Wat wij ge'oven
Interviews met
vooraanstaande
kerkelijke figuren
in Nederland
Een bezoek aan drs. G. IJ. Vellenga te Apeldoorn, stelt de bezoeker
continu voor verrassingen. Deze gereformeerde theoloog (Synodaal),
die in de gereformeerde kerken veel zeggingskracht heeft, houdt er
originele denkbeelden op na, waaruit duidelijk blijkt, dat er een zoe
ken is naar de allereerste openbaringsvormen van de christelijke ge
meente. Dat is het wat drs. Vellenga, met inachtneming van wat de
kerk in de loop der eeuwen heeft verworven, wil realiseren in onze,
moderne tijd.
En dat niet in sectarisch verband, maar in kerkelijke gebondenheid.
Waarbij hij echter gerust wat wil opsteken of overnemen van andere
gel oofs gemeenschap pen
Reeds jarenlang neemt drs. Vellenga een vooraanstaande plaats in
bij de Generale Synode van de Gereformeerde kerken, waarbij de
problemen van het diaconaat en het pastoraat zijn bijzondere interesse
hebben. Ondanks zijn vooruitstrevendheid is hij behoudend van
aard en legt de nadruk op het op de bijbel gebaseerde, persoonlijke
geloofsleven. Ook in de pastorale sector van het ambt pioniert deze
dominee. Hij doet dit op medisch-psychologisch terrein, zoals uit
onderstaand interview zal blijken
DOMINEE, HOE WAS IN HET KORT UW LEVENSLOOP?...
Ik ben in 1920 te Oosterend in Friesland geboren. Uit de boe
renfamilies van dit oude terp-dorp kwamen telkens predikanten
naar voren, zoals in de vorige eeuw de ethische theoloog, wiens
naam ik draag en de onlangs gestorven dr. O. Noordmans. Aan
de andere kant stam ik uit het van origine Gelderse predikan
ten-geslacht Becking, bekend uit het Friese Reveil. Zij waren her
vormd. Mijn ouders waren gereformeerd, ik deed mijn kandidaats
examen in Kampen en het doctoraal aan de Vrije Universiteit.
Mijn eerste gemeente was Schoonebeek en daarna volgde Alk
maar. Momenteel ben ik reeds 12Vt jaar werkzaam in Apeldoorn.
HEEFT U UITSLUITEND THEOLOGIE GESTUDEERD?
U BENT DUS VOOR VERDELING VAN DE FUNCTIES?.
Ik heb een speciale bijscholing gevolgd in de klinische-psy-
chologie en psycho-therapie. Daartoe liep ik een paar jaar mee
met de medische staf in een kliniek.
DEED U DAAR ONTDEKKINGEN OP PASTORAAL GEBIED?
Het bleek mij dat de gevoelsrelatie tot de arts een geheel
ander is dan die tot de predikant. De oude figuur van priester
arts is nu niet meer denkbaar.
KUNT U DAAR EEN VOORBEELD VAN GEVEN?
De predikant vertegenwoordigt een andere wereld dan de
arts. Men verwacht van hem ook iets anders. Wederzijds moet
men op zijn hoede zijn voor terrein-overschrijding. Dat sluit niet
uit, omdat het om dezelfde mens gaat, dat arts en dominee el
kaar nodig hebben. Het is vaak in het belang van de patiënt, dat
er overleg is tussen die twee.
DEED U IETS MET DEZE NIEUWE VERWORVENHEDEN?...
Ik publiceerde het één en ander over psycho-therapie en ziels
zorg. Er zijn tal van gevoeligheden waarmee de „geestelijke"
in zijn herderlijk werk rekening dient te houden. Niet elk gemeen
telid moet op dezelfde wijze worden aangesproken. Er zijn tal
loze nuances op dat gebied.
MOETEN AL DEZE HOEDANIGHEDEN VAN ZIELSZORGER,
PREDIKER, ZIEKENBEZOEKER, CATECHEET ENZ. VOL
GENS U, AMBTELIJK IN EEN FIGUUR VERTEGENWOOR
DIGD ZIJN?
Dat moet het volgens mij juist niet. Ik heb bezwaren tegen
de verambtelijking van al deze dingen en het hoogkerkelijke er
van, waardoor het ambt aller gelovigen in het gedrang komt.
Alles moet niet in één figuur, de dominee, fungeren.
WAT WILT U DAN?
Het charismatische van de gemeente moet veel meer naar
voren komen. De predikant moet ontdekken welke gaven er in
de gemeente zijn. Een charisma is aanvankelijk belangrijker dan
studie. Ik dacht dat we in de toekomst meer daarmee naar toe
moeten.
ZOU U EEN CHARISMATISCH-BEGAAFDE ZONDER GESTU
DEERD TE HEBBEN, OP DE PREEKSTOEL TOELATEN?...
Ik zou er geen bezwaar tegen hebben. Integendeel, ik zou
het stimuleren. Ik merk hierbij op dat een dergelijk iemand van-
zélf en uit zichzelf zal gaan studeren. Wie niet studeert, is niet
bekeerd. Maar iemand die een singuliere gave heeft om Gods
Boodschap te brengen, moet niet eerst een studietijd van een
jaar of acht afwachten, om dan pas, als het eerste vuur gedoofd
is, te mogen spreken. Dat is niet bijbels.
U HECHT DUS MINDER WAARDE AAN ACADEMISCHE VOR
MING?
Daar hecht ik veel waarde aan, maar niet voor elke arbei
der in Gods Koninkrijk. Er moeten academisch-gevormden zijn,
die charismata ontdekken. Ook om catecheet te kunnen zijn. Ver
der om ander charismatisch-begaafden in de gemeente voorlich
ting te geven. Deze academisch gevormde moet een vrijgestelde
lijn, een professional dus, een full-timer, maar dat behoeven de
anderen niet te zijn. Die kunnen naast hun gewone beroep het
ambt uitoefenen van: prediker, ziekenbezoeker, huisbezoeker en
zielszorger, enzovoorts, naar de mate van de gave die God hun
gegeven heeft, zoals Paulus daj. schrijft.
UW ZIENSWIJZE DOET DE*NKEN AAN OPVATTINGEN IN
PINKSTERKRINGEN
Ik zie daar ook heel wat positieve dingen. Correctie op wat
de kerk heeft verwaarloosd. Tegenovergesteld zouden wij, als kerk,
daar weer graag correctie willen aahbrengen. In hetgeschrift:
„Het werk van de Heilige Geest in de Gemeente", dat binnen
kort uitkomt, in opdracht van de Generale Synode, vindt u mijn
visie daarop.
ZOU U DE VROUW IN HET AMBT WILLEN BETREKKEN?...
Jazeker. In de bijbel treffen we heel wat eharismatisch-be-
gaafde vrouwen aan. In onze^ tijd is het ambt uitgegroeid tot
iets wat veel met regeren in de eerste plaats te maken heeft.
Zo was het vroeger niet. Het was in de eerste plaats dienen en
evangeliseren. Het ambt is gegroeid uit de charismata. In het
ambt ontvangt men een meer omschreven opdracht.
WILT U DAN EEN PREDIKANT MINDER BEVOEGDHEDEN
GEVEN?
Daar gaat het niet om; momenteel is het zo, dat een predi
kant bijna alles moet kunnen. Hij moet een goede prediker zijn,
een goede herder in de gemeente, een uitstekend ziekenbezoe
ker, een kundig catecheet, en noem maar op. Dat is niet doen
lijk en niet profijtelijk.
Inderdaad. Als we de charismata meer kans geven, zullen
er daardoor meer mogelijkheden geschapen worden.
MEENT U KANS TE ZIEN DEZE ZIENSWIJZE MET SUCCES
TE INTRODUCEREN?
Het zal heel wat moeite geven, maar ik meen van harte dat
dit aspect van het gemeentelijk leven meer naar voren moet ko
men, zonder echter te gaan forceren. Het moet groeien en daar
bij moeten we elkaar beïnvloeden met inachtneming van wat de
grote charismatisch begaafde apostel Paulus hierover schreef.
HEEFT U AL EEN SCHEMA?
Nee, ik ben huiverig voor schema's. Er moet geen starheid
zijn, maar beweging. Dynamiek. De Geest is reeds werkzaam.
Ik ben voor de vijfde keer lid van de synode en dan merk ik
hoe het liefdevuur brandt. Uiteraard is er desintegratie, maai
er is ook hoogspanning. Er zijn veel positieve dingen, het is
een geweldige tijd en wie weet wat de Heilige Geest gaat doen!
In het verleden hebben wij te veel mensen op een consequentie
vastgepind (1926, 1944), die zij zelf niet wilden.
WAAROM SCHRIJFT U EIGENLIJK NIET MEER, OM UW
VERWORVENHEDEN AAN UW COLLEGA'S MEE TE DELEN?
Deze dingen en nog veel meer zou ik graag willen doorge
ven, om aan te tonen dat wij de mensen innerlijk moeten vrij
laten, maar hun wel de weg moeten wijzen. De tijd voor publi-
katies ontbreekt echter vaak. Het pastoraat legt bijzonder veel
beslag op mij. Het is een voortdurende strijd tussen de studeer
kamer en de wijk. De kerkelijke vergaderingen doen bovendien
telkens een beroep op me. Om wat in evenwicht te blijven vind
ik het gezond, dat jk me ook voor niet-kerkelijke zaken als het
christelijke onderwijs en het ziekenhuiswezen kan inzetten.
U HAD HET OVER DE WEG WIJZEN. EEN PREDIKANT IS
DUS EEN WEGWIJZER?
Ja. Dat is iets anders dan een cipier of iets dergelijks te
zijn. We moeten de mensen in vrijheid laten beslissen. De ven
sters zijn vaak beslagen. Wij moeten dan als ruitewissers dienst
doen, zodat zij Gods weg zien. Wij moeten niet alles voor hen
Uitdokteren; ze moeten innerlijk vrij blijven. Wij mogen alleen
maar helpen. Elk mens is een aparte schepping. We moeten op
passen voor indelen in vakjes. Als mensen in nood zijn, moeten
wij eerst de concrete nood peilen en ze geven wat ze direct no
dig hebben, zonder hen te willen dwingen, deze hulp te accep
teren.
BEHOORT U BIJ HEN, DIE DE FUNDAMENTEN VAN DE
BIJBEL WILLEN VASTHOUDEN?
Ja. Ik heb de Here lief, ik heb zijn Woord lief en ik heb
zijn volk lief.
U GAAT DUS NIET MET DRS. BAARDA IN ZEE?.
Als u bedoelt of ik het eens ben met zijn meningen die hij
in zijn pas verschenen boekje verkondigt, Jan moet ik u zeggen,
dat ik de kritiek deel. van prof. Ridderbos daarop. Prof. Koole
kan ik beter volgen dan Baarda. Wat Koole beweert in „Ver
haal en feit in het Oude Testament", vind ik meer verantwoord.
Koole houdt geheel vast aan de schepping van Adam en Eva,
aan de zondeval en aan de herschepping door de tweede Adam,
Jezus Christus.
DE BUBEL IS DUS NIET DOOR MENSEN SAMENGESTELD?
Dat wel, maar God is de éérste Auteur. Men legt tegenwoor
dig meer de nadruk op de menselijke factor bij het tot stand-
komen van de Heilige Schrift. Maar dit mag nooit gaan ten koste
van de Goddelijke factor.
EN WAT VINDT U DAN VAN HET BOEK VAfr PROF. KUITERT
„ANTTMETAFYSISCHE TENDENZEN IN DE MODERNE THE
OLOGIE?
Ik vind het een goed boek en tracht het te populariseren
voor de geïnteresseerde catechisanten.
BENT U EEN VOORSTANDER VAN DE WERELDRAAD VAN
KERKEN?
Als deputaat van de oecumeniciteit werkte ik mee aan de
rapporten, die later zijn uitgegeven onder de titel „Samen met
al de Heiligen" en „Gemeenschap der Heiligen". Ik kan me ook
heientaai vinden in het rapport dat prof. Kromminga onlangs in
diende bij de Christian Reformed Churches in Amerika. De poli
tieke uitspraken namens de Wereldraad gedaan, zijn mij te een
zijdig. En wat er beweerd werd op de conferentie over „Church
and Society" vorig jaar te Genève, is erg horizontalistisch. Maar
we moeten niet de fout maken de Wereldraad als een supermarkt
te zien. We moeten ons niet alleen maar antithetisch afzetten,
maar we hebben de opdracht om te zeggen, hoe het dan wel
moet. We zullen een positieve inbreng hebben te realiseren.
ZIET U DAAR DAN GEEN GEVAAR IN?
Het gevaar is daar, waar een kerk het Woord Gods niet
meer spreekt. De Gereformeerde kerk draagt haar eigen verant
woordelijkheid eventueel ook in de Wereldraad.
WAT VINDT U VAN HET WOORD MEDEMENSELIJKHEID?...
Daar heb ik zachtjesaan genoeg van. Cliché-taal! Er wordt
momenteel te veel nadruk gelegd op het horizontale. Ik denk
aan het door zovelen bejubelde werk van Harvey Cox, „De stad
van de mens". Dat vind ik stenen voor brood geven. Als we
daarmee de gemeente moeten voeden, gaat ze honger lijden.
Er is een uitholling van het Woord Gods. En omkering van de
waarden. Men zegt dat we deze correctie nodig hebben. Dat
persoonlijke bekering ook moet doorwerken in alle structuren
van het leven. Akkoord! Maar dat is ons als Gereformeerden
reeds met de paplepel ingegeven. Ik heb nu wel eens de indruk
dat men alles wil veranderen, behalve zichzelf...
HEEFT U DAN MEER WAARDERING VOOR HET VERTI
CAAL-BEVINDELIJKE ELEMENT?...
Ja juist. Ik waardeer bevindelijke existentie. We moeten voor
uitzien. Door de Geest moeten wij onze aandacht laten leiden
naar de toekomst van Christus. Anders is er het gevaar dat
de liefde gaat verkillen. Er zijn er die de mond vol hebben
over de oecumene, terwijl de liefde voor de Kerk, waarvan zij
lid zijn verslapt en men het kerkelijk leven gaat stukmaken.
Ik zie op oecumenisch gebied wel iets groeien dat van de Geest
is. Maar we moeten nuchter zijn en het oude Woord als basis
gebruiken, als we ons richten op de toekomst.
WAT DENKT U OVER ASSEN 1926?...
Ik ben blij met de uitspraken door de Synode Amsterdam
1967. Ze komen boven het dilemma van het meerderheids- en
minderheidsrapport qit. Ze zijn duidelijk anti-mythologisch en te
gen het tijdloos-zijn van Adam. .Ze spreken van de geschiedenis
die in de eerste hoofdstukken van Genesis wordt beschreven.
Dat is voor deze tijd belangrijk. Buskes aanvaard ik graag als
broeder in Christus en óók als ambtsdrager.
U STEMT ER DUS WEL MEE IN DAT ASSEN HERROEPEN IS?
Als men had gezegd, dat Assen 1926 niet meer functioneer
de, was het mij ook goed geweest. Wel moet ik zeggen dat ik
nooit goed begrepen heb, waarom dr. Geelkerken met bepaalde
uitspraken niet akkoord kon gaan. We moeten niet vergeten
dat Assen 1926 ook een reactie was op de houding van Geel
kerken c.s. Dat is nu allemaal wel achterhaald.
WAT VINDT U VAN HET HIERNAMAALS?...
Ik heb in Christus het eeuwig leven. Op het moment dat ik
sterf hoop ik van stonde aan bij de Heer te zijn. Ik geloof namelijk
niet in een doodslaap.
HOE DENKT U OVER DE BELIJDENISGESCHRIFTEN?
Ik heb de belijdenis lief, maar ik heb de vragen van deze
tijd te beantwoorden. Sommige dingen liggen nu anders dan
vroeger. De veroordeling van de paapse mis, is bijvoorbeeld
voor vandaag te weinig genuanceerd. Anderzijds mist men hele
stukken, die vandaag actueel zijn. De belijdenis is wel belang
rijk, maar heeft niet het laatste woord.
U BENT SYNODAAL-GEREFORMEERD. IS EEN KIND
VAN GELOVIGE OUDERS ZOMAAR AUTOMATISCH KIND
VAN GOD?...
Door het Verbond ben ie kind van God. Maar!., je moet
ook kind van God willen zijn! Persoonlijke keuze is nodig. Bij
openbare geloofsbelijdenis laat ik de kandidaten vaak een brief
schrijven, waarom zij belijdenis willen doen. In dit opzicht zie
ik ook in b.v. de Christelijke Gereformeerde Kerken en e.a.
een verschuiving in deze richting komen. Het wordt meer een
belijdenis van het geloof dan van de kerkelijke dogmatiek. En
dat is toe te juichen.
MAAR WE MOETEN TOCH WEL DEGELIJK DE VRUCHTEN
VAN HET WERK VAN DE HEILIGE GEEST IN ONS HART
EN LEVEN ONTDEKKEN, OM ONS KIND VAN GOD TE
NOEMEN?...
Daar moeten we inderdaad verantwoording van kunnen af
leggen. Een christen moet niet introvert altijd met zichzelf
bezig en als het ware over zichzelf heengebogen staan. Maar
het verticale, Gods verborgen omgang moeten we zeker kennen.
Als we dat missen, verliezen we uit het oog, dat wij zo het zout
der aarde niet kunnen zijn. Dan is er ook weer het gevaar dat
we het zout in een zoutpotje bewaren. Het blijft dus altijd
tweeledig. We moeten „zout" hebben in ons zelf, maar zijn ge
lijktijdig geroepen dit zout in de wereld te laten doorwerken.
WAT VINDT U VAN „WAARHEID EN EENHEID"?...
Ik heb de Vrijmaking van dichtbij meegemaakt en de ramp
zalige gevolgen van kerk-scheuring gezien. Aan „Waarheid en
Eenheid" werken mensen mee, die ik hoog aansla. Zij willen
ook geen groepsvorming. Daar ben ik bang voor geworden
in welke richting dan ook. Er moet in de kerk ruifnte zijn voor
allerlei opvattingen, mits die blijven binnen het raam van
Schrift en Belijdenis.
HOE STAAT U TEGENOVER DE VRIJZINNIGHEID?...
Daardoor werden grote delen van ons volk van het evange
lie vervreemd. Er zijn hele gemeenten stuk gegaan door het mo
dernisme. Je kunt de delen in het land aanwijzen, waar de vrij
zinnigheid heeft huisgehouden. Tegenwoordig zijn er wel nuances.
Als de verzoening door Christus geleerd wordt, moeten we niet te
snel veroordelen. Voor het oude modernisme kan ik geen waarde
ring opbrengen.
HOE STAAT U TEGENOVER ROME?...
t— In gesprekken met R.K. geestelijken, frappeert het me vaak
niet bij Petrus, maar eerder bij Paulus terecht te komen. Hoe
wel er ook uitingen zijn, die aan het modemisme doen denken,
en we niet moeten vergeten, dat aan de officiële leerstellingen
van Rome niet zo veel veranderd is, zie ik toch een duidelijke
verschuiving. Men dacht vroeger m°er als R.K.: de kerk is het
heils-instituut, dat wel voor mijn heil zal zorgen: nu staat de
vraag meer centraal, of men Jezus liefheeft! Hoe dan ook, de
bijbel wordt er nu gelezen en het Woord van God doet altijd zijn
werk. Ik geloof dat er door de macht van het evangelie een toe
groeien naar elkaar zal komen.
U PIONIERT OOK OP JEUGDGEBIED. KUNT U IETS ZEG
GEN OVER DE TESTEN DIE U AFNAM?...
Ik hield een paar honderd anonieme enquêtes onder de jeugd
tussen de 16 en 19 jaar. Het viel mij op dat deze jeugd over het
algemeen diep-religieus nadenkt. Op sommige momenten durven
ze alle filosofieën zomaar op zij te zetten. Ook bleek dat de ero
tiek voor de jongelui een grote verzoeking is. Toch zijn de normen
nog niet minder dan vroeger. Echter in gezinnen waar de ver
houdingen niet goed zijn, is doorgaans minder normbesef. En die
gezinnen worden talrijker...
VINDT U DAT MEN DE JEUGD EEN DUIDELIJKE ANTI
THESE HOUDING MOET VOORHOUDEN?...
Wij moeten de jeugd helder laten zien dat ze met deze we
reld zullen omkomen, als er geen tegenstelling is met de door
gaande Saecularisatie. De jeugd heeft tegenwoordig een grotere
inbreng dan vroeger. We moeten hun ook niet alles gaan ver
bieden. Alles is geoorloofd, zegt Paulus, maar we moeten God
ervoor kunnen danken. We moeten Christen zijn in het gewone le
ven. Geloven is: leven plus loven.
MOET OOK DE JEUGD GECONFRONTEERD WORDEN MET
DE HEILIGE GEEST EN DE CHARISMATA?...
Zeer beslist. Dat hoort er bij. Ze mogen blij zijn. De zon
mag gezien worden. Je mag plezier maken, juist vanuit je be
trokkenheid tot Christus. Als christen moet je eerst mens zijn.
Het christen-zijn geeft een geheel andere dimensie aan je mens
zijn. 'De jeugd moet gewetensvorming worden bijgebracht. Een
kind leer je dat de Hére goed is. Later komt de tijd dat het
kind, als jongere, persoonlijk gaat kiezen. Dan mag het gerust
zó worden gezegd: Ik heb de Here lief gekregen doordat mijn
vader en moeder Hem zo lief hadden. Het jeugdige kind moet
het geloof in de Here Jezus worden voorgeleefd.
IS DE HOUDING VAN DE OUDERS BELANGRIJK VOOR HET
KIND?...
Uitermate belangrijk zelfs. Het bleek mij dat het kind het
niet erg vindt als zijn ouders op pad zijn voor het Koninkrijk
Gods. Als ze echter uithuizig zijn voor eigen pleziertjes, valt
dat bij het kind niet in goede aarde en kan het tot allerlei narigheid
en kriminaliteit leiden. Veel ouders trachten hun ouderplichten af
te kopen door-de kinderen veel zakgeld te geven. Maar zoiets
kan nooit goedmaken wat de kinderen aan liefde tekort komen.
Later nemen ze wraak...
HOE STAAT U TEGENOVER DE NIEUWE OPVATTINGEN
OVER DE HOMOFILIE?
Het is goed voor deze mensen dat er meer begrip komt,
maar het mag niet beschouwd worden als iets normaals, zoals
sommigen propageren.
U ZOU DUS WERKEN VAN VAN HET REVE NIET SUBSI
DIËREN?
Ik heb niets te subsidiëren, maar ik heb er wel bezwaar te
gen dat allerlei literaire produkten, die m.i. schadelijk zijn voor
de geestelijke volksgezondheid en soms godslasterlijk zijn, door
de overheid met belastinggeld worden gesubsidieerd. Bij Van het
Reve werd religiositeit verward met het christelijk geloof.
U DISCRIMINEERT DE HOMO'S DUS?
Van discriminatie 'of verachting mag geen sprake zijn. Maar
het mag evenmin genormaliseerd worden. In oude culturen, zo
als in Babel en Griekenland werd het gecultiveerd. Het was te
vens het einde van een cultuur!... Laat dit ons toch tot waarschu
wing zijn. In dit verband zou ik er ook op kunnen wijzen wat
er van Sodom en Gomorra geworden is... Daar maakte men er
ook een cultus van! Maar laten we geen afstand scheppen tot de
homofiele mens! Ik heb diep respect voor een homo, die strijdt
voert, met zijn tegennatuurlijke aanle*~ ook al zal dat wellicht
gepaard gaan met vallen en opstaan. Hij moet echter in de
kracht van Christus proberen te leven met zijn handicap.
VINDT U HET MOMENTEEL IN HET ALGEMEEN EEN GRO
TE CHAOS ROND EROS?...
Dit alles boeit me wel, want ik heb er mee te maken door
mijn werk. Ik heb bezwaar tegen het isoleren van de seksualiteit,
die als genotsmiddel wordt aangewend, losgemaakt van de lief
de. Dan dient men elkaar niet meer, maar bedient men zich van
elkaar. Daarna wordt vaak bij de jongen de binding minder.
Daarom moet vooral het meisje de grenzen weten te trekken.
Wat de jongen ook zegt, achteraf respecteert hij dat bij haar!
TOONDE DE UITSLAG VAN UW ENQUêTES AAN DAT ER
VEEL VOOR-ECHTELIJK GESLACHTSVERKEER VOORKOMT?
Meestal wordt er gepubliceerd dat de meeste meisjes het
wel toestaan, maar dat is niet waar. Die het wel doen, hebben
er achteraf dikwijls vreselijk spijt van. Vaak is hun wijsgemaakt,
dat het zo hoorde, en dan trapten ze erin. Natuprlijk zijn er
wel die alles goedvinden, maar dat is geen regel. Tenmfnste niet
in kringen waar Gods Woord nog gezag heeft.
U VEROORDEELT DUS ZONDER MEER VOOR-ECHTELIJK GE
SLACHTSVERKEER?...
Zolang men zich niet voor het leven aan elkaar verbonden
heeft, vind ik de coïtus gevaarlijk. Want de coïtus mag alleen
plaatsvinden met één partner. Die éne moet het zijn! Je weet
nooit van te voren of die ene het is. Daarom is genoemd sa
menzijn, voor het huwelijk, ongeoorloofd. Ik ga dus niet met al
lerlei nieuwe theorieën hierover mee. Er komt minder normbe
sef, wat resulteert in ongebondenheid. Ik geloof dat je hierdoor je
naaste kwaad doet. Het is nu eenmaal geen speelgoed.
VINDT U HET DUS ZONDE?...
Zonde is een overtreding van het grote gebod der liefde Zo
vind ik dit dus ook inderdaad zonde.
RESSORTEERT HET OOK ONDER ONKUISHEID?
Onkuis is, als men het lichaam isoleert, losmaakt dus, van
de persoon van de levende mens. Dan is de coïtus alleen licha
melijk, onkuis dus. Geslachtsverkeer voor het huwelijk, behoeft
dus niet altijd onkuis te zijn. De eenheid kan er werkelijk zijn.
De nuancering zie ik dan ook meer vanuit hetzelfde gebod, dan
vanuit het zevende, omdat ik reeds zie dat het een kwaad
doen aan elkaar kan zijn. Ik zou willen concluderen dat al die
progressieve opvattingen meestal niet voortvloeien uit liefde,
maar uit pure zelfzucht... „Meer liefhebbers van het genot dan
van God" zegt apostel van de mensen van de eindtijd.
NU IETS GEHEEL ANDERS. HOE BEZIET U DE VERHOU
DING ISRAëL-ARABIë?...
Israël is een teken voor mij. Ik heb altijd de indruk, dat je
niet zo maar aan Israël mag komen. Toch vraag ik me wel af,
of je de staat Israël mag vereenzelvigen met het oude volk
Gods. Er zijn onder de Arabieren miljoenen Christenen. Ik ge
loof dat de kerk zowel naar Israël als naar Arabië moet kijken.
Ik hoop dat het tot een grote ommekeer.in Israël komt. Immers
het grote Koninkrijk Gods, waarvan Christus de Koning is, is
het meest essentiële.
HEEFT U NOG EEN SLOTOPMERKING?
Ik hoop dat de kerk van Christus in Nederland en in de we
reld daarheen door Gods Geest gedreven wordt, dat allen die God
werkelijk liefhebben elkaar zullen vinden als „kinderen van één
Vader", die dat óók zichtbaar maken in hun kerkelijk samenleven.
Zodat, als Christus wederkomt, Hij niet alleen verdeelde Christenen
vindt, die ten aanzien van het bekende psalmvers: „Ai ziet hoe goed,
hoe lieflijk is het dat zonen, van het zelfde huis als broeders sa
menwonen niet verder zijn gekomen dan het woordje „Ai"
DOMINEE VELLENGA, ONZE HARTELIJKE DANK VOOR UW
ZEER ORIGINELE BIJDRAGE IN ONZE REEKS INTER
VIEWS!...