Wat wij geloven
Gesprekken met vooraanstaande
kerkelijke figuren in Nederland
„...En Jezus in het midden"
(Johannes 19 vers 18)
De bekende Vrij Evangelische predikant Ds. D. W. Veldkamp, te Hilversum, aarzelde niet met het geven
van toestemming voor een discussie-interview te zijnen huize. De prediker, die intens betrokken is bij zijn
werk op godsdienstig terrein, neemt spoedig voor zich in. Rustig en met kennis van zaken gaat hij steeds
in op de hem gestelde vragen, welke hij zeker niet ontwijken wil. Zijn liefde tot het evangelie kenmerkt zijn
beantwoording. Hij is behoudend van aard, maar durft niettemin stellingen te poneren welke reacties op
roepen. Daarom is het interessant van zijn bijdrage in onze reeks kennis te nemen. Het stemt tot voldoe
ning ook deze klanken te beluisteren, waarbij uiteraard ieder het recht behoudt zijn eigen mening te vormen.
DOMINEE VELDKAMP WILT U ONS ENKELE
BIOGRAFISCHE INFORMATIES VERSCHAF
FEN?...
De ben in 1900 te Doornspijk (bij Elburg) gebo
ren. Mijn vader was een landbouwer. Daarnaast
was hij ook commissaris van een melkpoederfa-
briek. Toen ik elf jaar was verliet ik de school en
ging op de boerderij werken.
HAD U DAN GEEN BEHOEFTE OM TE GAAN
STUDEREN
Aanvankelijk niet. Ik genoot een streng calvi
nistische opvoeding. Vader was Hervormd (Gere
formeerde Bond). Wij woonden onder de rook van
Oosterwolde maar gingen in Doornspijk naar de
kerk. Zondags gingen wij altijd tweemaal naar de
kerk, hoewel de dienst twee uur duurde. Als we lo
pend gingen waren we er in anderhalf uur. We gin
gen echter vaak op de fiets of per rijtuig. Ik ging
ook wel eens naar Dominee Berkhof, een Christe
lijke Gereformeerde predikant te Zwolle. Deze werd
later Vrij Evangelisch. Elke zaterdagmorgen kreeg
ik privaat-lessen godsdienstonderwijs van de heer
Kuit te Elburg.
BEVIEL HET WERK OP HET LAND U NOGAL?
Nee, helemaal niet. Ik wilde wat anders. Toen
gaf mijn vader mij gelegenheid 'n opleiding te gaan
volgen voor het zakenleven. Ik volgde tal van pri-
vélessen. In 1916 kwam ik in Wageningen op de
HBS en volgde tevens lessen in het station voor
bakkerij en maalderij. De benodigde diploma's be
haalde ik en ging in 1918 weer naar huis. In die
tijd lag ik met mezelf overhoop. Vader had alles
geregeld voor het zakenleven en ik moest naar
Den Haag met mijn diploma's, voor een bepaalde
aanstelling. Op weg naar Den Haag verdwenen
mijn diploma's spoorloos en ik ging terug naar
Doornspijk. In deze tijd brak de beruchte Spaanse
Griep uit, waaraan veel menseij stierven. Dit bete
kende voor mij de grote omkeer in mijn leven. Ik
werd bekeerd tot God en had geen andere wens
dan theologie te gaan studeren. Dit was voor mijn
vader een bittere teleurstelling. Hij wilde dat niet.
Toch liet hij mij verder studeren. In 1920 mocht ik
van mijn vader naar Zwitserland, met een vriend
van mij, om daar aan de Theologische school te
Bazel mijn studie verder te voltooien. De studietijd
in Zwitserland werden de mooiste jaren van mijn
leven. Er waren in het internaat 120 studenten uit
verschillende landen. De voertaal was Duits. Tot
1923 bleef ik in Bazel. In dit jaar stierf mijn vader.
Hij is het graf ingegaan met veel desillusies, die
hem echter nader tot God hebben gebracht.
In dit jaar kwam er een roep tot mij om in de
Ned. Christelijke Gemeenschapsbond te treden. De
ze bestaat nog en is interkerkelijk van opzet. Ik
ging er op in en kwam in Amerongen terecht. Daar
stond toen dominee Couvee. Ik moest daar open
luchtmeetings gaan houden o.a. op de oprijlaan van
't kasteel van Graaf Bentinck. Ik was toen 23 jaar
en had er de leiding. We kondigden overal aan, dat
er 's middags om 3 uur een openluchtsamenkomst
zou gehouden worden. U begrijpt met welk een span
ning wij de opkomst afwachtten. Eerlijk gezegd
durfden we maar op 'n klein aantal luisteraars
te rekenen. Hoe verbaasd waren we dat er om 3
uur een enorme menigte op de oprijlaan stond te
wachten. Het was zwart van 't volk. Het was mach
tig om voor deze schare de Blijde Boodschap te mo
gen brengen. We bleven actief bezig en er ontstond
een geestelijke opwekking. Overal werden we aan
gezocht samenkomsten te houden. Te Hekdijk, Rhe-
nen, Renswoude, Amerongen, Eist, Scherpenzeel en
andere omliggende plaatsen brachten wij het Woord.
Het was een machtige tijd, maar op de duur be
vredigde het mij toch niet geheel.
EN WAAROM NIET
Ik miste het kerkelijk verband. Ik kreeg een
roep naar de Vrije Evangelische Gemeente. In '26
deed ik mijn kandidaatsexamen en werd Vrij-Evan-
gelisch predikant. Mijn eerste gemeente was Oude
Pekela.
VOELDE U ZICH WEL GEROEPEN TOT HET
AMBT?.
Er waren dingen in mijn leven gepasseerd, die
mij deze kant uitwezen. Hierdoor voelde ik mij ge
roepen tot het ambt, ook al was er soms een hui
vering bij mij. Als jongen sidderde ik onder de pre
diking van hel en verdoemenis. Eens werd ik door
een vriend in aanraking gebracht met de Vrije
Evangelische Gemeente. Ik voelde toen al dat dat
iets volslagen anders was. Daar was ruimte en
lucht om te ademen.
U BENT NU DUS VRIJ EVANGELISCH PREDI
KANT. WAT IS HET MEEST KENMERKEND
VOOR DE VRIJE EVANGELISCHE GEMEENTE
Alle gemeenten zijn autonoom. Er is geen sy
node. Christus is het hoofd van de gemeente. Wij
erkennen geen pausdom en voeren ook geen syno
dale organisatie. Wij willen, bijbels gezien, een ge
meente van gelovigen zijn. Wij leggen niet in de
eerste plaats de nadruk op instituut en organisatie.
Persoonlijk geloof is de basis voor toegang tot de
gemeente. Vóór iemand zich aansluit voeren wij
eerst een gesprek met hem of hij Christus als per
soonlijke Verlosser en Zaligmaker belijdt. Ik zeg
er voorzichtigheidshalve bij, dat dit van ons een
willen en wensen is. Wij zijn geen hartekenners.
ER IS DUS GEEN ENKELE ORGANISATIE BO
VEN DE GEMEENTE?.
Er is een ringverband en een landelijk verband.
Wij hebben een Bond van Gemeenten. Hieruit kie
zen de gemeenten een comité. Dit comité heeft uit
voerende en adviserende bevoegdheid.
HOE FUNCTIONEERT DIT IN DE PRAKTIJK?..
De Bondsvergaderin kan in geval dat een ge
meente zelf niet voldoende de tucht handhaaft,
krachtens haar bevoegdheid die gemeente uit de
bond stoten.
HET NIET ERKENNEN VAN EEN SYNODALE
ORGANISATIE OF EEN HIËRARCHIE IS DUS
EIGENLIJK MAAR EEN FICTIE! IN FEITE
BLIJFT HET LOOD OM OUD IJZER NIET
SOMS?.
Helemaal niet. Bij ons blijft de gemeente auto
noom. Het comité mag slechts op verzoek van de
gemeente komen. Wel moet de predikant beloven
in moeilijkheden zich tot het comité te wenden.
WE KUNNEN ER TOCH MAAR WEINIG VER
SCHIL MET HET SYNODALE STELSEL IN ONT-
DEKKEN!?...
Toch wel. Eens in het jaar is er Bondsvergade
ring, waar alle gemeenten vertegenwoordigd zijn.
Deze Bondsvergadering als zodanig, is dus het hoog
ste orgaan en dat zijn dus de gemeenten zelf! Wij
kunnen dus met recht zeggen dat Christus het hoofd
van de Gemeente is.
WAT VINDT U DE KERNINHOUD VAN DE BIJ
BEL?.
Jezus Christus!
MEER NIET?...
De persoon Christus komt men overal in de Bij
bel tegen. In het Oude en in het Nieuwe Testament.
Want ook 't Oude Testament zie ik zeer christolo
gisch. Daar vinden we de aankondiging van Chris
tus' komst in het vlees en zijn uiteindelijke glorie,
de dag der overwinning.
HAALT U UIT ALLE ONMOGELIJKE EN MOGE
LIJKE TEKSTEN EEN HEENWIJZEN NAAR
CHRISTUS, IN HET OUDE TESTAMENT?...
Nee, dat juist niet. We mogen niet aan inlegkun
de doen. We mogen Christus niet in een tekst leg
gen die niet op Hem slaat. Het gaat er in de eerste
plaats om wat de exegese van een tekst is. De juis
te betekenis dus. Maar omdat de Bijbei een profe
tisch boek is, geïnspireerd door de Geest der pro
fetie, is er geen bezwaar tegen, wanneer we in het
verlengde van een tekst, verder gaan dan de oor
spronkelijke bedoeling. Maar zoals gezegd, we moe
ten éérst Gods woord laten spreken als wij preken.
U VINDT DE EXEGESE DUS ERG BELANG
RIJK?...
Ja! De exegese gaat vóór alles! De Bijbel heeft
voor mij heilsgezag maar ook schriftgezag.
DOET U DAN NIET AAN SCHRIFTKRITIEK
Schriftkritiek is beslist contrabande.
Er kan natuurlijk wel verschil van opvatting zijn
of bijvoorbeeld de Hebreeënbrief door Paulus ge
schreven is of door een ander. Maar dat heeft niets
te maken met de inhoud van de brief. De beste
contacten op dit gebied heb ik met de Christelijke
Gereformeerden. Met hen voer ik gemeenschappe
lijke evangelisatie-activiteiten en soms houden we
ook een gemeenschappelijke gebedsweek.
ONTDEKT U DAN GEEN TEGENSTRIJDIGHE
DEN IN DE BIJBEL?...
Het is maar de vraag wat u bedoelt. Ik geloof
namelijk dat de Bijbel is geïnspireerd. Toch is er
een groot verschil tussen de Bijbel-schrijvers onder
ling. Neem bijvoorbeeld Johannes en Paulus.
U GELOOFT DUS NIET IN EEN LETTERLIJKE
INSPIRATIE
Wij belijden geen mechanische inspiratie. God
gebruikte mannen, terwijl de mens die schreef, tóch
naar voren komt. Het is geen orakel! Je proeft
Paulus en Johannes in hun schrijfwijze. Niettemin
werden beiden geïnspireerd.
MAAR HET IS DUS GEEN DICTEE GEWOR
DEN?...
Zeker niet. God is menselijk bij de mens geko
men. Maar nogmaals, de bijbelschrjjvers zijn door
Hem geïnspireerd.
WAT DENKT U DAN VAN DE EERSTE HOOFD
STUKKEN VAN GENESIS?...
Ik vind het een teken van geestelijk verval als
wij ons hierover kritisch gaan uitlaten, zoals er te
genwoordig veel theologen zijn, die voor orthodox
doorgaan en dit doen. Zij begeven zich zozeer op
glad ijs dat men het ergste moet vrezen.
MAAR ALS ER GESCHREVEN STAAT DAT GOD
OP DE EERSTE DAG HET LICHT SCHIEP EN
OP DE VIERDE DAG ZON. MAAN EN STER
REN, HOE KAN DAT DAN?...
Wat is licht? Als God eerst het licht schiep en
pas later de lichtdragers, behoeft dat toch geen
bezwaar te zijn?
DE WETENSCHAP TOONT AAN DAT DE WE
RELD VEEL OUDER MOET ZIJN DAN DE BIJ
BELSE TIJDREKENING AANGEEFT. WAT
VINDT U ERVAN?...
De wereld behoeft heus niet 6000 jaar oud te
zijn. Want er staat geschreven: In den beginne
schiep God de hemel en de aarde. In dat woordje
beginne ligt de hele voortijd opgesloten. Daar kan
wel een miljoen jaar tussen liggen of nog meer.
De aarde was oorspronkelijk woest en ledig en pas
later zegt God dat het alles zeer goed was. Wij
moeten de Schrift met de Schrift vergelijken. Ik
schakel de wetenschap niet uit, in zoverre deze zich
wil onderwerpen aan dé bijbelse uitspraken.
WAT VINDT U VAN DE NEDERLANDSE GE
LOOFSBELIJDENIS
Deze bevat veel mooie dingen, maar is in een
bepaalde tijd ontstaan. Nu zou hij er geheel anders
uitzien. De toestanden veranderen. Er zijn nu b.v.
in de Hervormde kerk ook Remonstranten.
U VINDT DEZE BELIJDENIS DUS NIET ABSO
LUUT?...
Er zijn veel mensen die in belijdenisgeschriften
geloven, maar die er nooit toe komen hun geloof te
belijden. Hier klaagde Bavinck reeds over. Het zegt
mij niets als iemand mij verklaart: „Ik onderteken
de drie Formulieren van Enigheid!"
DAT ZEGT U NU WEL, MAAR VELEN GAAN ER
TOCH VANUIT DAT ONZE VADEREN MEER
LICHT HADDEN IN GELOOFSVRAAGSTUKKEN
DAN MEN IN ONZE TIJD HEEFT...
Misschien. Alles was vroeger scherper afge
grensd. Wat dat betreft is het in het kerkelijk le
ven momenteel een verschrikkelijke toestand. De
grenzen vervloeien maar al te zeer.
NU DAN. IS HET DAN NIET VEEL VEILIGER
OM ONVOORWAARDELIJK VAST TE HOUDEN
AAN DE DOOR DE VADEREN SAMENGESTEL
DE BELIJDENISGESCHRIFTEN?...
In de N.G.B. mis ik de eschatologie. Wij zullen
vóórt moeten gaan in het belijden. De wederkomst
des Heren is voor velen slechts een fictie. In het
Apostolicum lezen we alleen: „vanwaar Hij komen
zal om te oordelen de levenden en de doden"
Dat is ook nog te negatief. Er zit een angstmotief
in. In de belijdenis moet de wederkomst van Chris
tus een juichtoon zijn.
HOE STAAT U TEGENOVER DE H. CATECHIS
MUS?...
Ik zeg niet dat het geen mooi hulpmiddel kan
zijn om bepaalde dingen aan de orde te stellen,
maar ik ben blij dat ik niet gedwongen ben elke
zondag de catechismus te behandelen. Voor ons is
de catechismus echt geen schibboleth voor juistheid.
Er staan veel goede dingen in. Zondag 1 vind ik
zelfs heel mooi. Maar verder achten wij haar, ge
lijk elk der drie Formulieren, beslist ondergeschikt
aan de Bijbel, die de enige juiste bron is!
EN DE VIJF ARTIKELEN TEGEN DE REMON
STRANTEN DAN?...
Daar gaan onze gemeenten zeer zeker niet hele
maal mee akkoord. Over verschillende vraagstuk
ken denken wij anders.
HEBT U GEEN VOORKEUR VOOR ARMINIUS
OF GOMARIS
Dit terrein betreed ik liever niet. Dat geeft van
daag zoveel problemen.
HOUDT U WEL VAST AAN DE LEER VAN DE
UITVERKIEZING, ZOALS DE BELIJDENISGE
SCHRIFTEN DIE LEREN?...
God wil dat alle mensen zalig worden. Hij wil
niet dat sommigen verloren gaan. Ik ga deze uit
spraken niet verkrachten of verzwakken. Ik wacht
mij ervoor alle verborgenheden op te lossen. Som
migen spreken over algemene en particuliere gena
de; ik houd niet van deze uitdrukkingen.
DAT KAN BEST ZIJN, MAAR HOE KOMT HET
DAN DAT DE EEN WEL GELOOFT EN DE AN
DER NIET? IS HET SOMS DOOR EIGEN PRES
TATIE?...
Dat los ik niet op. Ik begrijp echter dat u aan
wil op de omlijnde predestinatieleer van Calvjjn.
Welnu, daarmee ga ik niet mee! De uitverkiezings-
leer in het O.T. concentreert zich geheel op Israël.
Abraham was de uitverkorene. Abraham was dat
niet ten koste maar ten bate van anderen. Want
er staat geschreven: In u zullen alle geslachten ge
zegend worden.
MAAR GOD WEET TOCH VAN EEUWIGHEID
WIE HIJ AANNEEMT EN WIE HIJ VERWERPT?
Ik geloof niet in een verwerping van eeuwigheid.
God verwerpt niemand! Hij wil alleen behouden en
verkiezen!...
MAAR GOD SPREEKT TOCH ZELF ZEER CON
CREET: JACOB HEB IK LIEFGEHAD MAAR
EZAU HEB IK GEHAAT. DAAR MAAKT GOD
TOCH ZELF ONDERSCHEID?...
Dat had u gedacht! De liefde van God tot Ezau
was er wel, maar lag in een heel andere lijn. Jacob
is het kind der belofte. Uit hem zou de Messias
voortkomen. Dat is de beteknis van deze tekst.
DAT IS GEMAKKELIJK GEZEGD. MAAR ER
STAAT DUIDELIJK EZAU HEB IK GEHAAT.
NOEMT U DAT DAN MAAR LIEFDE. WE HAD
DEN LIEVER EEN OVERTUIGENDER ANT
WOORD!
(De Pastor glimlacht fijntjes). Dat kunt u krij
gen. We lezen in het N.T. dat Jezus zegt: „Wie niet
haat vader of moeder of kinderen enz., om Mijnent
wil". Meent u dat Jezus hiermee bedoelt, dat we
onze ouders nu maar eens flink moeten gaan haten?
Natuurlijk niet! Hij bedoelt alleen maar een ande
re mate van LIEFHEBBEN! Deze uitspraak van
God over Jacob en Ezau beperkt zich dus duidelijk
alleen tot de Messiaanse lijn, en zeer beslist niet tot
het eeuwig behoud of verderf. God voorziet de din
gen wel. Hij voorzag dat Ezau het eerstgeboorte
recht zou verwerpen en met de dingen van het heil
zou spelen en zodoende zou kunnen verspelen! Maar
God beoogde concreet zijn heil, zonder hem te ver
werpen. Nogmaals, hierin ga ik met Calvijn abso
luut niet mee!
EEN BELANGRIJKE VRAAG. LEERT UW KERK
DAT JEZUS VOOR ALLE MENSEN HEEFT VOL
DAAN?
Zeer beslist. Ik leer de algemene verzoening. Er
is voor alle mensen voldaan aan het kruis.
DAT IS ZEER CONCREET. MAAR JEZUS GOOIT
TOCH MET EERBIED GESPROKEN ZIJN DIER
BAAR (KOSTBAAR) BLOED NIET TE GRAB
BEL?... OF MEENT U UW STELLING UIT DE
BIJBEL TE KUNNEN BEWIJZEN
Dat meen ik inderdaad! Slaat u I Johannes 2:2
maar eens op. Daar schrijft de Apostel aan zijn kin-
derkens: „En Hij is een verzoening voor onze zon
den en niet alleen voor de onze, maar ook voor die
der GEHELE WERELD!".... Het staat er duidelijk
en zonder omwegen, dacht ik.
U LEERT DUS DE ALGEMENE VERZOENINGS
LEER, LEERT U OOK DE ALVERZOENING
Zeer beslist niet. Niet elk mens komt tot het heil.
Velen blijven ongehoorzaam aan God en nemen
Zijn beloften niet aan, waardoor Christus verworpen
wordt. Door eigen schuld gaan deze mensen verlo
ren.
WAT VINDT U VAN BILLY GRAHAM?....
Ik vind hem een door God geroepen man, die
voor duizenden tot zegen is geweest. Ik vind hem
een profeet voor deze tijd. Ik zei pas nog van de
kansel dat ik graag wou dat zijn boek „Wereld in
vlammen" door iedereen gelezen werd. Persoonlijk
heb ik zitting in het Billy Graham comité.
HOE STAAT U TEGENOVER OSBORN EN AN
DERE GEBEDSGENEZERS?....
Ik ben daar huiverig voor. Er is daar gevaar
voor sectarisme.
ZIET U IETS POSITIEFS IN DE GEBEDSBE
WEGING?....
Voor alle bewegingen ben ik huiverig. Het is
echter een hiaat in de kerken dat Jacobus 5 over
het hoofd wordt gezien. Daar spreekt Jacobus over
bidden en zalven bij een zieke in de naam des Hee-
ren. Gelukkig wordt het in onze kerken nog wel ge
daan. Men gebruikt meestal olijfolie. Ik doe het zelf
ook wel. Ik geloof er voor honderd procent in. God
wil op het gebied zijn hand uitsteken.
HEBT U ER WELEENS RESULTAAT OP GE
ZIEN?...
Absoluut! Dat was dan met zalving. Ik was er
bij dat iemand daardoor van een maagzweer ge
nezen werd. Er moet dan wel de eenheid zijn: zal
ving en gebed.
ZIET U IETS GOEDS IN DE PINKSTERBEWE
GING?...
Hierin zijn veel gelovige mensen. Voor de bewe
ging als zodanig ben ik zeer huiverig. Er worden
stokpaardjes bereden. Het is steeds maar Heilige
Geest en Pinksteren. Allerlei menselijke excessen
vinden plaats. Ook is er teveel propaganda voor
gebedsgenezing gekoppeld aan bepaalde mensen.
EN HUN DOOP MET DE HEILIGE GEEST
DAN
In de kerken is er een streven naar organisatie,
tegelijk is er een groot gebrek aan de Heilige
Geest. Men heeft de Heilige Geest willen verdrin
gen door de organisaties. Daarom is het Pinkster
appel op de kerken zeer noodzakelijk. In vele ker
ken vinden we de dood in de pot.
U ZIET DUS WEL GOEDS IN DE PINKSTER
GEMEENTE?.
Ik geloof dat veel goedwillende leiders de zaak
toch niet in handen hebben, zodat in plaats van de
Heilige Geest, de geest uit de afgrond zich mani
festeert. Ik bedoel hiermede dat extase dermate
gevaarlijk kan zijn, dat men de poorten opent voor
geesten uit de afgrond.
HECHT U VEEL WAARDE AAN DE KINDER
DOOP
De doop spreekt over afwassing en vergeving
der zonde en de ouders zijn gehouden hun kinde
ren in de opvoeding hiervan breder te onderwij
zen, vanuit de toezegging, de belofte van Christus.
Het kind is voorwerp van Christus' liefde.
IS EEN GEDOOPT KIND OOK KIND VAN GOD?
God is een God der geslachten. Het gedoopte
kind is dus Zijn kind. Maar het kind moet zich la
ter wel persoonlijk Hem toevertrouwen. Zij moeten
tot persoonlijk geloof komen. De doop is voor mij
een grote troost.
U DOOPT DUS NIET ZOMAAR LUKRAAK?...
Zeker niet. Daarvoor heeft de doop teveel in
houd. Vóór de doop plaatsvindt, heb ik een gesprek
met de ouders over de betekenis van de doop. Dan
pas kan ik hun met vrijmoedigheid de betekenisvol
le doopvragen stellen.
ER IS DUS WEL VERSCHIL TUSSEN EEN ON
GEDOOPT EN EEN GEDOOPT KIND?...
Uiteraard. Bij de doop verzegelt God dat ons
en onze kinderen de belofte toekomt en dat het
kind dus voorwerp is van Christus' liefde. Dat geldt
niet voor een kind uit de wereld, al kan dat kind
het later wel bekomen.
ACHT U CHRISTELIJKE FILMS VAN VEEL
WAARDE
Zendingsfilms en films van Billy Graham kan
God zeker wel ten goede gebruiken. Ik zie echter
ook de schaduwzijde, dat films het werk van de
Heilige Geest zouden moeten vervangen. Wij kun
nen niemand helpen indien wij niet staan in de be
diening van de Heilige Geest. Als ik op de kansel
sta en de kracht van de Heilige Geest staat daar
niet achter, dan richt het niets uit!
DOET U AAN POLITIEK
Ik doe er bijzonder weinig aan. Vroeger nog
wel. maar tegenwoordig weet ik het echt niet
meer. Ik sta wel Christelijke politiek voor.
HEBT U EEN MENING OVER VIëTNAM
Ik heb daarover een eschatologische visie. Ik
vind Viëtnam een zeer zwarte bladzijde in de po
litiek. We leven in een wereld die zich hoe langer
hoe meer toebereidt op de komst van de grote dic
tator, de anti-christ! Zijn komst is zichtbaar en
tastbaar. Misschien is Viëtnam de alarmklok die
ons bepaalt bij de komst van Jezus Christus.
HEBT U VOORKEUR VOOR RUSLAND OF DE
U.S.A.?.
Hoor eens even. Ik heb voorkeur voor alle chris
tenen. Voor de Gemeenten van Christus die in de
USSR en in de USA worden gevonden.
BENT U VOOR DE MONARCHIE?....
Ik ben Nederlander. Ik heb het vorstenhuis lief.
Ik erken het Oranjehuis als het hoofd van ons
land, door God gegeven.
KENT U VACCINATIE-MOEILIJKHEDEN...?
Een ieder zij in zijn eigen gemoed ten vol
le verzekerd. Ik heb de dominee uit Elspeet kun
nen begrijpen. Ik heb mijn kinderen vroeger ook
niet laten vaccineren. Ik wil niet aan het geweten
van mijn medemensen komen.
EN HET VERZEKERINGSWEZEN...
Er zijn mensen die leven op de basis van hun
verzekering. Ze zijn verzekerd van de wieg tot het
graf. Maar ze kunnen Paulus niet nazeggen: „Ik
ben verzekerd dat..." en wat daar verder volgt.
Verzekering op zich, vind ik best. Mijn wagen is
verzekerd. Mijn woning ook. Ik heb echter geen le
vensverzekering gesloten. In een vorige gemeennte
deed dat een kerkeraad eens voor mij. Hoewel ik
er heel erg op tegen was. Zij verzekerden mij om
dat in een naburige gemeente een dominee aan
keelkanker was gestorven. Prompt na het afsluiten
van de verzekering kreeg ik een keelaandoening en
werd mij door de specialist volledige rust voorge
schreven. De verzekeringsmij, heeft mij toen geannu
leerd, want ze zeiden, dat ik die ziekte al onder de
leden had. Toen de verzekering geannuleerd was,
was mijn keel genezen. Daarna heb ik aan een der
gelijke verzekering-nooit meer gedacht, dat begrijpt
u
HEBT U NOG EEN SLOTOPMERKING...?
Ik heb in augustus mijn veertigjarig ambtsjubi
leum gevierd. Ik heb God gedankt. Ik zou dit ambt
weer kiezen indien ik opnieuw moest beginnen. Het
werk in Gods Koninkrijk wordt steeds moeilijker.
Desniettegenstaande hoop ik, voor zover God mij de
kracht geeft een verkondiger te zijn van het rijke
Evangelie, dat ons spreekt van een arme zondaar
en een rijke Christus, Die is, Die was en Die te
komen staat...
DOMINEE VELDKAMP, ONZE GROTE ERKEN
TELIJKHEID VOOR UW MEDEWERKING AAN
DIT INTERVIEW DOOR DE CONCRETE BE
ANTWOORDING DER VRAGEN, DIE VAAK
VOETANGELS EN KLEMMEN BEVATTEN. HAR
TELIJK DANK!
Misschien hebt u zich ook wel eens
de vraag gesteld: „Waarom heeft
men Jezus nu juist daar, aan dèt
kruis opgehangen?" Op Golgotha
stonden immers drie kruisen, waar
aan ook drie mensen opgehangen
zijn die ter dood veroordeeld waren,
„en Jezus in het midden". Dat lijkt
zo, bij een eerste lezing, een vrij
overbodige opmerking die Johannes
toch wel net zo goed had kunnen
weglaten. Want als de evangelisten
ons nu al vertellen dat er met Chris--
tus ook nog twee misdadigers ge
kruisigd werden, de één ter rechter-
en de ander ter linkerzijde van Hem
dan is het immers duidelijk dat Je
zus in het midden heeft gehangen.
En toch vertelt Johannes ons dit er
nog eens bij. Wanneer we er nu
vanuit gaan, dat dit voor hem waar
schijnlijk geen overbodige aanvul
ling is geweest maar dat hij dit er
juist met opzet bij geschreven heeft,
vragen we ons toch wel af: „Maar
waarom zouden die soldaten de He-
re Jezus dan in het midden hebben
opgehangen Hebben ze dit soms
onbewust gedaan, omdat deze drie
ter-dood-veroordeelden voor hen nu
eenmaal gelijk waren? En was het
daarom dus ook slechts toevallig dat
Christus in het midden kwam te
hangen? Of hebben ze dit misschien
bewust gedaan, bijvoorbeeld als een
onderbreking in die rij van misda
digers, omdat ook zij wel wisten dat
Jezus zo heel anders was dan die
beide anderen? Maar als die solda
ten dit nu eens met opzet zo hebben
gedaan, waarom hebben zij Christus
dan toch niet apart of aan de buiten
kant opgehangen? Op die manier
zouden ze het dan in ieder geval
ook duidelijk hebben laten zien, dat
Jezus zó volkomen anders was dat
Hij in dit gezelschap eigenlijk in het
geheel niet thuishoorde."
Nu is er in de lijdensgeschiedenis
van Christus maar weinig toevallig
gebeurd. Achter dit gebeuren stond
immers God zelf, die dit alles juist
zo gewild heeft. En daarom is ook
dat ophangen misschien toch niet zo
toevallig geweest, als wij wel zou
den denken. Want wat zou dit voor
ons nu kunnen betekenen, wat zou
dit ons te zeggen hebben? De Heer
Jezus heeft er dus gehangen, temid
den van de mensen. Gedurende Zijn
hele leven was Hij reeds onder de
mensen geweest, zodat zij Hem
overal konden tegenkomen en ont
moeten. En dat is nu zelfs ook nog
bij Zijn sterven mogelijk geweest,
omdat er ook toen nog immers men
sen bij Hem waren. Hij hing toch zo
maar in hun midden! En omdat Hij
nu zo heeft geleefd en ook gestor
ven is, daarom konden de mensen
zich dus tot Hem oprichten en beke
ren, maar daarom konden ze zich
ook van Hem losmaken en afwen
den. En zo is het dan ook wérkelijk
gebeurd. Want tijdens Zijn leven zijn
er immers steeds weer mensen tot
Hem gekomen, terwijl anderen
Hem juist hun rug hebben toege
keerd. En b(j Z(Jn sterven heeft
toch óók één van die twee misdadi
gers zich tot Hem gericht, terwijl de
ander zich toen zonder meer van
Hem heeft weggedraaid.
„En Jezus in het midden". Dat is
een geweldige boodschap. Want dat
betekent, dat Jezus temidden van
de mensen is gestorven, zomaar tus
sen hen in. En dat is dus gebeurd,
opdat wij dit toch maar vooral goed
zouden kunnen zien en wij het daar
om zouden weten: dat wij in dit ge
beuren opgenomen mogen worden.
Wij mógen het toch geloven dat Je
zus niet alleen temidden van de
mensen is gestorven, maar ook ter-
wille van hen. En dat zien we nu
juist heel duidelijk in dit verhaal
over de kruisiging. Toen heeft na
melijk die ene misdadiger, in ant
woord op zijn vraag: „Jezus, ge
denk mijner, wanneer Gij in Uw Ko
ninkrijk komt", het van Christus
mogen horen: „Voorwaar, Ik zeg u,
heden zult gij met Mij in het para
dijs zijn." Daarmee plaatst diezelfde
boodschap ons nu tegelijk voor een
beslissing. Want juist omdat Jezus in
het midden heeft gehangen, daarom
kunnen wij zomaar ook een ande
re kant op kijken en ons dus van
Hem afwenden. Maar wanneer wij
dit doen, zullen we daarbij toch wel
moeten bedenken dat we dan ook in
dit gebeuren niet betrokken kunnen
worden, maar dat we hier dus buiten
zullen staan zoals ook die andere mis
dadiger die zichzelf namelijk van
Christus weggedraaid en buitengeslo
ten heeft.
„En Jezus in het midden". Deze
schijnbaar overbodige opmer
king van Johannes verkondigt ons
dat wij allen Jezus kunnen zien en
horen, dat wij Hem ook allen mogen
ontmoeten als het ene middelpunt
van ons leven. Maar ditzelfde woord
houdt ons intussen ook voor dat wij
ons van dit middelpunt kunnen los
maken, om zo dus zonder Christus
een geheel andere kant uit te gaan
en onze eigen Weg te blijven volgen.
En dat is een weg, die vroeg of laat
ten slotte doodloopt omdat die niet
bij God uitkomt. De Heer Jezus
heeft gehangen temidden van twee
mensen, zoals wij allen mensen zijn
voor God. En Hij is daarmee voor
ons geplaatst als een zichtbare bood
schap, als dé boodschap van Gods
genade en verzoening, en van Zijn
vrede en behoud. Maar zo stelt Hij
ons ook tegelijk de vraag, namelijk:
waarheen zullen wij ons wenden, en
welke kant zullen wij nu uitgaan,
naar rechts of naar links, óf naar
het midden naar Christus? Want
naar het voorbeeld, dat die twee
mensen ons op Golgotha al gegeven
hebben, mogen ook wij ons tot Hem
oprichten én kunnen wij ons van
Hem afwenden. En..., wat zullen wij
nu doen?
Veenendaal
G. C. Vijzelaar.
t