De levenden juichten PARAPLU DIE WERD OPGEBORGEN ZODRA HET GING REGENEN Rusland speelt valselijk rol van vredestichter De VN-vredesmacht in gebied van Gaza: W 'T"'' ••.<r:vt- ZAND EN MOORDENDE HITTE VOLTOOIEN CATASTROFE BOVEN DE SINAÏ Vanuit de lucht ziet de grootste tankslag die ooit ter wereld is gevoerd er uit als de vloer van een kinderkamer waarin een woe dend kind alles heeft vertrapt. Voor één keer hebben de militaire woord voerders van de overwinnaars nu eens een totaal tekortschietend beeld ge geven van de onvoorstelbare vernie tiging tijdens deze botsing in de woes tenij toen zij deze tankslag beschreven als iets „maar ongeveer half zo groot als de befaamde tankslag bij El Ala- mein". Er is nooit een groter en moor- dender tankslag gevoerd. Niet voor te stellen Enige resten ;.vm*W>- -'WK;. 5" "- '-4 \- l m if - -v 'i Duizenden Egyptenaren vonden de dood in woestijn ZEVEN DIVISIES VERDWENEN SP00RE00S (Van Daily Express correspondent Robin Stafford) Eens heeft Mozes de Joden uit Egypte geleid door deze uit zand en leisteen-resten bestaande woestijn. Toen de Joden vorige week de weg terug gingen door de onbeschrijflijke woestenij lieten ze in hun spoor zevenhonderd vernietigde of in de steek gelaten Egyptische tanks achter. In een oude DC-3 vloog ik nu soms niet meer dan 30 meter hoog boven het golvende woestijnland. Ik weet niet of het het ruwe vliegen of het gezicht van de niet te geloven verwoestingen beneden ons was, dat een Iraëlische soldaat in het vliegtuig in eens doodziek maakte. Wat mezelf het meest schok te tijdens de vlucht en vooral tijdens de vier lan dingen die we hier en daar maakten, was de totale stilte op de grond. Het ene ogenblik doden, het an dere helemaal niets. Waar ter wereld waren de vijf infanterie-divisies en de twee pantser-divisies die de Israëli's in de pan hadden gehakt? De woordvoerder zei vrij laconiek: „onze politiek is geweest iedereen die zijn wapens nad neerge legd op huis aan te laten gaan, zo goed en zo kwaad als ze konden." Men had ons gezegd dat duizenden moeizaam de weg terug zochten naar het Suez-kanaal. Maar ner gens, waar dan ook, was ook maar een levende rest te zien van de 100.000 man aan Egyptische infanterie en pantser-troepen en van de 50.000 man aan luchtmacht en administratieve eenheden die Nas ser de Sinaï had ingezonden voor deze Jihad, deze heilige oorlog. De Israëlische commandant in de Sinai, generaal Abraham Yoffe schat dat er tienduizenden Egyptische doden en vermisten moeten zijn na deze tota le vernietiging van de helft van het hele Egyptische tank-wapen. Als ik nu de leegte zie in de woestijn moet ik denken aan Egypte's nederlaag in 1956 toen vele Egyptische militaire vluchtelingen op weg naar huis door Bedoujnen zijn vermoord. Men moet zich wel afvragen hoe lang Nasser zich nog zal weten te handhaven als straks tot de Egyptische gezinnen zal doordringen hoevele van hun mannen en zoons nooit het einde zullen halen van hun martelende gang naar huis door deze woestijn zonder water, waar in slechts hyena's en gieren heersen. Generaal Yoffe noemde de eigen Is raëlische verliezen in de slag in de Sinai droevig hoog aan manschappen en officieren. Anders dan de Egyp tische officieren hebben onze officie ren hun mannen persoonlijk in deze veldslag geleid. Ik weet niet of Yoffe niet te somber was. Van een militaire arts hoorde ik dat naar zijn ervaring de Israëlische verliezen aan mensen en eenheden betrekkelijk laag waren en dat artsen te velde vaak tijd over hadden. In ieder geval gaat het hier „slechts" om honderden. Daarentegen moeten de Egyptische verliezen aan manschappen en mate rieel niet voor te stellen hoog zijn* Yoffe's tankbemanningen liepen soms op onverwachte groepen van 30 tot 50 tanks die onbeschadigd maar totaal verlaten in de zandvlakten stonden. Vaak werden er een paar in stukken geschoten voor de Israëlische tanks durfden te naderen, omdat de kanon nen gericht waren op de naderende Israëlische eenheid, maar als er dan later een onderzoek werd ingesteld bleek er noch in de dan vernielde, noch in een van de andere tanks ook maar één man aanwezig. Dood noch levend. Allen die er ooit bij hadden behoord waren als geesten in de woes tijn verdwenen. En wat hebben de Israëli's zelf ver loren in de volledig door tank-sporen omgewoelde woestijn? In één gebied telde ik 82 verlaten of vernietigde Egyptische tanks. Daartegenover twee wrakken van Israëlische tanks. Bij Sharm El Sheik, aan de zuide lijkste punt van het Schiereiland, waarvan de bezetting door Nasser Is raël van de vaarweg door de straat van Tiran moest beroven is niet één In de zinderende Sinaï juichten Israëlische soldaten toen hun overwinning compleet was. Vergeten waren even de doden, de nog niet getelde Egypti sche en Israëlische mannen, niet of nauwelijks begraven in het zand van de woestijn. Na een ademloze opmars juichten de levenden bij El Arisj. Dit is hun strijdperk. Met brullende motoren hebben ze vier dagen lang de stilte verscheurd, langs de flauwe glooiingen zoekend naar hun vijanden, ze opjagend met de explosies van hun geschut. En snel legde zich een pa troon van geblakerde voertuigen over de bruinige leegte waar Israëliërs en Egyptenaren op schootsafstand kwamen. In het zand vastgelopen zullen de wrakken er nog lang staan. Deze mannen, de triomfators van de tachtigurige bliksemoorlog, zullen terug moeten naar hun land, hun huis, hun baan. Sinaï zullen zij niet vergeten. Tndien er iets heeft gefaald in het Mid- A den-Oosten dan is het de methode geweest die de Uno heeft toegepast in haar streven naar handhaving van de vrede in dat gebied. Toen de spanning een hoogtepunt bereikte en in de hoofd enkel schot gelost door de twee Is raëlische kanonneerboten en door de eenheid parachutisten die daar woens dag onverwachts verschenen. Het vijf duizend man sterk Egyptische garni zoen was er over zee vandoor gegaan drie uur voor de Israëli's arriveerden. Alleen een trawler met 34 Egyptische soldaten kon nog zonder een schot wor den aangehouden toen hij de anderen niet bij kon houden. Nergens iets van de veelbesproken mijnen die Nasser in de Straat van Tiran had laten wer pen. De Israëlische parachutetroepen zelf konden gewoon landend aan de grond worden gezet, en behoefden niet te springen, zodat ze hun springbonus van 15 procent nog misten! Verloren tussen de enorme hoeveelheid onbe schadigd materieel vonden ze twee bijna hagelnieuwe Russische raketten- werpers. De bonkende DC-3 wendde langzaam de koers in de richting van het Suez- kanaal dat zich als een glanzende vin ger uitstrekte naar het Noorden. Ner gens was ook maar iets te zien. Behal ve een mijl of wat oostelijk land-in- waarts, waar de Israëlische troepenli nies zichtbaar waren. Verder naar het Oosten nog, in de gebieden waar hard gevochten is lagen de doden. In orde lijke rijen neergelegd vlak bij de res tanten van voertuigen. Pas op een tweede vlucht over de Sinai zag ik 's middags enige resten van het verslagen Egyptische leger. Op vijftig meter hoogte vliegend zag ik zes man, op een kilometer of tien van hun vernietigde konvooi. Vier da gen al moeten ze daar, bij een tempe ratuur die overdag tot meer dan 37 graden oploopt, hebben doorgesjokt. Toen het vliegtuig over kwam staken ze de handen in de lucht en maakten ze smekende gebaren. Dichtbij in een afzonderlijke zandval- lei liep een andere man te zwaaien alsof hij dronken was. Hij keek zelfs niet op. Zijn spoor in het zand had de vorm van een grote cirkel. Aan de oever van de Golf van Suez zag ik twee mannen die de zee wel hadden gehaald- Maar één van de twee lag met zijn hoofd voorover in het water. Zeewater. Het zou hem on herroepelijk doden nadat hij als een krankzinnige zijn dorst had trachten te lessen. Onze piloot maakte een onbeholpen gebaar en zei vaag: „We moeten zien dat we iemand op ze af sturen om ze te helpen. Maar mijn hemel het zijn er zo veel..." De voornaamste taak van de ontwape ningsconferentie van zeventien lan den, welke al vele jaren met vallen en opstaan aan het werk is in Genève, is het zoeken naar deugdelijke middelen tot vermindering van het oorlogsgevaar. In de loop van die jaren is gebleken dat het moeilijkste probleem voor de onder handelaars dat van de convcentionele wapens is. Het schijnt niet mogelijk te zijn de spreiding van het bezit van steeds meer tanks, kanonnen, vliegtuigen en ander „gewoon" oorlogstuig tegen te gaan. Toch is juist door die spreiding het oor logsgevaar in de laatste jaren sterk toe genomen. Het is niet het gevaar van het onmiddellijk uitbreken van een wereld oorlog, zowel de westelijke grote mo gendheden als de Sowjet-Unie hebben leren inzien dat zij in eigen belang zo'n oorlog tot elke prijs moeten verhinderen. Nee, het is het gevaar dat er „kleine oorlogen" kunnen uitbreken waarin te gen hun wil de grote mogendheden be trokken kunnen worden. Nu gaat 't om twee van die kleine oorlogen de ene in Viëtnam, de andere rond Israël. In beide gévallen ook gaat het om kleine landen welker bestaan bedreigd wordt door tegenstanders die alleen kun nen aanvallen dank zij 't bezit van con ventionele wapens die zijn geleverd door de Sovjet-Unie en andere zogenaamd vredelievende landen in Oost-Europa, als Tsjechoslowakije. Sedert de dekolonialisatie van 't groot ste deel van de wereld is een ont zagwekkende stroom van conventionele wapens door de „vredelievende" com munistische Oosteuropese landen gele verd aan vele tientallen „jonge landen" in Afrika en Azië. De stroom van wapens uit Oost-Euro pa heeft niets bijgedragen tot verhoging van de levensstandaard in al die landen. Het confict in 't Midden-Oosten heeft nu al geleerd dat het op deze wijze uit lokken van strijd de verdere ondermij ning van de posities van de Westelijke mogendheden in de hand kan werken. In engere zin gaat het, natuurlijk, om het voortbestaan van Israël, maar in breder verband staat een van de belangrijkste hulpbronnen van het westen de olie rijkdom van het Midden-Oosten op 't spel. De onverzoenlijke vijandschap van de Arabische landen jegens Israël wordt zo de stok waarmee de Sovjet-Unie hoopt het Westen de aardolie van het Midden-Oosten uit handen te slaan. Indien er ook maar een greintje wer kelijkheidszin merkbaar was ge weest in de Geneefse ontwapeningscon- rentie zou zij deze week het vraagstuk van de bewapening van landen die meer baat zouden hebben bij ploegscharen dan bij oorlogstuig, onverwijld weer op de agenda hebben geplaatst. De Britse minister van Buitenlandse Zaken, George Brown, drong dezer da gen aan op een conferentie van de Gro te Vier over het gewapende conflict in 't Midden-Oosten. Volgens Brown zou een van de'drie punten op de agenda moe ten zijn: het staken van de levering van oorlogstuig aan alle strijdende partijen. Het niet reageren van de Sovjet-Unie op dat voorstel was veelzeggend. Het was het zwijgen van de hoofdschuldige, die voor het oog van de wereld valselijk de rol van de grote vredestichter speelt in de Veiligheidsraad van de UNO. steden van de landen die Israël om ringen openlijk werd verklaard dat het ging om de totale vernietiging van Is raël trok de secretaris-generaal van de Uno, Oe Thant, de vredesmacht van de Uno terug. Abba Eban, de Israëlische minister van Buitenlandse Zaken, bracht dit in herinnering in de debatten in de Vei ligheidsraad van de Uno over de strijd in het Midden-Oosten. Eban stelde vast dat in de toekomst de Uno bij het hand haven van -de vrede zich meer dan tot dusverre zal moeten baseren op het handvest van de Uno en niet langer ge noegen zal mogen nemen met regelin gen die onuitvoerbaar worden zodra een van de betrokken partijen zich er niet langer akkoord mee verklaart- Hij doelde op de eis van Egypte dat de vredesmacht van de Uno Egyptisch grondgebied zou verlaten. Tn zijn indrukwekkende réde ter verde- -*• diging van het optreden van Israël in het gewapende conflict met de om ringende Arabische landen stelde Eban de vraag: „Wat is het nut van de aan wezigheid van een vredesmacht van de Uno indien die vredesmacht in feite een paraplu is die wordt opgeborgen zodra het gaat regenen?" Zolang die vraag niet op bevredigen de wijze is beantwoord zal de Uno in feite weinig kunnen doen ter verhinde ring van toekomstige gewapende con flicten. Het aanbieden van militaire een heden voor een nieuwe vredesmacht van de Uno blijft een sympathiek maar vrij zinloos gebaar zolang die vredes macht niet gelegerd kan worden op ge bied waarover geen van beide partijen zeggenschap heeft. Het instellen van gedemilitariseerde zones zal weinig zin hebben. Landen, die hun kracht zoeken in tersluikse grensoverschrijdingen van militaire pa trouilles en beschietingen van landbou wers die in dergelijke zones aan het werk zijn om spanningen te handha ven, hebben weinig respect voor gede militariseerde zones. De enige plaats voor een vredes macht van de Uno die wel aan het ge stelde doel kan beantwoorden, is een brede bufferzone tussen Israël en de twee meest oorlogzuchtige naburen van dat voortdurend bedreigde land: Egyp te en Syrië. Nu Israël voor de tweede maal een flink stuk van de woestijn van Sinai heeft veroverd zou een brede strook daarvan langs de Israëlische grens geïnternationaliseerd kunnen wor den. Indien de Uno verder overgaat tot internationalisering van een stuk Sy- risch gebied langs de Israëlische grens zodra dat door Israëlische strijdkrach ten in bezit is genomen komen dan 2 gebieden voor legering van een vredes macht van de Uno permanent beschik baar. Internationalisering van woestijngebied is voor het Midden-Oosten een noviteit. Er liggen neutrale zones in de oliewinningsgebieden ten zuiden en wes ten van Koeweit, waarop Irak, Saoe- di-Arabië en Koeweit geen aan spraak kunnen maken. Zij houden de om olierijkdommen strijdende partijen uit elkaar. Wanneer het mogelijk is ge bleken neutrale zones in te stellen ter verhindering van strijd om olierijkdom men, dan moet het mogelijk zijn in het belang van de handhaving van de vre de andere stukken woestijn die braak liggen, te internationaliseren in het be lang van de vrede. Egypte heeft de woestijn van Sinai in iets meer dan tien jaren tweemaal gebruikt als springplank in oorlogen, die de totale vernietiging van Israël als voornaamste doel hadden- Beide keren moest Egypte die woestijn prijsgeven. Daarmee heeft Egypte volgens interna tionaal recht de aanspraken op dat woeste en zo goed als ledige gebied voorgoed verloren. Het worde zo spoe dig mogelijk overgedragen aan de Uno.

Digitale periodieken - Gemeentearchief Veenendaal

De Vallei | 1967 | | pagina 7