Door het oog van de naald (deel II)
„Dan mij maar neerschieten"
MINI-MOLENS
ALS SOUVENIR
mm
Vught
Zuster Elly
Afspraak
Wachtwoord
m mm
w
m i
m w m
m
9
m
i
m m
m
m
m m M
m m
m
mm
Ons ware verhaal
door Rik Valkenburg
DAMMEN
51
s
s -
V
p i f
0 p W
door J. M. BOM
OPLOSSING
BRIDGE
door H. W. FILARSKI
OPGAVE
SCHAKEN
door H. KRAMER
u i.
laf 9 9
Al
KRUISWOORDRAADSEL
WmMM
I w M
Op het tijdstip dat agent Klein
met zuster Elly zijn gedurfde plan
zou gaan uitwerken, in het Johan-
niter-ziekenhuis, om Gerrit Simon
Blokker te laten ontvluchten, komt
hij tot de ontdekking dat de wacht
bij de patiënt, tevens arrestant van
de Duitse politie, verdubbeld is.
Klein zal dus niet langer alleen de
de bewaking hebben, maar met nog
een politie-beambte! Dat is slecht
nieuws. Hierdoor kan hun plan, dat
zuster Elly agent Klein onverhoeds
zou overvallen en bewusteloos ma
ken met een prop in ether gedrenkte
watten, niet dooragan. Jammer, het
zat zo aardig in elkaar....
Op 13 juli 1944 dient agent Klein een
protest in tegen de maatregel van de
verdubbeling van de wacht in de zie
kenkamer van arrestant Blokker. Zijn
ageren heeft echter geen succes. Ei
genlijk had Blokker er zelf schuld aan,
want hij had voorspeld, dat zijn ka
meraden zeker zouden komen om
hem te ontzetten. Daardoor werd de
politie uiteraard argwanend.
Het zag er niet best uit voor Blok
ker, de jonge KP'er uit Heiloo. Zijn
wond genas en hij kon dus spoedig
bericht krijgen van de SD uit Arn
hem, voor een verder verhoor en een
daarop te volgen straf. De 13e en
14e en 15e juli verliepen zonder dat
er iets bijzonders gebeurde. Reikhal
zend zag de jonge Blokker uit naar
hulp van zijn Heiloo'se KP kamera
den. Maar steeds tevergeefs. Hij be
gon de toestand somber in te zien en
probeerde zich aan strohalmen vast
te klampen.
Op 15 juli komt er een telefoontje
van de SD uit Arnhem dat patiënt ar
restant Blokker op 17 juli zal worden
overgebracht naar het concentratie
kamp te Vught. Dit bericht slaat als
een bom in. De Bennekomse vrienden
stellen alles in het werk om er nog
iets aan te doen. Omdat er nog steeds
geen bericht is van de KP uit Heiloo,
gaat W. de Nooy met de meeste spoed
persoonlijk naar Heiloo om contact op
te nemen en de situatie uit te leggen.
„Het was op een zondagmiddag,
dat ik daar aankwam. De contacten
liepen langs de geëigende wegen. Ik
kwam terecht bij een predikant die
mij weer andere adressen aan de
hand deed. Spoedig kwam ik iets be
langrijks te weten"... aldus de heer
Het was inderdaad belangrijk nieuws
wat De Nooy te horen kreeg. De Hei
loo'se KP was al op weg naar Benne-
kom. Onder hen waren twee pittige
kerels, Thijs en Karei die op zich
genomen hadden hun vriend te gaan
bevrijden.
Ze melden zich bij dr. Ferguson,
want dat is de man die hen gebeld
heeft. De dokter gaat gelijk op bezoek
bij Klein, om hem op de hoogte te
stellen. De actieve agent is natuurlijk
onmiddellijk weer bereid om er iets
aan te doen. „Laat ze maar bij mij
komen voor een bespreking", is zijn
bescheid. „Om drie uur worden Was-
sink en ik afgelost, waarna ik direct
naar huis ga. Dan kunnen ze bij mij
thuiskomen"...
Om kwart over drie zijn Thijs en
Karei als afgevaardigden ten huize
van de heer M. R. Klein aan de
Veenderweg. Ze zijn het er spoedig
over eens dat er iets móet gebeuren,
om Blokker te bevrijden. Maar er
moet rekening worden gehouden met
represailles tegen de politie, de dokto
ren en de directrice. Ze zullen er voor
zorgen dat deze mensen geen over
last zullen ondervinden van hun be
vrijdingsactie. Daar is een ingenieus
plan voor nodig. De zaak wordt van
alle kanten bekeken. Er mag niets
fout gaan!...
Agent Klein begint over Elly, de
verpleegster, dat die wel zal' willen
helpen. De KP'ers informeren wie die
Elly wel is. Klein vertelt dat zij een
ondergedoken ziekenverpleegster is,
die nergens voor staat. Zij is onge
veer 23 jaar en wil evenals haar ver
loofde, een zeeman, voor het vader
land vechten. De KP mannen voelen
er wel voor om dit meisje in hun
plannen te betrekken. Er wordt ge
zocht waar zuster Elly is. Het blijkt
dat ze momenteel als verpleegster
dienst heeft, terwijl haar patiënt ster
vende is. Zij kan dus niet weg. Een
stervende in de steek laten doet zij
niet. Ze spreken af om dan om 8 uur
weer samen te komen, ten huize van
De Nooy.
Zondagavond 8 uur zijn de mannen
op tijd bijeen. Het is acht uur en
juist op dit moment sterft de patiënt
die aan Elly's zorgen is toevertrouwd.
Om half negen is zij ook aanwezig.
Zuster Elly heeft vroeger in het Jo-
hanniter-Ziekenhuis gewerkt en kent
de weg daar dus goed. Zij is in staat
de buitendeur te openen, zonder dat
iemand het merkt. Angst kent ze
schijnbaar niet. Alles wat ze haar
vragen wil zij doen, al is het nog zo
De heer M. R. Klein, die in de oorlog
in het huwelijk trad.
De vroegere woning van agent Klein. Te
genover hem woonde de heer W. de Nooy.
In deze woning vergaderden de K.P.ers.
O
riskant. Het wordt een machtige af
spraak. Een grandioos plan, zonder
overlast voor anderen.
Ma&r„ dan moet er iemand zijn,
die de zwaarste last op zich neemt.
Hoewel hoofdagent M. R. Klein daar
momenteel op geen enkele wijze om
geëerd wil worden, was toch hij 't, die
zich toen beschikbaar stelde voor een
portie moordend lood...
Wat is namelijk het geval?...
Er wordt afgesproken dat Klein
vanavond om tien uur in het zieken
huis zal komen. Daar zal dan ook
een Edese agent verschijnen, als dub
bele wachtpost. Wie dit worden zal,
weet niemand. Het kan een goeie, maar
ook „kwade" zijn. Deze agent moet
dus uit de kamer van Blokker worden
weggeroepen, op de één of andere
manier, maar dan moet men zijn
naam weten. Ze zullen hem buiten
gevecht stellen op een ongevaarlijke
wijze. Het plan is dat dokter Fergu
son na tienen nog even naar de patiënt
zal komen kijken. Dan zal Klein hem
de naam noemen van de Edese agent.
Ferguson zal deze naam doorgeven
aan Paul de Nooy, die op het toestel
van dr. Van Omme het ziekenhuis zal
opbellen.
Hij zal de agent aan de telefoon
roepen met het voorwendsel, dat hij
door het politiebureau in Ede is op
gebeld. Zodra de agent naar bene
den gaat en in het telefoonkamertje
terwijl zuster Elly hem zal bedwel
men. Daarna gaan de KP'ers naar
boven, om Blokker te bevrijden.
Maar dan „stuiten" ze op zijn be
waker, agent Klein. Deze biedt „hef
tige" tegenstand en schiet op hen.
Dan echter zal de KP hém neer
schieten... Er is geen speld tussen
te krijgen. Wat agent Klein betreft,
wel een kogel!... De jonge agent
riskeert het!
De KP'er Thijs zal schieten. Er zijn
wapens meegebracht uit Heiloo, on
der in een mandje met aardbeien. „Die
aardbeien hebben wij nog opgegeten",
weet mevrouw De Nooy zich nog te
herinneren.
's Avonds gaat Willem de Nooy op
en de Halderbrinkweg. Hij zal de KP-
mannen opwachten, om hen straks
verder te bregen. Op het afgesproken
tijdstip ontmoeten ze elkaar. Ze zijn
niet ver van het Johanniter-zieken-
huis. Nog enkele ogenblikken, dan
zullen ze hun slag slaan...
Naar aanleiding van een artikel
in Boeree's Kroniek van Ede,
brachten wij een bezoek aan de he
ren W. de Noo en M. R. Klein, te
Bennekom. Het verhaal van een
ontvoering uit een ziekenhuis blijkt
dan volledig op waarheid te berus
ten en er is geen fantasie bij. Staal
tjes van moed en durf, die de be
trokken personen echter louter als
plicht beschouwen.
Het had echt wel wat voeten in
aarde om de mannen aan het spre
ken te krijgen. Een motief voor de
heer De Nooy, Veenderweg SIf was
de opmerking van zijn vrouw: „Mis
schien eren wij hierdoor de nage
dachtenis van mijn beste vriendin,
zuster Elly".
Ook de heer M. R. Klein, hoofd
agent te Bennekom, volgens De
Nooy, de hoofdrolspeler) gaf zich
niet zomaar gewonnen. Maar we
hadden geluk. De heer Klein ging
advies inwinnen bij een collega op
het bureau, om te horen wat die er
van dacht. En laat nu die collega
hoofdagent Noortmans zijn, die in
de oorlogsjaren in Veenendaal stond
en er samen met zijn collega de
heer W. van Bruggen (nu adjudant
te Veenendaal) lieél wat beleefde.
Het ijs was toen direct gebroken.
Alles stélde de heer Klein in het
werk om ons van dienst te zijn. Het
frappante was dat de heer Noortmans
voorkomt in het nieuwste, D.V. bin-
nekort te verschijnen oorlogsboek
„Ondanks het moordend lood" van
schrijver dezes, waar ook dit ver
haal voor bestemd is. In de eerste
aflevering werd beschreven hoe
agent Klein samen met zuter Elly
een plan de campagne opwierp
om de gewonde arrestant Blokker
uit het ziekenhuis te bevrijden.
Om tien uur op deze 16e juli, wordt
de wacht in het ziekenhuis afgelost.
Het is nu de beurt aan agent Van der
Boom, uit Bennekom, met een Edese
collega, de patiënt-arrestant te gaan
bewaken. Maar agent Klein had de
Bennekomse hoofdagent Wassink mee
gedeeld, dat hij deze nacht voor Van
den Boom zou invallen. En zo ver
schijnt om 10 uur agent Klein ten to
nele. Hij is benieuwd wie de Edese
collega zal zijn. Even na tienen weet
hij het. Het is de agent Eilander. Een
momen t later komt dokter Ferguson
de ziekenkamer op, om nog even
naar de patiënt te kijken. Klein loopt
met de dokter mee de gang op en
noemt zachtjes de naam van de agent.
Het klinkt als een wachtwoord:
EILANDER.
Ferguson zorgt ervoor dat de naam
wordt overgebracht aan Paul de Nooy.
Na enige tijd zegt Eilander tegen
Klein dat hij graag wat wil lezen, of
het dus goed is dat hij op de boven
gang gaat zittem. Klein heeft daar
geen bezwaar tegen en neemt zelf
plaats bij het bed van Blokker. Na
een poosje wordt Eilander onrustig
en zegt tegen Klein: „Ik heb het ge
voel dat er vannacht wat gaat ge
beuren". Klein antwoordt: „Ben je
mal, kerel. Het is al zo veel nachten
goed gegaan, het gaat vannacht ook
wel weer goed en morgen gaat deze
vent naar Vught, dat zijn wij van
hem af"... Eilander gaat weer zitten
lezen.
Buiten sluipen enkele mannen, door
de vallende duisternis, naderbij, de
wapens klaar voor gebruik... Een een
zame figuur loopt naar de buitendeur.
Een zuster!....
EDE De Doesburgermolenweg
doet zijn naam eer aan. Niet zozeer
omdat er de oude, uit 1507 daterende,
molen staat, doch ook door een aantal
miniatuur molentjes van ruim 1.80 m
hoog. Bij het minste zuchtje wind be
ginnen de wieken lustig te draaien, wat
een vrolijk schouwspel oplevert tegen
een achtergrond van het bouwland.
Ze staan in een stuk tuin van de heer
Brouwer, die aan de Doesburgermo
lenweg woont en werkt. De heer Brou
wer mag men een alles-maker noemen.
Zelf zegt hij veel ambachten te hebben
gehad maar ook veel ongelukken. Daar
door is hij van alle markten thuis.
Het is moeilijk te zeggen wat zijn be
roep is. Hamer, boor of zeis, hij kan
met alles overweg. Het is hem daarom
om het even welk instrument hij in
handen krijgt, de kost verdienen voor
zijn gezin is het enige wat hem interes
seert. En plezier in het werk, niet te
vergeten!
De molens behoren niet geheel tot
zijn werk. Hobby, zegt de heer Brou
wer. Hij gaat slechts molens bouwen
als hij zin heeft. Hij weet daarom niet
hoelang hij over een exemplaar doet.
Zagen en timmeren geschiedt zeer on
regelmatig. Zo in verloren momenten.
Waar de molens blijven? Ze gaan
naar het buitenland. Waar, weet de
molenbouwer niet. Een paar maal per
jaar komt er iemand om ze op te ha
len. Misschien pronken ze nu in de tuin
van meneer die of die, als herinnering
aan een vakantie die eens in Nederland
is doorgebracht.
Winst zit er niet aan de souvenir
industrie, tenminste niet aan deze. Veel
uren en veel materiaal gaan erin zit
ten. Alleen bij een massaproduktie, en
dan nog machinaal vervaardigd, kan 't
wat opleveren. Maar daar is het dan
ook liefhebberij voor.
In een klein pakketje gaan de molens
weg, ze zijn namelijk demontabel. Weer
en wind kunnen ze doorstaan, want ze
zijn door een speciale bewerking wa
terdicht. De wieken zijn gelagerd, hier
door draaien ze „licht en vrolijk".
Het ontwerp? Natuurlijk van mezelf,
zegt de gastheer. Alles doe ik zelf.
Op bestelling voor de toeristen mo
lentjes maken zit er niet bij. Dan is het
geen hobby meer. En bovendien het ge
zeur om de prijs. Nee, alleen bouwen
als er zin is. De heer Brouwer is niet
graag gebonden. Het zint hem toch niet
zo in ons land met al zijn wetten, bepa
lingen en verordeningen. De bevolking
wat vrijer laten zou hem zeer welkom
zijn.
Molens bouwen is geen alledaagse
liefhebberij. Als iemand graag een mo
len in zijn tuin(tje) wil laten draaien,
is het aan te bevelen ze zelf te gaan
maken. Het vult de vrije tijd goed en
het is eens wat anders. De heer Brou
wer heeft er plezier in!
DE KLASSIEKE spelvorm heeft
vooral de laatste jaren weer
plaats moeten maken voor andere
strategische systemen. In onze dy
namische tijd schijnt geen plaats meer te
zijn voor de zich langzaam en fijnzinnig
ontwikkelende manoeuvres, die zo eigen
zijn aan dit mystieke genre. Velen van
de allergrootsten hebben erin geschit
terd: Fabre, de meester ln de fines
se-combinatie Ghestem de grondlegger
van de tempotheorie. Roozenburg, de vir
tuoos van de complicatie en last but not
least Baba Sy, wiens Intuïtie in de meest
onschuldig aandoende posities de verras
sendste winstgangen creëert.
Hieronder een voorbeeld van dit sta
tische onderdeel:
Wit: Baba Sy; Zwart F. Gordijn (WK
I960).
1. 32—28 18—23: 2. 34—29 23x34; 3. 40x29
12—18; 4 37—32 7—12 5. 4137 19-23: 6.
28x19 14X34; 7. 39x30 20—25; 8. 44—40
25x34; 9. 40x7» 10—14; 10. 35—30 14—19; 11.
30-24 19x30; 12. 29—23 18x29; 13. 33x35
Aldus een goede, maar weinig interessan
te opening. In de hergroepering zoeken
beiden het klassieke genre als uit
gangspunt: 13 5—10; 14. 50—44 10—14;
15. 44—39 12—18; 16. 46—41 1—7; 17. 45—40.
De Senegalese -ootmeester hecht weinig
waarde aan dit „tientje uit de hoek", dat
door vele classici vaak tot laat in het
middenspel wordt bewaard. Waarschijn
lijk hierdoor geïntrigeerd, drijft zwart
nu naar een kla&ieke opstelling 17
7—12; 18 40—34 18—23; 19. 38—33 12—18; 20.
42—38 14—19 21. 47—42 9—14; 22. 32—28
23x32; 23. 37x28 17—12 24. 41—37 18—23; 25.
37—32 14—20; 26 31—7 4—9 27 27—22!
Dreigt over te stappen naar een aan-
valspartij, waarom zwart riposteert met:
27. 11—17; 28. 22x11 6x17; na (16x7)
volgt 28—22! met scherpe aanval. 29.
36—31 8—12; 30. 31—27 12—18 31. 34—30
20—24; 32 39—34 15—20 33. 30—25 2—8; 34.
25x14 9x20; 35. 43—39 20—25; 36. 48—13
8—12; 37. 34—30 25x34: 38. 39x30 (zie dia
gram).
Er is nu een van de vele laat-klassieke
stellingen ontstaan, waarin zwart kampt
met een temponadeel van 4. Hierdoor
blijft nu ook de „ruimte vergrotende"
Ghestem-uitval door (23—29) zonder suc
ces b v. (23—29) 49-44 (3—9) 30—25 (9-14)
43—39 (21—26) 42-37 (17—21) 35-30 enz.
met heel slecht spel voor zwart!
38 21—26 39. 43—39 3—9; Niet (26—31)
27x36 (18—22?) wegens 32—27 40. 39—34
17—21: 41. 42 -37 9—14; 42. 49—44 12—17;
43. 44—39 De stelling is: „uitgespeeld'
zoals dat in vaktermen heet. Zwart meen
de hier. dat het terugnemen van twee
tempi door 4317—22? afdoende was.
Aan de lezers de dubbele opgave deze
week:
Hoo maakte Baba Sy van deze fout
gebruik en wat had zwart wel moeten
spelen?'
De stand was:
Wit (Wiersma) 24, 25, 27, 29, 31. 32, 33.
36 37 38 42 43 44 45 48. 50 (16 St).
Zwart (Tsjegolev) 1, 3. 4, 8, 9, 11, 13.
14, 15, 16 17. 18. 20, 21, 22, 26 (16 st).
Hier speelde wit 44—40. Daar 43—39 uit
geschakeld is door (22—28) zouden over
blijven 4439 of 4540. Op beide echter
zou volgen: (18—23!!) 29x18 (20x29) 33x24
(22—28) 32x33 (21x41) 36x47 (26x37) 42x31
(13x22) 24—19 (gedw.) met zeer moeilijk
spel voor wit!
OOST had in onderstaand partijtje
tegen Collings (noord) brutale bod
van zes harten al een onverwacht
succes geboekt: hij kon de eerste slag
introeven. Daarna stond hij voor het
probleem wat terug te spelen en later
bleek, dat daarvan alles afhing zoals u in
volgend diagram kunt zien:
A 4
10 9
OB98765432
-
4 B 9 7 5 3 2
8 7 4
H V 10
6
H 10 8 6
6 3
-
A H 10 9 7
4 3 2
V
9AHVB52
O A
4 A V B 8 5
Zuid gever, allen kwetsbaar. Het bie
den verliep: zuid twee klaver noord
twee ruiten zuid twee harten noord
drie rutten - zuid vier klaver noord
vier ruiten zuid vier harten noord
zes harten einde.
Tegen zes harten begon west met rui-
tenhee"die door oost met harten drie
werd afgetroefd zuids aas viel. In de
roes dezer overwinning dacht oost nog
nauwelijks na en hij trok in slag 2 een
kleine troef (harten) na.
Dit bleek een misgreep, want nu was
het mogelijk noords ruitens vrij te spe
len. Slag 2 was dus voor harten negen ln
noord, daarna werd een ruiten afge
troefd met hartenaas, noord kwam op
nieuw aan slag met harten tien en
nogmaals ruiten, getroefd met harten
heer, maakte de kleur vrij.
Nog één troefje halen, noord daarna in
schoppen aan slag brengen en de buit
Was binnen!
Het doeltreffende tegenspel zou ge
weest zijn: in slag 2 een schoppen (uit
oost) naspelen waarbij de schoppen
heer voorkeur verdient. Schoppenheer
elimineert in elk geval noords zekere
entree, waarna de ruitenkleur waarde
loos wordt.
WIJ begrijpen natuurlijk wel, waarom
oost verkeerd tegenspeelde: hij had ln
slag 1 de ruitens van de tafel niet
geteld en er dus niet bij stilgestaan dat
die kleur vrij kon worden en hij
hoopte natuurlijk dat zijn partner (west)
tenminste wel hartenboertje zou hebben.
Beter tellen en beter nadenken hadden
hem kunnen doen inzien, dat het spelen
van schoppenheer in alle omstandighe
den een winstvariant zou moeten zijn.
Dat is nu voorbij, want Mimmo en
Pabis hebben zich tot een hoogte opge
werkt die nauwelijks te evenaren, laat
staan t« overti effen valt.
Het onderstaande slemspel dat D'Aielio
tijdens de Italiaanse kampioenschappen
1967 maakte, aarzel ik niet als (voorlopig)
de beste partij van dit jaar te bestempe
len.
Het is haast ongelooflijk, dat bij dit
aan de tafel wist te vinden. Zelfs de
4 x 13 open kaarten die ik u thans geel,
is het nog helemaal niet eenvoudig tot 12
slagen te komen.
H 9 3
A V 2
O A 7 5 3
V43
V 10 8 5
H B 4
O H V 8 2
«f» B 10
4
O 7 6 5 3
O 10 9 6 4
f 9 8 5 2
De vorm waarin sommige spelers van
het Italiaanse wereldkampioensteam de
laatste maanden spelen, overtreft aJies
wat wij al voor fraais In het verleden
van hen gezien hebben. Een paar laar
geleden gold Mimmo D'Alelio mot zijn
partner Camlllo Pabis Ticci als het
eerste „reservepaar" voor de grote kam
pioenschappen.
A B 7 6 2
10 9 8
O B
f A H 7 6
NZ bereikten zes schoppen, zonder
enig bieden van OW. West doubleerde
dus evenmin en toch, onwaarschijnlijk
als het lijkt wist D'Alelio in de prak
tijk twaalf slagen te maken! Doet u het
hem met open kaarten na laten we
zeggen, binnen twintig minuten??
EEN VAN de belangrijkste par
tijen uit de wedstrijd om het
kampioenschap van Nederland is stel
lig het onderstaande treffen tussen
Ree, die tenslotte tezamen met Bouw
meester de eerste plaats zou bezet
ten, en de internationale meester Kick
Langeweg. Het treffen vond plaats in
de 9de ronde en het leverde Ree zijn
4e overwinning in successie op. Voor
de vele belangwekkende partijen uit
de wedstrijd mag ik overigens ver
wijzen naar het toernooibulletin, dat
voor een prijs van 2 te bestellen is
bij de secretaresse van de K.N.S.B.,
mej. Bakker, Beethovenstraat 64-IV,
Amsterdam-Z (postrekening 109281).
Wit: H. Ree. Zwart: K. Langeweg.
(Zierikzee 1967). Mimzo-Indische ver
dediging.
I. d2-d4, Pg8-f6 2. c2-c4, e7-e6 3.
Pbl-c3, Lf8-b4 4. Lcl-g5. (Deze min
der bekende voortzetting voert ge
woonlijk tot levendig spel. De zet
werd veel gespeeld door Spassky en
Donner.) 4. h7-h6 5. Lg5-h4, c7-c5
6. d4-d5, d7-d6 (Volgens Pachman is
het ondernemende 6b5 de kans
rijkste voortzetting.) 7. e2-e3, Lb4xc3
8. b2xc3, g7ng5 9. Lh4-g3, e6-e5 10.
Ddl-c2, e5-e4!? (Doorkruist wits plan
om met Ld3, f3 en Pe2 een sterke
aanvalsstelling op te bouwen, zoals
o.m. bekend is uit een partij Keres -
O'Kelly, Boedapest 1952.)
II. h2-h4, Th8-g8 12. h4xg5, h6xg5
13. f2-f4!, g5xf4 14. Lg3xf4, Dd8-e7 15.
Pgl-e2, Pb8-d7 16. Pe2-g3, Pd7-f8 17.
0-0-0, Lc8-d7 18. Thl-h6 (Wit heeft
een uitstekende stelling opgebouwd.
Zijn loperpaar komt goed tot zijn
recht, de e-pion is hulpbehoevend en
op de rechtervleugel heeft hij duide
lijk terreinvoordeel. Daar staat slechts
tegenover dat zijn pionnenstelling
verzwakt is.)
18Tg8-g6 19. Lfl-e2, Tg6xh6
20. Lfxh6, 0-0-0, 21. Tdl-hl, Pf8-h7
22. Lh6-f4, Td8-e8 23. Thl-h6. (De
toren oefent van hier uiteen lastige
druk uit.) 23Kc8-c7 24. Dc2-dl,
Te8-g8 25. Ddl-hl, Ph7-f8 (Geeft de
tegenstander gelegenheid tot het vol
gende kwaliteitsoffer. Solieder maar
ook passiever was 25Tg7.)
26. Th6xf6, De7xf6 27. Pg3xe4
Df6-g7 28. Lf4xd6 t Kc7-c8 29.
Ld6-c5, f7-f5 30. Pe4-d6 t, Kc8-c7 31.
Kcl-d2, Dg7xg2 32. Dhl-h4!
(Terecht speelt wit op aanval. Het
eindspel na 32. Dxg2, Txg2 33. Pb5 t,
Llb5, 34. cxb5, f4! zou zwart goed
tegenspel verschaffen.)
32. b7-b6 33. Lc5-a3, Dg2-g5 34.
Dh4-h2. (Dreigt 35. Pb5 t en mat.) 34.
Dg5-g3 35. Dh2-h6, Pf8-g6? (be
ter was herhaling der zetten door 35.
Dg5.) 36. Dh6-h7! (Valt niet al
leen de toren aan maar dreigt ook
Pxf5.) 36f5-f4. (Op 36Ph4
kan 37 Pb5 t, Kc8 38. Pxa7 t volgen.)
Het probleem van de week: hoe
b
7
0
5
4
3
2
1
abcdefgh
weerlegde de witspeler zwarts ver
rassende 36e zet? De oplossing komt
in de volgende rubriek.
OPLOSSING
De stand was: Wit: Kgl, Df6, Tdl
en el, Lc2 en g5, pionnen a2, b2, f2
en g2. Zwart: Kg8, Dc7, Te8 en 17,
Le6, Pc4, pionnen a6, b5, d4, h5, en
h7. In de partij Sdholl Zuidema
volgde: 27. Lc2xh7 t!, Kg8xh7 28.
Df6-h6 t, Kh7-g8 29. Dh6-g6 t, Kg8-h8
30. Dg6xh5 t, Kh8-g7 31. Dh5-<h6t,
Kg7-<g8 32. Dh6-g6t, Kg8-h8, 33.
Tel-e4! en zwart gaf het op.
Horizontaal:
1. nogal
6. iets prettigs en nuttigs
12. godheid
14. geregelde toestand
15. eiland in de Midd. Zee
17. zoogdier
19. plaats in Overijsel
20. plaats in Drente
21. troetelnaampje
22. bouwland
23. bergplaats
25. vrouw van Aegir
20. getal
28. noot
29. geheel de uwe
30. daar
31. jongensnaam
34. jong dier
37. gulzigaard
38. af
40. diepe afkeer
42. plant
44. voorzetsel
45. opstootje
47. voorzetsel
48. attentiesein
50. familielid
51. familielid
53. plaat
55. gevoelig verslaan
56. dans
58. vogel
60. doorgang
61. soort verhalen
63. verharde huid
60. zoogdier
67. godin
68. soort stroop
Verticaal:
1. omhooghalen
2. voertuig
3. gemeenteweide
4. Europeaan
5. lekkernij
7. maat
8. onverstandig
9. lichaamsdelen
10. plaats in Azië
11. intellectuelen
13. concurrent
10. indien
17. zoogdier
18. tiideliike verblijfplaats
19. lied
24. dat is te zeggen
27. lichaamsdeel
31. uitroep
32. baan voor balspel
33. soort haver
34. smart
35. plaats in Brabant
36. soort wortel
39. tobben
41. man
43. plaats in Friesland
45. deel van het lichaam
46. slof
48. lied
49. metaal
51. bezitt. vrnwrd.
52. mythologische figuur
54. getal
57. vandaag of morgen
59. godin
u2. vogel
64. Chinese maat
65. voorzetsel
Oplossing vorige cryptogram
Horizontaal: 1. noenmalen, 6. pe
kel, 9. rekenen, 10. opstand, 11. al
leen, 12. akkerman, 14. kniesoren, 15.
Anlo, 18. aria, 20. preektoon, 24. le
vendig, 25. ijverig, 27. chocola, 28.
termiet. 29. teder. 30. domineren.
Verticaal: 1. narwal, 2. enkelen, 3.
mankeren, 4. lens, 5. noodkreten. 6.
passen, 7. krammen, 8. ledepop, 13.
booreiland, 16. daglicht, 17. Stavo
ren, 19. invloed, 21. opruier, 22. in
voer, 23. agaten, 26. stam.