Louis C. uit Kerkrade beweert: Valsemunterij was opgezet door Indonesische ambassade Pall Mall Export 100 GULDEN BARA-LOft Vara bij kort geding door misverstand afwezig Hoofdpijn' VAH J 11 Doodvonnis door krijgsraad in '40 brengt nu nog juridische pennen in beweging k Met uw pink een stalen staaf buigen? evoluon Zeshonderd mail op straat door saneren baksteen industrie Bonaparte OFFICIER EIST VIJF JAAR CEL m Rampenfonds voor nieuwe kerk Weesp Vee verwaarloosd Sergeant na terugtocht van Grebbeberg gefusilleerd Generaal wilde .voorbeeld stellen" Machinefabriek ontslaat 59 man BELACHELIJK SPONTAAN VINGEROEFENINGEN k A uw markiezen maker adviseert Zeist eist rectificatie of zendtijd Dan helpt Snel, doeltreffend, betrouwbaar! GREBBESTELLING NOG KRASSER BEZWAARD BETREURD KANS PAAR DAGEN eindhoven KEIJZER TAPIJT een ~(^nkalonl tapijt KAMERBREED ADVERTENTIE MAASTRICHT De drukkerij van valse bankbiljetten van honderd gulden, die in november in een flat in Kerkrade werd ontdekt, was opgezet door de Indonesische ambassade en de bewoner van de flat had omdat hq daartoe was gedwongen slechts medewerking verleend. Dat was de opzienbarende stelling waar de bewoner, de 37-jarige viashandelaar Louis C., gisteren voor de Maastrichtse rechtbank mee voor de dag kwam. Hij had voor zijn verweer een aan tal functionarissen van de Indonesi sche ambassade en twee leden van de Binnenlandse Veiligheidsdienst als ge tuigen opgeroepen. Zij waren geen van allen verschenen. De president, mr. H. Disch, liet er geen twijfel over bestaan dit een be lachelijk verweer te vinden. Met op merkingen als: „Gelooft u nu werkelijk dat er een rechtbank in Nederland is die uw ver haal zou geloven", doorspekte hij zijn agressieve verhoor van Louis. „Als een ambassade dat zou willen, zou zij dat toch niet doen in een flat van iemand die zij pas een jaar kent in plaats van binnen de veilige muren van de am bassade zelf", aldus mr. Disch. De raadsman, mr. M. Moszkowicz, had daar in zijn scherpzinnig opge bouwde pleidooi wel een verklaring voor. „Een ambassade kan er juist voordeel bij hebben met een figuur als mijn cliënt, die al in de gevangenis had gezeten, in zee te gaan. Zij zou hem gemakkelijk voor de zaak kunnen laten opdraaien als de politie er ach ter zou komen." „Dat zou verklaren waarom de men sen van de ambassade die volgens mijn cliënt het vervalserswerk in zijn flat hebben verricht, geen vingeraf drukken of met de hand geschreven aantekeningen hebben achter gelaten. Dan bleven zij buiten schot en de slor digheden die mijn cliënt beging, zoals de snippers van het bankbiiljettenpapier in de vuilnisbak gooien, zouden alleen maar mijn cliënt belasten." Mr. Moszkowicz vond het ook opval lend dat zijn cliënt door de Indonedi- sche ambassade spontaan als geheim agent zou zijn gevraagd, kort nadat hij na zijn voorwaardelijk ontslag uit de gevangenis een sollicitatie in gediend had bij de Binnenlandse Vei ligheids Dienst. Vast stond dat Louis werk had verricht voor de Indonesi sche ambassade ook de officier van justitie betwistte dat niet. Maar de am bassade had laten weten dat zij niets met de bankbiljettenvervalsing te ma ken had gehad. In Louis' woning waren behalve een miljoen gulden aan valse honderdjes, een handpers en cliché-apparatuur ook kopieën van spionagedocumenten van de Indonesische ambassade gevonden, haalde de verdediger aan. Daarom was zijn cliënt volgens hem ten dode be angst voor de gevolgen van deze zaak en had hij om een behandeling met ge sloten deuren gevraagd. De politie had evenwel gedurende de week waarin zij alle bezoekers van de flat had gadegeslagen, niemand ge zien die leek op de mannen van de In donesische ambassade, die volgens Louis het drukwerk in twee kamers van zijn flat hadden verricht. Volgens de officier van justitie, mr. J. Fransen was het idee van de valsemunterij ont staan in de Bredase gevangenis, waar Louis een straf van tien jaar had uit gezeten voor een poging tot moord op een wethouder van zijn geboorteplaats, het Zeeuwsvlaamse IJzendijke. Louis had daar zeven maanden lang een cel gehad naast die van de 49-jari- ge Harrv B., een Haagse onderwereld figuur. Hij had daar al vingeroefenin gen verricht door vervalsing van bon nen van de gevangeniskantine. Na zijn huwelijk met de dertien jaar jongere Ingeborg J., een Duitse die hij in Zeeland had leren kennen, had hij een ruime flat gehuurd in Kerkrade. Volgens hem had hij dat gedaan op verzoek van de Indonesische ambassa de omdat dat dichter bij de Indonesi sche ambassade in Bonn was. Volgens haar was het gebeurd omdat zij een baan als secretaresse in Duitsland had. Zij had in het vooronderzoek méér gezegd dat het verhaal over de op dracht van de Indonesische ambassa de ondergroef. Zo had zij Louis met Harry, die verscheidene malen op be zoek was geweest, horen afspreken dat zij elk 25 procent van de opbrengst zouden krijgen en dat de rest zou ver deeld worden onder de negen „be trouwbare jongens" die de valse hon derdjes in omloop zouden brengen. Zo meende de officier voldoende grond te hebben voor de opvatting dat Louis de hoofddader was. Daarom eis te hij buiten het straf restant van 2'/t jaar, dat hem voor de poging tot moord nog voorwaardelijk boven het hoofd hangt vijf jaar gevangenisstraf met aftrek. Daaraan wilde mr. Fransen nog een voorwaardelijke terbeschik kingstelling van de regering verhonden zien. Ingeborg had geholpen bij het kleu ren van de bankbiljetten, gaf zij toe, toen zij klein en tenger als een ver schrikt vogeltje na haar man voor het hekje verscheen. Wegens medeplichtig heid luidde de eis tegen haar negen maanden, waarvan drie voorwaardelijk met drie jaar proeftijd. Zij probeerde angstvallig de zaak voor haar man niet te verslechteren, maar aarzelend moest zij wel toegeven dat haar man haar had verteld van het plan samen met Harry een valse munterij op touw te zetten. Harry zelf beschikkend over meer strafrechter lijke ervaring waagde zich helemaal niet aan verklaringen. Net als tijdens het vooronderzoek liet hij de rechtbank weten: „Ik heb niets te zeggen." De officier wilde hem toch in aan merking laten komen voor hetzelfde tarief als Louis: vijf jaar gevangenis straf met aftrek. Bij de bepaling van de eis liet mr. Fransen ook het lange strafblad van Harry meetellen. Dat had de president al in de mond gege ven: „Het wordt wel tijd dat je ermee ophoudt." Harry was het met hem eens: „Ja. we worden ouder". ARNHEM Ongeveer 35 steenfabrie ken in ons land zullen voor 1 augustus de produktie staken. Hierdoor zullen zo'n 600 mensen hun baan verliezen. Dit is het gevolk van een grootscheeps sane ringsplan, waartoe de baksteenfabri kanten enige tyd geleden besloten. De bedrijven die sluiten krijgen een vergoeding van degene die blijven. In totaal is voor dit doel negen miljoen gulden toegezegd. Voorlopig zal 't „uit kopen" echter gebeuren met geld van de bank. De namen van de 35 bedrijven die dicht gaan blijven nog even geheim. Samen produceren zij jaarlijks 210 mil joen stenen. Het uit de markt nemen van deze produktie zal voor gezondere marktverhoudingen zorgen. De sluiting van de bedrijven en de afvloeiing van personeel zal geleidelijk gebeuren. Het saneringsplan voorziet in een financiële regeling bij ontslag. ADVERTENTIE rook met ledereen kan een lange sigaret maken. Maar daar gaat het niet om. En de echte selectieve roker weet dat. Die aarzelt niet en vraagt meteen om King Size Pali Mall Export. Want met of zonder filter. King Size Pall Mall Export is het echte waarmerk van veel meer kwaliteit! ADVERTENTIE 20 Pall Mall Export 1.1.50 Belastingvrije spaarpremie van 20% voor deelnemers aan het Premie Spaarplan tot een ■maximum van f 100,- per echt paar of f 50,- per persoon per jaar. Spaarvormen (evt. te combineren) effectenbewijzen levensverzekeringen spaarkasinschrijvingen hypotheekaflossingen spaarbewijzen garantiekredietaflossingen Nadere inlichtingen bij Spaarbanken, Boerenleenbanken, Raiffeisenbanken, Postkantoren. Banken, Borgstellings fondsen, Hypotheekbanken, Bouwfond sen, Spaarkassen, Levensverzekering maatschappijen, assurantie-tussenper sonen err de Sociale Verzekeringsbank. Of Vraag per briefkaart aan Premie Spaarplan. Postbus 51, Den Haag, vrij blijvend de brochure over dit nationale plan. WW* AMSTERDAM Een misverstand is er de oorzaak van geweest dat de VARA gisteren niet was vertegenwoordigd by een kort geding voor de president van de Amsterdamse rechtbank, dat de gemeente Zeist tegen deze omroepvereniging had aangespannen. De dagvaarding voor het kort geding was vorige week maandag bezorgd bij Herman Wigbold, hoofd van de actualiteitenrubriek „Achter het nieuws". Om dat de dagvaarding een doorslag was, had de heer Wigbold gedacht dat het ori gineel naar de juridische afdeling of naar het hoofd van de televisiedienst van de VARA was gestuurd. Dit was niet het geval. De heer Wig bold hield de dagvaarding in zijn bu reau, praatte er verder niet over en het gevolg was dat er verder niemand bij de Vara van het kort geding op de hoogte werd gesteld. Ondanks het feit, dat er niemand van de Vara in de zaal was, ging het kort geding gisteren gewoon door. De gemeente Zeist verwijt de Vara in de aflevering van 11 januari van „Achter het nieuws" een televisiereportage te hebben gebracht, die een groot aantal onjuistheden zou bevatten. Het ging in deze reportage om het overlijden van de vijftigjarige Zeiste- naar W. L. Verhagen. Volgens de ge meente Zeist wekte de reportage de in druk dat de maatschappij deze man als een hond heeft laten sterven. De ge meente Zeist stelt dat de Vara heeft verzuimd inlichtingen te vragen bij de bevoegde instantfes en alleen is afge gaan op mededelingen van een over buurman van de heer Verhagen. De Vara heeft de burgemeester van Zeist enige tijd na de uitzending aange boden zelf voor de camera zijn visie op deze zaak te geven. I)e burgemeester weigerde, omdat de Vara hem niet kon beloven dat zij geen commentaar zou leveren op wat hij voor de televisie zou zeggen. In het kort geding eist de gemeente Zeist, dat de Vara binnen twee weken na de uitspraak een rectificatie in „Achter het nieuws" opneemt, of dat de burgemeester van Zeist van de Vara vijf minuten de gelegenheid krijgt zelf een rectificatie voor de televisie te ge ven. De gemeente vraagt een dwang som van tienduizend gulden. De Vara heeft inmiddels laten weten, dat zij er geen genoegen mee zal nemen wanneer de president deze eis inwil ligt. WEESP De Gereformeerde Kerk in Weesp heeft een rampenfonds ge sticht om geld bij elkaar te brengen voor een nieuw kerkgebouw. De oude kerk is bij de grote brand van vorige week verwoest. Tijdens twee gereformeerde kerk diensten die in de hervormde kerk in Weesp werden gehouden, is al 21.700 gulden ingezameld. Op 20 april geeft het Scheveningse Visserskoor een con cert in Weesp. De opbrengst is even eens bestemd voor het fonds. WINTERSWIJK De politie in Win terswijk heeft in de buurtschap Huppel het sterk verwaarloosde vèe van land bouwer G. weggehaald. De achttien koeien, tien varkens en vijf kalveren worden nu verzorgd in de schutstal van de gemeente Winterswijk. Enkele dieren waren er bijzonder slecht aan toe. Zij waren niet voldoende gevoederd. ADVERTENTIE RHENEN Het is volgende maand 28 jaar geleden dat een Nederlandse krijgs raad de doodstraf uitsprak tegen een jonge sergeant, maar de schoten die een eind maakten aan het 22-jarige leven, echoën nog steeds na. De zaak van deze militair, die meende door een vlucht voor het Duitse artillerie vuur zün leven en dat van zijn ondergeschikten te redden, maar die zijn leven toen verloor voor een vuurpeloton van strijdmakkers, is al een jaar onderwerp van discussie in het Nederlands Juristenblad. In een van de faatste nummers wordt zelfs uitgelegd hoe een handig advocaat het leven van de sergeant had kunnen redden door de uitvoering te vertragen van een beslissing waar mee achteraf niemand gelukkig kan zijn. De sergeant lag met een sectie pant- serafweergeschut op de Grebbeberg. Bij een beschieting door Duitse artille rie waarbij niemand van zijn sectie ge dood of gewond werd en het geschut niet werd getroffen, verliet hij zonder toestemrriing van zijn commandant met zijn sectie de stelling. Dat bracht hem voor een ijlings ge vormde krijgsraad te velde, bestaande uit drie troepenofficieren, die geen van allen jurist waren. Toen deed zich een incident voor, dat voor mr. J. Leyten uit Vught aanleiding was deze zaak vo rig jaar nog eens onder de aandacht te brengen, nadat het Juristenblad kri tiek op de nota over het nieuw mili tair procesrecht had gepubliceerd. Ge- neraal-majoor J. Harberts, bevelheb ber van het Tweede Legerkorps en be last met de verdediging van de Greb- be-stelling, vertelde "de krijgsraad na drukkelijk dat hij om epn voorbeeld te stellen niet anders dan een dood vonnis verwachtte. Hij had zich al eerder in die zin uit gelaten bij de voorbereiding van een zaak tegen een vaandrig die een aan tal zware mitrailleurs (die niet onder zijn bevel stonden) had gedwongen met hem terug te trekken. Na het vooron derzoek van een nacht lang bleek de vaandrig onvoldoende schuld te kunnen worden verweten en daarop werd hij op vrije voeten gesteld. Na de oorlog zei de generaal tegen de Parlementaire Enquêtecommissie dat het twijfelachtig was of de krijgs raad in de zaak van de vaandrig de doodstraf zou hebben uitgesproken. „Er was in die tussentijd een veel duidelijker geval voorgekomen van een sergeant, die op het voortdurend ver kondigen dat de Grebbeberg was ge vallen, terugtrok en zijn terugtocht al had voortgezet tot Nieuwersluis... Dat geval heb ik in handen van de krijgs raad gesteld. Ik heb toen de krijgsraad toegesproken in deze zin. dat dit een geval was zo duidelijk, dat de dood straf de enige straf kon zijn die erop volgen moest", aldus generaal Har berts tegenover de Parlementaire En quêtecommissie. Volgens mr. C. H. Beekhuis, raads heer in de Hoge Raad, die destijds als secretaris optrad van de uit niet-juris- ten bestaande krijgsraad, heeft de ge neraal in werkelijkheid nog krassere bewoordingen gebruikt. Mr. Beekhuis meent echter en hij heeft de hele behandeling en de beraadslagingen over het vonnis meegemaakt, al mocht hij zich daar als secretaris niet in mengen dat het vonnis niet anders was uitgevallen als de generaal zijn vermaning aan de krijgsraad achter wege had gelaten. Dat neemt niet weg dat ook mr. Beekhuis „het zeer beden kelijk acht dat de generaal zo sterk naar voren heeft gebracht dat hij van oordeel was dat een doodstraf moest worden opgelegd." De generaal besefte daar blijkbaar tijdens het verhoor door de Parlemen taire Enquêtecommissie ook wel iets van, want hij voegde aan zijn verkla ring toe: „Ik ben mij er volkomen van bewust dat geen enkele autoriteit het recht heeft een rechterlijke instantie te beïnvloeden. Ik heb gemeend het toch te moeten doen. Ik achtte het be slist noodzakelijk omdat ik mij reali seerde dat de officieren van onze vre- desopleiding, opgevoed in de mentali teit van laat ik het populair noe men „het zachte eitje" er wel eens tegen op zouden kunnen zien die mili tair ter dood te veroordelen." En ten slotte zegt de generaal: „Ik geloof dat ik goed heb gezien..." Het was de generaal direct al'duide lijk geworden dat lang niet iedere be trokkene zo tevreden was met het ver loop van de zaak. Direct na de krasse vermaning van de generaal aan de krijgsraad had de daarbij aanwezige auditeur-militair, mr. J. J. Plugge destijds in het burgerleven rechter, la ter president van de Utrechtse recht bank), de krijgsraad herinnerd aan de plicht naar eigen eer en geweten recht te doen zonder zich door de woorden van de generaal te laten beïnvloeden. De auditeur-militair eiste de doodstraf, naar hij later verklaarde uitsluitend omdat de ernst van het vergrijp en de omstandigheden de doodstraf noodza kelijk maakten. Het vonnis week niet af van de eis en nadat de generaal zijn fiat aan de executie had gegeven werd de ser geant nog diezelfde dag zondag 12 mei 1940 gefusilleerd. Hoger beroep van een dergelijk vonnis was immers niet mogelijk. Een van de leden van de krijgsraad, die in strijd met zijn geheimhoudings plicht bekende zich bij het beraad over het vonnis voor de doodstraf te hebben uitgesproken, wendde zich daarna tot de generaal met het verzoek hem een ge vaarlijke opdracht te geven. Hij voelde zich bezwaard. Opvallend in dit verband is dat kort na de publikatie van het vonnis in strijd met de gewoonte niet de namen van de leden van de krijgsraad werden ge noemd. Zij die voor het doodvonnis ver antwoordelijk waren, werden slechts aangeduid als de president A. en de bei de leden B. en C. President was in wer kelijkheid de inmiddels overleden ma joor G. A. Geel en leden waren reser- ve-eerste-luitenant ir. H. B. J. Witte, nu burgemeester van Eindhoven, en ka pitein J. J. Greter, nu kolonel buiten dienst. Hun vonnis, dat toch het eerste Ne derlandse doodvonnis sinds tientallen jaren was, was maar zeer kort gemoti veerd. De redactie van het Militair- Rechterlijk Tijdschrift tekende er daar om bij aan: „Wij betreuren het dat de motivering zeer spaarzaam is toegeme ten; de ernst van het feit, de straf waardigheid van de dader en het be lang van de Staat bij het opleggen van de doodstraf hadden wij gaarne wat be ter zien toegelicht". Het meest tragische van de hele zaak is dat niets terecht is gekomen van wat naar mag worden aangenomen het belangrijkste motief was voor het opleggen van de zwaarste straf die mo gelijk was: het stellen van een voor beeld voor andere militairen, die in een zelfde Situatie van vluchten moesten worden weerhouden. Die uitwerking kon het vonnis niet hebben om de simpele reden dat inmiddels de oorlogssituatie al zo was veranderd dat er geen alge mene bekendheid meer aan werd gege ven. De tallozen die net als de ser geant handelden, werden ook niet meer vervolgd. In de zo snel veranderde oorlogssitua tie had voor een advocaat een kans gelegen het leven van de sergeant te redden, zo zet mr. H. M. Voetelink uit een in het Juristenblad van 30 maart. De verdediging was in de zaak al ge handicapt doordat zij niet op de hoogte was gebracht van de vermanende woor den die de generaal tot auditeur-mili tair en krijgsraad had gesproken en bo vendien was met deze verdediging geen advocaat, zelfs geen jurist, maar een militair „met rechtskennis" belast. Wa ren in mei 1940 advocaten wel goed ge noeg om als militair te sneuvelen, maar niet meer goed genoeg om voor een krijgsraad op te treden zodra het ging om leven of dood?, vraagt mr. Voete link scherp. Hij legt uit dat het op de dag van de terechtzitting al duidelijk was dat de verdediging tegen de Duitse legers nog maar een kwestie van dagen was. Een advocaat die dat had beseft, had gegre pen naar het strijdmiddel „rekken". Een van de leden van de krijgsraad was voor de zitting de situatie op de Greb beberg wezen opnemen. Daar had een advocaat bezwaar tegen kunnen maken, omdat de andere leden van de krijgs raad en de beklaagde en zijn verdedi ger er niet bij waren geweest. De ad vocaat had een officiële gerechtelijke plaatsopneming en een psychiatrisch onderzoek van zijn cliënt kunnen vra gen. Als die verzoeken zouden zijn af gewezen, had hij geweigerd verder de verdediging te voeren, waarop de sergeant een nieuwe advocaat had moe ten verlangen van wie hij de naam al had gekend. Deze advocaat had dan eerst ge vraagd het dossier te mogen bestude ren en overleg te plegen met de eerste advocaat, voordat hij de verdediging naar behoren zou kunnen gaan voeren. Op deze wijze zou het volgens mr. Voe- ADVERTENTIE telink mogelijk moeten zijn geweest 'n kostbare dag uitstel te krijgen. Dan zou de nieuwe raadsman in zijn pleidooi er met meer kracht en met veel meer kans op succes op hebben kunnen hame ren dat wij Nederlanders in het aange zicht van de capitulatie toch geen eigen militairen neerschieten. Mr. Voetelink concludeert dat een ad vocaat dus had kunnen helpen, niet al leen de jonge sergeant, maar ook de krijgsraad, zodat zich achteraf nie mand bezwaard had behoeven te voe len. Eén ding staat vast: Als het was gelopen zoals mr. Voetelink voor mo gelijk houdt, zou er geen reden zijn ge weest nu nog over het 28 jaar oude von nis te discussiëren. ADVERTENTIE Dat kunt u! Alleen, omdat de doorbuiging zo gering is lieeft u liet nooit gezien. Met de interferometer in het Evoluon kunt u zelf vast stellen dat een lichte druk voldoende is om een stevige stalen staaf tc buigen. Veel van zulke Interessante en vernuftige zaken maken een bezoek aan liet Evoluon tot een belevenis. Voor iedereen! Toegang 11.- dagelijks 10-18 uur zondags 13-18 uur Ruim parkeerterrein Gerieflijk restaurant In 1966 gesticht door Philips. P. STR. MTR. POSTBUS 39 - HILVERSUM NIEUWE PEKELA Wegens een te kleine orderportefeuille, voorname lijk veroorzaakt door het achterblijven van de industriële expansie in het Noorden des lands, is de N.V. Machi nefabriek Oost Groningen, gevestigd te Nieuwe Pekela genoodzaakt de produk- tiecapaciteit van het bedrijf aan te passen. Voor 59 werknemers is bij het ge westelijk arbeidsbureau ontslag aange vraagd, waardoor de bezetting geredu ceerd wordt van 265 werknemers naar 206 werknemers. Met de vakorganisaties is een volle dige overeenstemming bereikt inzake een afvloeiingsregeling.

Digitale periodieken - Gemeentearchief Veenendaal

De Vallei | 1968 | | pagina 7