URK BEZIT THANS
MILJOENENVLOOT
Rentedaling laatste tijd
duidelijk merkbaar
Tamelijk I
emotionele
mensen
URK, verdeeldheid en eenheid
in moderne gemeenschap
NYLON TRUCKBAND
VAN VREDESTEIN
Duizendjarig
vissersdorp
Heethoofdig
Van planologen
niets aangetrokken
GEMEENSCHAP
ROYAAL
Welvaart
Industrie
Helemaal abuis
Wandmolen terug
MAANDAG 3 APRIL 1967
BEHOUDEND IN DE
KERK, MODERN
OP DE SCHEPEN
Volgend jaar is het duizend
jaar geleden dat de naam Urk in
de historie verscheen. Naar aan
leiding daarvan zal onder meer
een monument worden onthuld
ter nagedachtenis aan de honder
den vissers, die op zee het leven
hebben verloren.
De plaats voor het monument
is al uitgekozen: op een terrein
voor de hervormde kerk, dat op
het IJsselmeer uitkijkt. Het is
omgeven door een muur en nog
dit jaar zullen daarop marmeren
platen worden aangebracht, die
de namen bevatten van de omge
komen inwoners, voorzover die
althans bekend zijn. Enkele leden
van het comité houden zich met
de documentatie bezig en krijgen
daarbij alle steun van de bevol
king.
Een onzer verslaggevers heeft
een kijkje genomen op het Urk
van 1967. In bijgaande reportage
vertelt hij van zijn belevenissen
van een dorp dat ten dode was op
geschreven, doch dank zij een
stevige aanpak een moderne ont
wikkeling doormaakt. Urk levert
momenteel een hoogst gewaar
deerde bijdrage tot de Nederland
se economie.
Het witte vuurtorentje van Urk. Nog
nooit heeft het zoveel bedrijvigheid
aan zijn voet gezien: een haven vol
met kostbare kotters, drukte op de
scheepswerven en vaak veel bedrijvig
heid rondom de nieuwe, grote vis-
afslag. In de nabijheid van de vuur
toren ligt in een plantsoentje een
groot scheepsanker, dat in 1959 door
Urkers werd opgevist in de Noordzee.
Het weegt 5000 kilo. Het jaartal 1510
staat erop.
De motorrijder Clyde Gittens
moest plotseling remmen toen een
les-auto voor hem stopte. Hi] begaf
zich naar de auto, pakte de automo-
bilist-in-spe en diens instructeur
vast en sloeg de hoofden van beide
mcmnen hard tegen elkaar.
Gittens krachtdadige optreden is
door een Londense rechter niet be
paald op prijs gesteld, want hij ver
oordeelde de motorrijder tot een
boete van 250 gulden wegens mis
handeling.
De slachtoffers van Gittens moe
ten enkele dagen thuis blijven om
zich van hun kwetsuren te herstellen.
«••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••a
t
(Van een onzer verslaggevers)
TF/"ie op Urk een kerkgenootschap zoekt, heeft een ruime keuze: Neder-
landse Hervormde Kerk, een evangelisatie van de Gereformeerde Bond,
Gereformeerde Kerk, synodaal en vrijgemaakt (art. 31), Chr. Gereformeerde
Kerk, een Oud-Gereformeerde Gemeente en verder nog een groepje dat zich
de Oud-Christelijke Gereformeerde Kerk noemt. Alle beschikken over een
lokaliteit (soms een kerk, soms een lokaal), maar niet elk kerkgenootschap
heeft een eigen voorganger. Tenslotte oefent de laatste tijd ook de Pinksterge
meente enige invloed uit: enkele Urkers hebben zich laten overdopen. Het
behoeft geen betoog dat de Nederlandse Hervormde Kerk rechts-evangelisch
(orthodox) is. Wat echter wel speciaal mag worden vermeld is, dat Urk pas
heel laat het rooms-katholicisme heeft afgezworen. De Reformatie dateert er
van het midden der zeventiende eeuw en de toen aan de orde zijnde „nadere
Reformatie" heeft duidelijk een stempel op deze vissersgemeenschap gezet.
Het proces waarvan de huidige ver
scheidenheid het resultaat is, begon
in 1836 zo heeft een insider ons
duidelijk gemaakt met wat op Urk
nog altijd de „skeïege" (scheiding,
afscheiding) wordt genoemd. Men
noemde zich eerst Christelijk Afge
scheiden Gemeente en later Chr. Ge
reformeerde Kerk. In 1892 kwam de
Gereformeerde Kerk tot stand, maar
een klein groepje was het daarmee
niet eens en stichtte een eigen Chr.
Gereformeerde Gemeente. Veel later
volgden de Vrijmaking, de evangeli
satie van de Gereformeerde Bond, de
vorming van de Oud-Gereformeerde
Gemeente die in 1960 een imposant
kerkgebouw (de Jachin Boazkerk)
opende. In 1955 werd de tweede gere
formeerde kerk, de Petrakerk, ge
bouwd; de gereformeerde Bethelkerk
is al een eeuw oud. Trouwens, het
kerkgebouw van de Nederlands Her
vormde Gemeente (daterend uit de
achttiende eeuw) is ook te klein en er
is al een terrein uitgekozen voor een
nieuwe kerk, waarna het oude kerkje
dan ter beschikking komt van de Ge
reformeerde Bonders.
Vanwaar deze kerkelijke ver
deeldheid, althans verscheidenheid?
De Urker is aan de ene kant een
individualist, aan de andere kant
wordt hij gekenmerkt door gemeen
schapszin. Bij een ramp varen allen
uit en wordt er niet gelet op kerke
lijke verschillen. Bovendien, on
danks de verschillen hebben al die
kerkelijke gemeenschappen zekere
overeenkomsten. In geen enkele
kerk wordt de nieuwe vertaling ge
bruikt, noch wordt er ritmisch ge
zongen.
Maar wel zijn er in de zang weer
verschillen. Hoewel men graag en
veel en blijmoedig de Maranatha-
liederen van Johannes de Heer zingt,
is er een duidelijk verschil in tempo
van de eigenlijke kerkzang. Men ver
zekerde ons, dat het „snelst" door de
vrijgemaakten wordt gezongen. Her
vormden en gereformeerden doen het
langzamer, doch in de oud-gerefor
meerde kerk is het tempo dermate
langzaam, dat een buitenstaander
zich daar geen voorstelling van kan
vormen. Hier handhaaft zich een
trant van zingen die eeuwen geleden
in ons land algemeen moet zijn ge
weest.
Merkwaardige dualismen! Men is
heel behoudend wat liturgische en
kerkelijke veranderingen betreft,
maar bij de inrichting van schepen
en huizen weer bijzonder vooruitstre
vend. Men vraagt een preek die het
de mensen niet gemakkelijk maakt,
doch zingt, zoals gezegd, ook weer
graag Johannes de Heer. Men beseft
voortdurend de kortheid van het le
ven en werd (en wordt nog) gecon
fronteerd met de dood in de golven.
Tussen 1865 en 1904 zijn 210 Urkers
verdronken en dat op een bevolking
van nog geen 2.000 zielen! Zoiets
snijdt diep in.
En verder: Urkers zyn tamelijk
emotioneel en bijzonder vrijgevig in
gevallen die hun aanspreken, zoals
een ramp waarvoor wordt gecollec
teerd. Die zelfde vrijgevigheid geldt
ook de kerk. Nee, de Urkers hangen
niet aan het geld, al hebben ze na
tuurlijk hun ondeugden. Maar daar
staan weer bijzonder goede eigen- j
schappen tegenover.
Niettemin menen oudere inwoners,
dat als gevolg van de succesvolle vis
serij een vermaterialisering valt
waar te nemen, waarbij van een „be
hoorlijk" drankgebruik sprake is. Dat
mag geen wonder worden genoemd
als men hoort, dat jongelui 25 gulden
zakgeld in de week krijgen. En moe
der heeft dan al een paar honderd
gulden op het spaarbankboekje gezet,
want van elke gulden besomming
krijgt zo'n jonge visser een dubbeltje.
Maar er werkt ook een gereformeer
de vereniging voor drankbestrijding
en dat is dus weer de andere zijde
van de medaille.
„Inteelt" op Urk? Iedereen fami
lie? Deskundigen kunnen bewijzen,
dat dit kletspraatjes zijn. Door de
eeuwen heen hebben zich vreemde
lingen op het eiland gevestigd: van
Marken en uit Durgerdam, van Ame
land, zelfs uit Oost-Friesland. Nog
kortgeleden noopte het gebrek aan
personeel op de vloot tot het „inha
len" van Bunschoters en inwoners
van Genemuiden.
Bij onderzoek blijken ooi: heel wat
zogeheten echt Urker families zich
betrekkelijk kort geleden op het
eiland te hebben gevestigd. Niettemin
bestaan er typisch Urker familiena
men, zoals Van Urk, Hakvoort,
Woord, Koffeman.
Het is ook niet waar, dat Urkers
„vreemdelingen" mijden. Wie zich
aanpast (dat geldt ook voor ambtena
ren), wie zich niet „hoger" waant
dan de Urkers zelf, is in korte tijd
Vooral voor de liefhebbers van sche
pen biedt de Urker haven in de week
ends een kostelijk beeld. Dan liggen
de prachtige Noordzeekotters en hun
kleinere broers van het IJsselmeer
dicht aaneen langs de kade. Eigenlijk
is het er veel te vol en Urk wacht
met smart op een uitbreiding van de
haven om zijn groeiende vloot te kun
nen bergen.
I-Iet b(jna duizend jaar oude Urk
levert vooral de laatste jaren
een prestatie, die van doorzettings
vermogen, durf en ondernemings
lust getuigt. Jaren, of beter gezegd
eeuwen, lag het oude eilandje te
sluimeren in de Zuiderzee en vond
zijn bevolking er slechts een karig
bestaan. In en kort na de oorlog
leek Urk zelfs helemaal ten dode
opgeschreven. De aanleg van de
Noordoostpolder hapte een grote
brok van het viswater van de Ur
kers af en met toen nog de inpol
deringen van Oostelijk en Zuidelijk
Flevoland in het verschiet zag het
er voor de visserij, dé bestaansbron
van het dorp, heel donker uit.
In 1948 zei de toenmalige burge
meester: als de zuidelijke polders
klaar zijn moeten er andere bestaans
mogelijkheden komen; Urk kan dan
niet meer op de visserij blijven drij
ven. En de planologen van die tijd
verkondigden: laat de oudere vissers
voorlopig nog maar wat varen met
hun botters; de jongere Urkers moe
ten echter worden omgeschoold. Zij
zullen werk moeten vinden in de nieu
we polders, als boer of als industrie-
arbeider.
Maar hoe anders is het allemaal
gelopen. De Urkers hebben zich niet
aan de planologen gestoord. Zij zijn
hun eigen gang gegaan. Zij hebben
bij wijze van spreken, overigens ook
in letterlijke zin, zelf het roer in han
den genomen.
Het resultaat ziet men thans in de
weekends: een haven tjokvol met een
vloot kostelijke, moderne kotters. Nog
sprekender zijn cijfers en grafieken
over visaanvoer, gemiddelde tonnage
van de schepen en het gemiddelde
motorvermogen. Daaruit spreekt de
geweldige ontw:kkeling van de Urker
visserij in slechts betrekkelijk korte
tijd.
De manier waarop men in Urk
de zaak heeft aangepakt, heeft gro-
te welvaart in het dorp gebracht,
veel meer dan het ooit in zijn dui
zendjarig bestaan heeft gekend.
Van die welvaart getuigen de vele
riante huizen in de nieuwe wijken
en op het eens zo arme Urk heeft
men nu ook zijn „goudkust" al. En
mensen die het kunnen weten zeg
gen, dat Urk wel zo'n twintig miljo
nairs onder zijn bevolking heeft.
Na Scheveningen en IJmuiden is
Urk reeds de derde aanvoerhaven
van vis in Nederland. Die aanvoer is
in een paar jaar tijd met sprongen
omhoog gegaan. In 1963 kwam er
voor ƒ4.200.000 aan Noordzeevis op
de Urker veiling en verleden jaar
werd er voor 19.500.000 aan Noord-
zeevis naar de grote, nieuwe afslag
gebracht. Deze nieuwe afslag, die in
mei van 1965 werd geopend, blijkt nu
al weer te klein te zijn. Het gebouw
is 6 meter lang en 39 meter breed.
Daar komt dit jaar nog een stuk van
32 meter bij, plus een koelcel voor
80.000 kilo vis.
Die aanvoer van bijna twintig mil
joen in 1966 op Urk is overigens nog
niet alles. De Urker Noordzeevissers
haalden in dat jaar namelijk voor 28
miljoen gulden vis uit het water. Het
leeuwedeel daarvan ging dus naar de
thuishaven, de rest werd voorname
lijk naar IJmuiden gebracht.
Het aantal kotters is ook in betrek
kelijk korte tijd sterk omhoog ge
gaan. In 1949 had Urk 51 Noordzee
kotters met een totaal aantal beman
ningsleden van 189. Thans varen er
115 Noordzeekotters met UK op de
voorsteven en vinden er ongeveer 570
mannen werk op deze vloot. Op Urk
horen dan voorts nog 60 IJsselmeer-
kotters thuis, die verleden jaar voor
bijna twee miljoen gulden vis aan
voerden.
De karakteristieke Urker kleder
dracht is gedoemd te verdwijnen. De
jongeren hebben deze dracht afge
schaft en het zijn nog alleen de men
sen van boven de veertig, hoewel
lang niet allemaal, die niet „op zijn
burgers" gaan. Toch zijn er zeker
nog honderden Urkers, die in de vroe
ger algemene klederdracht lopen.
volledig in de gemeenschap opgeno
men.
Tenslotte: de politiek. Nee, bij
raadsverkiezingen reageert Urk als
een echt eiland. Het wemelt er dan
van de lijsten van bepaalde personen
en plaatselijke belangen en belange
tjes: het individualisme! Bij Kamer
verkiezingen daarentegen krijgt de
AR de meerderheid, stemmen de vrij
gemaakten het GPV, kiezen de her
vormden de CHU en stemt de rest op
de SGP. Want in politiek zijn de Ur
kers van de behoudende partij.
Het leven mag dan volgens som
migen met 40 beginnen, op Urk be
gint de klederdracht op die leeftijd.
Op enkele uitzonderingen na zijn er
namelijk geen mannen of vrouwen,
jonger dan 40 jaar, die nog in de
vroeger algemene klederdracht lo
pen. Het is moeilijk uit te maken
hoeveel Urkers de traditie in stand
houden, maar zeker nog honderden.
Bij ons bezoek zagen wij eigenlijk
meer mannen en vrouwen in de
dracht dan wij op grond van pessi
mistische uitspraken in de literatuur
hadden verwacht. Toch kan wel wor
den uitgerekend wanneer deze karak
teristieke dracht tot het verleden zal
behoren, aangenomen dat degenen
die zich nu daardoor uiterlijk nog dui
delijk als Urkers onderscheiden, niet
plotseling „onderweg" de dracht af
schaffen en „op zijn burgers" gaan,
waarvan ook voorbeelden bestaan.
Opvallend is de netheid die de dracht
kenmerkt en de zorg die man zowel
als vrouw aan de onderdelen beste
den.
Ja, dat de dracht in zekere mate
nog levend is, tonen enkele modieuze
veranderingen, waarvan vooral bij de
vrouwendracht sprake is. Met Stap
horst, Marken en Volendam is Urk
anno 1967 nog een van de zeldzame
gebieden in ons land, (zeg maar: in
West-Europa), waar men nog echte
klederdrachten kan zien.
Urkers willen best iets over hun
kleding vertellen, maar aan „kieke-
rij" door opdringende toeristen heb
ben zij zeker op zondag een he
kel. Men zij dus tactvol in het tonen
van zijn belangstelling en bewonde
ring.
(Door onze economische medewerker)
De rentedaling in ons land tekent zich de laatste maanden duidelijk af. In de
cember vorig jaar maakte de minister van Financiën een lening van 7% te
gen een uitgiftekoers van 100 bekend. In maart van dit jaar lanceerde de Bank
voor Nederlandse Gemeenten met enorm succes een lening van 6>/2% tegen 100.
Het ziet er naar uit, dat een volgende lening van de Bank voor Nederlandse Ge
meenten met die stormloop rekening zal houden en dat het rendement dan be
neden de 6'/2% zal liggen.
De rentedaling wordt ook geïllustreerd door het rendement, dat op de reeds uit
staande en aan de Amsterdamse beurs genoteerde obligatieleningen wordt ge
maakt. Het Centraal Bureau voor de Statistiek houdt hiervan de stand nauwkeu
rig bij. Een paar voorbeelden van dalend rendement:
aug. 1966 febr. 1967
4'/ï% staatslen. 6,81% 6,12%
*Vl%—*Vi% part.obl. 7,38% 6,54%
De rente op de kapitaalsmarkt weer
spiegelt het aanbod van en de vraag
naar geldkapitaal. Als de rente dus de
neiging heeft om te dalen dan kunnen
we zeg gen dat er een kleine ontspan
ning is opgetreden. Een ontspanning,
die is ontstaan doordat het bedrijfsle
ven door de hoge rente wat minder geld
is gaan vragen, terwijl omgekeerd door
de hoge rente extra-geld tevoorschijn is
gekomen en het aanbod dus groter is
beworden.
Die hoge rente betekende hogere in
vesteringskosten en dit heeft de inves-
teringslust getemperd, zeker in die ge
vallen dat de ondernemer heeft onder
zocht wat de investeringen aan vruchten
kunnen afwerpen. Ook de cijfers, die
kortgeleden van de investeringen in het
vierde kwartaal van 1966 bekend zijn
gemaakt, bevestigen reeds die aarzeling.
Als wij dezelfde kwartalen van 1965
en 1966 met elkaar vergelijken, dan zien
wij voor de investeringen in 't bedrijfs
leven, met uitzondering van de investe
ringen in woningen, de volgende stijgin
gen in 1966:
le kwartaal f 301 miljoen
2e kwartaal f 352 miljoen
3e kwartaal f 422 miljoen
4e kwartaal f 238 miljoen
Er is dus in het vierde kwartaal een
duidelijke terugval in de stijging opge
treden. De ontwikkeling werd nog eens
bevestigd door de discontoverlaging
van de Nederlandsche Bank op 15 maart
van 5 procent tot 4V» procent. Zo'n dis
contoverlaging is in wezen een aanpas
sing achteraf van een gewijzigde situa
tie in het economische krachtenveld
De renteverlaging heeft op haar beurt
weer enkele gunstige effecten gehad.
Theoretisch weten wij dat het lagere
discontotarief ook de bankrente naar be
neden zal brengen, waardoor het be
drijfsleven wat goedkoper kredieten op
nemen kan. Wij geloven dat dit bij de
verlaging van 15 maart eerder een psy
chologische dan een reële uitwerking zal
hebben.
Maar wel is de renteverlaging reeds
in de hypotheekrente doorgewerkt. Het
Bouwfonds voor Nederlandsche Ge
meenten heeft vorige week de rente
voor nieuw af te sluiten hypotheken van
714 op 7!4 gebracht. Dit spreekt te
meer als wij weten dat het in januari
nog 8 procent was. Voor de woningbouw
in de particuliere sector is dat onge
twijfeld gunstig.
Doorwerking zien wij ook op de Am
sterdamse effectenbeurs. Zowel de koer-
sen Van de obligaties als die van aan
delen gaan heel langzaam omhoog
De renteverlaging heeft geen halt bij
onze grenzen gehouden. Ook in enkele
andere landen tekent zij zich duidelijk
af. Wij vergelijken daarvoor het rende
ment van genoteerde staatsobligaties
met een looptijd van 510 jaar in:
19-8-'66 24-3-'67
in procenten
België 6,79 6,85
W.-Duitsland 8,53 7,52
Engeland 7,12 6,31
Frankrijk 6,64 6,76
Italië 6,32 6,34
Nederland 6,96 5,93
Zwitserland 4,13 4,61
Het blijkt dat de daling ook te zien is
in West-Duitsland en Engeland, maar
niet in België, Frankrijk, Zwitserland
en Italië. Wij merken en passant dat er
tussen de landen nogal wat verschil in
rendement bestaat. Van een gelijk ren
dement in Euromarkt-landen is nog geen
sprake.
Wij mogen in het verband van de
rentedaling ook niet vergeten, dat er in
de tweede helft van januari in Engeland
een conferentie van ministers van Fi
nanciën van Engeland, de V.S., Frank
rijk, Italië en West-Duitsland plaats
had, waarin werd besloten om samen
te werken voor een verlaging van de
rentevoet en een vermindering van de
beperking van de kredietverlening.
Wij hebben sedertdien een vloedgolf
van discontoverlagingen van de centra
le banken gehad. Nadat West-Duitsland
6 januari was voorgegaan, volgde En
geland 26 januari, België 2 februari,
Zweden 3 februari, West-Duitsland op
nieuw op 16 februari, Zweden weer op
10 maart, Nederland op 15 maart, En
geland andermaal op 16 maart en Bel
gië tot slot op 23 maart. Wij nemen
aan, dat er binnenkort aan de verlagin
gen een eind zal komen, omdat anders
de verlaging in het ene land verstorend
op het economische leven van het an
dere land zal inwerken. En dat is, in in
ternationaal verband gezien, bepaald de
bedoeling niet.
Die grote vloot vertegenwoordigt
een formidabel bedrag een mo
derne Noordzeekotter kost thans
visklaar zeker een half miljoen gul
den en brengt een forse bedrij
vigheid in Urk. Er zijn twee
scheepswerven, die volop werk heb
ben, men vindt er vier nettenfabrie-
ken en een visverwerkingsbedrijf,
waarin alleen al 45 mensen werk
vinden. Verder zijn er nog enige
exportbedrijven en vishandelaars,
die ervoor zorgen dat de vis vlot
naar de consument wordt gebracht.
Verreweg het grootste deel, onge
veer 90 procent, gaat naar het bui
tenland. De burgemeester zei kortge
leden nog, het zo goed als zeker te
achten, dat de Urkers het mogelijk
hebben gemaakt de Nederlandse be
talingsbalans positief met meer dan
dertig miljoen gulden te beïnvloeden.
Deze belangrijke bijdrage aan de
Nederlandse economie, waarvan Urk
zelf wel in de eerste plaats de vruch
ten plukt, is te danken aan durf, aan
bereidheid om hard en zwaar te wer
ken en aan particulier initiatief. De
Urker vissers varen „onder maat
schapscontract". Dat wil zeggen, dat
ieder lid van de bemanning een zeker
percentage van de besomming krijgt.
Het personeel heeft op deze wijze net
zoveel hart voor de zaak als de schip
per en men is dan ook bereid nog een
paar extra trekken te doen als ande
re vissers reeds naar huis „stomen".
Die zelfde bereidheid om langer en
harder te werken vond men ook op
Urk zelf en dat maakte de visafslag
groot. Men kan hier later dan in
IJmuiden zijn vis kwijt en dat bete
kent dat er langer kan worden gevist.
Door deze aanpak wendden de Urkers
de dreigende ondergang van hun
eiland af en voerden zij hun dorp tot
grote bloei.
Vredestein heeft een nieuwe truck
band uitgebracht met een nylon kar
kas. Deze nylon truckbanden zijn in
Amerika al vrij populair, maar ze
worden in Europa nog maar spora
disch gezien omdat ze duurder zijn
dan banden met een textiel karkas.
Vredestein ziet nu kans deze nylon
truckbanden te maken voor een prijs
die slechts vijf procent boven die van
de overeenkomstige conventionele
truckbanden Hgt.
Nylon maakt het mogelijk het kar
kas even sterk en minder dik te ma
ken. De nylon band is daardoor soepe
ler en wordt minder warm. Het eerste
is vooral voor bussen van belang,
want een soepeler band zorgt voor
meer rijcomfort. Het minder warm
worden is van gunstige invloed op de
levensduur. Belangrijk is ook dat een
nylon band beter en vaker verzool-
baar is.
Strulsvogelhaan Gerrit uit het Am
sterdamse Artis is helemaal in de
war, en de directie van de dierentuin
ook.
Die had een tijd geleden drie jonge
struisvogelhennen gekocht om Gerrit
in staat te stellen de roep van de na
tuur te volgen en Artis aan nieuwe
struisvogels te helpen. De directie heeft
zich vergist; alle drie de hennen heb
ben zich bij het begin van de lente
ontpopt als trotse hanen.
D» oude koffiemolen tegen de muur
.n een nieuwe vorm terug. Philips
orengt een elektrische wandkoffiemo-
len, die een reservoir heeft voor 400
gram bonen.
In twintig seconden kunnen onge
veer vijftig gram bonen worden fijn
gemalen.
Via een fijnregelaar kan men elke
gewenste korreldikte krijgen.