BELASTINGONTDUIKERS KRIJGEN HET STEEDS MOEILIJKER: Alle Nederlandse auto's komen elk half jaar een keertje op de foto Kwartje voor parkeermeter onvoldoende voor gemeente Aanwezigheid van advocaat nu punt van discussie en onderzoek De ideale Smulpapen uit hele wereld naar Jeruzalem Haagse wethouder van mening: Indonesische ambassadeur in ons land HET DUBBELE AANSPRAKELIJK ONGEDULD GOED LEESBAAR Veel geld Jaren en jaren Binnenstad GENERAAL WERD ZIJN BAAS STUDENT CONTACT BEGRIP SFEER VRIJHEID GEWOON EéN WOORDJE RIJSTAND ELLENDE VERHOREN BEZWAARLIJK Iedere Nederlandse automobilist komt, statistisch gezien, met zijn wagen om de zesduizend kilometer onder de controlerende ogen van de belasting dienst nu de controle op de motorrijtuigenbelasting wordt uitgevoerd met foto camera's. Het hele autopark van ons land komt, om het half jaar op de kiek. In de tweede helft van 1967 werden rond twee miljoen auto's gefotografeerd, zeventigduizend automobilisten die geen motorrijtuigenbelasting hadden betaald, werden in die periode gesnapt. Op Aruba wordt een actie gevoerd, opdat het eiland meer autonomie zal verkrijgen. Er worden autostickers verkocht, waarop staat „Aruba #ta exigi mas autonomic" Aruba eist meer autonomie). De opbrengst zal worden besteed om de verschillende acties te kunnen voeren. De gedepu teerde Betico Croes voorziet zijn privé-auto van een dergelijk plakkaat. w Van onze Haagse redactie DEN HAAG Wethouder mr. A. J. Dankelman „doet" in Den Haag al bijna vijf jaar verkeer en openbare werken. In die jaren heeft hij kritiek leren verdragen en waarderende woorden voor zijn gedachte over de toekomst van Den Haag op hun waarde weten te schatten. Het heeft zijn enthousiasme niet beschadigd. JERUZALEM. Onverschrokken hebben de Israëli's de smulpapen van de wereld uitgenodigd, dit jaar hun jaarlijkse „eet-in" te houden in Jeruza lem. Het is echt een uitdaging, want 2000 chef-koks, lekkerbekken, fijnproevers, hoteliers en leden van de „Chaine des rötisseurs" worden hier van drie tot tien november verwacht voor een ron de van feesten en bezoeken aan be zienswaardigheden. Israël heeft, zoals menige gekwelde hotelgast zal getuigen, nooit de reputa tie verworven een culinaire oase te zijn. De Joodse rituele slachtmethoden en de spijswetten bevorderen trouwens dat het Israëlische eten weinig stimu lerend is. „De epicuristen van de wereld hier te eten te vragen kan worden vergele ken met het uitnodigen van de chef-kok Van 't Waldorf-Astoria-hotel om bij je huis een portie stamppot te komen eten", bromde een toerist met een slechte spijsvertering. Wat zal de afgevaardigden beletten hun zuiveringszout te slikken en de eet tafel wankelend te verlaten? „Dat zal het Israëlische voedsel doen", antwoordde een Israëlische functionaris voor het toerisme. „Ze zul len ons voedsel heel lekker vinden, wees maar niet bang", zei hij. „Zij zullen Israëlische avocado's en citrus vruchten eten, Sint Pieters-vis aan de oevers van het Meer van Galilea, melk en honing in een kibboets en voedsel van de nomaden in de woestijn". „We hebben zelfs een Oosterse ge vulde vis bedacht. Dat is een karper, gevuld met aubergines, overgoten met mandarijnensap en gebakken. Heer lijk". De Israëlische functionaris, die ver antwoordelijk is voor de arrangemen ten, maakte zich ook geen zorgen. Is raël kan putten uit een grote reserve van goede koks immigranten uit de gehele wereld, die hun nationale ge rechten hebben meegebracht. Het hoogtepunt van het vijfde natio nale gastronomische congres zal een feest in Bedoeïnententen in de Negev- woestijn zijn. De gasten zullen worden getrakteerd op heerlijkheden zoals lamsvlees met rijst, te eten op de wij ze der nomaden, d.w.z. met de vingers. Na de maaltijd zullen de Israëli's hun gasten vermaken met den „Fanta sia", zijnde een Arabisch ruiterspel, waarbij stamleden, gezeten op kame len, geweren afschieten. Het geval van de automobilist, die binnen twee maanden vijf navorderin gen thuis gestuurd kreeg omdat hij zijn belasting niet had voldaan, bewijst de grote frequentie van de fotografische controle. Er wordt nu tienmaal meer gecontroleerd dan mogelijk was bij het vroegere systeem van aanhouding. De doublures in het sturen van navor deringen vormen voor de belasting dienst een probleem, dat de administra tie onnodig belast en veel moeilijkhe den veroorzaakt. Er wordt daarom ge zocht naar een mogelijkheid om met een extra band in de computer bij het nagaan van de gefotografeerde num mers de auto's, die kort tevoren al zijn gecontroleerd en in orde bevonden, er direct uit te halen. Bij het vroegere systeem van aanhou ding was het vrijwel onmogelijk om op autosnelwegen en tijdens de spitsuren in de grote steden te controleren. Met de fotocamera zijn juist deze verkeers knooppunten ideale plaatsen voor een intensieve controle. Bij druk verkeer worden niet zelden twee of meer auto's tegelijk gefotografeerd. Proeven in de grote steden hebben aangetoond, dat daar meer belasting ontduikers kunnen worden gesnapt dan op de grote wegen. Toch is de oogst ook buiten de stad niet mis. In totaal wordt thans iets meer dan het dubbele aantal ontduikers van vroeger opge spoord. Niettemin kan de buitendienst dit veelvoud aan werk met zestig tot tach tig man minder af. Het nieuwe contro lesysteem heeft bovendien op de belas tingkantoren vierhonderd man uitge spaard. Bij de fotografische controlemethode komen echter ook allerlei fouten en na delen scherp tot uiting. Zo ondervindt de belastingdienst ernstige hinder van de omstandigheid, dat de Rijksdienst voor het wegverkeer die onder ande re de kentekenbewijzen uitgeeft niet reageert op kennisgevingen van verhui zingen. Hierdoor komt de belasting dienst aan het verkeerde adres als geen motorrijtuigenbelasting is betaald door iemand die pas is verhuisd. Er verhui zen nogal wat mensen: 450.000 per jaar. De belastingdienst meent, dat het niet de kosten en moeite loont om na te gaan wie van hen een auto bezit. Een ander probleem wordt gevormd door het niet overschrijven van het kentekenbewijs wanneer een auto in andere handen overgaat. Dit overschrij ven is niet verplicht. Blijkens de erva ring, ook van de politie, zijn er duizen den auto's drie en meermalen van ei genaar verwisseld, waarbij het kente ken altijd op naam van de eerste be zitter is blijven staan. Om de zaken eenvoudig te houden klampt de belastingdienst zich vast aan de bepaling, dat degene op wiens naam het kentekenbewijs staat, wettelijk aan sprakelijk is voor de belasting. Hij zal dus de navordering gepresenteerd krij gen, ook al rijdt hij al lang niet meer in de wagen. De navorderingen van de motorrijtui genbelasting zijn niet mis. Meestal gaat het om het verplichte belastingbe drag over een heel jaar, altijd ver hoogd met vijftig procent. Alleen als „het slachtoffer" kan aan tonen aan wie hij de auto heeft ver kocht of bij wie hij heeft ingeruild wordt de extra aanslag ongedaan ge maakt. Komt hij niet met het bewijs daarvoor op de proppen dan blijft hij aansprakelijk. Bij het invorderen van deze bedra gen legt de belastingdienst nogal wat ongeduld aan de dag. Na de eerste ken nisgeving wordt al gauw een aanma ning gestuurd, spoedig gevolgd door een dwangbevel waarna enkele dagen later de deurwaarder aanbelt. De veel uitvoeriger manier van con troleren dan voorheen heeft duidelijk gemaakt dat steeds meer automobilis ten proberen onder de motorrijtuigen belasting uit te komen. Daaronder zijn veel kwaadwillige ontduikers, die het er zonder meer op wagen. Het merendeel van hen zijn mensen die een derde- of vierdehandse auto bezitten, die zij fei telijk niet kunnen houden. Een groot aantal uit die groep profiteert van de omstandigheid, dat het kenteken op naam van een ander is blijven staan. Anderen proberen met vervalsingen onder de belasting uit te komen. Ge constateerd is, dat er auto's rondrijden met aan de voorkant het goede en aan de achterkant een vals nummerbord. Deze automobilisten gaan er van uit, dat de fotocontrole meestal op het num merbord wordt uitgeoefend, terwijl bij aanhouding door de politie het nummer van het kentekenbewijs meestal met de nummerplaat aan de voorkant wordt vergeleken. Sinds deze ontdekking is in de me thoden van controleren een drastische verandering gekomen zodat de verval sers niet meer zo gemakkelijk door de mazen kunnen glippen. Ook de zwarte lap, die uit de achter- koffer over de nummerplaat wordt ge hangen helpt niet veel; de politie let er op de autosnelwegen speciaal op of de nummerborden goed leesbaar zijn. Er worden de laatste tijd heel wat bekeu ringen gegeven omdat nummerplaten dik onder de modder zitten. Vooral bij vrachtwagens blijkt dat nogal eens het geval te zijn. Ontduikers, die rijden in een auto waarop zij het kentekennummer voeren van een ander, kunnen bij de fotocon trole niet opvallen zolang de werkelij ke bezitter van dat nummer zijn belas ting braaf betaalt. De politie controleert tegenwoordig echter vaker de nummers sinds enkele frappante vervalsingen aan het licht zijn gekomen. Volgens de berekeningen zullen dit jaar ruim 180.000 belastingontduikers door de fotocontrole tegen de lamp lo pen. Ook heeft het de aandacht van de be lastingdienst getrokken, dat na de ver hoging van de motorrijtuigenbelasting en de invoering van het wegenfonds tal van automobilisten, die altijd een belas- tingkaart voor een geheel jaar namen, zijn overgegaan op betaling per kwar taal en soms nog kortere perioden. Dit zou er op wijzen, dat het voor velen moeilijk is geworden dit geld af te dra gen. LONDEN. Het ideale huis moet vol gens mevrouw Mary Adams in de slaapkamer een keurig uitgevoerd, ele gant schakelbord met afstandsbedie ning bevatten, dat het 's morgens nog voor het opstaan mogelijk maakt licht en verwarming aan te steken, alsmede de theeketel, toaster, radio en telefoon in te schakelen. Mevrouw Adams, de 69-jarige voor zitster van de Britse consumentenbond, heeft dezer dagen voor het „Instituut van octrooihouders en uitvinders" ge sproken over het ideale huis. Zij somde de zaken op, die de mo derne huisvrouw zo spoedig mogelijk wenst te bezitten. Een woning, met weinig, en dan magnetisch sluitende deuren; aanrecht, fornuis, koelkast en wasmachine in huur en te vervangen wanneer ze ou derwets zijn geworden, hellingen in plaats van trappen; gemeenschappelij ke werkruimten; centrale verwarming, met verwarmde badkamers en koele ruimten voor de opslag van levensmid delen. Vloeren, die bij reiniging niet in de was gezet behoeven te worden. Geen gordijnen. Gemakkelijk te reinigen meubelkleding. Automatische ventilatie en geen ramen. Keukens: gemakkelijke uitneembare ovens met eenvoudige bediening. Alle kookutensiliën moeten zodanig ont worpen zijn, dat zij snel van het for nuis naar de tafel kunnen worden ge bracht. Diensten: een telefoon met een goed koop bandopname-apparaat. Afstands bediening voor de televisie. Ter plaat se zacht maken van het leidingwater. Winkelen: de winkels moeten des avonds en gedurende de weekends open zijn. Informatieve etikettering. Gemak kelijk te openen pakjes. Beurzen, die van binnen verlicht zijn. In alle automobielen speciale stoelen voor vrouwelijke automobilisten („Hoe het ook zij, wij zijn anders gevormd dan mannen"). Mevrouw Adams verzocht de uitvin ders zich te concentreren op de ergono mie - de wetenschap, die het werk ge schikt maakt voor de werker. „Ik wil een melkfles die er goed uit ziet, goed schenkt en gemakkelijk vast te houden is", zei zij tenslotte. Het witte-bussenplan van de heer W. van Geleuken van de Brugge te Hun- sel die gratis vervoer voor de auto mobilist van buitenwijk tot binnen stad wil, doet hij af met een glim lach en de opmerking: „De Haagse Tramweg Maatschappij heeft nu al een jaarlijks verlies van meer dan achttien miljoen gulden". Bj de verdediging van zijn verkeerscir culatieplan in de Haagse gemeente raad kosten ten minste vijfhonderd miljoen gulden, tijdsduur tussen- de tien en twintig jaar zei hij: „Par keren in Den Haag is voor de auto mobilist erg goedkoop, een kwartje is eigenlijk niets". Hij becijfert, dat Den Haag bijna ze venhonderd hectare straat heeft, waarvan door auto's een kleine hon derd hectare wordt bezet. ,Die hon derd hectaren hebben Den Haag bij na 35 miljoen gulden gekost, omdat asfalteren veertig gulden en bestraten ruim twintig gulden per vierkante meter kost. Rente en afschrijving ko men per jaar op twee miljoen gul den. Vierhonderd gulden per auto is niets". De wethouder wil veel geld, want hij heeft vooruitstrevende plannen. Den Haag zal in zijn gedachten over tien jaar een nieuwe stad zijn met tachtig meter brede invalswegen, met par keergarages en ringwegen, verhoogde promenades en zelfs met hier en daar roltrappen voor de winkelende Hage naar. Over de kosten maakt de geboren Haar lemmer zich overigens niet veel zor gen. „Geld is niet het grootste pro bleem. Het verkeercirculatieplan van 500 miljoen gulden wordt voor wellicht dertig procent door het Rijk vergoed en, bovendien, de „omzet" van de Haagse gemeentewerken was vorig jaar altijd nog tachtig miljoen gulden. Ik weet over welke bedragen ik praat". Hij vindt het omspitten van de Haag se binnenstad veel ernstiger omdat dit tijd kost en de middenstander kan be roven van zijn klanten. Als voorbeeld geeft hij de Spuistraat, waaronder een oude riolering ligt. „Stukje voor stukje moet die Spuistraat worden be handeld om de winkeliers zo min mo gelijk overlast te bezorgen. Jaren en jaren duurt het voordat de orde in Den Haag een beetje is hersteld". Werken in Den Haag vraagt volgens de wethouder veel mensen: meer men sen dan geld. „Een landscheidingsweg tussen Den Haag en Wassenaar is voor Rijkswaterstaat gemakkelijker te behandelen dan voor onze gemeen tewerken de Mauritskade", geeft hij als voorbeeld Het ondergrondse ver keer met leidingen voor gas licht, water en riolen ziet hij als belangrijk ste probleem. De heer Dankelman wil vasthouden aan het uitgangspunt, dat Den Haag een stad met mensen is, waarmee voort durend rekening moet worden gehou den". De automobilist uit Den Haag wegva gen wil de heer Dankelman ook niet. „De auto is een welvaartsverschijn sel, waar stadsbestuurders niet om heen kunnen. Autorijden betekent ook bereid willen zijn hiervoor te betalen en dan is een kwartje in de parkeer meter niet voldoende honorering voor wat de gemeente doet voor de leef baarheid van de stad", zegt hij. Wat hij óók wil, is de binnenstad bewa ren in originele vorm. „Brede wegen behoeven niet te betekenen dat niet meer kan worden gekeken naar de oude gevels van Den Haag. De mo derne mens moet eens hoger kijken dan ooghoogte. Dan ziet hij de histo rie van Den Haag", zegt hij filosofe rend. DEN HAAG. „Generaal Suharto hoopt tijdens het staatsbezoek dat hij in april aan Nederland zal brengen, konin gin Juliana uit te nodigen voor een of ficieel bezoek aan Indonesië". Generaal Taswin Almalik Natadiningrat, de nieu we Indonesische ambassadeur in ons land, zegt het met een vergenoegd glimlachje. Ambassadeur Taswin heeft nog een nieuwtje in petto: er wordt naar ge streefd tegen de komst van waarne mend president Suharto een handels overeenkomst tussen Nederland en In donesië gereed te hebben. Het verdrag, waarvan de tekst op het ogenblik wordt voorbereid, kan dan worden getekend door de Indonesische minister van Bui tenlandse Zaken, Adam Malik, die Su harto op zijn reis naar Europa zal ver gezellen. De genera al-majoor is de eerste mili tair in actieve dienst, die Indonesië in ons land vertegenwoordigt. „Dat is voor u in Nederland een beetje vreemd", zegt hij verontschuldigend. „Bij ons in Indonesië hoeft een militair niet eerst met pensioen of buiten dienst voor hij een burgerfunctie aanvaardt. Militairen vormen bij ons een functio nele groep, waardoor zij een bijdrage kunnen leveren aan de civiele diensten van het land". Generaal-majoor Taswin, met zijn tengere postuur een weinig martiale fi guur, zoekt moeizaam naar Nederland se begrippen om zijn gedachten onder woorden te brengen. „Waah, Hollands is moeilijk", zegt hij opeens, maar een aanbod om over te gaan op Engels laat hij toch varen. Wie is er, nu hij niet op non-actief is gesteld, eigenlijk zijn baas: minister Malik of generaal Suharto? „Voor de tijd van mijn werk hier, is dat minister Malik". U rapporteert dus aan minister Ma- lik en niet aan generaal Suharto? „Neen, niet aan generaal Suharto". Maar u blijft wel deel uitmaken van de militaire hiërachie? Den Haag is voor ambassadeur Tas win zijn eerste diplomatieke post. Wat gaat er met u gebeuren als uw ambts periode in Nederland ten einde is? „Het hangt van het leger af wat er daarna met mij wordt gedaan". Bent u als „militaire ambassadeur" een uitzondering in de Indonesische di plomatieke dienst? „Mijn buurman is generaal Djatiku- sumo in Parijs, generaal Mokoginta is ambassadeur... ik kan zo een hele lijst opnoemen". Toch is het volgens generaal-majoor Taswin geen regel dat vertrekkende ambassadeurs worden vervangen door militairen. Heeft hij zelf naar een am- bassadeurspost in Den Haag gedongen? „Ik heb er niet om gevraagd. Maar ik ben wel blij om in Nederland te zijn. Vele collega's zijn jaloers op mij, ook omdat de betrekkingen tussen In donesië en Nederland al zo goed zijn". Generaal-majoor Taswin heeft geen enkele militaire opleiding gehad. In de „Nederlandse tijd" was hij student aan de medische hogeschool in Djakarta. „Ik ben per ongeluk in het leger te recht gekomen", bekent hij opgewekt. „Tijdens de „fysieke revolutie" was het de enige patriottische uitingsmoge lijkheid om zich aan te sluiten bij een militaire groep". HET VERHOOR, GESPREK IN GOEDE SFEER Den Haag „Gebruiken jullie fel le lampen en andere dwang middelen bij een verhoor? Laten jul lie verdachten urenlang staan om ze te vermoeien? Dat zijn de vragen die vaak worden gesteld. Laten wij nooit vergeten dat de verdachten, en soms ook het publiek, ons zien als harde en met macht beklede mensen, terwijl ze daarbij uit het oog verliezen dat wij met de wet in de hand veel ambtelijke plichten hebben." Dit schreef hoofdinspecteur W. M. van Andel, hoofd van de afdeling voorlichting van de Haagse politie, in het huishoudelijk orgaan van de Haagse politie nadat vragen waren binnengekomen over het verhoor van .Beslist niet", zegt hoofdinspecteur Van Andel. „Geen dwangmiddelen, geen felle lampen, hersenspoeling of derdegraadsgrapjes. Bij elk verhoor is een menselijk contact, een goede sfeer voor een gesprek, onontbeerlijk. Heel veel mpnsen zien in de politie een spe cifiek verhorende instantie. Daartegen over wil ik stellen dat niet elk contact met de politie in de verhoorsfeer ligt." „Over het algemeen ontstaat het eer ste contact op straat bij een overtre ding. Wij weten uit ervaring dat van dat eerste contact veel afhangt. Daar om ook wordt juist aan dit eerste op treden bij de opleiding tegenwoordig zoveel aandacht besteed. De aspirant politieman wordt van begin af aan in gepompt dat hij zich altijd en onder al le omstandigheden moet beheersen. Hij moet respect hebben voor degene tegenover hem. Tutoyeren is er wat mij betreft niet bij. Hij mag zich niet door zijn uniform of misschien grotere parate wetskennis de meerdere gaan voelen ofschoon het toch ook begrijpe lijk is dat bij een aanhouding op straat een zekere spanning ontstaat." „Ik heb er volkomen begrip voor", aldus hoofdinspecteur Van Andel, „dat een aangehoudene zich geprikkeld zal voelen wanneer hij min of meer in het openbaar wordt gekapitteld. Verhoor en zeker dit eerste openbare verhoor, is een erezaak en tegelijk een tere zaak." Erezaak inzover, dat het gesprek ambtelijk en menselijk verloopt tot beider tevredenheid, ook al zal de over treder het niet altijd met de verbali sant eens zijn. Tenslotte is de rechter er die tot een uitspraak komt," „Een tere zaak omdat de politieman ervan moet uitgaan dat de ander in zijn persoonlijkheid wordt geraakt. Hij zal daarom onder alle omstandigheden correct dienen op te treden. Zelfs als de burger tegenover hem dit niet doet zal hij het gesprek toch naar een even wichtige situatie moeten zien te lei den." „Naast het meer algemene verhoor op straat is er het specifieke verhoor bij de recherche. Aan zo'n verhoor zijn meestal meer en soms diepgaande on derzoekingen voorafgegaan. Er is op grond van feiten en omstandigheden meestal een redelijk vermoeden van schuld." Commissaris J. Boltje, chef van de centrale recherche in Den Haag voegt eraan toe: „Het is en blijft een eerste vereiste dat een goede sfeer voor een verder gesprek wordt geschapen. Hier komt het specialisme om de hoek kij ken. Iedereen zal begrijpen dat er een wereldwijd verschil is tussen een op lichter, een inbreker, een man die van een geweldmisdrijf wordt verdacht (zware mishandeling of moord) of een zedenmisdrijf." „Daarom is de recherche van de gro te politiekorpsen in verschillende afde lingen verdeeld. Kinderpolitie, zedenpo litie, de afdeling fraude, alsmede re chercheurs die gespecialiseerd zijn in geweldmisdrijven, inbraken en oplich terijen. Al deze politiemensen moeten de taal spreken van de mensen met wie zij ln aanraking komen." „Als een van mijn rechercheurs die altijd met de figuren uit de onderwe reld te maken heeft, zou beginnen met deze mensen met u en mijnheer aan te spreken dan zouden die zware jon gens denken dat ze voor de gek wor den gehouden. Hij behoort ze met de naam en bijnaam te kennen, maar de man van de afdeling fraude, die moge lijk met bankdirecteuren en procura tiehouders van grote bedrijven in con tact komt, zal deze verdachten moeten benaderen vanuit hun eigen gedach- tenwereld en in de trant Waarin deze mensen spreken." „Het is een kwestie van sfeer schep pen en contact leggen. Er moet een gesprek komen over de zaak die aan de orde is. Het gaat er dan om een menselijk contact tot stand te brengen. Dat bereik je als verhorende recher cheur niet als je iemand gaat ergeren. De pijnbank helpt dan ook niet en leu gens en beloften zijn eveneens uit den boze. Vaste regels voor het verhoren van verdachten zijn er niet. In ieder geval zijn die nimmer chronologisch achter elkaar gezet. Ik kan zeggen dat bij ons hier in Den Haag (en ik meen dat het overal zo is) een verhoor nim mer in een afgesloten kamer wordt af genomen. Alleen als bekend is dat de, verdachte al eerder is ontvlucht wordt hij in de cel verhoord." Over de duur van een verhoor zegt commissaris Boltje: „Ik ben van me ning dat, zolang een rechercheur het volhoudt, ook de verdachte het kan vol houden. Ik heb de overtuiging dat een verhoor voor de rechercheur zwaarder is. Hij moet snel en terzake reageren. Hij moet veel denkwerk verrichten en het stellen van gerichte vragen is wer kelijk vakwerk waar je je voor moet inspannen. Nooit zal ik goedvinden dat bijvoorbeeld twee rechercheurs elkaar aflossen bij een verhoor. Wel worden bepaalde verhoren door twee recher cheurs gezamenlijk afgenomen." „Hoewel de regels voor het verhoor niet nauwkeurig zijn vastgelegd, is er toch wel wat over te vinden in het Wet boek van Strafvordering, dat o.a. voor schrijft dat een verdachte in volledige vrijheid zijn verklaringen moet kunnen afleggen. Ook moet de bekentenis zo veel mogelijk in de woordelijke termen van de verdachte in het proces-verbaal worden weergegeven. Voorts zijn er en kele voorschriften te vinden in de Poli tiewet, het Ambtenarenreglement en in de ambtsinstructie." „Tact, bezadigdheid, zelfbeheersing, duidelijkheid, het zijn allemaal voor waarden die vanzelf in acht dienen te worden genomen, wil er werkelijk een goed gesprek op gang kunnen komen. Ik ben van mening", aldus commissa ris Boltje, dat in de opgeschreven verklaring zo weinig mogelijk ambte lijke termen mogen voorkomen. Doe het zo gewoon mogelijk is mijn stand punt." „Als je in gewone woorden omschrijft hoe de handeling is gepleegd, zal de of ficier van justitie daar ook de wettelij ke termen \»el uit kunnen halen, die voor hem in de dagvaarding van be lang zijn. Een verdachte die zegt: Ik heb dat geld meegenomen dat niet van mij was, hoeft niet een stuk te onder tekenen waarin hem de woorden in de mond worden gelegd: Ik heb mij dat geld wederrechtelijk toegeëigend. Ge woon z'n woorden weergeven, daar sta ik wel op. Dat wil niet zeggen dat de rechercheur die een verhoor afneemt, niet slim en ad rem zou moeten zijn. Als wij dat bij de politie niet waren, zouden er niet zoveel moorden opge lost worden." „Als het van mij afhangt ben je vrij als je de bekentenis tekent; we moeten dan alleen nog even langs de officier van justitie." Dat is volgens de verhalen, die een ervaren Rotterdams strafpleiter vaak hoort, een zin die re chercheurs wel gebruiken om een ver dachte tot een bekentenis te brengen. Ze zeggen er volgens de verhalen niet bij dat de vrijlating van de verdachte helemaal niet van hen afhangt en dat de officier van justitie normaal het vasthouden van de verdachte zal vor deren. Het is een kwestie waarvan de advo caat niet weet of zij waar is of ze over dreven wordt, dan wel helemaal ver zonnen is, want bij het verhoor door de politie mag hij niet aanwezig zijn. Het is een van de redenen waarom de Rotterdamse strafpleiter het eens is met een suggestie die zijn Amsterdam se collega mr. Joh. K. M. Mathuisen heeft gedaan in het jubileumnummer van het Advocatenblad. Mr. Mathuisen pleit daarin voor het toelaten van de raadsman bij het ver hoor door de politie. De wet geeft de raadsman en de verdachte wel het recht elkaar op het politiebureau te spreken, maar spreekt niet over de verhoren. Als de advocaat daarbij aan wezig zou zijn, zou dat het werk van de politie bemoeilijken, het onderzoek vertragen en dergelijke, is daaroor de motivering. „Deze argumentatie spreekt mij niet in het minst aan", schrijft mr. Mat huisen. „Integendeel, zij miskent het belang dat de rechtsorde heeft bij een terzake kundige en loyale bijstand van een verdachte reeds voor de politie. Een ervaren verdediger weet bijvoor beeld misverstanden te voorkomen, hij kan door zijn aanwezigheid een ver dachte tot rust brengen en van den be ginne af duidelijk doen verklaren. Volgens mr. Mathuisen zou de aan wezigheid van een /raadsman ertoe kunnen bijdragen dat een verdachte een onzinnig verweer laat varen. Hij zou ook kunnen voorkomen dat een verdachte later dingen terugneemt om dat die niet goed zouden zijn opge schreven of niet zijn mening maar die van de verhorende politieman zouden weergeven. „Wanneer het politiever hoor door de raadsman mag worden bijgewoond, zou weieens kunnen blij ken dat zulks het verloop van zaken al leen maar bevordert" meent de Am sterdamse advocaat. „Het zou een hoop ellende voorko men", zegt zijn Rotterdamse collega. „Echte klachten over derdegraadsme thoden ben ik in mijn praktijk nog niet tegengekomen maar 't gaat om de tails waarvan de verdachten de draag wijdte niet beseffen." Hij noemt het voorbeeld van heling, waarbij het kern punt is dat de verdachte kon beseffen dat de goederen van misdrijf afkom stig waren op het moment dat hij ze aannam of kocht. Soms zeggen verdachten die volgens het proces-verbaal hebben bekend, la ter zich pas achteraf te hebben gere aliseerd dat er iets niet in de haak was. Om dat woordje achteraf draait dan het al of niet strafbare van hun handelen en dat zou een raadsman hebben kunnen toelichten als hij bij het verhoor zou zijn geweest. Als de zaak voor het gerechtelijk vooronderzoek bij de rechtercommis saris komt, mag de raadsman wel de verhoren meemaken en daarvan wordt ook vaak gebruik gemaakt. „Dat on derzoek is veel verfijnder en het gaat ook erg gemoedelijk. Ik moet er de eerste vuist nog op tafel zien komen; ik heb nog nooit iets onaangenaams meegemaakt bij een verhoor door de rechter-commissaris", zeg tde Rotter damse advocaat en hij spreekt uit een jarenlange strafpraktijk. „De rechter commissaris gaat echter ook uit van de verklaring die bij de politie is afge legd, die ligt bij hem op tafel." Toelating van de raadsman bij de verhoren door de politie zou wel een heleboel praktische problemen geven, beseft de advocaat. „Bij een zaak als tegen Hans van Z„ de drievoudige moordenaar uit Utrecht, zou je bij voorbeeld wel op het politiebureau moeten blijven bivakkeren. Je weet nooit tevoren wanneer er een bekente nis komt." ,Het zou voor de politie ook wel eens bezwaarlijk kunnen zijn ons altijd te moeten waarschuwen voor een ver hoor. Bij de rechter-commissaris wor den die tijdstippen vaak in overleg met de raadsman vastgesteld, maar dat kan bij de politie natuurlijk niet altijd. Zij kan weieens snel moeten op treden als de raadsman net toevallig voor 'n andere zaak in een ander deel van het land zit." „Ook voor ons advocaten zou het een extra belasting vormen en we zijn al zwaar belast. Maar dat zou wel te overkomen zijn", gelooft de Rotter damse strafpleiter. Misschien zou invoering van de regel dat een verdachte geen verklaring hoeft te tekenen als zijn raadsman er niet bij is, een oplossing kunnen vor men. Er zou in ieder geval op de prak tische uitvoering moeten worden ge studeerd. In Amerika is gebleken dat toelating van de raadsman bij de ver horen praktisch uitvoerbaar is.

Digitale periodieken - Gemeentearchief Veenendaal

De Vallei | 1968 | | pagina 9