WAT WIJ GELOVEN DS. H. J. H EGGER, GEWEZEN PRIESTER - GEEN ANTI-PAPIST Gesprekken over principes met vooraanstaande kerkelijke figuren Kenmerkend voor ds. H. J. Hegger te Velp lijkt ons zijn eerlijkheid en joviale openheid in zijn vragenbeantwoording. Dit houdt uiteraard niet in, dat hiermee ook juistheid van inzicht gepaard gaat. Het betoog van de ex-priester zal hier en daar zeker wel aanvechtbaar zijn. Deze geestelijke is inter kerkelijk en wereldwijd georiënteerd en heeft een strijdbaar karakter, zonder een uitgesproken vecht jas te zijn. Ook is Hegger geen anti-papist, al leiden zijn publikaties soms tot deze gedachte. Het is een interessante en leerzame bezigheid zich van zijn goedgeformuleerde inzichten op de hoogte te stellen. Of hij gelijk heeft, daarover zal uiteraard verschillend geoordeeld worden! Het werkterrein van ds. H. J. Hegger: het Europees ex-priesterrefugium „De Wartburg" te Velp. Dominee Hegger, wilt u ons enkele biografische in lichtingen verschaffen t Ik ben in 1916 te Lomm in Nederlands Limburg ge boren. Toen ik 12 jaar was, ging ik naar het Klein- Seminarium te Haastrecht. Op 18-jarige leeftijd inge treden bij de Paters Redemptoristen. Eerst proefjaar, noviciaat. In dit jaar ingeleid in het kloosterleven. Daarna tijdelijk gelofte, welke inhield: Gehoorzaam heid armoede celibaat. Daarna 2 jaar studie filo sofie te Roermond en 4 jaar theologie in Wittem. Na 3 jaar legde ik de eeuwige gelofte af en werd op 7 augustus 1940 tot priester gewijd. In 1941 was ik klaar met de studie. Waf houdt Pater-Redemptorist in Zij hebben geen eigen parochie, althans niet in mijn tijd. Het waren specialisten. Het kerkelijk recht ver langt dat elke pastoor minstens om de tien jaar een „missie" laat houden. Zulk een „missie" bestaat uit een reeks geestelijke oefeningen gedurende minstens een week. Het kernpunt van die week bestond uit de preken van elke avond. Daar werden de zware onder werpen behandeld, zoals: doodzonde, dood, laatste oor deel en de hel. Wij, paters redemptoristen, waren ge specialiseerd op dat terrein en werden dan door de pastoors uitgenodigd om dergelijke „missies" te pre ken. Wij werden dan ook wel de „donderpaters" ge noemd. vanwege het ernstige boetekarakter van onze preken. Bleef u altijd in Nederland In 1947 kreeg ik een verplicht te aanvaarden benoe ming tot professor in de filosofie en de geschiedenis van de filosofie te Tiete in Brazilië. Daar brak u met de rooms-katholieke kerk Op 8 juli 1948 ben ik in Brazilië uitgetreden. Van tevoren had ik contact opgenomen met de methodis tische kerk daar. Waarom werd het de methodistische kerkt Toen ik overtuigd raakte, dat de Reformatie de enige mogelijkheid was voor mij, zocht ik in de tele foongids naar een protestantse kerk. Ik vond alleen de meth. kerk. Deze ving mij toen welwillend op en voor zag mij van het nodige, want ik had geen enkele be zitting. Als kloosterling bezaten wij niets. Als we op reis gingen, kregen we behalve het reisgeld nog een kleinigheid mee, voor onvoorziene omstandigheden. Maar als we terug waren in het klooster, moesten we alles weer aan de overste afgeven. Ik had zodoende niet eens geld om een burgerpakje te kopen. Als ik zonder steun van iemand anders zou uittreden, dan zou dat voor mij betekenen, dat ik allereerst door dief stal voldoende geld zou moeten proberen te krijgen om burgerkleding te kunnen kopen; of als ik dat niet zou willen, dan zou dat de hongerdood betekenen, daar im mers niemand aan iemand in priesterkleding werk wil verschaffen. Hoe kwam u dan aan geld voor de overtocht naar Europa f Ik werd opgenomen in het internaat van de Metho distische faculteit in San Paola. Ik vervulde spreek beurten en ontving daarvoor het gebruikelijke hono rarium. Ook kreeg ik steun van de diakonie van de gereformeerde kolonie daar. Zodoende kwam ik aan het nodige geld om naar Europa te gaan. Een Nederlandse familie had mij uitgenodigd hen te bezoeken. Daardoor kwam ik in contact met dg direc teur van de Ned. Chr. school in Brussel. En hierdoor kwam ik weer in aanraking met de gereformeerde kerk van België. Eerst werd ik evangelist en later predikant te Denderleeuw. Ik beëindigde mijn studie aan de V.U. De eerste acht jaar publiceerde ik niet. In 1957 verscheen „Mijn weg naar het licht". Hierop kreeg ik veel reacties van gewezen, zoekende en over tuigde rooms-katholieken. Het was moeilijk met deze allen persoonlijk contact op te nemen, daarom beleg den wij in 1958 een conferentie te Laren. Daar kwa men toen plm. 65 mensen. Er werd besloten contact te houden en een gestencild blaadje uit te geven dat om de drie maanden verscheen. Er war nog een andere Nederlandse ex-priester, die medewerking verleende. Hoeveel abonnees had u toen? Dat waren er 200. In die tijd kreeg ik een uitnodi ging naar Zuid-Afrika. Ik maakte er een spreekbeur tentournee van drie maanden. Toen ik afwezig was nam mijn collega het besluit het blad te laten druk ken. „In de Rechte Straat" telt nu 21500 abonnees. Door dit verloop vroeg en kreeg ik studieverlof van de geref. kerk. Bij het verder uitgroeien van het blad kwam er een bestuur en later een stichting. Ik trad uit het bestuur en ben nu predikant-directeur, in dienst van de stichting. We zijn zojuist met een Engelse edi tie begonnen van het blad. Dat is dan een behoorlijke biografische informatie. Wat acht u de kerninhoud van de bijbel? De boodschap van vergeving van alle schuld, enkel door genade. Als vrucht van het verzoenende werk van Christus, die in onze plaats wou staan. Deze ge nade wordt ons deel door het geloof. Waarom was u als rooms-katholiek zo bang voor de hel? Omdat die hel ons steeds in de meest felle kleuren geschilderd werd op catechismusles en in de preken. Vooral de eeuwigheid van de hel maakte diepe indruk op mij. En ik meen ook, dat op zichzelf deze predi king van de hel niet onbijbels is. Integendeel, het Evangelie is ondenkbaar zonder deze verwerping. Als wij naar het kruis van Christus zien, dan blijkt wel dat de zonde een vreselijke straf verdient. Maar waarom was u dan zo bang om in de hel te komen Volgens Rome ontvangt de mens de genade, waar door hij kind van God wordt, voor de eerste keer door de Doop of door een volmaakt berouw, dat voortkomt uit liefde tot God. Maar deze staat van het kindschap Gods verliest de mens weer door een doodzonde. En wanneer hij komt te sterven met -ien doodzonde op zijn geweten, die hij niet heeft WILLEN biechten, dan komt hij in de hel terecht. Wat is dan een doodzonde volgens Rome? Een vrijwillige overtreding van Gods gebod, in een ernstige zaak en met volle kennis. Een dagelijkse zon de is een overtreding van de wet Gods in een geringe zaak, of in een ernstige zaak maar zonder voldoende kennis of voldoende vrijwilligheid. De straf op de da gelijkse zonde is het (tijdelijke) vagevuur; de straf op de doodzonde is de (eeuwige) hel. Voor welke doodzonde was u zo bang? Volgens Rome is de overtreding van sommige ge boden alleen maar dagelijkse zonde. Zo is bv. liegen slechts dagelijkse zonde. De overtreding van andere geboden is dagelijkse zonde als het over een geringe. en doodzonde als het over een ernstige zaak gaat. Zo bv. stelen. Weer andere geboden zijn altijd doodzonde, zoals de zonde op seksueel gebied. Maar juist deze zonde komt zó veelvuldig voor, dat in onze tijd de priesters vaak in de preken als hun mening verkon digden, dat negentig procent van de verworpenen in de hel dat te wijten hebben aan hun zonde op seksueel gebied. Maar waarom was u nu juist zo bang voor deze zonde Vooreerst omdat ik een normaal mens was. Iemand die op geen enkele wijze seksuele verlangens in zich voelt opkomen, moet zich daar niet op beroemen, want dan is hij abnormaal, tenzij hij van God de gave der onthouding heeft ontvangen. En vervolgens betroffen mijn angsten niet seksuele daden. Daarvan kan een mens met een sterke wils kracht zich vrij houden. Dat heb ik dan ook klaarge speeld. Volgens Rome is echter ook reeds het vrijwil lig behagen hebben in seksuele fantasievoorstellingen doodzonde. En dat was voor mij een bron van angsten. Als elke normale jongen en man komen seksuele voor stellingen vanzelf in je naar boven. Dat is dan onvrij willig en nog geen zonde, volgens Rome. Maar wan neer je je gaat verlustigen in die voorstellingen of dro merijen, en je doet dat vrijwillig en bewust, dan doe je volgens Rome wèl doodzonde en verdien je daar door de heL Maar u behoefde toch niet vrijwillig en bewust deze begeerten te koesteren? Wanneer weet je precies of je wel of niet vrijwillig behagen hebt gehad in zulke voorstellingen Daar om was dit voor mij een bron van allerlei zielskwel lingen, met onzekerheid en angst! In deze tijd denkt men er veel gemakkelijker over en zal een priester niet zo gauw meer spreken over een doodzonde. Maar u kon toch altijd in de biecht vergeving krij gen van de zonde? Ja, maar voor een goede biecht was nodig een vast voornemen om die zonde nooit meer te doen. En hoe kun je van je zelf weten of je beslist nooit meer vrij willig je wilt verlustigen in dergelijke vanzelf-opko- mende dromerijen? Neen, omdat de biecht in laatste instantie de mens verwijst naar zichzelf, naar zijn eigen wilsbesluiten, daarom kan de rooms-katholieke biecht geen echte zekerheid geven van de vergeving der zonden. Maar u had toch uit eigen vrije wil de celibaatsge- lofte afgelegd. U kon dus rekenen op innerlijke strijd? Dat is ook zo. En de moeilijkheden met het celi baat zijn ook beslist niet de eigenlijke reden geweest, waarom ik de kerk verlaten heb. Dat zou ik niet ge kund hebben. Als ik „om de vrouw' de roomskatho- lieke kerk zou hebben verlaten, dan zou ik mezelf niet meer recht in de ogen kunnen zien. Ik zou daar psy chisch aan te gronde zijn gegaan. Mijn geweten zou mij dat altijd verwijten. En overigens is mijn psychi sche geaardheid te radicaal. Ik zou een compromis met mijn geweten niet kunnen verdragen. Ik zou mijn eigen listigheid te snel doorzien. Kan volgens u een rooms-katholiek zalig worden? Als hij consequent de leer van zijn kerk zou volgen, zie ik niet in hoe hij zalig kan worden. Immers het concilie van Trente leert dat de begenadigde mens de hemel moet verdienen door zijn goede werken, terwijl juist Galaten 3 10 zegt: „Allen die het van werken der wet verwachten, liggen onder de vloek' Dus er icordt geen rooms-katholiek zalig? Zeker wel. Velen nemen deze uitspraak niet conse quent en verwachten hun heil eigenlijk alleen van Christus. Neem bv. veel zogenaamde heiligen in de rooms-katholieke kerk. Deze hadden een zeer sterk zondebesef en waren overtuigd alleen door genade za lig te worden. Verder is het ook zo dat je niet alleen door de zuiverheid van de belijdenis, maar veeleer door het geloof van je hart zalig wordt. U zei straks dat Rome leert dat de begenadigde mens zelf de Hemel moet verdienen. Ziet en zegt u dat niet te eenzijdig? Immers, de moordenaar aan het kruis had. geen goede werken en toch erkent ook de rooms-katholieke kerk dat hij zalig is. Niet dan? (De dominee kijkt verbaasd op en zwijgt even.) Een dergelijke vraag heeft men mij nog nooit gesteld. Ik moet er werkelijk even over nadenken Nu zal ik de leer van Rome nog moeten verdedigen. (Hij denkt even na.) Door de eerste rechtvaardigmaking, in dit geval bij de moordenaar, ontvangt de mens de verge ving der zonde en kwijtschelding van de zondestraffen. Dan is het hier louter genade, geen verdiensten dus, zoals u zei dat Trente als voorwaarde stelde om de he mel te verwerven. Interpreteert u de rooms-katholieke leer op deze wijze niet foutief, of op zijn minst nogal overdreven eenzijdig (De ex-priester strijkt een paar keer nadenkend met de handen door zijn haren). Even prakkizeren Wacht eens: prof. Schillebeekcx schrijft in zijn boek „Maria, Moeder der verlossing", dat het geloof zelf een verdienstelijke daad is, dus een goed werk waar door men de hemel verdient. De goede moordenaar be hoefde dus geen enkel ander goed werk te verrichten om aan het vereiste van het concilie van Trente te kunnen voldoen. Door zijn geloof verdiende hij de hemel. Hoe moet onze houding zijn tegenover Rome? Het boek „Moeder, ik klaag u aan", onderscheidt ten eerste de rooms-katholieke mens die wij vanzelf sprekend liefhebben. Ten tweede de rooms-katholieke kerk, waarin volgens Calvijn nog sporen van de Ware Kerk te vinden zijn. Tenslotte het rooms-katholieke stelsel, een bepaalde sociologische structuur, een macht die het Evangelie steeds verder terugdringt. Meent u dan dat het protestantisme zijn stelsels niet heeft Het rooms-katholieke stelsel is theoretisch .vastge legd. De kerk leert dat zij een onfeilbaar gezag heeft. Ook bij de protestanten vaardigt het groepsbewustzijn wetten uit, maar die kunnen verlaten worden door toetsing aan de bijbel. Dit is in de kerk van Rome niet mogelijk, althans wanneer het onfeilbare uitspraken betreft. Waf vindt u het meest verkeerde van dit stelsel Dat het gevoerd wordt in de naam van Christus. Want de paus wordt de plaatsbekleder van Christus ge noemd. Kan een paus de hemel binnengaan, volgens u? Waarom niet? Een paus kan te goeder trouw zijn en in verootmoediging leven. Wij mogen niet veroorde len. Het oordeel over de harten is aan God. U heeft uw celibaatsgelofte verbroken. Dat is dus een particulier ding. Gevoelt u dat niet als zonde? Volgens de rooms-katholieke leer wordt een gelofte steeds voorwaardelijk afgelegd. Dat is ook de reden, waarom de paus van de geloften kan ontslaan. Vooral de celibaatsgelofte wordt afgelegd binnen een bepaald raam, een bepaald levenspatroon. Wanneer men door veranderde overtuiging niet meer dat levenspatroon kan aanhouden, dan vervalt ook volgens de roomska- tholieke leer de gebondenheid aan die gelofte. Een voorbeeld ter verduidelijking: Ik heb ook de ge lofte afgelegd van gehoorzaamheid en van armoede aan mijn oversten. Als ik nu nog aan die gelofte ge bonden was, dan zou ik nog steeds voor elke financiële uitgave verlof moeten vragen aan mijn overste en ik zou ook geen enkele beslissing mogen nemen zonder zijn toestemming. Wordt in protestantse kringen de waarheid dan scherper gesteld dan bij de rooms-katholieken? Allerlei dingen die volgens de protestanten leugen genoemd worden, zijn dat niet volgens Rome. Een van de algemene beginselen van de rooms-katholieke zede- leer is: Wanneer een ander uit de omstandigheden kan opmaken dat ik geen waarheid spreek, dan is het geen liegen meer. Een voorbeeld: Wanneer iemand bij mij aanbelt en mijn vrouw doet open en deze bezoeker vraagt of ik thuis ben, dan mag mijn vrouw gerust zeggen, dat ik niet thuis ben, ook al zit ik genoeglijk achter de kachel de krant te lezen. Want uit de om standigheid, dat deze bezoeker geen afspraak heeft ge maakt en zo maar beslag op mijn tijd wil leggen, moet hij kunnen afleiden, dat mijn vrouw desgewenst geen waarheid spreekt. Dan is het voor mijn vrouw geen liegen meer. En vervolgens is volgens Rome liegen op zichzelf slechts dagelijkse zonde, waarop als straf het vagevuur staat. Van dat vagevuur kan men echter weer bevrijd worden door aflaten enzovoort. Nemen de protestanten dit dan niet te zwaar op? Ik meen dat je de eeuwige dingen moeilijk te zwaar op kunt nemen. Het gaat toch om een onherroepelijk en nimmer eindigend geluk of ongeluk na dit leven! Het gaat om de eer van een immens heilige God. Maar bij Rome kent men toch de diepe devotie? Wanneer de devotie zich richt tot de heiligen, kan ze nooit diep zijn. Dan moet die devotie ergens in het sentiment blijven steken. Helaas was in het verleden de devotie van vele rooms-katholieken gericht op de heiligen, vooral op Maria. Echte diepe devotie heeft men altijd gevonden bij de „heiligen". Bij hen tref je een verzonkenheid in God aan, die warm en weldadig aandoet. En in onze tijd wordt in de rooms-katholieke kerk steeds meer gewezen op de bijbelse vroomheid. Ik denk b.v. aan het prachtige boek „Bijbelse vroom heid" van prof. Grossouw en aan allerlei publikaties van de bijbels-progressieve stroming in de rooms-ka tholieke kerk. Ik heb nooit vergeten wat een professor in de filosofie (dr. Boelaars) vroeger eens zei: „Bij ons is er te veel angst voor de straf van God; bij het protestantisme is er veel meer waarachtig religieus besef, en diepe Godservaring." Maar de rooms-katholieke kerk is toch wel streng en serieus Ja, aan de ene kant. Het is een kerk die wetten op wetten stapelt en allerlei lasten oplegt. Denkt u maar aan de verplichting-onder-doodzonde om 's zondags naar de mis te gaan, om te vasten, geen vlees te eten op vrijdag, enz. enz. Maar aan de andere kant is die kerk toch ook weer gemakkelijk en, al zal zij de carnaval in zijn uitspat tingen niet goedkeuren, toch passen carnaval en ker mis blijkbaar heel goed in het rooms-katholieke ge- dachtenkllmaat. Zijn de rooms-katholieken niet blijer in hun levens opvatting dan de protestanten Daar zit wel iets in. De rooms-katholieken hebben een bepaald soort humor, die ik nog altijd prettig vind. De protestanten lijken mij dan soms te zwaarwichtig. Dat merk ik wel in ons blad. Zodra ik mij te buiten ga aan een humoristische uitschieter, dan krijg ik brie ven van protestantse lezers, die mij op de vingers tik ken. En hoe reageren de rooms-katholieke lezers daar dan op Het is merkwaardig dat rooms-katholieken allerlei mopjes weten te tappen over hun eigen geloof, maar ze kunnen het toch niet verdragen wanneer een niet- katholiek dat doet over hun geloof. Daarom moet ik helaas de humor in ons blad tot een minimum beper ken. Dat vind ik jammer, want humor is zo gezond. Het laat je de betrekkelijkheid zien van allerlei me ningen. Het hoede voor nodeloze zwaarwichtigheid. Vindt u bij de protestanten symptomen van een te grote ernst Ja, zoals ik al zei. Maar toch moeten we niet ver geten, dat vrolijkheid iets anders is dan de vreugde van het Evangelie. De vreugde om de vergeving der zonde, om de gemeenschap met de levende Christus, is van een geheel andere orde. Die diepe vreugde ont staat slechts vanuit een besef van redding uit diepe nood. Die diepe vreugde tref ik veel meer aan bij de protestanten dan bij de rooms-katholieken. Ze zou ech ter ook bij de protestanten nog veel meer zichtbaar moeten worden. Dan pas zijn wij in staat om anderen jaloers te maken naar de genadegaven, die wij onver diend in Christus bezitten. Sommigen noemen u een anti-papist. Is dat juist? Het eigenlijke anti-papisme is een antihouding te genover alles wat Rome is en doet. Enkel gebaseerd op negatieve sentimenten. In die zin ben ik beslist geen anti-papist. Ieder die eerlijk ons blad leest, zal moeten erkennen dat wij schrijven vanuit een diepe overtuiging. Wij keren ons ook niet tegen zonden of fouten van bepaalde rooms-katholieke mensen, want zonden van de ambstdragers van een kerk bewijzen nog niet dat de leer van die kerk ook onjuist is. En zonden treft men overal aan. Wij trachten ook steeds om de rooms-katholieke kerk eerlijk weer te geven in de drie stromingen die thans daarin aanwezig zijn: de conservatieve, de bijbels-pro gressieve en de humanistisch-vrijzinnige stroming. Maar vanuit onze overtuiging, die naar wij menen op de bijbel gegrond #is, kunnen wij wel eens fel zijn te genover bepaalde dogma's en instellingen. Maar waren de profeten ook niet fel? Was Christus niet fel? Zijn wij gebaat met een zoetsappig C nristendom, waar steeds meer water bij de wijn wordt gedaan? Maar als„vader Brakel" met profetische felheid de paus de anti-christ noemt, is dat dan ook vanuit dit standpunt te verklaren De Bijbel leert uitdrukkelijk dat alleen hij, die de Vader en de Zoon loochent, de anti-christ is. Dit kan de paus dus nog niet zijn! U bent nu gereformeerd geworden. Is het u in de gereformeerde kerk meegevallen Dit is een vraag waar even over nagedacht moet worden, wil het niet verkeerd begrepen worden. Ik kan dit wel zeggen, dat ik soms de indruk krijg dat er gereformeerde predikanten zijn die eerder geloven wat een priester zegt, dan wat een ex-priester zegt, ook al is die ex-priester nu hun collega-predikant. Als ik te gen Rome stelling neem, wordt dat door deze mensen onmiddellijk als anti-papisme beschouwd Bent u tegen samenspreking Natuurlijk niet. Ons blad is er een voorbeeld van. Elke priester krijgt plaatsruimte om het aan te tonen, indien wij naar zijn mening de rooms-katholieke leer verkeerd hebben weergegeven. Maar dat niet alleen. Elke priester kan ook met ons in discussie treden. En dat gebeurt nu b.v. al maanden lang met een pater uit Suriname, pater Schoffelmeer. Ik stuur hem ook, als daar tijd voor is, van te voren mijn antwoord toe, zodat hij kan nagaan of ik hem misschien verkeerd heb begrepen. Ik bedoel echter meer een gesprek onder vier ogen of in het openbaar? Ook dat juich ik toe. Immers wij zijn geroepen om onze diepste overtuiging uit te dragen. Het is eigen aan een overtuiging, dat men ook anderen daarin wil laten delen. Ik ben echter wel eens bang, dat sommi ge priesters niet helemaal eerlijk zijn, wanneer ze het over ons hebben. Denk maar aan wat ik zei over de rooms-katholieke opvatting over de waarheid. Een voorbeeld: Een gereformeerde mannenvereniging in Sneek had een kapelaan uitgenodigd. In de discussie werd ook naar ons gevraagd. De kapelaan gaf als zijn mening te kennen dat ik rancuneus zou zijn en dat ik in ons blad de rooms-katholieke leer eenzijdig en on juist zou weergeven. Daarop stond een van de man nen-broeders op, die voorstelde ds. Hegger zelf uit te nodigen. Dat is dan ook gebeurd. En ik heb er toen zeer op aangedrongen wat zij overigens zelf al van plan waren om ook de kapelaan op die avond uit te nodigen. De kapelaan kwam echter niet, maar liet de dominee meedelen: „Ik durf wel, maar ik kom niet, want ik ben bang dat ik me niet kan beheersen en driftig word, als ik ds. Hegger hoor sprekenKijk, zoiets vind ik niet bepaald hoogstaand! Vreest u niet dat u met uw geschrijf in „In de Rechte Straat" een gezonde oecumene afremt? Die mogelijkheid bestaat. Als men echter ons blad goed leest, hoeft dat niet zo te zijn. Ik durf zelfs be weren dat veel protestanten door het lezen van ons blad het rooms-katholicisme beter leren zien. Er heer sen bij vele protestanten misverstanden omtrent Rome. Waf vindt u van de bladen ,JDe Nieuwe Linie' en ,J)e Bazuin"? Ik heb wel sympathie voor „De Nieuwe Linie". Vroeger ook wel voor „De Bazuin", tegenwoordig niet maer. Zij gaan wel heel erg vrijzinnig worden. Waf vindf u van de nieuwe catechismus? De weergave van de reformatie daarin viel mij te gen. Volgens mij geeft de nieuwe catechismus de zie kelijke kant aan van de leer van de reformatie. Ik zou ieder willen aanraden het boek van Van Ruler te le zen: „Reformatorische opmerkingen in de ontmoeting met Rome". Van Ruler is zeer knap en analyseert diep. Toch schrijft hij begrijpelijk. Waf vindt u dan de kernpunten in de leer van de reformatie De reformatie verlegt de zekerheid des heils naar iets en naar Iemand buiten ons, nl. naar de belofte van Jezus Christus, dat een ieder die in Hem gelooft, het eeuwige leven heeft. In deze belofte wordt echter tegelijk de subjectieve pool van de heilszekerheid aan gegeven, nl. het geloof waarlangs en waarmee wij de belovende Christus bereiken. In die belofte van Chris tus komt het heil als het ware tastbaar, grijpbaar- dicht bij de mens, die door Gods Geest wedergeboren wordt tot het geloof. Dus u meent dat tn protestantse kringen men niet meer zoekt in zichzelf, om een grond te vinden? De leer van het protestantisme is in elk geval, dat wij ons heil buiten onszelf in Jezus Christus moeten zoeken. Volgens Rome echter moet de mens zijn zeker heid des heils zoeken in het besef dat hij zich van geen doodzonden bewust is, of althans de bedreven doodzon den met een waarachtig berouw beleden heeft in de biechtstoel. Rome zoekt de zekerheid van de vergeving der zonden in de mens zelf. Daarom leert Rome ook consequent, dat de mens geen geloofszekerheid kan hebben van zijn eeuwig heil, tenzij via een speciale openbaring, maar niet langs de weg van de belofte van Christus, zoals dat bij de reformatie wordt ge leerd. Dus een protestant hoeft niets in zich te hebben (Dominee Hegger schiet even ir de lach). Natuur lijk. De mens wordt niet behouden langs de weg van een dood geloof maar door een levend geloof, dat zich uit in de werken der liefde. Ook lezen wij telkens in de bijbel, dat het zaligmakende geloof gepaard gaat met verbrijzeling des harten en waarachtige zelfaan klacht. Enhier bestaat het gevaar, dat protestan ten daar zozeer de nadruk op gaan leggen, dat ze de grond van de heilszekerheid toch weer gaan zoeken in zichzelf endan weer de rooms-katholieke onzeker heid en onrust naderen. Hoe vindt u het geloofsleven bij de rooms-katholie ken? Dat ia bij hen in doorsnee oppervlakkiger dan bij de reformatorische gelovigen. Dat is mijn ervaring Bent u kerkistisch? Stellig niet. Ik ben gereformeerd, door een samen loop van omstandigheden, maar het had ook iets an ders kunnen zijn! Baptist b.v. als Bunyan? Nee, dat juist niet! Ik meen beslist dat de kinder doop bijbels is. Bent u tegen gezangen of een nieuwe vertaling? Een goed gezang is niet verkeerd en een vertaling is geen grootheid in zichzelf. De rooms-katholieke kerk heeft eeuwenlang dezelfde vertaling gehandhaafd, na melijk in een dode taal, het Latijn. Oorspronkelijk moest dat wel een goede vertaling geweest zijn. De vertaler, Hieronymus, was een vroom kerkvader. Hebt u bezwaren tegen vaccinatie? Ik ben er niet op tegen. Maar in het geval Elspeet had de pers een betere voorlichting moeten geven. Ze had meer respect moeten tonen voor deze ouders, die menen uit gehoorzaamheid aan God het risico te moe ten dragen van eventuele kinderverlamming. Dat zijn toch immers ook vaders en moeders die het beste voor hun kinderen wensen. Het moet hen toch diep pijn doen, te menen dit risico voor hun kinderen te moeten nemen. Ik wilde wel dat we in Nederland meer van zulke principiële mensen zouden hebben. Ons land zou er wèl bij varen. Waarachtig Godvrezende men sen zijn een zegen voor een volk. Tijdens de kwestie-prinses Irene vonden wij dat utc blad daar echt speculatief abonnees mee probeerde te ivinnen, op een onsportieve, bijkans ongeoorloofde wij ze. Hoe verdedigt u dit? Ik was ergens echt verontwaardigd over de rooms- katholieke propaganda in Spanje, waarvoor onze Prin ses zich liet gebruiken. Als ze alleen maar rooms-ka tholiek geworden was, was het nog tot daaraan toe. Ik moet zeggen dat de rooms-katholieke kerk in Neder land zich hiervan distancieerde. De uitwerking is me dan ook meegevallen. Waf vindf u van de N.C.R.V.? Deze vereniging dreigt steeds meer wereldgelijkvor- mig te worden. Zij wil het Evangelie naar de wereld toebrengen, maar velen menen, dat zij daarbij teveel de wereld binnenhaalt binnen haar eigen program ma's. Wij moeten midden in de wereld staan, zonder echter van de wereld te zijn. Ik geloof ook dat de bui tenkerkelijke daar tenslotte toch het meeste respect voor heeft. Ik kan dan ook volledig begrijpen dat velen roepen om een meer Evangelische Radiovereniging. En er zijn ook pogingen gaande om tot de oprichting van zulk een vereniging of stichting te kom®*'. Ha* denkt u over het racisme? Elke vorm van discriminatie is in strijd met Gods woord. Maar de apartheidspolitiek wanneer die een voorlopig karakter zou dragen, als overgangsstadium, dan zie ik niet in, dat dit ongeoorloofd zou zijn. Zelfs iemand als ds. Naudé Beyers van het bekende Chris telijk Instituut in Zuid-Afrika. schreef in zijn blad „Pro Veritate' van aug. 1966: „Dat die gedachte van „apartheid" als 'n moontlike oplossing van die rassen problemen in ons land sekere verdienstelike elements mag bevat wat ook deur Christene beaam sou kan word, wil ons nie ontken nie. Die Christen kan om egter alleen onder die grootste voorbehoud met die apartheidsgedagte as sodanig vereenselwig" Ik ben het met „dat grootste voorbehoud" eens. daarom mag de apartheidspolitiek slechts een voorbij gaand karakter hebben. Maar als de blanken goed geregeerd hebben, hoe ven ze toch niet bang te zijn om aan de niet-blanken gelijke politieke rechten te geven? Zo eenvoudig liggen de zaken niet. De niet-blanken leven ook onder elkaar nog veelzins vanuit de gedach te van het recht van de sterkste, het recht van de oer wouden. En dat blijkt ook wel duidelijk in de jonge Afrikaanse staten, waar zwarte stammen elkaar uit moorden, op grote schaal. Persoonlijk zou ik nooit de verantwoordelijkheid op mij durven nemen om nu of binnen zeer afzienbare tijd volledige politieke gelijkge rechtigdheid aan de niet-blanken in Z.-Afrika te geven. Want dan zouden zij de meerderheid krijgen, zouden dus kunnen beschikken over de wapens En ik meen dat binnen een week de uitroeiing van de blanken zou beginnen. En deze kunnen niet meer terug naar eer. moederland, zoals de Engelsen in Rhodesië of de -Ne derlanders in Indonesië. De Z.-Afrikaanders zijn een eigen volk geworden. En vervolgens is Z.-Afrika zeer geïndustrialiseerd. De nietblanken zijn er voor een groot gedeelte afhankelijk van de fabrieken en mijnen. Maar als zij die overnemen, dan loopt alles hopeloos in de soep en dan vallen er nog eens honderdduizen den, misschien wel miljoenen niet-blanken, als slacht offers van de hongersnood. Waf vindt u van de pinkstergemeente? Zij doer een duidelijk appel aan de kerken, waai de persoon en het werk van de Heilige Geest op de achtergrond is geraakt. Aanvankelijk sympathiseerde ik met hen. Ik heb bezwaren wegens hun extreem in dividualisme, met name ook tegen hun felle bestrijding van de kinderdoop. Beziet u de zondag als sabbat? Een ieder zij hierover in zijn eigen gemoed ten vol le verzekerd! Voor wie hebt u meer sympathie, Luther of Calvijn Luther? Zit er nog werking in de rooms-katholieke kerk, vernieuwingen misschien die uw aandacht hebben Zeer zeker! Zoals reeds gezegd: Er is daar de con servatieve groep, de bijbels-progressieve groep en de vrijzinnige groepering. De middelste heeft mijn volle sympathie! Waf vindt u van de uitverkiezing? Dit is nooit een fataliteitsleer, maar het g eeft ons de wetenschap dat de Heere alles in handen heeft. Wij mogen er vooral geen karikatuur van maken. Waf vindt u van de Noorse broeders? Ook deze hebben een boodschap aan de kerken van de Reformatie, om niet teveel uit goedkope gena de te leven! Heeft u nog een slotopmerking? De ware oecumene moet er in bestaan, dat men rustig en vriendelijk de diepste verschillen met elkaar bespreekt. Oecumene moet beginnen met het hart. Wij moeten meer ijveren voor de oecumenische instelling dan voor de oecumene zelf. Men moet diep op de za ken ingaan en elkaar proberen te begrijpen. Niet zo- maai gelijk geven, maar in bewogenheid de mening van de ander aanvaarden of afwijzen. Dit moet de an der kunnen accepteren. De Godsdienst heeft immers betrekking op diep-ernstige dingen, op een eeuwige vreugde of een nimmer eindigende smart. Godsdienst richt zich op God, de Heilige, de Ondoorgrondelijke, de Ontzagwekkende. Oecumenische va; gheid of verdoeze ling is daarom een profanatie van deze Heilige God. Daarom moeten wij steeds in alle vriendelijkheid, maar ook in alle ernst het oecumenische gesprek voe ren! Dominee Hegger, onze oprechte dunk voor uw open hartige beantwoording van de moeilijke vragen. Wij respecteren uw medewerking aan d t interview hoewel dit risico's voor u inhoudt. Welbedankt!. Copyright: Rik Valkenburg.

Digitale periodieken - Gemeentearchief Veenendaal

De Vallei | 1967 | | pagina 9