MEI 1942 Afrika scheurt O.D.-proces, Jodenster, krijgsgevangenschap Limburg eeuw bij Nederland Opzienbarendste historie van alle gewesten HET WAS ALSOF DE DUITSERS WILDEN PROBEREN HOEVER ZIJ KONDEN GAAN Rustig Duimen Oproep Voor 't eerst Titanenstrijd In Amersfoort worden 72 OD'ers gefusilleerd. De Nederlandse be roepsofficieren moeten zich melden Honderden gijzelaars worden opgesloten in het kamp te Haaren De Japanners verliezen voor de eerste keer een zeeslag Het laatste bolwerk op de Filippijnen het eilandje Corregidor valt De Duitsers beginnen hun zomeroffensief tegen Rusland Charkof capituleert In Tsjecho-Slowakije sterft de eerste top nazi als gevolg van een aanslagReinhardt Heydrich, bijgenaamd de „bloedhond" EN DIKWIJLS DUBBELTJE OP ZIJN KANT NIEUWE BOEKEN SCHEUR Na eeuwenlange onzeker heid werd op I I mei 1867 nu honderd jaar gele den Limburg als onver brekelijk deel van de Ne derlandse natie binnen de kring der provincies inge leid. Dikwijls is het met Limburg een dubbeltje op zijn kant geweest en de blijdschap, dat het brons groen eikehout honderd jaar geleden echt bij ons ging horen, heeft koningin Juliana naar Limburg ge voerd, waar een reeks fes tiviteiten op stapel staat. GROTE STOOT ROYAAL INGEWIKKELD AFGEKOCHT INVASIE MIJN MAAND VAN FELSTE VERNEDERING, VAN SLAGEN EN WANHOOP NEW DELHI Als u een wereld kaart hebt, waar maar zeven continen ten op staan, is het misschien goed, als u een nieuwe bestelt. Een eminente Indische geoloog, en enkele van zijn collega's in andere lan den zijn n.I. van mening, dat Afrika be zig ls maar heel, heel langzaam in tweeën te breken. Nu moet u niet dadelijk in paniek ra ken, als u daar ergens een lapje grond met een zomerhuisje hebt, want naar de mening van de Indische geoloog, prof. F. A. Ahmad, zal het op zijn minst ettelijke miljoenen jaren duren, voor de splitsing der delen een feit is geworden. „Het proces is reeds aan de gang, want dalen in het noordoostelijke ge deelte worden breder en breder", zei Ahmad in een persgesprek. „De volgen de etappe zal zijn, dat er zeeën ont staan, zoals de Rode Zee tussen Egyp te en Saoedie-Arablë. Tenslotte zal dan het continent werkelijk worden ge splitst, waarbij het oostelijk gedeelte naar de Indische Oceaan zal verschui ven en het Westelijke naar de Atlanti sche". In feite is het onwaarschijnlijk, dat de scheur precies door het midden van Afrika zal lopen. Ahmad ziet integen deel het oostelijke gedeelte als een ge bied, dat Ethiopië, Kenya en Tanzania omvat. Hij zei dat de vorming van twee Afri ka's de verdere verwezenlijking zou zjjn van een geologische theorie, vol gens welke er een supercontinent is ge weest, met name Gondwanaland, dat be stond uit Afrika, Indië, Australië, het Zuidpoolgebied en Zuid-Amerika. Ahmad, die professor is aan de mo hammedaanse universiteit te Aligarh, 160 km ten zuidoosten van New Delhi, heeft een verhandeling over deze theo rie gehouden op een onlangs gehouden internationaal symposion over de Indi sche Oceaan. Hij meent, dat ongeveer 170 miljoen jaren geleden een grote scheur in Gond wanaland is ontstaan, waarbij een enorm brok land zich afscheidde van de oostkust van Afrika. Gedurende de volgende 130 miljoen jaren is dat stuk land volgens deze theorie tweemaal op nieuw gesplitst. Eerst scheidden Austra lië en het Zuidpoolgebied zich af van wat nu Indië is en vervolgens maakte het Zuidpoolgebied zich los van Austra lië. Aangenomen wordt, dat te eniger tijd gedurende deze periode Zuid-Amerika is losgebroken van West-Afrika. Zelfs nu nog duiden de kustlijnen van beide continenten erop, dat zij eens verenigd zijn geweest. Hoe komt het, dat continenten fcun eigen weg gaan? Een gebruikelijke verklaring is vol gens Ahmad, dat de aarde zelf expan sionistische neigingen heeft, die veroor zaken dat landmassa's scheuren en zee stromingen stijgen. „Het ligt voor de hand, dat binnen de aarde een kracht moet hebben bestaan, die in staat was, de continenten in be weging te brengen en er schijnt geen reden te bestaan om aan te nemen, dat, indien in het verleden zulk een kracht bestond, deze thans heeft opgehouden te bestaan", aldus Ahmad in zijn ver handeling. Niettemin verwachten de geologen geen grote veranderingen in de nabije toekomst en tegen de tijd, dat Afrika scheurt, zullen de ingenieurs waar schijnlijk de kunst machtig zijn, brug gen over oceanen te bouwen. Het was alsoï de Duitsers van plan waren het Nederlandse volk in mei 1942 murw te beuken. Het was alsof zij ons uitdaagden tot een massaal verzet, alsof ze wilden proberen tot welke uiterste grenzen ze konden gaan. Nederland heeft vele zware oorlogsmaanden beleefd, maar zelden is er één grievender geweest dan mei 1942, nu een kwart eeuw geleden. In april 1942 was het al begonnen, toen de Duitsers eisten dat alle joodse Neder landers boven de zes jaar een gele ster op hun kleding zouden dragen. In de eerste dagen van mei 1942 zag men overal de sterren in de straten verschijnen. Het was een zeer duidelijke afscheiding van een deel van ons volk. Soms leidde de ster tot pijnlijke verrassingen: mensen met wie men jaren om gang had gehad en die altijd hun joodse afkomst verborgen hadden gehouden, droegen plotseling de ster. Deze confrontatie was vooral pijnlijk voor de ster drager die zich voor zijn afkomst had geschaamd en die zich in feite daardoor aan de zijde van de antisemieten had geplaatst. En al had vooral de jeugd van Nederland zich soms zeer solidair betoond met de mensen die op last van beulen getekend door het leven moesten, de verwijde ring tussen joodse en niet-joodse Nederlanders werd door de ster toch ver groot. De joden hoorden er „niet helemaal meer bij", zoals ten dode opgeschre ven zieken: de niet-getekenden waren dikwijls overdreven vriendelijk maar dat onderstreepte slechts de kansloze positie waarin de joden waren geraakt. Prof. mr. P. Lieftinck, gijzelaar en krijgsgevangene. De verontwaardiging over de gele ster had nog lang zijn hoogtepunt niet bereikt, toen in de kranten het bericht verscheen dat 72 Nederlanders door de Duitsers waren gefusilleerd. In de bewakerskantine van het concentratie kamp Amersfoort hadden de Duitsers krijgsraad gehouden over een grote groep O.D.-ers, die beschuldigd werden van hulpverlening aan de vijand en het organiseren van verzet tegen de bezettende macht. Deze 72 mannen betaalden het ama teurisme van de eerste oorlogsmaanden met hun leven. Onmiddellijk na de capitulatie van het Nederlandse leger had een grote groep militairen vooral officieren een ondergrondse organisatie opgericht om de orde in het land te bewaren na de toekomstige Duitse nederlaag. Deze Orde Dienst had hele legers samengesteld op pa pier. Na enkele maanden had men zich niet tevreden gesteld met te wachten tot na de Duitse nederlaag en men was begonnen de Duitse nederlaag wat te helpen bespoedigen door het verrichten van spionagewerk en het plegen van sabotage. Men moest in de eerste maanden nog leren dat één papiertje een hele reeks doodvonnissen kon betekenen en dat bij een arrestatie alle betrokkenen dienden onder te duiken, omdat geen enkel mens weet hoelang hij martelin gen zwijgend kan doorstaan. In het kamp van Amersfoort moes ten 72 mannen voor al deze onwetend heid de zwaarste prijs betalen. Een 33- jarige gymnastiekleraar maakte de laatste ogenblikken van die 72 Neder landers mee. Hij schreef in zijn dag boek: „De cantine is omringd door Nederlandse S.S.-soldaten. Zijn de O.D.- ers nu opeens zo gevaarlijk gewor den?... De O.D.-ers maken van hier uit gezien een rustige indruk, een enkele houdt zijn hoofd tussen zijn handen gesteund. Ik weet nu dat het vonnis al uitgesproken is... De 72 ter dood ver oordeelden worden direct naar barak 4 afgevoerd, omringd door Nederlandse S.S.-soldaten met de geweren in aan slag... Er hangt een lugubere stilte over het kamp. Wij staan maar te wachten en niemand begrijpt er iets van dat wij niet mogen inrukken. Daar komt de Grüne Polizei op knetterende moto ren de poort inrijden, daarachter ruk ken de overvalwagens op... Bij elke wagen worden twintig politiemannen ingedeeld, bewapend met geweren, re volvers en mitrailleurs... Het gemompel in onze rijen wordt hoe langer hoe duidelijker. Opeens klinkt rechts van ons het gebulder van een Grüne Offi- zier: „Maul halten, verdammtes Zeug" en een man uit de voorste rij krijgt om deze woorden te onderstrepen een slag met een karwats over zijn gezicht- Het is ongeveer drie uur als de eerste groen van tien man uit de barak wordt geleid..." „Ik ben opeens dankbaar dat ik hier moet staan; wij kunnen onze veroor deelde vrienden nu tenminste tonen, dat we met hen meeleven... Daar komen de eersten de hoek van de keuken om: Schoenmaker, Molts, Ger- ritsma en anderen. Wij kijken elkaar aan. Hun ogen zoeken de rijen af om afscheid te nemen van hun vrienden. De duimen gaan daarbij omhoog. En kelen van ons kunnen het niet langer volhouden en snikken het uit, vooral nu in het midden heel zachtjes het trouwe Wilhelmus wordt ingezet... Bij de volgende groep lopen de Van Sloo- tens; de Haagse Van Slooten als altijd dezelfde, druk en opgewekt. Hij wuift ons zelfs toe en roept: „Wij zijn niet bang"... Ik word zo vervloekt onrustig, konden we toch maar iets doen voor deze mannen... De veroordeelden wor den nu ingeladen. Eerst stapt een mof in, dan een veroordeelde, dan weer een mof... Het is nu ongeveer half vier. Daar gaat de O.D. de poort uit en wagen voor wagen verdwijnt om de hoek van de garage. Nu mogen we inrukken". Op zalvende toon gingen de Duitsers in de kranten uitleggen, waarom deze doodvonnissen nodig waren geweest. Zij hoopten oprecht, zo schreven zij, dat het Nederlandse volk nu verstandig was geworden en dat niemand de bezetter zou noodzaken nogmaals doodvonnissen uit te spreken. Het antwoord was, dat sommige mensen die er nooit over hadden gepiekerd iets te doen wat verboden was, tegen e~n vertrouwde vriend zeiden: „Als je hoort dat er iets moet gebeuren, waarschuw me dan. Ik ben niet van plan langer werkeloos toe te zien als mensen om mij heen worden vermoord." i 1842 vermeld» - tegen de leider» yan Mn I or««m»tie is g^indigd. Bes. nt i r 4oodvonnj*wj is door er*»)- Zo Lieten de Duitsers via de krant weten dat hun vuurpelotons aan het werk waren geweest. De Duitsers lieten Nederland in mei 1942 geen moment tot rust komen. De machteloze woede om de 72 doodvon nissen zinderde nog door Nederland, toen er in de kranten officiële bekend makingen verschënen: „De beroepsof ficieren van het voormalige Nederland se leger moeten zich voor administra tieve controle melden in hun garni zoensplaats". De Nederlandse regering in Engeland was verbluffend snel ingelicht en Ra dio-Oranje bezwoer de beroepsofficie ren zich niet te melden. Tientallen officieren vslgden dit ad vies op. Zij lieten hun gezin en hun baan in de steek en zij doken onder. Na de oorlog kregen de officieren die zich wel hadden gemeld en die daarop in krijgsgevangenschap waren gevoerd, van de overheid hun wedde over de jaren krijgsgevangenschap uitgekeerd. De officieren die op aandrang van de regering in Londen waren ondergedo ken, kregen van de na-oorlogse rege ring geen cent. Deze na-oorlogse logica was nog niet te voorzien in mei 1942, toen men nog de kinderlijke illusie had, dat na de oorlog al het goede zou worden be loond en al het kwade zou worden gestraft. Overigens was het in mei 1942 slechts weinigen gegund om onder te duiken. De organisatie om massa-on- derduiking mogelijk te maken, moest nog helemaal worden opgebouwd. Ruim tweeduizend officieren meld den zich. De artsen en de n.s.b.-ers werden naar huis gestuurd; de overi gen werden in gereedstaande treinen gedreven en naar Duitse kampen ge voerd. Een 27-jarige Amsterdamse typiste schreef in haar dagboek: „Alle be roepsofficieren van leger en vloot tot en met 55 jaar, uitgezonderd de n.s.b.- ers en de doktoren, zijn naar Duitsland gevoerd en gevangen gezet. Zo zijn de Duitsers... Nu is zelfs de meest lauwe uit zijn dommeling wakker geschud en diep verontwaardigd... De Gele Rijders kwamen in groot tenue Bussum binnen marcheren. Ze wisten allemaal wel wat hun te wachten stond. En in hun groot tenue demonstreerden ze de onverzet telijke Nederlandse geest, fier en on buigbaar in deze felle strijd van machtswellusteling tegen den onge wapende maar desondanks sterkere. Bussum was in geestdrift en vervoe ring toen ze onze militairen zo fier en zelfbewust zagen stappen. In Breda zijn de militairen uit volle borst het Wilhelmus zingend, hun gevangen schap tegemoet gegaan". Na de officieren verwachtten de meeste beroepsonderofficieren eenzelf de lot. In mei 1942 werd in vele Nederlandse gezinnen een „vluchtkof- fertje" gereed gemaakt. Nederland leerde leven bij het uur en het leerde om ieder moment gereed te zijn het ongewisse te aanvaarden. Met het wegvoeren van de officieren was de maat van beproeving voor Nederland in mei 1942 nog met gevuld. Twee dagen nadat de treinen met gevangenen naar Duitsland waren ge gaan, werden honderden vooraan staande Nederlanders gearresteerd. In het groot-seminarie van Haaren wer den zij als gijzelaar vastgezet; zij werden met hun leven aansprakelijk gesteld voor daden die anderen zouden doen. In de gijzelaarskampen van Neder land ontwikkelde zich een zeer merk waardig leven. De gijzelaars waren bijna allen mensen van hoge ontwik keling. Zij leerden berusten om te leven aan de rand van een huivering wekkende vulkaan: ieder moment van de dag en van de nacht konden zij worden weggevoerd om gedood te worden, omdat ergens in Nederland een brug was opgeblazen of een Duitse trein was ontspoord. In de gijzelaarskampen, waar een betrekkelijke vrijheid heerste, organi seerde men lezingen en wetenschappe lijke discussies. Men praatte er soms over onderwerpen die pas vele jaren na de oorlog actueel zouden worden. Enkele jaren geleden hielden Am sterdamse studenten een forum over seksualiteit en abortus. Toen de discus sie fel opliep, nam een hoogbejaarde hoogleraar het woord en zei: „In het gijzelaarskamp van Haaren hebben wij ons eens langdurig beziggehouden met het vraagstuk van abortus." Het was toen een ontroerende ge dachte dat de bejaarde geleerde eens in het aangezicht van de dood met een groep lotgenoten vol verantwoordelijk heidsbesef had gediscussieerd over een onderwerp, dat pas twintig jaar later een openlijk debat in Nederland kon verdragen. Nederland heeft aan zijn gijzelaars kampen veel te danken. In deze voor portalen van de dood hebben tientallen vaderlanders gewerkt aan de plannen voor de opbouw van het na-oorlogse Nederland. Van prof. .P. Lieftinck, de eerste na-oorlogse minister van finan ciën, is bekend dat hij zijn geniale plan tot de geldzuivering ontwierp toen hij zich als gijzelaar vertrouwd poogde te maken met de dood voor een vuurpeloton. Voor enkele gijze laars werd het kamp in werkelijkheid het voorportaal van de dood, want de Duitsers hielden niet van dreigen al leen. In de oorlogsmaanden na mei 1942 zijn er enkele malen groepje? gijzelaars voor de sabotagedaden van anderen naar het vuurpeloton ge bracht. De vuurpelotons kregen het druk in en na mei 1942: op 6 mei werden zeven verzetsmensen gefusilleerd en vier da gen later 24 O.D.-ers uit Maastricht. Het is begrijpelijk dat bij al deze rampspoed de belangstelling voor wat er buiten Nederland gebeurde, erg gering was. Met veel bazuingeschal bracht de Engelse zender op 9 mei het nieuws, dat er in de Koraalzee een felle zeeslag was uitgevochten, die voor het eerst niet door de Japanse vloot was gewonnen. Het was de eerste zeeslag in de geschiedenis, waarbij vliegtuigen voor de overwinning zorg den. De Nederlanders kwamen niet onder de indruk. De meesten zochten niet eens in de atlas op waar die Koraalzee nu precies lag, want een dag tevoren was het bericht gekomen, dat de laatste Amerikaanse vesting op de Filippijnen, het eilandje Corregidor, was gevallen. En op 17 mei openden de Duitsers het met veel lawaai aangekondigde zomeroffensief tegen Rusland. In een geweldige tangbeweging werd een gro te Russische troepenmacht bij Char- kow ingesloten en voordat de maand om was, was Charkow gevallen. Ook in Noord-Afrika werden weinig opgewekte berichten verzameld. Het Duits-Italiaanse offensief was dan wel begin april vastgelopen, maar de Brit ten schenen onmachtig tot een tegenof fensief. Dat was wel logisch, want de keurtroepen van de Engelsen in Noord- Afrika waren enkele maanden daar voor naar Azië gebracht om daar tevergeefs te pogen de Japenners te stuiten. De Engelsen kampten over de hele wereld met een groot gebrek aan manschappen en materieel. Het was voor de Britten ha 7 december 1941 louter een kwestie van tijd geworden. In de oefenkampen van de Verenigde Staten werden honderdduizenden strijdlustige Amerikanen getraind en in de Amerikaanse fabrieken rolde het oorlogsmateriaal in nog niet gekende hoeveelheden en kwaliteit van de lo pende banden. Engeland moest nog een paar maan den volhouden. Hitier wist dit ook. Met een wanhopige verbetenheid poogde hij Rusland op de knieën te krijgen voordat de Amerikaanse legers en het Amerikaanse materiaal in massa Euro pa konden bereiken. Deze onzichtbare titanenstrijd ont ging de vaderlanders in mei 1942. Wel werden wij verrast en opgeschrikt door het kleine berichtje van 28 mei, dat de dag daarvoor onder Praag een sche dorpje Lidice onder Praag een aanslag was gepleegd op de topnazi Heydrich, de meest gevreesde beul van de nazi's. De eerste berichten vertelden dat Heydrich niet levensgevaarlijk was gewond, maar Heydrich zou sterven en zijn dood zou vele duizenden het leven kosten. In Limburg hebben zich vele oude tradities weten te handhaven. De schutterij, de processie, zij leven daar fel temidden van het moderne leven. De tweede Limburgse revolutie is druk doende de kinderen van de eerste revo lutie om hals te brengen. Het zijn de kolenmijnen die welvaart hebben ge schonken aan een streek, die honderd jaar geleden de economische uithoek van ons land was. De sluiting van diezelfde mijnen gaat gepaard met een tweede industriële omwenteling, die het oude gewest een nieuwe aanschijn moet geven. Zo'n honderd jaar geleden werkte nagenoeg de helft van de Limburgers in de landbouw, en dan nog voorname lijk op de kleine tot zeer kleine bedrij ven. Zuid-Limburg was praktisch he lemaal in cultuur gebracht. Het mid den en het noorden kenden nog uitge breide gebieden woeste grond. De verscheidenheid tussen noord en zuid is gebleven tot op de dag van van daag. Eerst na de tweede wereldoor log kwam er industrie van enige om vang naar het midden en noorden van het gewest, terwijl de schachtwielen in het zuiden reeds lang wentelden en tienduizenden hun brood verdienden in het stof van de mijnen. Mijnbouw is al een oude tak van be drijvigheid. Bij Rolduc, later een roem- De geschiedenis van iedere Neder landse provincie zou onderwerp van een avonturenroman kunnen zijn, maar de opzienbarendste historie van alle vaderlandse gewesten heeft Limburg. Deze provincie is de jong ste loot aan de vaderlandse stam en meer dan eens heeft men overwogen deze loot op de Duitse of de Bel- gissche stam te enten. Al van de vroegste tijden was Lim burg een buitenbeentje. Aanvankelijk was de provincie men sprak toen nog van gewesten tussen twee machtsgebieden opgedeeld: Noord- Limburg was een deel van het hertog dom Gelre; Zuid-Nederland tot Luxemburg was het hertogdom Limburg. Na veel bittere strijd capituleerde de Hertog van Gelre in 1543 voor het machtige Bourgondische Huis. Vijf jaar later kon Karei V trots op de landdag van Augsburg de vorming van de Bourgondische Kreiz bekend ma ken: de Lage Landen tot over de noordgrens van Frankrijk waren tot een staatsrechtelijke eenheid gewor den. De Tachtigjarige Oorlog dreef Lim burg tezamen met Brabant en Zeeuws-Vlaanderen in een uitzon deringspositie. In deze zuidelijke ge westen handhaafden de troepen van de Spaanse koning zich het langst en de Spaanse bestuursinvloed zorgde ervoor dat deze gewesten rooms-katholiek bleven. In de loop van de tachtigjarige krijg werden Limburg, Brabant en Zeeuws- Vlaanderen door de opstandige vader landers op Spanje veroverd, maar de Reinhardt Heydrich, hoofd van de Sicherheits polizei en S.D., de „bloedhond", die duizenden Tsjechen zonder vorm van proces liet doden. Nu zelf geëxecuteerd door twee uit Engeland overgevlogen parachutisten. Een bloedgolf sloeg over Praag. Heydrich was begonnen als marine officier. Hij maakte een meisje zwanger en weigerde haar te trouwen. Hem werd toen te verstaan gegeven dat hy de erecode voor officieren had geschonden en dat hy ontslag diende te nemen. Ver bitterd zocht hy zijn toevlucht bij de nazi's. Hy werd door Himmler belast met de jodenvervolging en de gruweiyke „Endlösung der Jugendfrage" staat op zijn naam. Toen de bom van een partisaan zyn ruggegraat versplinterde, was hij 38 jaar. Hy was aansprakelijk voor de dood van duizenden en na zijn dood zouden er nogmaals vele duizenden om hem wor den vermoord, omdat hy de eerste top nazi was, die door een verzetsdaad uit de weg werd geruimd. staatsrechtelijke positie van de ver overde gewesten bleef uitzonderlijk: Limburg, Brabant en Zeeuws-Vlaande- ren kregen niet zoals de andere ge westen een zelfstandig bestuur. Zij werden bestuurd door de genera liteit de vergadering van afgevaar digden uit de noordelijke provincies, die beter bekend is als Staten-Gene- raal. Om deze ondergeschiktheid tot uiting te brengen werden Limburg, Brabant en Zeeuw-Vlaanderen „gene raliteitslanden" genoemd, een lieve naam voor „wingewesten: wel belas ting betalen, geen medezeggenschap. In al die eeuwen was de positie van Limburg dikwijls onduidelijk en onze ker. Zo werd Maastricht eeuwenlang zowel door Luik als door de Generali teit bestuurd. Tijdens de Franse over heersing kwam wel in de Grondwet te staan dat de generaliteitslanden gelijke rechten kregen als de andere provin cies. maar de eerste Nederlandse Grondwet van 1814 spreekt er nog van „een constitutionele monarchie van ze ven provincies en twee landschappen.... Pas bit de grondwetswijziging van 1815, na de samenvoeging van Neder land en België, kregen Noord-Brabant en Limburg de naam provincie. Noord- Brabant kon toen in het samenspel der overige provincies zijn plaats innemen, maar Limburg bleef ook toen nog in een uitzonderingspositie. Na de val van Napoleon hadden de staatslieden op het Congres van Wenen bepaald dat het Duitse gewest Nassau- Dillenburg privé-eigendom van de Oranjes niet meer naar het Huis van Oranje zou terugkeren. In ruil voor dit Duitse gewest kreeg Willem I het groothertogdom Luxemburg. Een deel van Limburg behoorde in 1813 tot Duitsland. In 1839 ruilde Willem I een stuk van zijn groot hertogdom Luxemburg voor dat stuk Limburg. Door deze ruil werd echter met uitzondering van Venlo en Maas tricht Limburg lid van de Duitse Bond. Nog ingewikkelder werd het toen Bel gië na de opstand van 1830 eerst heel Zuid-Limburg en later Maastricht en omtrek opeiste. Na de vrede met België in 1839 bestond Nederland uit tien provincies, plus als privé-eigendom van de koning twee gewesten: het hertogdom Lim burg en het groothertogdom Luxem burg. Beide gewesten waren lid van de Duitse Bond en beide konden slechts volgens het Salische recht vererven binnen het Huis van Nassau. De Oranjes maakten aan deze vreemde toestand voor Limburg een einde door van hun familieleden de erfrechten op Limburg af te kopen. Hadden zij dat niet gedaan, dan zou in 1890 toen Willem III zonder manne lijke nakomelingen stierf Limburg een afzonderlijk Nassaustaatje buiten de Nederlandse gemeenschap zijn ge worden. zoals dit dat jaar met Luxem burg gebeurde. Limburg was echter in 1890 staats rechtelijk gelijkwaardig en onverbre kelijk verbonden met de rest van Nederland, te meer daar er in 1866 een einde was gekomen aan de Duitse Bond, zodat er ook geen speciale buitenlandse verplichtingen voor Lim burg meer golden. Toch is Limburg zich nog lange tijd zijn speciale staatsrechtelijke historie bewust gebleven. Tot 1906 bleef deze provincie zich een hertogdom noemen. En nog in onze tijd kent Limburg geen commissaris van de koningin; deze functionaris wordt door de Lim burgers nog steeds plechtig „gouver neur" genoemd. rucht onderwijscentrum, dolven in de twaalfde eeuw de monniken al kolen. De grote stoot gaven de buitenlandse ko- lendelvers op het einde van de negen tiende eeuw, toen in Maastricht al de fabrieken van Regout (nu Sphinx Cera- mique) en de Koninklijke Nederlandse Papierfabriek draaiden, een schamel loon biedend aan de in de beruchte eenkamerwoningen huizende paupers. In 1902 nestelde de Staat zich in het heuvelland om te voorkomen dat de in dertijd praktisch enige energiebron in zijn geheel in buitenlandse handen zou vallen. Dan gaan de schachtwielen draaien van de Wilhelmina, de Hendrik de Emma, en de Maurits. Vier zware fundamenten voor een snel groeiende welvaart, ook voor 'n chemisch concern dat nog wel Staatsmijnen heet, maar dat steeds minder van dien heeft met kolen. De betekenis van de mijnen gaat evenwel ver uit boven die van koolwin ning alleen. Zij zijn het die Limburg een industrieel klimaat hebben geschon ken, waar in andere gewesten nog d« mentaliteit van de handelsman en de landbouwer overheerst, grote schoor stenen ten spijt. Zij hebben Zuid-Lim burg gemaakt tot een smeltkroes van Europese volken. Na de eerste wereldoorlog al trok ken Polen en Russen, Zuidslaven en Hongaren naar de steeds hogere steen bergen en de steeds diepere schachten. Nu spreken zij en hun kinderen datzelf de Limburgse dialect en wonen zij in steden en dorpen, die tot een stadsge west zijn samengegroeid. In de ooste lijke mijnstreek wonen nu 225.000 men sen (ofwel 12.130 per vierkante kilome ter) tegen 18.000 zo'n honderd jaar ge leden. Afgezien van de traditionele indus trie in Maastricht bleven de mijnen tot de oorlog praktisch de enige indus triële werkgevers. Na dc bevrijding kwamen zij, de nieuwe bedrijven, Phi lips voorop. Nu moeten er meer ko men, veel meer. Zeker voor 120.000 mannen en vrouwen moeten binnen 10 jaar arbeidsplaatsen zijn geschapen. De mijnen sluiten sneller dan men twee jaar geleden zou vermoeden. Er is nu een autofabriek, waar straks zesduizend man werken, maar DAF kan niet meer zijn dan een eerste aan zet, in dit land dat ligt gekneld tussen België en Duitsland, waar de grenzen slechts een economische betekenis heb ben maar geen hinderpaal vormen voor het contact van mens tot mens. Wat de Limburgse economie heeft bijgedragen aan de nationale welvaart is niet exact na te gaan. Het bezit van eigen mijnen heeft nu aan betekenis in geboet, maar zeker is dat het na-oor- logse herstel voor een groot deel te danken is aan de zwoegende mijnwer kers. Zeker ook is dat dank zij heffin gen en kunstmatig laag gehouden prij zen de mijnindustrie toen bijna twee miljard gulden in de nagenoeg lege schatkist heeft gepompt. Nu staat Limburg voor een omwen teling, voor grote vraagstukken. Indus trie moet werk geven aan het Noorden, het Midden en het Zuiden. Limburg heeft onderwijsinstellingen nodig, we gen, kantoren, huizen en begrip. Limburg heeft er geen behoefte aan te teren op een roemryk verleden, op sagen over bokkerijders en de waas van romantiek die ten onrechte heeft gehangen rond het mijnwerkersbestaan. Wat is trouwens Limburg? Mook ligt dichter bij Amsterdam dan bij Maas tricht. En de man uit Venray heeft weinig gemeen met die uit Kerkrade. De provincie van 1967 heeft nog maar geringe overeenkomst met het oude hertogdom. Het moderne Lim burg zal het verleden eren, voorman nen als de grote Poels gedenken, kri tischer staat ten opzichte van voorheen onaantastbare instellingen als kerk, par tij en overheid. Het zal voortbouwend op de economische grondslagen van nu, het gewest een nieuw gezicht geven waar het mede dank zij de bourgon- dische levenskunst goed is te leven en te werken. „Inleiding tot de studie van porno grafie", door C. van Emde Boas, uit gegeven door NVSH; „Obsceniteiten en pornografie an no 1966", door C. van Emde Boas, uit gegeven door NVSH; „Klare wijn, Rekenschap over ge schiedenis, ?ehe4m en gezag van de Bijbel", uitgegeven door Boekencen trum, aangeboden door generale syno de der Ned. Herv. Kerk; „De dood van Jezus van Nazareth", door Mr. W. de Vries, uitgave van J. Kok N.V. Kampen; „De slag om Europa 1945", door John Toland, 2e druk uitgave van Hol- landia, Baarn.

Digitale periodieken - Gemeentearchief Veenendaal

De Vallei | 1967 | | pagina 11