Duitse radio deed
een leeuw cadeau
„We moeten 'm eerst
Nederlands leren..."
Dorp aan
de Grift (XII)
Bij het laatste artikel
van mijn vaderwijlen
de heer I). Philips
Was er 'n zigeunerkamp bij Veenendaal
OUDE BEWONING
AAN BENEDENEIND
\fieuw
lak nu zelf
iglo loempia's
m i
v.v. Renswoude verhoogt
ledencontributie
Krat door
voorruit
RENA; VAN FRANKFORT NAAR RHENEN
Zigeunerkamp
Heidens
BANG
TELEVISIE
Kettingbotsing
op Grebbeberg
Ze zijn er! Iglo loempia's.
U haalt ze vers uit de diepvries.
U bakt ze zelf knappend vers!
Ontdek nü hoe lekker loempia's
kunnen zijn. Geniet er d'f
weekend van!
flGLOJ
79 CENT PER STUK
Scholieren doen
verkeersexamen
Paaszangdienst
in Renswoude
DINSDAG 14 MAART 1967
RHENEN/SCHIPHOL De mooie
juffrouw achter de telefoon van de
Luchthaveninlichtingendienst op het
vliegveld Schiphol kijkt wat zorge
lijk en trekt een gezicht alsof ze een
gilletje af gaat vuren. Ze houdt het
hoofd echter koel en zegt allervrien
delijkst: „Een leeuw, zei u, ik zal
informeren bij het dierenhotel".
Haar ranke vingers draaien een
nummer, ze informeert, draait op
nieuw en luistert. Dan zegt ze: „Die
leeuw van u is een kwartier geleden
aangekomen. Uit Frankfort. In het
dierenhotel kunen ze u wel verder
helpen. Linksaf, voorbij het vracht
gebouw en dan ziet u het vanzelf....
Een kwartier later maakt Cor Ouwe
hand, zoon van de Rhenense die
renpark-directeur voor 't eerst ken
nis met de drieëneenhalve maand
oude leeuwin Rena. Het dier arri
veert in een rood-bruin geschilderde
kist en kijkt met flonkerende ogen
tussen de spleten van het houtwerk
door de wereld in. Rena is een ge
schenk van de Süddeutscher Rund
funk aan de Rhenense dierentuin.
Cor haalde de aanwinst voor het
park gistermiddag van de luchtha
ven af. „Ik moet straks nog even
een leeuw van Schiphol oppikken.
Misschien is het iets voor de krant
om mee te gaan....", zei hij, voordat
hij uit Rhenen vertrok.
Het dierenhotel op Schiphol is in wer
kelijkheid niet meer dan een hoek
van het vrachtgebouw. Verzendkooien
staan er hoog opgestapeld en joviale
douane-ambtenaren houden er een
oogje in het zeil. De aankomst van
een leeuw fs geen buitensporigheid,
maar toch heerst er even een onge
wone bedrijvigheid als de douaniers
en het overige personeel van het
vrachtgebouw in de gaten krijgen, dat
er een roofdier arriveert.
Een man in een gele overall zegt: „Die
fotograaf mag hier niet komen, want
als hij straks terugkomt moet hij in
voerrechten op z'n camera's beta
len..."
Een employé, die zichtbaar wat te ver
tellen heeft, tikt aan zijn rode pet en
beweert het tegendeel: „Ik heb er
geen bezwaar tegen als er op het
platform een foto wordt gemaakt als
die leeuw uit het vliegtuig komt..."
Hij zet een van de bedrijvige lorry's
gereed. Even later rijdt hij vrijwel
geruisloos over de betonnen banen
van het vliegveld; de fotograaf naast
hem in de cabine.
Een blinkende DC-9, zo juist gearri
veerd uit Frankfort, staat fier in de
frisse wind en laat zijn vleugels door
de late middagzon strelen.
Als de passagiers het vliegtuig hebben
verlaten, wordt de jonge leeuw Rena
ln zijn bruine kist op de lorry gezet.
Daarna brengt hij ruim twintig mi
nuten in het dierenhotel door. Deze
tijd is nodig om een aantal formali
teiten in orde te brengen. Beroeps
halve bemoeien de douaniers zich
nauwelijks met het dier, dat zo nu en
dan vervaarlijk gromt. Een expedi
teur holt heen en weer met een aan
tal formulieren in zijn hand. Hij be
kijkt Rena terloops. „Is hij gezond?"
wil hij van Cor Ouwehand weten.
Nog voordat het antwoord komt,
zegt hij: „Ja het is in orde, ik zie
het aan zijn ogen..."
„Wat kost zo'n ding nou?", vraagt de
man die op zijn gele overall een rood
geborduurd KLM-embleem draagt.
Cor: „Ik schat zo ongeveer vijftienhon
derd gulden..."
De enige gasten in het dierenhotel zijn
naast de jonge leeuw op dat mo
ment een negental flamingo's, die
door worden getransporteerd naar
Dublin. Ze staan wat angstig, dicht op
elkaar in een van de drie cementen
kooien.
De vogels hebben een lange reis ach
ter de rug, die ze in een platte kist
van latten en jute hebben doorge
bracht. Hun lange poten werden opge
vouwen en werden met een touw aan
hun romp vastgebonden. Op deze wij
ze worden ze vervoerd. Een van de
douaniers weet te vertellen, dat de
dieren bij aankomst als zij uit de
krappe kist worden bevrijd, nauwe
lijks op hun lange stelten kunnen
staan,
hij.
,Net dronken kerels", lacht
In een bestelwagen wordt Rena naar
zijn nieuwe woonplaats Rhenen over
gebracht. Chef-dierenverzorger Ad
van de Berg weet van zijn komst af
en heeft al een nachtverblijf in orde
gemaakt. De kist wordt met zorg
achter de tralies geschoven; de twee
sloten worden opengemaakt en Rena
kan zijn nieuwe woning gaan ver
kennen.
Het leeuwtje blijft gedwee in de kist
zitten, van enige agressiviteit is geen
sprake. Verzorger Van de Berg pro
beert wat beweging in het hijgende
lichaam te krijgen; Rena blijft er
kalm onder en volstaat met een luid
ruchtig gegrom. „Dieren zijn altijd
bang voor mensen", zegt de oppas
ser, die met kennis van zaken
spreekt. „We moeten voorlopig maar
afwachten hoe het leeuwtje zich aan
past; we moeten 'em eerst maar
eens Hollands leren..."
Enkele weken lang zal het nieuwe dier
in quarantaine worden gehouden. Een
mestonderzoek zal in die periode
moeten aantonen of de leeuw ziekte-
verschynselen vertoont. Daarna zullen
er voorzichtige pogingen worden ge
daan Rena bij de overige leeuwen,
Ouwehand heeft er totaal zes, onder
te brengen.
De leeuw werd Ouwehand geschonken
door de Süddeutscher Rundfunk. Re
na werd verscheidene keren inge
schakeld bij televisie-opnamen, maar
nu het dier wat ouder is geworden
besloten de Duitsers het aan een die
rentuin cadeau te doen. Via de
naam Rena kwam men in Rhenen
terecht. Een toevallige woordspeling
leverde Ouwehand een gratis leeuw
op.
Cor Ouwehand, die juist terug gekeerd
is van een half jaartje „praktijk" in
de Zoologischer Garten van Keulen,
vertelt dat er de komende weken nog
vele andere nieuwe aanwinsten in
Rhenen zullen aankomen: struisvo
gels, stekelvarkens, krokodillen en
antilopen.
Maar de eerste dagen zal het vrien
delijke leeuwtje Rena alle aandacht
voor zich opeisen. „Hij lijkt lief"
zegt verzorger Van de Berg tenslot
te, „maar je komt er pas na ver
loop van tijd achter, of 'ie ook wer
kelijk lief is..."
RHENEN Op de Grebbeberg, ter
hoogte van de ingang van Ouwehands
Dierenpark vond een kettingbotsing
plaats, waarbij de wagens van de Rhe-
nenaren A. v. V. en Ten B. schade op
liepen. Eerstgenoemde moest plotseling
afremmen voor een voor hem rijdende
personenauto. Ten B., die achter v. V.
reed, botste op de achterzijde van
diens wagen. De schade werd onderling
geregeld. Persoonlijke ongelukken deden
zich niet voor.
Gachte lezers.
Zoals u waarschijnlijk uit de nummers van 13 en 14 februari hebt verno
men la mijn vader zondag 12 februari plotseling overleden. Bij u aleln stond hy
bekend als historicus en publicist en zeer velen behoorden tot de trouwe lezers
van zyn artikelen. Deze getuigden steeds weer van zyn grote kennis, belang
stelling en liefde voor de historie in het algemeen en van Veenendaal en wijde
omgeving in het bijzonder, de laatste tyd ook van zyn nieuwe woonplaats en
-streek Heythuysen en Midden Limburg. U zult allen begrijpen welk een grot
verlies het heengaan van myn vader betekent op de eerste plaats voor zyn
vrouw en kinderen, maar ongetwyfeld ook voor zijn talrijke vrienden, kennis
sen en belangstellenden. Voor de vele biyken van deelneming die wy inmiddels
ontvingen zeg ik U allen van harte dank. Ik hoop dat hij nog lang in Uw ge
dachten zal voortleven als de man die hy was: bemind bij vele mertaen en die
zo gaarne zijn medemensen deelgenoot wilde maken van zijn vreugde en liefde
voor historie en natuur.
Tussen zijn talryke paperassen vond ik het onderstaande artikel, dat hy nog
op de vooravond van zyn plotseling verscheiden voltooide. Moge deze laatste
pennevrucht van zyn hand er aan medewerken zyn gedachtenis nog lange tyd
by U levend te houden.
Namens zijn vrouw en kinderen, zyn oudste zoon P. I. E. Philips, Horion-
straat 17, Heythuysen.
Vergissingen, verwarringen en misverstanden zijn er vele.
Om er slechts enige te noemengeschiedenis is het naver
tellen van allerlei overleveringen, vermoedens en veronder
stellingen; het met lofwaardige bedoelingen schrijven van
vrome rijmelarijen zou identiek zijn met het beoefenen van
poëzie; de verwisseling van.de geestelijke gesteldhéid van
de kunstenaar met zijn beeldend vermogen; carnaval im
pliceert uitspattingenwoonwagenbewoners zijn zigeuners.
Over de laatste misvatting willen wij ditmaal schrijven en
daartoe de plaats van het vermeende of niet vermeende
zigeunerkamp gaan bezoeken. Wie de Valleistraat volgt,
komt bij de Groeneveldsebrug aan de Grift, waarlangs
een harde weg ongeveer anderhalve kilometer voert. Tot
voor enige tientallen jaren zette die weg telkens zijn rug
omhoog, als een kat in verdedigende houding, overal waar
sloot of wetering op de Grift loosde. Die brugjes vond
men al in de huidige Valleistraat toen de oude Bisschop
Davidsgrift nog niet gedempt was.
Langs het Benedeneind liggen ter weerszijden buurtjes van arbeiderswoningen
en enkele boerderijen. Enige eeuwen geleden waren daar ook reeds woningen te
vinden, vooral aan de Gelderse kant. Enige oude namen als De Lindeboom
en de Kalkoven komen er nog voor.
In het Rijksarchief te Arnhem vonden
wij indertijd in de Algemene Verzame
ling een kaart van de „benedenste ge-
meine griffte" uit 1599 (1699?) gete
kend door Bernardt Kempinck. Zij be
gint links bij de Veltgensgraeff, de hui
dige Nieuweweg en eindigt rechts in
de Bennekommer venen voorbij het
Sandtfoortse Schutte ofte Merry
Mesen schutte. (Een schut was een
ééndeurige sluis, die met een kaapstan
der werd opgetrokken om een schip
door te laten. De schippers maakten wel
eens eigenmachtig de afgesloten windas
los).
Van de Veltgensgraeff liep een grep
pel naar de Svaluwen Sterte, de split
sing van de Grift in een Stichtse Grift,
de huidige Hoog- en Zandstraat, waar
aan het begin een huis lag, De Hulck
geheten, wellicht naar zijn puntige
vorm naar een schip genoemd of wij
zend op een laagte in de grond, én een
Gelderse Grift, het huidige Boveneind
(Pr. Bernhardlaan, Stationsstraat of
Veenendaalseweg), met éven voorby de
splitsing twee bruggen, waarvan er
een Dwarsbrugge heette.
Aan genoemde „gruppel" lag een aan
alle zijden door geboomte omgeven
landhuis van Jacob Feitsz. (Feit is een
Friese voornaam).
Bij de splitsing staan op de kaart
drie huizen, nameiyk van Andries
Claessen, Roeloff Aelbertsen en Gerrit
Elissen. Van Het Kleine Scutken af vin
den we de woning van: Herman Brant-
zens weduwe, Ott Hendriekzens, Derck
Gerrit Reijersens, Claes Jansens, Crijn
Evertsens, Derck Gerrit Reyersens
Erffgenamen, Merry Boenen weduwe,
Steven JanszenVerbeyck, Jan Hen-
dricksens, Cornelia Jacobzen olim (d.L
vroeger) J. Gerrit Petersen Clercq, en
Hendrick Claessen Lam olim Jan Arien-
sen Hoochbeen. Daarnaast lagen de
„Pallantsche vhenen", venen toebeho
rende aan de Culemborgse adellijke fa
milie van die naam.
Vervolgens Lens Hubert sen, de Hoe-
mense venen met Hoemens hofstede,
Derck Hollarta erffpachter Jan Arien-
sen „gronteygener", Gerrit Claessen
pachter Joffer van Rhienen Hubertse
grondeigenaresse, Aelbert Koerr olim
Frans van Rhienen modo (d.i. nu) Ste
Cathrijnen gasthuys toe Arnhem, Arien
Gerritsen olim Grammaye een van
de Grammaye's, nameiyk Thomas, had
de eerste steen van de oude Salvator-
kerk op de Markt gelegd Aelbert
Cornelissen, Jan Hermanssen. Jan Hen-
dricksens olim Warmonta modo Tonis
Rixen Eijgener (eigenaar). Naast de
gronden van de laatste lagen de Val-
kenaarse venen, begrensd door terrein
van Dries N. Jan van Zallant eygener.
Voorbij diens bezit strekten zich de
Boeckopsche vhenen uit, eigendom van
de heren van Moeckop die op kasteel
Harselo woonden. Hierin lagen elf hui
zen namelijk van Joffer van Brienens,
Johans van Amersfoort, Coent (Coen-
raad) Cornelissens, Wolter Goessensens
Peter Willemsens, Gerrit Hendrixens,
Jan Broenensens, Jan Goesensens huys,
Jan Joppen, Herman Pauwelsens en
Jan Janssens, waar de Bennekommer
Gemeijnte begon, de Bennekommer
Meent, gemeenschappelijk bezit van in
woners van Bennekom.
De meeste van deze namen zijn pa-
tronymisch, vadersnamen, eindigend op
sen of sens di. zoon. Wellicht wonen
daar thans nog nakomelingen van de
genoemde personen, van wie een enkele
namelijk Hoochbeen geen vadersnaam
droeg.
Waar de weg van de Grift afbuigt,
loopt een paadje langs het water, waar
aan in het schilderachtige buurtje een
mooi boerenhuisje ligt. Wij slaan de/
Meentdijk in en volgen verder rechts
de Meentweg dwars door de Benne
kommer Meent, een natuurreservaat,
waarover Evert Zandstra aardige din
gen vertéld heeft in het herinnerings
boek voor wijlen Ir. M. M. van Hoffen
„Een Veluws dorp". De Meentweg loopt
naar de Zuiderkade. Naar links voert
de Kraatsweg ons een parkachtig land
schap binnen. Op de hoek Zuiderkade-
Kraatsweg liggen aan de zuidzijde per
celen, gescheiden door de 15de-eeuwse
Eemwal: de Grote en de Kleine Onger-
kamp.
„Im Zigeunerlager" la de titel van
een muziekstuk, dat een impressie
geeft van het musiceren in een derge
lijk kamp, een goede titel voor de vol
gende alinea. Want de Ongerkampen
hebben hoogst waarschijnlijk iets uit te
staan met het zwervende volk der Zi
geuners. Onger wordt ook gespeld hon
ger, hongher, Hongaar.
Hongerland was driest of slecht land.
Nu wil het geval dat beide Ongerkam
pen geen gronden zijn van inferieure
grondkwaliteit. Dat hebben in 1949 wij
len prof. dr. C. H. Edelman en ir. M.
M. van Hoffen geconstateerd. Zij wezen
ook op het feit, dat beide kampen in
een uithoek van de gemeente Veenen
daal en Ede liggen, bijzonder gunstig
voor een kamp van Zigeuners, die des-
tyds in een gemeente niet geduld wer
den. In de polderatlas van de Dijkstoel
Wageningen en Bennekom uit 1752-1753
zijn beide kampen fraai afgebeeld door
de gebroeders M. en F. Beyerink.
De geschiedenis van de Zigeuners is
in dichte nevelen gehuld en door een
romantisch waas omgeven. Wat is hun
herkomst? Laat ons eerst naar een Zi
geuner luisteren. De Hongaar dr. Er-
nest M. Gajary Kuhinka, die in 1947
in ons land asiel verkreeg en in 1957
een studie over de geschiedenis en de
folklore der Zigeuners schreef, geeft
zijn verhaal weer:
„In de oude tijd riep God alle volke
ren bij elkaar. Zij verschenen voor
Hem en Hij gaf iedereen land. De Zi
geuner echter had zich achter de rug
van God verborgen. Toen God met de
uitdeling klaar was, trad de Zigeuner
naar voren en riep uit: „O, Heer, Gij
hebt mij vergeten". „Ja! Waar had je
je verscholen?" vroeg God hem. „Ach
ter uw rug". „Heb je liever dat ik je
land toewijs óf wil je dat de anderen
dit doen?" vroeg God en wees met zijn
hand in' de richting van de verzamel
de volkeren. „Ik zag liever", zei de
Zigeuner, „dat alle volkeren mij land
ADVERTENTIE
zouden geven en niet Gij alleen". „Zo
zal het gebeuren. Ga heen", sprak God.
Dat deed de Zigeuner. Sinds die tijd
hebben de Zigeuners geen eigen land en
leven zij verstrooid over de hele we
reld.
Alle boeken over Zigeuners er is
een bibliotheek vol over hen geschre
ven zeggen dat slechts door middel
van de Zigeunertaal vastgesteld kan
worden welke hun oorsprong is. Uit de
verwantschap van hun taal met het
Hindoestans heeft men kunnen vaststel
len dat zij uit Voor-Indië komen. Het
Zigeuners is een Indogermaanse taal,
een afstammeling van het Sanskriet.
Uit oorkonden blijkt dat zij in 1270 in
Walachije verschenen en in 1282 verder
Europa binnendrongen. In 1422 kwamen
zy te Bologna, in 1427 te Parys. Ook
ons land werd bezocht. Mr. J. G. Huy-
ser haalt in zijn boek over hun taal,
afkomst en lijdensweg oorkonden aan
uit Deventer, Arnhem, Utrecht, Zutphen,
Nijmegen, Holland, Zaltbommel, enz.
De oudste oorkonden gewagen van
goede behandeling: zij ontvingen geld,
brood, bier, haring, bokking en stro.
Maar allengs verloren zij door dief
stallen en zakkenrollen de sympathie
van de overheid en werden de plakka
ten tegen de „heidens" of Egyptenaars
men meende dat zij uit Egypte
stamden strenger. Het werd hun
verboden binnen het gebied van een
stad of dorp te komen, er werd op hen
gejaagd als op wild. Zij werden bij
overtreding der wetten gegeseld en ge
brandmerkt.
Ontdekte men hen ergens, dan werd
zelfs de noodklok geluid. Ze werden
uitgescholden voor „Vagebonden, Ledig-
gangers, Lantloopers, Bedelaers, Schoy-
ers, Knevelaers, Scheerslijpers, Waar
zeggers, Sulpherpriemers, Quaksalvers
Rottenkruytverkoopers, Plecklikkers en
liedtsingers".
Overal werden zij verbannen.
Vandaar dat hun kampen van wa
gens en tenten aan de grens van vroe
gere rechtsterritoria gevonden werden
en Honger- of Hongaarskampen, Bo
hemer-, Bemer- of Beemerskampen ge
noemd werden.
Door al deze vervolgingen, die zij vol
gens O. van Kappen in zijn in 1965 ver
schenen werk Geschiedenis der Zigeu
ners in Nederland, ook aan zich zelf te
wijten hadden door hun parasietenleven,
hun listige streken, hun lezen uit de
lijnen der hand, waarzeggerij, tover
kunsten en kwakzalverij, waren de Zi
geuners in het begin van de 18de eeuw
radicaal uitgeroeid, maar in de loop
Van de 19de eeuw verschenen zij weer
hier en daar sporadisch.
In zijn studie De Geheimtalen niet
het Bronnenboek uit 1934, maar in de
eigeniyke studie uit 1932 erkent Dr.
J. G. M. Moormann dat de invloed van
de Zigeunertaal op de geheimtalen veel
geringer is geweest dan die van de Jo
den, omdat de eersten zich nergens
blijvend konden vestigen. Hij stelt ook
dat de heidens of Egyptiërs niet uitslui
tend Zigeuners zijn geweest, maar dat
zich onder hen ook zwervers van ande
re oorsprong hadden bevonden. Wellicht
zegt hij, vormden de Zigeuners slechts
een minderheid. Zij hebben zich ver
moedelijk vermengd met allerlei dieven
benden.
De plakkaten uit de 18de eeuw moeten
volgens Moormann vooral gezien wor
den in het toenmalige internationale
verschynsel van dieven- en roversben
den zoals de Bokkenrijders.
Een oudere schrijver over de Zigeu
ners. Mr. J. Dirks heeft in 1850 een
onderzoek ingesteld naar relicten van
hun vestiging in ons land en vond toen
afstammelingen in: het Vilders- Heike
bij Hoeven (N.B.), te Loon op Zand en
Kaatsheuvel, in de omgeving van Budel
en Hamoad, in Overijsel en de Gronin
ger Ommelanden o.a. te Winschoten,
Kollumerzwaag. Moormann die resten
van Zigeunertaal te Haaksbergen vond,
betwijfelt enige constateringen van
Dirks.
Zigeuners leven wel in woonwagens,
maar de mec&te woonwagenbewoners
zijn geen Zigeuners, blykend reeds uit
hun uiterlijk. Toen ik te Doorn woonde
belde eens een echte prachtige Zigeu
nervrouw bij mij aan, die uit de lijnen
der hand de toekomst met veel mensen
kennis voorspelde; zy bezat een mooi
figuur, doordringende donkere ogen en
prachtige hagelwitte tanden, een vrouw
die alle raskenmerken der Zigeuners
vertoonde, maar geen inlichtingen over
haar herkomst kon of wilde geven.
Terugkerend naar de Grote en Kleine
Ongerkamp bij Veenendaal, zie ik mij
verplicht op te merken dat de groot
meester van de Nederlandse Naamkun
de wijlen dr. M. Schönfeld in zijn werk
Veldnamen schreef, dat Onger en Unger
inderdaad voor Hongaar of Zigeuner
gebruikt werden.
Maar Onger en Unger kan ook On-
gers en Ungers luiden en dan Hongers
of Hungers zijn, een persoonsnaam dus.
namelijk Hungerus. Ongerkamp zou
betekenen het kamp van Hungerus,
kamp in de zin van een stuk land. Ook
kan unger en onger de naam zyn van
een plant, die heermoes heet, een soort
paardestaart, in N. Holland bijvoorbeeld.
Voor zover mij bekend is de beteke
nis van de namen Grote en Kleine On
gerkamp tussen Veenendaal en Benne
kom niet verder onderzocht. Archief
onderzoek te Bennekom en Wageningen,
vooral naar stukken over Zigeuners en
die over de eigenaars of pachters van
genoemde kampen, kan hier licht ver
schaffen.
Realiteitshalve moest ik Schönfelds
bedenkingen hier mededelen. Want ge
schiedenis moet waarheid zijn, geen
verdichting.
Heythuysen, 11 februari 1967.
D. Philips.
RENSWOUDE Dezer dagen hield
de voetbalvereniging Renswoude een
ledenvergadering In gebouw „Rhe-
hoboth", waarbij duidelijk naar voren
kwam dat het bezoekersaantal aanmer
kelijk was gegroeid vergeleken met de
vorige bijeenkomsten.
In het openingswoord van voorzitter
Overeem werd ook nog eens de goede
positie van Renswoude I betrokken. De
secretaris las hierna de notulen, welke
met algemene stemmen werden goed
gekeurd, terwijl de penningmeester
ondanks de hoge uitgaven voor verlich
ting en terreinonderhoud nog een
klein batig saldo kon melden.
De recette van de jubileumwedstrijd
tegen DOS was, hoofdzakelijk door de
slechte weersomstandigheden, erg laag
gebleven.
De heer W. van Maanen werd met al
gemene stemmen als nieuw kascommis-
sielid gekozen, daar de heer Van Raaij
wegens drukke werkzaamheden voor de
ze post had moeten bedanken.
In de discussie over terrein en de
RHENEN Op de Utrechtsestraat-
eg ter hoogte van de Btokweg vond
gistermiddag omstreeks vijf uur een
niet alledaags verkeersongeval plaats.
Terwijl de heer E. S. uit Veenendaal
werd gepasseerd door de bestelauto
van de Rhenenaar Van V. verloor deze
een lege krat, die pardoes op de voor
ruit van de wagen van 8. belandde.
Wonder boven wonder mankeerde S.
niets. Zijn wagen werd beschadigd en
de voorruit ging totaal aan diggelen.
De chauffeur van de bestelwagen had
niets gemerkt van zijn verlies en was
doorgereden. De politie achterhaalde
kleed- en waslokalen werd besloten om
per toerbeurt iemand aan te stellen voor
het onderhoud hiervan. De heer Hartog
en enkele andere leden stelden voor de
weg van de kleedkamers naar het veld
bijvoorbeeld te betegelen of eventueel
een betonpad aan te leggen. De aanwezi
ge actieve sportmensen lieten zich bij
zonder lovend uit over de nieuwe trainer,
de heer Van Soest uit Veenendaal.
Aan het eind van de vergadering werd
besloten met ingang van 1 april de con
tributie enigszins te verhogen voor alle
actieve leden.
RHENEN De daarvoor in aanmer
king komende leerlingen van de Rhenen
se scholen hebben vandaag het schrifte
lijk gedeelte van het jaarlijkse verkeers
examen afgelegd. Het praktische gedeel
te volgt op 25 april, waarna op 28 april
in het verenigingsgebouw „Irene" de di
ploma's worden uitgereikt, waaraan ook
nu weer een feestelijk tintje wordt ge ge
ven.
RENSWOUDE De paaszangdienst
die donderdagavond aanstaande wordt
gehouden is georganiseerd door de chr.
gemengde zangvereniging „Con Amo-
re."
Het koor is druk bezig met de laat
ste voorbereidingen om deze avond vlot
te laten verlopen. Men gaat er van uit.
dat de aanwezigen ook zelf graag zullen
meezingen, er is dan ook een grote
plaats in het programma ingeruimd