BELASTINGONTDUIKERS KRIJGEN
HET STEEDS MOEILIJKER:
Alle Nederlandse auto's
komen elk half jaar een
keertje op de foto
Kwartje voor parkeermeter
onvoldoende voor gemeente
Aanwezigheid van advocaat nu
punt van discussie en onderzoek
De ideale
Smulpapen
uit hele
wereld naar
Jeruzalem
Haagse wethouder van mening:
Indonesische
ambassadeur
in ons land
HET DUBBELE
AANSPRAKELIJK
ONGEDULD
GOED LEESBAAR
Veel geld
Jaren en jaren
Binnenstad
GENERAAL WERD
ZIJN BAAS
STUDENT
CONTACT
BEGRIP
SFEER
VRIJHEID
GEWOON
EéN WOORDJE
RIJSTAND
ELLENDE
VERHOREN
BEZWAARLIJK
Iedere Nederlandse automobilist komt, statistisch gezien, met zijn wagen
om de zesduizend kilometer onder de controlerende ogen van de belasting
dienst nu de controle op de motorrijtuigenbelasting wordt uitgevoerd met foto
camera's. Het hele autopark van ons land komt, om het half jaar op de kiek.
In de tweede helft van 1967 werden rond twee miljoen auto's gefotografeerd,
zeventigduizend automobilisten die geen motorrijtuigenbelasting hadden betaald,
werden in die periode gesnapt.
Op Aruba wordt een actie gevoerd,
opdat het eiland meer autonomie zal
verkrijgen. Er worden autostickers
verkocht, waarop staat „Aruba #ta
exigi mas autonomic" Aruba eist
meer autonomie). De opbrengst zal
worden besteed om de verschillende
acties te kunnen voeren. De gedepu
teerde Betico Croes voorziet zijn
privé-auto van een dergelijk plakkaat.
w
Van onze Haagse redactie
DEN HAAG Wethouder mr. A. J. Dankelman „doet" in Den Haag al
bijna vijf jaar verkeer en openbare werken. In die jaren heeft hij kritiek leren
verdragen en waarderende woorden voor zijn gedachte over de toekomst van
Den Haag op hun waarde weten te schatten. Het heeft zijn enthousiasme
niet beschadigd.
JERUZALEM. Onverschrokken
hebben de Israëli's de smulpapen van
de wereld uitgenodigd, dit jaar hun
jaarlijkse „eet-in" te houden in Jeruza
lem.
Het is echt een uitdaging, want 2000
chef-koks, lekkerbekken, fijnproevers,
hoteliers en leden van de „Chaine des
rötisseurs" worden hier van drie tot
tien november verwacht voor een ron
de van feesten en bezoeken aan be
zienswaardigheden.
Israël heeft, zoals menige gekwelde
hotelgast zal getuigen, nooit de reputa
tie verworven een culinaire oase te
zijn. De Joodse rituele slachtmethoden
en de spijswetten bevorderen trouwens
dat het Israëlische eten weinig stimu
lerend is.
„De epicuristen van de wereld hier
te eten te vragen kan worden vergele
ken met het uitnodigen van de chef-kok
Van 't Waldorf-Astoria-hotel om bij je
huis een portie stamppot te komen
eten", bromde een toerist met een
slechte spijsvertering.
Wat zal de afgevaardigden beletten
hun zuiveringszout te slikken en de eet
tafel wankelend te verlaten?
„Dat zal het Israëlische voedsel
doen", antwoordde een Israëlische
functionaris voor het toerisme. „Ze zul
len ons voedsel heel lekker vinden,
wees maar niet bang", zei hij. „Zij
zullen Israëlische avocado's en citrus
vruchten eten, Sint Pieters-vis aan de
oevers van het Meer van Galilea, melk
en honing in een kibboets en voedsel
van de nomaden in de woestijn".
„We hebben zelfs een Oosterse ge
vulde vis bedacht. Dat is een karper,
gevuld met aubergines, overgoten met
mandarijnensap en gebakken. Heer
lijk".
De Israëlische functionaris, die ver
antwoordelijk is voor de arrangemen
ten, maakte zich ook geen zorgen. Is
raël kan putten uit een grote reserve
van goede koks immigranten uit de
gehele wereld, die hun nationale ge
rechten hebben meegebracht.
Het hoogtepunt van het vijfde natio
nale gastronomische congres zal een
feest in Bedoeïnententen in de Negev-
woestijn zijn. De gasten zullen worden
getrakteerd op heerlijkheden zoals
lamsvlees met rijst, te eten op de wij
ze der nomaden, d.w.z. met de vingers.
Na de maaltijd zullen de Israëli's
hun gasten vermaken met den „Fanta
sia", zijnde een Arabisch ruiterspel,
waarbij stamleden, gezeten op kame
len, geweren afschieten.
Het geval van de automobilist, die
binnen twee maanden vijf navorderin
gen thuis gestuurd kreeg omdat hij zijn
belasting niet had voldaan, bewijst de
grote frequentie van de fotografische
controle. Er wordt nu tienmaal meer
gecontroleerd dan mogelijk was bij het
vroegere systeem van aanhouding.
De doublures in het sturen van navor
deringen vormen voor de belasting
dienst een probleem, dat de administra
tie onnodig belast en veel moeilijkhe
den veroorzaakt. Er wordt daarom ge
zocht naar een mogelijkheid om met
een extra band in de computer bij het
nagaan van de gefotografeerde num
mers de auto's, die kort tevoren al zijn
gecontroleerd en in orde bevonden, er
direct uit te halen.
Bij het vroegere systeem van aanhou
ding was het vrijwel onmogelijk om op
autosnelwegen en tijdens de spitsuren
in de grote steden te controleren. Met
de fotocamera zijn juist deze verkeers
knooppunten ideale plaatsen voor een
intensieve controle. Bij druk verkeer
worden niet zelden twee of meer auto's
tegelijk gefotografeerd.
Proeven in de grote steden hebben
aangetoond, dat daar meer belasting
ontduikers kunnen worden gesnapt dan
op de grote wegen. Toch is de oogst
ook buiten de stad niet mis. In totaal
wordt thans iets meer dan het dubbele
aantal ontduikers van vroeger opge
spoord.
Niettemin kan de buitendienst dit
veelvoud aan werk met zestig tot tach
tig man minder af. Het nieuwe contro
lesysteem heeft bovendien op de belas
tingkantoren vierhonderd man uitge
spaard.
Bij de fotografische controlemethode
komen echter ook allerlei fouten en na
delen scherp tot uiting. Zo ondervindt
de belastingdienst ernstige hinder van
de omstandigheid, dat de Rijksdienst
voor het wegverkeer die onder ande
re de kentekenbewijzen uitgeeft niet
reageert op kennisgevingen van verhui
zingen. Hierdoor komt de belasting
dienst aan het verkeerde adres als geen
motorrijtuigenbelasting is betaald door
iemand die pas is verhuisd. Er verhui
zen nogal wat mensen: 450.000 per jaar.
De belastingdienst meent, dat het niet
de kosten en moeite loont om na te
gaan wie van hen een auto bezit.
Een ander probleem wordt gevormd
door het niet overschrijven van het
kentekenbewijs wanneer een auto in
andere handen overgaat. Dit overschrij
ven is niet verplicht. Blijkens de erva
ring, ook van de politie, zijn er duizen
den auto's drie en meermalen van ei
genaar verwisseld, waarbij het kente
ken altijd op naam van de eerste be
zitter is blijven staan.
Om de zaken eenvoudig te houden
klampt de belastingdienst zich vast aan
de bepaling, dat degene op wiens naam
het kentekenbewijs staat, wettelijk aan
sprakelijk is voor de belasting. Hij zal
dus de navordering gepresenteerd krij
gen, ook al rijdt hij al lang niet meer
in de wagen.
De navorderingen van de motorrijtui
genbelasting zijn niet mis. Meestal
gaat het om het verplichte belastingbe
drag over een heel jaar, altijd ver
hoogd met vijftig procent.
Alleen als „het slachtoffer" kan aan
tonen aan wie hij de auto heeft ver
kocht of bij wie hij heeft ingeruild
wordt de extra aanslag ongedaan ge
maakt. Komt hij niet met het bewijs
daarvoor op de proppen dan blijft hij
aansprakelijk.
Bij het invorderen van deze bedra
gen legt de belastingdienst nogal wat
ongeduld aan de dag. Na de eerste ken
nisgeving wordt al gauw een aanma
ning gestuurd, spoedig gevolgd door
een dwangbevel waarna enkele dagen
later de deurwaarder aanbelt.
De veel uitvoeriger manier van con
troleren dan voorheen heeft duidelijk
gemaakt dat steeds meer automobilis
ten proberen onder de motorrijtuigen
belasting uit te komen. Daaronder zijn
veel kwaadwillige ontduikers, die het er
zonder meer op wagen. Het merendeel
van hen zijn mensen die een derde- of
vierdehandse auto bezitten, die zij fei
telijk niet kunnen houden. Een groot
aantal uit die groep profiteert van de
omstandigheid, dat het kenteken op
naam van een ander is blijven staan.
Anderen proberen met vervalsingen
onder de belasting uit te komen. Ge
constateerd is, dat er auto's rondrijden
met aan de voorkant het goede en aan
de achterkant een vals nummerbord.
Deze automobilisten gaan er van uit,
dat de fotocontrole meestal op het num
merbord wordt uitgeoefend, terwijl bij
aanhouding door de politie het nummer
van het kentekenbewijs meestal met de
nummerplaat aan de voorkant wordt
vergeleken.
Sinds deze ontdekking is in de me
thoden van controleren een drastische
verandering gekomen zodat de verval
sers niet meer zo gemakkelijk door de
mazen kunnen glippen.
Ook de zwarte lap, die uit de achter-
koffer over de nummerplaat wordt ge
hangen helpt niet veel; de politie let er
op de autosnelwegen speciaal op of de
nummerborden goed leesbaar zijn. Er
worden de laatste tijd heel wat bekeu
ringen gegeven omdat nummerplaten
dik onder de modder zitten. Vooral bij
vrachtwagens blijkt dat nogal eens het
geval te zijn.
Ontduikers, die rijden in een auto
waarop zij het kentekennummer voeren
van een ander, kunnen bij de fotocon
trole niet opvallen zolang de werkelij
ke bezitter van dat nummer zijn belas
ting braaf betaalt. De politie controleert
tegenwoordig echter vaker de nummers
sinds enkele frappante vervalsingen
aan het licht zijn gekomen.
Volgens de berekeningen zullen dit
jaar ruim 180.000 belastingontduikers
door de fotocontrole tegen de lamp lo
pen.
Ook heeft het de aandacht van de be
lastingdienst getrokken, dat na de ver
hoging van de motorrijtuigenbelasting
en de invoering van het wegenfonds tal
van automobilisten, die altijd een belas-
tingkaart voor een geheel jaar namen,
zijn overgegaan op betaling per kwar
taal en soms nog kortere perioden. Dit
zou er op wijzen, dat het voor velen
moeilijk is geworden dit geld af te dra
gen.
LONDEN. Het ideale huis moet vol
gens mevrouw Mary Adams in de
slaapkamer een keurig uitgevoerd, ele
gant schakelbord met afstandsbedie
ning bevatten, dat het 's morgens nog
voor het opstaan mogelijk maakt licht
en verwarming aan te steken, alsmede
de theeketel, toaster, radio en telefoon
in te schakelen.
Mevrouw Adams, de 69-jarige voor
zitster van de Britse consumentenbond,
heeft dezer dagen voor het „Instituut
van octrooihouders en uitvinders" ge
sproken over het ideale huis.
Zij somde de zaken op, die de mo
derne huisvrouw zo spoedig mogelijk
wenst te bezitten.
Een woning, met weinig, en dan
magnetisch sluitende deuren; aanrecht,
fornuis, koelkast en wasmachine in
huur en te vervangen wanneer ze ou
derwets zijn geworden, hellingen in
plaats van trappen; gemeenschappelij
ke werkruimten; centrale verwarming,
met verwarmde badkamers en koele
ruimten voor de opslag van levensmid
delen.
Vloeren, die bij reiniging niet in de
was gezet behoeven te worden. Geen
gordijnen. Gemakkelijk te reinigen
meubelkleding. Automatische ventilatie
en geen ramen.
Keukens: gemakkelijke uitneembare
ovens met eenvoudige bediening. Alle
kookutensiliën moeten zodanig ont
worpen zijn, dat zij snel van het for
nuis naar de tafel kunnen worden ge
bracht.
Diensten: een telefoon met een goed
koop bandopname-apparaat. Afstands
bediening voor de televisie. Ter plaat
se zacht maken van het leidingwater.
Winkelen: de winkels moeten des
avonds en gedurende de weekends open
zijn. Informatieve etikettering. Gemak
kelijk te openen pakjes. Beurzen, die
van binnen verlicht zijn.
In alle automobielen speciale stoelen
voor vrouwelijke automobilisten („Hoe
het ook zij, wij zijn anders gevormd
dan mannen").
Mevrouw Adams verzocht de uitvin
ders zich te concentreren op de ergono
mie - de wetenschap, die het werk ge
schikt maakt voor de werker.
„Ik wil een melkfles die er goed uit
ziet, goed schenkt en gemakkelijk vast
te houden is", zei zij tenslotte.
Het witte-bussenplan van de heer W.
van Geleuken van de Brugge te Hun-
sel die gratis vervoer voor de auto
mobilist van buitenwijk tot binnen
stad wil, doet hij af met een glim
lach en de opmerking: „De Haagse
Tramweg Maatschappij heeft nu al
een jaarlijks verlies van meer dan
achttien miljoen gulden".
Bj de verdediging van zijn verkeerscir
culatieplan in de Haagse gemeente
raad kosten ten minste vijfhonderd
miljoen gulden, tijdsduur tussen- de
tien en twintig jaar zei hij: „Par
keren in Den Haag is voor de auto
mobilist erg goedkoop, een kwartje is
eigenlijk niets".
Hij becijfert, dat Den Haag bijna ze
venhonderd hectare straat heeft,
waarvan door auto's een kleine hon
derd hectare wordt bezet. ,Die hon
derd hectaren hebben Den Haag bij
na 35 miljoen gulden gekost, omdat
asfalteren veertig gulden en bestraten
ruim twintig gulden per vierkante
meter kost. Rente en afschrijving ko
men per jaar op twee miljoen gul
den. Vierhonderd gulden per auto is
niets".
De wethouder wil veel geld, want hij
heeft vooruitstrevende plannen. Den
Haag zal in zijn gedachten over tien
jaar een nieuwe stad zijn met tachtig
meter brede invalswegen, met par
keergarages en ringwegen, verhoogde
promenades en zelfs met hier en daar
roltrappen voor de winkelende Hage
naar.
Over de kosten maakt de geboren Haar
lemmer zich overigens niet veel zor
gen. „Geld is niet het grootste pro
bleem. Het verkeercirculatieplan van
500 miljoen gulden wordt voor
wellicht dertig procent door het Rijk
vergoed en, bovendien, de „omzet"
van de Haagse gemeentewerken was
vorig jaar altijd nog tachtig miljoen
gulden. Ik weet over welke bedragen
ik praat".
Hij vindt het omspitten van de Haag
se binnenstad veel ernstiger omdat dit
tijd kost en de middenstander kan be
roven van zijn klanten. Als voorbeeld
geeft hij de Spuistraat, waaronder
een oude riolering ligt. „Stukje voor
stukje moet die Spuistraat worden be
handeld om de winkeliers zo min mo
gelijk overlast te bezorgen. Jaren en
jaren duurt het voordat de orde in Den
Haag een beetje is hersteld".
Werken in Den Haag vraagt volgens de
wethouder veel mensen: meer men
sen dan geld. „Een landscheidingsweg
tussen Den Haag en Wassenaar is
voor Rijkswaterstaat gemakkelijker
te behandelen dan voor onze gemeen
tewerken de Mauritskade", geeft hij
als voorbeeld Het ondergrondse ver
keer met leidingen voor gas licht,
water en riolen ziet hij als belangrijk
ste probleem.
De heer Dankelman wil vasthouden aan
het uitgangspunt, dat Den Haag een
stad met mensen is, waarmee voort
durend rekening moet worden gehou
den".
De automobilist uit Den Haag wegva
gen wil de heer Dankelman ook niet.
„De auto is een welvaartsverschijn
sel, waar stadsbestuurders niet om
heen kunnen. Autorijden betekent ook
bereid willen zijn hiervoor te betalen
en dan is een kwartje in de parkeer
meter niet voldoende honorering voor
wat de gemeente doet voor de leef
baarheid van de stad", zegt hij.
Wat hij óók wil, is de binnenstad bewa
ren in originele vorm. „Brede wegen
behoeven niet te betekenen dat niet
meer kan worden gekeken naar de
oude gevels van Den Haag. De mo
derne mens moet eens hoger kijken
dan ooghoogte. Dan ziet hij de histo
rie van Den Haag", zegt hij filosofe
rend.
DEN HAAG. „Generaal Suharto
hoopt tijdens het staatsbezoek dat hij in
april aan Nederland zal brengen, konin
gin Juliana uit te nodigen voor een of
ficieel bezoek aan Indonesië". Generaal
Taswin Almalik Natadiningrat, de nieu
we Indonesische ambassadeur in ons
land, zegt het met een vergenoegd
glimlachje.
Ambassadeur Taswin heeft nog een
nieuwtje in petto: er wordt naar ge
streefd tegen de komst van waarne
mend president Suharto een handels
overeenkomst tussen Nederland en In
donesië gereed te hebben. Het verdrag,
waarvan de tekst op het ogenblik wordt
voorbereid, kan dan worden getekend
door de Indonesische minister van Bui
tenlandse Zaken, Adam Malik, die Su
harto op zijn reis naar Europa zal ver
gezellen.
De genera al-majoor is de eerste mili
tair in actieve dienst, die Indonesië in
ons land vertegenwoordigt. „Dat is
voor u in Nederland een beetje
vreemd", zegt hij verontschuldigend.
„Bij ons in Indonesië hoeft een militair
niet eerst met pensioen of buiten dienst
voor hij een burgerfunctie aanvaardt.
Militairen vormen bij ons een functio
nele groep, waardoor zij een bijdrage
kunnen leveren aan de civiele diensten
van het land".
Generaal-majoor Taswin, met zijn
tengere postuur een weinig martiale fi
guur, zoekt moeizaam naar Nederland
se begrippen om zijn gedachten onder
woorden te brengen. „Waah, Hollands
is moeilijk", zegt hij opeens, maar een
aanbod om over te gaan op Engels laat
hij toch varen.
Wie is er, nu hij niet op non-actief is
gesteld, eigenlijk zijn baas: minister
Malik of generaal Suharto?
„Voor de tijd van mijn werk hier, is
dat minister Malik".
U rapporteert dus aan minister Ma-
lik en niet aan generaal Suharto?
„Neen, niet aan generaal Suharto".
Maar u blijft wel deel uitmaken van
de militaire hiërachie?
Den Haag is voor ambassadeur Tas
win zijn eerste diplomatieke post. Wat
gaat er met u gebeuren als uw ambts
periode in Nederland ten einde is?
„Het hangt van het leger af wat er
daarna met mij wordt gedaan".
Bent u als „militaire ambassadeur"
een uitzondering in de Indonesische di
plomatieke dienst?
„Mijn buurman is generaal Djatiku-
sumo in Parijs, generaal Mokoginta
is ambassadeur... ik kan zo een hele
lijst opnoemen".
Toch is het volgens generaal-majoor
Taswin geen regel dat vertrekkende
ambassadeurs worden vervangen door
militairen. Heeft hij zelf naar een am-
bassadeurspost in Den Haag gedongen?
„Ik heb er niet om gevraagd. Maar
ik ben wel blij om in Nederland te
zijn. Vele collega's zijn jaloers op mij,
ook omdat de betrekkingen tussen In
donesië en Nederland al zo goed zijn".
Generaal-majoor Taswin heeft geen
enkele militaire opleiding gehad. In de
„Nederlandse tijd" was hij student aan
de medische hogeschool in Djakarta.
„Ik ben per ongeluk in het leger te
recht gekomen", bekent hij opgewekt.
„Tijdens de „fysieke revolutie" was
het de enige patriottische uitingsmoge
lijkheid om zich aan te sluiten bij een
militaire groep".
HET VERHOOR, GESPREK IN GOEDE SFEER
Den Haag „Gebruiken jullie fel
le lampen en andere dwang
middelen bij een verhoor? Laten jul
lie verdachten urenlang staan om ze te
vermoeien? Dat zijn de vragen die
vaak worden gesteld. Laten wij nooit
vergeten dat de verdachten, en soms
ook het publiek, ons zien als harde en
met macht beklede mensen, terwijl ze
daarbij uit het oog verliezen dat wij
met de wet in de hand veel ambtelijke
plichten hebben."
Dit schreef hoofdinspecteur W. M.
van Andel, hoofd van de afdeling
voorlichting van de Haagse politie, in
het huishoudelijk orgaan van de
Haagse politie nadat vragen waren
binnengekomen over het verhoor van
.Beslist niet", zegt hoofdinspecteur
Van Andel. „Geen dwangmiddelen,
geen felle lampen, hersenspoeling of
derdegraadsgrapjes. Bij elk verhoor is
een menselijk contact, een goede sfeer
voor een gesprek, onontbeerlijk. Heel
veel mpnsen zien in de politie een spe
cifiek verhorende instantie. Daartegen
over wil ik stellen dat niet elk contact
met de politie in de verhoorsfeer ligt."
„Over het algemeen ontstaat het eer
ste contact op straat bij een overtre
ding. Wij weten uit ervaring dat van
dat eerste contact veel afhangt. Daar
om ook wordt juist aan dit eerste op
treden bij de opleiding tegenwoordig
zoveel aandacht besteed. De aspirant
politieman wordt van begin af aan in
gepompt dat hij zich altijd en onder al
le omstandigheden moet beheersen.
Hij moet respect hebben voor degene
tegenover hem. Tutoyeren is er wat
mij betreft niet bij. Hij mag zich niet
door zijn uniform of misschien grotere
parate wetskennis de meerdere gaan
voelen ofschoon het toch ook begrijpe
lijk is dat bij een aanhouding op straat
een zekere spanning ontstaat."
„Ik heb er volkomen begrip voor",
aldus hoofdinspecteur Van Andel, „dat
een aangehoudene zich geprikkeld zal
voelen wanneer hij min of meer in het
openbaar wordt gekapitteld. Verhoor
en zeker dit eerste openbare verhoor,
is een erezaak en tegelijk een tere
zaak."
Erezaak inzover, dat het gesprek
ambtelijk en menselijk verloopt tot
beider tevredenheid, ook al zal de over
treder het niet altijd met de verbali
sant eens zijn. Tenslotte is de rechter
er die tot een uitspraak komt,"
„Een tere zaak omdat de politieman
ervan moet uitgaan dat de ander in
zijn persoonlijkheid wordt geraakt. Hij
zal daarom onder alle omstandigheden
correct dienen op te treden. Zelfs als
de burger tegenover hem dit niet doet
zal hij het gesprek toch naar een even
wichtige situatie moeten zien te lei
den."
„Naast het meer algemene verhoor
op straat is er het specifieke verhoor
bij de recherche. Aan zo'n verhoor zijn
meestal meer en soms diepgaande on
derzoekingen voorafgegaan. Er is op
grond van feiten en omstandigheden
meestal een redelijk vermoeden van
schuld."
Commissaris J. Boltje, chef van de
centrale recherche in Den Haag voegt
eraan toe: „Het is en blijft een eerste
vereiste dat een goede sfeer voor een
verder gesprek wordt geschapen. Hier
komt het specialisme om de hoek kij
ken. Iedereen zal begrijpen dat er een
wereldwijd verschil is tussen een op
lichter, een inbreker, een man die van
een geweldmisdrijf wordt verdacht
(zware mishandeling of moord) of een
zedenmisdrijf."
„Daarom is de recherche van de gro
te politiekorpsen in verschillende afde
lingen verdeeld. Kinderpolitie, zedenpo
litie, de afdeling fraude, alsmede re
chercheurs die gespecialiseerd zijn in
geweldmisdrijven, inbraken en oplich
terijen. Al deze politiemensen moeten
de taal spreken van de mensen met
wie zij ln aanraking komen."
„Als een van mijn rechercheurs die
altijd met de figuren uit de onderwe
reld te maken heeft, zou beginnen met
deze mensen met u en mijnheer aan
te spreken dan zouden die zware jon
gens denken dat ze voor de gek wor
den gehouden. Hij behoort ze met de
naam en bijnaam te kennen, maar de
man van de afdeling fraude, die moge
lijk met bankdirecteuren en procura
tiehouders van grote bedrijven in con
tact komt, zal deze verdachten moeten
benaderen vanuit hun eigen gedach-
tenwereld en in de trant Waarin deze
mensen spreken."
„Het is een kwestie van sfeer schep
pen en contact leggen. Er moet een
gesprek komen over de zaak die aan
de orde is. Het gaat er dan om een
menselijk contact tot stand te brengen.
Dat bereik je als verhorende recher
cheur niet als je iemand gaat ergeren.
De pijnbank helpt dan ook niet en leu
gens en beloften zijn eveneens uit den
boze. Vaste regels voor het verhoren
van verdachten zijn er niet. In ieder
geval zijn die nimmer chronologisch
achter elkaar gezet. Ik kan zeggen dat
bij ons hier in Den Haag (en ik meen
dat het overal zo is) een verhoor nim
mer in een afgesloten kamer wordt af
genomen. Alleen als bekend is dat de,
verdachte al eerder is ontvlucht wordt
hij in de cel verhoord."
Over de duur van een verhoor zegt
commissaris Boltje: „Ik ben van me
ning dat, zolang een rechercheur het
volhoudt, ook de verdachte het kan vol
houden. Ik heb de overtuiging dat een
verhoor voor de rechercheur zwaarder
is. Hij moet snel en terzake reageren.
Hij moet veel denkwerk verrichten en
het stellen van gerichte vragen is wer
kelijk vakwerk waar je je voor moet
inspannen. Nooit zal ik goedvinden dat
bijvoorbeeld twee rechercheurs elkaar
aflossen bij een verhoor. Wel worden
bepaalde verhoren door twee recher
cheurs gezamenlijk afgenomen."
„Hoewel de regels voor het verhoor
niet nauwkeurig zijn vastgelegd, is er
toch wel wat over te vinden in het Wet
boek van Strafvordering, dat o.a. voor
schrijft dat een verdachte in volledige
vrijheid zijn verklaringen moet kunnen
afleggen. Ook moet de bekentenis zo
veel mogelijk in de woordelijke termen
van de verdachte in het proces-verbaal
worden weergegeven. Voorts zijn er en
kele voorschriften te vinden in de Poli
tiewet, het Ambtenarenreglement en in
de ambtsinstructie."
„Tact, bezadigdheid, zelfbeheersing,
duidelijkheid, het zijn allemaal voor
waarden die vanzelf in acht dienen te
worden genomen, wil er werkelijk een
goed gesprek op gang kunnen komen.
Ik ben van mening", aldus commissa
ris Boltje, dat in de opgeschreven
verklaring zo weinig mogelijk ambte
lijke termen mogen voorkomen. Doe
het zo gewoon mogelijk is mijn stand
punt."
„Als je in gewone woorden omschrijft
hoe de handeling is gepleegd, zal de of
ficier van justitie daar ook de wettelij
ke termen \»el uit kunnen halen, die
voor hem in de dagvaarding van be
lang zijn. Een verdachte die zegt: Ik
heb dat geld meegenomen dat niet van
mij was, hoeft niet een stuk te onder
tekenen waarin hem de woorden in de
mond worden gelegd: Ik heb mij dat
geld wederrechtelijk toegeëigend. Ge
woon z'n woorden weergeven, daar sta
ik wel op. Dat wil niet zeggen dat de
rechercheur die een verhoor afneemt,
niet slim en ad rem zou moeten zijn.
Als wij dat bij de politie niet waren,
zouden er niet zoveel moorden opge
lost worden."
„Als het van mij afhangt ben je
vrij als je de bekentenis tekent; we
moeten dan alleen nog even langs de
officier van justitie." Dat is volgens de
verhalen, die een ervaren Rotterdams
strafpleiter vaak hoort, een zin die re
chercheurs wel gebruiken om een ver
dachte tot een bekentenis te brengen.
Ze zeggen er volgens de verhalen niet
bij dat de vrijlating van de verdachte
helemaal niet van hen afhangt en dat
de officier van justitie normaal het
vasthouden van de verdachte zal vor
deren.
Het is een kwestie waarvan de advo
caat niet weet of zij waar is of ze over
dreven wordt, dan wel helemaal ver
zonnen is, want bij het verhoor door
de politie mag hij niet aanwezig zijn.
Het is een van de redenen waarom de
Rotterdamse strafpleiter het eens is
met een suggestie die zijn Amsterdam
se collega mr. Joh. K. M. Mathuisen
heeft gedaan in het jubileumnummer
van het Advocatenblad.
Mr. Mathuisen pleit daarin voor het
toelaten van de raadsman bij het ver
hoor door de politie. De wet geeft de
raadsman en de verdachte wel het
recht elkaar op het politiebureau te
spreken, maar spreekt niet over de
verhoren. Als de advocaat daarbij aan
wezig zou zijn, zou dat het werk van
de politie bemoeilijken, het onderzoek
vertragen en dergelijke, is daaroor
de motivering.
„Deze argumentatie spreekt mij niet
in het minst aan", schrijft mr. Mat
huisen. „Integendeel, zij miskent het
belang dat de rechtsorde heeft bij een
terzake kundige en loyale bijstand van
een verdachte reeds voor de politie.
Een ervaren verdediger weet bijvoor
beeld misverstanden te voorkomen, hij
kan door zijn aanwezigheid een ver
dachte tot rust brengen en van den be
ginne af duidelijk doen verklaren.
Volgens mr. Mathuisen zou de aan
wezigheid van een /raadsman ertoe
kunnen bijdragen dat een verdachte
een onzinnig verweer laat varen. Hij
zou ook kunnen voorkomen dat een
verdachte later dingen terugneemt om
dat die niet goed zouden zijn opge
schreven of niet zijn mening maar die
van de verhorende politieman zouden
weergeven. „Wanneer het politiever
hoor door de raadsman mag worden
bijgewoond, zou weieens kunnen blij
ken dat zulks het verloop van zaken al
leen maar bevordert" meent de Am
sterdamse advocaat.
„Het zou een hoop ellende voorko
men", zegt zijn Rotterdamse collega.
„Echte klachten over derdegraadsme
thoden ben ik in mijn praktijk nog
niet tegengekomen maar 't gaat om de
tails waarvan de verdachten de draag
wijdte niet beseffen." Hij noemt het
voorbeeld van heling, waarbij het kern
punt is dat de verdachte kon beseffen
dat de goederen van misdrijf afkom
stig waren op het moment dat hij ze
aannam of kocht.
Soms zeggen verdachten die volgens
het proces-verbaal hebben bekend, la
ter zich pas achteraf te hebben gere
aliseerd dat er iets niet in de haak
was. Om dat woordje achteraf draait
dan het al of niet strafbare van hun
handelen en dat zou een raadsman
hebben kunnen toelichten als hij bij het
verhoor zou zijn geweest.
Als de zaak voor het gerechtelijk
vooronderzoek bij de rechtercommis
saris komt, mag de raadsman wel de
verhoren meemaken en daarvan wordt
ook vaak gebruik gemaakt. „Dat on
derzoek is veel verfijnder en het gaat
ook erg gemoedelijk. Ik moet er de
eerste vuist nog op tafel zien komen;
ik heb nog nooit iets onaangenaams
meegemaakt bij een verhoor door de
rechter-commissaris", zeg tde Rotter
damse advocaat en hij spreekt uit een
jarenlange strafpraktijk. „De rechter
commissaris gaat echter ook uit van
de verklaring die bij de politie is afge
legd, die ligt bij hem op tafel."
Toelating van de raadsman bij de
verhoren door de politie zou wel een
heleboel praktische problemen geven,
beseft de advocaat. „Bij een zaak als
tegen Hans van Z„ de drievoudige
moordenaar uit Utrecht, zou je bij
voorbeeld wel op het politiebureau
moeten blijven bivakkeren. Je weet
nooit tevoren wanneer er een bekente
nis komt."
,Het zou voor de politie ook wel
eens bezwaarlijk kunnen zijn ons altijd
te moeten waarschuwen voor een ver
hoor. Bij de rechter-commissaris wor
den die tijdstippen vaak in overleg
met de raadsman vastgesteld, maar
dat kan bij de politie natuurlijk niet
altijd. Zij kan weieens snel moeten op
treden als de raadsman net toevallig
voor 'n andere zaak in een ander deel
van het land zit."
„Ook voor ons advocaten zou het een
extra belasting vormen en we zijn al
zwaar belast. Maar dat zou wel te
overkomen zijn", gelooft de Rotter
damse strafpleiter.
Misschien zou invoering van de regel
dat een verdachte geen verklaring
hoeft te tekenen als zijn raadsman er
niet bij is, een oplossing kunnen vor
men. Er zou in ieder geval op de prak
tische uitvoering moeten worden ge
studeerd. In Amerika is gebleken dat
toelating van de raadsman bij de ver
horen praktisch uitvoerbaar is.