VELERLEI TERUGBLIK OP „DROEVIG JAAR SMALLENBROEK EN CALS" VAN jjllHilllüilM Wat Ran kon, kon Conny niet voortdurend: boeien Tata Mirando t 3 Wim Kan Nieuwjaarswensen op het toneel I D De tv rond de jaarwisseling RADIO- en TELEVISIEPROGRAMMA'S VANAVOND Morgen De PILOOT STORM RECHTER TIE TEKKO TAKS Nieuwjaarsdag PHILIPS grammofoonplaten TEI.EVTSTE T.V. LANGENBERG 2 MAANDAG 2 JANUARI 1967 80 Ze bezoekt de senaat als absolute monarche. Ze neemt haar besluiten alleen, onderwerpt zich aan geen en kele controle en dicteert haar wil. Maar die wil is gedragen door de toen nog frisse onbedorven adem der humaniteit. Voor het eerst in de Rus sische geschiedenis houdt een gebie der zich bezig met het „volk", be schouwt een gebieder de kleine man niet als een voorwerp van uitbuiting. Catharina's eerste maatregelen rich ten zich tegen de bevoorrechten: ze schaft het grootste deel der monopo lies en de tolverpachting af, ze geeft enkele belangrijke artikelen vrij voor de algemene handel en verbiedt an derzijds de uitvoer van graan om de hoge broodprijs in het eigen land te doen dalen. Ze is haar verlichte leer meester Montesquieu nog niet verge ten. Het grote, zij het ook praktisch zonder uitwerking gebleven manifest tegen de corruptie der ambtenaren en het gesjacher met gerechtsfuncties ademt zijn geest. Zij zegt: „Ik maak geen onderscheid tussen mijn bezit tingen en die van de staat." Dat wil op dat ogenblik zeggen dat zij de op zij gelegde kamergelden die drie- tiende van de hele begroting uitma ken ter beschikking stelt van de noodlijdende staat. Later zal ze het budget belasten met veel hogere gif ten aan haar gunstelingen: in beide gevallen maakt ze geen onderscheid tussen haar eigendom en dat van de staat. Maar wat er later ook mag ge beuren op het ogenblik dat ze deze woorden uitspreekt, komen die voort Uit 'n waarachtig en volkomen nieuw verantwoordelijkheidsgevoel dat zij als gebiedster kent. Ze klinken als een fanfare over het slaperige Euro pa; het orkest der Franse verlichte filosofen neemt ze met elan over. „Diderot, d'Alembert en ik," schrijft Voltaire aan Catharina, „wij zijn er met z'n drieën voor om een altaar voor U op te richten!" Zonderlinge farce der wereldgeschiedenis: de dik ke Lodewijk is doof voor de nieuwe muziek die klinkt in zijn eigen land, en de mollen onder zijn troon worden tot de bezingers der Russische soeve reine heerseres. Dubbele farce: het religieuze hoofd van het gelovigste volk ter wereld wordt tot Ideaal van de Verlichtings-literatuur. Catharina wordt nooit gekweld door deze tweespalt; daarin is ze helemaal een kind van de achttiende eeuw. Voor de grote revolutie betekende „Verlichting" geen elementaire psy chische schok, het was meer een vorm van geloofsmoeheid, een ver metel spel der verhevener geesten. Voor Catharina die was opgevoed in het vroomste protestantisme, die als veertienjarige uit opportunisme van geloof veranderd was, betekende dit spel een innerlijke rechtvaardiging. Maar dat was een aangelegenheid die alleen haarzelf aanging. Als politiek brein heeft ze de betekenis van de godsdienst nooit onderschat, de gees telijkheid blijft altijd een macht waar ze rekening mee houdt, en de vroom heid der massa een onschatbaar voor deel waarvan ze profijt weet te trek ken. In onze huidige tijd, waarin we zozeer geneigd zijn het geweten hoger aan te slaan dan de geest, moge dit een frivoliteit schijnen; toen echter kon niemand het beter met een ont wikkelde geestelijke vinden dan een welopgevoede filosoof. Als Voltaire werd gevraagd hoe hij als God loochenaar de heilige communie kon ontvangen, placht hij te antwoorden dat „hij gewoon volgens de zeden van zijn land ontbeet". Catharina is van mening dat zulke zeden een land tot nut zijn en het werk van de ge bieder lichter maken. Haar regerings manifest was een belijdenis van ge loofstrouw, één van haar eerste rege ringsdaden was de ontsluiting van de door Peter verzegelde huiskapellen, en haar tweede zorg is de plechtige kroning in het Kremlin van Moskou. Van die dag af gedenken miljoenen gelovigen hun nieuw geestelijk opper hoofd in hun dagelijkse gebeden. De keizerlijke macht vindt haar zekerste steun op deze vrome en naïeve gebe den. Catharina wacht er zich wel voor dit fundament aan te tasten. De geestelijkheid heeft in Catharina een betrouwbare bondgenote in de strijd om de macht over de zielen; zij bidt en vast zoals de „allervroomste tsa- rin Elisabeth" gebeden en gevast heeft. Maar wat bij Elisabeth oprecht was, is bij Catharina slechts louter uiterlijke propaganda. Geen enkele priester heeft enige invloed op haar gemoed, en de medeplichtige der Kerk verandert in de tegenstandster van de ontwikkelingsgang der Kerk zodra het gaat om kwesties van we- „Dit, leider, was een jaar vol ramps, vol on ge vals. Dit was het droevig jaar van Smallenbroek en Cals". Aldus zeiden Thomasvaer en Pieternel tjjdens de bruiloft van Kloris en Roosje, welke gisteren, op Nieuwjaarsdag, traditiegetrouw gevierd is op de planken van de Amsterdamse Stadsschouwburg, na de al even traditionele nieuwjaarsuitvoe- reldlijke macht. Terwijl Catharina van Vonde,'s «ijshrcght. Ook het Nieuw Rotterdams Toneel vermaakte het een bedevaart maakt naar het Troitz- J publiek met een nieuwjaarswens, evenals, in Haarlem, de toneelgroep Centrum, kyklooster waarheen ook Elisabeth zo j Daarmee was het gedaan. Een paar jaar geleden heeft de Haagse Comedie al af gezien van een gespeelde en gezongen nieuwjaarswens. De traditie is dit jaar eveneens geschrapt door de Arnhemse toneelgroep „Theater" en door het Am sterdams-Brabantse gezelschap Ensemble. graag ter bedevaart ging, werkt een door haar ingestelde „zelfstandige" commissie aan de vervelende kwestie van de onteigening, secularisatie der kerkelijke bezittingen. Op dit ene punt kan Catharina haar dode echt- genoot niet voorgoed in het ongelijk stellen: de secularisatie is een onver- In de drie overgebleven nieuwsjaars- wensen speelden de provo's uiteraard een grote rol. In Rotterdam ging op 'n mijdelijke staatsnoodzaak. Hoe duide- tekst van Marinus van Henegouwen ('n lijker deze noodzaak aan de dag pseudoniem voor de arts dr. Panne- treedt, des te heftiger betuigt Catha- J koek) zelfs een heel provo-lied over de rina haar deemoedige vroomheid. planken. „Adam Wassilijewitsj!" schrijft ze Directeur Rob de Vries persoonlijk op 28 februari 1763 aan het kabinets-bezong de Coolsingel, die nu bijna vrij hoofd. „Aangezien ik de heerszucht is van de bouwwerken voor de metro. en drift van de aartsbisschop van j! Rostow ken, vrees ik dat hij de heili- genschrijn van Dimitrij zonder mij zal oprichten. Bericht mij hoe u die 2 hebt verzonden, wat voor bevelen u hebt gegeven en onder wiens toezicht hij zich bevindt." De aartsbisschop van Rostow, Ars- senij Mazeiwitsj, is de enige kerk- vorst die het waagt openlijk zowel van de kansel als ook met de pen te- gen Catharina en de voorgenomen J „Kerkroof" te getuigen. Hij is van J geboorte een Pools edelman en hij is uitgerust met een ruime theologische kennis, hij is vurig, onverschrokken en heilig overtuigd van de rechtvaar- J dige zaak der geestelijkheid en lijkt derhalve de aangewezen man om de kerk voor te gaan in deze beslissende strijd tegen de keizerlijke macht. De i Zij zijn trots in Rotterdam op hun metro. Zoals ze ook trots zijn op hun succesvolle muziekpaleis „De Nieuwe Doelen". „Ze zeggen: je bent maar een statussymbool Van 'n stad met pretenties van een metropool. Ze spreken ook kwaad van je archi tectuur. Je bent veel te groot en je lijkt op een schuur. Maar laat je niet door de kritiek de primeren. Het is te gemakkelijk om iets te kleineren. Voor ons staat er een ding zo vast als een rots: We vinden je mooi en op jou zijn we trots." Intussen schiet vlak bij de Maastun- kerk hoefde zich enkel maar openlijk nel de wolkenkrabber omhoog waarin en en-bloc achter hem te scharen maar dat doet de kerk niet. Die wacht af. Die wacht het treffen tus- 2 sen Arssenij en Catharina af, want J Catharina heeft besloten te voet naar Rostow ter bedevaart te gaan om J daar persoonlijk het gebeente van de heilige Dimitrij in te wijden. Deze nieuwe heilige was Arssenij's voor- ganger in de bisschoppelijke hiërar- chie van Rostow geweest, hij had on- der Peter de Grote dezelfde rol ge- speeld die Arssenij nu speelt tegen- over Catharina: als enige en dapper- ste geestelijke was hij in het geweer gekomen tegen de onteigening het kerkbezit. V de medische faculteit van Rotterdams nieuwe universiteit zal worden gehuis vest: „De nabijheid van de economen, Daar kan vast iets heel nuttigs uit komen. Bedenk eens wat dat straks beteke nen kan: een dokter die ook nog goed rekenen kan Da's geheel naar de geest van de tijd. Leve de medische faculteit!' van 2 (Wordt vervolgd) '/"'"""'"""'"'iii'iiittri/iiiii'iiiii/iiiiiMirrfiiMiiiMMiiMiittMiiiMMiiiiiiiniiiiiiiiiiiiiMiiiiiiiiigigMMtririggtuiitiigitiiiiiiriifimr/tiiiiiiiiii/, 3392. Prins Lonigar sloot langzaam de deur van het vangschip, waardoor de afscheidskreten van zijn vrien den niet langer tot hem doordrongen en hij slechts het onwennige voetgeschuifel van de Staalhelmen elders in het schip vernam. De glimlach lag bestorven om zijn lippen en vervuld van een grote neerslachtigheid begaf hij zich naar de stuurcabine vanwaar hij een laatste blik kon werpen op de groep Voraks en Aardlingen daar beneden. Zijn ogen zochten het omhoog geheven gelaat van Sandra, het meisje dat zoveel voor hem was gaan betekenen, doch dat een ander toebehoorde. Zou hij haar ooit terugzien? Lonigar perste de lippen opeen en draaide met een bijna driftige beweging de reeds zoemende generators op volle toeren. De repulsors druk ten de zware machine onweerstaanbaar omhoog en weldra zonk de rotsige grond van de Nevel vallei onder het zonderlinge toestel weg, terwijl het werd nagekeken en nagewuifd door alle Voraks en Aardlingen. Zodra de dubbelromp van het vangschip in de wolken verdwenen was, riep Piloot Storm met een opgewektheid die niet helemaal echt was. „Kom mensen, nu is het onze beurt om op te stappen! Of is er misschien iemand, die zich nog wenst te bedenken?" i nieuwjaarswens te Amsterdam, ook dit jaar weer geschreven door de journalist Evert Werkman, is altijd veel politieker, dan die in Rotterdam. In Rotterdam geen woord over de val van het kabinet Cals. In Amsterdam heel veel woorden daarover. Th.: „Tja... Bogaers zijn we kwijt die wou opeens niet meer... P.: „Waar zou zo'n man nou zitten?" Th.: „Ik denk: vast iedere dag ge zellig bij De Witte..." Daar speelt je dan biljart P.: „Ja hoor: tien over rood." Th.: „Ja, maar met wie?" P.: „Met-* iemand van die andere zuil". Aan Th.: „i'gatii met doctorandus J. M. Mcjbil-Uyl hg'--.rvde man, die straks met dicht geknepen ogen 't gelijk van Vondeling met nadruk zal betogen." P.: „Drie oud-ministers, zeg, ken je die anderen nog?" Th.: „Nou Calsen Suurhoff, en komaan, hoe heet-ie toch... P.: „Ja, ja, zo gaat dat dan je bent ze al vergeten. Ik wed zelfs dat vandaag maar weinigen nog weten wat er nou in die rare motie-Schmelzer stond". Th.: „Die motie miste nou volkomen elke grond. Wist hij wel wat hij wou?" P.: „Dat wist-ie heel precies, alleen, toen Schmelzer zo hoog van de toren blies, had hij nog niet de moed 't truc je toe te lichten hoe men een goede vriend het best een been kan lichten". Th.: „Nou ja, maar Schmelzer blijft een achtenswaardig man". Thomasvaer en Pieternel kwamen 't toneel oprijden in een Rotterdamse me tro. Dit als een steek in de zij van Am sterdam, waar de metro alleen nog op papier bestaat. De metro werd om ringd door demonstrerende jongelui, die borden droegen met opschriften zo als: „Vosmeer go home" en „Ban de Bruid". 22. Na het diner brengt Pao zijn twee gasten naar de kleine zijhal waar een brede houten trap naar boven leidt. Hij zegt tegen de rechter: „Vader woont eigen lijk in de vertrekken in de rechtervleugel, vlak naast uw kamer. Maar na zijn ziekte hebben we hem hier naar boven gebracht, vanwege de frisse lucht, ziet u." „Uw vader is dus reeds geruime tijd ziek en ik begrijp dat u zich, gezien zijn hoge leeftijd, zorgen maakt." Pao kijkt zijn gasten met een koele en doordringende blik aan. „Mijn vader kan alleen genezen door rust en frisse lucht, wanneer er al van genezing sprake kan zijn. Als yader... daar begint die hond weer!" Terwijl Rechter Tie luistert naar het geblaf en gejank van de hond, zegt hij tegen Pao: „Voor de rust van uw vader lijkt mij het hondegeblaf niet bevorderlijk." Rechter Tie wendt zich dan tot Tsjiao Tai: „Jij kunt goed met dieren omgaan, ga jij die hond daar eens kalmeren en kom pas terug wanneer je er zeker van bent dat hij zich koest houdt. Wij gaan intussen naar boven de zieke bezoeken." &e toneelgroep Centrum speelde een eenakter van Dimitri Frenkel Frank Angst en ellende van het koninkrijk". Zoals hij het zelf noemde „schandelijk vrij naar Bertolt Brecht". Een man en een vrouw zitten op oudejaarsavond 1966 doodsbang te zijn, want het is de tijd van de progressie ven en je weet nooit of de dochter des huizes wel te vertrouwen is. Misschien verraadt ze de reactionaire opmer kingen van haar vader en haar moe der en roept ze ci Witte verfbrigade. Pa kan echter zijn mond niet houden. „Wat zijn de prog -essieve ideeën dan Gezagsverkrachting, seksuele anar chie en aantasting van het Koninklijk Ned. Herv. Kerk: Beroepen: te Zuid-Beyerland G. J. Voortman te Dussen. Geref. Kerken: (toez.): Aangenomen: naar Sexbierum: J. Tier- sma, kand. te Schiedam. J Geref. Gemeenten 2 Bedankt: voor Sioux Centre (Iowa, 2 U.S.A.): A. Vergunst te Rotterdam- Centrum; voor Paterson (U.S.A.) en voor IJsselmonde: D. Hakkenberg te 2 Dordrecht; voor Emmeloord: A. W. J Verhoef te Barneveld. Huis, dat is het enige wat in dit land nog telt, zeg. En dat alleen omdat die paar zogenaamde progressieven de pers, de radio en de televisie beheer sen. Neem nou de KRO en de Volks krant, dat zijn geen communicatiemid delen meer, maar excommunicatiemid delen. Gelukkig hebben we nog 'n uur per week de TROS: rotzooi, maar in elk geval positieve rotzooi." Vrouw: „Karei, ga nou niet te ver, alsjeblieft. We moeten beseffen dat we van een andere generatie zijn, mis schien hadden we ongelijk toen we in Schmelzer geloofden, omdat hij meer heer is en net zo zweet als die Cals". De man, over zijn tienerdochter en alle meisjes van nu: „Het liefst zou den ze voorbehoedsmiddelen willen heb ben om geen ouders te hoeven krijgen". „Jelle zal wel zien, Jelle zal wel zien. Waar we heengaan: Jelle zal.... Zit je daar nota bene een tv-reeensie te schrijven met een liedje van de radio in je hoofd. Maar wat was het 'n mooie woordspeling op „YeLlow Submarine!" En wat was die conférence van Wim Kam weer ouderwets-goed: links zowel als rechts, steeds heel menselijk (zo als het slot van dat liedje over het spook in Amsterdam) en van meet-af- aan op niveau. Geen wonder dat je met zoiets - net als de meeste kijkers zaterdagavond in de huiskamers zullen hebben ge daan - in je stukje even de voorrang geeft aan de radio. Vooral omdat de grote concurrentie die we in de vorm van de Conny Stuart-show voor Wim Kan hadden verwacht, uitbleef. Goed: Conny was in deze show helemaal zich zelf en de liedjes van Annie M. G. Schmidt en Harry Bannink mochten er ook wel zijn. In chansons als het qua vorm en inhoud prachtig opgebouw de ,,'t Is over" uit „Heerlijk duurt het langst", in haar persiflages van Nana Mouskouri, zuster Glimlach en de pro testliedjeszanger, en niet te vergeten de hupse foxtrot over „Herr Heinzel- mann" was onze grote musical-ster zelfs zeer goed op dreef. Maar de verbin dende teksten bewogen zich helaas op het enkele klassen lagere niveau van de Wally-show en deden daardoor ernstig afbreuk aan de totaal-indruk. Men had het gewoon een soort geïllustreerde tour-de-chant moeten laten worden; dan had er ook meer vaart in gezeten. Voor de zoveelste maal (maar geluk kig wel voor de laatste maal in 1966) liet de coördinatie tussen Nederland I en Nederland 2 zaterdagavond te wen sen over. Daardoor konden^ we van de andere amusementstrekpleister („Voor de vuist weg" op het eerste net) slechts een gedeelte zien. Waarin Martine Bijl een bijzonder mooi liedje van Henk van der Molen zong („Het einde van de zesde dag"), Johnny Kraaikamp eni ge tijd met veel champagne op te grote en te blote voet leek te leven, de gebroe ders Bor hun goede vioolmuziek speelden en Ramses Shaffy en Willem Duys in een stroef verlopend interview langs el kaar heen leken te praten en te denken. Later op de avond zagen en hoorden we in het prettige programma „60 jaar amusement" veel goede Nederlandse muziek. Heintje Davids frappeerde weer eens door haar vitaliteit en de sympathieke Sylvain Poons zong „nog eens dat ouwe trouwe wijsje." Hij oogst te daarmee heel wat meer bijval van het jeugdige publiek dan Edwin Rutten met Rogier van Otterloo's meesterlijke liedje: „Koningen zijn te rijk." Merk waardig, niet omdat Sylvian Poons een minder goede prestatie zou hebben gele verd, maar omdat Rutten ditmaal toch opnieuw bewees, onze enige mannelijke jazz-vocalist van formaat te zijn. Onder het motto „Kwart voor twaalf" hielden enkele bekende Nederlanders korte toespraken, die stuk voor stuk iets te denken gaven. Persoonlijk werd ik het meest getroffen door het anekdo tische, wat in de ,,Kronkel"-sfeer liggen de sfeer liggende praatje van de heer Caransa. „We zingen de zaak weer bij elkaar," voorspelde de Rozendaalse dichter-pre- dikant ds. W. Barnard enige jaren ge leden in een interview in ons blad, sprekende over de oecumene. In steeds meer kerken zingt men de nieuwere, bijbelse gezangen van mensen als Bar nard, Wit, Den Besten, Oosterhuys en Naastepad, aan beide zijden van de vele in wezen steeds vager wordende grenzen. Zo ook in de Grote Kerk te Soest, waarin protestants-christelijke en rooms-katholieke zangers van sterk uit eenlopende leeftijden luister bijzetten aan de eerste aflevering van de nieuwe IKOR/CVK-serie „Zingend Geloven", die gisteravond werd gepresenteerd door Frits Mehrtens, de man die in zijn radio-beschouwingen voor het IKOR al zoveel goeds heeft gedaan in het belang van een juiste (her-)waarde ring van waar het in de kerkmuziek eigenlijk om dient te gaan. Ook voor de t.v. is Mehrtens blijkens de heldere inleidingen die hij tussen de oude en nieuwe gezangen in gaf een aan winst, Ik weet niet of ook de dichters van het nieuwe kerklied zelf nog aan het woord komen, maar in ieder geval lijkt „Zingend Geloven" een even geïn spireerde en dus boeiende serie te wor den als „Levend verleden", waarop het IKOR, het CVK en het RKK (dat dit maal merkwaardigerwijs niet blijkt mee te doen) de kijkers in het najaar trakteerde. Terwijl op Nederland 2 op levendige wijze Shakespeare's „Liefdes loze les" (nee, geen Teleac-cursus) werd gege ven. liet John van Kesteren op Neder land 1 zien hoe goed hij kan zingen en hoe opgewekt hij in het buitenland ver toeft en zijn vrouwelijke gasten weet te ontvangen. Ook voor degenen die niet van de zoete operettesfeer houden, valt er in een serie als deze wel wat te ge nieten. Voor mij waren dat gisteravond de Bach-fuga door Karl Richter, het barok-liedje van een wat swingle-sin- gende Shirley en de opnamen uit de glorietijd van oud-wielrenner Arie van Vliet. J v. d. K. ADVERTENTIE Lachend over de loongrens Unieke plaat met de fijnste liedjes en de allerpuntigste conferences nu al in de grammofoonplatenwinkels 30 cm LP 17.50 N.V. PHONOGRAM DIEREN In zijn woning in Dieren is gisteravond op 71-jarige leeftijd over leden de zigeunermusicus Joseph Weiss, bekend geworden onder de naam Tata Mirando. Hij was de leider van het fa milie-orkest Mirando, waarin de meeste van zijn veertien kinderen speelden. Tata Mirando, die de oudste was van de stam Weiss, die behoort tot de ma nische zigeuners, werd op 6 maart 1895 in Optiken in Zwitserland geboren. Voor de tweede wereldoorlog vluchtte hij uit Duitsland naar Nederland, waar hij in een woonwagen in Den Haag en later in Dieren op het woonwagenkamp ver bleef. Zijn wagen was altijd versierd met foto's van zijn optreden op paleis Soestdijk en met dankbetuigingen van leden van de koninklijke familie. Juist vorige week had hij een huis betrokken, dat hem was toegewezen. Het stoffelijk overschot van Tata Mi rando zal woensdag of donderdag wor den bijgezet in het familiegraf op de begraafplaats Moscowa in Arnhem. Het landelijk prijsindexcijfer van het levensonderhoud, zoals het C.B.S. dat maandelijks samenstelt op basis 1959/'60 is 100, gaf van medio oktober tot medio november geen wij ziging te zien. Het bleef staan op 128. 'V Jp* HH.VERSUM L 18.00 Nws. 18.15 Act. 18.25 Li. instr. trio. 18.50 Stereo: Meisjeskoor. 19.15 Als ik het voor het zeggen had, praatje. 19.20 Li. ork.muz. en koorzang (gr.). 19.40 Hum. Verbond: Geestelijk leven, toespraak. NRU: 19.50 Musette-ork. (gr 20.00 Nws. 20.05 Omroepork. en sol.: se- mi-klass. muz. 21.25 10 jaar A.O.W., klankbeeld. 22.00 Stereo: Metropole-ork Am. muz. 22.30 Nws. 22.40 Act. 22.55 China- en Ontwikk.landen, cursus. 23.15 Li. gr.muz. 23.55-24.00 Nws HILVERSUM H. 18.00 êStereo: Koorzang: Negro-spiri- tuals. 18.20 Uitz. v. d. B.P. Spreker: de heer H. Koekoek, voorz. v. d. B.P. 18.30 Li. grmuz voor de tieners 1855 Op de man af, praatje 19.00 Nws. en weerpraatje. 19.10 Radiokrant. 19.30 kwartet met rog.beg.: geestelijklijk 1. 19.50 Volksmuziek uit Z.-Amerika, Ti- rol en Joegoslavië. (gr). 20.45 Achtergebleven In Toledo, hoorsp. 21.30 Muz. en dienst: inform, pr.: A. Vioolduo en org.: Oude muz.; B. Boekbespr.; C. Stereo: Voc. ensem ble. 22.15 Avondoverdenking. 22.30 Nws. 22.40 Boekbespr. 22.50 Stereo: Instr. kwartet: mod. muz. 23.00 Studio 13.00: gev. pr. 23.55-24.00 Nws. NEDERLAND I NTS: 18.45 Pipo de Clown. 18.50 Jour naal. 18.55 Reel. CVK/IKOR/RKK. 19.00 Kenmerk: wek. act.rubriek over ker en samenleving. KRO: 19.30 Para dijsvogels, natuurfilm. 19.56 Reel. NTS: 20.00 Journ. 20.16 Reel. KRO: 20.20 Zo is Ria, muz. show. 21.05 Silhouet: ge sprek met een bekend tijdgenoot. 21.35 Havenpolitie (afd. 7); Moord aanboord, tv-film. 22.00 Trio in F: li. muz.pr. 22.25 Epiloog. NTS: 22.30-22.35 Journ. NEDERLAND II NTS: 20.00 Nws. in het kort. 20.01 Reel. AVRO 20.05 Sportpanorama. 20.25 Wat is er in vredesnaam met Erza aan de hand, tv-film. 21.15 Een ande re keer misschien, tv-sp. NTS: 21.55 Reel. 22.00-22.15 Journ. 22.30-23.00Tele- ac: geprogrammeerde instruktie (3). HILVERSUM I. AVRO: 7.00 Nieuws. 7.10 Ochtend gymnastiek. 7.20 Lichte grammofoon- muziek. VPRO: 7.55 Deze dag. AVRO: 8.00 Nieuws. 8.10 Actualiteiten. 8.15 Lichte grammfoonmuziek. (8.30-8.35 De groenteman). 8.50 Morgenwijding. 9.00 Klassieke grammofoonmuziek. (9.35-9.40 Waterstanden). 10.00 Voor de kleuters. 10.10 Arbeidsvitaminen (gr.). (11.00-11.02 Nws); 11.02-11.32 R.V.U. Balletmuziek maken, door N. Sickens de Wal, m.m.v. Otto Ketting). 12.00 Stereo Metropoleorkest: amusements muziek. 12.27 Mededelingen t.b.v. land en tuinbouw. 12.30 Overheidsvoorlich ting: Voor de landbouw. 12.40 Licht in strumentaal sextet en zangsolist. 13.00 Nieuws. 13.10 Journ. en beursber. 13.30 Stereo: Radio Filharm. sextet: klassie ke en moderne muziek. 14.00 Ik hoor, ik hoor wat U niet hoort, lezing met grammofoonplaten. 14.30 Voor de kin deren. 15.00 Voor de vrouw. 15.40 Ste reo: Gitaarrecital: klassieke en mod. muz. 16.00 Nws. 16.02 Opera-aria's (gr). 16.15 Voor de jeugd. 17.15 New York calling. 17.20 Stereo: Lichte grammo* foonmuz. voor de teenagers. HILVERSUM H. KRO: 7.00 Nws. 7.10 Meditatie. 7.15 Lichte grammofoonmuz. en praatje. (7.30-7.32 Nieuws). 7.55 Overweging. 8.00 Nieuws. 8.1X) Lichte grammofoon muz. 8.30 Nieuws. 8.32 Voor de huis vrouw. (9.25-9.30 Conciliepostbus). 10.00 Aubadeklassiek platenprogramma. 11.00 Voor de zieken. 12.00 Musette-or- kest en zangsolist (Stereo- opn). 12.18 Markberichten voor schippers. 12.20 Voor de boeren. 12.27 Mededelingen t.b.v. land- en tuinbouw. 12.30 Nws. 12.40 Actualiteiten. 12.50 Lichte gram mofoonmuz. en praatje. 13.30 Musiës- ta: licht gevar. muziekprogr. (opn). 14.20 De Vlaamse jeugd zingt!: wed strijd Radioschoolkoor 1965. 14.45 Bei aardconcert. 15.00 Pizzicato: gevarieerd muziekpr. 17.00 Overheidsvoorlichting: Nieuwjaarstoespraak door de plv. Ge volmachtigde Minister van de Neder landse Antillen mr. P. L. de Haseth. 17.10 Voor de jeugd. HILVERSUM Hl. TROS: 9.00 Nieuws. 9.02 Actualiteiten. 9.07 Licht muziekpr. VARA: 10.00 Nws. 10.02 Kwink: lichte muziek en actuali teiten. (11.00 Nws). 12.00 Nws. 12.02 Ac tualiteiten. 12.05 Gev. muziekpr. 13.00 Nws. 13.02 Actualiteiten. 13.05 Lichte muziek. 14.00 Nws. 14.02 Actualiteiten. 14.05 Voor de vrouw. 15.00 Nws. 15.02 Actualiteiten. 15.05 Licht ensemble met zangsolisten. 15.30 Licht muziekprogr. (gr.). 16.00 Nws. 16.02 Actualiteiten. 16.05 Voor de tieners. 17.00 Nws. 17.02 Actualiteiten. 17.05-18.00 Verzoekplaten- programma. MAANDAG 2 JANUARI 1967 DUITSLAND I 10.00 Journ. 10.05 Der Wildschütz, ko mische opera. 12.00-13.30 Act.kroniek. 16.40 Nws. 16.45 Kookpraatje. 17.00 Wo- ninginr.adv. 17.25 Plantenpraatje. 18.00 Journ (Reg. pr. NDR: 18.05 Act. 18.16 Sportjourn 18.50 Zandmannetje. 19.00 Act. 19.21 Polizeifunk ruft... 19.59 Pr.- overzicht. WDR: 18.05 Hier und Heute. 18.50 Klein feuilleton. 19.00 Guten Abend. 19.10 Der dunkle Nachbar. 19.40 Reisrep.) 20.00 Journ. en weersoverz. 20.15 Rep., analyses, meningen. 21.00 Film over Jazz. 21.45 Docum. over ge neeskunde. 22.00 Journ. weeroverz. aan sluitend: commentaar. 22.45 Die Koffer des Felix Lumpach, korte speelfilm. DUITSLAND II 18.10 Nws. en weerber. 18.20 Act. en muz. 18.55 Wild ist der Westen, reisrep. 19.27 Weerber. 19.30 Nws. en thema v. d. dag. 20.00 Evang. pr. 20.15 Gezönd- heidskron. Praxis. Aansl. Nws. 2100 Frau ohne Gewissen (Double indemni ty) Amerikaanse speelfilm (niet ge schikt voor jeugdige kijkers). 22.45 Nws., weerber. en thema van de dag. JVXXX\\XX\\\\\\\XXXXXXXXXXXXXX\\XXX\XX\XX\X\\XXXXX\XXXX\\\\\\\\XXV\XXX\\\\XXX\X\XXXXXXXXXXXXXXXXXXXXX\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\XXXXXXXXXXXXX\XXXXXXXXXXXX\\XX\XXXX\XXXX\\\X\\\\\\\\\X\\XXX\\\XXXXXXXXXXXXXXXXXX\\X\\\X\\X\\\\>\\\\\\Y, 18. De kapitein achtervolgde Tekko gelukkig niet en dat was zo'n opluchting voor onze vriend, dat hij be sloot zich voorlopig maar in zijn lot te schikken. Hij beende naar het kombuis en was al gauw goede vriend jes met de kok die, zolang men hem niets in de weg leg de, een goedaardige man was. Onder het vaten wassen, waarbij Tekko helpen moest, vertelde de kok honderduit. „Zie je," zei de dikzak, die blij was wat aanspraak te hebben, „mijn hele familie van vaders kant heeft altijd op een walvisvaarder gediend, dat is zo langzamerhand traditie bij ons geworden, vat je'" „Ja zeker, ik begrijp het", antwoordde Tekko en terwijl hij met de duim achter zich wees, vroeg hij: „Is die man daar op die fo to ook nog familie van je"? „Wel wis en drie", zei de kok, „Dat is de beroemde Knor Dribbelszoon, de uitvin der van het walviskaken"!. VVNVNVVVVVVVXXVXVXVVVXVVXVXVXXVVXXXXXVVVXVXVVXVVVVVVVVVVVXXVVXVXXXVVVXVVXXVXXXXXXVAVVXXXXXXV'VVVVVVVVVVXVVVVXXXVVVVVVVVVVVVVXVXXXVXVVVVVVXVVVVVVVVVXVVXVVVVVVVVVVVXXVVVXVVXXXVVVVVXVVXVXXXVXXXVVVVXXXXVVXXVVVVVVVVXVVVVXXVVVVVVXVXVXVXVVVXXXVVXVXVVVVVXVVVVVVXXXVXVVXVVVXVXVVVVVVVVVXXVVVXXVXVVXXXXXVVVXVVXVXVVXXXXXXVVXXXVVVVVVVVVVNNVXXVVVVXVVVXVVVWWWVVWVVWWVWWWVVWVWVWWWVVVVVVWVWXW'^

Digitale periodieken - Gemeentearchief Veenendaal

De Vallei | 1967 | | pagina 2