Receptioniste uit Thailand spreekt negen talen en is er bescheiden hij Koken in de vakantie' Zelf in elkaar zetten en dan even uitblazen Blinden naar Noorwegen voor een skivakantie „Mode ontstaat volgens bepaalde lijnen en is3 net als het weer, voorspelbaar BEJAARDEN SCHRIKKEN VAAK VAN „DREIGENDE" TOON IN AMBTELIJKE BRIEVEN Zwak hart Veel leren Uit goed nest Groepje van acht Nederlanders met twee ziende begeleiders Door de massa Bonny en Clyde redden Franse barettenindustrie Vroeg opstaan is gezonder Mode-detector Louis Tiessen meent: Mc Nieuw! Nieuw! ËML-JÈÊ Elastisch katoen. Een broekje dat rimpelloos past. Waar de pasvorm nooit uitwast Dat tóch luchtig is, hygiënisch is. Omdat 't katoen is. 'n Ideaal broekje. Nieuw van lima. Lichtgevende tafellakens mm HOUVAST „JE EIGEN WEG" APRIL 1968 r>/»/«>///f///////»rw////»/////m////////////////m/fl iiiiiintrfiitnmnilliitl/lilt (Van een medewerker) Kent u een receptioniste aan wie u iets kunt vragen in het Thais, Chinees, Ja pans, Engels, Maleis, Indonesisch, Duits, Frans en Nederlands? Ik wel, sinds kort. Ze is klein, heeft een mooie bruine huid en draagt zwart opgesto- ken haar. Ze is bijna tè bescheiden en ze draagt een kleine gouden Boeddha met zich mee aan een gouden ketting op haar rode jumpertje. Ze is Tjandra Yohandra uit Bangkok. Lief, met een hoofd vol talen, maar zeer bescheidqp en cip de achter grond zo zit zij als receptioniste in een Amsterdams hotel: handra uit Thailand. Tjandra Yo- Van een medewerker) Het mag hoor, het is wettelijk allemaal keurig in orde, maar het toontje, hè, dat mag volgens mij niet. De Kamer heeft gezegd dat alles akkoord was en op 1 mei wordt een wijziging van de Huurwet van kracht. Voor een hele boel mensen meer guldentjes op tafel voor dezelfde woning, maar ja, het kat te brood en de roomboter zijn ook naar boven en ik sta al lang niet meer ver wonderd als er over een tijd een bericht verschijnt: „levensonderhoud laatste drie maanden met één punt omhoog". Dan zullen de aardappelen wel een cent per kilo gezakt zijn en de benzine 0,2 cent per liter of zo. Er zijn mensen, die het keurig uitrekenen en ik geloof ze bij voorbaat. Dat ik het begrijp wil ik niet zeggen. Maar die huren dus. Goed, per 1 mei gaan er een hele serie naar boven en maatschappijen en particulieren zijn er natuurlijk als de kippen bij om wat meer guldentjes van de huurders te krijgen. Er moet wel overleg zijn tus sen verhuurder en huurder, want dat is een essentiële voorwaarde, zo vertelt men mij op het ministerie van minister Schut, maar de praktijk is nummer twee. Ik zou ook niet direct weten hoe een maatschappij, die vierhonderd of tweeduizend, flats als geldbelegging be zit, met al die huurders moet gaan overleggen. Dat wordt dan dus een rondzendbrief. Kijk, nu ben ik waar ik zijn wil. Ik heb zo'n brief voor me liggen. Er wordt verwezen naar de goedkeuring van de Tweede Kamer, er wordt ook voorgesteld een nieuw huurcontract te sluiten/er zijn allemaal verklaringen voor voorkomende letters en dan komt het einde. „Uw akkoordverklaring zal blijken uit het voldoen van de gewijzigde huur prijs. Voor het onverhoopte geval, dat u mocht weigeren op bovenomschreven aanbod in te gaan, zijn wij genoodzaakt u met ingang van 1 mei 1968 de huur op te zeggen. Hoogachtend". Alemaal bekend: de huurder heeft automatisch huurbescherming, de ver huurder moet aantonen dat zijn aanbod redelijk is, er is nog zoiets als een ver- huur-advies-commissie en uiteindelijk zijn er ook nog kantonrechters in Ne derland. Maar daar gaat het me op dit ogen blik niet om. Die brief komt in de bus bij een oude mevrouw van in de tachtig. Ze maakt de enveloppe open, leest, ziet die on derste zin. schrikt zich ongelukkig en rent naar haar zoon: „Zeg Jan, ze gaan me er toch niet uitzetten?" Begrijpt u me? Bij iemand met een zwak hart of een hartpatiënt houdt voor hetzelfde geld het tikkertje op dat mo ment op. Dacht zo'n maatschappij dat oudere mensen al die regeltjes ineens begre pen? Dacht men dat bejaarden zinnen als „bedrag waarover de huurverhoging berekend wordt" of „naar boven afge rond op een veelvoud van 5 cent. inge volge art. 2 lid 2 van de Huurwet" in eens konden verwerken en in normaal Nederlands vertalen? Het is net zoiets als die oude schip per, waar ik een jaar geleden kwam. Hij schoof, zittend achter zijn rechte ta fel, zijn pet wat naar achteren en zei: „Och, meneer, nu u toch hier bent, ik heb een kaart gekregen, al drie weken geleden, maar ik lees telkens weer en snap het niet; daar op de schoorsteen staat ie, tegen de klok". Het was een geel drukwerk, waarin de man werd gemeld, dat hij wat meer AOW kreeg, maar ik moest de waan zinnige formulering ook twee keer le zen, voor ik iets kon uitleggen. Ik weet niet wie de mensen achter deze teksten zijn. Ik weet wel, dat ze nog een verschrikkelijke hoop moeten leren. Er wordt wel eens door ouders ge zegd: „Zo, een pak van mijn hart, die is klaar voor de maatschappij". Soms vraag je je af wat bedoeld wordt: klaar voor een automaat of voor een maatschappij van mensen. iliil 0 Tienduizenden Nederlanders, die hun vakantie doorbrengen in tenten, cara vans en zomerhuisjes, koken hun eigen potje meestal met eenvoudige middelen. Dit geldt in het bijzonder voor de trek ker met tent en primus. Maar het komt ook voor, dat de vakantie-huurder van een appartement de beschikking heeft over een complete keuken-installatie, waaronder koelkast en grill. Al deze vakantiegangers hebben dit gemeen, het voedsel moet een minimum aan tijd vergen voor wat de bereiding de aanschaf en het transport betreft. Wie volop van de natuur wil genieten, moet nu eenmaal niet te lang in de „keuken" verkeren. Om al deze redenen geloven wij dat velen graag het nieuwe vakantie-kook boekje van Ben J. Kuyper bij de hand zullen hebben een praktisch culinair gidsje met aangepaste menu's en goede tips voor de bereiding van goede, gezon de en lekkere vakantie-maaltijden. In „Koken in de vakantie" zijn 140 recepten opgenomen. Keus genoeg voor vele zomers. Ten behoeve van va kantiegangers, die de grenzen overgaan is ook een aantal recepten met buiten landse ingrediënten opgenomen. Eerder verschenen van Ben J. Kuyper bekend o.a. als televisiekok de serie tv-kookboekjas „Het neusje van de zalm", waarin tot heden 23 titels zijn uitgekomen, en het veel verkochte boekje „Koken voor jezelf" (in dezelfde uitvoering als „Koken in de vakantie"). Het boek is zojuist verschenen in de se rie „Stokpaardjes" van Zomer en Keu- niing en het kost f 5,90. In de Amsterdamse Jan Luyken- straat zat ze in een klein, splinter nieuw grijs fauteuiltje, in een gloed nieuwe lounge van het allernieuwste hotel in de hoofdstad dat er in de schaduw van het Leidseplein bijna geruisloos bijgekomen is: Hotel Jan Luyken. „Wij kunnen hier de gasten in twaalf talen te woord staan", zei ons de eigenaar, de heer J. F. W. van Schaik. Ik geloof dat hij dat getal best hoger mag stellen, want enkele "van zijn jonge medewerkers spreken Deens, Zweeds en Noors, zijn vrouw beheerst het Spaans en Frans vloeiend en door een ander wordt weer Italiaans en Por tugees gesproken. Dan kom ik zo'n beetje aan veertien talen. „Wel uniek, dacht ik", aldus de heer Van Schaik, die vorige week zijn hotel officieel opende met een receptie en Amsterdam er op die manier zestig bedden bij be zorgde. Hoe heeft u Japans geleerd? vroeg ik aan Tjandra Yohandra. „In de oorlog", legde ze uit. „Tij dens de Jappentijd moesten we het wel leren, op school". En Chinees dan? „Mijn tweede vader de eerste is gestorven is een Chinees en de be dienden thuis waren ook Chinezen, zo doende". En Engels? „Mijn (tweede) vader is een zaken man. Hij woont nu weer in Bangkok, maar we hebben ook vijf jaar op Su matra en op Java gewoond. Vader liet me Engels studeren in Medan en aan de universiteit van Singapore". Uw eerste vader is dus gestor ven? ^,Ja. door de Japannners gefusil leerd". Van de heer Van Schaik hoorde ik: „Tjandra is de dochter van een gefor tuneerde zakenman. Ze heeft een zeer goede schoolopleiding gehad en ze komt, zoals wij dat noemen, uit een wel heel erg goed nest". Acht jaar geleden kwam Tjandra die nu 32 jaar is naar Nederland. „De mensen hier vragen altijd of ik een Phillippijnse ben", lachte ze. ..Nee, niet Indonesische, mijn ogen staan an ders". Haar Nederlands is vloeiend, wel haast foutloos en geheel zonder accent. „Ik heb het uit boeken en kranten ge leerd", aldus de Thaise receptioniste. „En dan valt het best mee. Ook van de televisie leer je wel wat, maar ik kijk niet veel meer dan naar het jour naal en documentaires, want elke avond voor dat kastje zitten kan me niet boei en". De heer Van Schaik: „Ze heeft een fenomenaal geheugen. Ze weet nog pre cies wat we twee jaar geleden met Kerstmis hebben gegeten en als ze één keer iets heeft gehoord of gelezen, dan onthoudt ze het". „En koken is haar liefhebberij", al dus mevrouw Van Schaik. „Als ze niets te doen heeft, dan gaat ze naar de keu ken en haait een kastje leeg. Dan vindt ze wel iets dat haar op een idee brengt en ze gaat bakken of braden. Nu, de laatste dagen, hebben we natuurlijk als gekken hier gewerkt en Tjandra deed dag en nacht mee. Maar tussen de be drijven door bakt ze dan nog even snel een tulband. En... heerlijk!" Twee en een half jaar is Tjandra Yo handra uit Bangkok nu met haar driejarige dochtertje Jacquelina bij de heer en mevrouw Van Schaik, die eerst in één huis in de Jan Luyken- straat een hotel hadden, er twee pan den bijkochten, zonder steun van bui tenaf vier ton erin stopten, braken en verbouwden en zoals gezegd nu opnieuw openden. Wijzend op het Boeddhaatje van goud aan haar ketting vroeg ik Tjandra of ze Boeddhiste is. „Ja, Trivadha-boed- dhiste", zei ze. Ze rookt niet. Heeft dat iets te ma ken met haar religieuze overtuiging? thuis rookt; je ziet tegenwoordig door „Neen, niets, maar niemand bij mij de emancipatie wel vrouwen roken in Thailand, maar het zijn er nog weinig. Zo is het ook met drinken", aldus Tjandra. Die emancipatie heeft veel in haar land veranderd. „Ook het gaan naar de tempels", vertelde ze. „Vroeger moch ten alleen de mannen de tempels be treden. Zeker, er zijn nog tempels bij ons waar alleen mannen mogen komen, maar er zijn er nu ook veel die open staan voor mannen èn vrouwen", Lezen, steeds maar lezen, daar is Tjandra gek op. De heer Van Schaik: „Ze weet alles van klassieke muziek, maar net zo goed van jazz. En als er een gezicht op het tv-scherm verschijnt zegt ze meteen wie het is. Ik zei het al: één keer gezien, dan onthouden". „Mevrouw Van Schaik breidt nu een trui voor meneer Van Schalk en ik brei mee voor mezelf", zei Tjandra. En la chend: „Alleen die knoopsgaten brei en, wat is dat lastig". Ik stel me voor dat men in Thailand zo'n beetje als in Japan veel meer tegen elkaar buigt, veel hoffelij ker is dan bij ons in het Westen, veel meer zelfbeheersing kent bij het eten en ik vroeg: Vond u hier alles en ieder een niet een beetje grof, toen u naar Europa kwam? Tjandra: „Ik heb me hier aangepast, want wie ergens anders gaat leven en zich niet wil aanpassen, moet thuisblij ven. En ik geloof, dat het voor u veel moeilijker zou zijn om u in Thailand aan te passen dan voor iemand uit mijn land hier". Met dit diplomatieke antwoord had ze „CD" op haar fiets verdiend. PAU FrankrijkDe film ,JBonnie and Clydeheeft de Franse barettenin dustrie gered. De rolprent van Fay Dun- naway heeft een nieuwe mode in hoofd deksel voor dames geschapen en in de hele wereld zijn vrouwen op zoek naar een ,JBonnie-baret" Het gevolg is in Pau, waar de meeste baretten ter wereld worden gemaakt, verbazingwekkend geweest en een van de baretten fabrikanten noemd het „een wonder". Want nog pas in januari van dit jaar schreef de kamer van koophan del te Pau in haar jaarverslag wat op een grafschrift voor de industrie leek. De kamer merkte in haar verslag nl. op „nadat de verkoop het vorig jaar met 16 procent is teruggelopen zal de baret dit jaar nog slechter worden verkocht". „Maar toen kwam de film „Bonny and Clyde" en de produktie van baret ten steeg met 1.000 procent. Orosnier, een der baretten fabrikanten, produceert thans 1500 baretten per dag in plaats va 200, het gemiddelde van 1967, een andere fabrikant, Laulhère heeft meegedeeld, dat zijn dagelijkse produktie van 280 stuks in het vorige jaar is gestegen tot 8.000. ,J£en paar jaar geleden", zo vertelde een fabrikant, ,^ijn alle baretten fabri kanten bijeengekomen en hebben zij mil joenen francs uitgegeven om een recla mecampagne te bekosten teneinde de mannen aan de baret te krijgen, maar het was leeggegooid geld. Nu heeft een enkele film in een paar weken meer ge daan dan al die miljoenen". De Franse barettenindustrie is gered. In de beste jaren, tot het einde van de eerste wereldoorlog telde de streek 80 barettenfabrikanten. Het vorige jaar waren er nog maar zeven. T)at de „morgenstond goud in de mond heeft", zegt al een Neder lands spreekwoord, dat niet vandaag of gisteren in de wereld is gekomen, maar vroeg opstaan schijnt, als men recente statistieken mag geloven, ook medisch gezien van groot belang te zijn. Een Britse medicus, prof. Lancester, heeft zich met dit probleem in het bij zonder beziggehouden en verdedigt nu de steling, dat wie vroeg opstaat een betere kans heeft op een stabiele ge zondheid dan degene, die zich liever nog eens omdraait als de haam begint te kraaien. Een Belgische medicus, dr. Bruns in Antwerpen, bevestigt deze ervaringen aan de hand van statistieken betreffen de zijn patiënten. Ook hij stelt, dat wie niet later dan zes uur opstaat, minder kansen heeft op allerlei kwalen dan de genen, die later uit bed komen. Een Engelse firma brengt een bouwpakket van een bankstel in de handel, dat zonder meer in elkaar te zetten is zelfs zonder schroevendraaier. De bekle ding, in glad of gestructureerd nylon, bestaat uit hoezen, die door ritssluitin gen gesloten worden. Drie Nederlandse vrouwen en vijf Nederlandse mannen, die niet kunnen zien, gaan skiën in Noorwegen. Dat komt omdat mejuffrouw Bea Appeldoorn in Zeist een maand lang organiseerde en mensen warm stookte. Niet-zienden die skiën, dat is voor mij volkomen nieuw, zeg ik. „Tot vorig jaar januari had ik er ook nooit van gehoord", antwoordde juffrouw Appeldoorn. „Een kennis had me wel eens gevraagd mee te gaan maar ik dacht: ja, jij gaat skiën en ik zat op een kamertje te wachten, dank je wel. Maar nu ben ik er zelf geweest. Verukkelijk". 'ode is geen gril, geen truc, geen stunt je meer van een enkeling om kleren te verkopen. Mode komt voort uit de geest van de tijd. Er zit een struc tuur in het ontstaan van de mode. Je kunt de golf van tevoren zien aankomen. Op het hoogtepunt van de Beatle-muziek werd bij de jongeren een tendens merkbaar om kleren in shock-kleuren te dragen. Toen de Beatles oosterse folklore door hun muziek mengden, werden de kleuren verfijnder volgens oosterse mo tieven. Speciaal Mexicaanse patronen vallen op. Geen wonder, want dit land staat in de belangstelling met het oog op de Olympische Spelen". In het Amsterdamse Confectiecen- trum houdt de heer Louis A. M. Ties sen (47) in zijn kamer op de vijfde eta ge een pleidooi voor het voorspellen van modelijnen. De wanden zijn ver sierd met vele stalenkaartjes stoffen en kleuren voor het winterseizoen 1969 1970. Als mode-detector van het confec tiebedrijf Konersmann heeft hij namens Nederland zitting in diverse Europese organisaties die de mode voor de ko mende seizoenen voor de confectie- en textielindustrie vaststellen. „Er ristitu' bestaat nog geen overkoepelend instituut, dat alle werkzaamheden voor het algemeen belang verzamelt en sa menvoegt. Het Internationaal Wolsecre tariaat houdt zich alleen bezig met de prognoses op het gebied van de wol. De Franse organisatie Intercolor verricht haar werkzaamheden enkel op het ge bied van de nieuwe kleuren". De heer Tiessen heeft zich voorge steld, dat het Europees Mode Instituut deze overkoepelende organisatie zonder een vaste binding met een bepaald be drijf zal zijn. Hij heeft samen met de bekende Duitse mode-deskundige en in dustriële vormgever Werner Lauer zijn ideëen over dit instituut uitgewerkt in de februari-katern van de werkgroep 2000 met als titel „Mode in een pluri forme maatschappij". Volgens de heer Lauer worden de kosten voor dit project geschat op een miljoen gulden. Het is de bedoeling, dat in 1971 het Europees Mode Instituut, ge vestigd in Amsterdam, met haar werk begint. De heer Tiessen neemt het Ko ninklijk Nederlands Meteorologisch In stituut (KNMI) in De Bilt als voorbeeld. Op diverse plaatsen in Europa worden gelijktijdig momentopnamen van de verschillende tendensen gemaakt, waar na men de prognoses vaststelt. Het ver loop van een bepaalde stroming in de mode kan dan op de voet gevolgd wor den. „De tijd dat een kleine elitegroep op intellectueel, maatschappelijk en econo misch gebied de mode voorschreef is voorbij", vertelt de heer Tiessen. „Ik reken ook de haute couture tot deze ADVERTENTIE Modieus-model, coinloftabel katoen. Bevend wit en elastisch ook na eindelooe vaak wassea Slip 2.95, panty 3,50. elite-groep. De confectie aapte de mo dellen vroeger klakkeloos na. Op het ogenblik wordt de geest van de tijd door de massa aangegeven. Een massa, die In vele groepen te verdelen is". Hij noemt op: de kinderen, de tieners, de twens, „style trente", de zogenaam de „smart age", de klassieke provincia len en de klassieken in de stad en de groep bejaarden. Elke categorie kan weer opgesplitst worden in kleinere groeperingen. Bij de „young lady" het pasgetrouwde meisje, de studente en het meisje dat haar eerste baan heeft. „Een bedrijf kan geen kleding voor „iedereen" maken", vindt de heer Ties sen. „Iedereen bestaat niet meer. Elk bedrijf moet nagaan voor welke groep het kleren wil maken. De ondernemer moet die groep precies leren kennen. Welke eisen er gesteld worden, hoe zij leven, welke opvattingen zij hebben. Op het ogenblik zoekt de mens naar een ei gen uitdrukkingsvorm in deze computer- tijd. Het hangt van het individu zelf af of het een gevecht wordt, een zich af zetten tegen de techniek of een zo groot mogelijk vrijheid zoeken. Een van die manieren om je een vrij en gelukkig mens te voelen is nu eenmaal je kle ding uitkiezen". Hij schrijft hier ook de hang naar een romantisering van de kleren op het ogenblik aan toe. De textiel- en confectiebedrijven zijn er, volgens de heer Tiessen, mee ge baat, dat zij zo snel mogelijk weten wel ke materialen, welke lijnen, welke ten densen in de mode belangrijk gaan wor den. „Tussen de grondstof en het pro- drukt in de winkel ligt een tijdsbestek van twee jaar. Eigenlijk moet de onder nemer twee jaar van tevoren weten in welke kleur hij zijn stoffen moet Inver- ven". Met behulp van de wetenschap en in nauwe samenwerking met gelijk soortige organisaties in de Verenigde Staten, is de heer Tiessen van plan het Europees Mode Instituut op te richten. Zijn plan is door vooraan staanden in de textiel- en confectiewe- reld enthousiast ontvangen. Hij beëin digt het gesprek met nog een voor spelling op het gebied van de kleuren voor dit jaar. „Na de felle psychede lische tinten, worden de kleuren zach ter deze zomer, waarna een rustpunt komt met vooral het neo-klassieke zwart en grijs voor de aanstaande win ter". Tichtgevende tafellakens zijn thans bij onze Oosterburen in de mode. Het zijn tafellakens, die met behulp van kunststof zo zijn geprepareerd, dat zij bij ultra-violet licht gaan oplich ten en dan in allerlei fraaie kleuren decoratieve figuren gaan vertonen. De fabrikant richt zich voornamelijk op de tienermarkt. Het is intussen al geble ken, dat niet alleen de jeugd belang stelling heeft voor deze nieuwe tafel versiering. Het is niet zo moeilijk om te be grijpen, dat mejuffrouw Bea Ap peldoorn zelf ook niet ziet. Sinds ne gen jaar. Oh, zeg ik, dus als ik het over de kleur rood heb, dan zegt u dat wel iets. „Och, het vervaagt", vindt ze. En even later enthousiast: „Het zien wordt uitgeschakeld en min der belangrijk. Er komt iets heel an ders voor in de plaats". Het is de Noorse bond voor gehan dicapten, die de skivakanties voor niet- zienden organiseert. „Ik ben er het vo rig jaar zelf geweest en heb toen voor het eerst op de skies gestaan", ver telt Bea Appeldoorn, al zes jaar tele foniste bij Gero in Zeist. Moeilijk, veronderstel ik, eigen po gingen om rechtop te blijven nog vers in het hoofd. „Viel enorm mee", lacht juffrouw Appeldoorn. Nu wil ik vis of vlees hebben. „Maar als je begint te skiën moet je toch weten waar je blijft", probeer ik. 6 „Het is in Noorwegen zo georgani seerd dat de tanks van 't leger eerst een spoor trekken en binnen dat spoor skiën wij. Je kunt dan met je stokken houvast zoeken, op de sneeuwwallen aan weerszijden", hoor ik. Over enkele dagen, paasmaandag, gaat voor het eerst in de geschiedenis een groepje niet-ziende Nederlanders op skivakantie. Acht skiërs dus, plus twee begeleiders: een getrouwde vrien din van juffr. Appeldoorn en nog een man. Naar Beitostele gaan ze, op twintig kilometer van Fagerness. En per vliegtuig, want daar heeft weer een Scandinavische chartermaatschap pij voor gezorgd, om de zaak niet te duur te maken. Zeven van de acht voor de eerste keer, Bea Appeldoorn voor de tweede keer. Vier dagen cursus één vrije dag en dan een tocht op de latten van 25 kilometer, zodat de zaken niet slapjes worden aangepakt. Nu een vraag op de vrouw af: Wat boeit u in dat skiën, juffrouw Appel- doom? Ze hoeft niet na te denken, maar zegt meteen: „Het is vooral het idee dat je in een rustige omgeving je eigen weg kunt zoeken. Hier in het ver keer, ben je permanent geconcentreerd om veilig aan de overkant te komen. Daar is het helemaal niet belangrijk of je een eindje naar links of rechts verdwaald, want je kunt alleen maar in de sneeuw terecht komen". In Rotterdam woont de heer D. Kui- venhoven, 28 jaar, getrouwd, van be roep programmeur, maar hij corrigeert nu braille. Hij is een van de vijf niet- ziende mannen die mee gaan naar Noorwegen. „Ik heb nog nooit geskied, maar ik stel me er geweldig veel van voor", zegt hij. Ik vraag hem waarom hij niet als programmeur werkt op dit moment, want ik dacht, dat men overal om deze mensen zat te springen. „Met z'n zessen zijn we opgéleid aan de T.H. in Delft", zegt de heer Kuivenhoven. „Twee van ons konden nog net met zwartschrift omgaan en zij hebben een baan. De vier die in braille werkten kregen geen baan. Ik heb wel veertig keer gesolliciteerd, maar steeds met negatief resultaat. Men laat mij weten dat het „te inge wikkeld is", omdat ik niet zie. of dat er „veel met formulieren wordt ge werkt". Dat betekent dat ik er steeds naast zit en dat maakt niiet direct enthousiast". Gediplomeerd programmeur en dan stoot je toch je hoofd. Ik kan het niet •-U precies omschrijven, maar ik gun de heer Kuivenhoven die skivakantie in Noorwegen helemaal, vanuit m'n voet zolen.

Digitale periodieken - Gemeentearchief Veenendaal

De Vallei | 1968 | | pagina 9