SU in de Loei Nieuw bioscoopseizoen kondigt zich veelbelovend aan TV-ACTEUR FRITS BUTZELAAR KENT NU HAVER EN ROGGE Vijfjarenplan voor een krot Coördinatie Vertolkingen Titel Televisie Intocht Fascinerend Elk weekend Geen Sherlock Achterstand Het was al weer een tijdje geleden dat 'ik haar voor het laatst had opgezocht, maar dat behoefde de kalender mij niet te vertellen. Want in die paar maanden was zij zichtbaar ouder en hulpbehoevender geworden. Geen wonder: bij iemand die stapvoets een aardig eind op weg is naar de negen kruisjes, kan men zoiets vanzelfsprekend verwachten. Bij het ingewikkeld en fijngevormd mechanisme dat het menselijk lichaam heet is dat nog veel sneller het geval dan bij een of andere dode machine. Want ach, wij stervelingen komen voor het merendeel compleet en met een goed en geruisloos lopend mechanisme op de wereld alleen zonder reserve-onderdelen. En zo zijn wij, als de slijtage doorzet op allerhande min of meer opzichtige en stugge hulpstukken aangewezen. Het begint met een bril of een gebit en het eindigt vaak met een wandelstok. Dat was bij haar nu ook het geval. De benen lieten het zoetjesaan afweten. Zij liep nog wel, maar langzaam en onzeker, en dus had men haar het steuntje gegeven dat nu in de hoek naast haar stoel tegen de muur leunde. Zij zuchtte hoorbaar: Altijd al wat zwaar op de hand van nature, trok zij zich dat laatste kenteken van toenemende hulpbehoevendheid wel bijzonder aan. Niet voor niets had zij de stok zover mogelijk uit haar gezichtsveld gezet. Het zwarte ding herinnerde er haar ook maar al te duidelijk aan, hoe lang zij al bij het lopen die natuurlijke steun miste: de arm van haar man. Het leven van een oud mens is toch eigenlijk niets meer gedaan, peinsde zij hardop. Ik keek haar aan en bedacht hoe hard dit moest zijn voor haar die een leven lang fiks en bedrijvig was geweest van de vroege morgen tot de late avond op de been, in een groot gezin, onvermoeibaar trap op trap af, kamer uit keuken in, en dan nog met een puilende boodschappentas de winkels langs. Hoeveel zolen had zij niet versleten in die tredmolen, die haar blijkbaar nooit verveelde of tegenstond, want zij placht opgewekt te zingen onder het werk. Nu waren de kinderen al op weg naar het grootouderschap, en haar man rustte meer dan twintig jaar onder de groene zoden. En zij zat hier alleen met haar herinneringen aan dat heerlijke bezige leven, in een stille kamer, de voeten op een bankje, de stok tegen de muur. Wat moest ik tegen haar zeggen, om haar met die houten derde voet in 't gaan te verzoenen? Een oppervlakkig praatje: dat zij niet beter vertrouwd was met buitenshuis en wel gauw aan zo'n stevige steun zou wennen? Och, arme, ik had immers gemakkelijk praten. Ik zou straks weer de trappen van dit tehuis afdraven, en eigenvoetig in de bus klauteren. Zo eentje kon wel vrolijk praten over dingen die zij niet aan den lijve ondervond en die menselijkerwijs gesproken nog jaren ver in het verschiet lagen. Ik keek langs de stok uit het raam, naar het verrukkelijk uitzicht van een wijd gazon in de kleurige halve maan van een bloeiende border tegen een stemmige achtergrond van donkere stammen en al licht verkleurend gebladerte. En glashelder sprong opeens dat beeld van die andere stok in mijn herinnering. Een stille straat in de schemer, spaarzaam verlicht door ver uiteen staande lantaarns. Het regelmatig getik van een stok dat naderbij kwam. De hand zag ik eerst toen het lantaarnlicht erop viel. Een smalle hand, en daarboven een opgeheven smal gezicht met gesloten ogen. Een tengere vrouwenfiguur, nog jong, naar schatting nauwelijks dertig. Met de rechterhand hield zij de beugel van haar geleidehond vast, met de linker die roodwittexstok. Dertig jaar en voorgoed, onherroepelijk, onherstelbaar opgesloten in een voortdurend donker. Stemmen horen, muziek, geluiden maar geen mensen zien, geen zonlicht, geen wolken, geen bloemen. Altijd maar geïsoleerd in het gewoel met die hond en die stok. Sprak ik tegen mijn oude dame, of eerder tegen mijzelf? Was ik niet een ogenblik opzij geweken voor die blinde jonge vrouw, kennelijk alleen terugkerend van een treinreis, geleid door een schrander, betrouwbaar, voorzichtig dier en een stok. Het was iets om verwezen en beschaamd over na te peinzen. Want laten wij eerlijk zijn: we zien diep in ons hart ontzaglijk op tegen die naderende oude dag. Er is geen ontkomen aan; eens komt de tijd dat wij gaan aftakelen, ons moeilijker gaan bewegen, kortademig en snel vermoeid raken. Terugvallen op het kleine eiland van een stoel bij het raam en de stok in de hoek. Is dat wel zo schrikbarend? Alles heeft zijn bestemde tijd: de bloemen bloeien uit, de bladeren vallen af, onze haren worden grijs, onze voeten gaan langzamer. Het gaat geleidelijk, en wij hebben onze beweeglijke jeugd, onze bedrijvige middelbare leeftijd gehad. Terwijl er jonge mensen zijn met een leven nog voor zich, gedoemd tot een nimmer eindigende afhankelijk heid van een stok, van krukken, van een hond, van een invalidenwagen. Die het licht in de ogen missen, de kracht in de handen of voeten. Die soms, door een stom en wreed ongeluk, in één noodlottige seconde veroordeeld worden tot levenslange onherstelbare verlamming. Een mens is altijd rijker dan hij denkt, zei ik hardop, en vertelde haar van die andere «tok: rood en wit. SASKIA Zo'n eerste week van het nieuwe tv- seizoen zit je als telefiel natuurlijk met je neus diep in de programmabladen om te zien, wat er allemaal voor nieuws op de beeldbuis komt en of je het dank zij een gelukkige coördinatie van de twee Nederlandse netten, die nu im mers allebei om vijf voor zeven des avonds al in je huiskamer komen al lemaal wel kunt zien. Spreiding van tv-programma's zal altijd wel een moei lijk vak blijven en het zou te veel ge vraagd zijn, in het nieuwe seizoen met een al een ideale toestand te verlangen. Toch is het misschien wel aardig, even na te gaan, hoe het deze eerste week met de coördinatie ging. De resultaten van dit onderzoek kunnen de kritische basis voor de rest van het seizoen vor men. Daar gaan we dan. Zondag 1 oktober. De jeugd wordt 's avonds gedwongen, vijf minuten heen en weer te kijken, wil zij het zon dagse bijbelverhaal („Woord voor Woord", IKOR, Ned. 1, 19.00-19.05 uur) niet missen en ook haar zondagavond serie („Axel Nort". NTS, Ned. 2, 19.00- 19.30 uur) niet. „Een zekere Jozefien" (VARA, Ned. 2, 20.05-20.30) zou „Ja zuster, nee zuster" wel eens in popula riteit kunnen gaan evenaren, maar wie draait NTS-Sport (19.30-20.25, Ned. 1) nu halverwege de nek om? Maandag 2 oktober. „Balletfes- tival" van 20.20 tot 21.00 op Ned. 2, „Het Zwanenmeer" van 21.00 tot 22.55 op Ned. 1. Prachtig achter elkaar ge pland, al begon „Het Zwanenmeer" door het uitlopen van „Wat een dag" zo'n twintig minuten later. Maar waarom zo veel ballet op één avond? En waarom een monster-balletproduktie als „Het Zwanenmeer" tegelijkertijd met een mónster-filmproduktie als „Het loon van de angst" (21.00-22.55 Ned. 2)? Om cultureluurs van te worden! Dinsdag 3 oktober. Op Ned. 1 „Koning Klant" voor de nabije toe komst, op Ned. 2 „De 21ste eeuw" voor de iets verdere toekomst. Maar je kunt niet op ieder slakje zout leggen. Bo vendien deze avond een goede spreiding van programma's over actualiteiten: „Achter het nieuws" (20.20-20.45 op Ned. 1) en „Eidofoor" (NTS, Ned. 2, 21.10-22.00). Hier had coördinatie ech ter concurrentie als pendant. Dat in beide rubrieken werd geschakeld (ener zijds tussen Postema in Bussum en Wiesenthal in Parijs, anderzijds tussen Amsterdam en Eindhoven) hoeft nog niet direct als een staaltje concurren tiestrijd te worden uitgelegd, maar het viel wel op, dat „Achter het nieuws" kort voor het aan de KVP-troubles ge wijde „Eidofoor" aankondigde, een aantal afleveringen te zullen wijden aan de partijpolitieke problemen. Woensdag 4 oktober. „Ge vraagd" (NCRV, Ned 2, 20.20-21.05) valt grotendeels samen met de voetbal reportage op het andere net, waar ook veel vraag naar is. Ook de culturele evenementen lopen weer parallel: de film „Room at the top" (eerste net) naast „Karl Böhm dirigeert" (tweede net). Donderdag 5 oktober. Een moei lijk uurtje voor KRO-leden, die van ac tuele vraagstukken houden: „Brand punt" van de KRO (Ned. 1, 21.55-22.40) zij aan zij met „Van Groot-Seminarie naar Hoge-School", een documentaire over de priesteropleiding van diezelfde KRO en het RKK (Ned. 2, 21.56-22.26). Vrijdag 5 oktober. Twee infor matieve programma's naast elkaar: „Piek Up" (NCRV, Ned. 1, 19.07-19.56) en „Open Oo;" (NTS, Ned. 2, 19.28- 20.00). Zaterdag 6 oktober Twee film serie-uurtjes naast elkaar: „Rawhide" (VARA, Ned. 1, 19.07-19.56) geflan keerd door „Rin-tin-tin" en „Mijn oom van Mars" (TROS, Ned. 2, 19.08-20.00). Misschien dat het de komende we ken beter gaat met de coördinatie. An ders moet er op beide netten tegelijk maar een nieuwe serie komen: „Coor dination Street". De NCRV-radio doet vele beroeps-, maar ongetwijfeld ook vele amateur musici en talrijke alleen-maar-luiste raars al enige tijd een groot plezier met de serie „Vertolkers beluisterd", waarin George van Renesse diverse vertolkingen van een en hetzelfde mu ziekwerk voetje voor voetje volgt. Als liefhebber van pianomuziek heeft on dergetekende veel genoegen beleefd aan de afleveringen, waarin „Clair de lune" van Debussy (enige tijd geleden alweer) en de Impromtu in As gr. t. opus 142 no 2 (maandagavond jl.) op verschillende manieren uit de vleugel kwamen. Je verwacht in zo'n geval, dat de inleider aan het einde van de uitzending de beste opname van zo'n nummer in z'n geheel zal draaien. Bij Debussy tiüte ik daarvoor de vertol king door Henkemans of die door Gie- seking, bij Schubert die door Arthur Schnabel. In beide gevallen kregen we echter de vertolking door George van Renesse himself te horen. Ook niet zo slecht, maar ik bezit zelf de „Clair de liet bioscoopbezoek loopt nog steeds te- rug. Dat is niet alleen het gevolg van een lange hete zomer. Het is een structurele kwestie. „Het dieptepunt moet nog komdn", aldus de voorzitter-directeur van de Neder landse Bioscoopbond, de heer J. Bosman. Maar hij gelooft dat het bioscoopbedrijf het seizoen 1967-'68 optimistischer kan ingaan dan seizoenen van vorige jaren. Er komen goede films op de markt. En ook heeft hij de indruk dat er na jarenlange strijd iets ge daan gaat worden aan de last van de verma kelijkheidsbelasting. De vermakelijkheidsbelasting is een ge meentelijke aangelegenheid. Het is het mi nisterie van Onderwijs, Kunsten en Weten schappen vroeger, en het ministerie van Cul tuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk thans, nooit gelukt het ministerie van Finan ciën zo ver te krijgen dat dit de gemeenten, indien deze de vermakelijkheidsbelasting zouden laten vervallen, een compensatie uit 's Rijks kas in het vooruitzicht stelde. De vorige CRM-minister, mr. Maarten Vrolijk, is midden op de lijn van de vicieuze cirkel gaan staan en heeft op zijn begroting anderhalf miljoen opgevoerd ten behoeve van een „subsidie aan het ontwikkelings fonds voor het Nederlandse filmwezen". Daarmee kwam de post „film" op de CRM- begroting op 8,8 miljoen gulden. Hiervan was 6.000 gulden voor filmprijzen en 800.000 gul den ter bevordering van de kunstzinnige en culturele film, de post waaruit jonge filmers de kans krijgen hun eerste eigen oefenpro- dukties te maken. Voor filmmanifestaties, stipendia, enzovoorts, werd 424.000 .gulden uitgetrokken en één miljoen voor het produktiefonds voor Nederlandse films, het fonds waaruit de speelfilms worden gesubsi dieerd tot soms meer dan de helft van de pro- duktiekosten. De post voor het ontwikkelingsfonds is nog niet gebruikt, hoewel het jaar 1967 al ten ein de loopt. Op de door minister Marga Klom- pé ingediende CRM-begroting 1968 komt de post helemaal niet voor. Er staat alleen nog 500.000 gulden op voor subsidiëring van het financieel noodlijdende bioscoopjournaal, dat de bioscopen alleen kunnen betalen als het minder kost dan het zou moeten kosten, maar dat de regering niet wil zien verdwij nen vanwege de filmhistorische documentatie en in verband met de voorlichting over Ne derland in het buitenland. Journaals worden gratis aangeboden aan verhuurders van bui tenlandse bioscoopjournaals in een reeks van landen. De heer Bosman is vooralsnog niet onge rust over het weer intrekken van het subsidie voor een ontwikkelingsfonds, dat moest wor den gehanteerd gelijk bijvoorbeeld het onder steuningsfonds voor de trawlvisserij. De door het rijk geheven personele belas ting gaat eruit, opdat de gemeenten ruimte krijgen tot het creëren van eigen inkomsten uit nieuwe plaatselijke belastingen. Bij de bioscoopbond bestaat duidelijk de hoop dat de nieuwe gemeentebelastingen ertoe zullen lei den, dat het voor de gemeenten niet meer nodig zal zjn de bioscopen te belasten met de vermakelijkheidsbelasting. Ook om andere redenen acht de heer Bos man het niet nodig het nieuwe seizoen met een pessimistisch woord in te leiden. „On danks de moeilijke economische omstandig heden gebeurt er heel waf. Restauraties in Amersfoort, Amsterdam en Rotterdam. Nieuwe zaken in Den Haag, Delft, Gronin gen, Heemskerk, Maastricht... Het bioscoop bedrijf past zich aan aan de eisen van de tijd." Ook het programmabeleid wijzigt zich. „Sex doet wat sex moet doen. Maar sex- en avonturenfilms blijken niet meer de koplo pers te zijn. De succesvolste film van 'het jaar is „Samen uit, samen thuis" geweest. Tweede „Sound of music". Derde „Dokter Zhivago". Vierde Bert Haanstra's „De stem van 't water". De bezoekcijfers lopen tussen het miljoen en de 600.000. Dat zijn eigenlijk onvoorstelbare gzallen." „En dan direct daarna komen films als „Wie is bang voor Virginia Woolf", „Brandt Parijs?", „The professionals", „Nattlek", lune" van Gieseking en de „Impromp tu" van Schnabel en deze zijn zo ob jectief mogelijk beschouwd beslist beter dan die van Van Renesse. Aan de andere kant (sic!) is Van Renesse zijn eigen uitsmijter van harte gegund, want „Vertolkers beluisterd" is ook alweer: zo objectief mogelijk be schouwd een van de beste radioru brieken. De nieuwe filmserie voor de jeugd in het NTS-zondagmiddagprogramma „Monitor" zou eerst „Tonto de indi aan" heten. Kort voor de uitzending van de eerste aflevering kwam het be richt, dat de titel gewijzigd was in „De eenzame ruiter". Op het eerste gezicht leek daar wel wat voor te zeggen, want oorspronkelijk heet de serie „The lone ranger" en per slot van rekening is de indiaan Tonto slechts de assistent van de eenzame ruiter. Toch was „Tonto de indiaan" een betere titel geweest. Zij klinkt wat persoonlijker en ligt wei- gewend zijn aan begrippen als „Pipo de licht beter in het gehoor bij de Neder landse jongens en meisjes, die immers clown" en „Flipje de tovenaarsleer ling". Bovendien is Tom Poes ook slechts de assistent (en welk een be langrijke!) van heer Bommel. Het had dus gemakkelijk „Tonto de indiaan" kunnen blijven. De vraag die ons nu al bijna een week heeft gepijnigd, is: wel ke reden heeft de NTS gehad om de ti tel te verandecen? Zojuist hebben we het vermoedelijke antwoord gevonden. Omstreeks vier uur ToNto en omstreeks half vijf Toto werkt natuuj-lijk verwar rend voor de voetballiefhebbers. Zij zouden kunnen gaan praten over „To to, de indiaan" en misschien zelfs over „de indiaanse Toto". En dai lijkt te veel op een officiële erkenning van het wilde voetbal in de Verenigde Staten. Tunes van filmseries lijken dikwijls veel op elkaar. Toen „De eenzame rui ter" zondagmiddag over de beeldbuis begon te galopperen, dacht ik het wijsje van „Bonanza" te horen. Het was echter een fragment uit de ouver ture „Wilhelm Tell" van Rossini (en die naam zou een Italiaans verklein woord van „paarden" kunnen zijn). Vergelijkt u het maar eens op uw pia no, uw gitaar of uw poot. Als u tenminste geen tv moet kijken. dat zijn toch allemaal geen flutfilmpjes. Zeer merkwaardig is ook de blijvende belangstel ling voor films als „De kanonnen van Nava- rone", „The great race" en „Irma la Douce". Ze wordt wat grijs, maar zij tippelt nog aar dig." ..Het bioscoopbedrijf is actief en het pu bliek is dat ook, al zouden we graag grotere bezoekcijfers noteren. Neem de festivalfilms. Ze worden vrijwel direct in Nederland uit gebracht. „Blow up", „Daar komen de Rus sen, daar komen ze aan", „Sla nooit een vrouw, zelfs niet met een bloem". Ze doen het bij het publiek. Er is een groeiende be langstelling voor het net van kleine theater tjes. Een merkwaardig verschijnsel is trou wens dat de speciale namen, de artistieke films, tegenwoordig ook worden uitgebracht door de grote filmprdoucenten en de grote filmverhuurders. De avant-garde is niet al leen meer een filmliga-zaak." „Die ontwikkeling komt vooral dit jaar dui delijk naar voren. U moet er ook maar eens op letten dat van de ongeveer 350 films, die jaarlijks worden geïmporteerd, steeds meer Europese films op de Nederlandse markt ko men. Het bioscoopbedrijf is een commercië le aangelegenheid. Maar ik geloof dat er steeds minder reden is op dat bedrijf af te geven om artistieke redenen. Het program mabeleid js trouwens een wisselwerking met de publieke smaak." Dan zijn er nog de eigen Nederlandse speelfilms. De bioscoopbond heeft de produk- tie daarvan jarenlang ondersteund door eveneens enkele tonnen in het produktiefonds te storten. De laatste jaren gebeurt dat niet meer en draait het fonds alleen op de rijks subsidie van één miljoen. „We hebben onze bijdrage geblokkeerd in afwachting van een oplossing voor die belastingkwestie." Des ondanks: „Het gaat allemaal nog voorzich tig en moeilijk en met mondjesmaat, maar er ontwikkelt zich toch wel een bepaalde con tinuïteit". Het afgelopen jaar kwam Haanstra's wa terfilm op de markt, „Liefdesbekentenissen" van Wim Verstappen en Pim de la Parra, „Paranoia" van Adriaan van Ditvoorst, „De verloedering van de Swieps" van Eric Terp stra en „Ongewijde aarde" van Jef van der Heyden. Alleen de film van Haanstra heeft 't eigen geld en dat van het produktiefonds te rugverdiend. De andere moeten zich financieel nog waarmaken. Desondanks zullen de komende maanden minstens vier, vijf Nederlandse of Neder lands-Belgische films in de bioscopen draai en. Als eerste Hugo Claus' „De vijanden", daarna Harry Kümmels „Monsieur Harwar den", Nikolai van der Heydes „To grab the ring", een nieuwe Haanstra en een nieuwe Louis van Gasteren. De heer Bosman: „Er is een goed bioscoop seizoen te verwachten. Voor het publiek en hopelijk ook voor de bioscopen." (Van een onzer verslaggevets) T\or pelingen wezen mij de weg, een vrij lange weg tussen twee rijen boerderij en door. Het Overijsselse gehucht Drogter- opslagen, even ten noorden van Dedems- vaart, is niet zo groot. Als daar een bekende televisiefiguur neerstrijkt, weet iedereen het. Na enig zoeken vond ik zijn oude boerderij. Aan het eind van de wereld schijnbaar. De weg hield er op. Erachter strekte zich een weiland uit tot aan de rand van het bos. Alle geluiden die aan de moderne tijd herinner den, wtoren verdwenen. Alleen wat vogels riepen er en de Schotse collie veerde blaffena tegen mij op. De man, die ik moest hebben, stond tussen de aardappelplanten gebogen, witte kaki broek en een hel oranje shirt. Hij keek op van z'n werk, wierp een handvol kogelronde rode aardappeltjes in een mand en stapte glimlachend op mij toe. Ik herkende hem on middellijk: Frits Butzelaar, televisieregis seur en -acteur. Overste Pinto, commissaris Oud, Sherlock Holmes. Schraal, gebruind, vriendelijke hel blauwe ogen onder een naar het grijs toe schietende kuif. Een hartelijke handdruk. En dan meteen een en al onge dwongen enthousiasme voor de boerderij, in november 1965 gekocht. „Wonderlijk, wat een openbaring is het voor een stedeling om hier te wonen. Je leert hier wat rogge en haver is. Gewone dingen, maar wat weet je ervan in de stad? Toen wij het kochten, Loes en ik, ging de hele boerderij schuil in het onkruid. Dat bordje „Onbewoonbaar verklaarde woning", zat er ook al op. 't Was gek. Wij wilden al lang iets kopen en wij schreven op een advertentie waarin iets in Wapse werd aan geboden. We reden erheen en die man liet ons een paar dingen zien. Het leek ons niet. We vroegen of hij niets anders had. Hij zei: „Er is nog wel iets, maar dat zal wel niets voor u wezen". Dat was dit. Toen wij het zagen in de druilerige regen, onbewoon baar verklaard, tussen hoog opschietend on kruid, wisten wij het onmiddellijk: dit is het!" mijcfen, besteden we aan de boerderij, 't Is een ideaal". Op het erf bij de tent stopt een auto. Me vrouw Butzelaar Loes van der Meyden voor de atletiekliefhebbers komt met één van de beide zoons, Ronald (6), terug van het zwembad te Dedemsvaart. „Een prachtig bad", zegt zij, terwijl zij de koffie afmaakt en inschenkt. „En nu volgt soeciaal voor de klein tjes nog een reportage van de terugkeer van Nico de Clown. Verslaggever is Pipo van Vt'et". KASTPAR „Vanaf die novemberdag zijn wij hier elk weekend en de vakanties. Verrukkelijk. Je komt hier helemaal bij. Want er is heel wat te doen. Ik heb een tegelpad aangelëgd om ons terrein heen. Ik heb een bruggetje over de sloot gebouwd, de hele tuin opgeknapt en aangelegd. Werk genoeg, maar wij hebben de tijd, wij doen het rustig aan. Als je de hele week met je hoofd hebt gekerkt, is het heerlijk in het weekend eens wat met je han den te doen". „Wij verbouwen nu onze eigen aardappe len en groente. Je ziet /e opkomen. Er gaat een hele nieuwe wereld voor je open. Je bent veel nauwer betrokken bij de natuur". „Wilt u het even binnen zien? 't Is nog een rommel. De zaak moet binnen helemaal verbouwd worden". Frits Butzelaar bukt door de lage deur. Een kleine kamer met lage vierkante ramen, vochtplekken op het lichte behang, een degelijk plafond van donker bruin geverfde balken. „Wij mogen er nog niet in wonen. Daarom staat die tent daar. Je kan er ook niet in wonen, 't Moet eerst helemaal worden gerestaureerd. Het dak zit vol gaten, de muren zijn enkelsteens. Er moeten spouwmuren komen". „Wij hebben een vijfjarenplan gemaakt, 't Kan niet allemaal ineens. Het gaat ons veel geld kosten. Wij moeten ons er hele maal voor inzetten. Iedere cent die wij uit sparen door buitenlandse vakanties te ver- Frits Butzelaar vertelt: „Ik werk free lan ce bij de televisie. Mijn dagelijks werk is docent bij de opleiding voor tv-regisseurs. Fascinerend werk. Daardoor wordt eindelijk voorkomen, dat elk beginnend regisseur zijn fouten aan miljoenen moet laten zien. Door de jaren heen ben ik zelf ook door schade en schande wijs geworden. Vrij schoor voetend is er tenslotte zo'n opleiding gesticht. Die is nu uitgebouwd tot een internationaal instituut. Wij staan in nauw contact met de BBC. Wij nemen veel van hen over, maar soms hebben wij wat nieuws dat zij van ons overnemen". „Nederland had altijd een achterstand op het buitenland, doordat er nooit een echte filmindustrie is geweest. Een acteur, die ge wend was toneel te spelen, stond vreemd te genover de camera. Voor televisie moet je met een minimum aan middelen een zo breed mogelijke expressie geven. Elk slikje en elk zuchtje hoor je. Je gedachten worden onmid dellijk zichtbaar. Zodra je denkt: het gaat niet goed, heeft het publiek thuis het gezien". „Televisie fnoet vloeien. Een mens moet als mens herkenbaar blijven, ook in zijn meest' absurde uitingen. Daartussen ligt een enorm gebied van eigenaardigheden. Als je die weet te exposeren, speel je de rol en komt de figuur natuurlijk over. Een tekst moet je liggen. Soms krijg je een vertaald stuk en blijkt het vocabulaire van de vertaler je niet te liggen. Dan laat je het „bekken", zoals wij dat noemen, tot het je wel ligt. De kunst is, om de stilering van de taal terug te bren gen tot het wezenlijke waar het om gaat". Heeft de Nederlandse televisie een achter stand bij het buitenland? „Helemaal niet. De televisie van de omlig gende landen is zeker niet beter. De Neder lander kankert graag. Maar vergeet niet dat onze buurlanden al een grote filmtraditie hadden. Nederland is eigenlijk te klein voor de uitbouw van een goed tv-programma, laat staan voor het onderhouden van twee net ten." „Het is een ontstellend duur medium. Dat gaat Duitsland en Frankrijk nu parten spe len. Zij hebben in het verleden geweldig veel geïnvesteerd. Nu is het geld op en moeten ze met andere normen werken. Dat betekent een stap terug doen." „Wij hebben het voordeel dat we met een gebrekkige accommodatie zijn begonnen. Dat heeft ons vindingrijk gemaakt. Boven dien heeft de Nederlandse televisie een weer galoze technische staf. Ons land zit propvol talent. De televisie in Nederland zal de ko mende vijf jaar een grote vlucht nemen." „Wij lopen langzamerhand ook onze ach terstand op Engeland in. Televisie is uitge vonden voor de actualiteit. Daar maken de Engelsen knap gebruik van. Elke aflevering van Z-cars bijvoorbeeld wordt in Engeland „live" uitgezonden. Wij krijgen de ampex daarvan. Daarmee wil de BBC voorkomen dat de acteurs op hun routine gaan spelen." „Amerika werkt ontzettend efficiënt. Een Dick van Dyke-show heeft altijd hetzelfde de cor, Lucy Ball ook. Daardoor kunnen ze aan drie, vier afleveringen tegelijk werken. Bo nanza precies hetzelfde. Pa Cartwright stapt van de ene scène zo over naar een andere scène, die in een volgende aflevering thuis hoort, alleen maar omdat het decor kan blij ven staan." „Wij hebben dat met de Trefferserie ook gedaan. Met het opnemen van de verhoren op de kamer van commissaris Oud kon je ge woon aan verscheidene afleveringen tegelijk werken. Maar wij missen nog de routine." Wij Brengen onze stoelen naar buiten waar de flarden regenwolken zijn verjaagd. Wat gaat hij doen als hij die stille boerderij weer heeft verruild voor de flat in Hilversum? „Geen idee. Op een gegeven moment gaat de telefoon. Dan zal ik zien wat het is. Ik zeg zelden nee, omdat overal iets van te maken is. Pinto heb ik geweldig gevonden. Het speet me dat we ermee op moesten houden. Maar het was gewoon op." Ik zou een serie Sherlock Holmes hebben gespeeld. Wij hebben een proefopname ge maakt en die is ook uitgezonden. Daar is het bij gebleven. De BBC heeft het wereldrecht. De KRO wilde een Nederlandse versie ma ken met mij in de rol van Sherlock Holmes. De Erven Conan Doyle weigerden dat. BBC en Erven Conan Doyle blokkeerden elkaar en wij visten achter het net Dat is voor mij een grote teleurstelling geweest. Sherlock Holmes is een prachtige figuur. Daar kun je wat van maken en ik had hem graag ge speeld." Onder het eten dwalen de gedachten van Frits Butzelaar weer naar zijn boerderij. Hij wijst op een stenen bruggetje over de sloot die langs het huis loopt. „Dat heb ik in vier dagen gemetseld. De keien kun je ginds bij een boer zo weghalen." „Hier kom je tot dingen waar je normaal geen tijd voor hebt. Als ik mijn zin deed, kon ik wel vijf levens vullen met schilderen, beeldhouwen, poppenfilms maken. Daar kom je gewoon niet aan toe. Het eist een investe ring die boven je draagkracht uitgaat." „Ik wilde nog graag aan de academie in Amsterdam gaan studeren voor binnenhuis architect. Ik ben 47, en je bent nooit te oud om nog te leren. Maar dan zou dat van de tijd afgaan die ik anders aan mijn gezin kan besteden. Dat kan gewoon niet." „De werktijden worden bepaald door d« actuele produktie. Met een toneelproduktie ben je twee maanden druk. Lezen, herlezen, je probeert je heelden te vormen, voert de voorbereidende besprekingen, bekijkt je bud get, vraagt een studio? kiest je mensen. Lukt haast nooit, want de mensen zijn in de Ne derlandse toneelconstellatie teveel gebonden. Dan krijg je de droogrepetities. Zo'n spel wordt van de grond af aan opgetrokken. Dat maakt dit beroep zo magisch boeiend." „Maar je kunt niet zeggen: om vijf uur ben ik klaar. Wat ik wel kan zeggen is: de weekends ben ik zoveel mogelijk vrij. Bij de televisie streeft men ook zoveel mogelijk naar een vijfdaagse werkweek. Als wij vrij dagavond op tijd zijn, springen we in de auto en rijden nu de weg van Amersfoort naar Zwolle helemaal klaar is in anderhalf uur naar Drogteropslagen. Wij eten hier en dan hebben wé weer een heel weekend om aan ons ideaal te werken."

Digitale periodieken - Gemeentearchief Veenendaal

De Vallei | 1967 | | pagina 12