorten verwerven. Maar fo tografie is ook erg leuk. Ik heb ook zelf wel foto's aan tijdschrif ten verkocht. Verder heb ik al enkele boek omslagen geleverd. N' ben ik weer met een bezig. Ook met een kerstkaartenserie, die voor vol gend jaar is bedoeld. Dat wordt iets helemaal nieuws. Verder naak ik ontwerpen voor verpak kingen, van chocoladedozen bij voorbeeld, handelsmerken en vig netten en briefpapier voor parti culieren. Je moet wel eens wat mee gaand zijn tegenover een klant: soms vindt men een ontwerp te modern, in ieder geval te» sterk, afwijkend van hetgeen men zich had voorgesteld. Maar ik zet mijn VEENENDAAL In de ei gen stijl", die de jeugd van van daag zich heeft toegemetenpas sen eigen beatclubs, eigen haar dracht, maar' ook eigen mode. Vooral in de grote steden krijgt de jonge generatie de kans om zich naar moderne maatstaven te kleden. Gespecialiseerde za ken bieden de tiener volop gele genheid aan zijn eigen „look" gestalte te geven. Dit alles, waarvoor de ouderen vaak niets anders dan de kreet „gekkig heid" over hebben, manifesteert zich de laatste tijd steeds meer in onze streken. Ook Veenendaal en omliggende plaatsen zijn een woordje mee gaan spreken in die aparte tienermode. Er zijn al zaken, die een aparte „tiener boetiek" hebben ingericht, om de jeugd van nu de „hippe" kle ding te verschaffen, die op dit moment „in" is. De tijd dat moeder of vader zijn kroost vergezelde als er „iets nieuws" gekocht moest worden, lijkt voorbij te zijn. Een van de Veenendaalse winkeliers, die een speciale tienerhoek in zijn zaak heeft ingericht, de heer H. J. Albers, vertelde: „De jeugd is veel zelfstandiger geworden. Veel pittiger ook. Van hun ou ders krijgen ze ook de kans om zelfstandig te zijn. Ze mogen nu vaak zelf hun gang gaan als het om kopen van kleren gaat en als vader of moeder nog eens mee komt, zijn zij erg gemakkelijk. Vooral de vaders." De zakenmensen die zich op het „tienerpad" hebben begeven, krijgen vaak met wispelturige klanten te maken. De smaak, de mode, verandert soms plotseling. Een bloemetjesbroek kan er in eens „uitliggen" om plaats te moeten maken voor een geruite Dave-Berry-pantalon. Zo gaat dat. „Als het maar gek is", zegt de heer Albers, „gek maar tege lijkertijd degelijk. De jeugd van vandaag vindt niets iets meer mooi, maar leuk En tenslotte zegt hij nog dit over de wijze van verkoop: „<7e kunt niet meer gaan staan van „wat wenst u" of „waarmee kan ik u van dienst zijn". De jeugd wil het zelf doen, zelf een keus maken zonder gestoord te wor den. Wat dat betreft is het kijk- grijp-idee al weer ouderwets.' Enkele weken geleden maakte de heer Ouwehand bekend, dat de vijgeboom in zijn broeikas door het glazen dak heen dreigt te groei en. Tuinbaas Wildekamp had hem verteld, dat liefhebbers wel een stekje konden krijgen. Op die oproep zijn niet minder dan 1500 brieven en briefkaarten binnengekomen bij het dierenpark op de Grebbeberg. „Het lijkt wel of de textiel schaars wordt en iedereen zich een vijgeblaadje wil aanschaffen", zegt de heer Ouwehand nu, die be hoorlijk met de handen in 't haar zit. „Wie had nu kunnen denken, dat er zóveel liefhebberij voor zou zijn. De tuinbaas heeft ongeveer 50 stekjes aan de boom zitten. Ik kom er dus genoeg tekort". In de directievergadering is er uitvoerig over gesproken op wel ke wijze en onder welke aanvragers de stekjes het best verdeeld kunnen worden. Tuinbaas Wildekamp heeft opdracht alle verzoe ken door te lezen en te selecteren. Wie zo'n vijgestek in z'n volks tuintje wil poten, weet zeker dat er niks van terecht komt. Wanneer iemand schrijft over een kas te beschikken, wordt het al even anders. Niet alleen scholen hebben zo'n kas, óók particu lieren beschikken er over. De directie van het dierenpark wil zo veel mogelijk stekjes uitdelen, wanneer met vrijwel zekerheid ge zegd kan worden dat er een groelmogelijkheid in zit. De omstan digheden waarin de aanvragers verkeren zullen dus de doorslag moeten geven. Als je met het probleem zit, hoe je een aardige Sinterklaas surprise voor een van je huisge noten moet maken, dan heb ik hier een goed idee. Het kost niet veel en je kunt het gemakkelijk helemaal zelf doen. Op de foto staat een huis, gemaakt uit o.m. 6 gelijke dozen. De grootte van de dozen hangt af van het groot ste geschenk, dat er in verborgen moet worden. HET HUIS: Voor het huis heb je nodig zes lege dozen, gekleurd papier, een viltstift (of verfdoos) en een uni- verseel-lijm. Alles wat je moet doen is het volgende: dozen aan elkaar plakken gekleurd papier erom rood dak knippen en op het huis plakken zwarte schoorsteen rondplak* ken, onderkant gekarteld uit knippen, naar binnen vouwen en vastplakken huis afwerken, door er met de viltstift of het penseel en wa terverf ramen en deuren op te tekenen. SINT NICOLAAS Hiervoor is nodig: voor het li chaam het kartonnen huisje van een closetrol, watten, gekleurd papier en lijm. Je doet het zo: closetrol bekleden, onderkant kartelen hoofd maken van prop papier en boven in de rol vastplakken gezicht er op tekenen en haar en baard van watten vastlij men rode jas om de closetrol plak ken mijter en staf maken. De mij ter maak je van stevig papier of dun karton, de staf kun je ook van papier maken, maar beter is er een pijperager voor te nemen Sint Nicolaas met de gekartel de onderkant op het dak lij men. ZWARTE PIET Voor zwarte Piet is nodig: twee luciferdoosjes, een klein stukje crêpe en gekleurd papier. Zo maak je hem: luciferdoosje zwart bekleden en op elkaar lijmen van crêpe-papier een gezicht met grote oren maken. Ook een kraag van crêpe maken en deze aan het gezicht plak ken. Dan het geheel op de doosjes lijmen maak een groene hoed met ve ren en zet hem die op tot slot lijm je ook Piet op het dak vast. Het hele huis kan als berg plaats voor cadeautjes gebruikt worden, zelfs de rompen van St.- Nicolaas en zwarte Piet kunnen dienen als bergplaats voor kleine cadeautjes. Veel succes. Hallo, jongens en meisjes. Vandaag wordt bij velen van jullie vast wel Sinterklaasfeest ge vierd. Maandag is het de eigenlij ke dag, zodat dit gehele week end in het teken van de goede Sint staat. Ik weet dat alle trou we lezertjes van deze rubriek tot de brave kinderen behoren en de Sint weet dit ook, dus jullie hoe ven geen angst voor de zak te hebben, maar wel mogen jullie re kenen op een cadeautje. Ik zou het leuk vinden, als ik van jul lie een briefje kreeg, waarin je vertelde, wat er allemaal in de schoen zat. De leukste briefjes zal ik in de krant laten afdruk ken! Je kunt schrijven naar: Tan te Jos, p/a redactie De Vallei, Prins Bernhardlaa, 28, Veenen daal. We hebben deze week weer heel wat jarigen. Sommigen hebben 't geluk tegelijk met Sinterklaas ja rig te zijn. Voor hen is het dub bel feest, maar ook alle anderen zullen weer een prettige dag heb ben, denk ik zo. Al de volgenden wil ik heel hartelijk feliciteren: Zaterdag 3 december: Gert van de Broek en Wim van Nieuwame- rongen; zondag 4 december: Ria van Vliet uit Eist, Henk van Ra- venswaay uit Rhenen en Reijer van Dijk uit Bennekom; maan dag 5 december: Ineke Diepe- veen, Ineke van de Craats, Ditta van de Heuvel en Jan v. d. Pa- vert; woensdag 7 december: An neke Kimmels uit Rhenen en E- rik van de Pavert; donderdag 8 december: Martin Coumans, E- vert Vermeer en Henk Tanis; za terdag 10 december: Adrie Geerts en Bertus van Holland. TANTE JOS Wenkende krabben wonen al leen in warme landen. In de landen aan de Rode Zee, in India. In Europa komen ze al leen voor in de riviermonden van Andalusië. De krabben houden ervan aan 't strand te zitten of in het drassige slik van riviermonden. De manne tjes van deze krabbensoort wenken of vuiven met hun wit te of felgekleurde scharen. Ze hebben zelfs 'n speciale ,wenk- schaar' die groter is en hoeki ger dan de andere schaar. Dit wenken gaat gepaard met trommelsignalen. De krabben van deze soort zitten gewoonlijk dicht bij el kaar. Wel met honderd op 'n vierkante meter. Ze hebben geen organisatie en zijn wat men noemt „subsociaal". Hun samenleven heeft echter wel ge leid tot een communicatie-sys teem. De Duitse zoöloog ontdekte, dat de trommelsignalen even belangrijk zijn als het wenken. Het geluid van dit getrommel kan alleen door mensen wor den gehoord, omdat krabben geen gehoor-orgaan hebben. Wel hebben zij een fijn-ontwik keld vermogen om de vibra ties in de grond, die door het getrommel worden veroorzaakt waar te nemen. ZIJ „horen" als het ware met hun lichaam. Het wenken van de manne tjes-krabben kan worden vergeleken met het balderen. Het geschiedt in de paartijd. Terwijl de mannetjes-krab ben hun krabbedans opvoeren. wandelen de onopvallend ge kleurde vrouwtjeskrabben rond en bekijken het gedoe van de mannetjes keurend en kritisch. Een mooie wenkdans kan gro te indruk op hen maken. Wan neer het mannetje denkt, met zijn wenken succes te hebben gehad en contact heeft gekre gen, dan geeft hij nog ter af sluiting 'n felle tromroffel weg met zijn wenkschaar op de grond en kruipt in het dichtst bijzijnde hol. Als het vrouw tje hem genegen is, volgt zij hem. Wanneer zijn optreden haar echter niet heeft bevallen dan blijft het vrouwtje buiten het hol en geeft geen kik. Toch blyft zij niet lang al leen. De wenkdans en 't trom geroffel van het mannetje heb ben andere mannetjeskrabben gealarmeerd. Zij weten, dat er een vrouwtje in de buurt is en komen op hun beurt te voor schijn om hun geluk te beproe ven. Bij die gelegenheid komt het nogal eens tot gevechten tussen de mannetjes. In nachten met nieuwe maan .vandelen de mannetjes- krabben over het slik van hol naar hol en kloppen aan de ingang daarvan een signaal, dat uit 8 tot 12 slagen bestaat. Prof. Altevogt plaatste ge voelige opnameapparaten, die de geluidsschommelingen op de band opnamen. Met behulp van een versterker kon hij meeluisteren naar hetgeen de krabben elkaar hadden mede te delen. Het komt voor, dat 'n amou- reus mannetje per ongeluk bij het hol van een ander manne tje staat te kloppen. Deze komt dan woedend naar boven om een robbertje te vechten. Komt een vrouwtjes-krab na eerst op haar gemak naar 'n reeks signalen te hebben geluisterd, met vriendelijke bedoelingen te voorschijn, dan bezichtigt het de op vrijerspoten rommelen de mannetjeskrab op haar ge mak. Het mannetje begint nu des te sterker te roffelen. Ziet het vrouwtje wel iets in het mannetje dan besluit ze met hem naar het natte strand te gaan, waar het paar innig om strengeld tot het ochtendgloren verblijft. Ziet het vrouwtje niets in het mannetje, dan trekt ze zich weer terug in het hol. Het schijnt, dat bij deze soort het mannetje de woning van een wijfje niet „mag" be treden. Een wijfje mag ech ter wel een mannetjes-krab in zijn hol opzoeken. Het komt ook wel voor, dat wyfjeskrabben rondslenteren terwijl de mannetjes-krabben in hun hol zitten. De wijfjes kunnen echter niet door signa len laten weten, dat zij er zijn. De mannetjes voelen echter de vibratie van hun stappen. Ze weten dan dat wijfjes in de buurt zijn en beginnen een korte roffel van een tot drie slagen te kloppen. Dat zou men het „pauzeteken" van de mannetjes kunnen noemen. „Hoort" het mannetje dan weer stapjes, dan begint het meteen aan de grote roffel. De krabben in de holen kunnen de stappen van krabben bui ten niet naar geslacht, maar wel naar tempo onderscheiden. „Voelen" zij aan de geluids trillingen, dat de stappen bui ten haastig zijn, dan kunnen zij afkomstig zijn van een krab die op de vlucht is voor ge vaar. Dan verstommen alle mannetjes-krabben in de buurt omdat zy de aandacht van eventuele belagers buiten niet op zich willen vestigen. De baldersignalen worden ove rigens alleen in geval van nood gecombineerd met een waar schuwing voor gevaar. De on der de grond zittende krabben letten voortdurend op de vibra tie-signalen van boven. Wan neer boven de grond 'n man netjes-krab aan zijn balder- dans bezig is, dan kruipen de andere mannetjes ook naar bo ven om eens een kijkje te ne men en na te gaan of hun deelneming zin heeft. Het wenken en de daarby horende roffels van de paar tijd, worden bij hogere tempe raturen intensiever. Professor Altevogt plaatste nabootsingen van vrouwtjes-krabben en kon zien hoe de mannetjes-krabben daartegen begonnen te wen ken en er om heen te dansen. Ook kon de zoöloog door de trommelsignalen van krabben met zijn vingers te trommelen antwoorden van de krabben on der de grond uitlokken en de krabben zelfs uit hun holen lok ken. Wyfjeskrabben die naar bo ven kwamen, lieten zich zelfs strelen. Dat wil zeggen alleen zolang zij hun oogjes op steel tjes kuis neergeslagen hielden. Besloten zij een kijkje omhoog te wagen, dan zagen zij het monster, dat hen „in de ma ling" had genomen en kropen vlug in hun hol terug. De snel heid van hun stapjes en de tril lingen daarvan lieten de ande re krabben weten, dat er alarm was. Een soort „blijf zitten waar je zit en verroer je niet"- sein De communicatie in de die renwereld, houdt de weten schap van oudsher sterk bezig. Dit leidde tot ontraadseling van de „danstaal der bijen". Ook kwamen geleerden er ach ter wat het getsjilp van vogels betekent. Een nieuwe bijdrage tot een vraagstuk, dat ook Dar win al heeft geïntrigeerd de communicatiegebruiken van een bepaalde soort krabben, heeft het onderzoek van prof. dr. Rudolf Altevogt opge leverd, die als zoöloog is ver bonden aan de universiteit van Münster. Hij is er na langdu rige observaties in vele delen van de wereld in geslaagd de gebarentaal van de „wenkkrab- ben" te ontraadselen en leer de deze taal „spreken", voor zover het de signalen betreft, die deze dieren elkaar geven. Hier dan alle 20 problemen: 1 2 S 4 0 46 47 48 49 50 1. 2. 3. 10. 11. 12. 13. 14. zw.: 8—10, 18, 30, 31, 36, 37; w.: 19, 25, 29, 34, 38, 39, 42, 44, 48. zw.: 7, 8, 12, 19, 21, 26, 29, 33, 39; w.: 16, 22, 27, 32, 37, 38, 42, 44. zw.: 1, 9, 12—14, 17, 20, 26, 40; w.: 16, 21, 25, 27—30, 38, 39. De slotstand behoeft niet uitgewerkt te worden. 4. zw.: 6, 9, 13, 14, 25, 29. 32, 33, 38; w.: 11, 15, 17, 18, 20, 21, 24, 27, 31, 44. 5. zw.: 1, 2, 7, 12, 16, 19, 21, 24, 29, 34; w.: 6, 21, 22, 32, 34, 35, 41, 43, 44, 48. De hoofdvariant van het afspel noteren, 6. zw.: 8, 11, 14, 21, 25, 32, 33, 37; w.: 23, 24, 34, 41, 43, 44, 48, 50. 7. zw.: 1, 6, 8, 12, 13, 19, 23, 25, 33, 36; w.: 17, 21, 22, 32, 34, 35, 41, 44, 48. Afspel niet noteren. 8. zw.: 2, 7, 10, 19—21, 26, 30, 40; w.: 28, 29, 31, 36, 37, 39, 41, 43, 50. Afspel wel noteren. 9. zw.: 2, 7, 14, 15, 17, 22, 28, 32, 35, 36; w.: 13, 24, 29, 34, 39, 41, 42, 44, 48, 50. zw.: 10, 11, 18, 20, 27, 34; w.: 29, 37, 38, 40, 41, 44. zw.: 7, 8, 10, 17, 21, 36, 40; w.: 20, 24, 29, 32, 33, 41, 49. zw.: 13—16, 19, 22, 25, 28, 31, 37; w.: 21, 26, 34, 35, 38, 39, 43, 46, 48, 49. zw.: 6, 8, 10, 27, 35, 40; w.: 17, 19, 37, 38, 41, 44. zw.: 1, 2, 9, 10, 13, 20, 22, 24, 26, 34; w.: 11, 12, 16, 17, 28, 31, 33, 35, 37, 41. Afspel niet noteren. 15. zw.: 6—8, 12—14, 18, 19, 22, 24, 29; w.: 16, 21, 27, 31—33, 37, 38, 40, 42, 47. Afspel wel noteren. 16. zw.: 1, 6, 8, 9, 11, 13, 16, 19, 25, 37, 40, w.: 17, 21, 22, 27, 29, 32—34, 36, 41, 45. 17. zw.: 1, 9, 18, 19, 23—26, 30, w.: 11, 16, 27, 28, 32, 35, 38, 39, 44. Afspel niet noteren. 18. zw.: 7, 9, 17, 27, 37, 38, 45; w.: 19, 20, 28, 39, 47—49. zw.: 7, 9, 12—14, 19, 22, 25, 26, 36; w.: 20, 30, 33—35, 37, 40—42. zw.: 12—15, 22, 27, 32, 35; w.: 25, 29, 31, 34, 39, 41, 43, 48. Let U op de volgende punten: U bent vrij in de wijze van noteren. Een bijoplossing mag de auteursoplossing vervangen, maar dan moet die bijoplossing duidelijk winstgevend zijn. Per probleem moet U één oplossing inzen den, dus het heeft geen zin èn de auteurs-, èn een bijoplossing op te sturen. De oplossingen moeten uiterlijk 18 decem ber 1966 in het bezit zijn van ondergete kende. Geeft U direct even op welke prijs U zoudt willen ontvangen: Een jaargang van „Het Damspel" 1962 of 1963 of 1964 of 1965 een diagramboekje of het kanarieboekje of een notatieboekje. Partijenboekje Brinta-toernooi 1963 of 1965 -(- een diagramboekje of het kanarieboekje of een notatieboekje. Partijenboekje Lucas-Bols-toernooi 1961 -f een diagramboekje of het kanarieboekje of een notatieboekje. 4. Het Prisma damboek van R. C. Keiler. 5. „Schijven Spreken" van D. d. Ruiter. „200 praktische combinaties" van H. de Jongh. Succes toegewenst! Tot besluit plaatsen we nummer 2 op diagram. Correspondentie betreffende deze rubriek aan: P. Bergsma, Tel. 05660463, Roordahuizum 309. 19. 20. b. d. 1. 2. 3. HORIZONTAAL 1. gravin v. Holland, 3. bits, 10. naschrift, afk. 12. Lager Onder- wys, afk. 14. bluf, drukte. 15. kuil 16. ca fé 19. slijtplek 20. kostbare 21. armza lig 23. suikeroompje! 26. fijnmaken 28. voegwoord 29 voorzet sel 31. tegen de wind in opzeilen 33. lengte maat, afk. 35. kloos terzuster 37. ingedikt sap 38. jaargetijde 40. jverleden 43. honing drank 44. inhoudsop gave 45. oosters weef sel 48. kledingstuk 49. lengtemaat 50. slag ader 52. pers. vnw. 53. inhoudsmaat, afk. 55. grillen 57. deel v.e. gebouw 61. beeld verhaal 63. god v.d. liefde 64. van een 66. stad i.h. Ruhrgebied 68. onderricht 69. be werking v. deeg 71. do (muziek) 72. dyne, afk. 73. bewerkt, ge vormd. 74. bijl. VERTICAAL 1. zeevogel 2. gemeen te 4. ter beschikking, afk. 5. in hevige ma te 6. onbegroeide 7. van dezelfde soort 8. aardig 9. dit is (id est), afk. 10. zuigen, halen uit 11. hemelli chaam 13. voorval, omstandigheid 15. aker 17. bloedverwant 18. de gezamenlijke vertering 20. titel, afk. 22. zeil vermin deren 24. officiers rang, afk. 25. meer derjarig 27. troef ne gen. 30. Noordzeevis 32. appelsoort 33. schaal 34. wraak ne men (om iets) 36. on nodig 39. Ezau 41. duinvallei 42. ziekte verwekker 45. zacht kermen 46. rivier in Nederland 47. heester (Middell. Zee) 51. TAe 17e schaakolympiade te Havana zal de geschiedenis ingaan als de olympiade der incidenten. Omkoperij door de Cubanen, be schuldiging van de Amerikanen door de Polen, weigering van de Amerikanen om tegen de Russen aan te treden, dit alles heeft in Havana tot een bepaald gespannen sfeer geleid. Overigens was het schaakfestijn beter en grandiozer georganiseerd dan ooit tevoren. De verzorging van de teams liet niets te wensen over, de speelzaal was zonder meer schitterend en voor de duizenden toeschouwers waren overal demonstratieborden om de belangrijkste partijen te volgen. Wereldkampioen Petrosjan behaalde aan het eerste bord het beste resultaat; helaas liet hij voor zijn partij met Fischer verstek gaan en Spasski nam de Amerikaan, die overigens weer geweldig imponeerde en elke ronde met een daverend applaus begroet werd, het beslissen de halve punt af. Petrosjan's beste prestatie was zijn over winning op Larsen. Het was een grandioze revanche voor de dubbele nederlaag onlangs in Santa Monica. Wit: B. Larsen, Zwart: T. Petrosjan Havana 1966 Franse Partij 1. e2e4, e7—e6 2. Pgl—f3, d7—d5 3. Pbl— c3, Pg8f6 4. e4 x d5 (Larsen speelt deze on gebruikelijke variant wel vaker. Bij goed tegen spel heeft zwart weinig te vrezen). 4. e6 x d5 5. d2—d4, c7—c6 6. Lfl—d3, Lf8—d6 7. 0—0, 0—0 8. Pgl—e2, Tf8—e8 9. Pe2—g3, Pb8d7 10. Pg3—f5, Pd7—f8! (Voortreffelijke verdediging; na 10. Lf8 11. Lg5 heeft wit enig initiatief). 11. Pf5 x d6, Dd8 x d6 12. Pf3 e5, Pf6d7 13. Leld2 (Een aardige fines se; na 13. Pe5: 14. de5: faalt 14 Te5: op 15. Lf4 en 14. De5: op 15. Tel!) 13. f7f6! (Deze zet vereiste een bijzonder scherpe taxatie, zoals het vervolg leert). o c o on 14. Ddlh5 (Ziet er zeer gevaarlijk uit, want op 14. g6 volgt 15. Lg6:hg6: 16. Pg6: met goede aanvalskansen voor wit. Petrosjan heeft evenwel een verrassende riposte voorbe reid). 14. Te8 x e5! (Een kwaliteitsoffer op lange termijn. Zwart verkrijgt in zijn plus pion en sterk centrum ruim voldoende com pensatie). 15. d4 x e5, f4 x e5 16. Tfl—el (Het is niet onmogelijk dat Larsen zijn kansen heeft overschat. In aanmerking kwam hier 16. f3). 16. e5e4 17. Ld3—fl, Pd7—f6 18. Dh5— h4, Lc8—f5 19. Dh4g3, Dd6—e7 (Het is van belang de mogelijkheid van schaak op c5 in petto te houden). 20. c2c3 (Anders 20. d4) 20Pf8e6 21. Ld2—e3 (Hier kon 21. f3 met 21. Tf8 worden beantwoord). 21. Pf6—g4 22. h2—h3, Pg4 x e3 23. Tel x e3, Ta8—f8 24. Dg3—e5, Lf5—g6 25. Tal—dl, De7f7 (Verhindert tevens 26. c4) 26. Tdld2 (Men zie nog 26. f3, Pf4 27. fe4:?, Pg2:!). 26. Pe6f4 27. b2b4(?) (In de nu volgende fase taxeert Larsen beslist te optimistisch. Zijn actie op de damevleugel blijkt tenslotte in zwarts voordeel uit te vallen. Zijn beste kans was 27. g3, Pd3 28. Ld3:, ed3: 29, f4 en wit kan op 'n goed moment de kwaliteit terugofferen). 27. h7—h6 28. a2—a4, Lg6—h7 29. De5— d4, b7b6 30. Te3—el (Op 30. c4 volgt 30. Pe6!) 30. Df7c7 32. Dd4—e3, c6—c5 32. b4 x c5, b6 x c5 33. g2—g3, Pf4—d3 34. Lfl x d3, e4 x d3 35. De3—e6+ (Na 35. Td3:, Ld3: 36. Dd3: staat het eindspel beter voor zwart maar dat wit het moet verliezen lijkt onwaar schijnlijk). 35. Dc7—f7 36. De6 x f7+ (Of 36. Dd6, Le4!) 36. Kg8 x f7 37. Td2—b2 (Na 37. Te5 is zelf- 37. Te8 mogelijk). 37. c5c4 38. f2—f3, d5d4! 39. Tel—cl, Kf7e6 40. Kgl—f2, Lh7—«4 41. f3—f4 mT/y WB s o c o e o n (De partij werd hier afgebroken en Petrosjan gaf zijn zet onder couvert af. Larsen toonde zich bijzonder optimistisch maar de volgende ochtend werd hem een wrede ontgoocheling bereid). 41. Tf8e8ü (De winnende zet; de zwarte koning dringt thans onweerstaan baar binnen). 42. g3g4, Le4c6 43. Tel el+, Ke6d5 44. Tel x e8, Lc6 x e8 45. c3 x d4, c4—c3 46. Tb2b8, d3—d2 47. Tb8—d8+, Kd5—c4 48. Td8—c8+, Kc4—d3 Wit geeft het op. rangtelwoord 53. pun« tig uitsteeksel 54. ten bedrage van 56. uit holling in een muur. 57. begrensd vlak 58. Portug. munteenh. afk. 59. eenmaal 60. denkvermogen 62. stompje 65. redactie, afk. 67. Nederl. Telev. Stichting, afk. 69. kunstm. inseminatie, afk. 70. edelgas, afk. I

Digitale periodieken - Gemeentearchief Veenendaal

De Vallei | 1966 | | pagina 13