Rotterdamse graanhaven heeft vertrouwen in de toekomst West-Europa's grootste distributiecentrum Blijde gebeurtenis werpt haar schaduw al vooruit Dramatische staking vormde het begin ■1 m MILITAIREN OEFENEN SALUUTSCHOTEN OOK IN UTRECHT TENT VOOR DE PERS Liberty werd bulkcarrier Claus' moeder komt niet jf Fout pessimisme Minder keuze jf Franse tarwe Jf Buikpijn Schandaal CAVALERIE COMBINATIE TOEKOMST ROTTERDAM Met een aanvoer van 6,4 miljoen ton graan In 1966 is Rotterdam onbetwistbaar het grootste distributiecentrum van granen in West- Europa. Deze 6,4 miljoen vormt een derde van de totale aanvoer van granen bi de zes landen van de Europese Economische Gemeenschap (Frankrijk, Ita lië, West-Duitsland en Benelux). In de Amsterdamse haven wordt ruim twee miljoen ton aangevoerd. Antwerpen, Le Havre, Hamburg, Genua en Marseille volgen. 6&AN Zo sterk ls Rotterdams positie, dat de prijzen hier maatgevend zullen zijn voor de vaststelling van de heffingen In de gemeenschap. Van het Neder landse aandeel van 8,5 miljoen ls overigens slechts 4,5 miljoen voor eigen gebruik bestemd. Het resterende deel verdwijnt weer naar Engeland, de Scandinavische landen en Duitsland. De voorzitter van het comité van graanhandelaren en van de Vereniging „De Nederlandse graanhandel", de heer W. J. de Vries, was aanvankelijk beslist niet optimistisch over de gevol gen van een gemeenschappelijk land bouwbeleid voor de Nederlandse han del. Dat pessimisme is niet bewaar heid, constateert hij nu, niet zonder vreugde. Sinds 1958 is de aanvoer van toen drie miljoen ton met vijftig pro cent toegenomen en dan met name de overlading. De heer De Vries meent, dat de grote vlucht van de graanhandel me de te danken is aan de unieke positie van Rotterdam. De haven kan de grootste schepen in het snelste tempo lossen. De Engelse havens, bijvoor beeld van Tilbury, komen straks niet verder dan 35.000 ton. Ook de Britten menen dat de grote graanschepen Rotterdam als overslag haven zullen blijven aandoen. Voor Rotterdam is het dan wel zaak, dat het bijblijft, want de heer De Vries vraagt zich af: „Gaan we niet naar schepen van 100.000 ton toe?" De vrachtkosten zijn uiteraard laag door de komst van de steeds grotere schepen. Er is echter ook een nadeel. De handel had vroeger een grotere keuze uit het veel grotere aantal klei nere schepen dat onderweg was. Het optimisme van de heer De Vries over de toekomst van de Nederlandse positie in de Europese graanhandel is stevig gefundeerd, maar toch niet zor genvrij. De marktverstoring, die als ge volg van de komst van de E.E.G. werd gevreesd, heeft niet die omvang ge kregen, die men haar toedacht. Ver onderstelde men, dat de hoge gemeen schappelijke prijzen de produktie met name in Frankrijk zou opjagen, de ontwikkeling gaat in werkelijkheid nog geen bewijs leveren voor die stelling. Vraag is natuurlijk c4 4e huidige prijzen gehandhaafd blijven. De Duit se boeren bijvoorbeeld zullen straks vijftig mark per ton minder ontvangen. Er is meer ongerustheid bij de graan handel. De heer De Vries noemt: 1 De Invoer van de Franse tarwe neemt toe. Het Franse soort is beter dan het Nederlandse. Er be staat bovendien een neiging, dat Frankrijk rechtstreeks met voorbijgaan van de tussenhandel en door de binnenwateren ook met voorbijgaan van Rotterdam aan de verbruikers gaat leveren. t. Nederland krijgt voor deze ontwik keling een overschot aan inlandse tarwe. De handel wenst nu dat de exportdeur wagenwijd wordt open gezet om tenminste de kans te heb ben de overschotten elders te slij ten, mede als compensatie van de wegvallende invoer. De handel is er niet zo gerust op, dat het zal lukken. De Nederlandse regering kan de inlandse tarwe immers ook tot veevoer degraderen en in eigen land houden. I. Er is nog steeds geen duidelijk beeld hoe het gemeenschappelijk vervoersbeleid zal uitvallen. Steun aan de binnenvaart betekent, dat de producenten de voorkeur aan de binnenschepen zullen gaan geven, binnenschepen die Rotterdam niet zullen aandoen. 4- De invoervergunningen worden nog steeds per land afgegeven. De Ne derlandse handel zou wensen dat 'n vergunning voor de gehele ge meenschap zal gelden. Buikpijn heeft de tarwe de heer De Vries gegeven. De subsidie op de uit voer is stopgezet (een miljoen ton waarvan 351.000 ton inlandse tarwe). De regering vond het niet verantwoord twintig gulden per ton subsidie te ge ven, terwijl zij maar twee gulden ont ving bij de invoer. „Er is te veel naar het nadelig ver schil gekeken", vindt de voorzitter van het comité van graanhandelaren. De handel heeft geprotesteerd, tevergeefs. Men hoopt nu dat de subsidie zal wor den hervat, zodra het geld niet uit de nationale maar uit de gemeenschappe lijke schatkist moet worden gehaald. Trouwens wat de graanhandel zwaar weegt: „Het gaat niet om ons alleen, De graanhandel is een nationaal be lang. Niemand heeft nog uitgerekend welke bedrijvigheid het graan in Rot terdam teweeg brengt Dat willen we nu eens narekenen." „Rondweg een schandaal" vindt de heer De Vries, dat wel bekend is dat op 1 juli de gemeenschappelijke prij zen voor granen in werking moeten treden, maar dat nog steeds geen be slissingen zijn gevallen over de uit voeringsbesluiten, de aanpassingen en dergelijke. „Dat kunnen ze ons toch niet een paar dagen van te voren op onze tafels leggen." Alle zorgen, alle verontwaardiging ten spijt: de heer De Vries gelooft in de graanhandel, in de Rotterdamse haven. Rotterdam is het grootste dis tributiecentrum, en kan het blijven. Het nieuwe graanoverslag- en opslagbedrijf aan de Botlek bij Rotterdam, dat dezer dagen door prins Bernhard is geopend. Y)ezer dagen opende prins Bernhard het nieuwe graanoverslag- en opslagbedrijf in de Botlek te Rotterdam. Schepen met een inhoud van 60.000 ton worden er in twee etmalen gelost. Hun la ding gaat via lopende banden naar kleinere pieren, waar Rijnsche pen of kustvaarders worden beladen. Het zijn twee naamloze vent nootschappendie hier nauw samen werken: de Graan Elevator Maatschappij, die de overslag ver zorgt en de Graansilo Maatschappij, die het opslaan en reinigen van graan voor haar rekening neemt. De tekening toont deze samenwerking en zij toont de „gang" van zaken bij het graan, de weg van schip naar schip of van schip naar silo. De foto toont de 425 meter lange pier, waaraan de zeeschepen worden gelost door vier pneumaten op de wal. Aan de waterzijde liggen nog enkele drijvende elevatoren, die het graan rechtstreeks van het zeeschip in de Rijnschepen brengen, het beeld van de me chanische overslag, zoals die tn 1905 in de Rotterdamse haven werd ingevoerd. Van haar oprichting af ongeveer zestig jaar geleden garandeert da Graan Elevator Maatschappij (G.E.M.) een lossing van ten minste drieduizend ton per etmaal. Vorig jaar haalde zjj b(J het leegzuigen van bulkcarriers een ge middelde van vijftienduizend ton per uur. Dit is dus vijf keer zo snel. Het ty peert de ontwikkeling van de technische mogelijkheden. Daartoe behoort ook de ontwikkeling van het scheepstype dat wordt gebruikt voor het vervoer van los gestorte granen en vele soorten veevoe ders. Na de Tweede Wereldoorlog voeren er duizenden Libertyschepen over alle wereldzeeën. Met deze in de oorlogsjaren als het ware aan de lopende band ge bouwde eenvoudige vrachtvaarders kreeg ook de G.E.M. te maken toen zij in Juni 1945 weer aan de slag ging. Een nieuwe ontwikkeling openbaarde zich in 1962: de komst van het speciaal voor gestorte lading geconstrueerde schip de bulkcarrier. In dat jaar brachten negentig van deze schepen an derhalf miljoen ton lading. Vorig jaar was deze vloot b(j de G.E.M. geroeid tot 222 schepen met 5,1 miljoen ton. Deze hoeveelheid is veel meer dan de helft van alles wat de elevators en pneumatea in 1966 verwerkten. Intussen groeit ook de toimenmaat van de bulkcarriers. In 1965 vervoerden z(j gemiddeld 19.000 ton per schip, vorig jaar 23.000 ton. Het merendeel van bulkcarrier» brengt tussen twintig- en dertigduizend ton lading aan. In 1966 ontving de G.E.M. een reus met een draagvermogen van zestigduizend ton die met vijftigdui zend ton sojabonen was geladen. Lang zamerhand zijn vijftigduizendtonners normale verschijningen geworden. mmm - ,x' •..•.•••h'.'--- i Hl /~kp diverse plaatsen worden de laatste dagen al voorbereidingen getroffen in verband met de a.s. heuglijke gebeur tenissen in het kroonprinselijk gezin. De bovenste foto hiernaast toont de artilleriebatterij, die na de geboorte van de baby van prinses Beatrix op het Haag se Malieveld 101 (prins) of 51 (prinses) kanonschoten zal lossen. De batterij van de Gele Rijders oefent iedere dag op het terrein van de Nieuwe Alexanderkazerne in Den Haag in het zo snel mogelijk aan trekken van de gala-uniformen en in het in stelling brengen van het geschut. Als het prinsenkind niet op kasteel Drakensteijn maar in de kliniek van prof. Plate in Utrecht wordt geboren, zuNen journalisten het nieuws over de geboorte in de op de onderste foto afgebeelde tent doorbellen naar binnen- en buiten land. De tent staat in de Nicolaas Beets- straat. In dit perscentrum staan 28 stem hokjes die dienst doen als telefooncellen. Er- zijn twee telefoto-, vijf telex- en 28 telefoonlijnen. Verder is ruimte opengelaten voor ze ven munttoestellen die van Lage Vuur- sche naar Utrecht worden overgebracht als de baby niet op kasteel Drakensteijn wordt geboren. Ook in de Lage Vuursche is een pers centrum ingericht. HITZACKER „Ik word hier hele maal met rust gelaten", zei ons in Hitz- acker mevrouw Gösta von Amsberg, de moeder van prins Claus. Ze zal niet naar Nederland komen om de geboorte van haar zevende kleinkind mee te ma ken. In Hitzacker zullen onmiddellijk na het bekend worden van de ge boorte van een prins of prinses 21 saluutschoten worden gelost. De scho ten zijn dan voor de inwoners te vens het sein om straten, pleinen, huizen en gebouwen te versieren en overal de vlag uit te steken. De plaatselijke harmonie zal een mars door de stad maken. Na een kort dankgebed van de plaatselijke predikant begint een grote manifesta tie op het marktplein. De plaatsver vangend burgemeester zal de geboor te dan officieel bekendmaken en een gelukstelegram voorlezen. De procla matie zal worden omraamd door ge zang en dans, muziek en spreekko ren, waaran alle verenigingen in Hitzacker zullen deelnemen. FAKKELOPTOCHT De sportclubs, schutterijen, zangko ren en andere verenigingen zullen als besluit van het officiële gedeelte van het feest met brandende fakkels door de stad en langs Gut Dötzin- gen, het geboortehuis van prins Claus, trekken. Daarna zal Hitzacker zich in een onofficieel feestgewoel storten, waarbij nog enkele verras singen op het programma staan. „We wachten de geboorte met spanning af", aldus de burgemeester van Hiitz aoker. De eerste graan-elevatoren maakten een stormachtige entree in de Rotterdams» haven in 1906. Het waren twee drijvende sulgmachlnes, die het graan sneller uit de schepen konden halen dan de zwoegende en swetende havenarbeiders, die tot dat ogenblik in de ruimen van de schepen mandjes vol graan schepten en die op hun rug moeizaam overbrachten naar een Rtynschip. Afnemers van graan in het Duitse achterland vonden dat mandjes-trans port maar een ouderwets gedoe. „Jullie raiken achter bij de moderne Hamburg- se haven", waarschuwden zij, en zij bevalen de Rotterdammers de aankoop van twee Lüther-zuigmachines aan. In 1904 richtte het Nederlandsche Veem samen met enkele reders een maatschappij op tot exploitatie van drijvende elevators en de twee bestelde machines kwamen in 1905. Het was meteen mis. Er brak een van de meest drama tische stakingen in de haven uit, want de havenarbeiders vreesden brodeloosheid door de invoering van de machines. Cavalerie en Speenhof kwamen er aan te pas, de gewapende macht met paarden om de rust te verzekeren, de volkszanger met zijn gitaar en liedjes om de onrust onder de arbei ders te bezingen. Tot overmaat van ramp deugden de controle-schalen van de elevato ren niet. Dat hielp niet mee het ver trouwen te winnen van de graan-af- nemers. In 1908 begon men met een schone lei. Er werd opgericht de Graan Ele vator Maatschappij, waarin de ma chines van de eerste maatschappij werden ondergebracht. Aandeelhou ders waren graanhandelaren en graan- verbruikers, reders, cargadoors en stu wadoors. Maar de GEM bleef niet de enige elevator-exploitant. Er kwamen meer maatschappijen met drijvende zuigmachines, maar door fusies met de GEM, kwam nog voor de oorlog bijna alles in een hand. Bijna, want twee machines werken nog altijd voor Furness (De Rotter damse Stuwadorsmaatschappij) maar zij zijn met de machines van de GEM in een pool ondergebracht. In de jaren 1960-61 begon de GEM te zoeken naar een oplossing van het probleem hoe de snel in grootte toe nemende graanschepen efficient te lossen en het graan over te slaan in rijnschepen. Men vond de oplossing in een gecombineerde bouw van een nieuwe graansilo en een overslagbe drijf en een scheiding van de los- en laadplaatsen. In de Botlek verrees een nieuwe installatie, waar zeeschepen tot 60.000 ton kunnen worden gelost. „Zijn er nog grotere graanschepen te verwachten?" vroegen wij aan mr. G. M. Bierman, naast de heer P. J. G. Furnée directeur van de GEM. Na een carrière bij Spoorwegen en Heineken kwam hij na de oorlog bij deze maatschappij. „Wij bestuderen de mogelijkheid van schepen van 200.000 ton" zegt hij. „Maar daar moeten meer voor waarden voor vervuld worden dan alleen het zoeken van een nieuw» vestigingsplaats met pieren voor schepen van die grootte. In Euro poort of op de Maasvlakte zou dat wel kunnen, maar er is bv. geen en kele traditionele graanhaven aan de andere kant van de Oceaan, waar schepen van 200.000 ton beladen kun nen worden. Bovendien zullen schepen van 200.000 ton de graanhandel in Rotter dam in bijzondere mate gaan beïnvloeden. Het komt er bij zulk» massale aanvoeren op neer, dat de produktiegebieden in feite worden verplaatst naar de Rotterdamse ha ven en dat er hier gekocht wordt en niet langer in de VS of in La Plata." Over de toekomst van Rotterdam als graanhaven en dus van zijn be drijf is mr. Bierman niet pessi mistisch gestemd, al weet nog nie mand, hoe de EEG-regelingen in de praktijk voor gevolgen zullen hebben, ben. „Ik ga van de volgende punten uit, zegt hij: 1. Bij een groeiende bevol king is meer graan nodig, 2. Bij een groeiende welvaart zijn meer graan- produkten nodig om (via kip en koe) vlees te kunnen produceren, 3. Ame rika zal op een of andere manier zijn graan kwijt moeten, het is de Achilleshiel van de Amerikaanse eco nomie. 4. Als Duitsland zijn auto's naar Amerika wil blijven exporteren, zal het graan als betaling moeten ac cepteren". I»groot&-toenenen4& sJtepe*t~

Digitale periodieken - Gemeentearchief Veenendaal

De Vallei | 1967 | | pagina 9