R. van Gaasbeekschool: geen handenarbeid Beste foto van de maand Allerhande Ouwehand m i m p, Hoofdenconvent stimuleerde samenwerking 9 SCHAKEN door H. KRAMER i ft X| AAI li.1 1 A|# Ai a i OPLOSSING VORIGE PROBLEEM DAMMEN door J. M. BOM s? 9 gl '1 BRIDGE door H. W. FILARSKI S 2 CRYPTOGRAM Ruitentikkers Dieren zijn bijzonder slim. Dat is in de geschiedenis al meermalen be wezen. In Ouwehands Dierenpark heeft men er de afgelopen week weer een staaltje van kunnen zien. In een van de winkeltjes op het park wordt los dierenvoer verkocht. De winkel juffrouw pakt het voer zélf in. Ach ter het winkeltje lopen reigers en lil- fords rustig rond te stappen. Ze ko men ook wel eens een kijkje nemen bij de winkel en op zekere dag gaf de winkeljuffrouw wat voer aan een van de grote exemplaren. Dat be hoefde ze maar eenmaal te doen. Een dag later hoorde ze op de ruit: „tik, tik..." Toen ze omkeek zag ze een lilford heftig met zijn snavel op het glas tik ken. Direct begreep ze waar het de vogel om ging. Ze pakte wat los voer en gaf het de lilford, die nu regelma tig op de ruiten komt tikken wanneer hij een lekker hapje wil hebben. Naam Het inmiddels in Ouwehands Die renpark aangekomen baby-olifantje, dat nog door 2 andere jonge exem plaren zal worden gevolgd, begint al aardig aan zijn nieuwe omgeving te wennen. Het is ale en keer op de tv geweest tijdens een jeugduitzending. Ter gelegnheid daarvan werd de jeugd van Nederland verzocht een naam te bedenken. Komende woensdagmiddag zal tij dens een jeugdprogramma van de AVRO via het scherm bekend wor den gemaakt hoe die naam zal lui den. Er zijn duizenden inzendingen binnengekomen, zelfs van jeugd die al de leeftijd van pakweg 17 en 18 jaar had bereikt. We zijn benieuwd wie de mooiste en origineelste naam voor het dikhuidje heeft bedacht. De bekroonde foto van de maand van de amateurfotografenvereniging Camera Obscura werd geschoten" door de heer Crd. H. Otting uit Vee- nendaal. Het is een opname van een clochard-echtpaar langs de oevers van de Seine in Parijs. HET overlijden van de Zweeds grootmeester Gideon Stahlberg (59) betekent een zeer groot verlies voor de Zweedse en de internationale schaakgemeente. Zweden verliest in Stahlberg de sterkste vertegenwoordigei die het ooit heeft bezeten: de ster var het eons zo beroemde trio Lundin Stoltz - Stahlberg. Van dit trio is alleen nog Lundin in leven, maar voor wa' betreft het deelnemen aan grote toer nooien is hij altijd de minst actieve va' het drietal geweest. Stahlberg vestigde zijn naam In 193 toen hij Nlmzowitsch in een tweekam: versloeg. Sindsdien heeft hij, meer dan 30 Jaar achtereen, aan schaakwedstrijder deelgenomen. Tijdens de oorlogsjarer leefde hij in Argentinië, maar daarn.- keerde hij naar zijn vaderland terug Hij volgde niet het voorbeeld van velf anderen, zoals Najdorf, Pilnik, Engels Becker en De Ronde die de Argentijns nationaliteit aannamen. Hieronder een van de beste partije van de overleden grootmeester, een par tij dn. ♦evens tot de beste uit de schaak- resohledenis behoort. Wit: STAHLBERG. Zwart: NAJDOR1 (Buenos Aires 1947' Koningindische verdediging. 1. d2—d4, Pg8—f6 2. c2c4, g7—gö 3. Pbl -c3 Lf8g7 4. e2e4. d7—d6 5. Pgl—f3 0—0 6. Lfle2, Pb8d7 7. 0—0. e7—«5 8. d4d5, a7-a5 9 Pf3-el. Pd7—c5 10. LCI—R5 (Deze regelrechte voortzetting is een tijdlang zeer populair geweest.) 10h7h6 11. Lg5xf6. Dd8xf6 12 .-"eld3. DI6e7 13. Pd3xc5, d6xc5 i* Ddld2, H—f5 15. Tal—dl. Ta8—a6 16 Pc3b5!. f5xe4(?) (Hierna krijgt wit tenslotte het belang rijke knooppunt e4 in handen. Nodig was 16Td8.) 17. d5d6. c7xd6 18. Pb5xd6, Kg8—h7 (Op 18Lf5 volgt het vervelende cussenschaak 19. Dd5t.) 19. Pd6xe4. Lc8—f5 20. Le2—f3. a5—a4 '.1. Dd2e3, Ta6—b6 (Om zijn loperpaar zo effectief moge tijk te benutten probeert Najdorf de strijd een zo levendig mogelijk aanzien te geven.) 22. Tdl—d2, Lf5xe4 (In hogere zin betekent deze zet capi- :ulatie omdat zwart afstand doet van lijn loperpaar.) 23. Lf3xe4, Tf8—d8 24. Le4—d5i. Od7C7 25. De3e4'. a4—a3 (Een laatste poging om tot tegenspel te komen.) 26. b2xa3i. Tb6—f6 27. g2—g3 (Natuurlijk laat wit Tf4 niet toe.) 27Tf6a6 28. Tfl—bl. b7—bB 29. rbl—b3, Lg7—f6 30. Tb3—f3 (Zet de tegenstander het mes op de keel.) 30Kh7—g7 (0-> 30Dg7 is 31. De4! dreigend 32. De6 beslissend b.v. 32Te8 33. Le4 en de witte toren dringt vla de d-lijn de zwarte veste binnen.) Het probleem van de week: hoe dwong de witspeler zijn tegenstander in de diagramstelling tot de overgave? De oplossing komt in de volgende ru briek. NAJDORF 8 m m m 7 m 6 5 4 m 3 O "mE 2 B m l abcdefgh STAHLBERG Stand na de 29e zet van zwart in d« partij Karaklajic—Bhend. Wit: Kgl, Ddl, Tb7 en fl, Le3 en f», pionnen a2, f2. g2. Zwart: Ke7, dh4, Tg8 en h8. Ld6. PdT, pionnen a5, e6, f7, h5. Er volgde zeer fraai: 30. Ddlxd«tl Ke7xd6 31. Tfl—dit. Kd6—e7 (of 31. Ke5 32. Tb5t enz;) 32. Tdlxd7t. Ke7—el 33. Td7—e7t en zwart gaf het op. Er kan nog volgen: 33Kf8 34. Txf7t.Ke8 35. Lc6t. Kd8 36. Tb8 mat. HET resultaat van de Canadese Mai cel Deslauriers in het internationaal tournooi te Hoogezand zal velen teleur gesteld hebben. Zijn typische vrijbui ter-stijl. die in 1952 al de gezapige Euro pese theorie zo verrassend voor de grootste problemen plaatste en in 1956 tot een glorieuze wereldtitel voerde le vert nog wel de nodige aantrekkelijke partijen op, maar zowel de Russische als Nederlandse grondigheid heeft in het laatste decennium wel duidelijk de zwak te de Canadese verrassingstactiek blootgelegd. De strategische systematiek heeft zich meester gemaakt van de tactische slag vaardigheid uit de Nieuwe Wereld, doch haar gelijkertijd verdiept en voorzien van een wetenschappelijk fundament. En zo ia „Dessie" zoals de gezellige Canadees onder zijn Europese vrienden populair heet, nog wel een geziene deel nemer aan de grote tournooien, doch de bakermat van het damspel heeft zich hersteld van zijn verrassingsaanval en hem definitief naar het tweede plan ver wezen. Hieronder daarvan een sprekend voorbeeld. Wit. Marce' Deslauriers: Zwart: P Roozenburg; 1. 32—28 16ai2. 37—32 21—26 3. «1—37 20-25; 4. 34—29 19—23 5. 28x19 14x34; 6. 39x30 25x34; 7. 40x29 Het „mee nemen" van de zwarte randschijf met deze ruil past in wit's stijl: Hij wil de vrijheid aan zijn rechtervleugel. 7. 17—22; 8. 44—39 10—14: 9. 50—44 14—20; 10. 44—40 Scherper is 35—30; Nu wordt toch de rechtervleugel in zijn bewe gingsvrijheid beperkt. 10. 20—25; 11. 47—41 12—17; 12. 32—28 17—21; 13. 28x17 21x12; 14. 31—27 moet deze ontwikkeling nu wel accepteren 14. 5—10; 15. 39—34 11—17- 16. 27—21 17—22; 17. 21—16 13—19: 18. 43—39 19—23; 19 36—31 Echt Deslau riers; hij weet. dat zijn opening strate gisch een échec geleden heeft en zoek*, zijn heil in grillige manoeuvres. 19. 9—13; 20 41—36 12—17 21. 49—43 7—12; 22. 31—27 22x31; 23. 36x27 17—22; 24 37—31 Wit kiest een tweeflanken-sys teem boven het verder terugtrekker door 46-41 (22x31) en 38—32 enz. Hij vertrouwt op zijn tactische vaardigheid 24. 26x37; 25. 42x31 7; 26. 29—24 12—17! 27. 34—30 23x34: .8. 39x30 (zif diagram) Duidelijk ziet men, dat wit zich niets neeft aangetrokken van de strategische zwaartepunten. Hij speculeert nu op een normale centrumbezetting door zwart met bv. (13—19) enz. en dan levert 31—26 (22x31) 26x37 wel houdbaa; spel op. Vanaf dit moment werpt zwart ech ter alles op de aanval en slaat de witte positie uiteen tot verspreide verzetshaar- Jen: 28. 22—28! 29. 31—26 Na bv. 43—39' volgt H—211 (48—43A) 21x32 38x27) 28—32 (27x38) 22—28 (33x22) 18x36 met sombere vooruitzichten voor wit. A: (30—25) 21x34 (40x29) 28x39 29—23) 18x?n (25x5) is natuurlijk te kostbaar. 29. ...28x39; 30. 43x34 22x31; 31. 26X37 10—14; 32. 48-43 18—22; 33. 38-32? Het beste was misschien nog (37—31). Aan de lezers hier de opgave: Met welke fraaie dwangcomblnatle besliste zwart hier de partij? Oplossing vorige probleem In de stand: Wit (Koozenburg) 16, 26, 31, 32. 34. 35. 38. 3». 40. 42. 43. «4. 45. 4t, 49 (15 st.) Zwart (Mostovoye) 3. 7, 8, 9. 10. 12. 13. 14, 15 18 19, 22. 23 25 29 (15 St.). Wit won fraai door: 35—301 Omdat (15—20) nu belet wordt door 30—24 (19x30) en 40—35 dam. terwijl zowel (7—11), (14—20). (12—17) als (14—20) fa len op 32—2moet wel (22—28) 1G—11. (28x48' 11x2 als noodsprong volgde nu nog: (19x24) 30x28 (18—23 28x19 (13x24) 2X35 (48—42) 34x23 (42x36) 40—341 (36—22 of?. 35—2! dreigt 44-40 en 45—40. Er 1> geen redelijk vluchtveld voor de zwart dam meer en zwart capituleerde dan ook maar! DE LAATSTE mei-opgave betrof een vier-harten contract, waarin blijkt dat het lot van N Z reeds in de eerste slag beslist wordt. Het spel was dit: H V 10 6 3 4 H 10 7 2 H 5 2 A V B 8 7 6 5 V 3 V B 10 Noord gever, allen kwetsbaar. OW passen noord een schoppen zuid twee harten noord twee schoppen zuid vier hprten. West komt uit met ruiten negen, waaruit zuid al kan af leiden dat west met vrij grote zekerheid niet het ruitenaas heeft. Daar NZ drie azen in de bijkleuren te verliezen heb ben. is zuid's grootste vraag hoe aan ta fel te komen teneinde op hartenheer te kunnen snijden en hopen, dat deze tweede zit. Laat zuid in slag 1 de slag naar ruiten vrouw lopen, dan duikt oost en zuid komt aan slag. Schoppen spelen (of klaver) forceert het aas. west incas seert het andere zwarte aas. speelt ruiten na die oost wint. Oost vervolgt met ruiten en west's harten tien zal tot downslag promoveren Het gevaar van deze spelgang is bij de gegeven uitkomst wel zichtbaar. De re medie: in slag 1 ruitenheer op tafel leg gen. die oost niet kan weigeren (anders speelt noord harten na). Oost kan ruiten naspelen en zuid wint de slag met ruiten- vrouw. Zuid zal nu klaver kunnen na spelen en al weigert west éénmaal, kla verheer kan overgenomen worden. Hier na de hartensnit, enzovoort. En, vraagt u. als oost klaver- of schoppenaas heeft? Antwoord: dan gaat zuid toch down.' Maar dat neemt niet weg dat zuid in elk geval zo zal moeten spelen om zich te wapenen tegen het gevaar van een doubleton ruiten bij west met daar naast de kans dat west beide zwarte azen bezit. Regelmatig wordt tijdens de oefening van de groep jeugdspelers die éénmaal per maand in Utrecht bijeenkomen een aantal normaal gegeven spellen gespeeld, die later aan een beschouwing worden onderworpen. Een uiterst leerzaam par tijtje bleek dit te zijn: H B 10 81 B A 10 B 10 6 3 2 Oost gever, NZ kwetsbaar. Bied verloop: oost een ruiten zuid een schoppen west vier harten noord vier schoppen oost en zuid passen west vijf ruiten noord vijf schoppen allen passen. Tegen vijf schoppen start west met ruiten drie, noord wint slag 1 met ruitenaas. Vraag 1: Als de leider troef (schoppen) gaat spelen, moet hij dan eerst de heer, of eerst het aas spelen? Vraag II: In dien er eens drie troeven in één hand zouden tegenzitten, hoe moet zuid dan verder spelen? Moet hij hartens gaan aftroeven of moet hij de klaveren pro beren vrij te spelen? Hoe zou zuid die klaverkleur eventueel moeten aanpakken? p \f Horizontaal: 1. minimaal (5) 4. als u achter die internationale organisatie gaat staan levert dat stof op (5) 9. niet rechtuit (7) 11. trap opzij (7) 12. elk beestje schijnt er een te hebben (4) 13. nadelig kledingstuk (5) 14. als het klein is is het nieuw(4) 17. dit is dichterbij (5) 19. de oude vakvereniging maakte veel lawaai (5) 21. helemaal mis (7) 22. de deken ligt eronder (5) 23. met deze Europeanen kan men wel uit de voeten (5) 27. de hoofdstad op pantoffels (4). 28. zulk een brood is een hele optocht (5) 29. het getal in Gelderland (4) 32. modern profeet (7) 33. zoiets lucht op (7) 34. trilbomen? (5) 35. het insigne van de naaister (5) Verticaal: 2. dit zijn we niet (7) 3. die jongen kan pijn .doen (4) 5. deze god kan een roes veroorza ken (4) 6. hij voelt niet dat hij er is (7). 7. dit blijft gelijk (5). 8. potloodhart (5) 10. zij zorgen voor de inwendige mens (11) 11. de predikanten lopen voorop (11) 15. in de buizen ligt het adres verborgen (5) 16. de uiterste grens (5) 18. het valt te loven dat het mid den ook aan de staart kan staan, zonder dat er iets verandert (3) 20. thermen 0 - baren (3) 22. dromende dijken (7) 24. gevangeniskost (7) 25. ongare (5) 26. de taille van de schoenmaker (5) 30. dit dier raakt ten slotte altijd uitgeput (4) 31. wie hier om gaat, keert niet terug (4) Oplossing vorige kruiswoordraadsel Horizontaal: l. Rotte 5. Vecht, 8. Donge, 12. Orten 14. epode, 16. ge past, 18. ons, 20. Oporto, 22. glas, 23. uitstel, 26. leeg, 27 Eva, 28. pint, 29. eest, 31. ure, 32. Este, 34. femel, 36. rest, 38. in, 39. wel, 41. rol, 42. car, 43. st., 45. leren, 47. koper, 49 twee, 50. geboren, 51. paar, 52. stoel, 54. agaat, 56. Ra, 58. air, 59. vet, 61. obl. 62. r.k. 63. vals, 65. lonen, 67. Emba, 69. vol, 70. egel, 72. kool, 74. Ate, 76. ante, 78. netwerk, 80. Ares, 81. adagio, 83. een 84. Engels, 86. Agnes, 88. trein, 89. Spree, 90. eikel, 91. godin Verticaal: 1. Regge, 2. topaas 3. tras, 4. ets 5 V.N. 6. cijns 7. te 8. dop 9. odol, 10. Nereus 11 eloge 13. etui, 15. pols, 17. elven, 18. otter, 19. steel, 21. terts, 24. Inf. 25. eel, 28. peer, 30. trap, 33. tweetal, 35. moto ren, 37. erepalm, 38. inter 40. leger 42. Congo, 44. Terek 45. les 46. Nel 47. Kea 48. rat 53. Oise 55. Abel 57. avond 59. volte 60. teken 62. ratel 64. altaar 65. Lee 66. nor 68. Barend 69. Vaals 71. gnoe, 73. oker 75. Es sen, 77. Egge, 79. wenk, 80. agio, 82. Ine 85. neg 87. S E. 88. tl wil veel van de wereld zien. Het lijkt me prachtig". Z'n vrije tijd brengt Hans door met het draaien van grammofoonplaten. Wat voor muziek? Hans lacht. Het schijnt 'n domme vraag te zijn: „Beat natuur lijk". Hennie van Barneveld gaat naar de huishoudschool en wil winkel meisje of kindermeisje worden. Ze vindt het moeilijk tussen deze twee beroepen te kiezen: „Ik wil het alle twee even graag". Hennie heeft een grote verzameling speldjes en sleu telhangers en in haar vrije tijd doet ze haar best om die verzameling nog groter te maken. Tenslotte wordt Gert Heikamp naar voren geroepen. Gert gaat naar de LTS. Hij wil metaalbewer ker worden. De heer Steegen voegt eraan toe dat Gert een goede reke naar is. En ook was Gert de aan voerder van hei schoolelftal dit jaar. „Voetballen is mijn grote hob by", zegt hij. Op de foto de voltallige zesde klas van de Rijk van Gaasbeekschool. In de klas zitten: Hennie van Barne veld, Cor Bobbeldijk, Lilian van den Brand, Robbie Dirkzwager, Ria van Doorn, Everhard van Egdom, Her man van Enter, Gert Grandia, Hans Hannink, Gert Heikamp, Ria Her mans, Joost Hey, Gerlinde Hopman, Hennie Hutink, Elleke Kersten, Wil lie Kuijpers, Frans Klijn, Melis Lan sing, Ria van Neerbos, Gert Ouds hoorn, Bert Roelofs, Lies van Roij- en, Harrie Slieker, Truus van der Struik, Janny van Veenendaal, Jan Verdunnen, Fred de Vries, Leontine Hiessing, Gert van Woerdekom, Her- ma Wormgoor en Jan Gasille. VEENENDAAL In een vorig artikel uit de reeks van Veenen daal se scholen kwam het ruimtege brek van de Rehobothschool aan de orde. Ook de Rijk van Gaasbeek school aan de Adriaan van Ostade- laan in Veenendaal-Zuid kampt met dit probleem, zij het in mindere ma te dan de Rehobothschool. Het hoofd van de Rijk van Gaasbeek school, de heer H. R. Steegen, be treurt het namelijk, dat hij geen handenarbeid kan geven. Hij heeft geen handenarbeidlokaal ter be schikking en op de keurig verzorg de, gladde schoolbanken kan hij de leerlingen moeilijk laten schaven, snijden en figuurzagen. „We kunnen op het ogenblik jam mer genoeg geen toewijzing krijgen om een handenarbeidlokaal te bou wen", zegt de heer Steegen. Nu laat hij z'n leerlingen af en toe maar wat met papier werken, wat knippen en plakken, maar zoals hij zegt, komt dat maar sporadisch voor. Toch is handenarbeid een belangrijk vak, dat regelmatig gegeven moet worden. In de zesde klas van de Rijk van Gaasbeekschool zitten 31 leer lingen. Twaalf leerlingen gaan naar het lyceum, elf naar de Ulo en de rest naar de LTS en de huishoud school- De Rijk van Gaasbeekschool is nog vrij jong; zij bestaat zeven jaar. In die zeven jaar is de openbare school hard gegroeid. In 1960 werd begonnen met drie leerkrachten, nu zijn er zes volwaardige klassen met in totaal 213 leerlingen. Volgens de heer Steegen is dit helemaal te danken aan de vroegere wethouder van onderwijszaken in Veenendaal, de heer C. N. van Kuyk. Hij bracht de schoolhoofden van verschillende richtingen bij elkaar in een Hoofden convent waardoor de onderlinge sa menwerking tussen de verschillende scholen er bijzonder op vooruit is gegaan. „In die vijf jaar is er een gemeenschap gegroeid tussen de scholen", zegt de heer Steegen. „Als er vroeger problemen waren, stond de school er alleen voor. Nu worden die gezamenlijk opgelost". De leerlingen van de heer Steegen maken zich niet zo druk over de schoolproblemen. Zij hebben andere zorgen, zoals bijv. Herma Worm- goor. Zij heeft maar een doel voor ogen en dat is: verpleegster wor den. „Dat is het enige wat ik wil!" zegt ze vastberaden. Herma is een van de leerlingen, die naar het ly ceum gaan. Haar hobby? „Hand werken". Hans Hannink gaat naar de ULO. Ook Hans hoeft niet lang te denken over de vraag wat hij worden wil. „Ik word schipper", zegt hij en met de borst vooruit en het hoofd om hoog motiveert hij deze keuze: „Ik

Digitale periodieken - Gemeentearchief Veenendaal

De Vallei | 1967 | | pagina 11