Stijgingen van bedrijfslasten oorzaak van moeilijkheden Optimistische kijk op toekomstige ontwikkeling Benoeming OOK IN VEENENDAAL PERSPECTIEVEN VOOR VERDERE EXPANSIE Knippen en scheren volgens afspraak Kesteren bouwt weer 120 woningwetwoningen E.H.B.O. gaat jubileren Verkiezingen Voorzitter Kamer van Koophandel E. D. Cartier van Dissel in nieuwjaarsrede: Pap met muis pronchïletten Bij twee kappers in het nieuwe jaar Oorzaken Vier beroepen voor ds. J. Catsburg Middenstand Export Ondernemers Werknemers Overheidsbeleid Inflatie Gebied Ontwikkeling Geen alkohol bij snelverkeer Preekbeurt in „Veeneind'' Inentingen tegen mond- en klauwzeer maand vervroegd Declamatie boeide bejaard gehoor Vele bekeuringen in Resteren Komende en gaande man in december Plattelandsvrouwen met echtgenoten bijeen in Kesteren F rui t teel tmiddag te Iiigen ülüüliiiiiiiiil AMERONGEN iiiiliiii BURGERLIJKE STAND KESTEREN Hlnili BURGERLIJKE STAND Pagina 5 WOENSDAG 4 JANUARI 1967 UTRECHT De voorzitter van de Kanier van Koop handel en Fabrieken voor Utrecht en omstreken, ir. E. D. Cartier van Dissel, heeft vandaag in zijn nieuwjaars rede verklaard de toekomst niet pessimistisch in te zien, al maant het economisch getij tot voorzichtigheid. In deze conclusies verdisconteerde hij echter vele „indiens", zoals het zich handhaven van de internationale conjunctuur op een bevredigend peil, het verzwakken via het overheids beleid van de autonome inflatoire impulsen zodat de be drijfslasten per eenheid produkt een stabieler beeld gaan vertonen, en het zich met eensgezindheid richten van de inspanningen van werkgevers, werknemers en overheid op versterking van de Nederlandse economie en de verdere groei van het bedrijfsleven. Het leek ir. Cartier van Dis sel geen onoverkomelijke taak deze „indiens" te reali seren. De voorzitter merkte ondermeer het volgende op: Voor het eerst voor de taak staande op deze plaats een nieuwjaarsrede uit te spreken, heb ik als studiemateriaal ook de nieuwjaarsredes van mijn na oorlogse voorgang»** no® a»»* skuxptre- nomen. Vele en velerlei waren de onderwer pen welke de revue passeerden en er ontplooide zich voor mij als het ware een panorama van de recente econo mische geschiedenis. Op één punt waren mijn voorgangers wel zeer eensgezind, nl. in hun met ge paste gematigdheid gedane en met de nodige voorbehouden geclausuleerde uitspraak, dat het zojuist verstreken jaar in zakelijk opzicht toch wel mee gevallen was en dat het nieuwe jaar, bij welks prille begin zij hun rede uit spraken, wel moeilijker zou worden maar toch ook een voorzichtig optimis- me verdiende. Graag had ik deze lijn zonder meer doorgetrokken, doch dit lijkt mij niet te stroken met de moeilijkheden welke ve le bedrijven in het zojuist verstreken jaar bij hun streven naar een rende rende bedrijfsuitoefening hebben ont moet en met de economische toestand op dit ogenblik. De economische situatie in ons land kenmerkt zich namelijk door een dui delijke aarzeling en vertraging in het economische ontwikkelingsproces en on zekerheid ten aanzien van de naaste toekomst. De gevoelens van onbehagen, welke in bedrijfskringen waarneembaar zijn, worden gevoed en versterkt door de bij vele ondernemingen voortgaande verkrapplng van de winstmarges en veelal ook van de absolute winst. In het afgelopen jaar hebben ver schillende bedrijven zich genoodzaakt gezien over te gaan tot beperking van de werktijden of tot inkrimping van de persooneelsbezetting, terwijl een aan tal van hen de strijd om het bestaan hebben moeten staken. De teruglopende conjunctuur bij grote handelspartners heeft ongetwijfeld een ongunstige Invloed op onze export ge had. Doch als de belangrijkste oorzaak van de dalende bedrijfsresultaten zie ik de sterke stijging der bedrijfslasten, in het bijzonder die van de lonen en salarissen en van de sociale verzeke ringspremies, maar ook die van vele indirecte kosten. Deze stijging heeft de laatste jaren de produktiviteitsverbete- ring sterk overtroffen. Illustratief is in dit opzicht de ont wikkeling van de arbeidskosten per werkende in Nederland en In de EEG als geheel. Deze zijn in ons land van 1963 tot 1966 gemiddeld per jaar met 12 pet. gestegen tegenover slechts 7,5 pet. voor de EEG als geheel. De gemiddelde toename van de pro- duktiviteit per werkende daarentegen was in die jaren in Nederland slechts 3,3 pet. per jaar en ln de gehele EEG 4,2 pet, zoals in de groei- en structuur nota van de vorige Minister van Eco nomische Zaken wordt geconstateerd. In deze situatie zou het Nederlandse bedrijfsleven om de produktiviteit snel ler te laten stijgen, in versterkte en versnelde mate moeten kunnen investe ren. Het dalen van de winstresultaten echter, gepaard gaande met de zware belastingdruk waaraan ook de bedrijfs- huishoudingen zijn onderworpen, leidt integendeel tot een verslechtering van de liquiditeitspositie van de bedrijven en beperkt deze steeds meer in hun mogelijkheden van zelffinanciering. Dit klemt nog des te meer nu het aantrekken van middelen van buiten, dus via de geld- en de kapitaalmarkt, met aanzienlijke hogere kosten gepaard gaat en als alternatief veelal nauwe lijks mogelijkheden meer biedt. Ook het overheidsbeleid heeft tot de huidige moeilijkheden in het bedrijfs leven bijgedragen. Enewzijds heeft het prijsbeleid bepaalde noodzakelijke prijs aanpassingen voor zover de buiten landse concurrentie die nog toeliet verhinderd, anderzijds worden het be drijfsleven steeds zwaardere sociale en fiscale lasten opgelegd, waarvoor het geen of onvoldoende compensatie kan vinden. Op de hervormde predikant ds. J. Catsburg zijn een viertal beroepen uit gebracht namelijk door de gemeenten te Brakel, Gameren, Sint Joostland en Nieuw Lekkerland. VEENENDAAL De heer H. G. van Schuppen, directeur van de Rit meester Sigarenfabrieken is benoemcf tot onder-voorzitter van de Kamer van Koophandel en Fabrieken voor Utrecht en Omstreken. De heer Van Schuppen, die reedfi langer deel uitmaakte van de Kamer neemt als onder-voorzitter de plaats in van de heer A. F. C. de Pont uit Zeist, die deze functie gedurende 15 jaar vervuld heeft. Ook de abrupte en zeer aanzienlijke uitbreiding van het overheidsbudget, waarop noodzakelijkerwijze wel afrem mingsmaatregelen moesten volgen, is voor het bedrijfsleven storend geweest en heeft het vertrouwen in een even wichtige ontwikkeling geschokt. Naast bovengenoemde factoren, die vooral de debrijfslasten ongunstig beïn vloedden, hebben ongetwijfeld ook an dere, meer structurele, oorzaken een rol gespeeld, zoals schaalvergroting door fusie van ondernemingen, rationalisa tie, voortschrijden van de mechanise ring en automatisering, toepassing van moderne technieken, heroriëntering we gens wijzigingen in de marktverhoudin gen e.d. Dit alles leidt tot aanzienlijke ver schuivingen in de werkgelegenheid. In west- en midden-Nederland is de ze in de meeste bedrijfstakken nog gunstig, doch als geheel vertoont de arbeidsmarkt een duidelijke ontspan ning. Voor het herstel van het even wicht en de noodzakelijke verbetering van de arbeidsproduktiviteit heeft de ze ontwikkeling ongetwijfeld positieve kanten. De sociale nadelen hiervan voor bepaalde groepen van werkne mers moeten echter zoveel mogelijk ondervangen worden. Wil onze economie echter behoor lijke expansiemogelijkheden behou den, dan is het allereerst noodzake lijk dat de kosteninflatie wordt ge remd, opdat bij concurrerende prij zen wederom een redelijk rentabili- teitsniveau kan worden bereikt. Tevens is het nodig en ook hier op wordt in de eerder genoemde mi nisteriële nota gewezen dat de be sparingen worden opgevoerd, opdat naast de overheid vooral ook het be drijfsleven over de nodige investe ringsmiddelen kan beschikken. Dit zal zowel in de particuliere- als ook in de bedrijfs- en de overheidssec tor matiging van de groei der con sumptieve bestedingen vergen. Tevens zal een scherpere selectie en een weloverwogen fasering van de over heidsinvesteringen noodzakelijk zijn. Wat de investeringen van de bedrijven betreft, deze vertonen een teruggang. dit in een velerlei eisen stellende en voortdurend veranderende maatschap pij, waarin technieken snel door nieuwe vindingen worden achterhaald en markt situaties zich veelvuldig en vaak ingrij pend wijzigen. Sprekend over de ondernemer, zijn taak en zware verantwoordelijkheid, denk ik uiteraard mede aan het midden- standsbedrijf waar de samenhang tus sen de ondernemer en de onderneming wel zeer nauw is. Hoezeer ook het grootbedrijf voor onze economie van grote waarde is, een wijd vertakt net van levenskrachtige midden- en kleinbe drijven is niet minder van essentieel be lang voor onze volkshuishouding. Ik durf zelfs te stellen, dat het grootbedrijf veelal niet behoorlijk zou kunnen func tioneren zonder de bijstand van het midden- en kleinbedrijf in zijn vele schakeringen. Oók het leven van alle dag is niet denkbaar zonder de talloze onmisbare diensten welke het midden- standsbedrijf biedt. Zeker, er zijn gelukkig vele midden- standsbedrijven welke floreren, dank zij de verruiming van dé bestedings mogelijkheden der bevolking en het vaak onvermoeide werken door de on dernemer en de zijnen. Er is echter ook een brede categorie van bedrijven, die het moeilijk hebben. De bruto-be- drijfsresultaten vallen weliswaar vaak nog wel mee, maar de belastingdruk en de bijzondere lasten welke nu een maal inhaerent zijn aan een zelfstandi ge positie, eisen hiervan een groot deel op, zodat per saldo slechts een matige beloning voor de ondernemersarbeid en het ondernemersinitiatief resteert. Tenslotte is er een categorie van be drijven die door een gebrekkige be drijfsvoering, een ongunstige ligging e.d. meer en meer achterraken en een zeer moeizaam bestaan leiden. Het is dan ook toe te juichen, dat het ontwikkelings- en saneringsfonds voor de middenstand inmiddels gestart is, zij het voorhands in een lage ver snelling en met zeer beperkte midde len. Te hopen is, dat dit fonds binnen- Het is m.i. dringend gewenst dat aan deze ontwikkeling een halt wordt toege roepen en ik vraag mij af of niet reeds het moment is aangebroken voor maat regelen ter stimulering van deze inves teringen. Voor Nederland is de internationale concurrentiepositie bijzonder belangrijk, omdat wij op een grote invoer van al lerlei goederen zijn aangewezen en om deze te kunnen betalen meer dan de helft van ons nationale produkt exporte ren. Op dit punt heeft ons land tot dusver veel bereikt, doch het percentage van de invoer dat door uitvoer gedekt wordt, is ln de jaren 1958-1965 nietttemin gelei delijk teruggelopen van 90 pet. tot 84 pet., zodat het invoersaldo in 1965 f 3,9 mld. bedroeg en voor 1966 zelfs op f 4,9 mld. geschat wordt. Het bedrijfsleven zal ook nog meer export-minded moeten worden, 'n Groot deel van de Nederlandse ondernemin gen begeeft zich nog niet of nog slechts in te beperkte mate op dit terrein. Het moet mogelijk zijn thans nog onbenutte exportkansen te realiseren door een ver dere samenwerking op exportgebied vooral in de sector van de middelgrote en kleinere ondernemingen en door meer gebruik te maken van de diensten en mogelijkheden welke de Jaarbeurs, de Centrale Kamer van Handelsbevorde ring, de Economische Voorlichtings dienst, de Kamers v. Koophandel en fa brieken en de bestaande exprtcombina- ties bieden. Ofschoon de prijs doorgaans de be langrijkste factor is, verdienen ook de kwaliteit en vormgeving van het Neder landse produkt en een goede service alle aandacht, evenals een verdere va riatie van het Nederlandse exportpak ket. Het is duidelijk, dat de ondernemer in het economische proces, dat bepalend is voor onze welvaart, een verantwoor delijke en zware taak te vervullen heeft. Dat dit altijd wordt begrepen en ge waardeerd waag ik te betwijfelen. Hij is het immers, die met visie, doortas tendheid en een sterk verantwoordelijk heidsbesef jegens de onderneming wier voortbestaan en ontwikkeling hij zoveel mogelijk móet verzekeren en allen die daarbij betrokken zijn, aan het bedrijf leiding en richting moet geven; kort tot een ruimere vervulling van zijn taak zal komen en dat naast sane ring vooral ook de ontwikkeling van in wezen levenskrachtige bedrijven de aandacht zal hebben. De middenstands ondernemers moeten er echter wel op bedacht zijn dat zij met het behalen van het vakdiploma en het midden standsdiploma niet voor altijd uitgestu deerd zijn. Ik meende mij deze uitweiding over de ondernemer te mogen veroorloven, gezien de belangrijke, centrale positie welke hij in het economisch leven in neemt. Een onderneming van enige be tekenis is echter een voortdurend sa menspel tussen de leiding en allen die verder bij de onderneming betrokken zijn, door de inbreng van hun kennis, vakbekwaamheid en arbeidskracht. Tezamen moeten zij de geïvesteer- de middelen zo produktief en rendabel mogelijk maken, in het belang van de continuïteit en expansie van de onder neming en van het algemeen welzijn. Op het punt van dit samenspel heb ben zich, vooral in de laatste decennia, zowel binnen de ondernemingen, als ook in de vorm van externe overleg- en samenwerkingsorganen van werkge vers en werknemers, grote verbeterin gen voltrokken, welke het bedrijfsleven zeer tot nut zijn geweest en er belang rijk toe hebben bijgedragen dat Neder land een modern industrieland kon worden. Hoezeer dus ook een individuele en gecombineerde krachtsinspanning van allen die bij het bedrijfsleven betrok ken zijn van essentieel belang is voor de verdere ontwikkeling van onze eco nomie, hiervoor is mede noodzakelijk een zo gunstig mogelijk internationaal, nationaal, regionaal en plaatselijk „kli maat". Het is duidelijk dat dit in belangrijke mate een kwestie van overheidsbeleid is. Voor het binnenlandse financiële en economische overheidsbeleid kan ik he laas weinig waardering opbrengen. Het is een feit en ik geloof dat 't ook niet anders kan, al kan men over de mate en methodiek van mening verschillen dat de overheid en wel speciaal de landsoverheid, een grote in vloed heeft op de gang van zaken in het bedrijfsleven. Enerzijds onttrekt zij door middel van belastingen, leningen enz. aanzienlijke middelen aan de be drijfs- en particuliere huishoudingen, anderzijds verricht zij eveneens aan zienlijke bestedingen en investeringen die voor een belangrijk deel het be drijfsleven wederom direct? en indi rect ten goede komen. Men denke voorts aan de loon-, de sociale en de prijspolitiek, die even eens het bedrijfsleven rechtstreeks ra ken. Elkeen die zijn ogen de kost geeft en zich realiseert dat omstreeks het jaar 2000 ons land naar verwachting ca. 20 miljoen inwoners zal tellen, zal moeten erkennen dat er zwaar zal moeten wor den geïnvesteerd, allereerst om de groei van de bevolking op te vangen, maar evenzeer voor de verhoging van het welvaartspeil. Deze vergen zowel uitbreiding als modernisering van ons produktie- en dienstenpotentieel en van de woningbouw, maar ook een hoog ni veau van de noodzakelijke overheidsin vesteringen. Eén zware belastingdruk blijft hier voor onvermijdelijk, terwijl daarbij te vens zoals gezegd nog meer zal moeten worden gespaard. Het was echter m.i. onjuist, dat zoals met het optreden van het vorige kabinet is geschied het overheids budget van 1965 op 1966 drastisch werd verhoogd met ca. f S mld. en 't bedrijfsleven op korte termijn met las tenverzwaringen werd geconfronteerd, die het uiteraard niet zo maar ineens kon opvangen. Het werd dan ook alras duidelijk, dat hiermede te hoog was gegrepen en de nog maar amper aangekondigde verrui mingen van de overheidsbestedingen en -investeringen moesten alweer ten dele worden afgeremd. ok voor de beteugeling van de infla toire krachten, welke eensdeels onge twijfeld van buitenlandse origine zijn, doch anderdeels een autonoom karak ter dragen, is een meer geleidelijke en heter op de draagkracht van onze volkshuishouding afgestemde ontwikke ling van groot belang. Tot en met 1963 heeft ons land de prijsinflatie redelijk goed in de hand weten te houden. Stegen nl. de kosten van levensonderhoud in de EEG-landen als geheel in het tijdvak 1950 tot en met 1963 met gemiddeld 3,6 pet. per jaar, in ons land bedroeg in deze pe riode de jaarlijkse stijging gemiddeld slechts 3 pet. Vanaf 1964 tot en met 1966 daarentegen stegen de kosten van levensonderhoud hier te lande jaarlijks gemiddeld tnet 5,5 pet. ten opzichte van het jaar daarvoor, terwijl in de EEG deze stijging gemiddeld onveran derd op 3,6 pet. bleef. Ik besprak hiervoren allerlei zaken in het algemeen. Wat ik ten aanzien van het bedrijfsleven en de invloed daarop van het overheidsbeleid zei, geldt in grote lijnen voor het bedrijfsleven en het ressort van deze Kamer. Ook hier bij sommige ondernemingen krimpende winstmarges, soms gepaard gaande met afzetmoeilijkheden in binnen- en buiten land, gebrek aan orders, uitstel van uit- breidings- en vernieuwingsplannen, ver slechtering van de liquiditeitspositie en een zekere ontspanning van de arbeids markt, in het bijzonder in de metaalin dustrie, bij een overigens nog bevredi gend werkgelegenheidsniveau. In een apart overzicht, dat binnen kort gereed zal komen, zal een uitge breider beeld worden gegeven van de gang van zaken in het bedrijfsleven in ons ressort. Naast het beleid van de*'rijksover heid, is ook het beleid van de provin ciale en de gemeentelijke overheden voor de groei en bloei van het bedrijfs leven van grote betekenis. Naar ik meen is in tegenstelling tot de gemeenten het economische leven voor de provinciale besturen niet vanouds een terrein van intense activi teit. Hierin is echter een belangrijke ver andering gekomen, ook in deze provin cie, met de dynamische ontplooiing van het economische leven, de aanzienlijke verschuivingen welke zich in het econo mische patroon voltrekken en de grote en verder te verwachten bevolkingsaan was, welke in sterk overwegende mate in de industrie en de dienstensector werkgelegenheid zal moeten vinden. Zo is ook het contact tussen de Ka mer en het provinciaal bestuur nau wer geworden, hetgeen zich manifes teert in het tot stand komen van ge regelde besprekingen met Gedepu teerde Staten en in de vertegenwoor diging van de Kamer in verschillen de commissies, zoals die voor de werk gelegenheid, de provinciale streek plancommissie en de streekplancom missie voor bepaalde gebieden. Daarbij hebben wij bij herhaling de grote zorgvuldigheid mogen constateren waarmede het provinciaal bestuur en de desbetreffende diensten de verdere be stemming van de Utrechtse ruimte lei den en begeleiden teneinde hier een zo goed mogelijk woon- en werkklimaat te behouden. Principiële tegenstellingen met de vi sie van de Kamer op deze materie heb ben zich hierbij tot dusver niet geopen baard; accentverschillen wel, omdat het nu eenmaal de specifieke taak van de Kamer is op te komen voor de behoef te van het bedrijfsleven aan expansie mogelijkheden, woonruimte voor hen, die in de bedrijven werken en goede communicaties. Daarbij kan het zijn dat wij die overigens eveneens het grote belang van het behoud van landschaps- en steden schoon, natuur- en recreatiegebieden onderschrijven ons tegen een o.i. te sterk conserverend beleid jegens het aanwezige moeten kanten. Recente bezoeken aan diverse ge meenten in ons ressort hebben de in druk versterkt, dat op vele plaatsen met visie op de toekomst en met inacht neming van het eigen karakter der ge meenten aan de verdere ontwikke ling daarvan wordt gewerkt. Belangrijke stadsuitbreidingen zijn ln uitvoering of in voorbereiding en ook de sanering van de oude stadsdelen is in diverse gemeenten aan de orde. Ook in Veenendaal, IJsselstein, Mij drecht, Maarssen, Jutphaas, Vreeswijk en Wijk bij Duurstede zijn er perspec tieven voor een verdere expansieve ontwikkeling van het bedrijfsleven en en een aanmerkelijke uitbreiding van de woonfunctie. Tot dit laatste zullen trouwens ook diverse andere gemeen ten een verdere bijdrage moeten leve ren. Door middel van de bouwstromen welke met kracht zullen moeten worden voortgezet is op een belangrijk punt de intergemeentelijke coördinatie en samenwerking bevorderd. Het is van groot belang dat dit pro ces van samenwerking, ook op andere terreinen, in versnelde mate voortgang vindt. Zij die dit voorstaan, stimuleren en hieraan een diepere inhoud willen ge ven dan vrijblijvend overleg kan bie den, vinden hun visie bevestigd in de eerder genoemde regeringsnota inzake de ruimtelijke ordening. Naast enige andere regio's in den lande wordt in dit stuk speciaal ook Midden-Utrecht genoemd als een ge bied dat een inhoudsvol samenwerkings orgaan niet kan ontberen. Negen ge meenten in deze regio hebben dit tot onze verheugenis begrepen en zullen, naar wij hopen, binnenkort ook metter daad tot een begin van samenwerking besluiten. Hopelijk zullen Zeist en De Bilt in dit verband niet blijven ontbre ken. Resumerend zou ik willen zeggen, dat het economisch getij tot voorzich tigheid maant. VEENENDAAL In gebouw Veen- eind zal donderdag 5 januari ds. Bouw van Eemdijk een predikbeurt vervul len. De aanvang van deze dienst is 's avonds om half acht. DEN HAAG Blijkens een publika- tie van het Ministerie van Landbouw en Visserij is het begin van de norma le jaarlijkse enting van de Nederlandse Rundveestapel tegen mond- en klauw zeer met een maand vervroegd. De minister heeft hiertoe besloten in ver band met de ontwikkeling van deze veeziekte in West-Duitsland en de daar uit voortvloeiende kans tot overbren ging van het virus. De entingsperiode, die reeds 27 december 1966 is ingegaan loopt tot 15 april 1967. VEENENDAAL Dinsdagmiddag vond in het OCB-gebouw een culturele ontspanningsmiddag voor de bejaarden plaats. De Amsterdamse declamator, de heer J. Oostervelder, verzorgde het programma. Op boeiende en pakkende wijze liet de heer Oostervelder alle aan wezigen onder meer een ware gebeurte nis van dr. Bruns uit Zeeland meebele ven. Dr. Bruns vertrok 17 jaar geleden naar Bengalen met zijn vrouw, bouwde met hulp van de Bengaalse lanciers een blokhut aan de rand. van het oer woud, en beleefde daar een zeldzame gebeurtenis met een witte olifant, die daar heilig is, evenals de koeien. De declamator bezit de gave om met zijn woorden en geluiden de luisteraars mee te nemen, en de dingen zó duide lijk te laten zien dat het is, of men er zelf bij is geweest. De heer Oostervel der oogstte dan ook een welverdiend, applaus. Dinsdagmiddag 11 januari zal dokter Engel uit Amerongen een causerie met dia's houden over „Ons lichaam, een wonder". SCHERPENZEEL ln het begin van deze week kwam een inwoner van Scherpenzeel tot een bijzonder vreem de en nare ontdekking. Toen deze in woner na zijn dagelijkse warnie maal tijd zijn „toetje" opgediend kreeg een bord pap trof hij hierin een grote klont aan. Bij nader onderzoek werd vastgesteld dat dit een halve muis was. Omdat men benieuwd was, waar de andere helft wel zou zijn, ging men in de keuken het restant van de pap in de fles bekijken. Hierin zat de andere helft. Al met al een onsma kelijk geheel waarvan men in Scher penzeel huivert. Ten overvloede ver melden wij nog dat de pap voor ver dere consumptie ongeschikt was. De Scherpenzeler is inmiddels overgegaan op corn-flakes ADVERTENTIE Hoestdronk in tab let vorm.95 ct KESTEREN De Rijkspolitie in de gemeente Kesteren heeft dinsdag in sa menwerking met de verkeerspolitie een controle uitgeoefend op de maximum snelheid in de dorpen Kesteren en Op- heusden. Naar wij van de plaatselijke politie vernamen, moesten verschillende automobilisten worden bekeurd. VEENENDAAL Met ingang van 2 en 3 januari hebben twee kappers te Veenendaal gemeend, in het vervolg hun klanten alleen van de haardos te ontdoen, indien deze daarvoor tevoren een afspraak hebben gemaakt. Deze maatregel is genomen door de heer T. van Hall (firma N. van Hall en Zn. aan dê Zandstraat) en de heer Van Schup pen (kapsalon Mattheu aan de Kerke- wijk). In feite is de aanleiding voor de ze stap hij beide kappers personeelsge brek. De heer Van Hall voerde het bedrijf altijd samen met zijn vader, maar de- KESTEREN Ingekomen zijn: El Asri, A. M. van Rhenen naar Mid denweg 5, Opheusden; Wemmenhove, Hendrik, van Zuidwolde*' naar Boven- eindestraat 20, Kesteren; Homan, Jo hannes B. van Dodewaard naar Ooie vaarstraat 33, Opheusden; Van Ooijen, Johannes, van Tiel naar J. van Hoe- menstraat te Kegteren; Voorstok, Jan H. van Coevorden naar Stationsstraat 16, Kesteren; Van de Weerd, Evert en gezin van Wageningen naar Hoofdstraat 7, Kesteren. Vertrokken: Haddou M'hamed, M., van Opheusden, Lakemondsestraat 24, naar Rhenen; Rietveld, Johannes, van Achterdorp 17, Kesteren naar Renkum; Klomp, Hendrik van Hamsestraat 12 te Opheusden naar Renkum; Verhaaf, Jan en gezin van Oude Broekdijk 14 naar Ede; Hakkert, Aaltje, van Rijnbandijk 36, Opheusden naarOosterbeek; Mans, Johanna van Esdoornstraat 7, Opheus den naar Hoogeveen; Zaaijer ev van Schaik Aaltje, van Hoofdstraat 19 naar Lienden;Van den Hatert, Gradus, van Broekdijk 14 Kesteren naar Valburg; Metalsi, Bagdad M. A. van Lakemond sestraat 24 naar Marokko; Verhaaf, Arie van Koningsstraat 18a Opheusden naar Valburg; Van Schenkhof, Johan nes J. van Jan van Amstelstraat 13 naar Dodewaard; Termaat, Gerrit van Parallelweg 63 naar Maurik; Albers ev van Doesburg, Janne van Kempkeslaan 5, Opheusden naar Veenendaal; Onink, Cornells van Hoofdstraat 65 Kesteren naar Maurik; Van Voorst, Evert J. en gezin van Hoofdstraat 7 Kesteren naar Renswoude. KESTEREN In de lagere Land en Tuinbouwschool te Kesteren vindt op maandag 16 januari een bijeenkomst plaats van de christelijke Plattelands vrouwen, afdeling Kesteren. Dokter Jon ker uit Opheusden is bereid gevonden een inleiding te houden. Van de zijde van het bestuur deed men nogal ge heimzinnig over het onderwerp. Wel verzekerde men ons, dat deze keer ook de echtgenoten van de dames-leden van harte welkom zijn. De bijeenkomst be gint om 19.30 uur precies. INGEN De afdelingen Lienden, In- gen en Echteld van de Ned. Fruittelers Organisatie, organiseren donderdag 5 januari een nationale fruitteeltmiddag in het verenigingsgebouw te Ingen. Tij dens deze jaarlijkse middag zal een tweetal lezingen worden gehouden, die beide betrekking hebben op een actueel vraagstuk in de fruitteelt. Ir. Joh. Bos spreekt over het onderwerp „De teelt van het fruit in verband met de afzet- wijzigingen" en de heer P. van West- reenen uit Ingen, houdt een inleiding over de vraag „Welke wijzigingen zijn er in de huidige afzetmethoden te ver wachten en waarom?". De fruitteelt middag begint om 13.30 uur. Geboren: Sandy Eduard, z.v. K. W. Geelhoed en J. E. M. Hagenbeek; 'Hen drik, z.v. W. Gijsbertse en G. M. A. Reede; Jannigje, d.v. H. van Ginkel en P. C. Henken; Adriana Willemina, d.v. B. C. Drost en H. Kosters; Jenneke Margriet, d.v. J. G. van Egdom en P. Vogelzang. Overleden: Trijntje de Groot, 89 jr., wed. van H. Vat. Getrouwd: Dirk Jacob van Barneveld en Maria Theodora van Ingen; Bertil Bolwijn en Janneke Jacoba Dorpema; Hendrik Langhout en Dirkje Jannetje Blankestijn. Ingekomen: H. J. Santing van Rhe nen in De Del 17; W. van Engelenho- ven-Breeschoten van Smilde in School- weg 11; K. v. Ginkel van Scherpenzeel in School weg 9; A. H. Reede-de Haas van Veenendaal in Burg. Jhr. H. v. d. Boschstr. 127. Vertrokken: D. J. Langhout-Blanke- stijn van de Oude Wei 15 naar Haar lemmermeer; A. E. R. Tiel van Berg weg 27 naar Den Helder; R. Schalen van Industrieweg 5 naar Dedemsvaart; A. van den Heuvel van Overstr. 40 naar Den Helder; D. H. Berendsen van Kon. Wilhelminaweg 77 naar Deventer; C. v. Soest van Pr. Bernhardlaan 62 naar Maurik. KESTEREN De gemeente Kesteren is opnieuw voornemens om 120 woning wetwoningen te gaan bouwen. Het betreft hier een tweede bouwstroom voor de jaren 1967, 1968 en 1969. Van dit contingent woningen zullen er 60 in Kesteren en 60 in Opheusden worden gebouwd. Een en ander bleek tijdens de laatste raads vergadering. By nadere Informatie bleek, dat de woningen van hetzelfde type zul len zijn als die, welke momenteel in beide dorpen worden gebouwd. Ook de woningen, die behoren tot de tweede bouwstroom worden met centrale verwarming uitgerust, terwyi de arbeidsbesparende bouwmethode zal worden toegepast. Of de huurprijs ook hetzelfde zal worden kon moeiiyk worden gezegd, aangezien deze eerst vastgesteld kan worden als de aannemingssom bekend Is. De woningen zullen in Kesteren gebouwd worden in het zogenaamde plan-Zuid, dat is gelegen tussen de Nedereindsestraat en de Frultstraat. De woningen voor Opheusden zyn wederom ln de Smachtkamp geprojecteerd. ze heeft gezien zijn 69 jaar niet zo verwonderlijk het besluit genomen, zich uit de actieve kapperij terug te trekken. Ook de heer Van Schuppen staat er momenteel alleen voor. Toch zien de kappers deze stap niet alleen als het dienen van het. eigen belang, ook de cliënt is naar hun mening met deze methode gediend. Hoe vaak kwam het vroeger niet voor dat men lange tijd moest wachten bij de kapper. Nu spreekt men op een bepaalde tijd af en is men zeker binnen de korstst mogelij ke tijd, ontdaan van de haarvracht, weer buiten te staan. We vroegen beide kappers hoe de klanten op deze nieuwigheid reageer den. De heer Van Hall antwoordde: ,.De klanten die even doordenken zien de grote voordelen van dit systeem ook voor hen. Anderen moeten er nog even aan wennen. Ik heb één reactie gehad in de trant van: Al die nieuwigheden, het lijkt wel een damessalon. Ik ben er ze ker van, dat als men er eenmaal aan gewend is, dat men deze methode zal gaan prefereren." Bij de heer Van Schuppen zat iemand onder het mes. Deze klant zei: „Ik ben er blij mee. Vroeger zat je hier soms de hele zaterdagmorgen op je beurt te wachten. Nu is dat afgelopen; ik had om vier uur afgesproken en ik zat ook om die tijd in de stoel." De heer Van Schuppen is er zeker van dat binnen afzienbare tijd al zijn colle ga's in Veenendaal deze voorbeelden zullen volgen. Volgens hem willen an dere kappers evenmin als hun klan ten in streken, waar deze vorm van dienstverlening reeds lang ingeburgerd is, beslist niet meer terug naar de (tot nu toe) „gewone" manier. Beide kap pers begonnen gistermorgen aan deze noviteit (voor Veenendaal). OPHEUSDEN Op vrijdagmiddag 20 januari zal in hotel „De Zwaan" een receptie gehouden worden ter gelegen heid van het feit, dat 25 jaar geleden de E.H.B.O. werd opgericht. Hulpverlening aan de naaste in oor log en vrede waar nodig is het doel van de E.H.B.O.-er. Daarom ver dient de jubilerende afdeling dat velen hun daadwerkelijke belangstelling to nen en het jubileumfonds steunen. Als er een patiënt geholpen moet werden, moet er materiaal zijn en dat kost geld. Dat het bestuur nu gaarne een voldoende aantal goed uitgeruste kof fers wil aanschaffen, is een redelijke zaak. Men begon met houten kisten. Nu zijn er degelijke koffers. Met spanning wordt dan ook uitgezien naar het resultaat van de actie: een groot aantal goed gevulde hulp-koffers. KESTEREN Geboren: Hiromi Di- na, d.v. N. van Akyuwen en L. Hutu- bessy, Opheusden; Ingrid, d.v. C. Smit en H. van Ingen, Opheusden; Jo hannes, z.v. H. D. Verwoert en Ch. P. Zwart, Opheusden; Sameliena, d.v. M. van den Bosch en M. C. Bunt, Opheus den; Erwin Enrico Rainer Demianus, z.v. H. Akerina en C. Kikalessy, Op heusden; Neeltje, d.v. G. Hendriksen en C. Bos, Opheusden; Karei, z.v. K. Franken en J. P. Torn Broers, Opheus den; Adriana Elisabeth, d.v. G. van der Linden en J. M. van Eldik; Janna Dirkje, d.v. G. Roelofsen en J. Ver woert; Judith Theodora, d.v. A. C. D. van der Linden en J. H. W. Florissen. Ondertrouwd: J. A. Linkenhof 20 jr., (Tiel) en M. Jansen 17 jr.; J. D. Hui- bers 19 jr. en W. T. J. van de Wardt 19 jr. Getrouwd: J. W. Roelofsen en D. Roelofsen; O. van Schaik, Lienden en A. Zaaijer, J. B. Homan Dodewaard en J. van Osenbruggen; J. H. van Ooijen (Tiel) en K. van Neerbos; P. N. van Doesburg (Tiel) en J. S. Albers. Overleden: A. Hoogakker, 68 jaar, echtg. van H. Verhaaf; A. van Dam, 80 Ir., echtg. v. A. Verwoert. Stemmen in een andere gemeente. Kiezers, die naar hun keuze aan de stemming voor de leden van de Tweede Kamer der Staten-Generaal wensen deel te nemen, hetzij in de gemeente in wel ker kiezersregister zij op de dag der kandidaatstelling (3 januari 1967) zijn opgenomen, hetzij in een andere door hen aan te wijzen gemeente, kunnen vanaf 3 januari 1967 daarvan medede ling doen ter secretarie van een ge meente aan de burgemeester of de door deze aangewezen ambtenaar. De mede deling moet door de kiezer in persoon worden gedaan. Stemmen -door kiezers, opgenomen in het centrale bevolkingsregister. Kiezers, die zijn opgenomen in het centrale bevolkingsregister, kunnen naar hun keuze in elke willekeurige ge meente aan de stemming voor de leden van de Tweede Kamer der Staten-Ge neraal deelnemen. Kiezers, die van deze bevoegdheid ge bruik wensen te maken, moeten hier van schriftelijk mededeling doen aan de burgemeester van 's-Gravenhage. Formulieren voor het doen van deze mededeling zijn kosteloos op de gemeen tesecretarie van elke gemeente ver krijgbaar. Stemmen by volmacht. Kiezers, die vermoedelijk niet in staat zullen zijn in persoon aan de stemming voor de leden van de Tweede Kamer der Staten-Generaal deel te nemen kun nen bij burgemeester en wethouders der gemeente, in welker kiezersregister zij zijn opgenomen een verzoek indie nen om bij volmacht te mogen stem men. Formulieren voor het doen van een verzoek om bij volmacht te mogen stemmen zijn kosteloos verkrijgbaar bij de gemeentesecretarie van elke ge meente. Alle bovenbedoelde verzoeken en me dedelingen kunnen uiterlijk 1 februari a.s. worden gedaan. Voor nadere inlichtingen wende men zich tot de afdeling verkiezingen van de gemeentesecretarieën.

Digitale periodieken - Gemeentearchief Veenendaal

De Vallei | 1967 | | pagina 5