In Malawi: Een heel jaar leven van een weekloon
In INew Delhi
hopen 7 7 arme
landen op wat meer hulp
Verenigde Staten
in verlegenheid
H
v
Let op! lis 7 voor lente
De veilige
manier
van sparen
Rijkspostspaarbank
altijd safe!
Marina moet
weer
getuigen
Rath Doodeheefver
Met Blaiberg
gaat het goed
Duitse bergers
stalen uit
lading van
Hornland
- maand met nieuw hart -
Alleen de reis
host al bijna
een ton
TIEN MILJARD
GRONDSTOFFEN
VERSCHEIDENHEID
AANLEG HAVENS
ps pi i* i ngsacti e
Minerve' gestaakt
ZATERDAG 3 FEBRUARI 1968
fy^emidden van 475 miljoen Indiërs, bewoners van het land dat voortdurend
niet hongersnood wordt bedreigd, zijn donderdag afgevaardigden van 130
landen bijeengekomen. Ten tweede male leggen 77 ^ontwikkelingslanden hun
lange, lange lijst van verlangens voor aan de beter bedeelden. Opnieuw wordt
met keiharde cijfers aangetoond dat rijken steeds rijker, de armen steeds armer
worden.
ADVERTENTIE
Nog 7 weken. Dan begint het lieve
leventje weer. 't Kwetteren en twin-
keleren. 't Uitbotten en bloeien.
Dan is 't lente! Wat doet Nü de
winter wegsturen! Uit uw huis ban
nen! Met stralend nieuw behang in
fixa-color kwaliteit. Van Rath
Doodeheefver. Uw vakman heeft
de nieuwe R&D-Staalboeken 1968
al klaarliggen. Bekijk 't. Kies het
behang van uw stoutste lente
dromen. Dan bent u straks 't voor
jaar vóór als 't komt. En komen
doet het!
ontwerpers en fabrikanten van behang
KAAPSTAD De Zuidafrikaanse
tandarts Blaiberg, die een maand ge
leden een harttransplantatie onderging
maakt het goed, zo verklaarde vrijdag
zijn echtgenote, die elke dag een tele
foongesprek met hem voert. Wanneer
de patiënt het ziekenhuis kan verlaten
zal niet eerder worden beslist dan na
de terugkeer van de leider van de
transplantatiegroep, dr. Barnard, die
op het ogenblik buitenlands is. Blai
berg verblijft nog steeds in de steriele
kamer van het ziekenhuis.
et minimumloon per week Is 24 januari vastgesteld op 131 gulden. In India
moet een boer tien maanden keihard zwoegen om datzelfde bedrag te ver
dienen.
In Malawi bedraagt het gemiddelde inkomen per jaar per inwoner 144 gulden. In
de Verenigde Staten is het gemiddelde 11.000 gulden, in het olierfjke Koeweit
zelfs 12.000 gulden.
In 1960 gaven de rijke landen 0.87 procent van hun bruto nationale produkt aan
ontwikkelingshulp. Zes jaar later, na alle conferenties over de tegenstelling rijk
en arm, was dat percentage gedaald tot 0.62 procent.
In tien jaar tyds is de schuld van de arme landen gestegen van tien tot veertig
miljard dollar en de rentelast van 800 miljoen tot vier miljard dollar per jaar.
Van elke honderd dollar besteed aan ontwikkelingshulp, moeten de arme landen
dertig tot vyftig dollar direct terugbetalen aan rente en aflossing.
Zeven jaren van „het decennium van ontwikkelingshulp" vertonen een negatief
saldo. Tegenover de beloften, de rapporten, de conferenties en de honderden or
ganisaties, staan afnemende hulp, hemelhoge handelsbarrières, dalende prijzen
voor grondstoffen, toenemende schulden en renten en een amper verborgen on
macht en soms onwil bij de rijke landen zware offers te brengen.
Ook deze tweede Wereldhandelsconfe
rentie officieel de Conferentie van
de Verenigde Naties voor handel en ont
wikkeling belooft weinig meer op te
leveren dan een stroom van resoluties
en aanbevelingen, een reeks geharnas
te redevoeringen en hartstochtelijke plei
dooien en een stille hoon dat er nu ein
delijk iets zal gebeuren. Groot is de
vrees dat ook de bijeenkomst in New
Delhi (van 1 februari tot 25 maart) een
„conferentie van illusies" zal worden.
Zouden de 33 leden van de Neder
landse delegatie heel eenvoudig per
K.L.M.-vliegtuig in de toeristenklasse
naar New Delhi zijn gegaan, dan zou dat
altijd nog 86.526 gulden hebben gekost.
Tot de delegatie behoren minister De
Block (economische zaken) voor de
eerste week, minister Udink (ontwikke
lingshulp) voor de laatste week.
Dertien leden van het parlement
het wetgevende en controlerende or
gaan staan onder leiding van de di
recteur van het directoraat-generaal
Buitenlandse Economische Betrekkin
gen, drs. J. Boekstal. Hij is de ambte
lijk leider van de delegatie, voorzien
van instructies van de Koninkrijksrege
ring.
De Kamerleden zijn „speciale advi
seurs", maar ook volledig lid van de
delegatie en dus aan de heer Boekstal
ondergeschikt. Hoe de parlementariërs
straks ongebonden weer in de Kamer
eventuele kritiek kunnen leveren, is
een staatkundig geheim.
Dat geheim is minder groot in België
waar het parlement slechts twee afge
vaardigden heeft gestuurd. De Verenig
de Staten hebben nog minder moeilijk
heden op dat gebied. Daar is slechts
één lid van het Congres naar New Delhi
gereisd en nog wel op eigen parlemen
tair-onafhankelijke, gelegenheid.
ADVERTENTIE
-
Er zijn 2200 vestigingen. Op de postkantoren kunt u de hele dag terecht.
Een aantal daarvan is zelfs ook op vrijdagavond of de plaatselijke koopavond
geopend. Voor de postagentschappen gelden aparte openingstijden.
Tein miljard dollar geven de rijke
landen aan ontwikkelingshulp uit. Een
derde ruim komt voor rekening van de
particuliere investeerders, tweederde
komt uit de nationale schatkisten.
De grote gevers Engeland en Ameri
ka staan zelf voor moeilijkheden, niet
zo groot als die van de staten in Azië,
Afrika en Zuid-Amerika, maar ernstig
genoeg om het snoeimes te zetten in de
ontwikkelingsbijdragen.
Het gaat de „77 armen" niet om geld
alleen. De secretaris-generaal van de
conferentie, de energieke econoom Raul
Prebisch, heeft niet gezegd „Je geld of
je leven", maar „hervormingen of je
leven". De wereldeconomie moet dras
tisch worden omgebouwd, wil er ooit
een wat redelijker verdeling van de wel
vaart zijn onder alle mensen, wil men
niet bewust aansturen op een „wereld
revolutie van 2,5 miljard paupers".
De ontwikkelingslanden hebben zich
terdege voorbereid op de Wereldhan
delsconferentie. In Algiers hebben zij
een lijst van wensen opgesteld, die de
belangrijkste problemen omvatten. De
westelijke landen van hun kant heb
ben zich eveneens beraden.
Nederland neemt een duidelijk voor
uitstrevend standpunt in, maar is aan
alle kanten gebonden. Door de Europe
se gemeenschappen met name, waar
niet iedereen staat te trappelen van on
geduld de ontwikkelingslanden met we
reldwijde regelingen tegemoet te treden.
De banden met de aohttien Afrikaanse
geassocieerden, voornamelijk vroegere
Franse bezittingen, zijn sterk en ook
voor de EEG niet zonder profijt. De
achttien bevoorrechten echter zelf zijn
in beginsel bereid afstand te doen van
hun handelsvoordelen, mits er extra
geld op tafel komt.
Grote vraagstukken zijn:
1: Regeling van de wereldmarkt van
grondstoffen. De ontwikkelingslanden
produceren vooral grondstoffen, die
evenmin steqtfs minder opbrengen. In
1950 hadden zij, nog een batig saldo op
de handelsbalans van 1,8 miljard dollar.
Nu is er al een nadelig verschil van
minstens drie miljard. Wordt er meer
geproduceerd, dan dalen de prijzen nog
verder. Wordt de produktie beperkt om
de prijzen wat op te vijzelen dan zoeken
de verbruikers naar kunstmatige ver-
vangingsprodukten.
Er zal een gulden middenweg gevon
den moeten worden door middel van
wereldakkoorden, met de mogelijkheid
om gefinancierde voorraadvorming om
al te grote pieken tegen te gaan.
2. Verlaging van invoerrechten en af
braak van handelsbelemmeringen.
Sinds het verdwijnen van de koloniale
banden is er in de economische verhou
ding eigenlijk weinig verandering geko
men. De rijke landen willen graag goed
koop grondstoffen invoeren om zelf de
eindprodukten te maken. Invoer van
eind- en halffabrikaten uit ontwikke
lingslanden wordt geschuwd en met tal
van middelen beperkt. In de befaamde
Kennedy-ronde, het wereldgesprek over
verlaging van douanerechten, v hebben
de rijke landen elkaar concessies ge
daan, een verlaging van ongeveer 35
procent op een handelsverkeer van 40
miljard dollar. De arme landen kregen
niet meer dan een verlaging van tien tot
twintig procent op een handelsverkeer
van vier miljard dollar.
De rijke landen willen de invoerrech
ten op grondstoffen en halffabrikaten
nu verlagen. Aan het probleem van de
eindprodukten is daarmee nog geen ein
de gekomen.
Men moet overigens wel bedenken dat
volkomen vrije invoer de nekslag voor
tal van bedrijfstakken, en zelfs van ver
schillende streken zou betekenen. In
eigen land behoeven we slechts aan tex
tiel en schoeisel te denken. Aan een ont
wrichte economie in rijke landen heb
ben zelfs de ontwikkelingslanden niets
meer.
3. Investeringen. Te veel nog zijn de
ontwikkelingslanden voor hun welvaart
aangewezen op de export van enkele
produkten. Er moet een grotere ver
scheidenheid komen, in de landbouw,
maar ook in de industrie. Investeringen
zijn nodig, meer dan de bijna vier mil
jard gulden die nu worden besteed door
het bedrijfsleven. Veel ondernemers
huiveren als zij denken aan de grote
risico's, politieke en economische. Ga
ranties door de overheid kunnen de
drempelvrees verminderen.
4. Samenwerking tussen ontwikke
lingslanden. De hulp die de EEG biedt
aan een bepaalde groep ontwikkelings
landen en ook Engeland aan het arme
deel van het Gemenebest neigen naar
een verdeling van de arme landen in
groepen.
Zij zelf moeten echter elkaar helpen,
afzetgebieden in eikaars landen te vin
den voor een ontluikende industrie. Be
voorrechting van de een ten koste van
de ander, roept spanningen op. Daarom
verlangen de arme landen voorrechten
die voor allen gelijk zijn, waartegen
over zij een hechter, meer op elkaar in
gesteld, handelsgebied kunnen vormen.
5. Financiering. De echte schenkingen
nemen af. Aan leningen worden steeds
strengere eisen gesteld. De duur van
de looptijd wordt steeds korter. Geld als
ondersteuning van de vergroting van de
handelsmogelijkheden blijft onontbeer
lijk. Langs alle wegen rechtstreeks,
via de EEG, de Wereldbank, het We
reldontwikkelingsfonds moet geld
stromen. De vooruitzichten zijn somber
voor tweederde van de wereldbevolking,
die slechts over vijftien procent van 't
wereldinkomen kan beschikken.
6. Scheepvaart. De vrachtkosten stij
gen en beïnvloeden nadelig de export
van grondstoffen door de ontwikkelings
landen. De havens zijn onvoldoende toe
gerust om grote schepen te ontvangen.
De arme landen klagen over discrimi
natie van hun schepen. Anderzijds werkt
de bescherming die sommige ontwikke
lingslanden hun eigeft vloot bieden,
evenmin kostprijsverlagend. Nederland
heeft aangeboden te helpen met de bouw
van schepen en de aanleg van havens.
Willekeurig is de greep uit de vele
problemen. Zij alle schreeuwen om een
oplossing. Niemand in New Delhi kan
zijn verantwoordelijkheid ongestraft
ontlopen.
KENNEDY-MOORD
DALLAS Marina Porter, de vroegere
mevrouw Oswald, is door. de districts-
rechter opgeroepen om voor een „grand
jury" in New Orleans te verschijnen
om een getuigenis af te leggen in de
onderzoekingen van districts-aanklager
Jim Garrison naar de toedracht van de
moord op wijlen president Kennedy.
Hier is Marina Porter met haar tweede
echtgenoot gefotografeerd in de recht
zaal na de uitspraak van de districts-
r echter.
Elke stem telt op de Wereldhan
delsconferentie. Grofweg echter
zijn zij in drie groepen te verde
len: „de „rykcn" (fjjn gearceerd),
de „armen" (zwart) en de commu
nistische landen (wit). In de ogen
van de ontwikkelingslanden be
horen de communisten echter wel
degelijk tot de staten, die meer
handel moeten bieden.
Iluim drie jaar geleden probeer
de de Sovjet-Unie enige politieke
munt te slaan uit de eerste We
reldhandelsconferentie. De ont
wikkelingslanden echter wisten
haarzuiver politieke propaganda
van daadwerkelijke toezeggingen
te onderscheiden.
Vier landen zijn afwezig, al
thans in de conferentiezaal: Het
zijn Oost-Duitsland, Noord-Korca,
Noord-Viëtnam en communistisch
China (grof gearceerd). Zeker der
tig internationale organisaties
hebben waarnemers in New Dehli.
TOULON De Franse marine heeft
nu de hoop op redding van de 52 be
manningsleden van de vermiste onder
zeeër Minerve is opgegeven, vrijdag
de grote opsporingsactie voor het schip
gestaakt. Een gespecialiseerde eenheid
zet de pogingen om het raadsel van de
verdwijning op te lossen voort.
ROTTERDAM De recherche van
de Rotterdamse rivierpolitie heeft In
samenwerking met de douanerecher
che 34 zeelui van het Duitse bergings
bedrijf UIrich Harms uit Hamburg
aangehouden.
Zij worden ervan verdacht de afge
lopen weken grote series diefstallen te
hebben gepleegd uit de lading van de
in oktober van het vorige jaar op de
Nieuwe Waterweg gezonken Duitse
vrachtvaarder „Hornland". De zeelui,
allen werkzaam aan boord van de vijf
grote drijvende bokken, die waren in
geschakeld bij de berging van de Horn
land, hebben volgens de Rotterdamse
rivierpolitie goederen ter waarde van
enige tienduizenden guldens gestolen.
Dit is gebeurd nadat vorige week de
Hornland door h'et bergingsbedrijf van
de bodem van de Nieuwe Waterweg
werd gelicht. Bij de aangehouden Duit
sers werden onder meer in beslag ge
nomen honderd flessen drank (whisky,
champagne), 30 transistorradio's, 200
paar schoenen, 120 kristallen sierfles-
sen, 50 kristallen vazen en kannen, por
seleinen koffieserviezen, tientallen as
bakken, pannen, dameskousen en fles
sen parfum. Onder degenen die zijn
aangehouden bevinden zich drie kapi
teins van drijvende bokken, vier ber
gingsinspecteurs en vier duikers.
Na een uitgebreide speurtocht vond
de politie in de bemanningsverblijven,
en op andere, vaak vernuftig gekozen,
plaatsen grote hoeveelheden goederen,
die afkomstig waren uit de lading van
de Hornland.
r)e gebeurtenissen van de afgelopen
dagen in Zuid-Viëtnam zullen, zo
kan men nu al wel stellen, van groot
belang zijn voor het verdere verloop
van de oorlog in dit verscheurende
land. Zonder twijfel zijn de Amerika
nen onder de indruk gekomen van de
flitsende guerrilla-acties, die de Viët-
Cong, zij het ten koste van ernstige
verliezen, met succes heeft onder
nomen. In Saigon en in andere vita
le steden van Zuid-Viëtnam zijn aan
de Amerikaanse en Zuidviëtnamese
troepen flinke slagen toegebracht,
waarvan de betekenis, vooral de psy
chologische, nog niet is te schatten.
Duidelijk is echter wel, dat de inlich
tingendiensten en de legerleiders van
de V.S. de vitaliteit en de slagvaar
digheid van de Viët-Congstrijders da
nig hebben onderschat.
Militair gezien behoeft men, ondanks
deze spectaculaire ontwikkelingen,
niet te zeer geschokt te zijn, want de
Amerikanen zullen waarschijnlijk hun
oude posities wëer innemen; maar
toch is er1 voor Amerika een groot
kwaad geschied. In het politieke spel
worden enige kaarten verschoven en
daarmee is het doel van de Viët-Cong
voor een deel bereikt. We laten maar
even de mogelijkheid buiten beschou
wing, dat de recente explosie van
oorlogsgeweld ten nauwste verband
houdt met een dreigende slag bij de
basis Khe Sanh, waar de Noordviët-
namezen een tweede Dien Bien Phoe
beogen.
Johnsons politieke beleid heeft een har
de knauw gekregen. Het Witte Huis
heeft meermalen gesproken over suc
cesvolle militaire acties van de half
miljoen Amerikanen in Viëtnam en
daarbii beweerd dat het grootste deel
van het land veilig zou zijn voor de
terreurdaden van de guerrilleros. De
gevechten van de afgelopen dagen
hebben ons wel anders geleerd. De
Viët-Cong is nog steeds, ondanks drie
ëneenhalf jaar (gerekend vanaf het
incident in de Golf van Tonkin) af
mattende strijd, iri alle delen van het
land geïnfiltreerd. Het is dan ook aan
nemelijk, dat de hevige uitbarsting
van geweld in de belangrijkste cen
tra van Zuid-Viëtnam niet zo'n om
vang zou hebben aangenomen, als de
„rode vechters" de passieve houding
van de burgers 'hadden gemist. Juist
dat aspect geeft te denken.
T*e reacties uit Washington zijn tot nu
toe gematigd. Wel zijn er enige
maatregelen genomen die een snel
optreden van de Verenigde Staten in
Oost-Azië moeten garanderen, maar
over de omvang daarvan kan nóg
niets worden gezegd. Meer zekerheid
kan men zich vormen over de politie
ke toekomst van de regering-Van Loc
en de positie van de Zuidviëtnamese
president en vice-president Thieu en
Ky. De sokkel, waarop zij zichzelf
met behulp van een bedenkelijk soort
verkiezingen hebben geplaatst, begint
af te brokkelen. Want één ding is de
ze week duidelijk geworden: de rege
ring in Saigon is dermate door corrup
tie ondermijnd, dat van een greep op
de Zuidviëtnamezen niet of nauwelijks
sprake kan zijn.
Op dit punt raakt Amerika in verlegen
heid. Immers, het bewind in Saigon
is altijd de kurk geweest waarop de
rechtvaardiging van de Amerikaanse
interventie dreef. Washington besloot
tot een escalatie van de oorlog, om
dat een bevriende natie om bijstand
vroeg tegen communistische agressie.
Natuurlijk speelden er bij de rege
ring-Johnson (evenals trouwens bij
die van John F. Kennedy) ook ande
re motieven een rol, maar die wer
den, om grotere conflicten te vermij
den, nooit officieel genoemd.
Met de acties in tientallen Zuidviëtna
mese steden heeft de Viët-Cong zijn
kracht en tegelijkertijd de zwakte
van het regime-Thieu willen aantonen.
Het is alsof de rode „vrijheidsstrij
ders" willen zeggen: Johnson, je hebt
't nu gezien; als er gepraat moet
worclen over vrede in Viëtnam, dan
moet je dat met ons doen en niet met
Thieu en Ky.
TJet is bekend dat Thieu een sta-in-de-
weg is voor het op gang brengen
van eventuele vredesbesprekingen;
hij wil absoluut niet het Nationale Be
vrijdingsfront aan de conferentietafel
ontmoeten. Wel heeft hij gezegd toe
te stemmen in de aanwezigheid van
een lid van het bevrijdingsfront in de
Noordviëtnamese delegatie, maar
daar voelt het communistische blok
A De meest uiteenlopende goederen zijn
in de afgelopen weken gestolen door
personeel van het Duitse bergings
bedrijf tijdens de berging van de
„Hornland". Twee recherchturs be
kijken de gevarieerde buit
niets voor. De haat tegen de militai
re leiders als Thieu en Ky is zeer
groot en het moet öns van het hart
dat dit wantrouwen niet zo erg mis
plaatst is. Edward Kennedy, zo juist
terug van een reis door Zuid-Viëtnam
heeft in het tv-programma Face the
Nation een naar onze mening- vernie
tigend oordeel over de regering in
Saigon uitgesproken. Uit zijn ervarin
gen daar kan men opmaken, dat pre
mier-Van Loc en zijn ministers mach
teloos blijven toezien hoe de corrup
tie steeds verder doorvreet in da
Zuidviëtnamese samenleving. Het
mag dan ook geen verbazing wekken,
dat tal van Amerikanen zich negatief
opstellen tegenover Thieu en Ky en
hun lamgeslagen kabinet.
Wil men de politieke lijn van de Ken
nedy's volgen, dan zal het gehele be
stuursapparaat eens danig aan de
tand moeten worden gevoeld. Wash
ington zou de Zuidviëtnamezen duide
lijk kunnen maken, dat zij een even
redig deel aan de strijd moeten op
brengen en de voosheid van 't huidi
ge bewind dienen te doorbreken. Als
die bereidheid er niet is, dan zal
Amerika daar consequenties aanmoe
ten verbinden.
Maar welke maatregelen zouden de
V.S. daaraan kunnen koppelen? Ver
mindering van de militaire steun aan
Viëtnam? Erkenning van het Natio
nale Bevrijdingsfront? Het eerste kan
Johnson zich strategisch noch politiek
veroorloven; het tweede zou stellig
èen vredesoverleg bevorderen, waar
bij ons niet voor ogen staat wat voor
soort wapenstilstand dat zal opleve
ren. Bovendien moet Johnson dan re
kening houden met binnenlandse
strubbelingen en verzet van die bond
genoten, waarmee de Amerikanen
thans zij-aan-zij vechten: Thailand,
Australië, Zuid-Korea en de Philippij-
nen.
Tfce toestand die thans in het Verre
Oosten is ontstaan houdt een ge
vaar voor de wereldvrede in. Men
mag immers de mogelijkheid niet uit
sluiten dat de V.S. in de nabije toe
komst gedwongen zullen worden 'n in
val in Noord-Viëtnam te doen. De fel
le straatgevechten die nu plaatsvinden
kunnen in Washington de indruk ver
stevigen, dat in Zuid-Viëtnam het
communisme niet als politieke ma<?ht
kan worden vernietigd zonder ook 't
communisme in Noord-Viëtnam te eli
mineren. Dit is onder meer een door
prof. Hilsman (voormalig ondermi
nister van Buitenlandse Zaken voor
kwesties betreffende het Verre Oos
ten) gelanceerde gedachtengang, die
de keuze inhoudt tussen een wijziging
van doelstelling of een invasie in het
noorden, met het risico van een con
frontatie met China.
Dan is 1968 ook nog een verkiezings
jaar. Om een kans te maken voor 'n
verlenging van zijn ambtsperiode, kan
Johnson zich niet te veel wapenge
kletter permitteren, zo hebben we de
zer dagen van een commentator ge
hoord.
We zijn het daarmee niet eens. Ameri
ka kan en zal zich geen ondermijning
van zijn prestige en invloed laten wel
gevallen en mocht Johnson in een
dergelijke situatie besluiten de oor
logsinspanning op te voeren, dan
vindt hij een meerderheid van het
Amerikaanse volk achter zich. Zijn
kansen voor de verkiezingen zouden
er zelfs door stijgen.
Opmerkelijk is trouwens in dit verband
hoe snel een duif in een havik kan
veranderen. Toen de Pueblo naar de
Noordkoreaanse stad Wonsan werd
opgebracht waren er politici in Wash
ington, die altijd een zachte lijn voor
Viëtnam hadden gepredikt, maar in-
zake bet incident met het spionage-
schip van mening waren, dat de V.S.
de Noordkoreanen maar eens een af
straffing moesten geven. Over de con
sequenties daarvan moeten we maar
niet verder denken.
r^e Verenigde Staten zijn in een ge-
compliceerde en beroerde positie
gemanoeuvreerd
Zij steunen in Zuid-Viëtnam een re
gering, waarvan ze niet op aan
kunnen;
De immense militaire inspanning
heeft niet de gewenste resultaten
opgeleverd
De wereldopinie keert zich meer
en meer tegen Amerika;
Viëtnam heeft de binnenlander pro
blemen van de Verenigde Staten
verscherpt;
0 In de kleine vier jaar van luchtaan
vallen op Viëtnam heeft Amerika
meer bommen afgeworpen dan in
de tweede wereldoorlog.
Het heeft niet geholpen.
Dit alles wordt des te beklemmender
wanneer men zich realiseert, dat Laos,
Cambodja, Noord-Korea, Thailand en
vooral China voorlopig niet zijn uitge
werkt. We hopen maar dat de zgn. An-
tonio-formule voor vredesoverleg vol
doende mogelijkheden in zich bergt om
tot een staakt-het-vuren te komen. Het
gemartelde Viëtnamese volk zit, dach
ten we, niet te wachten op een militai
re, maar op een diplomatieke oplos
sing.