EIGEN LEVEN TOCH P.V.D.A. Nieuw Rechts opgericht Nut van landelijk persoonsnummer wordt onderzocht BETER DOEN SLEUTELPOSITIES BITTERE TIJD NACHTCLUBS NIET BERGERS ZOEN NIJMANS VERZET DE STAD LEEFT DONDERDAG I FEBRUARI 1968 GRONINGEN IS ALS 'N MOOIE VROUW DIE GESLAPEN HEEFT Tj^en niet al te onvoorzichtige conclu- -*-J sie: de Groningers komen niet zo heel erg snel tot zichtbare opwinding. Vorige week even, toen de regerings nota haar voor Groningen zeer teleur stellende inhoud prijsgaf: een soort be zonken ontgoocheling, die tot ander halve dag ernstig overleg noopte. Opwinding heerst er over de komen de stadsuitbreiding, maar dat komt omdat zelfs de Groningers elkaar in de weg zijn gaan staan. Zij zijn letterlijk in hun stadsgrens bekneld geraakt en na de grenswijzi ging zullen ze per persoon meer dan het dubbele van de ruimte hebben. Die grenswijziging komt er wel, al heerst er wat politieke vertraging, maar wat de Groningers thans bezighoudt is of er tussentijdse verkiezingen zullen komen. Het is de vraag of de democratie nu zo nodig deze tussentijdse gang naar de stembus vraagt, maar voor Gro ningen en heel Nederland is het wel duidelijk, dat Groningen veel be ter dan Helmond een tussentijdse graadmeter van het vaderlandse poli tieke leven kan worden. Gaat Groningen over enkele maanden tussentijds stemmen dan zal het zwa re zoeklicht der belangstelling Gro ningen intensief en langdurig beschij nen. De Groningers wensen niets liever dan dat. Zij zijn sinds enkele jaren tot de ontdekking gekomen dat de tijd van de Zeven Verenigde Nederlandse Ge westen definitief voorbij is. Zij willen na al die eeuwen eindelijk eens een wezenlijk deel van ons goede vader land worden. Zij willen ook dat de rest van Neder land het Noorden als een stuk vader land zal gaan bezien. Tot voor enkele jaren heeft Gronin gen zo zijn eigen leven geleid, bij na los van Nederland. De miljoenen vaderlanders beneden Zwolle waren zich er dikwijls amper van bewust dat er boven Zwolle nog wat te bele ven viel. „Daar zetten ze 's nachts nog de hui zen binnen", zeiden de grappenma kers. Het Noorden nam deze bolle schets, maar hield de zandloper van de tijd nauwlettend in het oog. Zo groeide er tweehonderd kilometer van de Rand stad verwijderd een centrum, dat on mogelijk in een enkele kloeke volzin is te schetsen. Dat ook niet te verge lijken is met enige andere stad in Ne derland. Enkele willekeurige grepen. In de schaduw van de Martinitoren staat een van de ruim 120 horecabe drijven uit de stad Groningen: de Ja- cobijn, een strakke espressobar, op windend zwart-rood getint met het ongrijpbare uiterlijk van de meisjes binnen, die men overal in de stad te genkomt: vriendelijk maar vastbeslo ten en dikwijls adembenemend mooi. Twee gejacquetteerde studenten lopen met wit-zijden sjaals ovei de Markt, verdiept in een zo belangrijke discus sie dat zij zich hun omgeving niet meer bewust kunnen zijn. Dat mag in Groningen geruisloos geschieden, maar toch is Groningen geen Leiden: de Groningse universiteit en de stu dentenwereld beheersen de stad niet. Het is ook geen Rotterdam, want de universiteit heeft in Groningen een zeer duidelijke en zichtbare plaats in de gemeenschap. Groningen is een welvarende stad in zijn uiterlijk. Met als blijvend cen trum de Markt spiralen de straten naar de stadsgrens, bijna in gave cir kels. Oo enkele uitzonderingen na zijn zelfs de volkswijken in Groningen opwekkend, maar oppervlakkig ge zien zijn er niet zo heel veel volks wijken. <Je stoere bouw van voorbije tijden en" de vloeiende bungalowstijl van deze tijd beheersen het beeld. Toch stemt éénderde van de Groning se stedelingen op de Partij van de Arbeid. 55 AMSTERDAM In Amsterdam ls gisteren de stichting Nieuw Rechts op gericht met als doel het bevorderen van een rechtsgerichte politiek in ons land. Oprichters zijn enkele ultrarechtse figuren, die al veel (mislukte) pogin gen deden hun ide ?ën te verspreiden. Ditmaal gaat men het proberen via 'n onafhankelijk, nationaal weekblad „Rechtsom". De oprichters zijn Max Lewin, die vele malen trachtte een extreem-recht- ne partij óp te richten, J. Baank, wiens vrouw als oud-lid van de Boerenpartij in de Amsterdamse raad zit en free lance journalist D. Schèps, bekend door zijn medewerking aan de Duitse Solda ten Zeitung. Dit rietal heeft onlangs nog geprobeerd een anti-ontwikkelings hulpactie te ontketenen. Ook dat mis lukte. DEN HAAG Staatssecretaris C. van der Veen (Binnenlandse Zaken) heeft een commissie ingesteld, die zal nagaan of de nu al bij verscheidene in stellingen gebruikte uniforme adminis tratienummers voor de registratie van persoonsgegevens landelfjk moeten worden ingevoerd. Ook zal de commissie antwoord ge ven op de vraag of het nuttig is regis tratiecentra met elektronische appara tuur (computers) in te richten. Tenslot te moet zij een regeling maken, die waarborgt, dat de persoonsgegevens al leen verantwoord worden gebruikt en geheim blijven. Drs. Th. J. Westerhout, oud-staatse cretaris van Binnenlandse Zaken en lid van de Tweede Kamer, is voorzitter van de commissie. Groningen staat voor een beslissend moment in zijn geschiedenis. Bij het parlement is een wetsontwerp in behan deling om de grenzen van Groningen fors te verschuiven: de gemeenten Hoogkerk en Noorddijk, plus delen van Haaren, Bedum en Adorp zullen bij de stad Groningen komen. Deze uitbreiding is noodzakelijk. In Gronin gen wonen thans per vierkante kilometer 5700 mensen, dat is meer dan in iedere andere Nederlandse gemeente, uitgezonderd Den Haag, waar de bevolkingsdichtheid even groot is. Na de grenswijziging zal Groningen elfduizend inwoners erbij krijgen, maar die brengen zoveel land mee, dat er na de wijziging nog slechts tweeduizend inwoners per vierkante kilometer in Groningen zullen wonen. Omdat er wellicht tussentijdse verkiezingen in Groningen zullen worden gehouden, zal deze plaats in de naaste toekomst de aandacht van heel Nederland op zich gevestigd krijgen. Omdat bovendien voor veel Nederlanders in gedachten 't vaderland boven Zwolle eindigt, hebben wij enkele doorkijkjes gemaakt op de grote stad in het noorden, die alleen met andere Nederlandse steden is te vergelijken, als men uit vele facetten van vele steden een geheel wil maken. Hiervoor hebben de Groningers een verklaring: het Nederlandse socialis me is hier geboren, zeggen zij. Hier stemt men rood uit gefundeerde over tuiging, ook al zou mer maatschap pelijk meer heil tei rechter zijde van het politieke toneel kunnen vinden. Kunnen dt socialisten in Groningen dus onbezorgd de eventuele tussentijdse verkiezingen tegemoet zien? Niet helemaal, want de Groningse uni versiteit heef', bijna in zijn geheel voor D '66 gekozen. Een kleine hon derd specialisten op alle gebieden van het maatschappelijk leven zijn voor deze partij al vele maanden be zig om thuis te raken in de gemeen tepolitiek en zij leggen de laatste hand aan eep kandidatenlijst, die op de Groningers indruk zal maken. Toch heerst er geen sombere stemming bij de PvdA. In de tegenwoordige raad zitten drie afgevaardigden van de Boerenpartij en daarvoor geneert Groningen zich een beetje. Goed, een onderzoek heeft uitgewezen dat de Boerenstemmen vooral uit de sociaal zwakke milieus zijn gekomen, maar de politieke leiders in Groningen heb ben wel het gevoel dat zij in het verle den hebben gefaald en zij willen het nu beter doen. „Als die Boerenzetels naar D '66 gaan, dan zullen wij dat toejuichen", zeggen vooraanstaande leden van de PvdA in Groningen. Overmoedig zijn ze niet: „We hebben nu veertien zetels. We geloven niet dat we daarvan een zullen gaan ver liezen". Ook in de kring van D '66 heerst be dachtzaamheid: „Volgens de cijfers van de landelijke verkiezing in 1967 zouden we hier drie zetels kunnen ha len. Sindsdien is de belangstelling voor D '66 hier sterk gegroeid, maar we gaan geen voorspellingen doen over opzienbarende winsten". Maar politieke cijfers laten slechts een klein stukje van het ware Groningen zien: het mag volgens die cijfers een rode stad zijn, maar de onzichtbare invloed van bijvoorbeeld de Gerefor meerden in Groningen mag men niet onderschatten. Zij bezetten vele sleu telposities, zowel in het bedrijfsleven als in een ambtenarenwereld. Trou wens van een bittere oppositie is geen sprake. Zijn de zetels eenmaal verdeeld in Groningen, dan gaat men proberen om het tezamen zo goed mogelijk te doen. In dit opzicht lijkt Groningen weer wat op Rotterdam. De Groningers zelf houden er niet zo erg van dat hun stad met andere ste den wordt vergeleken. Zij halen wel graag de woorden aan van een be kend stedebouwkundige die heeft ge zegd: „Er zijn in Nederland maar drie steden: Amsterdam, Groningen en Maastricht. Alle andere plaatsen zijn samenraapsels van wijken, waar in de eigenlijke stad verloren is ge gaan". Een volslagen misser is het wanneer men als niet-Noorderling Groningen joviaal „Het Haagje van het Noor den" noemt. Men houdt in Groningen niet zo bar veel van Den Haag en dat is niet he lemaal eerlijk, want Den Haag moge zeer karig zijn met zijn belangstel ling voor Groningen Groningen is pas sinds enkele jaren driftig de aan dacht aan het trekken van Den Haag. Dat wortelt wel een beetje in de ge schiedenis. In de verre Middeleeu wen werden de eerste oorkonden ge schreven waar de naam Groningen op voorkwam. Toen was deze stad nog lang geen centrumgemeente voor het Noorden, want eeuwenlang hebben de Groningers verbitterd gestreden met Appingedam. Burgemeester Coenders is er nog eens als vendeldrager in de verdrukking gekomen: hij kwam na een zwaar ge vecht met Appingedam zonder stads- vaandel terug in Groningen. Ver draagzaam als de Groningers zijn en misschien ook omdat ze uiteinde lijk het gevecht met Appingedam heb ben gewonnen hebben ze toch een stadswijk naar de ongelukkige burge meester genoemd. Sinds die overwinning in het wel zeer grijze verleden heeft Groningen zich altijd vaderlijk verantwoordelijk ge voeld voor de verre omtrek: ctad en Ommelanden werd Groningen tot 1795 genoemd en ook na dit revolutie jaar bleef Groningen de Stad die voor haar Ommelanden zorgde. Zo groeide een merkwaardige zelfstan digheid los van Nederland. Als Den Haag geen kanalen wilde graven voor de turf, dan zou de stad Groningen dat wel doen: voor haar hele provin cie en ook nog voor het aanpalend land in andere provincies. Dit is lang goed gegaan: Groningen werd een stad die voor zichzelf en voor haar wijde omgeving genoeg zaam was: provo's en sportvelden, or kesten en schouwburgen. Zelfs een wijk, waar de meisjes van het klam me plezier het oudste beroep der mensheid uitoefenen. „We hebben ook geprobeerd m hier nachtclubs te krijgen, maar dat is mislukt", hoorde ik op de Commer- cieele Club, die schuin boven de Ja- cobijn een statige Nieuwe Harmonie heeft ingericht. Zoals alle groepen, voelt ook de Com- mercieele Club zakenlieden, indus triëlen en staffunctionarissen zich uiterst verantwoordelijk voor de pu blieke zaak. Er is onlangs een enquê te gehouden onder de leden: „Wat moet er gebeuren om het in Gronin gen nóg fijner te maken, zod<?t men eindelijk in Randstad Holland zal gaan inzien, dat men weinig facetten van het leven zal missen, als men naar Groningen verhuist". De antwoorden zijn met bosjes binnengekomen. „La ten we terrasjes aanleggen voor de café's. Laten we het verkeer uit de binnenstad weren". In Groningen wil men het niet langer aanzien dat bij iedere schommeling in de conjunctuur de eerste en hard ste klappen in het Noorden vallen. „Wij moeten ons gaan verkopen in die Randstad, waar de mensen dikwijls vergrauwen van ellende te midden van een steenwoestijn". „Groningen is wakker gekust", zegt men poëtisch, „want Groningen is als een mooie vrouw, die heeft pen." Als Groningen die kus dan al nodig had, dan is de zoen gegeven door burge meester J. J. A. Berger, die man die drie jaar geleden in Groningen werd benoemd. Tot welke groep men ook behoort in Groningen: de lof voor burgemees ter Berger is algemeen. De heer Ber ger vond in 1965 wellicht tot zijn verbazing een geweldige gemeente in het Noorden en hij nam zich voor deze gemeente aan Nederland te ver kopen. Daarmee willen alle Groningers hem helpen. In de Bolderij het „Ame- cain" van Groningen kost het wei nig moeite om als vreemdeling con tact te krijgen met mensen, die allen willen vertellen hoe fijn het wel in Groningen is. Een socioloog zegt: „De mensen van morgen komen nu in Groningen wo nen. De studenten zijn voorgegaan. In tien jaar tijds werd het studen tenaantal verdrievoudigd en meer dan de helft komt niet uit de noordelijke provincies. Mensen van de nieuwe tijd, die inzien dat men best wat wel vaart kan missen, als men daar wel zijn voor kan kopen, zullen naar Gro ningen komen. Hier kan men nog vrij ademen. Al je een kwartiertje met een auto rijdt ben je alleen in de na tuur en na een half uur kan je nog een schaapherder tegenkomeh". Het groeiende Groningen is slechts op één gebied niet met de moderne tijd meegegaan: men heeft er nog niet ontdekt, dat het erg modern is om apathisch te zijn en om zijn wantrou wen in de toekomst doorlopend te de monstreren. Toch zijn niet alle Ommelanden die bij de grenswijziging betrokken zijn, ge lukkig met het komende stedeling schap. Burgemeester G. Nijman, sinds 1957 burgemeester van Hoog kerk heeft zich met alle kracht tegen de annexatie verzet. Zijn gemeente heeft in tien jaar tijds een grote ont wikkeling doorgemaakt en de burge meester die volgend jaar met pen sioen gaat acht Hoogkerk zijn zelf standigheid waard: „Als ze onze ge meente vijftien jaar de tijd geven, dan zijn we tot volle ontwikkeling ge komen." De Groningers, die wel begrip hebben voor de strijd van burgemeester Nij man, zeggen: Het kan niet. Als Hoog kerk er niet bijkomt, krijgen we een verscheurde uitbreiding. Burgemees ter Nijman blijft doorvechten. „Zo lang de annexatiewet niet in het Staatsblad is gepubliceerd, heeft Hoogkerk nog steeds zijn zelfstandig heid." De Groningers zeggen: „Als ze een maal bij ons zijn zullen ze geestdrif tiger over onze stad worden dan wij, want onze beste propagandisten zijn de mensen, die /ar elders naar hier kwamen." In de Bolderij en in vele andere restau rants en kroegjes wordt afgerekend met de spreekwoordelijke Groningse geslotenheid. Zeker, op een avond in Baulig zitten ernstige mannen met rechte ruggen het avondblad te le zen: een zeer ernstige bezigheid. Maar iedereen wil praten en iedereen wil vertellen dat Groningen leeft en dat de afstand tot de Randstad niet groot behoeft te zijn als Den Haag nu eindelijk eens een vierbaansweg naar Zwolle wil aanleggen.

Digitale periodieken - Gemeentearchief Veenendaal

De Vallei | 1968 | | pagina 13