Wat wij geloven Gesprekken met vooraanstaande kerkelijke figuren in Nederland „...En Jezus in het midden" (Johannes 19 vers 18) De bekende Vrij Evangelische predikant Ds. D. W. Veldkamp, te Hilversum, aarzelde niet met het geven van toestemming voor een discussie-interview te zijnen huize. De prediker, die intens betrokken is bij zijn werk op godsdienstig terrein, neemt spoedig voor zich in. Rustig en met kennis van zaken gaat hij steeds in op de hem gestelde vragen, welke hij zeker niet ontwijken wil. Zijn liefde tot het evangelie kenmerkt zijn beantwoording. Hij is behoudend van aard, maar durft niettemin stellingen te poneren welke reacties op roepen. Daarom is het interessant van zijn bijdrage in onze reeks kennis te nemen. Het stemt tot voldoe ning ook deze klanken te beluisteren, waarbij uiteraard ieder het recht behoudt zijn eigen mening te vormen. DOMINEE VELDKAMP WILT U ONS ENKELE BIOGRAFISCHE INFORMATIES VERSCHAF FEN?... De ben in 1900 te Doornspijk (bij Elburg) gebo ren. Mijn vader was een landbouwer. Daarnaast was hij ook commissaris van een melkpoederfa- briek. Toen ik elf jaar was verliet ik de school en ging op de boerderij werken. HAD U DAN GEEN BEHOEFTE OM TE GAAN STUDEREN Aanvankelijk niet. Ik genoot een streng calvi nistische opvoeding. Vader was Hervormd (Gere formeerde Bond). Wij woonden onder de rook van Oosterwolde maar gingen in Doornspijk naar de kerk. Zondags gingen wij altijd tweemaal naar de kerk, hoewel de dienst twee uur duurde. Als we lo pend gingen waren we er in anderhalf uur. We gin gen echter vaak op de fiets of per rijtuig. Ik ging ook wel eens naar Dominee Berkhof, een Christe lijke Gereformeerde predikant te Zwolle. Deze werd later Vrij Evangelisch. Elke zaterdagmorgen kreeg ik privaat-lessen godsdienstonderwijs van de heer Kuit te Elburg. BEVIEL HET WERK OP HET LAND U NOGAL? Nee, helemaal niet. Ik wilde wat anders. Toen gaf mijn vader mij gelegenheid 'n opleiding te gaan volgen voor het zakenleven. Ik volgde tal van pri- vélessen. In 1916 kwam ik in Wageningen op de HBS en volgde tevens lessen in het station voor bakkerij en maalderij. De benodigde diploma's be haalde ik en ging in 1918 weer naar huis. In die tijd lag ik met mezelf overhoop. Vader had alles geregeld voor het zakenleven en ik moest naar Den Haag met mijn diploma's, voor een bepaalde aanstelling. Op weg naar Den Haag verdwenen mijn diploma's spoorloos en ik ging terug naar Doornspijk. In deze tijd brak de beruchte Spaanse Griep uit, waaraan veel menseij stierven. Dit bete kende voor mij de grote omkeer in mijn leven. Ik werd bekeerd tot God en had geen andere wens dan theologie te gaan studeren. Dit was voor mijn vader een bittere teleurstelling. Hij wilde dat niet. Toch liet hij mij verder studeren. In 1920 mocht ik van mijn vader naar Zwitserland, met een vriend van mij, om daar aan de Theologische school te Bazel mijn studie verder te voltooien. De studietijd in Zwitserland werden de mooiste jaren van mijn leven. Er waren in het internaat 120 studenten uit verschillende landen. De voertaal was Duits. Tot 1923 bleef ik in Bazel. In dit jaar stierf mijn vader. Hij is het graf ingegaan met veel desillusies, die hem echter nader tot God hebben gebracht. In dit jaar kwam er een roep tot mij om in de Ned. Christelijke Gemeenschapsbond te treden. De ze bestaat nog en is interkerkelijk van opzet. Ik ging er op in en kwam in Amerongen terecht. Daar stond toen dominee Couvee. Ik moest daar open luchtmeetings gaan houden o.a. op de oprijlaan van 't kasteel van Graaf Bentinck. Ik was toen 23 jaar en had er de leiding. We kondigden overal aan, dat er 's middags om 3 uur een openluchtsamenkomst zou gehouden worden. U begrijpt met welk een span ning wij de opkomst afwachtten. Eerlijk gezegd durfden we maar op 'n klein aantal luisteraars te rekenen. Hoe verbaasd waren we dat er om 3 uur een enorme menigte op de oprijlaan stond te wachten. Het was zwart van 't volk. Het was mach tig om voor deze schare de Blijde Boodschap te mo gen brengen. We bleven actief bezig en er ontstond een geestelijke opwekking. Overal werden we aan gezocht samenkomsten te houden. Te Hekdijk, Rhe- nen, Renswoude, Amerongen, Eist, Scherpenzeel en andere omliggende plaatsen brachten wij het Woord. Het was een machtige tijd, maar op de duur be vredigde het mij toch niet geheel. EN WAAROM NIET Ik miste het kerkelijk verband. Ik kreeg een roep naar de Vrije Evangelische Gemeente. In '26 deed ik mijn kandidaatsexamen en werd Vrij-Evan- gelisch predikant. Mijn eerste gemeente was Oude Pekela. VOELDE U ZICH WEL GEROEPEN TOT HET AMBT?. Er waren dingen in mijn leven gepasseerd, die mij deze kant uitwezen. Hierdoor voelde ik mij ge roepen tot het ambt, ook al was er soms een hui vering bij mij. Als jongen sidderde ik onder de pre diking van hel en verdoemenis. Eens werd ik door een vriend in aanraking gebracht met de Vrije Evangelische Gemeente. Ik voelde toen al dat dat iets volslagen anders was. Daar was ruimte en lucht om te ademen. U BENT NU DUS VRIJ EVANGELISCH PREDI KANT. WAT IS HET MEEST KENMERKEND VOOR DE VRIJE EVANGELISCHE GEMEENTE Alle gemeenten zijn autonoom. Er is geen sy node. Christus is het hoofd van de gemeente. Wij erkennen geen pausdom en voeren ook geen syno dale organisatie. Wij willen, bijbels gezien, een ge meente van gelovigen zijn. Wij leggen niet in de eerste plaats de nadruk op instituut en organisatie. Persoonlijk geloof is de basis voor toegang tot de gemeente. Vóór iemand zich aansluit voeren wij eerst een gesprek met hem of hij Christus als per soonlijke Verlosser en Zaligmaker belijdt. Ik zeg er voorzichtigheidshalve bij, dat dit van ons een willen en wensen is. Wij zijn geen hartekenners. ER IS DUS GEEN ENKELE ORGANISATIE BO VEN DE GEMEENTE?. Er is een ringverband en een landelijk verband. Wij hebben een Bond van Gemeenten. Hieruit kie zen de gemeenten een comité. Dit comité heeft uit voerende en adviserende bevoegdheid. HOE FUNCTIONEERT DIT IN DE PRAKTIJK?.. De Bondsvergaderin kan in geval dat een ge meente zelf niet voldoende de tucht handhaaft, krachtens haar bevoegdheid die gemeente uit de bond stoten. HET NIET ERKENNEN VAN EEN SYNODALE ORGANISATIE OF EEN HIËRARCHIE IS DUS EIGENLIJK MAAR EEN FICTIE! IN FEITE BLIJFT HET LOOD OM OUD IJZER NIET SOMS?. Helemaal niet. Bij ons blijft de gemeente auto noom. Het comité mag slechts op verzoek van de gemeente komen. Wel moet de predikant beloven in moeilijkheden zich tot het comité te wenden. WE KUNNEN ER TOCH MAAR WEINIG VER SCHIL MET HET SYNODALE STELSEL IN ONT- DEKKEN!?... Toch wel. Eens in het jaar is er Bondsvergade ring, waar alle gemeenten vertegenwoordigd zijn. Deze Bondsvergadering als zodanig, is dus het hoog ste orgaan en dat zijn dus de gemeenten zelf! Wij kunnen dus met recht zeggen dat Christus het hoofd van de Gemeente is. WAT VINDT U DE KERNINHOUD VAN DE BIJ BEL?. Jezus Christus! MEER NIET?... De persoon Christus komt men overal in de Bij bel tegen. In het Oude en in het Nieuwe Testament. Want ook 't Oude Testament zie ik zeer christolo gisch. Daar vinden we de aankondiging van Chris tus' komst in het vlees en zijn uiteindelijke glorie, de dag der overwinning. HAALT U UIT ALLE ONMOGELIJKE EN MOGE LIJKE TEKSTEN EEN HEENWIJZEN NAAR CHRISTUS, IN HET OUDE TESTAMENT?... Nee, dat juist niet. We mogen niet aan inlegkun de doen. We mogen Christus niet in een tekst leg gen die niet op Hem slaat. Het gaat er in de eerste plaats om wat de exegese van een tekst is. De juis te betekenis dus. Maar omdat de Bijbei een profe tisch boek is, geïnspireerd door de Geest der pro fetie, is er geen bezwaar tegen, wanneer we in het verlengde van een tekst, verder gaan dan de oor spronkelijke bedoeling. Maar zoals gezegd, we moe ten éérst Gods woord laten spreken als wij preken. U VINDT DE EXEGESE DUS ERG BELANG RIJK?... Ja! De exegese gaat vóór alles! De Bijbel heeft voor mij heilsgezag maar ook schriftgezag. DOET U DAN NIET AAN SCHRIFTKRITIEK Schriftkritiek is beslist contrabande. Er kan natuurlijk wel verschil van opvatting zijn of bijvoorbeeld de Hebreeënbrief door Paulus ge schreven is of door een ander. Maar dat heeft niets te maken met de inhoud van de brief. De beste contacten op dit gebied heb ik met de Christelijke Gereformeerden. Met hen voer ik gemeenschappe lijke evangelisatie-activiteiten en soms houden we ook een gemeenschappelijke gebedsweek. ONTDEKT U DAN GEEN TEGENSTRIJDIGHE DEN IN DE BIJBEL?... Het is maar de vraag wat u bedoelt. Ik geloof namelijk dat de Bijbel is geïnspireerd. Toch is er een groot verschil tussen de Bijbel-schrijvers onder ling. Neem bijvoorbeeld Johannes en Paulus. U GELOOFT DUS NIET IN EEN LETTERLIJKE INSPIRATIE Wij belijden geen mechanische inspiratie. God gebruikte mannen, terwijl de mens die schreef, tóch naar voren komt. Het is geen orakel! Je proeft Paulus en Johannes in hun schrijfwijze. Niettemin werden beiden geïnspireerd. MAAR HET IS DUS GEEN DICTEE GEWOR DEN?... Zeker niet. God is menselijk bij de mens geko men. Maar nogmaals, de bijbelschrjjvers zijn door Hem geïnspireerd. WAT DENKT U DAN VAN DE EERSTE HOOFD STUKKEN VAN GENESIS?... Ik vind het een teken van geestelijk verval als wij ons hierover kritisch gaan uitlaten, zoals er te genwoordig veel theologen zijn, die voor orthodox doorgaan en dit doen. Zij begeven zich zozeer op glad ijs dat men het ergste moet vrezen. MAAR ALS ER GESCHREVEN STAAT DAT GOD OP DE EERSTE DAG HET LICHT SCHIEP EN OP DE VIERDE DAG ZON. MAAN EN STER REN, HOE KAN DAT DAN?... Wat is licht? Als God eerst het licht schiep en pas later de lichtdragers, behoeft dat toch geen bezwaar te zijn? DE WETENSCHAP TOONT AAN DAT DE WE RELD VEEL OUDER MOET ZIJN DAN DE BIJ BELSE TIJDREKENING AANGEEFT. WAT VINDT U ERVAN?... De wereld behoeft heus niet 6000 jaar oud te zijn. Want er staat geschreven: In den beginne schiep God de hemel en de aarde. In dat woordje beginne ligt de hele voortijd opgesloten. Daar kan wel een miljoen jaar tussen liggen of nog meer. De aarde was oorspronkelijk woest en ledig en pas later zegt God dat het alles zeer goed was. Wij moeten de Schrift met de Schrift vergelijken. Ik schakel de wetenschap niet uit, in zoverre deze zich wil onderwerpen aan dé bijbelse uitspraken. WAT VINDT U VAN DE NEDERLANDSE GE LOOFSBELIJDENIS Deze bevat veel mooie dingen, maar is in een bepaalde tijd ontstaan. Nu zou hij er geheel anders uitzien. De toestanden veranderen. Er zijn nu b.v. in de Hervormde kerk ook Remonstranten. U VINDT DEZE BELIJDENIS DUS NIET ABSO LUUT?... Er zijn veel mensen die in belijdenisgeschriften geloven, maar die er nooit toe komen hun geloof te belijden. Hier klaagde Bavinck reeds over. Het zegt mij niets als iemand mij verklaart: „Ik onderteken de drie Formulieren van Enigheid!" DAT ZEGT U NU WEL, MAAR VELEN GAAN ER TOCH VANUIT DAT ONZE VADEREN MEER LICHT HADDEN IN GELOOFSVRAAGSTUKKEN DAN MEN IN ONZE TIJD HEEFT... Misschien. Alles was vroeger scherper afge grensd. Wat dat betreft is het in het kerkelijk le ven momenteel een verschrikkelijke toestand. De grenzen vervloeien maar al te zeer. NU DAN. IS HET DAN NIET VEEL VEILIGER OM ONVOORWAARDELIJK VAST TE HOUDEN AAN DE DOOR DE VADEREN SAMENGESTEL DE BELIJDENISGESCHRIFTEN?... In de N.G.B. mis ik de eschatologie. Wij zullen vóórt moeten gaan in het belijden. De wederkomst des Heren is voor velen slechts een fictie. In het Apostolicum lezen we alleen: „vanwaar Hij komen zal om te oordelen de levenden en de doden" Dat is ook nog te negatief. Er zit een angstmotief in. In de belijdenis moet de wederkomst van Chris tus een juichtoon zijn. HOE STAAT U TEGENOVER DE H. CATECHIS MUS?... Ik zeg niet dat het geen mooi hulpmiddel kan zijn om bepaalde dingen aan de orde te stellen, maar ik ben blij dat ik niet gedwongen ben elke zondag de catechismus te behandelen. Voor ons is de catechismus echt geen schibboleth voor juistheid. Er staan veel goede dingen in. Zondag 1 vind ik zelfs heel mooi. Maar verder achten wij haar, ge lijk elk der drie Formulieren, beslist ondergeschikt aan de Bijbel, die de enige juiste bron is! EN DE VIJF ARTIKELEN TEGEN DE REMON STRANTEN DAN?... Daar gaan onze gemeenten zeer zeker niet hele maal mee akkoord. Over verschillende vraagstuk ken denken wij anders. HEBT U GEEN VOORKEUR VOOR ARMINIUS OF GOMARIS Dit terrein betreed ik liever niet. Dat geeft van daag zoveel problemen. HOUDT U WEL VAST AAN DE LEER VAN DE UITVERKIEZING, ZOALS DE BELIJDENISGE SCHRIFTEN DIE LEREN?... God wil dat alle mensen zalig worden. Hij wil niet dat sommigen verloren gaan. Ik ga deze uit spraken niet verkrachten of verzwakken. Ik wacht mij ervoor alle verborgenheden op te lossen. Som migen spreken over algemene en particuliere gena de; ik houd niet van deze uitdrukkingen. DAT KAN BEST ZIJN, MAAR HOE KOMT HET DAN DAT DE EEN WEL GELOOFT EN DE AN DER NIET? IS HET SOMS DOOR EIGEN PRES TATIE?... Dat los ik niet op. Ik begrijp echter dat u aan wil op de omlijnde predestinatieleer van Calvjjn. Welnu, daarmee ga ik niet mee! De uitverkiezings- leer in het O.T. concentreert zich geheel op Israël. Abraham was de uitverkorene. Abraham was dat niet ten koste maar ten bate van anderen. Want er staat geschreven: In u zullen alle geslachten ge zegend worden. MAAR GOD WEET TOCH VAN EEUWIGHEID WIE HIJ AANNEEMT EN WIE HIJ VERWERPT? Ik geloof niet in een verwerping van eeuwigheid. God verwerpt niemand! Hij wil alleen behouden en verkiezen!... MAAR GOD SPREEKT TOCH ZELF ZEER CON CREET: JACOB HEB IK LIEFGEHAD MAAR EZAU HEB IK GEHAAT. DAAR MAAKT GOD TOCH ZELF ONDERSCHEID?... Dat had u gedacht! De liefde van God tot Ezau was er wel, maar lag in een heel andere lijn. Jacob is het kind der belofte. Uit hem zou de Messias voortkomen. Dat is de beteknis van deze tekst. DAT IS GEMAKKELIJK GEZEGD. MAAR ER STAAT DUIDELIJK EZAU HEB IK GEHAAT. NOEMT U DAT DAN MAAR LIEFDE. WE HAD DEN LIEVER EEN OVERTUIGENDER ANT WOORD! (De Pastor glimlacht fijntjes). Dat kunt u krij gen. We lezen in het N.T. dat Jezus zegt: „Wie niet haat vader of moeder of kinderen enz., om Mijnent wil". Meent u dat Jezus hiermee bedoelt, dat we onze ouders nu maar eens flink moeten gaan haten? Natuurlijk niet! Hij bedoelt alleen maar een ande re mate van LIEFHEBBEN! Deze uitspraak van God over Jacob en Ezau beperkt zich dus duidelijk alleen tot de Messiaanse lijn, en zeer beslist niet tot het eeuwig behoud of verderf. God voorziet de din gen wel. Hij voorzag dat Ezau het eerstgeboorte recht zou verwerpen en met de dingen van het heil zou spelen en zodoende zou kunnen verspelen! Maar God beoogde concreet zijn heil, zonder hem te ver werpen. Nogmaals, hierin ga ik met Calvijn abso luut niet mee! EEN BELANGRIJKE VRAAG. LEERT UW KERK DAT JEZUS VOOR ALLE MENSEN HEEFT VOL DAAN? Zeer beslist. Ik leer de algemene verzoening. Er is voor alle mensen voldaan aan het kruis. DAT IS ZEER CONCREET. MAAR JEZUS GOOIT TOCH MET EERBIED GESPROKEN ZIJN DIER BAAR (KOSTBAAR) BLOED NIET TE GRAB BEL?... OF MEENT U UW STELLING UIT DE BIJBEL TE KUNNEN BEWIJZEN Dat meen ik inderdaad! Slaat u I Johannes 2:2 maar eens op. Daar schrijft de Apostel aan zijn kin- derkens: „En Hij is een verzoening voor onze zon den en niet alleen voor de onze, maar ook voor die der GEHELE WERELD!".... Het staat er duidelijk en zonder omwegen, dacht ik. U LEERT DUS DE ALGEMENE VERZOENINGS LEER, LEERT U OOK DE ALVERZOENING Zeer beslist niet. Niet elk mens komt tot het heil. Velen blijven ongehoorzaam aan God en nemen Zijn beloften niet aan, waardoor Christus verworpen wordt. Door eigen schuld gaan deze mensen verlo ren. WAT VINDT U VAN BILLY GRAHAM?.... Ik vind hem een door God geroepen man, die voor duizenden tot zegen is geweest. Ik vind hem een profeet voor deze tijd. Ik zei pas nog van de kansel dat ik graag wou dat zijn boek „Wereld in vlammen" door iedereen gelezen werd. Persoonlijk heb ik zitting in het Billy Graham comité. HOE STAAT U TEGENOVER OSBORN EN AN DERE GEBEDSGENEZERS?.... Ik ben daar huiverig voor. Er is daar gevaar voor sectarisme. ZIET U IETS POSITIEFS IN DE GEBEDSBE WEGING?.... Voor alle bewegingen ben ik huiverig. Het is echter een hiaat in de kerken dat Jacobus 5 over het hoofd wordt gezien. Daar spreekt Jacobus over bidden en zalven bij een zieke in de naam des Hee- ren. Gelukkig wordt het in onze kerken nog wel ge daan. Men gebruikt meestal olijfolie. Ik doe het zelf ook wel. Ik geloof er voor honderd procent in. God wil op het gebied zijn hand uitsteken. HEBT U ER WELEENS RESULTAAT OP GE ZIEN?... Absoluut! Dat was dan met zalving. Ik was er bij dat iemand daardoor van een maagzweer ge nezen werd. Er moet dan wel de eenheid zijn: zal ving en gebed. ZIET U IETS GOEDS IN DE PINKSTERBEWE GING?... Hierin zijn veel gelovige mensen. Voor de bewe ging als zodanig ben ik zeer huiverig. Er worden stokpaardjes bereden. Het is steeds maar Heilige Geest en Pinksteren. Allerlei menselijke excessen vinden plaats. Ook is er teveel propaganda voor gebedsgenezing gekoppeld aan bepaalde mensen. EN HUN DOOP MET DE HEILIGE GEEST DAN In de kerken is er een streven naar organisatie, tegelijk is er een groot gebrek aan de Heilige Geest. Men heeft de Heilige Geest willen verdrin gen door de organisaties. Daarom is het Pinkster appel op de kerken zeer noodzakelijk. In vele ker ken vinden we de dood in de pot. U ZIET DUS WEL GOEDS IN DE PINKSTER GEMEENTE?. Ik geloof dat veel goedwillende leiders de zaak toch niet in handen hebben, zodat in plaats van de Heilige Geest, de geest uit de afgrond zich mani festeert. Ik bedoel hiermede dat extase dermate gevaarlijk kan zijn, dat men de poorten opent voor geesten uit de afgrond. HECHT U VEEL WAARDE AAN DE KINDER DOOP De doop spreekt over afwassing en vergeving der zonde en de ouders zijn gehouden hun kinde ren in de opvoeding hiervan breder te onderwij zen, vanuit de toezegging, de belofte van Christus. Het kind is voorwerp van Christus' liefde. IS EEN GEDOOPT KIND OOK KIND VAN GOD? God is een God der geslachten. Het gedoopte kind is dus Zijn kind. Maar het kind moet zich la ter wel persoonlijk Hem toevertrouwen. Zij moeten tot persoonlijk geloof komen. De doop is voor mij een grote troost. U DOOPT DUS NIET ZOMAAR LUKRAAK?... Zeker niet. Daarvoor heeft de doop teveel in houd. Vóór de doop plaatsvindt, heb ik een gesprek met de ouders over de betekenis van de doop. Dan pas kan ik hun met vrijmoedigheid de betekenisvol le doopvragen stellen. ER IS DUS WEL VERSCHIL TUSSEN EEN ON GEDOOPT EN EEN GEDOOPT KIND?... Uiteraard. Bij de doop verzegelt God dat ons en onze kinderen de belofte toekomt en dat het kind dus voorwerp is van Christus' liefde. Dat geldt niet voor een kind uit de wereld, al kan dat kind het later wel bekomen. ACHT U CHRISTELIJKE FILMS VAN VEEL WAARDE Zendingsfilms en films van Billy Graham kan God zeker wel ten goede gebruiken. Ik zie echter ook de schaduwzijde, dat films het werk van de Heilige Geest zouden moeten vervangen. Wij kun nen niemand helpen indien wij niet staan in de be diening van de Heilige Geest. Als ik op de kansel sta en de kracht van de Heilige Geest staat daar niet achter, dan richt het niets uit! DOET U AAN POLITIEK Ik doe er bijzonder weinig aan. Vroeger nog wel. maar tegenwoordig weet ik het echt niet meer. Ik sta wel Christelijke politiek voor. HEBT U EEN MENING OVER VIëTNAM Ik heb daarover een eschatologische visie. Ik vind Viëtnam een zeer zwarte bladzijde in de po litiek. We leven in een wereld die zich hoe langer hoe meer toebereidt op de komst van de grote dic tator, de anti-christ! Zijn komst is zichtbaar en tastbaar. Misschien is Viëtnam de alarmklok die ons bepaalt bij de komst van Jezus Christus. HEBT U VOORKEUR VOOR RUSLAND OF DE U.S.A.?. Hoor eens even. Ik heb voorkeur voor alle chris tenen. Voor de Gemeenten van Christus die in de USSR en in de USA worden gevonden. BENT U VOOR DE MONARCHIE?.... Ik ben Nederlander. Ik heb het vorstenhuis lief. Ik erken het Oranjehuis als het hoofd van ons land, door God gegeven. KENT U VACCINATIE-MOEILIJKHEDEN...? Een ieder zij in zijn eigen gemoed ten vol le verzekerd. Ik heb de dominee uit Elspeet kun nen begrijpen. Ik heb mijn kinderen vroeger ook niet laten vaccineren. Ik wil niet aan het geweten van mijn medemensen komen. EN HET VERZEKERINGSWEZEN... Er zijn mensen die leven op de basis van hun verzekering. Ze zijn verzekerd van de wieg tot het graf. Maar ze kunnen Paulus niet nazeggen: „Ik ben verzekerd dat..." en wat daar verder volgt. Verzekering op zich, vind ik best. Mijn wagen is verzekerd. Mijn woning ook. Ik heb echter geen le vensverzekering gesloten. In een vorige gemeennte deed dat een kerkeraad eens voor mij. Hoewel ik er heel erg op tegen was. Zij verzekerden mij om dat in een naburige gemeente een dominee aan keelkanker was gestorven. Prompt na het afsluiten van de verzekering kreeg ik een keelaandoening en werd mij door de specialist volledige rust voorge schreven. De verzekeringsmij, heeft mij toen geannu leerd, want ze zeiden, dat ik die ziekte al onder de leden had. Toen de verzekering geannuleerd was, was mijn keel genezen. Daarna heb ik aan een der gelijke verzekering-nooit meer gedacht, dat begrijpt u HEBT U NOG EEN SLOTOPMERKING...? Ik heb in augustus mijn veertigjarig ambtsjubi leum gevierd. Ik heb God gedankt. Ik zou dit ambt weer kiezen indien ik opnieuw moest beginnen. Het werk in Gods Koninkrijk wordt steeds moeilijker. Desniettegenstaande hoop ik, voor zover God mij de kracht geeft een verkondiger te zijn van het rijke Evangelie, dat ons spreekt van een arme zondaar en een rijke Christus, Die is, Die was en Die te komen staat... DOMINEE VELDKAMP, ONZE GROTE ERKEN TELIJKHEID VOOR UW MEDEWERKING AAN DIT INTERVIEW DOOR DE CONCRETE BE ANTWOORDING DER VRAGEN, DIE VAAK VOETANGELS EN KLEMMEN BEVATTEN. HAR TELIJK DANK! Misschien hebt u zich ook wel eens de vraag gesteld: „Waarom heeft men Jezus nu juist daar, aan dèt kruis opgehangen?" Op Golgotha stonden immers drie kruisen, waar aan ook drie mensen opgehangen zijn die ter dood veroordeeld waren, „en Jezus in het midden". Dat lijkt zo, bij een eerste lezing, een vrij overbodige opmerking die Johannes toch wel net zo goed had kunnen weglaten. Want als de evangelisten ons nu al vertellen dat er met Chris-- tus ook nog twee misdadigers ge kruisigd werden, de één ter rechter- en de ander ter linkerzijde van Hem dan is het immers duidelijk dat Je zus in het midden heeft gehangen. En toch vertelt Johannes ons dit er nog eens bij. Wanneer we er nu vanuit gaan, dat dit voor hem waar schijnlijk geen overbodige aanvul ling is geweest maar dat hij dit er juist met opzet bij geschreven heeft, vragen we ons toch wel af: „Maar waarom zouden die soldaten de He- re Jezus dan in het midden hebben opgehangen Hebben ze dit soms onbewust gedaan, omdat deze drie ter-dood-veroordeelden voor hen nu eenmaal gelijk waren? En was het daarom dus ook slechts toevallig dat Christus in het midden kwam te hangen? Of hebben ze dit misschien bewust gedaan, bijvoorbeeld als een onderbreking in die rij van misda digers, omdat ook zij wel wisten dat Jezus zo heel anders was dan die beide anderen? Maar als die solda ten dit nu eens met opzet zo hebben gedaan, waarom hebben zij Christus dan toch niet apart of aan de buiten kant opgehangen? Op die manier zouden ze het dan in ieder geval ook duidelijk hebben laten zien, dat Jezus zó volkomen anders was dat Hij in dit gezelschap eigenlijk in het geheel niet thuishoorde." Nu is er in de lijdensgeschiedenis van Christus maar weinig toevallig gebeurd. Achter dit gebeuren stond immers God zelf, die dit alles juist zo gewild heeft. En daarom is ook dat ophangen misschien toch niet zo toevallig geweest, als wij wel zou den denken. Want wat zou dit voor ons nu kunnen betekenen, wat zou dit ons te zeggen hebben? De Heer Jezus heeft er dus gehangen, temid den van de mensen. Gedurende Zijn hele leven was Hij reeds onder de mensen geweest, zodat zij Hem overal konden tegenkomen en ont moeten. En dat is nu zelfs ook nog bij Zijn sterven mogelijk geweest, omdat er ook toen nog immers men sen bij Hem waren. Hij hing toch zo maar in hun midden! En omdat Hij nu zo heeft geleefd en ook gestor ven is, daarom konden de mensen zich dus tot Hem oprichten en beke ren, maar daarom konden ze zich ook van Hem losmaken en afwen den. En zo is het dan ook wérkelijk gebeurd. Want tijdens Zijn leven zijn er immers steeds weer mensen tot Hem gekomen, terwijl anderen Hem juist hun rug hebben toege keerd. En b(j Z(Jn sterven heeft toch óók één van die twee misdadi gers zich tot Hem gericht, terwijl de ander zich toen zonder meer van Hem heeft weggedraaid. „En Jezus in het midden". Dat is een geweldige boodschap. Want dat betekent, dat Jezus temidden van de mensen is gestorven, zomaar tus sen hen in. En dat is dus gebeurd, opdat wij dit toch maar vooral goed zouden kunnen zien en wij het daar om zouden weten: dat wij in dit ge beuren opgenomen mogen worden. Wij mógen het toch geloven dat Je zus niet alleen temidden van de mensen is gestorven, maar ook ter- wille van hen. En dat zien we nu juist heel duidelijk in dit verhaal over de kruisiging. Toen heeft na melijk die ene misdadiger, in ant woord op zijn vraag: „Jezus, ge denk mijner, wanneer Gij in Uw Ko ninkrijk komt", het van Christus mogen horen: „Voorwaar, Ik zeg u, heden zult gij met Mij in het para dijs zijn." Daarmee plaatst diezelfde boodschap ons nu tegelijk voor een beslissing. Want juist omdat Jezus in het midden heeft gehangen, daarom kunnen wij zomaar ook een ande re kant op kijken en ons dus van Hem afwenden. Maar wanneer wij dit doen, zullen we daarbij toch wel moeten bedenken dat we dan ook in dit gebeuren niet betrokken kunnen worden, maar dat we hier dus buiten zullen staan zoals ook die andere mis dadiger die zichzelf namelijk van Christus weggedraaid en buitengeslo ten heeft. „En Jezus in het midden". Deze schijnbaar overbodige opmer king van Johannes verkondigt ons dat wij allen Jezus kunnen zien en horen, dat wij Hem ook allen mogen ontmoeten als het ene middelpunt van ons leven. Maar ditzelfde woord houdt ons intussen ook voor dat wij ons van dit middelpunt kunnen los maken, om zo dus zonder Christus een geheel andere kant uit te gaan en onze eigen Weg te blijven volgen. En dat is een weg, die vroeg of laat ten slotte doodloopt omdat die niet bij God uitkomt. De Heer Jezus heeft gehangen temidden van twee mensen, zoals wij allen mensen zijn voor God. En Hij is daarmee voor ons geplaatst als een zichtbare bood schap, als dé boodschap van Gods genade en verzoening, en van Zijn vrede en behoud. Maar zo stelt Hij ons ook tegelijk de vraag, namelijk: waarheen zullen wij ons wenden, en welke kant zullen wij nu uitgaan, naar rechts of naar links, óf naar het midden naar Christus? Want naar het voorbeeld, dat die twee mensen ons op Golgotha al gegeven hebben, mogen ook wij ons tot Hem oprichten én kunnen wij ons van Hem afwenden. En..., wat zullen wij nu doen? Veenendaal G. C. Vijzelaar. t

Digitale periodieken - Gemeentearchief Veenendaal

De Vallei | 1967 | | pagina 12