Hilton-mensen als toionnen ENGELAND ZIET „BUSINESS" IN OUDE NEDERLAAG Hond afgeblaft Nu al plannen voor metronet in Rotterdam Schuiven met EDENAAR BEREND HAZELEGER MAAKT FURORE OP CURASAO Onderwijs in Emmen op rolletjes Utrechtse studenten in oud bejaardenhuis HOND BRACHT VIER MENSEN IN CEL v,a ARENDA SPIELE: 'N SOORT MAX EUWE IN 'N TURQUOISE JURK ZONDER MOUWEN Ommoord Schiedam Lutdpkin JA" ZEI ZE RONDREIS VIERHONDERD NIET WEINIG DRIE JAAR COMMERCIE Ylaardtnqen Spi/!re^iS% Op ieders lippet Bungalowpark Informaties Nog een pijl Gouden letters MAANDAG 24 APRIL 1967 MdrcoripJ&n Ze is een soort Max Euwe, maar dan in een turquoise jurk zonder mouwen en haar „schaakbord" in een bruine werktafel op de derde verdieping aan de Brusselse Avenue Maurice. Daar „schuift" ze met mensen, zo'n veertig per half jaar. Van Parijs naar Mainz of van Istanboel naar Berlijn. Allemaal men sen uit de hotel-wereld. „Tenslotte ben ik een Hilton-man", zegt ze in het vuur van haar betoog. Mannelijk is ze verder helemaal niet. Ze kan opvallend har telijk lachen, heeft aan een half woord genoeg, is zeer Intelligent, in het bezit van twee titels en twee verschillende visitekaartjes. Zal ik nu eindelijk eens zeggen wie ze Ls? Mejuffrouw mr. Arenda J. H. Spiele, master of science, rech terhand van de vice-president van alle Hilton-hotels in Europa. En ze komt uit Twekkelo. Arenda, zeg ik, wanneer de brand in haar eerste filtersigaret is gestoken, die voornaam heb ik nog nooit gehoord. Ze lacht. „Ik ben een Twentse", volgt de uit leg. „By ons wordt het eerste kind naar de grootvader genoemd en myn groot vader heette nu een keer Arend. Myn moeder heeft zich suf gepiekerd en er ten slotte maar een A achter gezet". x- Een Nederlandse, uit het tussen Hengelo en Enschede liggende Twek kelo, die als meisje van 22 jaar in 1952 in Leiden afstudeerde en mr. voor haar naam kon zetten. „Ja, ik was in derdaad wel erg jong, met een paar- destaart en zo", beaamt Arenda Spie le. „Zo jong, dat ik niet eens een baan kon krijgen. Als ze me zagen zeiden ze al zoiets van: Gaat u maar naar huis". Maar een jaar later had ze toch een baan: assistente van de personeels chef van Stork. „Ik zeg wel „assisten te", maar er zaten wel twintig men sen op die afdeling. Twee keer per dag had ik spreekuur en iedereen kon met alles bij me komen". Keek men dan niet gek, een jong meisje van 23 jaar, die de problemen van anderen moest oplossen? „In het begin wel even, maar ik spreek Twents en was er dus „een uit de buurt", dat scheelde", zegt juf frouw Spiele. „Ik leerde ook een hoop. In het begin gaf ik meteen antwoord maar dat is niet goed. Had ik in Lei den ook niet geleerd. Daar leer je waar je het antwoord zoeken moet en bovendien hebben de mensen veel lie ver dat je er eerst eens over na denkt". Arenda (de vrienden zeggen: Ren- da) Spiele zat intussen wel boordevol belangstelling voor personeelsbeleid. En die belangstelling heeft haar ten slotte naar het bureau gebracht in Brussel, van waarachter ze nu tegen me praat. Geen Nederlandse is ze meer om te zien, wèl Amerikaanse: de kleur van de jurk (met bijpassende jas), de grote oorbellen, de broche op haar jurk, haar kapsel kortom, haar hele verschijning. Alleen alweer 'n pluspunt voor haar geen sprankei tje van een Amerikaans accent in haar Nederlands. En dat had gemakkelijk gekund, zoals ik nu weet. Personeelsbeleid, Amerika gaat daar in veel verder dan Europa en Arenda Spiele die dat wist vroeg en kreeg een beurs en vertrok in 1957 naar de Verenigde Staten. Voor één jaar, studeren: sociale psychologie, „human relations", alle facetten van het personeelsbeleid. „Na een jaar had ik het gevoel me een aap gewerkt te hebben en eerlijk gezegd, was dat ook zo", zegt ze. „Maar ik wilde die studie zo graag af ronden". Haar mr.-zijn gebruikt ze nooit en toen in Amerika al niet. „Op een visi tekaartje mr. voor je naam is in Ame rika „mister" en dat zou dus een la chertje geworden zijn", grinnikt ze. Er kwam een tweede Amerikaans jaar bij. Voor de tijd van zes maanden werd haar beurs verlengd, de andere zes maanden kreeg ze een baan aan de universiteit. Ze maakte haar proef schrift af, haalde die tweede titel master of science en zou in 1959 terug gaan naar Nederland. „Toen gebeurde er iets grappigs", vertelt Arenda Spiele en drinkt haar koffie (zonder melk, zonder suiker) op. „Naast onze hogeschool lag een hotel school op universitair niveau. Ik kende daar een paar mensen en ze waren eigenlijk mijn eerste contact met de hotelindustrie. En terwijl ik de boot naar Nederland al had besproken krij gen die kennissen een telefoontje van Hilton, dat ze iemand zoeken voor twee nieuwe hotels in Nederland. Ze noemden mijn naam en ook ik werd gebeld. Als ik „ja" zou zeggen, dan kon ik nog een jaar in Amerika blij- van om opgeleid te worden en erva ring op te doen. Ik zei: „Ja". En daar begon Arenda Spiele uit Twekkelo haar rondreis door de Ver enigde Staten en kwam in plaatsen, waar ze op dat moment nog geen idee van had. Eerst eind 1959 naar Pittsburg. „Ik werd er assistent van de personeels chef in het Hilton-hotel. Na een tijdje had ik het er erg naar m'n zin; een eigen flatje, gezellig ingericht, enfin, heel plezierig. Maar het volgend jaar, in 1960 dus, kwam de vraag of ik een maand wilde komen naar het Hilton- Inn in Atlanta, in Georgia". Een maand, ja ja, het werd meer dan een jaar, want het hoofd van de huishoudelijke dienst ging weg en of het meisje uit Twekkelo het werk maar wilde doen. „Ik had maar voor ic Mejuffrouw mr. Arenda Spiele: gebo ren in Twente, gestudeerd in Leiden, hoog geklommen bij Hilton, nu in Brus sel. vier weken wat kleren meegenomen, alles was in Pittsburg, maar het werk boeide me enorm en ik bleef. Ik wist niets van de huishouding van een ho tel en van alle machines die men er nodig heeft en het vinden van de juis te mensen. Ik heb enorm veel ge leerd". Leren, daar is mejuffrouw Arenda Spiele nooit een tegenstandster van geweest. Een van haar uitspraken: „Ik heb een hekel aan mensen die zeggen: Daar ben ik te goed voor. Maar iemand die vindt: Ik moet nog een heleboel leren, geef me daar de kans toe die brengen het verder". Zijzelf hééft het verder gebracht. „Een tweede grapje", zegt ze. „Of ik wilde komen naar Hilton in Tarry Town aan de Hudson, ten noorden van New York, om er de personeels- en de huishoudelijke dienst te doen. Alle af spraken had ik gemaakt met de direc teur, de heer R. Starke, in april en toen ik er in mei kwam was hij ver trokken. Benoemd tot directeur van de hotels, uitgerekend in Nederland". In dat Tarry Town heeft Renda Spiele zich weer „een aap" gewerkt. Alle voorbereidingen, het aantrekken van het personeel, duizend en een ding geregeld, tot en met de grote receptie bij de opening van het hotel op 1 de cember 1961 en de volgende dag stap te ze.in het vliegtuig en stond een handvol uren lgter op Schiphol. Want meneer Starke had haar wel even naar het vaderland teruggehaald, om ook daar weer „de zaak op poten" te zet ten voor de Hiltons in Amsterdam en Rotterdam. „In mjjn eigen land had ik nooit in een hotel gewerkt en ik wist er niets van arbeidsvoorwaarden en cao's. Bo vendien: voor ik er kwam hadden de hotels in Amsterdam al een tekort van vierhonderd man personeel en al leen ons hotel had vierhonderd mensen nodig, dat was achthonderd samen, vindt daar de helft maar eens van", zegt juffrouw Spiele. Vierhonderd man in Hilton-Amster dam? Dat is ook niet weinig. „Nor maal is één werknemer per kamer", hoor ik. Hilton-Parijs heeft vijfhonderd kamers en vijfhonderd man personeel. In Rotterdam zijn er driehonderd werk nemers in het hotel. Kortom, Renda Spiele zou mr. Aren da Spiele, master of science, niet zijn wanneer een en ander niet voor elkaar gekomen was en in juli 1962 ging het hotel in Amsterdam open. Rotterdam zat intussen te komen en mejuffrouw Spiele had de personeels chef voor die stad al opgeleid en ging er zelf in november 1962 heen. „Ha, fijn, dacht ik, hier blijf ik", vertelt ze. „Ik had weer een eigen flatje, me weer geïnstalleerd en och, wij Enschedeërs voelen ons thuis in Rotterdam, we zijn ook nijvere lieden kortom, ik had het gevoel: Renda, hier blijven we zitten, hier hebben we het uitstekend". Maar zo was het niet, want de Hil- ton-organisatie had inmiddels zoveel hotels in Europa, dat men de tekor ten links of rechts uit de eigen „voor raad" mensen ging aanvullen en voor dat hele personeelsbeleid een apart kan toor opzette, in Brusel, Avenue Maurice nummer 1. En wie zou daar met Hilton- mensen gaan schuiven, nieuwe mensen aantrekken, anderen overplaatsen? Na tuurlijk, Arenda Spiele en ze doet het nu alweer een kleine drie jaar. Wéér een flat ingericht, aan de bui tenkant van Brussel. „Heerlijk, met te genover me een bos om te wandelen, ik ben tenslotte een meisje van buiten en gek op groen", zegt ze. En intussen helpt ze haar directeur, de heer Rudi Baseier, met de ontwikkeling van nieu we projecten. uit Europa komt het grootste aantal overplaatsingen, mensen die bijvoorbeeld elders ervaring willen opdoen. Maar uit Tehe ran of Tunis komen net zo goed de vragen mag die telefoon er even tussen door? Hallo? Ja, ik ben het. Wat zeg je Wim? Oh, die zaak wordt druk geregeld, we moeten nog twee of drie mensen hebben, dan is het rond." ir wie bij ons komt moet praktisch alle afdelingen doorlopen en zo ervaring opdoen. Daarom komen bij ons de promoties ook van binnen uit ■ImMmMMmxm Een dertigjarige kunstschilder uit het Britse Surbiton is veroordeeld tot 30 gulden boete wegens belediging van een ambtenaar in functie. Hij had een politiehond afgeblaft. In Emmen loopt het onderwijs straks letterlijk en figuurlijk op rolletjes, de gemeente wil drie verrijdbare schoollo kalen aanschaffen om te voorkomen er bij scholen die te klein zijn geworden kostbare noodvoorzieningen moeten worden getroffen. De mobiele scholen die kant en klaar worden geleverd door ëen firma uit Montfoort, hebben elk een oppervlakte van 58 vierkante meter. Behalve een leslokaal, bevat zo'n rij dende school een voorportaal met gar derobe en toiletten. Zij is verder voor zien van verwarming, verlichting, vloerbedekking en gordijnen. Het ding kost 27.200 gulden per stuk, maar de mo biele school kan ook worden gehuurd voor 125 per week. ROTTERDAM Met een vreedzaam treffen tussen Nederlanders en En gelsen op tal van fronten zal in de tweede week van juni de actie van Michiel de Ruyter in de mond van de Medway driehonderd jaar geleden worden herdacht. De tocht naar Chatham van De Ruyter betekende voor de Britse vloot één van de pijnlijkste nederlagen uit de geschiedenis. Achthonderd zeesoldaten be zetten het fort bij Sheerness, de schepen van De Ruyter voeren de ketting stuk die de Medway afsloot en vernietigden de beste oorlogsbodems waarover de de Britse vloot in die dagen beschikte. De herdenking valt samen met een Hollandse week, die in Chatham en omlig gende plaatsen wordt gehouden. Er worden duizenden Nederlanders verwacht, van wie een deel zowel te land, ter zee als in de lucht in wedstrijden zijn krach ten met de Engelse gastheren zal meten. „Men vraagt zich af waarom wij zoveel ruchtbaarheid geven aan één van de minst glorieuze episodes uit onze geschiedenis", zegt brigadier B. Chicester Cook, één van de organisatoren van de Hollandse week. Hij komt er eerlijk voor uit: „We willen de herdenking gebruiken om de aandacht van de Nederlandse en de Engelse zakenwereld te vestigen op de overslagmogelijkheden in de havens langs de Medway. De militaire nederlaag van toen moet ons vandaag een overwinning op zakelijk gebied brengen". Voor dit doel zullen de winkels in Chatham, Sheerness en andere plaatsen tij dens de Hollandse week worden afgeladen met Nederlandse produkten. Er be staat een grote vraag naar Nederlandse meisjes die deze produkten aan de En gelse man moeten brengen. Toch zal het accent komen te liggen op de zeilwedstrijden met Engelse en Ne derlandse deelnemers, die dagelijks worden gehouden. Hoogtepunt wordt een race van Hoek van Holland naar Chatham. Verder zullen Nederlandse oorlogsschepen met niets dan vriendelijke bedoelin gen afmeren in de havens langs de Medway en zullen de Marinierskapel en de kapel van de Koninklijke Luchtmacht met Engelse militaire orkesten dagelijks voor muzikaal vertoon zorgen. „Vroeger gingen wij overal heen om te kijken of we er een hotel konden zetten, tegenwoordig komen de steden bij ons, omdat ze redeneren: als er een hotel komt, trekt dat mensen en dat brengt commercie". Vier keer is ze de afgelopen twee jaar naar Tel Aviv geweest om daar het Hilton „te helpen openen", zes weken zat ze om dezelfde reden in Parijs, eind van deze maand „helpt ze Brussel openen". En intussen schuift ze hotelmensen Europa door. „Overplaatsing is bij ons een soort beloning", legt ze uit. En ze is er niet weinig trots op dat Ne derlandse hotelmensen nu ook van Trinidad tot Istanboel werken en dat het niet alleen de Zwitsers zijn, die de internationale roep hebben. Dan moet ze weg. Ze roept tegen haar (Nederlandse) secretaresse: „Nou, ik ga met vakantie! Ach, wat klets ik nou? Ik bedoel, ik ga even weg, tot straks". Buiten stapt ze in haar kleine rode Volkswagen, zwaait en is verdwenen. Arenda uit Twekkelo. WILLEMSTAD Deze maand heeft de gouverneur van de Nederlandse Antillen, mr. N. Debrot, op een schitterende tropenavond met een lange lont en een daverende knal een fraai maar bescheiden vuurwerk ontstoken in de buurt Marie Pompoen op Curasao. Luid sissend schoot een vlugge vuurpijl omhoog om boven de hoofden van en kele honderden toeschouwers uiteen te barsten en een parasol van honderden vallende rode sterren rond te strooien. Het schouwspel leek op een van de fan tastische tropische bloemen, die men flamboyant noemt. Het oudste gebouw van Utrecht de uit 1937 daterende koopmansburcht Oudaen aan de Oude Gracht, zal voor taan huisvesting gaan bieden aan de studentenvereniging Veritas. Die heeft het gebouw, dat sinds 1759 bejaardente huis is geweest maar al enige tijd leeg staat, voor 600.000 gulden gekocht. Eenzelfde bedrag zal de verbouwing kosten. Aan de gevel van Oudaen mag niets worden veranderd. Daarin zitten nog kanonskogels uit de Tachtigjarige Oorlog. De voormalige ridderzaal met antieke schouw zal worden ingericht tot een eetzaal voor vijfhonder mensen; de sociëteit voor de zestienhonderd le den van Veritas komt in de kelderge welven. Een hondje in het Siciliaanse stadje Montreale heeft vier mensen in de cel gebracht, maar is zelf buiten schot ge bleven. Het hondje Fuffi beet een 6-ja- rig jongetje toen zij samen op straat speelden. Zijn ouders werden boos en vader en een oom besloten de eigenaar van de hond eens mores te gaan leren. De ruzie liep ten slotte uit op een com pleet gevecht, waarbij de eigenaar van de hond een pistool trok en driemaal schoot, evenwel zonder iemand te ra ken. Vervolgens sloeg hij met de kolf van het pistool de twee broers op het hoofd. De politie vond het toen welle tjes; zij arresteerde de hondebezitter, diens vrouw en de twee broers. Fuffi en zijn slachtoffertje losten de zaak an ders op. Kort na de arrestaties speelden ze weer samen op straat. ROTTERDAM Er zijn plannen op papier gezet voor een metronet in Rotterdam. Worden deze plannen van de direceur van het Rotterdam se gemeentelijk vervoerbedrijf, drs. C. G. van Leeuwen, ooit uitgevoerd, dan blijft het niet bij de ene lijn Cen- traal-Station-Zuidplein, die nu bijna klaar is en die in februari in gebruik wordt gesteld. Volgens de plannen van drs. Van Leeu wen wordt de lijn C.S.Zuidplein doorgetrokken tot Spijkenisse. Deze lijn wordt in het centrum van de stad ten zuiden van de Coolsingel gekruist door een lijn van de nieuwe wijken in Schiedam naar Alexander- polder. Een aftakking van deze lijn ter hoogte van het Marconipletn geeft verbinding met het Centraal Station. Als aanvulling op dit metronet stelt drs. Van Leeuwen zich een net van negen tramlijnen voor, die van de ene buitenwijk van de stad naar een andere lopen, maar altijd door het centrum verder busdiensten. Met tramlijnen is drs. Van Leeuwen zo zuinig mogelijk geweest, omdat in de exploitatie een tramkilometer een rijksdaalder kost en een buskilometer 1,50 gulden. Uitvoering van dit plan kan nog tien tallen jaren duren, schrijft drs. Van Leeuwen in een nota aan de gemeen teraad. „Maar al is de financiële si tuatie slecht, door nu zulk een ver voersplan vast te stellen, kan grond gereserveerd worden en de mogelijk heid worden geschapen, dat in nieu we wijken het openbaar vervoer over een onafhankelijke baan be schikt. Op de achtergrond of was het de voorgrond schitterde de energieke, jeugdige Edese zakenman Berend Haze- leger, de man die hier vijftien maan den geleden even op bezoek kwam, zich van een hotelkamer verstoken zag en er toen zelf maar een bouwde: Cu- ragaos moderne Flamboyant Beach Ho tel. In die betrekkelijk korte tijd van iets meer dan een jaar heeft Hazeleger kans gezien om zijn naam hier op ie ders lippen te brengen. Of eigenlijk deed dat Leo Uittenbogaard, vroeger hoofdredacteur van de Wereldkroniek, later perschef van Hazeleger en thans mededirecteur van Hazeleger Internati onal. Behalve van de Wereldkroniek kennen velen in Nederland hem van zijn grote aantal lezingen over zijn we reldreizen, waarbij hij steeds kans zag om bij hetzelfde uitroepteken in tra nen uit te barsten. Het is deels zijn redenaarstalent, niet door alleen even hooggeschat waar het de werkelijke diepgang betreft, dat op Curagao van Hazeleger een soort idool heeft gemaakt. In de gunsti ge zin des woords dan. Berend Hazeleger betekent iets voor Curasao en wellicht in de toekomst iets voor de gehele Nederlandse Antil len. Het bijzondere van het Flamboyant- hotel is, dat het in de hedendaagse serie het eerste is dat zonder overheids steun tot stand is gekomen, met uitzon dering van een ggrantie van twee en een half miljoen Antilliaanse (bijna vijf miljoen Nederlandse) guldens van het eilandbestuur voor een te sluiten financieringslening ten behoeve van de fase. Het aanvangsenthousiasme van de Edenaar is intussen allerminst ver flauwd. Nog voor zijn thans 72 en aan het einde van dit jaar 136 kamers tel lende hotel werd geopend, ontvouwde hij een plan om in de nabijheid ervan nog eens vierhonderd vakantiebunga lows te gaan neerzetten. Ter gelegenheid van de opening bracht ook de directeur van het Insti tuut voor Sociale Wetenschappen, drs. K. van Santen, uit Den Haag, tevens flnancieel-éébhómisch adviseur van Ha zeleger International, een bezoek van een week aan Curagao. Het hotel was voor hem kennelijk niet de hoofdzaak, want in die week werkte hij enkele tientallen afspraken af. Alles om gege vens te verzamelen teneinde beter ant woord te kunnen geven op de hem bij herhaling in Nederland gestelde vraag: Welke mogelijkheden bieden de Antillen voor andere sectoren van het Nederlandse bedrijfsleven? Hij kreeg snel een schat van infor maties, want „de gesprekken kwamen alle onmiddellijk tot de kern van de zaak, dank zij de goede kwaliteit van de gesprekspartners", aldus de heer Van Santen. Zijn conclusie is helder en hoopgevend: er zijn hier uitsteken de kansen voor de veredelingsindustrie. Het land zelf is arm aan grondstoffen, maar men kan ze importeren, op een voordelige wijze verwerken en de fa brikaten of halffabrikaten deels op de binnenlandse, maar voor een veel gro ter deel op de nabije Noord-, Midden- en Zuidamerikaanse markten afzetten. Daartoe zijn fabrieken nodig. Ook daarvoor heeft de heer Van Santen via Hazeleger een oplossing. Al jaren lang bouwt Hazeleger in Nederland fabrie ken voor liefhebbers, die ze ofwel hu ren, in huurkoop nemen of direct na de oplevering kopen. Het blijkt voor vele fabrikanten aantrekkelijk te zijn niet zelf met de hoofdpijn van nieuw bouw naar bed te gaan en bovendien is het in tal van gevallen ook finan cieel aanzienlijk voordeliger. De voor beelden hiervan vindt men onder ande re in Ede en in Zevenaar. Dit systeem nu Wil Hazeleger ook op de Neder- derlandse Antillen toepassen. De directeur van het I.S.W. heeft nog een andere pijl op zijn boog: met ingang van 1 september wordt een af deling van het instituut op Curagao ge vestigd. Tijdens de vele gesprekken hier is het hem duidelijk geworden dat er a) een schreeuwend gebrek is aan middenkader voor handel en industrie- en. b) een zeer grote belangstelling bestaat voor de scholing van dat ka der. Aan het einde van de week was dan ook al de beslissing gevallen dat om te beginnen wordt gestart met de oplei dingen voor elementaire bedrijfsecono mie in samenwerking met het P.B.N.A. te Arnhem en voor assis tent-econoom. Daartoe is een staf van docenten nodig, maar die zijn alle in de Nederlandse Antillen voorhanden. Zoals de heer Van Santen opmerkte: „Er zijn hier uitstekende economisten". Voor de verdere toekomst denkt hij aan het instellen van cursussen voor bedrijfseconoom, sociaal-econoom, be- drijfsmanegement en marketing-assis- tent. Bedrijfsleven en overheid zijn en thousiast en de Antilliaanse aspi rant-cursisten zijn altijd bereid hun kennis te vergroten. Indien al deze plannen kunnen wor den verwezenlijkt en wij zien niet in waarom dit niet het geval zou zijn dan staat reeds nu vast dat de naam Berend Hazeleger „Van het een komt het ander" in de toekomst met gouden letters in de Antilliaanse kronieken zal worden vereeuwigd.

Digitale periodieken - Gemeentearchief Veenendaal

De Vallei | 1967 | | pagina 11