Door het oog van de naald (III)
DENK ER EENS OVER NA
1
Parachutisten springen weer
mm i
Actie
Ether
Gladder
Vijand
Tasje
Verhoor
V door I M. BOM
Ons ware verhaal
door
Rik Valkenburg
DAMMEN
1
1
SCHAKEN
OPLOSSING
door H. KRAMER
ita es ei
m m
OPLOSSING
BRIDGE
door H. W. FILARSKI
OPLOSSING
CRYPTOGRAM
LUJ
m
11
F
1
„DAS BLONDE MADCHEN"
Het is kwart voor elf, 's avonds, 16
Juli 1944. In de babykamer van het
dekenhuis bevindt zich zuster Truus,
de nachtzuster. Ze hoort plotseling een
gedempt gerucht, beneden. Er gaat
een deur. Ze loopt even naar agent
Klein en verwittigt hem er van. Daar
na gaat ze naar beneden om pools
hoogte te nemen. Ze passeert agent
Eilander, die belatigstellend infor
meert wat er aan de hand is. Beneden
ontdekt zuster Truus dat de voordeur
open is. Zeker door de wind, veron
derstelt ze. Ze doet de deur in het
nachtslot. Ziezo, nu kan er niets meer
gebeuren. Ze gaat weer naar boven en
stelt Eilander gerust door te zeggen
dat er niets te zien was.
Agent Klein snapt wel dat zuster El-
ly bezig geweest moet zijn. Zij is de
enige die ongemerkt de buitendeur kan
openen. De „operatie" zal nu dus spoe
dig beginnen. Gek, hij voelt zich hele
maal niet nerveus. Hoe eerder de K.P.
begint, des te liever het hem is.
Terwijl zuster Truus weer bezig is,
hoort ze eensklaps opnieuw verdachte
geluiden beneden. Ze meent nogmaals
de deur te horen. Ze wordt er zenuw
achtig van en gaat een beetje angstig
naar Eilander om het hem te vertellen.
Eilander, die ook aan de nerveuze kant
is vertrouwt het zaakje niet te best en
gaat samen met Truus naar beneden.
Maar wat ze ook speuren, er valt niets
te ontdekken. Ondertussen zit Klein
rustig aan het bed bij Blokker.
Het is half twaalf...
Daar gaat de telefoon. Zuster Truus
gaat naar beneden en neemt de hoorn
van de haak. Agent Eilander wordt
opgeroepen door het politiebureau-Ede.
Ze roept het naar boven. Eilander
wordt nog wantrouwender en gaat met
het pistool in de hand naar beneden.
Toch komt het uiteraard niet in hem
od, dat het de Bennekommer Paul de
Nooy is, die aan de andere kant van
de lijn zit. Hij heeft ook niet in de ga
ten dat verschillende paren ogen hem
volgen terwijl hij naar de telefoon toe
loopt. Hij wil de hoorn in de hand ne
men.
Dat is het moment! Enkele gestalten
snellen toe en geruisloos wordt de
agent overmeesterd. Nu blijkt dat Ei
lander toch van het goede soort is. Hij
heeft de situatie vrij snel door en zegt
dat ze elkaar maar niet moeten ver
wonden. Wat heb je er immers aan?
Hij levert zijn pistool in aan de K.P.-
ers en gaat op de vloer liggen. Zuster
Elly staat al klaar met de etherfles en
de watten. „Giet het spul maar op
m'n kleren", adviseert Eilander. „Dat
is zeker voldoende bewijs"...
Elly is het er mee eens en giet de
fles leeg op de bovenkleren van Eilan
der. Snel wordt nu de telefoonleiding
doorgesneden en zuster Truus wordt
onder bewaking gesteld van de K.P.
Ze moet beneden in de hal blijven.
Inmiddels maakt de K.P.'er Thijs,
zijn pistool, kaliber 6.75, schietklaar
en rent dan met Elly de trap op. Ze
zijn nog niet boven of er wordt venij
nig op hen geschoten. Het is Klein, die
door de deur van de badkamer een
paar keer langs hen heen vuurt. Truus
staat beneden doodsangsten uit en on
dergaat dit alles als pure werkelijk
heid, wat dan ook de bedoeling is van
„de organisatoren". De verpleegster
moet straks naar waarheid kunnen ge
tuigen hoe manmoedig agent Klein de
arrestant bewaakt heeft. Nu is het de
beurt aan Thijs, om te schieten, Raak
te schieten!...
Is de jonge K.P.'er nerveus?... Trilt
zijn hand?... Zijn de emoties hem te
machtig?... Hoe het ook zij, Thijs richt
op de benen van agent Klein en haalt
de trekker over. Het schot valt... De
kogel treft de agent te hoog! Het schot
gaat boven door de linker dij. De
agent gaat tegen de vlakte en kreunt.
Zuster Elly van de Berg met op haar
schoot de oudste dochter van haar
vriendin, mevrouw De Nooy.
Elly Klein
bijdehand
Onmiddellijk is zuster Elly bij hem om
hem te bedwelmen. Maa r Klein rea
geert eigenaardig...
„Ik was vrij zwaar gewond vertelt
hoofdagent Klein en ik was niet
meer geheel bij mijn positieven. On
bewust, in een reflexbeweging, beet
ik zuster Elly plotseling fel in haar
vinger. Uiteraard speelde ook de
emotie van het moment me parten.
Ik had een felle pijn en had mezelf
niet meer onder controle. Zuster El
ly moest er wat mee aan. Zonder
aarzelen sloeg ze de fles met ether
oo mijn hoofd stuk, zodat ik finaal
buiten westen ging en er tevens een
bloedende hoofdwond aan overhield."
Terwijl agent Klein daar bloedend
ligt, neemt de Heiloose K.P.'er Thijs de
leiding. Hij maant de mede-patiënten
in het ziekhuis tot kalmte en stelt hen
gerust dat hun niets zal overkomen.
Dan loopt hij op Blokker toe en
schreeuwt: „En jij eruit!
Thijs geeft een overjas aan Blokker
en dan het sein tot de aftocht. Met z'n
allen hollen ze de trap af. Het karwei
zit er op. Ze kunnen aardig tevreden
zijn, dat wel, maar er is uiteraard
zorg om Klein, die nog steeds buiten
westen is. De directrice knielt bij hem
neer en voelt zijn pols. Zij knikt tevre
den en gaat daarop naar Eilander, die
nog steeds languit op de vloer van het
telefoonkamertje ligt. Hij is er bijzon
der goed afgekomen.
De directrice geeft opdracht om on
middellijk dokter Ferguson op te bel
len. Maar de telefoon doet het niet.
Dan moet zuster Truus hem maar gaan
halen. Het meisje spoedt zich snel
naar de woning van de dokter en is
erg verbaasd dat ze hem midden in de
nacht geheel gekleed aantreft. De dok
ter gaat direct mee.
Hij is spoedig in het ziekenhuis aan
wezig. De eerste die hij vindt, is Eilan
der, maar die mankeert niets. Dan
gaat hij naar Klein, die nog steeds be
wusteloos is. De wond is zwaarder dan
hij zich voorstelt. Snel wordt de agent
verbonden en op advies van de dokter
op een éénpersoonskamer gelegd. Het
is niet uitgesloten dat hij zware koorts
krijgt en zich gaat verpraten. Daarom
is het maar beter dat er geen andere
patiënten bij hem liggen.
Na de visite gaat dr. Ferguson weer
naar huis en belt hoofdagent Wassink
op, om hem te verwittigen van de
„verrassende overval". Ook belt hij
nog even naar dr. Van Omme. Uiter
aard geeft Wassink het relaas door aan
het politiebureau en brengt dan een be
zoek aan het ziekenhuis.
Niet veel later stapt burgemeester
Van Dierendonck, geflankeerd door
commissaris Hulsman en enkele poli-
tie-agenten, het ziekenhuis binnen. Ze
worden op de voet gevolgd door de
Ortscommandant en de Feldgendarme-
rie. Alles wordt nauwkeurig besproken
èn bekeken...
zeer dapper gedrag. Een nieuwe golf
van spanning deint door het zieken
huis als 's nachts om half drie de
S.D.'ers Martin en Decker uit Arnhem
komen, voor een diepgaand onderzoek
en verhoor. Zuster Truus wordt lan
ger dan een uur verhoord. Ook dokter
Ferguson wordt stevig aan de tand ge
voeld. Dan is het de beurt aan de di
rectrice, vervolgens Eilander en Klein.
Zuster Truus raakt behoorlijk zenuw
achtig, maar ze ziet toch nog kans om
Klein, voordat hij aan de beurt is, een
getrouw verslag te doen van de haar
gestelde vragen, en de antwoorden die
zij daarop gaf. „Okee, in orde", zegt
Klein, „ik zal alles in mijn verhoor
bevestigen"...
Zo wordt het een spannende nacht.
De S.D. is erg wantrouwend. Ze komen
er achter dat dokter Ferguson naar
Heiloo gebeld heeft. En ze vinden het
vreemd, dat iemand buiten het zieken
huis belde om Eilander. Hoe was men
aan die naam gekomen?... Ze krijgen
er echter niets uit. Het plan en de uit
werking daarvan zitten te goed in el
kaar.
Elk facet is vooraf uitgekiend. Alle
verhoren kloppen.
De volgende dag moet Ferguson bij
de S.D. in Arnhem komen. Nieuwe
schrik voor het dappere groepje te
Bennekom. De dokter is een gewiekste
vent, dat wel, maar de middelen die
de S.D. ter beschikking staan, liegen
er ook niet om. Ze zullen wel van al
les proberen. Inderdaad wordt Fergu
son onder een uiterst scherp verhoor
gesteld. Maar de S.D. krijgt geen vat
op hem. Zij mogen glad zijn; de dok
ter is gladder...
Steeds beginnen de Duitsers over
„das blonde Madchen". Als ze die
meid maar hadden. Die was nu letter
lijk bij elke overval. Als ze haar had
den, dan zouden ze wel opschieten met
het onderzoek. Maar zuster Elly heb
ben ze niet en zullen ze ook nooit krij
gen. Zij is haar belagers altijd te slim
af. De S.D. weet te vertellen dat dit
meisje deze week had meegedaan aan
een overval op het distributiekantoor
te Zwolle en ook bij de overval in He-
teren. Ferguson merkt wel dat ze er
erg op gebrand zijn het meisje te ar
resteren. Van hem krijgen ze echter
niets los. Het verhoor levert niets op,
en zelfs de geraffineerde S.D.'ers, be
ginnen te twijfelen aan de schuld van
Ferguson. Ze laten hem weer naar huis
gaan, tot grote opluchting van de
groep in Bennekom.
Gerrit Simon Blokker wordt onderge
bracht bij de weduwe De Nooy aan de
Groenestraat, terwijl Paul de Nooy
voor een vakkundig vervalst persoons
bewijs zorgt.
Blokker keert een paar dagen later
doodkalm op de fiets naar de kamera
den in Heiloo terug. Niemand ziet hem
aan, dat zijn leven door het oog van de
naald gegaan is. Er gaat heel wat in
hem om. Vooral als hij zijn woon
plaats binnenrijdt. Wie had dit kunnen
denken?...
Maar zuster Elly, het blonde meisje,
waar was die gebleven?...
pens naar de K.P. te Heiloo, tot een
goed einde te brengen. „Vanavond ben
ik weer terug", beloofde ze de kame
raden. Toen vertrok ze, door verschil
lende paren ogen nagekeken. Sommi
gen schudden hun hoofd. Dat meisje
stond ook nergens voor. Daar ging ze,
het handtasje nonchalant over haar
schouder. Ze liep haar bekende char
mante gang. En, in het handtasje.... de
gebruikte pistolen!
Het werd avond. Waar bleef Elly?
Er werd tot laat gewacht, maar Elly
verscheen niet. Met sombere gevoelens
gingen de vrienden te Bennekom de
nacht in. Er moest wat met Elly ge
beurd zijn.
Inderdaad was er wat gebeurd.
De mannen van de K.P. in Heiloo stel
den alles in het werk om het dappere
meisje aan hun K.P. toe te voegen,
want ze hadden nog een paar pittige
overvallen op hun programma staan.
Elly bleef er een dag en besloot toen
om naar Bennekom terug te gaan,
want in die omgeving hoorde zij thuis,
vond zij. Groot was de vreugde van de
vrienden en vriendinnen toen zuster
Elly heelhuids bij hen terugkeerde.
In het ziekenhuis werd Klein ver
wend door de zusters. En na tien da
gen kon hij worden ontslagen. Het plan
was gelukt, en het oog van de naald
was juist groot genoeg gebleken voor
hun gedurfde plan...
Hoe ging het verder met dokter Fer
guson?... De heer M. R. Klein, momen
teel hoofdagent te Bennekom, vertelde
er ons het volgende over: „De dokter
liet zich niet door de S.D. verschalken.
Ze konden hem niets maken. Na de
bevrijding vertrok hij uit Bennekom.
Verschillende keren komt hij nog naar
Bennekom, en brengt dan steevast een
bezoekje aan mij. Ik mag hem bijzon
der graag. We kunnen het altijd nog
goed samen vinden"
Kort na de oorlog is Blokker een
keer bij Klein op bezoek geweest, om
hem te bedanken voor zijn daad. Mo
menteel heeft de hoofdagent geen con
tact meer met hem.
Last but not least, willen we iets te
weten komen over het verdere leven
van „Das blonde Madchen", zuster El
ly. Hierover voerden we een gesprek
zowel met mevrouw De Nooy als de
heer Klein. Beiden spraken met veel
lof over de ex-verpleegster, de overge-
telijke ziekenzuster. Een jaar of zes ge
leden werd in het gezin van de fami
lie Klein, tot hun verrassing een nako
mertje geboren. Een pittig meiske.
Na zoveel jaren, werd dit kind naar
haar vernoemd.
De dag na de overval nam zij af
scheid van de K.P. Talloze raadgevin
gen werden haar meegeven. Ze moest
vooral voorzichtig zijn, de S.D. loerde
op haar. Elly glimlachte, ze kwam er
niet van onder de indruk. Ze hoopte
ook deze laatste opdracht, behorend tot
deze overval, 't wegbrengen van de wa-
Mevrouw De Nooy vertelt het vol
gende over zuster Elly. „Toen ik een
jaar of zeventien was, ontmoette ik
Elly van den Berg voor het eerst op
een cursus voor kleuterleidsters te Wa-
geningen. Wij sloten al spoedig vriend
schap. Elly kwam uit Achterberg. Het
was een lieve meid, mijn beste vrien
din. Ze kwam veel bij ons thuis. Later
ging zij de verpleging in en dook in de
oorlog bij mij onder. Ze was erg dap
per en dacht altijd aan anderen. Ze
was verloofd met een zeeman, die in
Japan vocht. Na de oorlog maakte zij
een verschrikkelijk drama mee, dat te
zeer op het diep-menselijke vlak ligt,
om er verder op in te gaan. De zee
man keerde tenslotte terug en ze
trouwde met hem. Ik was op hun brui
loft. Haar ouders woonden toen niet
meer in Achterberg, maar in Baarn.
Niet lang na de bruiloft bleek dat mijn
vriendin aan een gevreesde ziekte leed.
Wat had ze het daar moeilijk mee. Ze
hield van het leven en ze wist dat het
van haar genomen zou worden...
Ik was ook op haar begrafenis in
Baarn. Vergeten kunnen wij haar
nooit. Dat is onmogelijk. Ieder die
haar kende hield van haar. Ik ben er
trots op, dat zij mijn beste vriendin
was. Jammer, ze is niet meer, maar
in onze gedachten leeft ze nog voort".
Noch door de S.D., noch door de Ge
stapo, noch door een andere, vijande
lijke instantie, kon zuster Elly van den
Berg, das blonde Madchen, gesnapt of
ingerekend worden. Maar, die andere,
biologische vijand onder ons, jeugd-
kanker genoemd, velde haar jonge,
veelbelovende leven...
Vooral de burgemeester onderzoekt
alles in de puntjes. Hij komt tot de
ontdekking dat de kogels die Klein
heeft afgeschoten, precies op borst
hoogte zijn ingeslagen. De agent moet
dus serieus en koelbloedig gemikt heb
ben, voor hij schoot. De burgemeester
komt er zo van onder de indruk, dat
hij spontaan naar Klein toekomt, om
hem een pluimpje te geven voor zijn
Ook dit jaar weer op zaterdag 2
september springen ongeveer zestig
parachutisten boven de Ginkelse Heide
aan de Amsterdamsestraatweg van
Arnhem naar Ede.
Zij behoren tot het 10e Britse Para
chutisten-bataljon officieel „The
10th (County of London) Battalion,
The Parachute Regiment" dat op
18 september 1944 op dezelfde plaats
werd neergelaten om te gaan deel
nemen aan de „Slag om Arnhem".
Het bataljon vormde een onderdeel
van de vele legereenheden, die waren
ingezet in deze militaire operatie, die
in de geallieerde legercode de aandui
ding Marketkreeg.
TOEN Deslauriers in 1956 wereld
kampioen werd verbaasde een ieder
zich daarover. De bestudering van
zijn partijen deed de verbazing nog stii-
gen. omdat in vele van zijn winstpartij
en opgelegde en duidelijke remises door
de tegenstanders waren verzuimd. Het
zelfde verschijnsel kon men constateren,
toen Baba Sy in 1960 na een prachtige
wedstrijd op de tweede plaats eindigde.
In beide gevallen is de verklaring echter
dezelfde: En Deslauriers en Baba Sy ziln
geboren tactici!.
Als geen ander weten zij hun tegenstan
ders in situaties te brengen, die hen
„niet liggen", waardoor zij de kans op
fouten maken aanzienlijk verhogen. Hier
onder een sprekend voorbeeld hiervan:
Wit: Baba Sy; Zwart: H. Verpoest
(W.K. 1960 Nederland)
1. 32—38 18—23; 2. 34—29 23x32 3. 37x28
12—18; 4. 41—37 7—12; 5. 37—32 20—25 6.
42—37 19—23: 7. 28x19 14x34; 8. 39x30
25x34: 9. 40x29 1—7; 10. 44—39 10—14; 11.
47-42 5—10; 12. 50—44 18—23; 13. 29x18
12x 23: 14 46—41 7—12: 15 45—40 Dezelfde
methode als tegen Gordijn in dezelfde
wedstrijd (zie de rubriek van vorige
week!), maar Sy weet heel goed, dat de
Belg een bijzonder sterk speler is in het
gesloten klass ek. Hij houdt daarom de
strijd „open" en dit brengt Verpoest
tenslotte uit zijn evenwicht. 1513—18;
16. 40—34 9—13; 17. 32—28 23x32; 18. 37x28
17—21; 19. 41—37 21—26; 20. 38—32 11—17;
21. 43—38 2—7; 22. 34—29! Eindelijk beslist
wit: „geen klassiek" zeer tot verdriet
van zwart, die zijn stelling hierop geheel
heeft ingericht! 2217—22 23. 28x17
12x21; 24 32—28 1 8—22 25. 28x17 21x12; 26.
31—27! Zeer ingenieus gevonden.
Ondanks de theoretisihe zwakte van de
gelijktijdige bezetting der velden 27 en
29. zal het zwart nu moeite kosten geen
verder terrein te verliezen. 2612—18;
27. 44—40 14—19; 28. 40—34 10—14 29. 49—44
8—12; 30. 44—40 3—9; 31. 35-30! (zie dia
gram)
Zwart heeft geen kans gezien zijn
eigen plannen te verwezenlijken, waar-
door hii nu genoodzaakt is een bewe
gingsoorlog onder voor hem ongunstige
voorwaarden te accepteren. Er is nu
niets beters dan: 3118—22; 32. 27x18
12x23; 33. 29x18 13x22; 34. 37—31! Opent
hiermede direct de aanval tegen het nieu
we zwarte steunpunt: 34. 26x37; 35.
42x31 19—23; 36. 38—32 7—12; Twijfelach
tig. Beter is (9—13) daar dan op 32—27
kan volgen (23—29!) met zekere remise.
37. 32—27! 12—18; 38. 31—26! 22x31; 39.
36x27. Hiermee wordt het stuk op 6 aan
zijn plaats genageld. Maar buiten dat
wordt zwart een bijna onzichtbare
valstrik gespannen: een snelle opvulling
van zijn centrum schijnt geboden en
daarom speelt hij: 39 14—19??
Voor de lezers de opgave: Hoe profi
teerde Baba Sy schitterend van zwarts
foutzet?
De stand was:
Wit: Baba Sy: 27. 28. 30. 32. 33, 34, 35.
37. 38. 39 (10 st.)
Zwart (Gordijn) 13, 14, 16, 17. 18, 19. 21
23 24. 26 (10 st.)
Zwart speelde: (17—22) 28x17 (21x12)
33—28 (12—17)
Indien (23—29) 34x23 (18x29) dan 30—25!
(13—18) 28-22!! (18-23) 22—18! en wint. Na
de partij voortzetting volgt nog: 38—33
(17—21) 30—25 24—29) 33x24 (19x30) 28x10
(18—23) 35x24 (23—28) 32x23 (21x41) 10—5 en
wint.
Zwart had moeten spelen in de cij-
ferstand: (24—29) 33x24 (17—22) 28x17
(21x12) en er is nog veel verdediging.
HET jaarlijkse IBM-toernooi begint
zich steeds meer te ontwikkelen als
de evenknie van het wereldberoem
de Hoogoventoernooi. Ditmaal was
er een hoofdgroep van 12 deelnemers en
een meestergroep van 10; het volgende
toernooi zal een grootmeestergroep van
16 deelnemers hebben.
Een bijzonder aardige partij is hieron
der weergegeven uit de meestergroep. De
Spaanse meester Medina Garcia weet
zijn Nederlandse tegenstander langzaam
maar zeker onder sterke druk le
plaatsen en hij bekroont zijn strategie
met een sierlijke slotcomblnatie.
Wit: A. MEDINA GARCIA. Zwart: Th.
SLISSER. (Amsterdam 1967.)
Siciliaanse verdediging.
1. e2—e4, c7—c5 2. Pbl—c3. Pb8—c6 3.
g2—a3, g7g6 4. Lfl—g2. Lf8—g7 5. d2—d3.
b7—b6. (Wellicht geïnspireerd door de in
de toernooizaal aanwezige Russische
grootmeester Kotov, die deze zet verschil
lende keren heeft toegepast. Overigens
zonder veel succes.)
6. f2—f4, Lc8b7 7. Pgl—f3. e7—e6 8.
0—0. Pg8e7 9. Lel—d2, 0—0. (Kotov liet
de rochade zo lang mogelijk achterwege.
In de partij Smyslov—Kotov, Moskou
1957 volgde b.v. 9a6! 10. Tbl. d5 11.
e5. Db6 12. Pe2, Db6 met ongeveer gelijke
kansen.)
10. g3—g4!, d7d5 11. e4e5, Dd8—d7 12.
Ddl—el. f7—f5. (Hierna komt zwart te
veel in het defensief. Meer kans op te
genspel bood 12f6.)
13. h2—h3, Pc6d8 14. Pc3—e2, b6—b5.
(Na deze derde onnauwkeurigheid komt
wit duidelijk in het voordeel. Nodig was
14d4.)
15. d3—d4, c5c4 16. Ld2—b4. (De loper
ontplooit buiten de pionnenketen een
maximum aan activiteit.)
16Pd8—c6 17. Lb4—c5. a7—a5 18.
Kgl—h2. Lb7a6 19. Del—g3. b5—b4 20.
Tfi—f2, Ta8b8 21. a2—a4! (Anders wint
zwart met a5—a4 onnodig veel terrein op
de damevleugel.)
21b4xa3 e.p. 22. Lc5xa3, Tb8—b6
23. Pe2c3, La6b5. (Natuurlijk laat hij
Pc3a4c5 niet toe.)
24. La3C5, Tb6b7 25. Pf3—g5. (Lokt
de volgende verzwakking uit.)
25h7—h6 26. Pg5—f3. Tf3f7. (Be
ter is 26Kh7 om na 27. gxf5 met het
paard terug te nemen.)
27. g4xf5g6xf5 28. Pf3—h4. Kg8—h7 29.
Lg2—f3. Tf7—f8 30. Lf3—h5. Tf8—g8 31.
Lh5f7, Tg8—f8 32. Lf7—g6t. Kh7—h8 33.
Tf2—g2, Dd7d8 34. Lg6—e8!. Tf8—g8 35.
Pc3xb5, Tb7xb5 36. Le8xc6, Pe7xc6.
Het probleem van de week: hoe won
wit vanuit de diagramstelling de partij?
De oplossing komt in de volgende ru
briek.
SLISSER
OPLOSSING VORIGE PROBLEEM
De stand was:
Wit: Kd2, Dh7, La3 en e2. Pd6. pionnen
a2, c3, c4, d5, e3.
a bed efgh
MEDINA GARCIA
Zwart: Kc7, Dg3, Tg8, Ld7, Pg6 pion
nen a7 b6, f4.
In de partij (Ree—Langeweg) volgde:
37. Pd6—b5t (Na 37. Dxg8? Dxe3+ maakt
zwart in ieder geval remise omdat de
loper via a4 kan ingrijpen.) 37
Kc7d8 (37Kb7 38. Dxd7? leidt tot
mat.) 38. Dh7xg8t, Ld7—e8 39. Dg6—e6 en
zwart gaf het op.
Uit Italië, het land der wereldkampi
oenen. komt de laatste tijd interes
sant nieuws Bijvoorbeeld is het
een geruststelling te weten, dat
niet alle Italiaanse spelers grootmeesters
zijn en sommigen hunner zo nu en dan
die „kleine fout" maken welke slechts de
allergrootsten meestal weten te vermij
den.
Waar ging het bijvoorbeeld mis in on
derstaand partijtje?
953
C? V 2
O 86543
A 7 4
B 1087 64
B
O B 10 9
V 3 2
2
C> 98653
O H V 7 2
«f» H 8 5
A H V
P AH 10 7 4
A
B 10 9 6
Zuid gever, niemand kwetsbaar. Zon
der bieden van OW bereikten NZ het
normale contract van vier harten (Inder
daad is drie SA beter, doch moeilijk be
reikbaar)
Tegen vier harten kwam west uit met
ruitenboer, noord de drie, oost de twee
en zuid ruitenaas Hartenvrouw en har
tenaas volgden west een schoppentje
weg
Klaverboer werd door zuid gespeeld en
gesneden, oost maakte klaverheer en in
slag 5 speelde oost ruitenheer na, die
zuid aftroefde met harten zeven. Een
nieuwe klaversnit volgde met succes,
klaveraas werd geïncasseerd en hierna
probeerde zuid twee ronden schoppen
De tweede schoppen werd door oost ge
troefd die een kleine ruiten naspeelde
zuid troefde met harten tien.
De vrije klaver negen overleefde de
volgende slag niet daar oost weer af
troefde Ruitenvrouw dwong zuids laatste
troef eruit en oost had nog één troef
over: één down.
Dit is nu een echt mooi huisvlijtpar-
tijtje waarin de vraag beantwoord moet
worden: „Wie heeft (hebben) er slecht
gespeeld en hoe had het resultaat ge
weest bij ideaal spel?" Volgende week
zaterdag ziet u het.
Alsof hij met open kaarten speelde,
wist Mimmo D'Alelio tijdens de Italiaan
se kampioenschappen onderstaand zes
schoppen contract te maken.
H 9 3
A V 2
O A 7 5 3
V 4 3
V 10 8 5
O
Z M
4
H B 4
765 3
O
H V 8 2
109 6 4
B 10
9852
A B 7 6 2
C 10 9 8
O B
AH76
Tegen het ongedoubleerde zes-schop-
pencontract kwam de westspeler uit met
ruitenheer, noord won ruitenaas. In slag
2 een kleine ruiten getroefd in zuid en \n
slag 3 harten tien, gedekt met de boer,
vrouw en drie.
De 4e slag weer voor een afgetroefde
ruiten, daarna werd harten negen ge
maakt. noord kwam aan slag met har
tenaas en in de 7e slag werd nogmaals
een ruiten (de laatste) van noord door
zuid afgetroefd. De stand:
H 9 3
O
V 4 3
A V 10 8 5
O
B 10
AB
-
O
A H 7 6
Met de perfectie van een bridge-com
puter vervolgde zuid met klavervrouw,
klaverheer en klaveraas. West moest In
troeven, maar de laatste drie slagen wa
ren nu voor NZ. Groots! Hoe vindt men
zoiets aan tafel?!
Horizontaal:
1. te veel aan zeil geeft zekerheid
(9)
6. niet te tellen (5)
9. de coratie van de collecte (7)
10. huidaandoening na de wedstrijd
(7)
11. Anna zit in het fruit (6)
12. door gebrek aan liefdebetoon is
het jong ruw gebleven (8)
14. zij weten er nog niet veel van (9)
15. Mokum als Bijbelse plaats (4)
18. hierin zetten de stemmen elkaar
na (4)
20. als het verdelen goed wordt ver
deeld wordt het beter (9)
24. bij confectie komt dat er niet
aan te pas (8)
25. zulk een vis kan in de neus zit
ten (6)
27. zulk een geestverwant is een
handlanger (7)
28. tandsteen (7)
29. schoon aan de haak (5)
30. de bestanddelen van de batterij
(9)
Verticaal:
1. drukte om een boek (6)
2. zo te horen wordt men op die
lijn gedurende korte tijd niet goed
(7)
3. ruimte scheppen bij de daginde
ling (3,5)
4. het is niet anders (4)
5. stouterds (10)
6. hiervan wordt dit vol (6)
7. stand van de muts (7)
8. wild (8)
13. al is hij klein, hij wil wel wat
veel (10)
16. peilen met gevoel (8)
17. daar komt men niet zo snel van
af (8)
19. netjes afgepakt (7)
21. de tien op de cijferlijst (7)
22. muzikaal zeer gebonden (6)
23. inspannen voor ontspannen (6)
26. het bewijsstuk voor het voetlicht
(4)
Oplossing vorige
kruiswoordraadsel
Horizontaal: 1. tamelijk. 6. wel
daad. 12. Ares. 14. orde. 15. Kreta.
17. hit. 19. Ommen. 20. Een. 21. lie
verd. 22. enk. 23. tas. 25. Ran. 26.
een. 28. es. 29. t.a.t. 30. er. 31. Otto.
34. welp. 37. schrok. 38. gereed. 40.
haat 42.. eppe. 44. na. 45. rel. 47. op.
48. pst. 50. oma. 51 opa. 53. ets,. 55.
inmaken. 56 rei. 58. zwaan. 60.
pas. 61. sagen. 63. eelt, 66. rund. 67.
Nemesis. 68. melasse.
Verticaal: 1. takelen. 2. arre. 3.
meent. 4. Est. 5. ijs. 7. el. 8. dom. 9.
armen. 10. Aden. 11. denkers. 13. ri
vaal. 16. als. 17. hert. 18. tent. 19.
ode. 24. althans. 27. ellepijp. 31. och.
32. tra. 33. oot. 34. wee. 35. Erp. 36.
pee. 39. kniezen. 41. gemaal. 43.'
Opeinde. 45. romp. 46. laks. 48.
psalm. 49. tin. 51. ons. 52. Argus. 54.
twee. 57. eens. 59. Ate. 62. ara. 64.
li. 65 te