In 2 ongelukkige
minuten voltrok
zich drama over
Nederlands'tiental'
Oranje-formatie maakte, zonder uit 't veld
gezonden Piet Keizer, toch goede indruk
Prachtige come-back van
„veteraan" Coen Moulijn
Fouten van Eddy P. G. leverden
Joegoslaven gelukkige zege op
Kessler: „Nederland
speelde grandioos"
Geen gegrond oordeel
Tegengevallen
Mitic niet content over Joegoslaven
Zonneklaar
„Niets"
Tevreden
Terugslag
Slalom
1
Dól ^l/ckls/ao 2 Ui./ i bt.iucR IV6y
lillisiiiSli
„Geen metertje verder", leek Israël te roepen, terwijl hij met zijn arm de Joegoslaaf afschermde en de bal wegkopte.
Muller, geheel rechts, stond klaar om assistentie te verlenen.
ROTTERDAM Nog geen twintig minuten was de wed
strijd tussen Nederland en Joegoslavië gisteravond oud,
of het tot de laatste plaats bezette Feyenoord-stadion be
leefde zijn eerste zware teleurstelling. Linksbinnen Piet
Keizer werd door de Duitse arbiter Tschenscher zonder
pardon naar de kleedkamers gestuurd. De Ajacied, die
door de Joegoslavische kanthalf Holcer op meer dan un
faire wijze bij de benen werd vastgehouden trapte zijn te
genstander en dat was voor de heer Tschenscher reden ge
noeg hem het verder spelen te verbieden. De dikwijls op
meer dan grove wijze verdedigende Zuidslaven hadden er
mee bereikt, dat ze Nederland een numerieke achterstand
hadden bezorgd. Men kan er lang of kort over praten, of
de straf van de heer Tschenscher al of niet juist was. Wij
menen van wel, want al werd Keizer dan ook voor de zo
veelste maal wat men noemt „genomen" dit mag toch geen
aanleiding zijn om eigen rechter te spelen en zijn zelfbe
heersing zo opvallend te verliezen. Voor ons overigens het
zoveelste bewijs, dat Keizer, hoewel hij soms briljante
dirtgen kan doen, niet de mentaliteit bezit, die men van
een international mag verwachten.
Bij die teleurstelling zou het niet blijven. Na een wed
strijd, waarin de oranjemannen zich als leeuwen verzet
ten tegen de meerderheid in mankracht van de Zuidsla
ven en zelfs een voorsprong namen door een schitterend
doelpunt van Sjaak Swart, blunderde doelman Eddy Pie-
ters Graafland in de laatste fase van de tweede helft twee
maal binnen twee minuten en dat betekende, dat onze
landgenoten volkomen tegen de verhouding in een 12
achterstand hadden, die ze niet meer hebben kunnen weg
werken.
Ondanks al die tegenslag voor het
Nederlands elftal als geheel toch zeker
geen wedstrijd, waarover we teleurge
steld dienen te zijn.
Inderdaad, doelman Eddy Pieters
Graafland toonde zich in de gehele
wedstrijd onzeker, hoewel hij toch een
aantal bijzonder knappe reddingen heeft
verricht.
Maar de verdediging van het Neder
lands elftal maakte voor het overige een
sterke indruk. Het debuut van rechts
back Van Gorp was naar onze smaak
bijzonder succesvol. De NAC-er toonde
niet alleen een bijzonder goed tac
tisch inzicht, doch vooral een nuchter
overzien van de situaties en een opmer
kelijke koelbloedigheid bij het oplossen
van moeilijkheden.
Israël en Eykenbroek deden in het
centrum van de verdediging door hun
rustige en zelfverzekerde optreden dat
gene wat nodig was, om de Joegosla
vische aanvallen tijdig tot staan te
brengen, waarbij wel dient te worden
opgemerkt, dat de tegenstanders van
Nederland een opvallende schotloosheid
demonstreerden. Belangrijk is het zon
der twijfel, dat Suurbier op links tot
een meer dan ruime voldoende kwam,
waardoor voor Kessler het probleem
van de bezetting van de linksback
plaats lijkt te zijn opgelost.
De middenveld-bezetting was, speciaal
verdedigend, zonder meer goed. Wim
Jansen speelde een zeer solide partij
en Muller vocht als in zijn beste jaren.
Jammer, dat het plaatsen van laatst
genoemde zo zwak is.
Over de aanvalslinie tenslotte valt
onder de huidige omstandigheden moei
lijk een werkelijk gegrond oordeel te
vellen. Het gemis van Keizer als scha
kelspeler deed zich natuurlijk sterk
voelen, hoewel Keizer ons gedurende de
tijd, dat we hem zagen spelen, niet kon
Wim Jansen (links) in duel met een
Joegoslavische tegenstander, terwijl
„vriend en vijand" gespannen toe
kijken, hoe dit zal aflopen.
bekoren en zeker Nuninga op deze
plaats niet kon doen vergeten.
Coen Moulijn, die na lange tijd zijn
rentree maakte, had van de afwezig
heid van de Ajacied blijkbaar heel
weinig last. De come-back van de nog
altijd razendsnelle Feyenoorder was
zonder meer briljant. Moulijn was het,
die in de meeste gevallen de architect
van de Nederlandse aanvallen was.
Maar bovendien deed hij als terugko
mende buitenspeler nog zoveel werk,
dat men hem zonder overdrijving de
openbaring van dit Nederlands elftal
mag noemen.
Dit in grote tegenstelling tot Cruyff.
De aanvalsleider van Ajax was door
het wegvallen van zijn clubgenoot vaak
een eenzame voorpost, maar we moeten
toch constateren, dat de Ajacied in de
persoonlijke duels met de Joegoslavi
sche tegenstanders vrijwel steeds als
verliezer optrad en bij de toch nog vrij
talrijke kansen, die hij van zijn goed-
spelende clubgenoot Swart en van Mou
lijn kreeg, te vaak faalde. Swart, dat
dient te worden gezegd, speelde een
goede wedstrijd. Hij had een bijzonder
moeilijke taak als schakel tussen de
achterste en voorste (gehavende) linie.
Het doelpunt, dat hij na schitterend
voorbereidend werk van Muller en
Moulijn in de negende minuut van de
tweede helft scoorde was zonder meer
van grote klasse.
Het spel van de Joegoslaven is ons
wat tegengevallen. Zij toonden vaak een
opvallende technische vaardigheid en
wendingskracht, maar de opbouw van
hun aanvallen had meestal zozeer in de
breedte plaats, dat er weinig verrassing
en snelheid in zat. Verdedigend moeten
zij bovendien te vaak hun toevlucht ne
men tot ongeoorloofde tackles en „body-
checks". Enkele malen konden zij slechts
door het met de hand afstoppen van de
bal een Nederlandse doorbraak voor
komen en naar onze smaak trad arbiter
Tschenscher tegen deze overtreding veel
te lankmoedig op. Ook voor dergelijke,
duidelijk opzettelijke, overtredingen kan
een arbiter strengere straffen uitdelen
dan Tschenscher gisteren gaf.
ROTTERDAM Met nog twaalf minuten te spelen leek het Nederlandse
team de bijzonder knappe prestatie te gaan leveren om met tien man Joego
slavië niet alleen te weerstaan, maar zelfs naar een nederlaag te voeren. De
tienduizenden op de tribunes vuurden onze landgenoten aan met een enthou
siasme, alsof het een wedstrijd om de wereldtitel voetbal gold. Het „Geen
woorden maar daden" en 't aloude „Laat de leeuw niet -in z'n hempie staan"
golfden, gedragen door de regennatte windvlagen, van de hoogste rangen van
dë tribunes de kuip in en het leek, of de oranjemannen erdoor werden geïn
spireerd tot een nooit aflatend verzet.
En toen, plotseling voltrok zich het drama over onze nationale formatie. In
de 33ste minuut na de rust werd de bal door de Zuidslavische rechtsbuiten
hoog voor het Nederlandse doel geplaatst. Doelman Eddy Pieters Graafland,
die in deze moeilijke situatie de spekgladde bal zonder enige twijfel had moe
ten wegstompen, trachtte het glibberige, ronde ding te vangen, maar liet het
vallen. De vlak voor hem staande Hans Eykenbroek trapte de bal weg, maar
ongelukkigerwijze precies voor de voeten van de even buiten het Nederlandse
strafschopgebied staande Belin, die onmiddellijk richtte en de bal met een be
keken boogje over de nog niet in zijn doel teruggekeerde Pieters Graafland in
de touwen prikte.
Een golf van teleurstelling ging door de tribunes, maar nog altijd was men
meer dan tevreden, want ook een gelijk spel zou voor het oranjeteam een resul
taat zijn om trots op te zijn.
Het mocht niet zo zijn. Onmiddellijk
na de aftrap zetten de Joegoslaven op
nieuw een aanval op, die resulteerde
in een vrije trap tegen Suurbier. Weer
zeilde de bal in de richting van het
Nederlandse doel, doch rechtsbuiten
Musovic had hem zoveel effect meege
geven, dat hij van het doel wegdraai
de. In die omstandigheden, terwijl zich
voor hem een rü verdedigers bevindt,
mag een keeper natuurlijk nooit zijn
doel uitkomen. Pieters Graafland deed
het wel... stompte mis en kon voor de
tweede maal de bal uit het net halen.
Door zijn verkeerde actie had de Ne
derlandse doelman Osim een kans ge
boden, die deze prompt benutte door de
bal tussen een haag van benen door in
de hoek te punteren. Met nog amper
tien minuten te spelen was de kans voor
Het terugbrengen van de sterkte van
de nationale ploeg tot tien man had
wel even een terugslag op het spel van
onze landgenoten. Swart werd naar
achteren gedirigeerd en het kostte wel
even moeite, zich bij de moeilijke om
standigheden aan te passen. De Joego
slaven trachtten hun numerieke meer
derheid uit te buiten door sterker op
de aanval te spelen, maar ze schoten zó
slecht, dat er voor Pieters Graafland
voorlopig weinig gevaar te duchten
viel. Het gaf onze landgenoten moed en
zowaar begonnen zij zelf weer aan de
aanval te bouwen. De combinaties wer
den wat meer in de breedte opgezet,
om de gelegenheid te scheppen meer
mankracht in de aanval aan te voeren,
maar er zat toch dikwijls grote ver
rassing in, zodat de Joegoslavische doel
man nog moeilijke momenten kreeg te
doorstaan. Vooral de wijze, waarop
Moulijn keer op keer enkele tegenstan
ders naar zich toe trok om ruimte te
scheppen voor zijn medespelers was
De Joegoslaaf Fazlagic beleefde een moeilijke avond, want keer op keer was
Coen Moulijn hem te slim en te handig af. Deze actie van Moulijn vormde de
inleiding tot de afgemeten pass, die Swart in staat stelde het Nederlandse doel
punt te scoren.
Piet Keizer kon letterlijk en figuurlijk
zijn jasje aantrekken. Voor hem was
de strijd teneinde toen arbiter Tschen
scher hem zonder pardon naar de
kleedkamer verwees
onze landgenoten om de buit te delen
verkeken. Het vuur was eruit, hoewel
er toch nog enkele knappe aanvallen
werden opgebouwd, by een waarvan
Hans Eykenbroek met een prachtige
kopbal doelman Vukcevic nog heel wat
moeite bezorgde.
Grote teleurstelling derhalve onder
de toeschouwers en onder de spelers
na een strijd, die alle mogelijkheden
had geboden op de volle winst. Al in
de eerste minuten ondernam de Ne
derlandse aanvalslinie enkele snelle
aanvallen, waarbij Suurbier en Muller
evenwel te slecht plaatsten, Cruyff
tweemaal werd vast gehouden door
Holcer en Moulijn na een meesterlijke
rush de bal iets te ver vooruit speelde,
waardoor Fazlagic nog juist onheil kon
voorkomen. De Joegoslaven beant
woordden deze „prikstootjes" van de
Nederlanders met een aantal tegensto
ten, die vrijwel steeds werden geleid
over de bijzonder snelle rechtsbuiten
Musovic, die zich een waar zwerver
toonde, en de uiterst handige aanvals-
spits Lazarevic.
Zes minuten precies was de strijd
oud, toen Cruyff een prachtige karis
kreeg om de score met een kopbal te
openen. De Ajacied faalde jammerlijk...
Aan de andere kant had Eddy Pieters
Graafland de grootste moeite met een
onverwachte omhaal van Lazarevic.
Keizer dwong met een schitterende
kopbal, waarbij de bal vlak onder de
lat dreigde in te slaan na een passje
van Cruyff, die op zijn beurt de bal
had ontvangen van Moulijn, de Joe
goslavische doelman tot een bliksem-
reactie en daarmee had de Ajacied het
zijne in deze wedstrijd gedaan. Een
minuut later slenterde hij naar de
kleedkamers, waarbij een deel van het
publiek hem en een ander deel van het
publiek de scheidsrechter uitjouwde.
Het gejouw tegen Keizer was meer te
recht dan dat tegen de arbiter....
Coen Moulijn: grandioze
rentree
Benauwde situatie voor het Neder
landse doel. Pieters Graafland en
Israël stuitten met moeite deze Joego
slavische aanval.
ROTTERDAM. In
het Nederlandse kamp
was men gisteren una
niem van mening, dat het
Oranje-team „zeer onge
lukkig" ten onder was
gegaan.
Geen der spelers stelde
Eddy Pieters Graafland
aansprakelijk voor de ne
derlaag, maar het was
toch duidelijk, dat men
de Feyenoord-goalie min
of meer wilde sparen.
Zelfs de coach van de
Joegoslaven, Rajko Mitic,
sprak van nogal geluk
kige treffers van zijn
ploeg. Ook hij wilde de
overwinning van zijn team
niet aan het falen van
Pieters Graafland toe
schrijven.
„Ik ben bepaald niet
content over het spel van
mijn ploeg. Ik heb meer
respect voor de 10 Neder
landers, die naar mijn me
ning beter speelden dan de
Joegoslaven en vrijwel
geen enkel moment toe
stonden, dat onze jongens
de numerieke meerder
heid konden uitbuiten."
Hij betreurde het, dat
Keizer het veld moest
verlaten en vond dat
scheidsrechter Tschenscher
ondanks de forse over
treding toch wel met
een ernstige waarschu
wing had kunnen vol
staan.
„Moulijn, Swart en Cruyff
hebben mij beslist het
meest geïmponeerd", aldus
de coach van de Joego
slaven.
De Duitse referee had
maar één mogelijkheid
gezien! „Het was zonne
klaar, dat Keizer een
zware overtreding beging
tegenover zijn opponent
en ik heb dan ook geen
moment getwijfeld om
hem naar de kleedkamer
te sturen. Uiteraard is het
minder leuk reeds zo kort
na de aanvang een speler
buitenspel te zetten, maar
Keizer het niet anders
verdiend," zo besloot
Tschenscher zijn com
mentaar gedecideerd.
Bondscoach Kessler loof
de de enorme inzet van
zijn (tien) pupillen en
vond het bijzonder im
portant, dat allen hun op
drachten exact hadden
uitgevoerd. „Een nederlaag
was niet nodig geweest",
aldus Kessler en hij sprak
van „blunders in de ver
dediging". „Van Gorp de
buteerde zeer verdienste
lijk en voor het herop
treden van Coen Moulijn
heb ik maar één woord:
groots! Het Nederlands
elftal heeft een gran
dioze wedstrijd gespeeld."
Kessler had zich voorge
nomen om na de rust
Keizer te laten vervan
gen door Klaas Nuninga.
Hij besloot zijn betoog
met de mededeling, dat in
de naaste toekomst de jon
gere keepers zijn speciale
belangstelling krijgen.
„Maar dat vergt rtog veel
tijd. Het jonge talent
moet als het ware wor
den „ingebouwd" in de
selectie."
In de perskamer van het
Feyenoord-stadion werd
Piet Keizer onmiddellijk
bedolven onder vragen
van journalisten. Hij toon
de zich echter zeer ge-
piqueerd en gromde de
verslaggevers toe: „Ik heb
er niets over te zeggen."
Dat was zijn nogal ondui
delijke commentaar op het
voorval. Hij volstond ver
der met een apathisch
staren naar het plafond.
„Cruyffie" schitterde door
afwezigheid. De NAC-er
Van Gorp vond het een
ongelukkige nederlaag.
„Het is me ontzettend
meegevallen; vooral het
tempo vond ik niet over
dadig hoog." Tevreden
was Van Gorp nog niet
helemaal over zijn presta
ties. Hij wenste deze visie
echter niet te verklaren.
Doelman Pieters Graaf
land heeft een zeer lange
tijd aan een 2—0 eind
stand gedacht. „Ik vond
de prestaties van ons elf
tal geweldig en er werd
vooral een bijzonder grote
inzet aan de dag gelegd."
De goalie wilde zijn fou
ten overigens bepaald niet
betitelen als blunders. „Het
waren ongelukkige doel
punten, waaraan ik
naar mijn mening niet
alleen schuld heb."
Coen Moulijn, één van
de sterren in de voetbal
show, durfde er wel voor
uit te komen, dat hij con
tent was over zijn come
back in het Nederlands
elftal. „Ik heb heerlijk
gespeeld deze avond en
vötkI het triest, dat -we
tóch nog verlopen. De "be
slissing van Tschenscher
vond ik niet geheel juist."
Voordat bondscoach Kess
ler zijn pupillen bijeen
riep voor het banket, ver
telde een teleurgestelde
Sjaak Swart nog even,
dat hij geen moment aan
een nederlaag had ge
dacht. Ook hij schreef
echter de zege van de Joe
goslaven niet op het conto
van Eddy Pieters Graaf
land.
Keizer bleef geïrriteerd
voor zich uit zitten sta
ren en hij verbaasde de
journalisten steeds weer
door zijn hardnekkige
stilzwijgen.
Toen Kessler voor de
laatste maal hard in de
handen klapte, ging de
Ajacied pijlsnel de pers
kamer uit.
De Joegoslaven togen
even later trots naar de
banketzaal
meesterlijk. De Joegoslaven namen hun
toevlucht tot grove tackles en grof
blokkeren om doelpunten te voorkomen.
Zij slaagden daarin tot in de negende
minuut van de tweede helft. Toen veer
de de Nederlandse kolonie als één man
op. Muller onderbrak op vinnige wijze
een Joegoslavische aanval en speelde
de bal meteen in de vrije ruimte vóór
Moulijn. Twee, drie Joegoslaven tracht
ten de slalom van de pittige, kleine
Feyenoorder te onderbreken en juist
op het moment, dat de vierde een der
gelijke poging zou ondernemen ging de
bal dwars over het veld naar Sjaak
Swart, die prompt uithaalde en doel
man Vukcevic met een laaiend schot
geen schijn van kans bood.
Het enthousiasme van de tienduizen
den op de tribunes kende geen grenzen
en de Joegoslaven moeten wel onder de
indruk zijn gekomen van het enorme
lawaai en de opgewonden aanmoedi-
gingskreten, die van de tribunes naar
het veld golfden. Als leeuwen vochten
de Nederlanders om het behoud van
hun voorsprong en ze deden dat niet
alleen door met man en macht te ver
dedigen. Zonder schroom en met grote
koelbloedigheid trachtten zij steeds
weer met verrassende aanvallen de
voorsprong te vergroten. Juist in die
fase van de strijd faalde duidelijk aan
valsleider Johan Cruyff. Het aantal
Joegoslavische aanvallen was in die pe
riode beslist minder dan de Nederlandse
pogingen, maar toch niet zonder ge
vaar. Eenmaal moest Eddy Pieters
Graafland languit naar voren, om de
bal na een mistrap van Hans Eyken
broek voor de voeten van Novak, die
11111w
na de rust voor Lazarevic was inge
vallen, weg te plukken.
Swart dwong aan de andere kant na
een weergaloze één-twee-combinatie
tussen Moulijn en Jansen de Joegosla
vische doelman tot een nieuwe demon
stratie van zijn talenten en direct
daarna kon Ramljac een rush van
Cruyff alleen stuiten door de Ajacied
keihard te blokkeren. Bijna moest Vuk
cevic capituleren voor eéq, harde schui
ver van Suurbier, die na epn combinatie
met Moulijn ineens was doorgegaan.
En toen, terwijl de hoqp-ep een twee
de Nederlandse treffer volop gloorde
in de harten van de toeschouwers,
kwam daar plotseling de"ïn~*de aanhef
vermelde „dreun". Hoop en opgewon
denheid maakten in nauwelijks twee
minuten plaats voor doffe teleurstel
ling. Nederland verloor de strijd, maar
met ere....