Strijder onder een schuilnaam K Nederland heeft kansen Beste schietbaan van Europa De Prix Leclerc is inzet van internationale schietwedstrijden die ieder jaar in Navo-verband worden gehouden met de bedoeling de schietvaardigheid met handvuurwapens te verhogen. Duizend - en - een zaterdag 22 juli 1967 komende week wordt het druk in de Harskamp. Heel druk. En het zijn niet de eersten de besten die komen. Generaal Lemnitzer bijvoorbeeld, de Amerikaanse opperbevelhebber van de geallieerde strijd krachten in Europa. En Sir Eugen Milling- ton Drake bijvoorbeeld, de vroegere Britse minister van Buitenlandse Zaken. En waar schijnlijk ook madame Leclerc, weduwe van de legendarische Franse generaal die vijf jaar na zijn dood door generaal De Gaulle posthuum tot maarschalk werd be vorderd. Zij en nog vele anderen zullen de gasten zijn van de Nederlandse luitenant- generaal E. J. C. van Hootegem, de com mandant van het Eerste Legerkorps. Waarom dit alles? Hoe vreemd het ook klinkt: de drukte zal niet in de eerste plaats deze hoge personages gelden, hoeveel eer bewijzen hun soms ook gebracht zullen wor den. Hoofdpersonen op de Harskamp zullen heel wat lagere goden zijn: gewone solda ten, korporaals en sergeants en enkele offi cieren, bij elkaar zo rond de 200 man. Want die 200 man hebben dit met elkaar gemeen: zij zijn scherpschutters. Ze komen naar de Harskamp om elkaar daar de Prix Leclerc te betwisten, de hooggewaardeerde prijs die ten deel valt aan die groep van mannen die het vaardigst blijkt te zijn met het geweer, de mitrailleur en het pistool. De Prix Leclerc is inzet van internationa le schietwedstrijden die ieder jaar in Navo- verband worden gehouden met de bedoeling de schietvaardigheid met handvuurwapens te verhogen. De organisatie van dit jaar lijkse festijn is ditmaal aan Nederland op gedragen verheugend want men kan er nu zeker van zijn dat het Nederlandse team alles op alles zal zetten om het vorig jaar verloren terrein weer te herwinnen. Vorig jaar werd Nederland namelijk tweede nadat ons team in 1963, 1964 en 1965 de hoogste eer voor zich had opgeëist. Eerder was dat ook al het geval in 1952, een jaar nadat deze wedstrijden op initiatief van Sir Eugen Millington Drake waren ingesteld. In die jaren is Nederland twee keer als gastland opgetreden namelijk in 1954 en in 1960. En nu dan komen ze weer van heinde en ver naar de Harskamp: de Amerikanen en de Canadezen, de Fransen, de Duitsers, de Britten en de Belgen, met Nederland mee zeven teams van 28 man plus alles wat er nog bij hoort natuurlijk, want het punctueel laten verlopen van een dergelijke wedstrijd vraagt heel wat organisatie en heel wat mankracht. Morgen en maandag worden de deelnemers in dit hartje van de Veluwe ver wacht tot woensdag mogen ze naar har telust de (nieuwe) schietbaan proberen woensdag wordt er generale repetitie ge houden: alles precies zoals op de wedstrijd dag zelf donderdag zal er geen schot weerklinken, want dan is het rustdag en vrijdag is dan de grote dag die (officieel) eindigt op het moment dat Sir Eugen de prijzen zal uitreiken. En dat is het moment waarnaar twee mannen met verlangen uit zien: kolonel A. H. Soomers zal vermoede lijk een zucht van verlichting slaken en het hart van de luitenant-kolonel C. de Ruiter zal misschien wat feller kloppen omdat hij zijn jongens opnieuw naar de overwinning heeft gecoached... Beginnen we bij overste De Ruiter want het gaat toch om de schutters. Hij is de trainer-coach van de Nederlandse ploeg, de man aan wie de successen van de laatste jaren voor een niet gering deel te danken zijn. Zelf denkt hij daar anders over: „Het succes is behaald door de hechte samen werking van een stel enthousiaste mede werkers en een toegewijde staf!", zegt hij. Vergetend dat er altijd één is die daaraan leiding moet geven en dat is hij zelf. Hij gelooft in het wapen, het persoonlijke wa pen en dat geloof dateert uit de oorlogsja ren, toen hij leerde dat dat persoonlijke wapen in laatste instantie altijd beslissend is. Als troepencommandant heeft hij het dan ook altijd bij zijn mensen ingehamerd: „Je moet je uiteindelijk op je wapen kun nen verlaten!" Daardoor ook is schieten al tijd zijn hobby gebleven en de legerleiding maakt van dergelijke hobbies graag ge bruik. Ieder jaar organiseert de overste tweemaal de schietwedstrijden in Hohne en natuurlijk heeft hij zitting in allerlei com-- missies die zich met de aanschaf en verbe tering van handwapens bezig houden. Drie man heeft hij als vaste medewer kers: de sergeant-majoor Patynama en de gebroeders Hercules die overigens qua NAVO SCHIETWEDSTRIJDEN IN DE HARSKAMP lichaamsbouw niet aan hun mythische naamgenoot doen denken! Het zijn de adju dant A. Hercules en de sergeant U. Hercu les, de man die dagelijks bezig is met het nazien van de wapens en die bovendien als sportinstructeur de lichamelijke conditie van de Nederlandse ploeg op peil houdt. Om enig inzicht te krijgen in de kansen van de Nederlandse ploeg moet men iets weten van het wedstrijdreglement en van de andere deelnemende ploegen. Om te be ginnen: het is niet zo dat overste De Rui ter de beste militaire schutters uit land-, lucht- en zeemacht mag uitzoeken om daar uit een team te vormen. Het reglement be paalt dat de deelnemers geselecteerd moe ten zijn uit één bataljon of een gelijkwaar dige gevechtseenheid. Ook is het niet zo dat men met een team mag komen dat uit doorgewinterde schutters bestaat hiervan zegt het reglement dat tenminste vijftig procent van de schutters nooit eerder aan een Prix Leclerc-wedstrijd mag hebben deelgenomen. Bovendien: van de 28 man mogen er ten hoogste twee officier zijn en ten hoogste zeven als beroepsmilitair in een lagere rang. En ten minste vijf van de deel nemers moeten gerekruteerd worden uit de gewone dienstplichtigen. De keus is dus al tijd beperkt en dat is een goed ding, want het gaat er uiteindelijk om de schietvaar digheid van alle strijdkrachten te testen en niet die van enkele beroepsschutters. Keuze dus uit één bataljon daar moe- en de twaalf geweerschutters (plus een reserve), de tien lichte mitrailleurschut- ters (vijf koppels van twee plus één reser ve-koppel) en de twee pistoolschutters (plus een reserve) uit gezocht worden. De eer Nederland te vertegenwoordigen is ditmaal ten deel gevallen aan het 42ste pantser in- fanteriebataljon van de Vierde Divisie dat in Seedorf in West-Duitsland gelegerd is. De selectie is begonnen met negentig man langzaam aan is de groep ingekrompen en nu zijn de 28 aangewezen. Hun tegen standers: het derde bataljon van de Royal Green Jackets, een onderdeel van de be roemde Rifle Brigade uit Engeland: het eerste bataljon van de 21e Infantry Divi sion uit de Ver. Staten; het tweede batal jon van het Royal Canadian Regiment van de 14e Canadese infanterie-brigade; het 129e gemotoriseerde regiment infanterie uit Frankrijk; het 351e pantser grenadiers ba taljon uit West-Duitsland en het vierde ba taljon Carabiniers Cyclistes uit België. Kan Nederland de Prix Leclerc ook dit maal winnen? „Je bent natuurlijk nooit van tevoren helemaal zeker van de zege!" zegt overste De Ruiter voorzichtig, want hij weet maar al te goed dat geluk ook een woordje meespreekt bij dergelijke evene menten. Het is waar, de Nederlandse mi- trailleurschutters zijn zonder enige twijfel de beste ter wereld. De pistoolschutters zijn de afgelopen maanden zo intensief getraind dat bijna geen schot meesmist. Maar de basis moet gelegd worden door de geweer- schutters met hun grote aantal punten en op het geweer zijn de Amerikanen ge duchte tegenstanders in wie de Nederlan ders al eerder hun meerderen moesten er kennen. Maar desondanks overste De Ruiter is ervan overtuigd dat zijn schutters bijzonder goed voor de dag zullen komen. Hij heeft wel vertrouwen in dat moment van prijsuitreiking! De man die het op de Harskamp in de afgelopen weken het drukst gehad heeft (en het ook in de komende week nog het drukst zal hebben!) is kolonel A. H. Soomers, offi ciële titel: hoofd van het bureau Algemene Inspecties van de Kon. Landmacht. Want hij is de man die belast is met de algehele technische leiding van de wedstrijden en dat is geen peuleschil! Die wedstrijden zelf niet en alles wat er verder bij hoort niet. Om maar één voorbeeld te noemen: als je een man als generaal Lemnitzer te gast hebt, dan dien je ook te zorgen voor direc te verbindingen met het Navo-hoofdkwar- tier want een dergelijke functionaris kan niet een dag „onbereikbaar" zijn. Zoals gezegd heeft Nederland al eerder de wedstrijden georganiseerd, maar dat was zeven jaar geleden en sindsdien is er veel veranderd. Zoekt men de kolonel op in zijn Prix Leclerc-hoofdkwartier in „gebouw 122" (ofwel: Otterloseweg 4 te Harskamp) en vraagt men hem naar zijn bevindingen dan liggen de namen van zijn medewerkers voor op zijn tong net als overste De Rui ter schat hij het team-verband hoog. Vooral de naam van vaandrig ir. F. A. van de Kant wordt met ere genoemd want hij is de man die de schietbaan „Echo", waarop de wedstrijden worden gehouden, duchtig onder handen heeft genomen. Beter gezegd: deze civiel-technische ingenieur heeft er een nieuwe schietbaan neergelegd en kenners zijn het er over eens dat „Echo" de beste schietbaan van Europa is geworden. Dat werk is vorig najaar begonnen. Vaan drig Van de Kant was de oude zand-en-hei- de-baan eens komen bekijken, schreef een rapportje (dat zo langzamerhand is uitge groeid tot een boekdeel) en kreeg toestem ming om er wat aan te gaan doen. Mits hij maar binnen de perken van het zeer be scheiden budget bleef! Er is wat aan ge daan dank zij de samenwerking tussen de vaandrig-ingenieur, de genie, de Cultuur technische Dienst en zelfs de boeren uit de omtrek, die met veel plezier een handje hebben geholpen. Vaandrig Van de Kant ging uit van de Overste De Ruiter traint zijn mannen grondig, maar vraag hem niet naar zijn trainingsmethode: „Dat moet onder de roos blijven De Navo-schietwedstrijden dragen de naam van een beroemd man, de Franse maarschalk Leclerc. Toen in 1951 dit jaarlijkse evenement werd ingesteld was het de Britse minister van Buitenlandse Zaken, sir Eugen Millington Drake, die voorstelde de nagedachtenis aan deze Fransman aldus te eren. Het merkwaardige bij dit alles is dat Maarschalk Leclerc eigenlijk geen Leclerc heette en bij zijn leven ook nooit maarschalk is geweest! In 1924 deed aan de beroemde militaire school Saint-Cyr bij Parijs eindexamen een briljante jongeman: Philippe Vicomte de Hautecloque. Met zijn onnavolgbare stijl en allure leek hij voorbestemd voor een grote militaire carrière maar in die jaren van het gebroken geweertje ging het met militaire carrières niet zo best. Toen de wereldoorlog in 1939 uitbrak had de Vicomte het nog niet verder gebracht dan kapitein. Hitiers snelle opmars maakte van hem een krijgsgevangene, maar hij wist al snel te ontvluchten en met heel veel moeite bereikte hij Engeland waar hij zich aansloot bij generaal De Gaulle. Frankrijk was toen bezet gebied en omdat de Engelandvaarder moeilijkheden vreesde voor zijn familie, nam hij een schuilnaam aan: voortaan heette hij Philippe Leclerc en onder die schuilnaam is hij beroemd geworden. Spoedig was hij overste en nam hij deel aan de veldtocht in Noord-Afrika. Legendarisch is het verhaal hoe hij met tweehonderd man en slechts één kanon de vesting Koufra veroverde op de Italianen. Terug in Engeland werd hij brigade generaal en kreeg hij het bevel over de tweede Franse pantserdivisie die in 1944 op de Normandische kust landde en die als eerste Parijs bereikte. Typerend voor de generaal: hij liet de eer om als eerste Parijs binnen te trekken over aan generaal De Gaulle! Tegen het einde van de oorlog comman deerde hij het Franse expeditieleger naar het Verre Oosten. Namens Frankrijk ondertekende hij mede de capitulatie-akte van de Japanners aan boord van de Amerikaanse kruiser „Missouri". Na de oorlog werd hij aangesteld als inspecteur- generaal van de Franse strijdkrachten in^Noord-Afrika. Een vliegtuigongeluk maakte in 1947 bij Colomb-Béchar een einde aan zijn leven. Vijf jaar na zijn dood werd hij, op grond van zijn zeer grote verdiensten voor Frankrijk, posthuum tot maarschalk bevorderd. En nu is dan zijn bronzen borstbeeld de hoogste prijs in deze Navo-schietwedstrijden. Het beeld is vervaardigd door de gebroeders Martel en wordt uitgereikt aan de ploeg die het hoogste aantal punten bij elkaar heeft geschoten. De prix Leclerc is niet de enige prijs - ook andere trofeeën worden uitgereikt en ook die dragen beroemde namen. Zo ontvangt het beste team geweerschutters de „General Eisenhower Trophy", het beste mitrailleur-team de „General Gale Trophy" en het beste pistoolteam de „General Chevillon Trophy" Ook individuele prijzen worden uitgereikt. De drie beste geweerschutters krijgen de „Sir Millington Drake Medals", de drie beste mitrailleurkoppels de „General Noiret Medals" en de drie beste pistool schutters de „Viscount Montgomery of Alamain Plaques". Voor een scherpschutter fel-begeerde prijzen! stelling dat een moderne schietbaan een grasbaan behoort te zijn en dan nog wel een goed gedraineerde grasbaan. En zo is het gebeurd: eerst is de bodem geheel ge ëgaliseerd, er is een deel van het bos wegge kapt om voldoende breedte te krijgen en vervolgens is men begonnen aan de gras mat. Om in het hartje van de Veluwe een mooie grasmat neer te leggen is geen een voudige opgaaf. Ruim 6700 m3 zwarte grond moest van elders worden wegge- graven, uitgestrooid worden over de schiet baan, moest geploegd worden en gefraisd alvorens het graszaad er in kon. Dat deel van het werk hebben landbouwers uit de Harskamp voor hun rekening genomen en ze hebben er alle eer van, want het is een prachtige grasmat geworden. Denk niet dat het allemaal gemakkelijk ging want nog maals: veel geld mocht het niet kosten. Zo vormde de bemesting een probleem. Eigen lijk moest er compost over maar dat was te duur. Dus werd er een kunstmestmeng- sel samengesteld en uitgestrooid en... werd de mest weggehaald uit de schapenstal van Koos Vos in Hoog Buurlo! Vindingrijkheid vermag veel als de beurs leeg is! Ook de kogelvanger, een grote dam van zand, kon geen genade vinden in de ogen van vaandrig Van de Kant en dus is er een nieuwe dam neergelegd. Maar het resultaat van alle inspanning is dat buitenlandse gas ten die een kijkje kwamen nemen het vol ledig eens waren met de Nederlandse des kundigen dat „Echo" de mooiste schietbaan van Europa was geworden. Over dit alles en nog veel meer heeft ko lonel Soomers in de afgelopen maanden zijn wakend oog laten gaan. Waarbij er altijd weer onverwachte problemen en probleem pjes opdoken. Zo bleken konijnen en ook het grotere wild wel iets te zien in dat mal se gras dus een hek erom heen: ruim anderhalve kilometer afrasteringsgaas moest een halve meter diep de grond in worden gegraven. Een greep uit allerlei andere beslomme ringen: Er is een wedstrijdprogramma gedrukt, uiteraard in vier talen en er zijn (ook in vier talen) instructieboekjes klaargemaakt. Nog meer drukwerk te laten maken bleek te duur alles wat er verder nog op pa pier moest worden gezet is gestencild. Deelnemers plus de grote schare van hulptroepen moesten worden ondergebracht. Daarvoor is een terrein ingericht waarop komende week 52 tenten zullen staan. Een terrein dat zo mooi is dat men het zo als recreatiecentrum zou willen charteren! Water is er niet op de Harskamp toch moesten er, niet in de laatste plaats voor de hoge gasten en hun dames, toilet ten en wasgelegenheid komen. Ze zijn er gekomen en het water stroomt rijkelijk uit een paar grote tanks die van de legerplaats De Wittenberg zijn geleend en die op een stellage zijn geplaatst om voldoende druk op de leidingen te krijgen. Wie gasten uitnodigt moet ook zorgen dat ze de weg kunnen vinden dus zijn er wegwijzers geplaatst die de aankomenden vanuit Apeldoorn, Arnhem of Ede tot op de baan voeren. Over de verbindingen die moesten wor den gelegd, vooral voor de hoge officieren, hebben we al verteld. Daarnaast is er ac commodatie aangelegd voor de pers: tele foontoestellen, telexapparaten en wat dies meer zij. Er staan zelfs fotografen ter be schikking. Taalmoeilijkheden behoeven er niet te zijn want elk team en ook ieder der buitenlandse gasten krijgt een vaandrig of officier toegevoegd, die zo nodig als tolk kan optreden. Ook het buitenlandse geld geeft geen problemen: de betaalmeester in het kamp wisselt alles. Een probleem apart vormen de maal tijden. Zeven nationaliteiten zijn bij de wed strijden betrokken en het evenement duurt zeven dagen. Dus wordt er op zondag Amerikaans gegeten, op maandag Frans, op dinsdag Engels enzovoort. Misschien in een andere volgorde maar iedere groep krijgt dus in die week éénmaal zijn eigen kostje opgediend. Op de andere dagen kan men kennis maken met de produkten van elders en dat heeft ook zijn voordelen. Dat daarvoor wel een paar speciale adviezen nodig zijn geweest hoeft geen betoog! En dan de recreatie, een noodzakelijk iets als je zoveel mensen bijeen brengt rond een schietbaan. De avonden kunnen worden doorgebracht in de mess, in de militaire te huizen of in de kantine van de Harskamp waar films over Nederland zullen worden gedraaid, documentaires in vier talen. Op donderdag, de rustdag, is er voor de bui tenlandse teams een excursie georganiseerd naar Amsterdam, inclusief uiteraard een rondvaart door de grachten! Geneeskundi ge en geestelijke verzorging is in het leger niet zo'n groot probleem: artsen zijn aan wezig en ook legerpredikanten en aalmoe zeniers. Zo hebben kolonel Soomers en zijn staf getracht aan alles te denken er zal nog wel wat onverwachts gebeuren, maar de ko lonel heeft al vaker bewezen dat hij een or ganisator is tot in zijn vingertoppen, die in noodgevallen ook weet te improviseren! Wel zal hij blij zijn als maandag het eerste schot over de grasbaan klinkt. En nog blij er als vrijdag de echo van het laatste schot is weggegalmd. Als dan ook nog de Prix Leclerc aan de Nederlandse ploeg zal wor den overhandigd, dan zal het een mooi feest geweest zijn daar op de Harskamp. Ziezo

Digitale periodieken - Gemeentearchief Veenendaal

De Vallei | 1967 | | pagina 9