Veel winkeliers staan achter ,Lijnbaanplan' K.W.F. collecte weer op komst Van Velumezand naar Betume klei Bloedafname- avond in Irene VAN DER KOLK VEENENDAAL N.V. VAN DE POLLONEENS MET WETHOUDER Geslaagd VERKEERSDRUKTE BRENGT WINKELCENTRUM OM ZEEP" Financiën Oorzaak van boerderij brand Ingen nog een raadsel MIST u uw Gratis transport na melkdiefstal HORLOGERIE VAN MANEN Dank voor vakantie Ds. Muilwijk naar Opheusden VAN WOUT BLAUWKOUS VEENENDAAL - Veel winkeliers uit de Hoofdstraat te Veenendaal staan achter het plan van de kunsthandelaar P. W, M. van de Poll om de Hoofdstraat voor alle verkeer te sluiten en er een uniek winkelcentrum voor deze streek van te maken. Dit bleek uit de vele reacties die de vooruit strevende winkelier heeft gekregen op zijn uitlatingen in een interview vorige week in ons blad. Verder bleekdat ook het kopend publiek reikhalzend uitziet naar drastische veranderingen in de huidige situatie van Veenendaal als koopcentrum van de streek. De heer Van de Poll toont zich overigens verontwaardigd over het commentaar van de wethouder van openbare werken van Veenendaal de heer Ant. de Ruiter: „Hij dwingt mij hem van repliek te dienenmeent hij. VEENENDAAL dagblad DE VALLEI 10550 11079 KELTUM SOLA elite Permanent FORD-show in showroom -• m EENZIJDIG SOLLICITATIE DOOP VOORZICHTIG AAN DE SLAG „Hier magge ze zeker wel kijke", ver onderstelde Dikke Piet toen we met z'n vieren een poosje gezeten hadden op de publieke zitbank, schuin tegen over het gele bejaardenhotel aan de Kerke wijk. Het duurde even voordat Piet de aandacht van ons, de andere drie, te pakken had. Hij liet z'n hand globaal in de richting van het hippe gebouw beven. Het stond daar met z'n oranje markiezen een hoeveelheid levensvreugde uit te stralen alsof het dienst deed als jeugdherberg in plaats van als be- j aardencentrum. Piet had aan z'n gebaar niet genoeg om het ons duidelijk te maken. We zagen het niet zo gauw. Na enige toelichting begrepen we wat hij op het oog had. Een ijzeren staketsel boven op het bouwwerk. Een anten ne, daar viel niet aan te twijfelen. Het had meer buiswerk overdwars dan nodig om een eenvoudige radio te la ten spelen. Daarom stelde Piet vast dat er achter de gele muren televisie kon worden gekeken. En niet maar zo'n klein beetje ook, want naar de afmetingen van het apparaat op het dak gerekend, moest het heel wat beeldbuizen aan de praat kunnen houden. „En nou vraag ik me toch af', zei Piet, „waarom hier wel en die ouwe minsen in de Klei niet." Op dat moment hadden we hem volle dig door. Piet gooide de zaak Reste ren ter discussie. Hij verwachtte van ons een antwoord op de vraag of iemand die aan de avond van z'n le ven is gekomen wel of niet naar de televisie mag kijken. En of iemand die vergeleken bij de mensen voor wie hij of zij de verantwoording heeft nog maar pas komt kijken het recht heeft om te zeggen: „Nee, opa, 't is niet goed voor je, hier wordt niet gekeken." Kijken op zich kan geen kwaad, dach ten we stuk voor stuk. Maar wat. Op het journaal rustte geen enkele ver denking. De Teleac ook niet. Pipo haalde de onschuldigheid ook, hoewel iemand opmerkte dat het ondanks al les een overblijfsel was van het cir cus, het „duvelse beestenspul", waar we vroeger een straatje voor om moesten lopen. Ook vonden we dat het probleem voor jongelui beslist anders ligt dan voor ouden van dagen. Wat de laatste soort betreft: er kan niks aan de op voeding worden verprutst. Nee, we konden met de beste wil van de wereld de uitvinding niet in haar ge heel afkeuren. Als er maar met over leg gekeken wordt. En vooral in groepsverband, want daar steekt de een de ander aan. Zelfs bejaarden in al hun bezadigdheden. Volgens ons had de 80-jarige die eens Bonanza heeft uitgedraaid, omdat er na een kwartier nog geen enkele comboy om zeep geholpen was, z'n hartstochten te veel de vrije loop ge laten. Zo'n gedrag past in de huiska mer niet, laat staan in de rooksalon van een bejaardentehuis. Alles met mate. Praten en tv-kijken. Een middagje conversatie kan soms pikanter zijn dan een compleet week- programma van de televisie. „Och", zei één van ons, toen we al overeind gekraakt waren om naar de boterham toe te schuifelen, „van ouwe mensen maken ze zo vaak meubelstukken. Er worden hele rust huizen smaakvol mee ingericht. Of particuliere woonhuizen. Ik heb een poosje bij m'n dochter in gezeten. Ik mocht altijd loge bij de televisie zit ten. De beste stoel. Recht voor de kast. Op de goeie afstand voor de ogen. Maar als-t-er visite kwam bleef het ding an. „Want" zeiden ze dan, „opa kijkt toch zo graag." Maar dat was 't niet. Ik mocht niet meepra ten. Ik moest kijken. En als 't zo is kun je beter in een be jaardentehuis zitten. Zonder televisie. Wout Blauwkous RHENEN De afdeling Rhenen van het Nederlandsche Roode Kruis organi seert op dinsdag 5 september in ge bouw „Irene" weer een bloedplasma- avond. RHENEN De Rhenenaar E. P. Baars, Kerkplein 30, is te Utrecht ge slaagd voor het diploma boekhouden. ADVERTENTIE 5? Uit de reacties, die de heer Van de Poll heeft gekregen op zijn „Lijn baanplan" blijkt wel, dat vrijwel ie dereen er de noodzaak van inziet dat de Hoofdstraat in Veenendaal zo gauw mogelijk bevrijd wordt van de ver keerschaos die er heerst tijdens de weekends. Verschillende winkeliers willen, evenals de heer Van de Poll, meer zien gebeuren. Zo zegt de heer B. Versteeg, eige naar van een schoenhandel: „Het plan van de heer Van de Poll is prachtig, mits het geheel doorgevoerd wordt. Met het afsluiten van de Hoofdstraat voor alle verkeer alleen bereikt men niets. Dat is te zien in Ede. Daar hebben ze het verkeer ook om het centrum heen geleid. Het ge volg was, dat de winkelstraat er een dode en saaie bedoening door is ge worden". Volgens de heer Versteeg is er dan ook maar een oplossing moge lijk en dat is van de Hoofdstraat een wandelwinkelcentrum te maken. „Ik ben een groot voorstander van het plan-Van de Poll voegt hij aan z'n commentaar toe. Ook de heer J. C. Alberti, eigenaar van een confectie-zaak, deelt deze me ning. Hij beweert altijd bereid te zijn „bij te dokken" als men met de uit voering van het plan in financiële moeilijkheden zou geraken. Hij ziet het plan niet zo zeer als noodzaak, maar wel degelijk als vooruitgang: „Actie brengt leven" zegt hij. De heer C. van Hardeveld, boek handelaar zet het wel als noodzaak, dat er met het winkelcentrum iets moet gaan gebeuren, wil het zijn waarde behouden al is hij wat gema tigder: „Ik ben bang dat vele instan ties een dergelijk plan zouden tegen houden, zodat het, als de gemeente raad zou besluiten tot actie over te gaan, het nog heel wat jaartjes zou duren voor het verwezenlijkt zou kun nen worden". De heer Van Harde veld vindt het dan ook niet zo nood zakelijk direct tot actie over te gaan. Wel is hii van mening, dat het beter zou zijn geweest als men de Rondweg meteen had doorgetrokken. „Vooral het stuk Bergweg - hotel La Mon- tagne. Dan waren we dat verkeer al voor een groot gedeelte kwijt. Maar houd me ten goede. Ik ben maar een leek", aldus de heer Van Hardeveld. De heer H. van Schuppen, eigenaar van een confectie-zaak, zegt: „Een mooi plan. Maar wie betaalt het?" Hij is wel van mening dat er vlug iets ge daan moet worden aan het parkeer probleem in de Hoofdstraat. „Er is het meest behoefte aan een goede par keergelegenheid". Een andere eigenaar van een con fectie-zaak is de heer C. Diepeveen. Hij ziet het plan van de heer Van de Poll niet als de enig mogelijke oplos sing. Volgens hem is er ook wel iets anders te bedenken. Wel meent hij: „We zullen activiteiten moeten ont wikkelen om de mensen in Veenen daal te houden en naar Veenendaal te brengen". De heer Van de Poll zit intussen niet stil. Samen met de heer J. Hui- bers, die een zaak in elektrische ar tikelen drijft, verzamelt hij zoveel mogelijk mensen om zich heen, die het volledig met hem eens zijn. De twee Veenendaalse zakenmensen verzamelen handtekeningen en zul len waarschijnlijk binnenkort een actie beginnen om van Veenendaal weer een streekcentrum te maken. „We denken wel dat we dat nog zijn, maar we teren in werkelijk- hei nog op de roem van 1948", vol gens de besnorde Veenendaler. De heer Van de Poll zegt bijzonder verontwaardigd te zijn over het com mentaar van Ant. de Ruiter, wet houder van openbare werken, op zijn plan: „Hij dwingt mij hem van re pliek te dienen", zegt de kunst- en an tiekhandelaar. De heer Van de Poll blijkt op drie INGEN De oorzaak van de brand, die de kapitale boerderij „Juf fershof" in Ingen grotendeels in de as legde, is nog niet vastgesteld. Giste ren deelde de rijkspolitie van de groep Lienden mee, dat het onderzoek nog in volle gang is en dat er nog geen en kel aanknopingspunt is gevonden. De politie heeft wel enkele mogelij ke oorzaken onderzocht. Het gerucht dat de brand ontstaan zou zijn door dat een buurjongen van de Juffershof een vuurtje zou hebben gestookt en dat hardnekkig in Ingen en omgeving circuleerde werd door de politie geka rakteriseerd als „volkomen uit de lucht gegrepen". punten regelrecht tegenover de wet houder te staan. „Mijnheer De Rui ter zei: „We moeten voorzichtig zijn"; Waarvoor? vraagt de heer Van de Poll zich af: „Voor de kinderen die onder een tientons vrachtwagen kunnen komen? Dat kan hier heel ge makkelijk gebeuren met een voor een winkelstraat bijzondere verkeerssitua tie". De veelbesproken winkelier uit de Hoofdstraat voegt er quasi laco niek aan toe, dat men altijd nog de put kan dempen als het kalf verdron ken is. Dan windt hij zich ook op over de uitlating van de heer De Ruiter: „Veenendaal is nog geen Rotterdam". Dat zal het volgens hem nooit worden ook: „Maar als Rotterdam na de be vrijding de puinhopen had laten lig gen zou de stad nu nooit kunnen zeg gen: „Ik ben 's werelds grootste ha ven". En dat heeft miljarden ge kost". Hiermee belandt hij direct bij het derde punt. De heer De Ruiter be schreef zijn plan als een miljoenen project. De heer Van de Poll over weegt ernstig zijn woorden en komt dan tot de felle conclusie: „Het nieu we raadhuis komt er voor 25.000 be woners, omdat de behuizing van ver schillende gemeentelijke instellingen antiek is en niet aangepast aan de huidige, dus moderne eisen van effi ciency en leefbaarheid. Dit is nodig, maar dit heeft toch ook 4,8 miljoen gekost. Men heeft hier zo te zien niet ge zegd: „We moeten voorzichtig zijn. We zijn nog geen Rotterdam en dit gaat miljoenen kosten!" Volgens de heer Van de Poll wordt er nu een zaak aan de orde gesteld die voor duizenden mensen, zowel pu bliek als winkeliers, een enorme ver betering zou betekenen; waarbij Vee nendaal als koopcentrum in het mid delpunt van de belangstelling zou ko men te staan wat bijvoorbeeld voor industrie en toerisme belangrijk zou zijn. „En juist nu moeten we voor zichtig zijn", zucht de heer Van de Poll, terwijl hij met z'n armen een wanhopig gebaar maakt. Een wethouder kan volgens de heer Van de Poll geen bezwaar hebben te gen de vooruitgang van z'n gemeente. Het kost in het begin wat, al is het volgens hem niet veel, bovendien komt alles weer terug, als de gemeen te in het middelpunt van de belang stelling staat. „Trouwens", vervolgt de heer Van de Poll, „als we de si tuatie laten zoals zij nu is, zal de Hoofdstraat binnen enkele jaren de verkeersdrukte niet meer kunnen ver werken. Dat heeft de hoofdinspecteur van politie zelf gezegd. Dan moet er dus extra politie-personeel komen, ex tra stoplichten, wegverbreding, zoals bijvoorbeeld de flesse-hals, enz." De heer Van de Poll blijft bij zijn plan wat er ook van gezegd wordt. En hij wordt aangemoedigd, niet alleen door winkeliers, maar ook door het winkelend publiek: Dit geeft de jonge zakenman moed om verder te gaan. Handtekeningen verzamelen van win keliers uit de Hoofdstraat. Misschien wel een actie met ze beginnen. Hoe het ook zij, hij zal alles doen om Veenendaal vooruit te helpen. Koste wat het kost, en deze zin is zowel let terlijk als figuurlijk bedoeld. Met hem werkt, al even enthousiast als hij, de heer J. Huibers. De winkelsluiting van de woensdag middag, die velen graag verplaatst zouden zien naar de maandagmorgen, is een beetje op de achtergrond ge raakt. Het voornaamste is nu: „Vee nendaal weer net als vroeger: HET koopcentrum van de streek" te ma ken. Geboren: Leonique, d.v. C. Caron en J. Lok; Jan, z.v. J. v.d. Meent en C. H. Anbeek; Anna Maria, d.v. J. N. Mo lenboek en C. Bastmeijer; Christina Gijs- bertdiena, d.v. H. Stuivenberg en M. E. v.d. Dikkenberg; Aart, z.v H. Nap en H. v. Ruler; Allard Jan, z.v. A. J. Fled- derus en M. Kappers; Johannes H., z.v. J. W. Bargeman en G. de Vuijst; Sari- ta Amelia, d.v. H. H. Lemmens en G. Bruijn; André, z.v. E. v. Roekei en A. v.d. Vendel; Adriaan, z.v. J. Tollenaar en .J Huiting; Marcel, z.v. C. v. Wijk en D. M. Hilger. Ondertrouwd: R. v. Ginkel en A. Ja- cobsen; H. Dekker en J. C. P. v. Oost; A. R. Cornelissen en H. C. v. Eden; W. J. A. Boers en C. L. v. Beek; J. Schuuring en J. H. Septer; N. Pitlo en .H W. v.d. Meiden; H. v. Kesteren en G. de Man. Getrouwd: W. v. Harten en A. Oorlog; C. Diepeveen en A. Oskamp; J. v. Bar- neveld en L. Hardeman; E. v.d. Vliert en E. C. de Koning; W. v. Willigen en C. A. Sukkel; G. J. Westerink en C. M. R. v.d. Scheur; J. v.d. Horst en M. A. W. Dicker; J. v. Leeuwen en H de Kie- vid; D. J. Budding en M. L. Spijker; J. Schoeman en G. Brouwer; E. Vlastuin en A. I. S. v.d. Hul; A. Muller en M. E. Grijs; E. Schoeman en P. Vink; D. de Man en M. P. v.d. Poel. Overleden: Hendrik Loedeman, 68 jr.; Sara Cornelia Overeem, 81 jaar; Beatrix Anna Hardeman, 84 jaar; Cornelia Mar- ta Gaasbeek, 89 jaar; Trijntje v. d. Geest, 76 jaar, wed. v. J. Hart; Willem Weijland 71 jaar, echtg. v. G. Roks. Bel: tot 17.30 u. van 17.30 19.30 Zaterdags 16.30—17.30 uur VEENENDAAL De politie is druk geweest om de twee jeugdige Duitsers, die in de nacht van woensdag op don derdag op de Nieuweweg aangetroffen werden thuis te brengen. De ene had een lege melkfles bij zich, de andere een volle. Beide flessen waren vol gestolen. De jongelui, twee vrienden van 16 en 17 jaar uit het plaatsje Grosz Bottwar, waren met vakantie op de „Batterij en". In de loop van donderdag zijn ze door de Veenendaalse politie naar de grens gebracht en overgegeven aan de Duitse politie. Hoe het zij, de jongens komen op een goedkope manier thuis, want dat ze in Duitsland een veroordeling zullen krij gen, gelooft de politie niet. Maar het recht moet nu eenrrtaal zijn loop heb ben, ook bij een diefstal van twee fles sen melk. plee!" en staal ADVERTENTIE HOOGSTRAAT 28 VEENENDAAL VEENENDAAL Een van de chro nisch zieke dames die in de afgelopen week op initiatief van het Veenendaalse comité een week vakantie doorbracht in „de WJje Werelt" te Otterlo was zo verrukt over alles wat zy daar beleefd heeft dat zij haar indrukken en dank op r\jm stelde en ons ter plaatsing toe zond. We zijn weer prettig uit geweest Met velen bij elkaar Dat doen we voor zover ik weet Al voor het vijfde jaar. Wat hadden we een prachtig weer (Al hadden we geen prachtig weer) En heerlijke natuur. We doen hier nieuwe krachten op Geloof dat maar secuur. Genieten doen we hier volop En voelen ons zo vrij. Maar wat een ieder jammer vindt? 't Gaat veel te vlug voorbij. Er wordt zo goed voor ons gezorgd Wij lijden geen gebrek Dus dat we zeer tevreden zijn Hoor je in elk gesprek. Ook voor het heerlijk eten steeds Volop, van dag tot dag Vind ik, dat hij die daarvoor zorgt Ook niet vergeten mag We eten, drinken, snoepen maar En worden we wat dik Daar trekken we ons niets van aan Ja zelfs geen ogenblik. Eén keer ben ik niet meegegaan Toen gingen and'ren voor. Die 't harder nodig hadden, dus Daaraan gaf men gehoor. Maar, nu ik er weer bij mag zijn Ben ik weer dubbel blij. En 'k roep het graag aan d'and'ren toe Verheugt U ook met mij! Nu is die week weer haast ten end En gaan we weer naar huis. Dus wens ik allen die hier zijn Weer graag toe: veilig thuis. P.S. Maar ach, wat was ik nu toch dom 'k Vergat nog het bestuur. En die omringden ons zo trouw Met zorg van uur tot uur. En 't Rode Kruis was ook paraat Met kundig personeel. De dames en de heren ook Wat deden die toch veel Wat was de wereld daar toch wijd Daarvan had niemand onzer spijt. Een patiënt. Mevr. Blankespoor Brinkersteeg Veenendaal ADVERTENTIE Kerkewijk 128 Veenendaal Telefoon (08385)12244 De afdeling Veenendaal van het Koningin Wilhelmina Fonds voor de kanker bestrijding is gedurende de laatste dagen weer druk in de weer geweest om de ophanden zijnde jaarlijkse collecte voor te bereiden. Wederom liggen thans op het secretariaat grote pakketten lijsten gereed om aan de collectanten te worden overhandigd. De actie wordt evenals in andere jaren weer groots opgezet. Het bestuur van de afdeling Vee nendaal van het KWF is zich terdege van het grote belang van de doelstel ling van de strijd tegen de kanker be wust en laat niets na om ook ditmaal weer alles op alles te zetten om tot zeer redelijke resultaten te komen. De collecte, die per intekenlijst wer huig aan-huis zal worden gehouden, vindt plaats in de periode van 28 augustus tot en met 10 september. Dr. Rijlaarsdam, de voorzitter van de afdeling Veenendaal, is overigens zeer tevreden. De vorig jaar gehou den ledenwerving in samenspel met de diverse verenigingen in Veenen daal, heeft tot een zeer positief resul taat geleid en ook de verleden jaar gehouden huis-aan-huis-collecte liet de curve omhoog lopen. Ook nu weer hoopt men aan het hoofdbestuur van het KWF na afloop van de collecte een bedrag aan te kunnen bieden, dat hoger is dan dat van verleden jaar. De Veenendaalse bevolking is vooral op dit gebied zeer meelevend en laat dit via de collecte steeds weer duide lijk blijken. Er is dan ook voor het onderzoek in de bestrijding van de zo gevreesde ziekte veel geld nodig. Op diverse on derzoekcentra in de wereld en zeker ook in Nederland kamp men frequent met een tekort aan geld. Stap voor stap maakt men positieve vorderin gen, maar de moeilijkheden die nog overwonnen moeten worden zijn nog legio. Nog steeds tast men op diverse ge bieden in het duister, maar, zoals be kend, is men op de goede weg. Deze collecte ten behoeve van het Koningin Wilhelmina Fonds, die men zoveel mogelijk tracht te houden rond de verjaardag van wijlen Koningin Wil helmina, verkrijgt in Nederland een steeds groter wordende populariteit en ook in Veenendaal blijft men niet achter. Integendeel, Veenendaal slaat op de lijsten, die elk jaar na de col lectes door het hoofdbestuur worden uitgegeven, geen slecht figuur. Hoof delijk omgeslagen prijkt Veenendaal zelfs op een der bovenste plaatsen. Het bestuur van de afdeling Veenen daal beveelt de komende collecte bij de bevolking dan ook zeer warm aan en zal geen moeite sparen om van succes verzekerd te zijn. Het eindre sultaat zal overigens liggen aan de Veenendaalse bevolking, die door haar goedgeefsheid de onderzoekingen naar de genezing van de kanker daadwerke lijk kan ondersteunen.m M i GARDEREN/OPHEUSDEN Op 8 oktober zal de vacature in de hervormde kerk te Opheusden, die ontstaan is door het vertrek van ds. J. Catsburg naar St. Maartensdijk in Zeeland weer vervuld worden. Op die datum zal namelijk de beroepen predikant, ds. A. Muilwijk uit Garderen intrede doen. Aan een vrij korte periode van vacant zijn zal dan weer, nog voor het eigenlijke winterwerk goed op gang gekomen is, een eind komen. Juist met het oog op dat winterwerk heeft ds. Muilwijk gemeend reeds be gin oktober naar Opheusden te vertrekken. Hij vindt het juister om het winterwerk in Opheusden direct zelf ter hand te nemen en het in Garderen meteen door zijn waarnemer te laten doen, zodat er geen sprake zal zijn van een tweemaal overdragen van die werkzaamheden. Ds. A. Muilwijk werd op 1 mei 1928 geboren in Ameide (ZH). Hij bezocht eerst de ULO te Dordrecht en daarna het christelijk lyceum in Gorinchem. Vanaf 1952 studeerde hij theologie aan de Rijksuniversi teit te Utrecht. Van februari tot september 1958 was hij als leervi- caris werkzaam in de gemeente van ds. Boer in Lunteren. Zijn ker kelijk examen legde hij af onder supervisie van prof. A. A. van Ru ler en nadat hij zijn verplichte tijd op „Kerk en Wereld" in Drieber gen had doorgebracht werd hij in 1959 bevestigd als predikant in de hervormde gemeente van Rand wijk, welke plaats hij op 5 mei 1963 verwisselde voor die van Garderen. Ds. Muilwijk is getrouwd en vader van drie kinderen, twee jongens en één meisje. Ds. Muilwijk is lid van de „Gere formeerde bond tot verbreiding der waarheid in de Nederlandse her vormde (gereformeerde) kerk." „Ik behoor niet tot de 35 (de groep Graafland c.s.), maar sta in deze kwestie achter het hoofdbestuur van de bond," vertelde hij als ant woord op een vraag welke positie hij binnen de gereformeerde bond inneemt. „Ik heb geen buitengewone roe ping gehad om predikant te wor den. Het is meer een kwestie van een begeerte van jongsaf aan, die naar mijn diepste overtuiging door God zelf bevestigd is. Ik vind het het mooiste werk dat je kunt doen, het pastoraal bezig zijn in bijvoor beeld huisbezoek en jeugdwerk," vertelde ds. Muilwijk. De gemeente van ds. Muilwijk in Garderen is vrij groot. In totaal zijn er 3500 leden en doopleden, ver deeld over de verschillende kerk dorpen Garderen, Speuld, Beek, Meerveld en Stroe. Die uitgestrekt heid brengt mee, dat ds. Muilwijk per jaar ongeveer 30.000 km in de auto aflegt. Onder zijn „bewind" is een in wendige restauratie van de her vormde kerk in Garderen tot stand gekomen. „Toen ik hier kwam, wa ren er al plannen, maar men had nog geen geld. We hebben toen een verjaardagsfonds ingesteld en dat heeft in 2Vt jaar ruim f 50.000,op gebracht. Alle leden boven de 16 jaar krijgen met hun verjaardag een reproduktie van een van de 6 tekeningen van plekjes uit de om geving van Gapderen, die speciaal voor dat doel vervaardigd zijn. Ie dere maand wordt de opbrengst, die telkens tussen de f 500 en f 600 bedraagt, hier in de pastorie ge teld. De totale kosten van de res tauratie hebben 110.000,- bedragen." gen." Het kerkbezoek in Garderen is goed: de ochtenddiensten worden regelmatig door ongeveer 700 men sen bezocht en de middagdiensten doen er niet veel voor onder. In de tijd van ds. Muilwijk is ook een be gin gemaakt met avonddiensten in Stroe. Het jeugdwerk bestaat, wat ds. Muilwijk betreft, voornamelijk uit catechisatie. „Oorspronkelijk werd die alleen in Garderen gegeven, maar ik ben begonnen met het uit breiden van het aantal uren en het geven van catechisaties in andere plaatsen. De groepen worden daar door minder groot en aan het be zwaar van de ouders om de kinde ren gedurende de avonduren over de donkere (zand)-wegen naar Gar deren te laten komen is tegemoet gekomen," aldus ds. Muilwijk. De J.V. in Stroe, die ter ziele was toen ds. Muilwijk in Garderen kwam is ook weer opgericht. Er is een bloeiende lidmatenkring, be jaardenmiddagen worden georgani seerd en vijf maal per jaar worden er voor de lidmatenkring predikan ten uitgenodigd om te komen spre ken op een werkdag. Deze diensten worden door ongeveer 250 mensen bezocht. Er was al een zendings commissie toen ds. Muilwijk kwam, maar sinds enkele jaren worden er ook zendingsmiddagen belegd, die zeer goed bezocht wor den. „Waarom ik het beroep naar Op heusden aangenomen heb? Die vraag hoop ik te beantwoorden tij dens mijn intreepreek, dat lijkt me aardiger," zei ds. Muilwijk bij het afscheid. In „Om Sions Wil", het orgaan van de classis Amersfoort van de Christ, geref. kerken, waar ook de gemeen ten in Veenendaal onder vallen, staat ook altijd nieuws over de ge meente Eemdijk. Onder het kopje „Kort contact" volgen enkele mede delingen van de kerkeraad van deze (vacantie) gemeente. Daaronder staat tussen haakjes „Papier aan één zijde beschrijven s.v.p.'. Zou de plaatselijke boekhandel een deel van zijn winst op schrijfpapier aan de kerk beloofd hebben Er tvas eens een gemeente vacant ging het verhaal. Een van de kerke- raadsleden van die gemeente was benieuwd welke soort van predi kant de gemeente wel zou wensen. Hij nam een zelfgeschreven brief mee naar de vergadering van de be roepingscommissie en las die daar door, alsof hij die ontvangen had van iemand die voor het beroep in aanmerking wilde komen. De inhoud van de brief was: Broeders en zusters, Nu ik heb gehoorddat uw gemeen te een predikant nodig heeft, zou ik wel graag in aanmerking komen. Ik heb enige kwaliteiten, waarvan ik veronderstel, dat u deze kunt waar deren. Ik kreeg namelijk de genade met kracht van overtuiging te kun nen spreken en had enige resultaten met wat ik op schrift stelde. Er zijn er die zeggen, dat ik goed kan orga niseren. Inderdaad gaf ik vaste lei ding in de meeste plaatsen tvaar ik heb gestaan. Er zijn er evenwel ook, die bezwaren tegen mij hebben. Ik ben reeds over de vijftig. Nergens diende ik een gemeente langer dan drie jaar achtereen. Enkele daarvan heb ik moeten verlaten, nadat ik er onrust had veroorzaakt. Ik moet toe geven, dat ik drie of viermaal in de gevangenis heb gezeten, overigens niet omdat ik iets werkelijk ver keerds deed. Mijn gezondheid laat te wensen over, al komt er dan toch een heleboel werk uit mijn handen. Ik heb nogal eens handenarbeid moeten verrichten om in mijn le vensonderhoud te voorzien. Ik munt administratief bepaald niet uit. Ik sta er zelfs om bekend, dat ik wel eens vergeet wie ik gedoopt heb. Niet temin, als ik u van dienst kan zijn zal ik mijn best doen voor uw ge meente, zelfs al moest ik opnieuw met de handen arbeiden om rond te kunnen komen." Het kerkeraadslid las deze brief en vroeg of men ook aandacht aan deze gegadigde wilde besteden. Daad- op kreeg hij te horen, dat men zich niet bezig kon houden met een zieke lijke, ruziemakende, onruststokende en vergeetachtige ex-delinquent. Om de waarheid te zeggen voelde men zich wat gegriefd, alleen al door het feit dat zo'n sollicitant was genoemd. Toch informeerde men naar zijn naam. Het antwoord was: de apostel Paulus. gelezen in een kerkbode) De aanstaande doop van prins Willem-Alexander is voor ds. M. Groenenberg aanleiding geweest om er in „Hervormd Utrecht" een be- schouwinkje aan te wijden. Hij zegt o.a.: „We weten het dus: op 2 septem ber zal in de Jacobskerk in Den Haag het prinsje worden gedoopt. Op een zaterdag. Het zal wel niet an ders kunnen. Maar eigenlijk zou ik het 't mooiste vinden, dat het prinsje gedoopt werd op een gewone zondag morgen in een gewone doopdienst, met nog andere dopelingen. Niet alleen omdat het meer past in de stijl van 1967. In 1938 vonden we het gewoon, dat de Koninklijke familie per gouden koets naar de kerk reed, waarin prinses Beatrix gedoopt werd. Nu voelen de mensen dat heel an ders aan. Maar ook vanuit de ge beurtenis zelf gezien lijkt het ons juister. Bij de doop hoort een bijzon dere eenvoud. Een gewoon mensen kind, in zonde ontvangen en gebo ren, wordt gedoopt. Het doet er niet toe of het een prinsje is of een woon wagenkind. De ouders van het woon wagenkind zullen trachten er ge woon uit te zien, de ouders van het prinsje ook. Geen geschitter en ge schutter. Geen kerk gevuld met men sen met grote titels en namen maar gewoon met de gemeente van Jezus Christus in wier midden de doop wordt bediend. Geen gebeurtenis waarbij een nieuw accent gegeven wordt aan vorstelijke glorie. Doop is het afleggen van alle glorie. „De doop als ondergang en besprenging met het water wijst ons aan. dat we allen zondig en boos zijn, gelijk onze Heiland zegt: Tenzij iemand gebo ren wordt uit water en Geest kan hij het Koninkrijk Gods niet binnen gaan" (Doopformulier). Ik vermoed, ik hoop althans, dat 't kroonprinselijk paar dit alles ook heeft overwogen. Ik zou het op prijs hebben gesteld, als het daarvan bij de aankondiging ook had doen blijken. Het had de sfeer zoveel zui verder gemaakt en dat is in 1967 ker kelijk en sociaal zo belangrijk. Dat men het toch niet op zondag morgen doet, is wel te motiveren. Als het maar ënigsziris bekend werd, dat bij een gewone doopdienst ook het prinsje gedoopt zou worden, dan zou niet de gemeente, maar de me nigte er zijn, die nieuwsgierig toe stroomde om dit schouwspel mee te maken. Ik begrijp dus, dat men tenslotte alles overwogen hebbend, tot de con clusie is gekomen: het moet maar op deze wijze. Maar ik zal op de mor gen van de tweede september in de Jacobskerk de andere dopelingen missen, die er altijd in een gewone doopdienst zijn. Ik zal ook de ge meente missen en de menigte aan wezig zien. Maar ik hoop wel, dat al les eenvoudig zal zijn: geen gouden koets, geen „luister". Wel feestelijk. Dat spreekt vanzelf." Bij wijze van een vriendelijke waarschuwing schrijft ds. S. P. van Assenbergh in het hervormde Veens kerkblad over hetgeen men bij een ziekbed in acht moet nemen. Het is hem namelijk steeds weer opgevallen, dat er vooral bij ernstig zieken veel wordt gepraat. Men is dan de gedachte toegedaan dat de ziekt- er zo slecht aan toe is of geestelijk zo ver is weggezakt dat men best aan de dominee of wie dan ook die binnenkomt kan vertellen wat de zieke eens zou kunnen man keren. Ds. Van Assenbergh maant z'n le zers voorzichtig te zijn in een zie kenkamer. Hij heeft het in zijn vori ge gemeente meegemaakt dat een oude moeder op het gezicht bewus teloos leek. Maar op zekere morgen vroeg ze aan haar dochter „Wat zei je gisteren? Heb ik kanker?" en meteen begon ze heel erg te huilen. Daarom, gesprekken over de ziek te van de zieken, buiten de zieken kamer, aldus ds. Van Assenbergh. Hij geeft dit advies met liefde, om dat hij meent dat men anders zonder dat men het zo bedoelt de zieke meer laat lijden dan nodig is. Wel heeft de predikant een open oog voor de belangrijke zaak van het inlichten van de zieke over zijn toestand. Volgens hem heeft een zieke er recht op om te weten dat hij ongeneeslijk ziek is, maar hij ad viseert hiervoor de arts en de pre dikant in vertrouwen te nemen. Ds. Van Assenbergh meent dat een eer lijk predikant echt niet de ernst van leven en sterven aan een ernstig zieke zal onthouden. De hervormde jeugdraad te Vee nendaal heeft zich reeds gebogen over een programma voor de ko mende winter. Aan enkele punten werd reeds vaste vorm gegeven, o.a. een kerstavond op 16 decem ber met o.a. medewerking van het koor „Crescendo" uit Urk. Toch heeft de jeugdraad nog niet de hele winter „vol" gezet. Men wil namelijk wat overlaten voor de jeugdige leden van de vele vereni gingen. Deze krijgen de kans om de jeugdraad voorstellen en suggesties te doen voor bepaalde activiteiten. Te zijner tijd hoopt men ook nog een vergadering te houden met van elke vereniging één afgevaardigde om het programma te bespreken en tevens de ideeën, die er in de ver schillende verenigingen leven sa men door te praten.

Digitale periodieken - Gemeentearchief Veenendaal

De Vallei | 1967 | | pagina 3