Concessie
of
confessie
Na de „rede van
het „gesprek van
Nuns peef is nu
Gouda gekomen
Ter overdenking
DE ZACHTMOEDIGE KONING
Waar bleven
reacties?
Negatief
Leugen en
waarheid
Concessies?
Dodelijk zwijgen
Als in de pauze van een concert van
een muziekwerk wordt gezegd, dat
het erg interessant was, dan houdt dit
voor de goede verstaander meestal al een
veroordeling in. Er zijn heel veel van die
composities, die het niet verder brengen
dan alleen maar interessant te worden
gevonden, wat voor vele concertbezoekers
hetzelfde is als vervelend.
muziekfeuilleton
DEZE WEEK
Ds. J. J. Poort lichtte zijn
gedachten over huwelijk en
geboorteregeling nader toe
VADER,
IK HEB GEZONDIGD
Uitgeverij J. P. v. d. Tol
De twee muzie ken
In de laatste jaren is een onderscheid
in twee muzikale uitingen zo verscherpt,
dat dit een kloof dreigt te worden en een
opvatting in het leven roept welke we
kortweg zouden kunnen aanduiden als „de
twee muzieken". Twee muzieken, name
lijk de vertrouwde muziek in de concert
zaal, waarnaar het goed is te luisteren en
•en muziek, die alleen maar interessant
is, een soort museum- of laboratorium-
muziek als object voor enkele musicolo
gen en componisten en wat de experimen
teel-elektronische werken betreft een on
uitputtelijke bron voor curieuze harmo
nieën, ritmen en klankvondsten.
Ongetwijfeld zijn er onder de tientallen
componisten, oppervlakkig verdeeld, twee
groepen: de overgrote meerderheid van
componisten, die een veelzijdig oeuvre
hebben geschreven dat in de hele wereld
dag aan dag wordt uitgevoerd en een heel
klein aantal gewoonlijk onbekende compo
nisten, die vernieuwers in de muziek zijn
geWeest of voor latere vernieuwingen de
basis hebben gelegd. Hun betekenis en de
waarde van hun muziek voor de concert
zaal wordt door de muziekliefhebbers niet
hopg aangeslagen, een opvatting die re-
eel bekeken ook wel voor de hand ligt.
Er is daarbij evenwel wel het gevaar,
dat men een componist van sterk op het
experiment gerichte muziek te gauw ver
wijst naar de zeer beperkte kring van
vakmensen en daaronder dan meestal
nog de componisten en musicologen.
De vraag of er inderdaad muziek is, die
zowel experimenteel of revolutionair-
nieuw is als boeiend en voor de gemid
delde muziekliefhebber expressief, kan
bevestigend worden beantwoord. Maar de
ze muziek is zeldzaam, dit zonder twij
fel. Met het veel aangevoerde argument,
dat de grote muziek van geniale compo
nisten over het algemeen niet experimen
teel was in de periode van haar ontstaan
en deze componisten eerder geniale sa-
menvatters en voltooiers genoemd kunnen
worden dan baanbrekers, moeten we
voorzichtig zijn. Omdat ons oor als het
ware mee evolueert, horen we in het werk
van Mozart en Beethoven, Mahler en De
bussy bijvoorbeeld de destijds volstrekt
nieuwe of gedurfd toegepaste nieuwe har
monieën of klankvondsten veel minder
duidelijk dan de tijdgenoten van Mozart,
Beethoven, Mahler en Debussy dit deden.
Maar ook met oppervlakkige aanduidin
gen van oud en nieuw, tijdgebonden en ex
perimenteel moeten we behoedzaam om
springen. Vrij talrijke muziekliefhebbers,
die we niet tot de beperkte groep vak
mensen rekenen, hebben dit heel kort ge
leden nog eens ervaren.
ILfuziek in een dubbele functie van ex-
perimenteel en expressief kon men
kort geleden horen op een recital in Am
sterdam, waar de zelden in de concert
zaal te beluisteren tweede pianosonate
van Charles Ives door een Grieks-Ameri
kaanse pianist werd uitgevoerd. Deze
veertig minuten durende Concord-sonate,
beroemd om haar unieke plaats in de li
teratuur maar berucht om de ongekende
technische moeilijkheden, is feitelijk door
de grammofoonplaat bekend geworden.
Het bijzondere is ook, dat de sonate door
de componist al voor en tijdens de eerste
wereldoorlog werd geschreven, in 1920 op
eigen kosten uitgegeven en eerst twintig
jaar later vobr het eerst in het openbaar
werd uitgevoerd door de beroemde pianist
John Kirkpatrick, die er twaalf jaar op
had gestudeerd.
Nu zou men menen, dat na een halve
eeuw, waarin er zoveel revolutionaire ver
anderingen in de experimentele muziek
zijn gerealiseerd, de tweede pianosonate
van Ives wel aan vernieuwingskracht zou
hebben ingeboet. Dit is niet het geval ge
bleken. Want als ooit het vaak misbruik
te gezegde, dat een man en kunstenaar
zijn tijd ver vooruit was, waarheid bevat,
dan geldt dit voor Charles Ives.
In Amerika is zijn merkwaardige
persoonlijkheid met onmiskenbaar geniale
trekken nu wel erkend, al heeft het vrij
lang geduurd eer de beste critici Charles
Ives beschouwden als de meest typische
Amerikaanse componist, een voorbeeld
van „Amerikanisme" in de beste zin.
Wanneer de muziek van Charles Ives niet
temin niet tot het grote podium is door
gedrongen, er althans geen blijvende re
gelmatige plaats heeft verworven, dan
ligt dit aan de mentaal-technische moei
lijkheden. welke deze bijzondere kunst
aan vertolkers en luisteraars opwerpt.
Wie heeft weten door te dringen in het
soms door klanklawines verborgen wezen
van Ives' muziek, zal kunnen beamen wat
4e beste New Yorkse muziekcritici na de
primière van de gigantische Concord-so
nate kort voor de tweede wereldoorlog
unaniem schreven, dat deze muziek „vol
wijsheid is, schoonheic? en gevoel voor de
wreedheid en schoonheid van het mense
lijk bestaan en het menselijk lot".
W/anneer we in deze weken de muziek
van Charles Ives meer zullen kunnen
horen dan in vele jaren het geval is ge
weest, dan is dat voor het grootste deel te
danken aan de pas opgerichte Charles
Ives Society. Veertien jaar na zijn dood
heeft de grote Amerikaan in ons land zijn
groep propagandisten gekregen, die het
niet laten bij een platonische verering,
maar de zaken energiek hebben aange
pakt. Reinbert de Leeuw en Louis An-
driessen, beiden experimentele componis
ten en musici; de dichter-prozaïst Bern-
lef, de directeur van het Residentie-orkest
H. de Roo en de bekende musicoloog dr.
F. R. Noske hebben concerten, geheel
aan de muziek van Charles Ives gewijd,
georganiseerd in Amsterdam, Den Haag,
Rotterdam. Haarlem en voor de radio.
Charles Ives is in elk opzicht een bijzon
der man geweest, ook in zover typisch
Amerikaans, dat hij een werkelijk baan
brekend muziekvinder en componist was
met een sterk filosofisch-literaire achter
grond en tegelijk een zeer succesrijk za
kenman. Hij werd in 1874 geboren in Dan-
burry, waar zijn vader het plaatselijke
muziekleven leidde. Voor de fanfare van
het provinciestadje schreef Charles na
zijn debuut op tienjarige leeftijd, een
treurmars voor zijn kat, een Vacantie
Quick Step, waarover de Danburry News
enthousiast berichtte als „muziek van
een genie". Charles Ives wilde na een
universitaire studie geen beroepsmusicus
worden. Hij wilde componeren, maar niet
naar de smaak van zijn tijd of zoals zijn
uitgevers het wensten, maar precies zoals
hij hoorde en voelde. Dit was ongehoord
bizar en rijk, maar ook moeilijk. Om geld
te verdienen bouwde Charles zich een
carrière in het verzekeringsbedrijf op.
Het zakenleven boeide hem en de dagelijk
se omgang met allerlei mensen had hij
ook nodig. Terwijl hij componeerde, vond
Charles Ives ook vrienden en geestverwan
ten onder de destijds toonaangevende
schrijvers en filosofen van Amerika, dat
zich een eigen literatuur schiep. Hij werd
op zijn eigen wijze een sterke vertegen
woordiger van een wijsgerig-literaire stro
ming in Amerika, die bij ons bijvoorbeeld
Frederik van Eeden heeft beïnvloed.
Schrijvers als Ralph Emerson, Amos Al-
cott, Henry Thoreau en anderen stonden
de leer van het transcendentalisme voor,
een Amerikaanse opvatting van het wijs
gerig idealisme, gericht tegen het rationa
lisme. Na jaren van verdringing heeft in
onze tijd deze Amerikaanse geestesstro
ming, die meer een levenshouding bete
kent, weer vele aanhangers, vooral in
kringen van progressieve kunstenaars.
Als hoogst authentieke uiting van de
componeerwijze van Charles Ives en een
neerslag van zijn filosofische ideeën blijft
de al genoemde tweede pianosonate een
sleutelwerk. Charles Ives gaf het gigan
tische vierdelige werk de ondertitel „Con
cord, Mass". Concord is een stad, niet
ver van Boston, hoofdstad van de staat
Massachussetts, het oud-Indiaanse „bij de
grote heuvels". In de vier delen van zijn
sonate heeft de componist impressies wil
len geven van figuren uit de al genoemde
filosofisch-literaire stroming. Gèèn por
tretten in muziek, maar een verklanking
van sfeer en ideeën, gelokaliseerd in het
brandpunt Concord, het stadje, het Alcott-
huis, de sfeer van filosofische gesprekken
„on an autumn day of Indian summer at
Walden".
Men kan de Concord-sonate ook beschouw
wen als een muziekwerk vol contrasten
tussen bizarre rijkdom aan compacte
klank en verstilling, vol klankvondsten en
harmonische verbindingen, die nu nog
nieuw zijn en welke opkwamen in het
brein van een man van geniale aanleg,
vóór anderen deze klanken ook hoorden en
verwerkten in de muziek van onze tijd.
Hoeveel goeds
men ook van ons
zegt, men leert ons
niets nieuws.
Meer dan tweeduizend reacties aan
moedigende en afwijzende kreeg de her
vormde predikant ds. J. J. Poort uit Ka-
merik, nadat hij in Nunspeet had gezegd:
„Geboorteregeling, ook via de pil, mag
worden aanvaard als een stuk voorzienig
heid Gods". In kringen van de Gerefor
meerde Bond en van de S.G.P., die ds.
Poort vaak uitnodigen als spreker, ont
stond na deze uitspraak heftige beroe
ring. Spreekbeurten voor de Geref. Bond
werden afgezegd en de S.G.P. distantieer
de zich zelfs geheel van de predikant. Het
leek er niet op, dat een verder gesprek
mogelijk was. Wel was er de vraag: „Moe
ten we zo verder leven, zo ver van elkaar
af in een meningsverschil over een punt
dat ons allen aangaat?" De Protestantse
Stichting voor Verantwoorde Gezinsvor
ming, onder wier auspiciën ds. Poort in
Nunspeet had gesproken, deed de eerste
stap. Voorzover zij nog te bereiken wa
ren, kregen degenen die ds. Poort hadden
geschreven of opgebeld, een persoonlijke
uitnodiging om naar Het Anker in Gouda
te komen voor een verder gesprek. Ruim
tweehonderd belangstellenden, vrijwel uit
sluitend van de Veluwe en uit de omge
ving van Ridderkerk, gaven aan de uit
nodiging gehoor. En met hen is er ook
een echt gesprek geweest, waarin men el
kaar niet verketterde, maar ernstig zocht
naar de achtergronden van eikaars stand
punt.
Erg fel ging het ook niet toe. Waren
de heftigste tegenstanders dan thuis ge
bleven? Die indruk kreeg men toch niet,
tijdens dit gesprek. Had men het dan niet
zo gemeend met die felle reacties? Jawel,
men bleek het wel degelijk zo te hebben
gemeend. Hoe kon deze samenkomst dan
zo rustig verlopen? Waarschijnlijk omdat
er toch meer bezorgdheid is geweest dan
boosheid. Maar dan ook bezorgdheid aan
beide kanten, dus ook aan de kant van
ds. Poort en de PSVG. Vreesden de be
zwaarden, dat geboorteregeling indruist
tegen de voorzienigheid Gods, ds. Poort
en de zijnen waren juist bezorgd over de
gevolgen, die het in een mensenleven kan
hebben, wanneer die voorzienigheid wordt
beleefd zonder eigen verantwoordelijk
heidsbesef. In die gezamenlijke bezorgd
heid over weliswaar verschillende punten
ontmoette men elkaar nu als christenen en
niet als combattanten. In een sfeer van
handreiking over de Schrift, maar ook
van een bevrijdende en aanstekelijke lach
bij een jeugdherinnering van een vragen
steller: „Toen wij trouwden zei mijn va
der: jullie bepalen het aantal stoelen, God
het aantal kinderen!"
En als het op oordelen aankomt, laat dan
alleen de Heilige Schrift maatstaf zijn. In
laatste instantie interessere het ons dan
niet wat enige vereniging, bond, partij of
kerk te zeggen heeft. Wèl moge het ons in
teresseren of wij in die vereniging, bond,
partij en kerk persoonlijk en waarachtig
naar bijbelse maatstaven wensen te leven
voor het aangezicht van God. Dat is iets
anders dan leven naar tradities of die nu
rooms-katholiek zijn in de vorm van pau
selijke uitspraken of reformatorisch in de
vorm van beginselverklaringen. Vrij van
binding aan de traditie kunnen we vrij
staan voor het gezag van de bijbel. Zo
kunnen we in dit ontzaglijke spanningsveld
tot ontspanning, vrede en rust komen".
De bezorgdheid van ds. Poort sprak uit
ieder onderdeel van de rede, die hij in
Gouda hield, als vervolg op de veelbe
sproken „Nunspeetse" toespraak. Vooral
beklemde hem de vraag, hoeveel christe
lijke huwelijken al negatieve huwelijken
zijn geworden omdat de lichamelijkheid
ervan wordt onderschat, de seksualiteit
doodgezwegen. Als man en vrouw maar
hard werken daar heet het christelijk
huwelijk vaak mee te staan of te vallen.
Terwijl Christus het beminnen als hoogste
eis stelt is onthouding bij velen een chris
telijk goed geworden. Maar het uiteinde
lijke doel van God is de gemeenschap:
verticaal tussen Hem en de mens, hori
zontaal tussen mens en medemens. En het
middelpunt is altijd het Verbond, waarin
plaats is voor het samen totaal mens zijn:
samen bidden, denken, danken, seksueel
zijn. Ook Paulus, zelf celibatair, schrijft:
„Onthoudt, dat gij u niet onthoudt". Moe
ten wij dan arbeiden aan onze onthou
ding, wanneer er geen duidelijke oorzaken
zoals ziekte voor zijn?
Zegt der dochter Sions: Zie uw Koning komt tot u. zacht
moedig Mattheus 21 5a
Wanneer de Heere Jezus naar Jeruzalem komt om te lijden en te
sterven tot redding en behoud van Zijn volk. dan komt Hij als een
Koning, maar als een zachtmoedige Koning. Hij rijdt de stad binnen,
gezeten op het veulen van een ezelin, en eenvoudiger kan een
koning zijn intocht al niet houden. De profetie van Jesaja en
Zacharia gaat in vervulling: ..Zegt der dochter Sions: Zie uw
Koning komt tot u, zachtmoedig en gezeten op een ezelin en een
veulen, zijnde een jong van een jukdragende ezelin".
De Heere Jezus is wel Koning, maar Hij wil onze harten niet door
uitwendige schittering voor Zich winnen, maar door de kracht van
Zijn genade en waarheid. Daarom houdt Hij Zijn intocht in Jeru
zalem ook niet gezeten op een vurig paard, maar op het veulen van
een ezelin.
Toch wordt Hem koningshulde gebracht. Een groot deel van de
schare die daar aanwezig is roept Hem toe: „Hosanna geef heil
de Zone Davids. Gezegend is Hij Die komt in de naam des Heeren.
Hosanna in de hoogste hemelen". En ze spreiden zelfs hun klederen
voor Hem uit om hun hulde te tonen.
Het moet de Heiland goed gedaan hebben dat men Hem toch als
Koning eert. Hoewel Hij geweten moet hebben dat straks de hulde
zal verstommen, dat straks het „kruisigt Hem" zal weerklinken.
Alleen wanneer de Heilige Geest de jubel in ons hart gelegd heeft
omdat onze ogen geopend zijn voor deze heerlijke Koning, zal de
jubel van het hosanna 'als een zuivere toon opklinken. Daartoe
wordt Zijn volk ook opgeroepen: „Zegt der dochter Sions: Zie uw
Koning komt tot u-, zachtmoedig
Ja, Hij is een zachtmoedige Koning. Straks zullen de bewoners van
Jeruzalem Hem verwerpen, ze zullen Hem niet als Koning erken
nen. Daarom weent Hij over Jeruzalem, omdat Hij hen verloren
ziet gaan vanwege hun onbekeerlijkheid en verharding. „Hoe
dikwijls heb Ik u willen bijeenvergaderen, maar gij hebt niet ge
wild Wat is dat erg wanneer we deze zachtmoedige Koning
verwerpen, Die ons alles wil geven, zelfs Zijn leven om ons van de
dood te verlossen en ons het eeuwige leven te schenken.
En een zachtmoedige Koning is Hij vooral voor Zijn volk. Hij heeft
alle lijden, vernedering, smaad en hoon willen verdragen om Zijn
volk maar vergeving, genade en heil te kunnen schenken. De schare
die thans roept „Hosanna" zal over enkele dagen schreeuwen:
„Aan het kruis met Hem!" En Hij heeft Zich aan het kruis laten
nagelen. Als een lam werd Hij ter slachting geleid en als een
schaap dat stom is voor het aangezicht zijner scheerders, alzo deed
Hij Zijn mond niet open
Wat een zachtmoedig Koning is Hij! Dat ondervinden we wanneer
Hij tot ons hart komt door de Heilige Geest om er als Koning te
heersen. Want waar wij menen dat Hij zal komen met toorn en
oordeel, zoals we ook vanwege onze zonde en ongerechtigheid heb
ben verdiend, daar komt Hij met vergeving en verzoening, met
liefde en erbarmen, met heil en genade, met een vrede die alle
verstand te boven gaat.
Zeker, wanneer we Hem blijven verwerpen zullen we Zijn toorn
ervaren, de toorn van het Lam dat geslacht is, de toorn van een
versmade liefde. Hoe erg zal het zijn verworpen te worden voor
eeuwig, omdat we Hem verworpen hebben, zodat we in onze zonde
sterven.
Maar voor Zijn volk blijft Hij een zachtmoedige Koning. Want wat
verdraagt Hij veel van Zijn kinderen. Wat doen wij Hem nog veel
smart aan. Maar Hij neemt telkens de zondaars weer aan als ze met
berouw tot Hem komen. Ja, als de goede Herder zoekt Hij Zijn
verloren schapen geregeld op. En eenmaal komt Hij om ons vol
komen te verlossen en eeuwig thuis te brengen. Ja, dan jubelen
we het uit de volheid van ons gemoed uit: „Hosanna, gezegend is
Hij, Die komt in de naam des Heeren. Hosanna in de hoogste
hemelen."
Veenendaal,
ds. A. Vroegindeweij.
Na „Nunspeet" is gezegd, dat ds. Poort
de concessie stelde voor de confessie. Hij
nam dat zwaar genoeg op om er de titel
van te maken voor zijn gehele toespraak
in Gouda. Alle punten toetste hij aan de
vraag, of in de denkwereld rondom geboor
teregeling werkelijk concessies worden ge
daan aan de wereld of dat er juist sprake
is van confessie.
De onthouding in onze christelijke hu
welijken blijkt juist vaak een verkapte
concessie te zijn, aldus ds. Poort, ter
wijl geboortebeperking een diepe con
fessie van liefde en offer kan zijn. Bij
voorbeeld ten opzichte van het kind, dat
in onverantwoord gevormde gezinnen al
zoveel kansen verliest om zelf op te
groeien tot een evenwichtig mens. Wie
hier geen rekening mee houdt en onge
remd samenleeft, dient niet de God van
de bijbel, die immers oproept tot ver-
verantwoordelijkheidsbesef en mede
werkzaamheid. Hij dient een noodlots
god, die alle hogere roeping en mede
werkzaamheid neerslaat totdat wij
„stokken en blokken" zijn. En nog vele
andere redenen kunnen bewuste en ver
antwoorde gezinsvorming tot een con
fessie maken: gevaar voor de gezond
heid van de vrouw, armoede, gebrek
aan woonruimte, begrensde psychische
krachten bij de echtgenoten en de le
vensruimte, die wij elkaar moeten gun
nen in een dichtbevolkt land.
Duidelijk bewogen toonde zich ds. Poort
en heel stil was het in de zaal, toen hij
zei: „Er leven zo ontzaglijk veel vragen
onder de jongeren en in de huwelijken
van onze tijd. Vragen of het lichaam
„slecht" is en of men zijn hersens mag
gebruiken en wat gemeenschap is en wat
je van geboorteregeling moet denken. Er
is heel veel antwoord vanuit „de wereld",
vanuit de kiosken en vanuit andere bron
nen, die we niet als bronnen willen heb
ben. Aan de andere kant is er zo'n dode
lijk zwijgen over deze zaken bij de ouders
en bij de kerk. Waarom toch? Spreekt
tóch eens een predikant, dan verwijt men
hem dat hij zich laat spannen „voor het
karretje van de PSVG", terwijl diezelfde
PSVG hem de volledige vrijheid als die
naar des Woords liet. Waarom zoeken wij
elkaar niet, opdat wij samen bij het licht
van Gods Woord in de waarheid komen?
Een nieuw boek van
DS. J. J. POORT
Veertien meditaties over de gelijkenis
van de
VERLOREN ZOON
Plm. 200 blz., geb. in linnen pr. band
ƒ9.50
vraag gratis
uitgebreid prospectus
VOORSTRAAT 94 - DORDRECHT
Bij de discussie schriftelijke vragen,
mondeling antwoord ging het nog vaak
over de openheid in het gesprek.
Ds. Poort: „Waarom horen onze kinderen
zo vaak de leugen thuis en de waarheid
op straat? Onderschat de leugen, dat de
kinderen uit de dokterstas of van de
ooievaar komen, niet. Leer ze gewoon
bidden, voor het kind dat komt. En be
denk dat verwrongen gedachten van de
ouders meervoudig terugkomen in de
kinderen.
De christen-arts-sexuoloog P. J. F. Dupuis,
die ook enkele antwoorden voor zijn re
kening nam: „Nergens komt zoveel cri-
minialiteit voor als bij mensen, die in
hun jeugd b.v. door gezinsomstandighe
den, te weinig aandacht hebben gekre
gen. De ouders van die mensen kunnen
zich niet op God beroepen en zeggen:
„Hij heeft gewild dat we zoveel kinde
ren kregen. De bijbel geeft hun geen en
kele grond voor die opvatting, waarbij
aan God wordt toegeschreven wat men
sen hebben gedaan of hebben nagela
ten".
Een overweging vanuit de zaal: „In onze
traditionele gedachtengang zou het ook
zondig zijn, zelf wegen te zoeken om
een kinderloos huwelijk toch vruchtbaar
te maken. Daarmee zou je ook Gods be
stel doorkruisen. Toch hebben we daarin
nooit kwaad gezien".
Ds. Poort: ?,Dat is een opmerking, waar
ik heel blij mee ben".
En na het gesprek werd de psalm „Och
of wij Uw geboon volbrachten" gezongen.
Sommigen zongen het op „hele en halve
noten", anderenalleen op „hele". Maar
onder het zingen kwamen die twee ver
schillende ritmen dichter bij elkaar en
bij de slotregel „om die te doen uit dank
baarheid" was het psalmgezang harmo
nisch geworden.
Het gaat misschien wat ver om vandaar-
uit een parallel te trekken naar de bespre
kingen van die middag, maar de gedachte
dringt zich wel op. Want bij dit „gesprek
van Gouda" na de „rede van Nunspeet"
heeft men elkaar echt willen ontmoeten.
En waar die wil bestaat, is de ontmoeting
al een feit.
ADVERTENTIE
In de felbewogen week die achter on«
ligt hebben we iets gemist: de stem
van de kerken, van de Wereldraad
zo goed als van die kerkelijke func
tionarissen die zich over wereldpoli
tieke zaken plegen uit te spreken.
Terwijl er naar ons besef ditmaal
toch wel alle aanleiding toe was
aanleiding zelfs om de kerken op te
roepen tot vurig gebed nu vrede in
Viëtnam meer binnen het bereik i«
komen te liggen.
Een- en andermaal hebben dekerken
op de beide partijen in het Viëtnam -
conflict 'n beroep gedaan om de strijd
te staken. Waarbij men dikwijls wel de
indruk kreeg dat dat beroep meer ge
richt was tot de Amerikanen dan
de communistische Viëtnamezen
er lag soms een tendens in die over
helde naar de groep van Jonson-
moordenaarschreeuwers. We hebben
dat enigermate betreurd. Zonder eni
ge twijfel is het de taak van de ker
ken haar stem te laten horen als het
gaat over het onrecht in de wereld
een kerk die niet oproept tot de ge
rechtigheid en de naastenliefde die
het Evangelie ons toont, verzaakt
haar roeping. Maar laat men wel de
uiterste voorzichtigheid in acht ne
men bij het beoordelen van de schuld
vraag. Want met alle respect voor
kerkelijke leiders: het houdt niet in
dat zij qualitate qua ook politieke
deskundigen zijn!
Hoe dit zij, in de afgelopen week heeft
president Johnson van de Verenigde
Staten datgene gedaan waarop ook
uit kerkelijke kring reeds zo dikwijls
was aangedrongen: door opdracht te
geven de bombardementen op Noord-
Viëtnam te staken, heeft hij de hand
der verzoening uitgestoken. De we
reld was hem daar dankbaar voor
de vele reacties getuigden daarvan.
Los van de vraag trouwens of men
daarin een gebaar van zwakte dan
wel van grootheid van de Amerikaan
se president wilde zien het feit
bleef dat hij dusdoende de mogelijk
heid tot vrede in Viëtnam binnen het
bereik bracht. En dus goeddeels tg-
gemoet kwam aan datgene wat voor
al toch de kerken met hun herhaalde
oproep hebben beoogd.
Op dat moment was het woord aan
Hanoi. Op dat moment ook mocht
men verwachten dat allen die het wel
meenden met Viëtnam hun stem zou
den laten horen om van de commu
nistische machthebbers de tweede
stap af te dwingen, het gebaar van
verzoening van Johnsoji niet onbe
antwoord te laten. Een man als Oe
Thant heeft dat zonder twijfel ge
daan maar de kerken zwegen.
Terwijl dit toch juist het moment
was om te spreken. En niet minder
een moment om de christenen in heel
de wereld op te roepen tot een vurig
gebed voor de vrede. De kerken heb
ben die kans gemist en dat is jam
mer.
Op het opgenblik dat we dit schrijven
is de moord op dr. Martin Luther
King nog maar enkele uren oud. De
wereld houdt de adem in. Want het
gaat hier niet slechts om de dood
van een voortreffelijk man, een goed
Christen hier bespeurt men een
stuk blinde haat die angstaanjagend
is. Hier blijkt opnieuw dat de christe
lijke invloed op onze westerse be
schaving op sommige plekken weinig
meer is dan het dunste laagje ver
nis. Zo beangstigend is het dat het
ondenkbaar moet zijn dat de kerken
hierover zouden zwijgen.
We weten niet of dit laatste zal ge
beuren de tijd is nog te kort ge
weest. Wel doet een week zoals die
nu voorbijgegaan is, bij ons de vraag
rijzen of de kerk op dit punt niet
beter toegerust moet zijn. Niet zo
toegerust dat zij aanzienlijk sneller
kan reageren dan nu het geval is.
Want als we schrijven dat we de
stem van de kerken hebben gemist,
dan beseffen we dat we niet helemaal
eerlijke kritiek leveren. We twijfelen
er niet aan dat de kerken graag had
den laten horen hoezeer zij haken
naar vrede in Viëtnam. En dat zij
niets liever zouden doen dan nu de
Amerikaanse burgers op te roepen tot
de bijbelse naastenliefde en verdraag
zaamheid. Onze kritiek gaat dan ook
meer uit naar het feit dat op dit
ogenblik nog de kerkelijke molens te
langzaam draaien. Zoals op vele an
dere terreinen heeft de kerk zich
ook hier niet aangepast aan deze mo
derne tijd van snelle communicaties.
We hopen dat dit zal veranderen,
voor de kerk en voor de wereld.