In Malawi: Een heel jaar leven van een weekloon In INew Delhi hopen 7 7 arme landen op wat meer hulp Verenigde Staten in verlegenheid H v Let op! lis 7 voor lente De veilige manier van sparen Rijkspostspaarbank altijd safe! Marina moet weer getuigen Rath Doodeheefver Met Blaiberg gaat het goed Duitse bergers stalen uit lading van Hornland - maand met nieuw hart - Alleen de reis host al bijna een ton TIEN MILJARD GRONDSTOFFEN VERSCHEIDENHEID AANLEG HAVENS ps pi i* i ngsacti e Minerve' gestaakt ZATERDAG 3 FEBRUARI 1968 fy^emidden van 475 miljoen Indiërs, bewoners van het land dat voortdurend niet hongersnood wordt bedreigd, zijn donderdag afgevaardigden van 130 landen bijeengekomen. Ten tweede male leggen 77 ^ontwikkelingslanden hun lange, lange lijst van verlangens voor aan de beter bedeelden. Opnieuw wordt met keiharde cijfers aangetoond dat rijken steeds rijker, de armen steeds armer worden. ADVERTENTIE Nog 7 weken. Dan begint het lieve leventje weer. 't Kwetteren en twin- keleren. 't Uitbotten en bloeien. Dan is 't lente! Wat doet Nü de winter wegsturen! Uit uw huis ban nen! Met stralend nieuw behang in fixa-color kwaliteit. Van Rath Doodeheefver. Uw vakman heeft de nieuwe R&D-Staalboeken 1968 al klaarliggen. Bekijk 't. Kies het behang van uw stoutste lente dromen. Dan bent u straks 't voor jaar vóór als 't komt. En komen doet het! ontwerpers en fabrikanten van behang KAAPSTAD De Zuidafrikaanse tandarts Blaiberg, die een maand ge leden een harttransplantatie onderging maakt het goed, zo verklaarde vrijdag zijn echtgenote, die elke dag een tele foongesprek met hem voert. Wanneer de patiënt het ziekenhuis kan verlaten zal niet eerder worden beslist dan na de terugkeer van de leider van de transplantatiegroep, dr. Barnard, die op het ogenblik buitenlands is. Blai berg verblijft nog steeds in de steriele kamer van het ziekenhuis. et minimumloon per week Is 24 januari vastgesteld op 131 gulden. In India moet een boer tien maanden keihard zwoegen om datzelfde bedrag te ver dienen. In Malawi bedraagt het gemiddelde inkomen per jaar per inwoner 144 gulden. In de Verenigde Staten is het gemiddelde 11.000 gulden, in het olierfjke Koeweit zelfs 12.000 gulden. In 1960 gaven de rijke landen 0.87 procent van hun bruto nationale produkt aan ontwikkelingshulp. Zes jaar later, na alle conferenties over de tegenstelling rijk en arm, was dat percentage gedaald tot 0.62 procent. In tien jaar tyds is de schuld van de arme landen gestegen van tien tot veertig miljard dollar en de rentelast van 800 miljoen tot vier miljard dollar per jaar. Van elke honderd dollar besteed aan ontwikkelingshulp, moeten de arme landen dertig tot vyftig dollar direct terugbetalen aan rente en aflossing. Zeven jaren van „het decennium van ontwikkelingshulp" vertonen een negatief saldo. Tegenover de beloften, de rapporten, de conferenties en de honderden or ganisaties, staan afnemende hulp, hemelhoge handelsbarrières, dalende prijzen voor grondstoffen, toenemende schulden en renten en een amper verborgen on macht en soms onwil bij de rijke landen zware offers te brengen. Ook deze tweede Wereldhandelsconfe rentie officieel de Conferentie van de Verenigde Naties voor handel en ont wikkeling belooft weinig meer op te leveren dan een stroom van resoluties en aanbevelingen, een reeks geharnas te redevoeringen en hartstochtelijke plei dooien en een stille hoon dat er nu ein delijk iets zal gebeuren. Groot is de vrees dat ook de bijeenkomst in New Delhi (van 1 februari tot 25 maart) een „conferentie van illusies" zal worden. Zouden de 33 leden van de Neder landse delegatie heel eenvoudig per K.L.M.-vliegtuig in de toeristenklasse naar New Delhi zijn gegaan, dan zou dat altijd nog 86.526 gulden hebben gekost. Tot de delegatie behoren minister De Block (economische zaken) voor de eerste week, minister Udink (ontwikke lingshulp) voor de laatste week. Dertien leden van het parlement het wetgevende en controlerende or gaan staan onder leiding van de di recteur van het directoraat-generaal Buitenlandse Economische Betrekkin gen, drs. J. Boekstal. Hij is de ambte lijk leider van de delegatie, voorzien van instructies van de Koninkrijksrege ring. De Kamerleden zijn „speciale advi seurs", maar ook volledig lid van de delegatie en dus aan de heer Boekstal ondergeschikt. Hoe de parlementariërs straks ongebonden weer in de Kamer eventuele kritiek kunnen leveren, is een staatkundig geheim. Dat geheim is minder groot in België waar het parlement slechts twee afge vaardigden heeft gestuurd. De Verenig de Staten hebben nog minder moeilijk heden op dat gebied. Daar is slechts één lid van het Congres naar New Delhi gereisd en nog wel op eigen parlemen tair-onafhankelijke, gelegenheid. ADVERTENTIE - Er zijn 2200 vestigingen. Op de postkantoren kunt u de hele dag terecht. Een aantal daarvan is zelfs ook op vrijdagavond of de plaatselijke koopavond geopend. Voor de postagentschappen gelden aparte openingstijden. Tein miljard dollar geven de rijke landen aan ontwikkelingshulp uit. Een derde ruim komt voor rekening van de particuliere investeerders, tweederde komt uit de nationale schatkisten. De grote gevers Engeland en Ameri ka staan zelf voor moeilijkheden, niet zo groot als die van de staten in Azië, Afrika en Zuid-Amerika, maar ernstig genoeg om het snoeimes te zetten in de ontwikkelingsbijdragen. Het gaat de „77 armen" niet om geld alleen. De secretaris-generaal van de conferentie, de energieke econoom Raul Prebisch, heeft niet gezegd „Je geld of je leven", maar „hervormingen of je leven". De wereldeconomie moet dras tisch worden omgebouwd, wil er ooit een wat redelijker verdeling van de wel vaart zijn onder alle mensen, wil men niet bewust aansturen op een „wereld revolutie van 2,5 miljard paupers". De ontwikkelingslanden hebben zich terdege voorbereid op de Wereldhan delsconferentie. In Algiers hebben zij een lijst van wensen opgesteld, die de belangrijkste problemen omvatten. De westelijke landen van hun kant heb ben zich eveneens beraden. Nederland neemt een duidelijk voor uitstrevend standpunt in, maar is aan alle kanten gebonden. Door de Europe se gemeenschappen met name, waar niet iedereen staat te trappelen van on geduld de ontwikkelingslanden met we reldwijde regelingen tegemoet te treden. De banden met de aohttien Afrikaanse geassocieerden, voornamelijk vroegere Franse bezittingen, zijn sterk en ook voor de EEG niet zonder profijt. De achttien bevoorrechten echter zelf zijn in beginsel bereid afstand te doen van hun handelsvoordelen, mits er extra geld op tafel komt. Grote vraagstukken zijn: 1: Regeling van de wereldmarkt van grondstoffen. De ontwikkelingslanden produceren vooral grondstoffen, die evenmin steqtfs minder opbrengen. In 1950 hadden zij, nog een batig saldo op de handelsbalans van 1,8 miljard dollar. Nu is er al een nadelig verschil van minstens drie miljard. Wordt er meer geproduceerd, dan dalen de prijzen nog verder. Wordt de produktie beperkt om de prijzen wat op te vijzelen dan zoeken de verbruikers naar kunstmatige ver- vangingsprodukten. Er zal een gulden middenweg gevon den moeten worden door middel van wereldakkoorden, met de mogelijkheid om gefinancierde voorraadvorming om al te grote pieken tegen te gaan. 2. Verlaging van invoerrechten en af braak van handelsbelemmeringen. Sinds het verdwijnen van de koloniale banden is er in de economische verhou ding eigenlijk weinig verandering geko men. De rijke landen willen graag goed koop grondstoffen invoeren om zelf de eindprodukten te maken. Invoer van eind- en halffabrikaten uit ontwikke lingslanden wordt geschuwd en met tal van middelen beperkt. In de befaamde Kennedy-ronde, het wereldgesprek over verlaging van douanerechten, v hebben de rijke landen elkaar concessies ge daan, een verlaging van ongeveer 35 procent op een handelsverkeer van 40 miljard dollar. De arme landen kregen niet meer dan een verlaging van tien tot twintig procent op een handelsverkeer van vier miljard dollar. De rijke landen willen de invoerrech ten op grondstoffen en halffabrikaten nu verlagen. Aan het probleem van de eindprodukten is daarmee nog geen ein de gekomen. Men moet overigens wel bedenken dat volkomen vrije invoer de nekslag voor tal van bedrijfstakken, en zelfs van ver schillende streken zou betekenen. In eigen land behoeven we slechts aan tex tiel en schoeisel te denken. Aan een ont wrichte economie in rijke landen heb ben zelfs de ontwikkelingslanden niets meer. 3. Investeringen. Te veel nog zijn de ontwikkelingslanden voor hun welvaart aangewezen op de export van enkele produkten. Er moet een grotere ver scheidenheid komen, in de landbouw, maar ook in de industrie. Investeringen zijn nodig, meer dan de bijna vier mil jard gulden die nu worden besteed door het bedrijfsleven. Veel ondernemers huiveren als zij denken aan de grote risico's, politieke en economische. Ga ranties door de overheid kunnen de drempelvrees verminderen. 4. Samenwerking tussen ontwikke lingslanden. De hulp die de EEG biedt aan een bepaalde groep ontwikkelings landen en ook Engeland aan het arme deel van het Gemenebest neigen naar een verdeling van de arme landen in groepen. Zij zelf moeten echter elkaar helpen, afzetgebieden in eikaars landen te vin den voor een ontluikende industrie. Be voorrechting van de een ten koste van de ander, roept spanningen op. Daarom verlangen de arme landen voorrechten die voor allen gelijk zijn, waartegen over zij een hechter, meer op elkaar in gesteld, handelsgebied kunnen vormen. 5. Financiering. De echte schenkingen nemen af. Aan leningen worden steeds strengere eisen gesteld. De duur van de looptijd wordt steeds korter. Geld als ondersteuning van de vergroting van de handelsmogelijkheden blijft onontbeer lijk. Langs alle wegen rechtstreeks, via de EEG, de Wereldbank, het We reldontwikkelingsfonds moet geld stromen. De vooruitzichten zijn somber voor tweederde van de wereldbevolking, die slechts over vijftien procent van 't wereldinkomen kan beschikken. 6. Scheepvaart. De vrachtkosten stij gen en beïnvloeden nadelig de export van grondstoffen door de ontwikkelings landen. De havens zijn onvoldoende toe gerust om grote schepen te ontvangen. De arme landen klagen over discrimi natie van hun schepen. Anderzijds werkt de bescherming die sommige ontwikke lingslanden hun eigeft vloot bieden, evenmin kostprijsverlagend. Nederland heeft aangeboden te helpen met de bouw van schepen en de aanleg van havens. Willekeurig is de greep uit de vele problemen. Zij alle schreeuwen om een oplossing. Niemand in New Delhi kan zijn verantwoordelijkheid ongestraft ontlopen. KENNEDY-MOORD DALLAS Marina Porter, de vroegere mevrouw Oswald, is door. de districts- rechter opgeroepen om voor een „grand jury" in New Orleans te verschijnen om een getuigenis af te leggen in de onderzoekingen van districts-aanklager Jim Garrison naar de toedracht van de moord op wijlen president Kennedy. Hier is Marina Porter met haar tweede echtgenoot gefotografeerd in de recht zaal na de uitspraak van de districts- r echter. Elke stem telt op de Wereldhan delsconferentie. Grofweg echter zijn zij in drie groepen te verde len: „de „rykcn" (fjjn gearceerd), de „armen" (zwart) en de commu nistische landen (wit). In de ogen van de ontwikkelingslanden be horen de communisten echter wel degelijk tot de staten, die meer handel moeten bieden. Iluim drie jaar geleden probeer de de Sovjet-Unie enige politieke munt te slaan uit de eerste We reldhandelsconferentie. De ont wikkelingslanden echter wisten haarzuiver politieke propaganda van daadwerkelijke toezeggingen te onderscheiden. Vier landen zijn afwezig, al thans in de conferentiezaal: Het zijn Oost-Duitsland, Noord-Korca, Noord-Viëtnam en communistisch China (grof gearceerd). Zeker der tig internationale organisaties hebben waarnemers in New Dehli. TOULON De Franse marine heeft nu de hoop op redding van de 52 be manningsleden van de vermiste onder zeeër Minerve is opgegeven, vrijdag de grote opsporingsactie voor het schip gestaakt. Een gespecialiseerde eenheid zet de pogingen om het raadsel van de verdwijning op te lossen voort. ROTTERDAM De recherche van de Rotterdamse rivierpolitie heeft In samenwerking met de douanerecher che 34 zeelui van het Duitse bergings bedrijf UIrich Harms uit Hamburg aangehouden. Zij worden ervan verdacht de afge lopen weken grote series diefstallen te hebben gepleegd uit de lading van de in oktober van het vorige jaar op de Nieuwe Waterweg gezonken Duitse vrachtvaarder „Hornland". De zeelui, allen werkzaam aan boord van de vijf grote drijvende bokken, die waren in geschakeld bij de berging van de Horn land, hebben volgens de Rotterdamse rivierpolitie goederen ter waarde van enige tienduizenden guldens gestolen. Dit is gebeurd nadat vorige week de Hornland door h'et bergingsbedrijf van de bodem van de Nieuwe Waterweg werd gelicht. Bij de aangehouden Duit sers werden onder meer in beslag ge nomen honderd flessen drank (whisky, champagne), 30 transistorradio's, 200 paar schoenen, 120 kristallen sierfles- sen, 50 kristallen vazen en kannen, por seleinen koffieserviezen, tientallen as bakken, pannen, dameskousen en fles sen parfum. Onder degenen die zijn aangehouden bevinden zich drie kapi teins van drijvende bokken, vier ber gingsinspecteurs en vier duikers. Na een uitgebreide speurtocht vond de politie in de bemanningsverblijven, en op andere, vaak vernuftig gekozen, plaatsen grote hoeveelheden goederen, die afkomstig waren uit de lading van de Hornland. r)e gebeurtenissen van de afgelopen dagen in Zuid-Viëtnam zullen, zo kan men nu al wel stellen, van groot belang zijn voor het verdere verloop van de oorlog in dit verscheurende land. Zonder twijfel zijn de Amerika nen onder de indruk gekomen van de flitsende guerrilla-acties, die de Viët- Cong, zij het ten koste van ernstige verliezen, met succes heeft onder nomen. In Saigon en in andere vita le steden van Zuid-Viëtnam zijn aan de Amerikaanse en Zuidviëtnamese troepen flinke slagen toegebracht, waarvan de betekenis, vooral de psy chologische, nog niet is te schatten. Duidelijk is echter wel, dat de inlich tingendiensten en de legerleiders van de V.S. de vitaliteit en de slagvaar digheid van de Viët-Congstrijders da nig hebben onderschat. Militair gezien behoeft men, ondanks deze spectaculaire ontwikkelingen, niet te zeer geschokt te zijn, want de Amerikanen zullen waarschijnlijk hun oude posities wëer innemen; maar toch is er1 voor Amerika een groot kwaad geschied. In het politieke spel worden enige kaarten verschoven en daarmee is het doel van de Viët-Cong voor een deel bereikt. We laten maar even de mogelijkheid buiten beschou wing, dat de recente explosie van oorlogsgeweld ten nauwste verband houdt met een dreigende slag bij de basis Khe Sanh, waar de Noordviët- namezen een tweede Dien Bien Phoe beogen. Johnsons politieke beleid heeft een har de knauw gekregen. Het Witte Huis heeft meermalen gesproken over suc cesvolle militaire acties van de half miljoen Amerikanen in Viëtnam en daarbii beweerd dat het grootste deel van het land veilig zou zijn voor de terreurdaden van de guerrilleros. De gevechten van de afgelopen dagen hebben ons wel anders geleerd. De Viët-Cong is nog steeds, ondanks drie ëneenhalf jaar (gerekend vanaf het incident in de Golf van Tonkin) af mattende strijd, iri alle delen van het land geïnfiltreerd. Het is dan ook aan nemelijk, dat de hevige uitbarsting van geweld in de belangrijkste cen tra van Zuid-Viëtnam niet zo'n om vang zou hebben aangenomen, als de „rode vechters" de passieve houding van de burgers 'hadden gemist. Juist dat aspect geeft te denken. T*e reacties uit Washington zijn tot nu toe gematigd. Wel zijn er enige maatregelen genomen die een snel optreden van de Verenigde Staten in Oost-Azië moeten garanderen, maar over de omvang daarvan kan nóg niets worden gezegd. Meer zekerheid kan men zich vormen over de politie ke toekomst van de regering-Van Loc en de positie van de Zuidviëtnamese president en vice-president Thieu en Ky. De sokkel, waarop zij zichzelf met behulp van een bedenkelijk soort verkiezingen hebben geplaatst, begint af te brokkelen. Want één ding is de ze week duidelijk geworden: de rege ring in Saigon is dermate door corrup tie ondermijnd, dat van een greep op de Zuidviëtnamezen niet of nauwelijks sprake kan zijn. Op dit punt raakt Amerika in verlegen heid. Immers, het bewind in Saigon is altijd de kurk geweest waarop de rechtvaardiging van de Amerikaanse interventie dreef. Washington besloot tot een escalatie van de oorlog, om dat een bevriende natie om bijstand vroeg tegen communistische agressie. Natuurlijk speelden er bij de rege ring-Johnson (evenals trouwens bij die van John F. Kennedy) ook ande re motieven een rol, maar die wer den, om grotere conflicten te vermij den, nooit officieel genoemd. Met de acties in tientallen Zuidviëtna mese steden heeft de Viët-Cong zijn kracht en tegelijkertijd de zwakte van het regime-Thieu willen aantonen. Het is alsof de rode „vrijheidsstrij ders" willen zeggen: Johnson, je hebt 't nu gezien; als er gepraat moet worclen over vrede in Viëtnam, dan moet je dat met ons doen en niet met Thieu en Ky. TJet is bekend dat Thieu een sta-in-de- weg is voor het op gang brengen van eventuele vredesbesprekingen; hij wil absoluut niet het Nationale Be vrijdingsfront aan de conferentietafel ontmoeten. Wel heeft hij gezegd toe te stemmen in de aanwezigheid van een lid van het bevrijdingsfront in de Noordviëtnamese delegatie, maar daar voelt het communistische blok A De meest uiteenlopende goederen zijn in de afgelopen weken gestolen door personeel van het Duitse bergings bedrijf tijdens de berging van de „Hornland". Twee recherchturs be kijken de gevarieerde buit niets voor. De haat tegen de militai re leiders als Thieu en Ky is zeer groot en het moet öns van het hart dat dit wantrouwen niet zo erg mis plaatst is. Edward Kennedy, zo juist terug van een reis door Zuid-Viëtnam heeft in het tv-programma Face the Nation een naar onze mening- vernie tigend oordeel over de regering in Saigon uitgesproken. Uit zijn ervarin gen daar kan men opmaken, dat pre mier-Van Loc en zijn ministers mach teloos blijven toezien hoe de corrup tie steeds verder doorvreet in da Zuidviëtnamese samenleving. Het mag dan ook geen verbazing wekken, dat tal van Amerikanen zich negatief opstellen tegenover Thieu en Ky en hun lamgeslagen kabinet. Wil men de politieke lijn van de Ken nedy's volgen, dan zal het gehele be stuursapparaat eens danig aan de tand moeten worden gevoeld. Wash ington zou de Zuidviëtnamezen duide lijk kunnen maken, dat zij een even redig deel aan de strijd moeten op brengen en de voosheid van 't huidi ge bewind dienen te doorbreken. Als die bereidheid er niet is, dan zal Amerika daar consequenties aanmoe ten verbinden. Maar welke maatregelen zouden de V.S. daaraan kunnen koppelen? Ver mindering van de militaire steun aan Viëtnam? Erkenning van het Natio nale Bevrijdingsfront? Het eerste kan Johnson zich strategisch noch politiek veroorloven; het tweede zou stellig èen vredesoverleg bevorderen, waar bij ons niet voor ogen staat wat voor soort wapenstilstand dat zal opleve ren. Bovendien moet Johnson dan re kening houden met binnenlandse strubbelingen en verzet van die bond genoten, waarmee de Amerikanen thans zij-aan-zij vechten: Thailand, Australië, Zuid-Korea en de Philippij- nen. Tfce toestand die thans in het Verre Oosten is ontstaan houdt een ge vaar voor de wereldvrede in. Men mag immers de mogelijkheid niet uit sluiten dat de V.S. in de nabije toe komst gedwongen zullen worden 'n in val in Noord-Viëtnam te doen. De fel le straatgevechten die nu plaatsvinden kunnen in Washington de indruk ver stevigen, dat in Zuid-Viëtnam het communisme niet als politieke ma<?ht kan worden vernietigd zonder ook 't communisme in Noord-Viëtnam te eli mineren. Dit is onder meer een door prof. Hilsman (voormalig ondermi nister van Buitenlandse Zaken voor kwesties betreffende het Verre Oos ten) gelanceerde gedachtengang, die de keuze inhoudt tussen een wijziging van doelstelling of een invasie in het noorden, met het risico van een con frontatie met China. Dan is 1968 ook nog een verkiezings jaar. Om een kans te maken voor 'n verlenging van zijn ambtsperiode, kan Johnson zich niet te veel wapenge kletter permitteren, zo hebben we de zer dagen van een commentator ge hoord. We zijn het daarmee niet eens. Ameri ka kan en zal zich geen ondermijning van zijn prestige en invloed laten wel gevallen en mocht Johnson in een dergelijke situatie besluiten de oor logsinspanning op te voeren, dan vindt hij een meerderheid van het Amerikaanse volk achter zich. Zijn kansen voor de verkiezingen zouden er zelfs door stijgen. Opmerkelijk is trouwens in dit verband hoe snel een duif in een havik kan veranderen. Toen de Pueblo naar de Noordkoreaanse stad Wonsan werd opgebracht waren er politici in Wash ington, die altijd een zachte lijn voor Viëtnam hadden gepredikt, maar in- zake bet incident met het spionage- schip van mening waren, dat de V.S. de Noordkoreanen maar eens een af straffing moesten geven. Over de con sequenties daarvan moeten we maar niet verder denken. r^e Verenigde Staten zijn in een ge- compliceerde en beroerde positie gemanoeuvreerd Zij steunen in Zuid-Viëtnam een re gering, waarvan ze niet op aan kunnen; De immense militaire inspanning heeft niet de gewenste resultaten opgeleverd De wereldopinie keert zich meer en meer tegen Amerika; Viëtnam heeft de binnenlander pro blemen van de Verenigde Staten verscherpt; 0 In de kleine vier jaar van luchtaan vallen op Viëtnam heeft Amerika meer bommen afgeworpen dan in de tweede wereldoorlog. Het heeft niet geholpen. Dit alles wordt des te beklemmender wanneer men zich realiseert, dat Laos, Cambodja, Noord-Korea, Thailand en vooral China voorlopig niet zijn uitge werkt. We hopen maar dat de zgn. An- tonio-formule voor vredesoverleg vol doende mogelijkheden in zich bergt om tot een staakt-het-vuren te komen. Het gemartelde Viëtnamese volk zit, dach ten we, niet te wachten op een militai re, maar op een diplomatieke oplos sing.

Digitale periodieken - Gemeentearchief Veenendaal

De Vallei | 1968 | | pagina 6