Si ipieae t de ffnió k eid Thomas van Aquino' werd bestseller in Moskou ZILVERSCHAT komt naar de Vel uwe f Ililili Het was misschien een wat ongewone manier van vakantie houden, maar mijn zegsvrouw was er heel content mee geweest, en deed mij er een interessant verhaal over. Met zoveel typisch vrouwelijke opmerkingen en kanttekeningen, dat ik u die beslist niet mag onthouden. Opwindend was haar relaas nu bepaald niet, want zij had wel de rustigste plaats uitgekozen, om enige vrije dagen door te brengen een bejaarden centrum. Zij wilde daar en passant een bezoek brengen aan 'n ver familielid, een oude dame die zij in lang niet had gezien. En toen haar bleek dat zij er in een gerieflijk gastenverblijf enige dagen kon logeren, had zij haar bezoek gerekt tot een halve week. Tot beider genoegen. Want, zo was haar eerste observatie: een mens in de kracht van het leven, die altijd vol plannen en energie zit, en vandaag alweer uitkijkt naar de activiteiten van morgen, doet er goed aan eerst het tempo van de oude dag over te nemen. Niet zozeer om zich alvast op die oude dag voor te bereiden, maar vooral om te constateren hoeveel kalmer en plezieriger het leven kan zijn als wij ons niet over veel onbelangrijke zaken druk maken of zelfs opwinden. Zo is het wel eens goed om te constateren dat er ook nog vrouwen zijn, en heus geen saaie of ongeïnteresseerde, die veel liever met een boek op een bank tussen het groen zitten dan in een propvolle autobus naar het andere eind van Europa snorren. Zij hebben ontdekt dat de mooiste dingen dikwijls vlak naast de deur liggen, als men maar de moeite wil nemen ze op te merken. Alleen, zo peinsde mijn zegsvrouw, moet men dat vermogen om van alle plezierige kleinigheden te genieten wel tijdig aankweken, als men er niet mee geboren is. Want het genoeglijk beleven van de oude dag hangt er in hoge mate van af. Om niet te zeggen: uitsluitend. Al keuvelend en gekscherend met oudere vrouwen wier leeftijden soms toch nog wel een twintig jaren uiteenliepen kwam zij tot de kostelijke ontdekking dat men op zijn tachtigste opge wekter en levenslustiger kan zijn dan op zijn zestigste. Wat? dat een tachtigjarige een veel jonger en vitaler indruk kan maken dan iemand die twintig jaar jonger is. En met die opgewektheid en levenslust zelfs onvermijdelijke ouderdomsgebreken kan reduceren tot wel wat vervelende maar niet ondraaglijke kwaaltjes. Ach, die opgewekte oude tantes, zei ze waarderend en bijna benijdend: wat zijn ze eigenlijk veel gelukkiger dan menig jong ding. Als men zo af en toe eens een blik waagt aan foto's van tienersterren, of met onthutste aandacht de gezichtsuitdrukking van jeugdige fotomodelllen bestudeert krijgt men als vrouw het deprimerend gevoel dat die arme stakkers het allemaal wel bekeken hebben en verder van het leven niet meer verwachten. Het is al trieste deceptie wat die vermoeide oogjes uitdrukken. Maar ga dan eens een kwartierjte zitten praten op de gezellige, met bloemen en planten versierde kamer van zo'n opgewekte draagster van acht kruisjes. Die daar nog pront achter haar theeblad zit, in een kokette bloemetjesjurk of een werkelijk elegant gekleed pakje. Het sneeuwwitte haar keurig gepermanent, een snoertje parels om de hals. En laat dan die onverwoestbare levenslust eens als een verfrissend buitje op je vermoeide stemming neerruisen. De tachtigjarige tante heeft zo wel het een en ander ervaren in haar lange leven. Zij heeft zorgen en angsten gekend, misschien wonderen moeten verrichten met een krappe beurs en een groot gezin. Zij heeft 'n kastje staan, waarbij wellicht een rijtje portretten op het antieke stuk of wat van naastbestaanden die zij verre heeft overleefd. Mogelijk is zij van het gezin waarin zij geboren is nog de enig overblijvende, heeft zij zelfs een kind naar het graf gebracht. Maar al dat verdriet en die tegenslagen hebben haar niet terneergedrukt of verbitterd. Zij vormen alleen maar de donkere, voedzame grond waarop haar late blijheid bloeit als een herfstroos. Ik heb een goed leven gehad, kan zij zo overtuigd herhalen. Een beste vader en moeder, een man uit duizend, lieve zorgzame kinderen. Wat kan een mens dan nog meer verlangen? Het verdriet hoort erbij, anders waarderen we de vreugde lang niet genoeg. Maar de herinneringen aan mensen die mij het liefst waren zijn zo goed als iemand maar kan wensen, en die kan niemand mij immers afnemen. Waarom zou ik dan met het hoofd in de handen gaan zitten? Niet alleen dat zoiets bar onplezierig zou zijn voor iemand die de moeite neemt mij te komen opzoeken maar ik zou mij er ook achteraf voor schamen. Want er zijn er maar genoeg ook in dit huis, die er veel en veel erger aan toe zijn dan ik. Wat is een beetje doofheid, een paar voeten dat niet zo vlug meer wil, vergeleken met handen die krom staan van de reumatiek, met een lichaam dat volslagen onmachtig en van een ander afhankelijk is? En dat kapsel en die fleurige jurk? Ach lieve kind, een vrouw die zich niet een beetje mooi maakt mag geen vrouw meer heten. En het is nogal wat gezelligs voor mijn tafelgenoten en buren om tegen een zielig slonsje aan te kijken. Het oog van de anderen wil ook wat hebben, onthoud dat maar goed. Geen vrouw leeft moederziel alleen, behalve als zij in zekere mate mensenschuw is en dat is geen normale instelling. En bovendien: het is zo plezierig om naar de winkel te gaan en iets nieuws te passen. De mode is zo fleurig en flatteus voor ons oude dames: als ik nog aan mijn moeder op die leeftijd denk Ik heb een paar heerlijke dagen gehad, verzekerde mijn zegsvrouw. Ik liep me aan een stuk door te schamen. miiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiitiirivmiiiimiiiiiiiiifiim niiiniiniiiiintniifivniiiiiiiiiiiiiKiiiiii TTit een gesprek met de Moskouse boek- handelaar E. I. Basner heeft een me dewerker van het Russische letterkundige blad „Literaturnaja Gazeta" de conclusie getrokken dat de boekenlezers in de Rus sische hoofdstad en met name de jonge ren, momenteel voor wat zij lezen minder geïnteresseerd zijn in zaken van het heel al, dar) wel in aspecten van wereldbe schouwelijke aard. TtTen had algemeen een run verwacht op wetenschappelijk-informatieve lec tuur, vooral in de eerste na-oorlogse ja ren. Dat is, aldus de geïnterviewde boek handelaar, niet gebeurd. In plaats daar van bleek grote vraag te bestaan naar boeken over kunst. Later trad een sterke interesse aan de dag naar Franse roman literatuur, Balzac voorop. Poëzie was daarna vooral gevraagd. Eerst later liep de vraag naar boeken over kosmologie er erfelijkheidsleer omhoog, maar die perio de is nu voorbij. De jonge Russische intellectuelen heb ben thans een sterke belangstelling voor mmiiimnviiiitiititfiiiiitiniiiiiiiiiiiiimiiiiimimiiiitiiiiiimiiiiiiiitiifiiiHMiiinmiiimtitiftiitiiiiirti filosofisch werk. De oude en toch altijd weer nieuwe vraag naar wat de mens eigenlijk is, wat voor zin zijn leven heeft en wat de omvatting is van zijn geest en zijn persoonlijkheid, blijkt de massa te trekken. In de boekhandel vindt men ech- ter onder „Filosofie" slechts populaire J verhandelingen of boeken die zich bewe- gen op neventerreinen van de sociologie. 1 /~|nlangs arriveerde in Moskou een par- tij van tweehonderd exemplaren van het boek „Thomas van Aquino" van de Poolse auteur Josef Bogrosz. Binnen een uur was de hele voorraad uitverkocht. Dat is niet onopgemerkt gebleven en hoe- wel een commentaar bij deze gebeurtenis 1 wat sarcastisch luidde, dat de jongelui er kennelijk bij hun meisjes indruk mee wil- den maken, heeft de „Literaturnaja Gaze- f ta" de zaken ernstiger genomen. „Het is misschien toch niet alleen maar een lachertje, wanneer 'n student zijn meisje wil imponeren met zijn interesse 1 in problemen van de moraal-filosofie en de wereldbeschouwing", aldus het blad. I tjilverVoor velen van ons heeft het woord nog altijd een haast magische klank. Het blijft in onze gedachten ver bonden met de sprookjes, die ons in onze kindertijd werden verteld, ook nu een veranderde maatschappij, waarin veel meer dan vroeger iedereen in de welvaart mag delen, dit edele metaal dichter bin nen het bereik van de gewone man heeft gebracht. Overigens valt schoonheid niet in gelds waarde uit te drukken. Wat houdt gra cieuzer het daglicht gevangen dan zo'n driepoots kraantjeskan, in 1888 te Leeu warden vervaardigd door de meester R. Reinders? Met tal van andere voorwer pen krijgt deze kan een poetsbeurt om straks in volle luister te kunnen pronken in de Apeldoornse Van Reekum-Galerij, waar van maandag 14 tot en met zaterdag 19 augustus, gelijktijdig met de Hesta- huishoudshow, een tentoonstelling van antiek en modern zilver zal worden ge houden onder het motto „Plaisir de la table et d'antique". Hofleverancier F. T. Zoutman van de ju weliersfirma Van der Mey aan de Hoofd straat in Apeldoorn is al wekenlang be zig met het voorbereiden van deze exposi tie, de eerste op dit terrein in onze omge ving. Zijn belangstelling voor zilver komt niet alleen voort uit zijn beroep. De heer Zoutman, wiens wieg in Friesland heeft gestaan, is een man met een hartstochte lijke liefde voor de historie. „Als ik geen goud- en zilversmid zou zijn geworden was ik evengoed een verzamelaar geweest van mooie zilveren voorwerpen", zegt hij. Foppe Andriesz Soutman, de bet-over grootvader van de eigenaar van de firma Van der Mey, die op 8 januari 1764 in Bolsward ter wereld kwam, werd in 1784 meester-zilversmid. Het beroep is dus al heel lang in de familie. De andere voorza ten van de heer Zoutman waren beurte lings zilversmid en klokkenmaker. Me vrouw Zoutman behoort tot de bekende familie van zilversmeden Hooykaas uit Schoonhoven. Het is dan ook geen wonder, dat de kinderen van de heer en mevrouw Zoutman alle drie in het vak zijn geko men. Twee werken er in de ouderlijke zaak aan het Raadhuisplein en een vindt haar arbeid bij Van Kempen en Begeer in Rotterdam. Vele fraaie stukken uit de verzameling van de heer Zoutman zullen straks op de tentoonstelling in de Van Reekum-galerij een waardige plaats innemen. Daar zal ook antiek zilver zijn uit andere particu liere verzamelingen, dat nog niet eerder werd geëxposeerd Medewerking verlenen daarnaast het Ne- Op zeldzame wijze wordt het licht gevangen in deze zilveren kraantjeskan, een Fries werkstuk uit de tachtiger jaren van de vorige eeuw. Bij de firma Van der Mey ont vangen de stukken uit de verzameling van de heer Zoutman een poetsbeurt voor zij streks op de tentoonstelling zullen prijken. Van grote schoonheid is deze antieke zilveren brandewijnkom, vroeger bij welgestelde families op hoogtijdagen in gebruik. derlands Goud- en Zilvermuseum te Utrecht en de Van de Poll-Wolters-Quina Stichting. Mr. Harmen Hendrik van de Poll (1697-1772) en zijn echtgenote Mar- gretha Trip (1699-1778) bepaalden per tes tament, dat de nagelaten schilderijen en curiosa van de uitgestorven geslachten Quina en Wolters, waarvan zij beiden af stamden ,als één geheel als familiebezit zou worden vererfd op de oudste van de oudste mannelijke nazaat. Dit is gebeurd tot jhr. mr. Frederik van de Poll (1860 1937) die ongehuwd stierf voor zijn dood, tezamen met zijn zuster jkvr. J. M. E. van de Poll (geboren 1872) het gehele fa- milibezit heeft ondergebracht in een cul turele stichting, de Van de Poll-Wolters Quina Stichting. Voorzitter hiervan is jhr. ir. A. N. J. van de Poll te Zeist. Het bezit werd nog belangrijk uitgebreid uit enkele nalatenschappen en is na schriftelijke aan vraag te bezichtigen: Wilhelminalaan 65, Zeist. tiet Nederlands Textielmuseum te Til burg zal antiek damast exposeren en de firma Hoogerwou en Zn. te Boxtel ei gentijds tafellinnen. De porseleinfabriek Haviland te Limoges in Frankrijk toont serviezen, zowel eigentijds als antiek, die nimmer eerder in Nederland werden ge- exposeerd. De Keltum fabriek Van Kem pen en Begeer te Zeist is in de Van Ree kum-galerij vertegenwoordigd met eigen tijds zilver. De tentoonstelling geeft een overzicht van de tafelcultuur in de meest ruime zin van het woord en vooral gezien in verband met de geboorte, huwelijk en begrafenis. Er wordt een vaste lijn gevolgd van het verleden naar de toekomst. Dan is er een expositie van antieke zil veren gebruiksvoorwerpen vanaf circa 1700. De gedekte tafels zijn geheel in stijl. Tafellinnen, porselein, glaswerk en st'*ien zijn geheel aangepast aan de „leeftijd" van het zilver. Een tafel is gedekt met een damast uit 1700, voorstellende de ver overing van Boedapest. T\e antiektentoonstelling bevat vele voorwerpen, vervaardigd ir. Fries land en in Amsterdam, alsmede enkele uit het buitenland. Dikwijls gaat het om gebruiksvoorwerpen, die soms geheel in onbruik zijn geraakt, maar men treft er ook aan de kleine snuisterijen die ieder zich nog herinnert uit grootmoeders tijd, curiositeiten die thans niet meer gefabri ceerd worden. Zo is er een hele verzame ling merkwaardig klein zilverwerk, „speel goed", dat in vroeger dagen inderdaad als zodanig in gebruik is geweest. Bij alle voorwerpen is voor zover mo- Bewust wordt getracht de „museum neer het vervaardigd is. gelfjk aangegeven wie de maker is en wan- sfeer" die er rondom het woord antiek zweeft te doorbreken en het publiek er meer mee vertrouwd te maken, ook door mondelinge toelichting die tijdens de ten toonstelling gegeven zal worden. De men sen realiseren zich bijvoorbeeld zo weinig, dat tal van gebruiksvoorwerpen van nu nog slechts kort in zwang zijn en dat an dere die 100 jaar geleden gemeengoed wa ren nu in onbruik zijn. In een foldertje met illustraties wordt uiteengezet de ontwikke ling van ons huidige couvert en het mes vanaf de primitieve volkeren. Tijdens de tentoonstelling doet een vak bekwame zilversmid het edele ambacht, zoals het vroeger uitsluitend werd beoe fend, herleven. Hij geeft demonstratie en explicatie. De heer Zoutman toont er zich bijzonder verheugd over, dat de Veluwe, die min der rijk is aan cultuur op zilvergebied dan met name Friesland en een aantal kleine steden thans op deze wijze kennis kan ma ken met fraai zilver, zowel antiek als eigentijds. In de Van Reekum Galerij, zo bij uitstek als expositieruimte geschikt, mag wel eens iets anders getoond worden dan schilderijen of beeldhouwwerk, meent hij. In sommige opzichten heeft Apeldoorn veel allure en in andere weer heel wei nig. De heer Zoutman stelt zich voor, dat het prettig moet zijn op een dergelijke tentoonstelling als meneer of mevrouw „X" rond te zwerven. Voor musea heeft men vaak een enorme drempelvrees en sommigen stappen ook nog altijd moeilijk over de drempel bij een juwelierszaak. Overigens is het, zoals de heer Zoutman ons meedeelde tegenwoordig een geheel ander soort klanten dat de winkel binnen stapt dan vroeger toen er vaak aan adel lijke families werd geleverd die volgens de traditie geschenken kochten bij bepaalde hoogtepunten in een mensenleven. Dat zilver niet onbetaalbaar is komt door de machinale vervaardiging van zilveren voorwerpen, waarbij een deel van het handwerk is overgenomen door de ma chine. W/lj mochten in Zeist een kijkje nemen bij de „Koninklijke Van Kempen en Begeer" met de grootste produktie van zilver in Nederland. Rondgeleid werden we daar door adjunct-directeur Gustav Beran, de artistiek leider van het bedrijf, wiens creaties een internationale faam genieten. Wij bezochten er de koele klui zen, waarin het zilver wordt opgeslagen, zowel in plaat- als in korrelvorm en wij stonden er letterlijk voor hete vuren. Wij hoorden er over „echt" zilver, bij ons zonder meer zilver en de twee gehalten, waarin het zilver wordt geleverd. De keu ren zijn voor het eerste gehalte of Ster ling een staande leeuw,, voor het tweede gehalte een lopende leeuw met toevoeging van een keur, dat aangeeft op welk rijks kantoor van de Waarborg het onderzoek en de stempeling hebben plaatsgehad, zo mede jaarletter en meesterteken. Theele pels en dergelijke kleine voorwerpen zijn gestempeld met een zwaard en een mees terteken. In de produktie wordt onderscheiden 't „schepwerk", waartoe lepels, vorken en messen met holle heften worden gerekend Deze züveren handwerk-beker, een ontwerp van Gustav Beran en ge fabriceerd door de Koninklijke Van Kempen en Begeer, Zeist, is een ge schenk van de Raad van State aan prinses Beatrix. Men kan zich in onze gestroomlijnde tijd moeilijk voorstellen, dat in groot moeders dagen deze precieuze zil veren voorwerpjes als speelgoed door kinderen werden gebruikt. Zie foto links boven). en het servieswerk, waartoe theepotten, kinderbekers en dergelijke behoren. In le pels, vorken en messen is de grootste omzet te bereiken, omdat dit een noodzakelijk ge bruiksartikel is. Bij het fabriceren voor ex port moet de fabrikant er echter rekening mee houden, dat de in andere landen ge bruikelijke maten van diverse voorwerpen afwijken van die bij ons. /~)ok wat de vervaardiging betreft is er verschil tussen schepwerk en ser vieswerk. Voor de machine haar intrede deed in de zilversmidswerkplaats, kon men nog duidelijker onderscheid maken. Le pels werden toen uit een staaf zilver in de juiste vorm gesmeed, de bakken en de steel bij de aanhechting van de bak extra dik, om naar onderen toe vloeiend te ver lopen. Vaten en schalen werden uit een dunne plaat in de vorm geslagen of ge trokken, voeten, tuiten en hengsels aange- soldeerd. In plaats van met de hamer ge smeed te worden, worden nu de lepels tus sen twee stempels op de juiste dikte ge perst en daarbij gevormd. In plaats van gedreven wordt nu een schaal in de vorm getrokken door middel van dieptrekken en forceren. Omdat het arbeidsloon be steed aan een voorwerp niet in wanverhou ding mag komen te staan tot de waarde van het te gebruiken materiaal worden voorwerpen met veel arbeidsloon van edel metaal vervaardigd en niet van pleet, dat ook door deze fabriek wordt geleverd. Bo vendien speelt het aantal stuks, dat tege lijk in produktie gegeven kan worden een grote rol bij de prijsbepaling. De gravures en inscripties worden op echt zilver nog altijd met de hand aange bracht. Een zeer interessant onderdeel van de fabriek, ons door de heer Beran met ge rechtvaardigde trots getoond, is de gereed schapsmakerij waar de snij-, pers- en trek- stempels, hulpstukken, forceerklossen en andere benodigdheden voor de vormgeving van de te fabriceren artikelen worden ge maakt. Enkele tientallen jaren geleden moet een bezoeker bij het betreden van een werk plaats, waar tafelzilver gemaakt werd, wel een totaal andere indruk hebben ge kregen dan thans het geval is. Vele werk zaamheden geschiedden in die periode bij na uitsluitend met de hand, waarbij de vaardigheid van de ambachtslieden an ders was gericht dan nu. Met primitief lij kende middelen werden echter fraaie re sultaten bereikt. Deze methoden zijn ech ter achterhaald door de moderne techniek, althans in de meeste gevallen. Voor enke le exclusieve produkten, waarbij het meestal gaat om een of weinig meer stuks is het niet lonend om moderne werktuigen te maken. WTij zagen de vele bewerkingen van kap- pen, walsen en gloeien, die het mate riaal moet ondergaan voor het bestek en het serviesgoed een weivoorziening tafel kan sieren. Ook brachten wij een bezoek aan de afdeling waar ronde en ovale voor werpen in de juiste vorm worden gefor ceerd .Vervolgens bezichtigden wij de af deling montage, een handwerkafdeling die feitelijk nog een overblijfsel is van het oude zilveratelier. Hier worden ook thans nog wel serviezen in bijzondere opdracht uit de hand gemaakt. In verreweg de meeste gevallen worden evenwel de onder delen voor het serviesgoed machinaal ge perst en op deze afdeling gemonteerd. Een prachtig precisiewerk is het uitzagen met de hand van een broodmand. Het proces van het slijpen en polijsten brengt de finishing touch aan de te leveren zilveren produkten. Bij de artikelen uit ander ma teriaal volgt dan nog het verzilveren. Voor de leek merkwaardig is de werk wijze van de precisie-gieterij, waar vol gens het verloren was-procédé voorwer pen worden gegoten, die zich door hun ge compliceerde vorm niet lenen om geperst te worden. De voorname showroom, waarin onder het zilverwerk opviel het prachtige avond- maalszilver en waarin verder sieraden, or detekens, medailles, bekers en een beeld,- allemaal vervaardigd in de fabrieken te Zeist, Voorschoten of Coevorden, worden getoond, gaf ons een kostelijk voorproef je van wat ons ia Apeldoorn te wachten staat.

Digitale periodieken - Gemeentearchief Veenendaal

De Vallei | 1967 | | pagina 10